de Het drama van pensioendief KATJA, dïe terugkwam De twee jonge redders DIEF ZEI DANK U DRIE BEJAARDEN IN HOOFDROLLEN uit Polen GEBROKEN ARM WAS HET KEERPUNT VOOR EEN VERROTTE SCHOOL M1 Verdichtsels van 13-jarige weer te boven gekomen Overbodige directeur Zaterdag 31 december 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 17 Van een onzer verslaggevers 7 IJ ZIJN er nu, vele maanden nadat het gebeurd is, nog beduusd van. Dat hun dit kon gebeuren: slachtoffer te worden van een man, die zich uitgaf voor rechercheur van P.T.T. en er tot twee keer toe in slaagde bejaarde mensen van hun pensioen te beroven. Door gladde praatjes, die zo vertrouwenwekkend klom- ken, dat er gewoon niet aan gedacht werd de man een legitimatie te vragen. flEN VAN ALPHEN, uit Drumpt (onder Tiel) Mvam dit jaar in het nieuws door een 13-jarige buurjongen. Die had haar door allerlei verzin sel voortdurend geld weten te ont futselen, zodat zij, alleen levend in het boerderijtje van haar ouders, voor een dreigend bankroet kwam te staan. Gelukkig werd er ingegrepen. En Mien (60 jaar), die op de grond van haar boerderijtje weer acht schapen heeft lopen en een aanvallige pluim- veeistapel de hare mag noemen, is al het rumoer al weer vergeten. Dank zij geld dat goedgeefse Ne derlanders voor haar hebben gestort (een notaris in Tiel beheert dit) heeft zij nu ook elektrisch licht gekregen in plaats van de petroleumlampen. Bovendien laat men haar niet meer alleen des nachts. Om toerbeurten komen nichtjes haar gezelschap hou den. Voor de rest blijft zij haar (ontroe rende) zorg wijden aan n'e schapen en kippen, die achter het boerderijtje aan de Dorpsweg 40, geen weet heb ben van de moeilijkheden, waarin hun eigenares was komen te verke ren. Mien van Alphen, uit Drumpt ITATJA HENDRIKS keerde dit jaar terug bij haar ouders aan de Effinksweg 77 te Enschede. Ze is nu vijftien jaar en is bijna dertig pond aangekomen sedert ze op 9 maart 1960 uit het vliegtuig stapte, dat haar van Warschau naar En schede bracht. Katja was een baby van twee maanden, toen haar ouders vader kwam uit Enschede, moeder uit het Poolse Kreutzburg; beiden waren door de Duitsers opgepakt en te werkgesteld bij Breslau naar Nederland terugkeerden. Ze durf den Katja niet mee te nemen om dat ze bang waren dat ze van honger zou omkomen. Drie weken heeft het echtpaar Hendriks-Szezech in 1945 nodig ge had om Enschede te bereiken. Bij Glanerbrug werd mevrouw Hen driks teruggestuurd omdat ze geen papieren had. Via de „groene grens" kwam ook zij in Enschede. Katja werkt op een confectie- atelier. Ze spreekt Nederlands vrij wel zonder een accent, maar kent nog niet alle woorden. Het Pools beheerst ze nog uitstekend, zodat moeder en dochter zaken kunnen regelen waarvan papa niets snapt. /"Np deze pagina komen zij nog eens naar voren: de mensen, die in hef afgelopen jaar „in het nieuws" uit eigen land stonden. Het is een greep uit het vele nieuws, dat in 1960 in onze kolommen verscheen, een greep, die de lezer confronteert o.a. met de melkhandelaar uit Huizen. tegen wie een autodief zeer beleefd „dank u wel" zei en het schoolhoofd uit De Heen, die in zijn bouwvallige school (daterend uit 1857) viel en zijn arm brak. Hoe is het met Mien van Alphen uit Drumpt, die plotseling haar reke ningen niet meer kon betalen, dank zij de chantage van een dertienjarige jongen? En met ir. K. H. Tusenius uit Amersfoort, die zijn functie in dienst van de gemeente Apeldoorn overbodig verklaarde en zijn ontslag nam? De direct hierbij betrokkenen zijn: mevrouw H. A. Sebes-Goed- hart, Clara Mariahofje 4, Dor drecht (zij zorgde ervoor dat de grote onbekende in Dordrecht zijn Waterloo vond). 2 de 86-jarige heer H. Keiler, uit de Schinkelstraat te Rot terdam. Hij zag, met zijn huis houdster juffrouw M. 't Hart, de „rechercheur" verdwijnen. Met 600 gulden: het pas gebeurde pensioen aan een Rotterdams bij postkantoor. de 60-jarige mevrouw A. van Kampen-Schouten uit de Oude Maasstraat 8a, te Schie dam (zij gaf behalve een bedrag van 240 gulden nog eens een be drag van 800 gulden mee, dat zij voor haar zeer bejaarde ouders enkele dagen eerder bij het post kantoor had gehaald). Nog twijfel Natuurlijk is het volmaakt onlo gisch een verhaal met het slot te be ginnen. Desondanks geven we eerst het woord aan mevrouw Sebes, sinds zeven jaar bewoonster 'van een der rustiek-witte huisjes van het Dordtse hofje, waar de grote onbekende ont maskerd werd. Zij leeft nu nog in twijfel of zij er goed aan heeft ge daan de politie te zeggen wat zij dacht van de man, die in september 1960 plotseling voor haar deur stond. Op dat ogenblik twijfelde de door spit geplaagde 72-jarige echter geen ogenolik. Hij vroeg of zij ook wist wie van de bewoonsters zo juist kon zijn thuis gekomen, na haar pensioen aan het postkantoor te hebben ge haald. Die man? Het lag haar op de lippen hem te vragen of hij soms de man was over wie zij in de krant had gelezen. En die tot twee keer toe oude mensen van hun pensioen had beroofd. Zij hield de vraag in, maakte de man niets wijzer. Zij zag dat hij bij de buurvrouw op nummer 2 aanbelde. Maar die was niet thuis. Ook dat wist zij. Ze was doodsbang dat hij daarna bij haar rechterbuurvrouw zou aan bellen. Die was wel net van het post kantoor thuis gekomen. Mèt haar pen sioen. Mevrouw Sebes glipte de deur uit, vloog bij de rechterbuurvrouw, de 74-jarige juffrouw Timmermans, naar binnen. Die zat net haar geld na te tellen. „Berg dat geld weg, er is iemand, die er op loert, siste Ik haar toe. Zij gehoorzaamde zonder iets te vragen. Ik ging weer naar buiten, zag de man staan praten met een twaalfjarige jongen uit de bloe- menzaak op de hoek. Op dat moment verdween hij en ik vroeg de jongen wat de man wilde. Ook aan die jon gen had hij gevraagd of hij een van de bewoonsters net thuis had zien ko men. Maar de jongen had niets ge zien. Toen moest ik de politie bellen, want ik was zeker van mijn zaak. Gelukkig kwam net de goudsmid langs, die dit van me overnam. 5 minuten Binnen vijf minutenn stond de po litie voor onze neus, binnen een kwar tier had men de man te pakken. Er volgde een confrontatie. Wegens mijn spit werd ik per taxi gehaald. Toen was het gebeurd." Zo vertelt mevrouw Sebes het nu. En met een wijsgerig lachje wuift zij het compliment weg dat we haar niet onthouden: dat zij goed gehan deld heeft. ,,Ik heb medelijden met de ouders van de man en zijn vrouw", zegt ze dan. ,,En of ik het weer zou doen? Ik weet het nog niet! Ik heb er echt veel weet van gehad." Ook geen vrede Het zelfde geluid laat de 86-jarige heer H. Keiler horen. Ook hij wor stelt nog steeds met deze zaak, on danks het feit dat de hem afhandig gemaakte 600 gulden volledig ver goed zijn. „Hij zat zo op zijn gemak je een kop thee bij ons in de ka mer te drinken, hij vertelde zo ge- 0 De 86-jarige heer H. Keiler eerste slachtoffer 0 Mevrouw A. van Kampen-Schouten tweede slachtoffer Mevrouw H. A. Sebes-Goedhart zij had het gelezen Het uit 1880 daterend Clara Mariahofje te Dordrecht, waar de „rechercheur" van P.T.T. ontmaskerd werd. loofwaardig, dat ik er geen moment aan dacht hem te wantrouwen." Het leven veranderde op slag toen op het postkantoor de „rechercheur" onbekend bleek te zijn De po litie kwam met foto's, later kwam de confrontatie met de gearresteer de, nog weer later de verklaringen thuis die de officier van justitie no dig had. Juffrouw 't Hart herkende de bruin verbrande verdachte (hij was naar Italië geweest met vakantie) het eerst. Dat was toen de politie op haar verzoek hem het blauwe overhemd aantrok, dat hij op die dag had ge- dragen. Bij zijn bezoek had zij ge zien dat er een steekje aan het boord los zat. En dat steekje werd zijn noodlot. Hij ontkende dan ook niet meer Mevrouw Van Kampen-Schouten uit Schiedam kreeg nog geen kwartier nadat de man met goed 1000 gulden uit de woning van haar ouders ver dween, argwaan. Zij ging rechtstreeks naar de politie, die haar vroeg of zij de kranten niet gelezen had over een soortgelijk geval van oplichting in Rotterdam. „Ik had het niet gelezen", zegt zij nu. Ook haar en haar ouders is het verschijnen in de rechtzaal bespaard gebleven. En bij haar en haar ouders een diepe dankbaarheid voor de goed geefse Rotterdammers, die er voor zorgden dat de duizend gulden voUe- dig vergoed werden. UIER is nog eens het schoolhoofd van de Fatimaschool in De Heen, onder de rook van Steenber gen. Hij kwam in het nieuws door op een avond tegen middernacht in de onvoldoende verlichte gang De dertienjarige Alfons Schijf uit De Meern aarzelde geen moment Mevrouw P. M, wis-Broere pas gekapt Lee- De 18-jarige Gerrit Leewis redde zijn moeder Mevrouw M. J. Ha moen-Van Bemmel maar één gedachte 0 Katja uit Enschede (in goed negen maanden 30 pond zwaarder) met haar vader en moeder, mevrouw en de heer Hendriks. „VONDE VAN MIJN HAAR": dat was de laatste gedachte van mevrouw P. M. Leewis-Broere uit de Pastoor Boelenstraat 8 in De Meern toen zij op een meimiddag in 1960 door een auto de Leidse Rijn ingeveegd werd. Zij had in een flits gezien dat haar zoon, die naast haar fietste, de auto had kunnen ontwijken. Even later sloot het koude water van de Rijn zich boven haar pas gekapte hoofd. Lang duurde het onvrijwillige bad niet. Haar 18-jarige zoon Gerrit sprong in het water en bracht zijn moeder in recordtijd aan wal. Toen zag mevrouw Leewis haar zoon opnieuw in het water springen en naar de drijvende auto zwemmen. In die auto zat een dame, die er niet in slaagde een van de portieren te openen. Nog geen tien seconden daar na zag de druipnatte geredde dat de dertienjarige Alfons Schijf uit De Meern, die juist langs kwam fietsen, zijn jas uittrok en zijn schoenen uit schopte. Even later zwom hij ook naar de auto. Samen hebben de twee jongens mevrouw Hamoen Van Bem mel uit Ter Aa, de enige inzittende, door het portierraampje uit de zin kende auto bevrijd. Kunt u zich voorstellen dat mevrouw Leewis de foto van haar zoon Gerrit vol liefde bekijkt? En dat zij er in haar hart maar wat trots op is dat hij en de 13-jarige Alfons Schijf later uit handen van de burgemeester van Vleuten een verdiende onderscheiding van het Carnegie Heldenfonds kre gen? Alfons Schijf, wonend aan het Strijk- viertal in De Meern, was het hele ge val al weer bijna vergeten toen wij hem er nog eens aan kwamen herin neren. Hij weet alleen nog dat hij in de verte de auto te water zag rijden. En hij fietste wat hij kon om de plaats te bereiken. Hij had net een maand tevoren zijn diploma reddend zwemmen gehaald (via het school zwemmen). En toen hij zag dat de redder in het water alleen weinig kon uitrichten was hij meteen de Leidse Rijn ingedoken. Gemakkelijk ,,Ik had maar een gedachte: hier kom ik toch zeker gemakkelijk uit!", zegt de 51-jarige mevrouw M. J. Ha moen-Van Bemmel uit Ter Aa (onder Loenen aan de Vecht). Zij reed al leen met de auto van haar man die meidag van 1960 in De Meern langs de Leidse Rijn, op weg naar haar schoonzuster. „Plotseling begon de wagen te slip pen en ik zette m'n voet op de rem. De auto zwiepte om, sloeg over de kop de wal af, kwam op de schoei ing terecht, sloeg weer over de kop en dreef toen ineens met de wielen op het water. Ik zat hoe is het mogelijk? op de achterbank. Ik greep naar het schuifdak. Even trek ken, dacht ik en ik zit op de kap. Maar het dak bleef gesloten. Dan maar door het geopende por tierraampje. Ik kwam er een stukje uit, maar bleef toen hangen. De auto zonk vrij snel. Vlak bij het portier morrelde een jonge man aan de kruk. Doe open, riep hij. Ik had er helemaal geen erg in dat het portier op slot zat. Met z'n drieën Ik kroop naar de voorbank, ging op mijn rug liggen en probeerde zo door het raampje te komen. Gelukkig kon ik met mijn handen de kap bereiken. De redders bij de auto, er was een jongen bijgekomen, trokken en zo gleed ik naar buiten. Even later zaten we met zijn drie- en op de kap van de geheel onder water verdwenen auto. Van de kant af werd een touw naar ons toe geworpen. De jongens bonden het om mijn middel en zo stond ik een minuut later druipnat op de wal. Minus een in de auto achtergebleven schoen. Ik werd naar het bejaarden centrum gebracht waar iemand mij een deken gaf. Uitkleden en naar het ziekenhuis, was het volgend bevel. Maar ik zei: mij niet gezien. Ik ga niet op de brancard. Breng me maar naar mijn schoonzuster, daar kan ik droge kleren krijgen. Vandaar heb ik mijn man opgebeld met de boodschap, dat de auto in de Rijn lag en dat ik per taxi naar huis kwam. De auto? Die hebben we afgeschre ven. Mijn man kocht een nieuwe en toen ik de schrik te boven was ben ik daar weer mee gaan rijden. Zo eindigt mevrouw Hamoen haar herinnering aan dit goed afgelopen ongeluk, dat zij meemaakte, kort na dat zij en haar man (met de vier kin deren) de zilveren bruiloft hadden ge vierd. A/JET twinkelende ogen heeft de melkhandelaar J. Rebel (32 jaar, gehuwd, twee kinderen) ons nog eens het verhaal gedaan van zijn stunt op een februarimorgen van het afgelopen jaar. Hij liep om kwart over vier die ochtend juist met zijn melkkar buiten in de De Ruyterstraat te Huizen, toen een man hem voorbij liep. Die keerde echter op zijn schreden terug en vroeg de heer Rebel of hij niet even een handje kon helpen bij het op gang brengen van zijn auto. De heer Rebel was bereid, duwde de auto aan en nam zelf achter het stuur plaats toen de motor afsloeg. Hij bracht deze nu op gang, liet die even warm draaien, zag de vreem deling instappen en wegrijden. Ei- kon nog net een dank-u-wel van af, zegt de heer Rebel nu. Pas toen hij de volgende dag iets las over een in zijn buurt gestolen auto, herinnerde hij zich dat de vreemdeling die hij zo goed gehol pen had, nogal met draadjes in de motorkap manipuleerde. Een blik sembezoek aan de eigenaar helderde alles op. De vreemdeling was een (beleefde) dief geweest. Een paar dagen later is de wagen in Den Bosch terug gevonden. De dief zat zijn straf uit. Voor de heer Rebel zal de her innering aan de vreemdeling, die hij door zijn hulpvaardigheid in het bezit stelde van iets, dat hem rechtens niet toekwam, blijvend zijn! 0 De heer J. Rebel van deze streekschool te vallen en zijn arm te breken. De heer F. W. Sterenberg (34, gehuwd, vader van een jonge zoon) heeft achteraf die ongelukkige val niet betreurd. Daardoor werd op nieuw de aandacht gevestigd op de deplorabele toestand waarin het uit 1857 daterend gebouw zich bevindt. Gat Gelijk heeft hij: in de gang van de school naar de speelplaats ligt een nimmer met zand volgestorte (lege) beerput. Daardoor viel er plotseling een gat in de vloer. Het werd provi sorisch gedicht, maar dat werd ook de oorzaak van de val De heer Sterenberg verbergt zijn voldoening niet als hij vaststelt, dat de bouw van een nieuwe school (echt geen weelde) daardoor verhaast is. „Den Haag gaat akkoord en op 28 december j.l. werd de aanbesteding gehouden", zegt hij. Vloer buigt „Of het nodig is? Een klaslokaal hebben we tot bergruimte ingericht omdat'de vloer aan alle kanten door buigt. Het overblijflokaal heeft een gedeeltelijk weggerotte deur (die mag nu gerepareerd worden) en een vloer, waarin eveneens gaten zijn gevallen." Is het te verwonderen dat binnen afzienbare tijd het hoofd van de Fa timaschool, zijn twee onderwijzers en de kinderen verheugd de deur van het oude hok achter zich dicht zullen trekken? Gestut Al was het alleen maar om de op instorten staande muur waarin zich de deur bevindt van de speelplaats naar de school. Boven de deur is een houten kozijn aangebracht, teneinde de muur te stutten. Het aantal ma len per dag, dat die deur geopend wordt, is legio! TR. K. H. Tusenius (44), uit Amers- J- foort was de man die in 1960 B. en W. van Apeldoorn nogal ver raste. Hij deelde het college op 12 maart van het afgelopen jaar mede, dat hij zijn functie (coördinerend directeur van drie gemeentelijke diensten) overbodig vond. En hij trok de consequentie uit zijn woorden, zant korte tijd later aanvaardde hij een baan als direc teur van een Rotterdams bedrijf. Nog een paar weken zal hij tussen Amersfoort en Rotterdam (per trein) heen en weer reizen. Begin 1961 ver huist hij met vrouw en kinderen naar Rotterdam. „Of ik er geen spijt van heb" De heer Tusenius glimlacht als hij een opgewekt „nee" laat horen. „Vooral niet", zegt hij, „omdat een van mijn suggesties aan B. en W. om een con sulent voor de gemeentelijke bemoeie nissen met de lichamelijke opvoeding en sport te benoemen, klaarblijkelijk is opgevolgd. De advertentie daarvoor is eind november verschenen." Overigens kreeg de lieer Tusenius in september van een bevriende rela tie uit Amerika een knipsel gestuurd uit een krant, waarin vrij uitvoerig werd geschreven over zijn besluit zijn functie op te heffen. Wie weet hoe veel van die functies er ook in Amerika zijn? Ir. K. Tusenius De heer F. W. Sterenberg (rechts) en de vloer van het overblijflokaal van de Fatimaschool in De Heen. Daar ligt een stnk triplex op, zodat een schoolbank hier nog een wankel evenwicht kan vinden

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 17