De Koning droeg een pak met 30.000 knopen GUUS BROX HET GEREGELD MET DE FISCUS •PTS P. W, RUSSEL'S loiffliiiiiiiDiiiDniiniiffliiiiiDiiiiiiuininij i ■■■■■■lil. tój KAPPIE EN DE VERTRAAGDE MASSA 1 Woensdag 4 oktober 1961 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2 ,Nu even daar" Wat meenemen s „Je weet nooit" „Fred, je thee" 0ERM U Johnny i Hart ETERS REIS- UREAU De heer J. Stevense overleden Brand in slaapkamer 'ai'!!l.!i!i'.:iiÜS -„I f. SCHIPHOL. Een koning en een koningin zetten gisteren voor het eerst van hun leven voet op Nederlandse grond en ik sprong tussen de plassen op een drijfnat beton van Schiphol door om de hoogheden de hand te kunnen drukken. „Net zo nat als in Londen", zei de koning en wipte in een volkswagenbusje. De koningin kon er ook nog bij plus twee officiële verwelkomers en na enig gehijg van mijn kant kwam ik ze allemaal weer tegen in de wachtkamer voor zeer be langrijke gasten in het gebouw van de luchthaven. „Thee maar", zeiden de koning en de koningin en gingen gemakkelijk zitten. t Denk nu niet, dat die „reis" naar die wachtkamer, waar de keizer van Perzië zowel als prins Albert van België al eerder eens op de stoelen zaten, zo snel verliep als u het hier leest. Wei neen, het ging heel anders en dat kwam door die twee vliegtuigen. De koning en de koningin kwamen met een Viscount van de K.L.M. uit Londen en ze gingen met een DC-8 van de Canadian Pacific Airlines ver der naar Vancouver. „Als u nu even déar gaat staan", vroeg een fotograaf van de K.L.M. en zette de hoogheden voor een machine van zijn maatschappij. „En nu even daar", verzocht een andere fotograaf, die meer aan de belangen van de Ca nadian Pacific Airlines dacht. De koning en de koningin deden alles wat er werd gevraagd en ieder een op Schiphol keek vol bewondering naar de kleding van de bezoekers. Nu Is die kleding een verhaal op zichzelf en nimmer zag ik nog een koning in een donker pak, dat bestikt was met dertigduizend parelmoeren knoopjes. En het was ook voor het eerst, dat ik een koningin de hand drukte en oog in oog stond met acht tienduizend andere parelmoeren knoop jes, die vastgezet waren op een zwarte fluwelen japon en een idem jas. De koningin droeg daar bovendien een anderhalve kilo zware hoed bij die verborgen ging onder een grote bos veren in de kleuren rood, wit en blauw, hetgeen overigens weer niets te maken had met onze driekleur. „Ja, ja, mijn vader was ook koning", zei de man achter al die knoopjes. „Dat zit in de familie en dat blijft in de familie. We hadden twee zonen, twee prinsen dus. Een sneuvelde er in de laatste oorlog en de tweede had het te druk om nog mee te kunnen doen. Maar hij heeft een zoon, mijn kleinzoon dus en die is nu prins. In heel Lopden zijp er zestig mensen die -#■ De koning en de koningindie giste ren op Schiphol landden en er later weer vertrokken. Helemaal onder de parelmoe ren knoopjes zaten ze en dat moest ook want aan die knoopjes danken ze hun titelwaarover Gen G. van vandaag u vertelt de titels koning, koningin, prins of prinses dragen." In Londen, jawel, daar kwamen de Parelmoeren Koning en de Parelmoe ren Koningin vandaan. „Bij de burger lijke stand staan we ingeschreven als Mary en Frederick William Tinsley", vertelde de koning. „Volgend jaar zijn we vijftig jaar getrouwd, we zijn nu 48 jaar koning en koningin en ik ben 69 en mijn vrouw 70 jaar." Ruim een eeuw geleden is het be gonnen met die „Pearly king". Dat was toen het Engelse gilde van de straatventers zich opvallend kleedde om de aandhcht te trekken en tot dat doel de jassen met parelmoeren knoopr jes uit Australië bestikte. Het opper hoofd van het gilde werd tot „Ko ning" gekozen en zijn vrouw tot „Koningin", met daarbij de clausule: de titel is erfelijk. Even vast waren alle aanwezige Engelsen er van overtuigd dat ze een heks was, zelfs een aantal Fransen waren dat geloof toegedaan. Koning Karei zelf, wiens wanke lende troon zij met haar overwinnin gen gestut had, was er meer dan half van overtuigd dat zij van de duivel bezeten was. Pierre Cauchon, de bisschop van Beauvais, verzekerde categorisch dat Jeanne een werk tuig was van de boze. De kerkelijke rechtbank die haar had berecht, had in alle opzichten een scrupuleuze eerlijkheid in acht genomen, en haar niet tot de doodstraf maar tot levenslange opsluiting veroordeeld. En wie wist of ze niet over een jaar, over twee jaar zou worden vrijgelaten, als de tijden wat minder verward werden en de mensen haar grandioze carrière vergeten waren? Nu zijn troon veilig was, vond de trage, en ietwat slaperige Karei VII het niet meer dan redelijk dat de Maagd gestraft zou worden, indien de knapste rechters van twee ko ninkrijken van mening waren dat zij straf verdiende. Haar afvalligheid onttrok haar aan de rechtspraak van de kerkelijke rechtbank en onder wierp haar aan de genade van de wereldlijke, die van tevoren reeds besloten was haar te vernietigen. Hugo zond zijn leerlingen met de pakdieren naar de werkplaats. Hij dacht er een ogenblik over Pierre met hem mee te sturen, maar het kwam bij hem op dat de onverwachte ver schijning van een onbekende jongen die aanspraak maakte op zijn gast- vrijheid, rijn vrouw wel eens van streek zou kunnen maken. Per slot van rekening komt een verstandig man niet zonder enige inleiding na een afwezigheid van een week voor de dag met een vreemd, nieuw, en mis schien permanent lid van het huis gezin. Dus hield hij de jongen bij zich. Het gedrang was in de buurt van de Oude Markt, de vismarkt, nog groter dan in de zijstraten. Hugo en zijn dienaar vonden een plekje op een hoek van het plein, zo ver van het middengedeelte af, dat ze nau welijks nog ooggetuigen zouden zijn van wat er te gebeuren stond. Hugo was blij dat ze niet dichterbij kon den komen, niet alleen om zichzelf, maar vooral met het oog op de jon gen. Maar tot zijn verbazing maakte een soldaat, die een priester door de mensenmenigte trachtte te lood sen, zich meester van de teugels der muilezels en richtte het woord tot hem. „Mijn verontschuldigingen, Mees ter Hugo, maar ik moet uw dieren als stormram gebruiken om een bres te slaan in deze mensenmuur. Anders krijg ik deze Eerwaarde Vader nooit op het podium van de rechters. Blijft maar rustig op uw rijdieren zitten, vrienden, ik garandeer u het mooiste plaatsje van heel Rouaan!" ..Peste!" mompelde Hugo. „Ik ben anders met dit plaatsje best te vreden." „Tja, u bent vrij om af te stijgen, maar dan ziet u helemaal niets," en zonder verdere omslag dreef hij de muilezels door de menigte, die nu wel gedwongen was opzij te gaan, wilde zij geen trappen oplopen. De monnik die hen volgde, hief het hoofd op, dat bijna tot op zijn borst gebogen was geweest. Zijn gezicht was doodsbleek. De knokkels van zijn in elkaar geklemde handen waren wit. Het was Isambart. „Doe wat de man zegt, meester Hu- go. Ik zal dichterbij zijn dan u en mij is het niet toegestaan mijn ogen te sluiten. Beschouw het als een boe te voor onze zonden. Ik moet op be vel van de bisschop getuige zijn van de dood an de Maagd." „Waarom heeft hij juist u gekozen, pater?" „Het staat niet aan mij de beweeg redenen van de bisschop te beoorde len, maar misschien heeft hij door mij aan te wijzen de Engelsen wil len overtuigen dat geen enkele Fran se priester God gedankt heeft omdat de Maagd gered zou worden. Zoals de zaak zich ontwikkeld heeft, was deze terugweg natuurlijk toch afge sneden, maar nu zal zelfs het voor nemen in het vergeetboek raken „Hij is een verdorven mens." grauwde Hugo. „Nee, zeg dat niet. Ik ben verdor ven, dat ik zo over hem praat. Moge het me vergeven worden! De bis schop vertoeft meer in de wereld dan ik en hij heeft te maken met konin gen en prinsen en met belangrijke zaken, waarvan ik geen verstand heb. Ik wou alleen dat hij een ander ge kozen had." „Hier is de jongen die u me ge stuurd hebt, pater," zei Hugo. „Wat moet ik met hem doen?" „Zorg dat hij weer gezond wordt. Hugo. Over een paar dagen kom ik bij je, ian kunnen we verder pra ten. Vandaag is mijn hart te vol van andere dingen." Op een der drie podiums die in het midden van de Oude Markt waren opgeslagen, stond een koninklijke troon voor de Engelse regent, de bis schopszetel van de bisschop van Beauvais, en de troon van de Engel se kardinaal, indrukwekkender dan de beide andere, maar natuurlijk niet ho ger dan die van de regent. Talrijke Engelse en Franse geestelijken en Bourgondische edelen zaten of ston den rond hun respectieve vorsten op plaatsen die hun toegewezen waren in overeenstemming met hun rang. Toen Hugo met zijn muilezels aan geland was bij het cordon van solda ten die het volk weghield van het mid den van het plein, stak Isambart lang zaam de open plek over en nam zijn plaats in tussen de lagere gees telijkheid op het koninklijke podium. Op een tweede podium, kleiner en lager dan het eerste, waren de ac tieve hoofdpersonen van de tragedie aanwezig: ae advocaten, de rechters, de schrijvers, de schout, en de ver oordeelde Maagd zelf. Het derde podium was wit, want het was bedekt met een dikke laag vuurvaste pleister, net als de paal in het midden. In feite ging de paal door het platform heen en was ste vig verankerd in de grond. Bij een goed gebouwde brandsta pel wordt de paal het eerste ge plaatst en blijft het langste over eind. (Wordt vervolgd) BÉm DEN HAAG. Guus Brox is weer terug in Nederland. Vijftien jaar is hij weggeweest en nu komt hij zijn artiestengeluk weer beproeven in ons land. Gisteren spraken wij hem even in Den Haag toen hij met zijn vrouw en vijftien jarig dochtertje Micky in het restaurant van de Haagse Houtrust- hallen een babbeltje maakte met de heer Alex de Haas. Men had elkaar uiteraard wel het nodige te vertel len, want die twee kennen elkaar al sinds 1930. „Weet u wat het leuke van alles is? Het was helemaal mijn plan niet om vijftien jaar weg te blijven, want in 1946 ging ik naar Engeland met de be doeling om er maar zes maanden te blijven," vertelde de heer Brox ons. „Ik trad er op met onder andere Danny Kaye en het was dus de kans van mijn leven." Wel, en daarna heeft het hem eigenlijk vijftien jaar min of meer meegezeten en zijn grappen heeft hij in de halve wereld kunnen verkopen. Hoe hij de mensen tijdens zijn optreden aan het lachen maakt kon hij ons slechts vaag uitleggen, maar zo noemde de heer De Haas hem: Een geperfectioneerde muzikale clown. Vervelend ventje De heer Brox is nu vijftig jaar en toen hij zes was stond hij voor het eerst op het toneel, samen met zijn vader, ook een Brox. „We speelden akkordeon en mijn vader was inder tijd de beste akkordeonist van Neder land," aldus clown Brox. „Zo is het begonnen en nu treed ik nog steeds op met een akkordeon." „Het enige, dat ik mij uit die tijd herinner", mengde de lieer A. de Haas zich in het gesprek, „is dat ik Guus maar een vervelend ventje vond. Jaren daarna kwam ik hem weer tegen in een revue en toen bleek hij plots een echte artiest geworden te zijn." -X- Samen met zijn vrouw en dochter zat hij gisteren tegenover ons, de man, die heel Nederland binnenkort aan het lachen hoopt te maken: Guus Brox. Guus Brox trad op in vele revues en speelde in „Boefje" de rol van Pietje Puk. Het waren jaren van suc ces en tegenslag en in 1939 kwam zijn grootste klap: De oorlog, „Na de oorlog kreeg ik een forse aanslag van de belastingen," ging hij verder. „Wel, en toen heb ik maar besloten om naar het buitenland te gaan." Wellicht om op die manier die belasting niet te hoeven betalen, merk ten wij voorzichtig op „Neen, neen, be slist niet, want ik heb alles geregeld. Na Engeland ben ik naar Canada ge gaan en daar ben ik ook opgetreden met George Formby, ook een grappen maker." Schoonmoeder Australië, Japan China, Hongkong. Guus Brox schudde de namen van de landen, waar hij overal is opgetre den, uit de mouw van zijn Ameri kaanse pak. Zijn vrouw viel in, daar waar hij een naam vergat en zijn dochter lepelde ijs en merkte op, dat zij al dat gevraag niet erg vertrouwde. Overigens: Mevrouw Brox treedt soms samen met haar man op en wanneer het nodig is speelt Micky piano op de achtergrond. Tussen de bedrijven door, toen de zaken erg goed gingen, zette hij in Australië ook nog een groot camping- bedrijf op, maar dat kostte hem ach teraf zestigduizend gulden. 9 „Omdat mjjn schoonmoeder nu tach tig is geworden besloten we om terug te komen," legde Guus Brox zijn reis naar NederTand uit. „Nou, en ais het lukt dan blijven we hier. Voor de oor log wist iedereen wie ik was en .k hoop, dat het nu ook weer zo zal wor den." Wij weten nu in ieder geval wie de heer Guus Brox is. In die wachtkamer op Schiphol, waar in de loop der jaren tientallen minis ters uit de hele wereld neerzakten in de fauteuils en achter de kopjes koffie, nipte het Parelmoeren koningspaar aan de warme thee en vertelde in onver valst Cookoey-Engels: „Naar Vancouver in Canada gaan we en het zijn de Canadian Pacific Air lines en de Hudson Bay Company die alles betalen. In Vancouver houden ze een Lon- dense week en wij zijn daar parade- paardjes. Vanwege onze pakken, ook ja, en ik zal wel zoo-gen dat ik er wat van meeneem. Want in Londen orga niseren wij eens per jaar een kerst diner voor de arme ouden van dagen en in de zomer voor dezelfde mensen een uitstapje naar de badplaats Brigh ton. Geloof maar dat ik wat geld ver zamel In Canada voor onze wijkgeno- ten, die het niet zo breed hebben", lachte koning Fred en tikte met zijn, ook al helemaal rondom met parel moeren knoopjes bezette wandelstok, op de vloer van die wachtkamer voor belangrijken. „Weet u wat ik verkoop? Dit", zei de koning en haalde uit een tasje twee popjes die net zo waren aangekleed als zijn vrouw en hp. „De knoopjes zetten we erzelf op, de poppen koop ik. Het geld dat ze opbrengen gaat weer in dezelfde pot. En dat, o ja", en de koning glimlachte openhartig tegen een fles whisky en twee witte drinkbekertjes die naast de poppen in de tas zaten. „Voor onderweg, dit is de eerste keer dat we vliegen en je weet nooit waar het goed voor is." Ik keek naar de tien onderscheidin gen die op de borst van de Parelmoe ren Koning hingen en vroeg waar al die eretekenen vandaan kwamen. „Het Rode Kruis", sprak hij en wees op één medaille, „en de rest uit de eerste wereldoorlog. Dat weet u niet, maar toen is er hard gevochten", zei de koning van de straatventers met een ernstig gezicht. „Ik ben nu voor het eerst in het buitenland, zei ik, maar eigenlijk was ik er al eerder, buiten onze Engelse grenzen. Alleen: toen wilde ik niet. maar werd gestuurd. In België was ik en in Frankrijk. In die eerste wereldoorlog, begrijpt u. Ik werd er gewond en later onderschei den." De opzienbarende jgj experimenten van student Tijloos .Hl „Niet zeggen", zei iemand die erbij zat zachtjes, „maar voor ze weg gaan uit Canada, en dat is over vier weken pas, krijgen ze nog een bedrag aan geld mee voor die ouden van dagen in hun Londense wijk." Ik knikte en vroeg aan de koning: Heeft u een idee hoeveel u in de loop der jaren voor die behoeftigen bi.i u in de buurt al bij elkaar gebedeld hebt? „Precies weet ik het niet, maar dat ligt tussen de vier- en vijfhonderd duizend gulden", zei hij. „Drink je thee Fred, ze wordt koud", sprak toen de koningin. ■j door WAN N EER LOOPT H ET. VOLGENDE WIEL VAN DE ZANDHEUVEL BINNEN? - .1 PETERS REIS- BUREAU. DAAR KOMT HET. 7.r N«w virk K«r«ii TrikuNe Int. IKZOU GRAAG MIJN RE- SER-VER 1 NG ONGEDAAN MAKEN. r, y. FERsft EIS- lhf\ 3EAU -r-S J<^OED. <^A NU/MAAR MOEPER^2^1 ^LAENDe 1 ONDER; DIE "STEEL) vcxjK -Jt_vy M vfi ^0ETEN WE MEE, WEDERIK, LAAT PADDE-nAAR LOPEN -, STAT?J KIJKEN-I HIER KRIOELEN^ en a;boeien Nuttiae dinaen VOOR EEN STUDENT JN DE BIOLOGE---' 8. „Vergun ons, dat wij ons aan u voorstellen, Kapitein," sprak een der drie heren, met een lichte buiging. „Op het rijtje af ziet u hier de heren Harde- bol, Hogedunk en Zoetewegenvan de werf Hardebol, Hogedunk en Zoete wegen!" „Aangenaam.." antwoordde Kappie. „Dat is te zeggen, waarom wilt u dat mijn goeie Kraak met uw sleep van een zware storm te lijden krijgt?" „Dat is niet he'er.iaal juist uitge drukt," zei de heer Hardebol. „Niet he lemaal juist, zei ik. De sleep moet niet toevallig in een storm terecht komen, maar hij moet versleept worden naar de Orkaan-eilanden en op weg daarheen, dient u elk storm-centrum op te zoeken, dat zich op de Oceaan bevindt. De juiste positie van deze stormen krijgt u tijdens de reis telegrafisch van ons door.... Te legrafisch!" Kappies gezicht verstrakte. „Zozo...Waait de wind uit die hoek," bromde hij. „Dit lijkt mij een gehaaid zaakje, heren. Die sleep is zeker te hoog verzekerd, hè? En als er in zo'n storm ja iets mis gaat, kan de verzekering betalen! Nu, jullie hebben hier een eer lijk zeeman voor je, die recht door zee koerst! Aan zo'n vuil zaakje doe ik ja niet mee!" Vreemd genoeg scheen dit antwoord het drietal uitstekend te bevallen. „Met u kunnen wij praten!" riep Ho gedunk glunderend. „Kom mee naar het kantoor, kapitein! U zult er geen spijt van hebben als u onze opdracht aan neemt!" Hoofd vleeskeuringsdienst op Schouwen-Duiveland HAAMSTEDE. In de ouderdom van 60 jaar is dinsdagmorgen na een slepende ziekte in Haamstede overleden de heer J. Stevense, in leven hoofd van de vleeskeuringsdienst op Schouwen- Duivenland. De heer Stevense, die vroe ger veearts te Renesse is geweest, was o.a. gewezen voorzitter van de VW Re- nesse, bestuurslid van de fanfare Luc- tor et EmergiO en bestuurslid van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen te Haamstede. ZIERIKZEE. In de slaapkamer van de familie v. d. S. is gistermorgen brand ontstaan. Een jongetje speelde met lucifers, waardoor de gordijnen hebben vlam gevat. Een voorbijganger wist met een emmer water het vuur te doven. De inmiddels gewaarschuwde brandweer behoefde geen dienst meer te doen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1961 | | pagina 2