U en de kinderen zijn voor
een groot gevaar behoed
DANK ZIJ DE
1KAPPIE en het geheim van de oude prentbriefkaarten i
Kantongerecht
Bergen op Zoom
rij (lag 22 september 1961
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pag. 2
2BS1Sssm
pussel
gehoord
en
gezien
HOE WETEN
ZE HET
RONDNEUZEN
NET NIET
EN DE KRIJTJES
WEER BEHOED
Koningin Elisabeth
van België met
Tupolev naar China
„NAAR WENS"
DE
TINTELS
v—
FLITS
GORDON
in het
heelal
Dan Barry
KIÜK.'BENCON-"
^CHÜWINGSINSTAl'
LATIEVOORMETE-
L OREN «HOE WIST
UE..? J
PA'S WEER
KLAAR
MAAR KIJK
EENSNAAR,
■hetscherm'
^METEORIET.']
PRECIES IN .1
-ONZ&KOeCS.'J
opera mundl KFS
U heeft er niets van gemerkt,
maar u bent behoed voor
1579 flessen ondeugdelijke soep,
omdat de Keuringsdienst van
Waren in ^Rotterdam die drie
weken geleden in beslag nam.
En afgelopen zaterdag is u
ook niets opgevallen; maar op
diezelfde dag werd het u on
mogelijk gemaakt om iets te
kopen van een partij van 750 liter gistende soep, omdat een keur
meester het allemaal tijdig had ontdekt en de soep kon worden
vernietigd.
„Ter plaatse vernietigd", zoals het in dit geval heette. Dat gebeurt wel
vaker; soms drie dagen achter elkaar, dan weer eens twee weken niet.
Maar elke dag zijn er dwars door Nederland zo'n ruim honderdtwintig
keurmeesters aan het werk, om uw zoontje voor slecht speelgoed en u voor
ondeugdelijke toiletartikelen te behoeden. Om maar twee voorbeelden te
geven.
Het fewam door
dat kleine berichtje,
uit Amsterdam. Er
zijn daar. door de
Keuringsdienst van
Waren, 160 kinder-
strijkboutjes in be
slag genomen „om
dat die levensge
vaarlijk speelgoed
bleken te zijn".
Xk las het en
dacht: hoe kamt
die Keuringsdienst
daar nu achter, hoe
weet men nu in
eens, dat daar en.
daar die dingen
zitten? Keurings
dienst van Waren?
Ja, in de tijd van
de Planta-ziekte
wist iedereen over
die dienst wat te
zeggen, maar heeft
u er enig idee van
wat men er precies
doet?
Kort en goed:
gistermiddag zat ik
tegenover dr. F.
Hoeke, scheikun
dige en directeur
van de Keurings
dienst van Waren
in Rotterdam, één
van de zestien dis
tricten waarin ons
land is verdeeld.
„Wel, het zijn
onze keurmeesters,
die dagelijks voor
inspectie in de bui
tendienst zitten, die
ons de meldingen
doen", zei hij. „lik
kijk dus eigenlijk
door de ogen
van mijn keurmees
ters.-En wat doen
ze? Ze nemen de
hygiënisahe om
standigheden op
in plaatsen waar
voedingsmiddelen
worden samenge
steld bijvoorbeeld.
Ze controleren
de melkfabrieken,
maar ook de melk-
slijters. Ze kijken
of er voorraden
melk opgeslagen
zijn die niet tegen
directe invloed van
het daglicht wer
den afgeschermd.
Ze kijken, in sa
menwerking met
hun collega's van
het openbaar slacht
huis. bij de slagers.
Ze proeven ergens
een bal gehakt.
Ze stapipen een
hotel of een restau
rant binnen. Ze
wandelen door fa
brieken en opslag
plaatsen. Ze nemen
een kijkje bij de
bereider van con
sumptie-ijs. ze con
troleren de groente
op de markt, enfin,
gaat u maar door.
En als ze ergens de
zaak piet vertrou
wen, nemen ze een
monster en dat
wordt op ons labo
ratorium onder
zocht."
„Neem melk en
brood, onze dage
lijkse zorg", zei dr.
Hoeke. „Met de la
boratoriumproeven
van deze zaken be
trachten we na
tuurlijk de grootste
spoed, anders zijn de melk en het brood
al verspreid. En zo'n keurmeester
heeft natuurlijk een zekere speurzin en
indien nodig moet hij ter plaatse direct
optreden en voedingsmiddelen laten
vernietigen."
-j(- Dr. F. Hoeke is de man die de leiding van de Rotter
damse Keuringsdienst van Waren heeft. Hier staat hij, bij
de met speciale apparatuur uitgeruste auto, die gebruikt
uiordt voor het bestrijden van de luchtverontreiniging en het
nemen van luchtmonsters.
We wandelen de kelder in van de
Rotterdamse Keuringsdienst van Wa
ren. Wat daar staat is aan uw oog in
de winkels onttrokken. U heeft (net)
niet de kans gekregen het te kopen.
Die twintig rekken met flessen melk,
die dozen met buitenlandse flesjes
vruchtensap, die blikjes boterhammen-
worst, die andere partij blikjes toma
tenpuree, die kleurkrijtjes en dat mid
del om vlug bruin te worden of die
zak met pindanoten.
Dat komt door de keurmeesters. Dat
komt door die mannen, van wie u
eigenlijk nooit hoort en die elke dag
ergens anders opduiken en rond
snuffelen.
„Soms is het wel moeilijk", zei dr-
Hoeke. „Dan geeft de fabriek alle
zorgen aan het melkprodukt, dan
trachten wij hetzelfde te doen en dan
neemt de huisvrouw de fles melk en
zet die in de vensterbank, in plaats
van op een koele en donkere plek. En
nog zoiets: op kantoren, wanneer het
weer wat kouder wordt. In de ochtend
levert de melkslijter zijn rek met fles
sen af en de mensen denken: zo, mooi,
een beetje op de centrale verwarming
zetten dat flesje, dan is het over een
paar uur lekker lauw. Dat is natuur
lijk helemaal funest. Het is gepasteu
riseerde melk, door de warmte van
de centrale verwarming gaan de bac
teriën lekker groeien en men geeft ze
een paar uur de kans om zich te ont
wikkelen."
Ik weet dat dit op scholen ook ge
beurt, die flesjes op de centrale, zei
ik.
„Natuurlijk net zo fout", aldus
dr. Hoeke. „En dikwijls komt men dan
later met de klachten bij ons."
Een autootje en een stoomwals, kinderspeelgoed in het
laboratorium van de Keuringsdienst. Hoe zit het met de verf,
geeft ze af, is ze gifhoudend? De microscoop geeft dikwijls
hel antwoord.
Zoals die mevrouw, die op woens
dag gehakt kocht en dat vier en twin
tig uur later wilde gaan braden, het
vlees niet in orde bevond en er mee
naar de Keuringsdienst wandelde. De
slager was niet helemaal brandschoon
„maar die mevrouw ook niet", ver
telde dr. Hoeke. „Dat kan natuurlijk
niet dat je gehakt zolang laat liggen.
En hoeveel mensen gebruiken niet de
zogenaamde Pruisische poeder wan
neer ze iets inmaken? Bij de jam-
fabrieken is het streng verboden, maar
de particulier koopt het bij de dro
gist of elders. Men denkt vaak: wat
opa en oma gebruikten was wel goed-
Maar de moderne voedingsleer leert
ons wel anders en er zijn dingen naar
voren gekomen, die men vroeger zelfs
niet vermoedde. Geen zaken waaraan
men direct dood gaat, maar op de
lange termijn hebben ze een schadelijk
effect. Niet over tien dagen, maar wel
licht over tien jaar. En dan weet nie
mand meer hoe het kwam."
Met de Warenwet in de hand wer
ken directeur Hoeke en zijn keur
meesters, ook als het om speelgoed
gaat. Om de verf bijvoorbeeld, om de
gele verf, waar loodchromaat in kan
zitten.
Dan wandelt zo'n keurmeester een
speelgoedafdeling van een warenhuis
binnen of een kleinere winkel. Hij
neust eens en stapt weer weg. Maar
een andere keer komen hem die au
tootjes niet van te beste kwaliteit voor
en hij neemt er een mee. Of kleurpot
loden waarop negen van de tien kinde
ren bijten. Of kleurkrijtjes. Niet al
leen het krijt, neen, ook om het
gekleurde papiertje erom heen gaat
het.
En In het laboratorium wordt de
verf van het speelgoed onderzocht.
Of de verf van het papier om dat
krijtje. Of de verf die gebruikt werd
om het potlood een paar aardige kleur
tjes te geven die, als ze loslaten in
de mond van uw sabbelende zoon of
dochter en van slechte kwaliteit zijn,
giftige stoffen kunnen bevatten.
Dat gevulde zwemvest, die matras
en dat pakje watten ontsnappen niet
aan het oog van de keurmeesters,
want die vallen weer onder het Vul-
selbesluit. Trouwens, ik zou het an
ders willen stellen: wat ontsnapt wel
aan hun blik?
Glazen, potten, pannen, kopjes, vor
ken, fopspenen, pillen om bruin te
worden, schoenpoets, wasmiddelen,
rattenkruid, onkruiddoder, kauwgum
en lakens, de heren keurmeesters la
ten er allemaal hun speurzin overheen
wippen.
Ook dat papiertje waarin uw ons
ham wordt verpakt en dat #an de ene
kant bedrukt is met een reclame,
want de drukinkt kon wel eens afge
ven en niet goed zijn voor uw gezond-
-,4ieid,. Ook. de schoonheidstniddelen, die
u al of niet kwistig op de. wangen
strijkt. Ook de eendeneieren, die bij een
banketbakker in beslag genomen wor
den.
Het is geen spectaculair werk, dat
de mensen van de Keuringsdiensten
voor Waren verrichten. Ik stel me voor,
dat restaurateurs en winkeliers, fabri
kanten en anderen die keurmeesters
doorgaans maar als lastige rondkij-
kers beschouwen.
Eigen nieuwsdienst
SCHIPHOL De heer Li Hshieh, zaak
gelastigde van de Chinese volksrepubliek
in Den Haag, heeft gistermiddag konin
gin Elisabeth van België op Schiphol
uitgeleide gedaan. De 86-jarige groot
moeder van koning Boudewijn vertrok
met een klein gezelschap met een
Tupolev van de Russische luchtvaart
maatschappij Aeroflot naar Moskou.
Koningin Elisabeth wil daar twee dagen
blijven voor zij doorvliegt naar Peking.
Baron Allard, die de grijze koningin
begeleidt: zei: „De koningin praat liever
niet over haar leeftijd. Zelf zegt zij: Ik
blijf altijd twintig, mogelijk drie tot
vier maal."
DEN HAAG. De algemene vereni
ging Inlands Hout heeft het Verbond
voor de Nederlandse groothandel ge
vraagd erop aan te dringen, dat de ver
kiezingen in Nederland voortaan op za
terdag worden gehouden.
De vereniging zou de verkiezingen
voor de Provinciale Staten (28 maart
1962) en voor de gemeenteraden (30 mei
1962) op één zaterdag willen laten hou
den.
Inlands Hout vindt dat het wettelijk
verplicht vrijaf geven van het personeel
grote «kosten met zich meebrengt en bo
vendien nadelig is voor de produktie.
ln de kelder van het gebouw naar de Keuringsdienst van Waren in Rotterdam
is gevestigd, stonden ze, de in beslag genomen goederen: de rekken met flessen
melk, de blikjes tomatenpuree en boterhamworst, het vruchtensap en nog vele
andere zaken, die zeer precies worden geregistreerd.
Maar die mensen van de Keurings
diensten zijn wel degenen die u en mij
voor een hoop ellende kunnen sparen.
Het zijn ook de mensen, die in de Rot
terdamse haven eens een grote partij
zalm uit Japan konden opvangen, keu
ren, daarna afkeuren en linea recta
terugzenden naar het land van her
komst. En dat kon dus allemaal, voor
dat die zalm over het hele land was
verspreid.
Het zijn (in Rotterdam) dezelfde
mensen, die daar met een speciaal voor
dit doel ingerichte wagen rondrijden
om luchtmonsters te nemen en de strijd
tegen de luchtverontreiniging aan te
binden. En het zijn ook degenen die uw
uitsmijters en uw goulash, uw bami
schotels en uw gebraden kip controle
ren.
Het zijn werkers in stilte, van wie
we geen weet hebben. Het gaat om een
dienst die we er alleen bij halen wan
neer er ergens klachten zijn en ondeug
delijke zaken verkocht werden. Maar
al die andere keren dat we geen klach
ten hebben, al die keren dat de bief
stuk en de melk, het paneermeel en de
doos crème „naar wens" zijn, dan
denken we zelfs niet aan die Keurings
dienst van Waren.
S3
Het water was echter al ver afge-
ebd en al gauw voeren zij op een
zanddrempel. Allen stapten ze naast
de boot en met gezamenlijke krach
ten werd het vaartuig over de hin
dernis heengesleept.
Na een paar honderd meter liep
het vaartuig echter weer omhoog en
nu was het niet op een drempel
maar op de bodem van het watel
dat hier over een grote lengte bij
laag water droog kwam te liggen.
Maar de crossers kenden de Bies-
bosch als hun vestzak en zij wisten
dat van hier uit De Mand tegenover
Drimmelen ook te voet te bereiken
was. Zij lieten de boot onbeheerd
achter en door het riet heen bereik
ten zij de polderka.
In flinke pas marcheerden zij in
de richting Drimmelen, de tegensla
gen zouden nu wel overwonnen zijn,
meenden zij.
Na een uur gelopen te hebben
bleef Adriaan opeens stokstijf staan.
„Stop jongens," beval hij.
„Doorlopen," zei Kees.
„Niet doorlopen, we zitten midden
in een mijnenveld, ik ben hier als
gids van een kommandogroep al eer
der geweest en toen was het veld
door witte linten gemarkeerd. Die
zijn door de Duitsers weggenomen
maar ik weet zeker dat we er mid
denin zitten..."
Daar stonden zij... een mijnen
veld, erger kon hen niet overkomen.
Er moest een besluit genomen wor
den; hier blijven staan konden zij
niet.
„We moeten er door zien te ko
men," zei Adriaan.-
„Maar hoe...?"
„Ik ial voorop gaan en dan volg
je me door je voeten precies in mijn
voetstappen neer te zetten."
„Als er dan wat gebeurt ben jij
het slachtoffer, dat kunnen we niet
aannemen..."
„Het kan niet anders jongens... ik
of een ander... één moet er voorop
gaan."
Allen begrepen de ernst van hun
toestand. Adriaan had gelijk, het kon
niet anders en met een zwijgzame
handdruk waagden zij de sprong in
het ongewisse.
Adriaan liep voorop en in ganzen
pas volgden zijn makkers. Het hart
klopte hen in de keel en van elk ge
luid schrokken zij. Een brekende tak
onder de voeten van Adriaan was
genoeg om hen verstijfd te doen
stilstaan.
Een vreselijke stank waaide hun
tegemoet en telkens passeerden zij
opengereten cadavers van koeien en
paarden.
Het was een verschrikkelijke tocht
maar zij vorderden, met langzame
lange passen baande Adriaan hen een
weg door het veld van de dood.
Omzien deed niemand, een ieder
zag slechts de voetstappen van zijn
voorganger.
Opeens hoorden zij een hevige klap
en het gillen van een mens in doods
nood.
Sjefke, die als achterman de stoet
sloot, had zijn voorman niet precies
gevolgd en was op een mijn gestapt.
Ernstig gewond viel hij neer, een
fontein van bloed spoot uit een van
zijn benen en binnen enkele ogenblik
ken zou hij doodgebloed zijn....
Sjefke was bij kennis en daar hij
medisch student was kon hij zelf aan
wijzingen geven voor de behandeling
van zijn been.
Met een stropdas bonden zij bo
ven de wond het been af, meer kon
den' zij niet doen.
Vervoeren durfden zij hem niet en
na een ernstig overleg werd beslo
ten dat Tony bij zijn vriend zou blij
ven, de anderen zouden doorgaan
naar Drimmelen en van daaruit zou
den zij voor medische hulp zorgen.
Niemand durfde echter een voet
verzetten en hulpeloos zagen zij el
kaar aan. Maar zij zagen ook Sjef
ke.... er moest iets gedaan worden!
Op tien meter afstand was een riet
gors, daar lag hun weg.... Met een
zakmes prikten zij de bodem af naar
mijnen. Dit vergde veel tijd en daar
om namen zij de laatste anderhalve
meter met een sprong. Tot over hun
knieën zakten zij in de modder van
het rietgors weg; maar hier waren
geen mijnen en moeizaam worstel
den zij zich door het riet heen. De
avond begon te vallen en tussen het
riet hing een zware lucht van mod
der en rottende planten. Het riet was
in deze winter niet gesneden en uit
zicht hadden zij niet tussen de lange
stengels.
Zij ploeterden, struikelden en vie
len neer in de glibberige blubber en
na een uur zwoegen stonden zij weer
op het punt van uitgang, zij waren
in een cirkel rondgelopen. Het was
hopeloos....
Maar zij hoorden Sjefke kreunen
en opnieuw begonnen zij een wor
steling met modder, riet en een ruim
te die zij niet overzien konden.
Er kwamen sterren aan de lucht
en daar zagen zij de hoogspannings-
door C. Baardman
masten aan de Amer. nu hadden zij
iets waarnaar zij zich richten kon
den.
Badend door slappe modder, soms
zwemmend wisten zij de Amer te
bereiken. Lans de waterkant liepen
zij in Westelijke richting om zo te
genover Drimmelen te komen. De
kribben durfden zij niet oversteken uit
angst voor mijnen. Elke krib moest
zwemmend tegen de felle stroom in,
genomen worden. Zij raakten uitge
put en bij het omzwemmen van een
der kribben geraakte Adriaan bewus
teloos en hij zonk in de donkere diep
te weg.
Frans wist hem echter nog juist
bij de haren te grijpen en boven wa
ter te houden tot hij grond onder de
voeten had om te staan.
(Wordt vervolgd)
BERGEN OP ZOOM. Voor het
kantongerecht te Bergen op Zoom
moest donderdagmorgen o.m. terecht
staan J. C. de W. uit Tholen. Verdachte
was echter niet verschenen. Op 27 juni
jl. was deze op de Halsterseweg in bot
sing gekomen met een auto van C. S.
uit Zierikzee, die als getuige nu werd
gehoord. S. kwam over deze weg gere
den naar Tholen. Toen hij een zijweg
in wilde slaan had hij afgeremd om
een tegenligger eerst te laten passeren
maar toen hij stond te wachten werd
hij van achter aangereden door De W.
Deze had moeten stoppen en was zon
der noodzaak tegen de auto van S. aan
gereden. De W. had verteld dat S. aar
zelend had gereden waardoor hij eigen
lijk niet begreep wat die ging doen. Uit
het onderzoek bleek echter dat De W.
met te grote snelheid had gereden an
ders had hij zijn auto wel tijdig tot stil
stand kunnen brengen. De officier van
justitie eiste tegen hem een boete van
25 subsidiair 5 dagen tot welke straf
De W. bij verstek ook werd veroordeeld.
WATER GEHAD,
MAARGATOCH
MAAR. EVEN
KIJKEN
HIJ MOESTZ'N NIEUWE WA"
■tERPISTOOLVULUEN-HW
WILDENIETONGEWAPEND
NAAR BED;
WATWAS ER
MST'M?
WATÊR-
^l||IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIHHIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIilllllIIIIIIIIIIIIINIIIII!IIIHIimilllllllllinilllltllllllllll@
61. „Dertig miljoen vierhonderd vijf en
zestig dollars en tien cent!" riep de kas
sier na lang te hebben gezwegen.
Onder de gangsters ging een hoeraatje
op en ook de maat glimlachte blij.
„Daar krijg ik ook wat van", dacht
hij. „Daarvan ga ik fijn op vakantie
naar het Uddeler meer. Dat heb ik wel
verdiend na alle ellende en narigheid!"
„Wilt u het even klein maken, me
neer de kassier?" vroeg Pets Domino.
De kassier worstelde zich boven het
papier uit.
„Dat zal moeilijk gaan", meende hij.
„Want ik kan het niet inwisselen."
„Waarom niet?!" riep de maat met
ongewone felheid.
„Omdat", antwoordde de ander met
een geringschattend gebaar op de sta
pels, „Omdat dit geld allang ingewisseld
had moeten worden. Het is al twintig
jaar niets meer waard!"
Deze mededeling was te veel voor de
oudjes. De een na de ander veranderde
van kleur en onttrok zich met. een diepe
zucht aan de harde werkelijkheid...
68. Otto's voorstel vond algemene bij
val en de volgende ochtend steeg het
hele gezelschap op, om elders een tijde
lijke verblijfplaats te betrekken. Nu al
len weer verenigd waren en twee nieu
welingen zich bij hen hadden aangeslo
ten, was de stemming uitstekend en er
klonk gelach en kwinkslagen.
Niet alzo in de koningsburcht van Fen-
ton. Fenton leefde in een soort smeulen
de woede, die af en toe opvlamde in
een razende uitbarsting. En nu Athel-
stan hem weer ontlopen was en Otto
en Magister Tifferoen op hun vlucht
niet gevangen waren, vonden die uit
barstingen veelvuldiger plaats. Menige
krijgsman, die zich van geen kwaad
bewust was. werd daar het slachtoffer
van. De kerkers zaten vol en in Sak-
senland werd fluisterend gesproken
over de wreedheid van de koning.
ROTTERDAM. In de Waalhaven is
gistermiddag het lijk opgehaald van de
dertigjarige matroos George Potyka uit
Miihlheim m Duitsland.
In de nacht van woensdag op donder
dag was de matroos, door de duisternis
misleid, bij het aan boord gaan tussen
wal en schip gevallen.