In Zundert staal al 20 jaar een achterdeur open Motieven om de boom VIJFTIEN MILJOEN GEFLITSTE FOTO'S TREES GOOSSENS VERDWEEN OP 28 FEBRUARI 1940, MAAR HAAR MOEDER HEEFT NOOIT DE HOOP GEHEEL OPGEGEVEN Opkomende griep Zaterdag 24 december 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag- 11 TELEURSTELLING LICHTBRON HET BETERE WERK VOORDELEN TIPS VOOR HET LAATST TF SPANNING HOOP EN VREES KWELLING den Ol. Jen r- „BLITZ -111:1 El Ei. OP KERSTI18 vangst gedaan met de arrestatie van een man, die bekend stond als de dik ke Hollander. Gebleken was, dat hij in de loop der jaren en ook tijdens de oorlog niet minder dan 47 Nederland se meisjes over de grens had gelokt en in een verdacht huis de rol van blanke slavin had laten spelen. Er waren foto-albums gevonden waarin de meisjes waren afgebeeld als koopwaar in een catalogus. Mevrouw Goossens was er direct op afgegaan, doch naar zij van de poli tie ten slotte vernam, was Trees daar niet bij. ER ZIJN geen dagen die zich beter lenen tot het maken van foto's in de huiselijke kring dan Kerstmis en Nieuwjaar. Het is alleen jammer dat er altijd nog zoveel kiekjes of dia's gemaakt worden die uitsluitend tot onderwerp hebben „Annelies bij de kerstboom", „Puk bij de kerstboom" enz. 't Is jammer van het materiaal, omdat er met heel weinig moeite wat méér van te maken is. We willen niet zover gaan als onze huisvriend Wouter die 2 jaar geleden aan een wekker een zodanig electrisch contact had gebouwd, dat om precies 12 uur een flitsfoto werd gemaakt van de verzamelde familie. Op oudejaarsavond 1959 kreeg iedereen die foto voor het eerst te zien! Van de reacties maakte hij een alleraardigste dia-serie waarmee hij later veel succes oogstte. Zoiets is origineel, maar vergt veel voorbereiding. Wij willen echter eens zien wat er zo gewoon rond Kerstmis en Nieuwjaar aan motieven in huis te vinden is. Allereerst natuurlijk de kerstboom. Fascinerend voor jong en oud door zijn lichtjes. Maar waarom maken we een dia van Peterhans als ie vóór de kerstboom staat. Zou een opname van hem achter de kerstboom dikwijls niet veel geslaagder zijn? Hij kan dan naar de kaarsjes kijken en als we indirect flitsen dan hebben we nog een kans dat de kaars lichtjes prachtig in zijn ogen weer kaatsen. We moeten er uiteraard wel op letten dat zijn hoofd niet schuil gaat achter een grote dennetak of een andere glazen ballon. Hebben we echte kaarsjes, maak dan eens een foto van Ysbrand, die juist een kaarsje heeft uitgeblazen. Als u 't goed aanlegt: tien tegen een dat dan zelfs de rook van de kaars (die juist uit is) er op staat. Om bij de kerst boom te blijven: alle kinderen (en zelfs de volwassenen!) vinden het leuk zichzelf te zien in de lachspiegel, die kerstbal heet.' Hebben we al eens geprobeerd van Tante To een foto te maken als ze gezichten staat te trek ken voor die ballon? Dan moeten we natuurlijk wel voor haar staan. Wie het heel bijzonder wil dóen moet eens proberen het beeld in de ballon te fotograferen. Willen we het enscene ren, dan kunnen we dat met een ge wone camera (met voorzetlens) doen. Willen we het ongemerkt doen, dan moeten we eigenlijk wel over een reflexcamera beschikken. door Ernst W. Hoonakke* pAAR schatting zullen in Nederland met Kerstmis en Nieuwjaar 15.000.000 (15 miljoen) flitsfoto's gemaakt worden. Alleen dat al kost 300 km kleinbeeldfilm en 450 km rol- film! En in een landje waar slechts" tussen de 60 en 70 miljoen gulden per jaar aan fotografie wordt uitgegeven. Eén op de vier Nederlanders heeft een fototoestel 't zij een clackje, 'n starmite, 'n rolleiflex, een canon, een yashica of hoe de vele merken mogen heten. En ieder jaar komen er ruim 150.000 toestellen bij! Hoeveel flitsapparaten er zijn is slechts bij benadering op te geven. We denken zo ongeveer anderhalf miljoen. Er is nog veel meer met Kerstmis. Hebben we al eens foto's gemaakt van het eten zelf? Niet speciaal van Mam ma die een plensje jus uit de juskom over het (kerst)tafellaken laat vallen, maar van onze 2, 3, 4, 5 of 6-jarige zoon die wanhopige pogingen doet alle vlees van een botje te krijgen. Een ander idee? Rosita (3 jaar) die uit een glas lebbert. Een pracht van een op name als we een laag standpunt kiezen, want dan zien we haar ge zichtje gedeeltelijk door het glas met de vloeistof. Bij kleur-opnamen kun nen we een rode vloeistof (limonade) nemen, maar denk aan de reflectie die als 't veel vloeistof is het hele gezichtje rood kan kleuren. Daarom: we doen er een klein bodempje in. Leuk is wel als er wat druppels aan de kant zitten, dan is 't zo echt „een glas". En houden we met Oud en Nieuw een projectieavondje met dia's die we in het afgelopen jaar maakten? Maak dan eens een donkere foto van de toeschouwers. Hoe? We laten iedereen zitten zoals ze zitten, zetten de camera achter het publiek en stellen in. De projector blijft branden met een ken merkend dia uit dat jaar. We span nen en zetten de zelfontspanner. Als tijd kiezen we 1 of seconde. Dan drukken we af, spoeden ons naar de projectieplaats en de camera doet ver der het werk. De belichting is meestal een gokje, daarom doen we dat het liefst in zwart/wit. Dan kan er altijd later nog bij het afdrukken of ver groten wat aan gebeuren. Ja en verder is er nog een heleboel te zien te fotograferen, in zwart/ wit, in kleur. Natuurlijk denken we er bij kleuropnamen wel om dat de ge kleurde lichtjes ook het eventuele flitslicht beïnvloeden. Dus niet raar opkijken als Ansje's gezicht aan de ene helft rood en de andere groen is. Maar 't kan z'n bekoring hebben. Ogen open vooral bij kleur altijd, want wie kijkend kleuren kiekt verrijkt zijn leven dubbel. We vragen ons af hoe veel meter (of kilometer?) film dit jaar weer te horen krijgt: en toch vallen die flitsfoto's me tegen, want dat is altijd weer hetzelf de. Waarom ze tegenval len? Omdat de schaduwen op de muur zo groot zijn omdat Miesje's silhouet zo haarscherp op het gor dijn staat omdat de ge zichten van Cesar, Pieter jan en Elisabeth er zo vlak uitzien op de foto omdat het crème kerst jurkje van ons Janneke overbelicht op het dia staat en er in Pa z'n kerst- pak geen plooi te zien is omdat, nou ja er zijn nog veel redenen te vinden. HOE die tegenvallers tot stand komen? In de eerste plaats omdat we ons niet realiseren dat de hoe veelheid licht die het flits- lampje afgeeft zo enorm groot is. Als alle licht van een gewoon PF 1-tje op 1 m2 zou vallen dan is dat nog altijd 6 rnaaK!) zo veel licht als er bij loodrechte zonnestand op 1 vierkante meter aan Fotografie is een kwestie van kij ken: De kerstboom met elektrische lichtjes werd hier gefotografeerd door een cognacglas met wat water. de evenaar valt. Voorwaar niet gering. Met die eigenschap van het flitslampje en het feit dat het een puntvormige lichtbron is hangt een hele boel narigheid samen. In de eerste plaats onder belichte opnamen. Oorzaak: de hoeveelheid licht neemt af met het kwadraat van de afstand. Als alles goed berekend is zal Sylvia 3 meter van de camera goed belicht zijn; maar Mel- chior die nog 3 meter ver der weg staat is onder belicht. De hoeveelheid licht is dan nl. al vier maal minder geworden. De oplossing is: de af stand tussen de diverse onderwerpen niet te groot te maken. Iets anders: schaduwen achter de mensen. Hinder lijke dingen! Maar zonder de licht-donker werking zou de fotografie geen grond hebben. Dus hebben we er mee te maken. Het ontstaat in feite door een fotografische fout: foto graferen met het flits- apparaat op het toestel is fotograferen met zon achter, want het effect is hetzelfde. Toch kan het dikwijls met vrucht toe gepast worden, nl. als het onderwerp een „harde" doortekening vereist. Dat is o.a. het geval op de bij gaande foto, waarbij een goede doortekening van de hondevacht gewenst is. De slagschaduw is in dit geval onvermijdelijk. Toch is er wel iets aan te doen: Het onderwerp verder van de wand af zetten. Door verschillende lichttechnische wetten worden de schaduwen minder donker ondanks het feit dat ze groter worden. Denk goed aan de be rekening van het diafrag ma. Het richtgetal is al tijd afstand x diafragma: Is de afstand dus 3,5 meter en het richtgetal 28, dan moet u diafragma 8 ne men. Bij opnamen binnen één meter altijd het klein ste diafragma nemen. Het betere werk komt tot stand als we de flitser van de camera halen. Met een verlengsnoertje er aan, houden we dan eens de lichtbron op ca. 1 meter links of rechts van de camera. Wat er dan ge beurt ziet u op het teke ningetje. Is de wand vlak achter het onder werp (op plaats a) dan komt de schaduw nog wel in het beeld, maar één kant is tenminste scha- duwvrij. Staat het slacht offer echter verder van de wand (de situatie met b als achtergrond) dan valt de schaduw achter het onderwerp vandaan. Bo vendien is die schaduw lichter. TN DE WEEK van de L fotografie is ons een prachtoplossing aan de hand gedaan en in de hand gestopt. Het is het kleine, handige apparaat je dat we tegenwoordig aanduiden met de naam „flitspiccolo". De flitspiccolo zetten we in de houder waar onze flits eigenlijk hoort te staan. De flits zelf zetten we op de houder van de piccolo en wel zo, dat de reflector naar boven ge richt is. Het licht komt dus op het plafond terecht en als dat nu redelijk wit is, kan er niet veel meer misgaan. Om te laten zien hoe eenvoudig het met de flitspiccolo en met een wit plafond gaat, geven we hieronder één tabel voor zwart/wit en één voor kleurenfotografie. Daarin geldt dus, tussen de 1,5 en 4 meter bij de genoemde films het aangegeven dia fragma: Zwart/wit tussen 1,5 en 4 meter tijd 1/25—1/30 sec. lampje PF1 1718° DIN diafragma 8 2021° DIN diafragma 11 2324° DIN diafragma 16 Kleur tussen 1,5 en 4 m, tijd 1/251/30 sec. lampje PF1 1718° DIN diafragma 5,6 2021° DIN diafragma 8 23—24° DIN diafragma 11 N.B.: bij kleuropnamen NEUTRAAL plafond. Is het plafond gekleurd, dan wordt gekleurd licht ge reflecteerd. Dat verprutst dan al onze opnamen. Dan liever direkt flitsen. Bij daglicht-dia-direct- film: blauwe PFl-tje. Bij kleurennegatieffilm zonder daglichtopnamen: blanke lampjes zoals bij zwart/wit. Bij kleurennegatiefopna- men gemengd met dag licht: blauwe PFl-tjes. FjAARENBOVEN heeft U deze piccolo-methode grote fotografische voor delen want het licht is niet zo hard meer. Dat komt, omdat het licht nu via een zeer groot reflectievlak (het plafond) op het onder- Opname gemaakt met 85 mm lens met flits in een normaal vertrek. T 1/50 sec, D 5,6. Het bestaande licht, de kaars, is volledig gehandhaafd. werp valt. Daarnaast be staat combinatiemogelijk heid met ander licht. Op de tweede foto ziet u dat kaarslicht b.v. gewoon blijft bestaan ondanks het gebruik van de flits! Verkorten we de tijd tot b.v. 1/501/60 sec., (dus bij camera's met een M- contact), dan moeten we het diafragma een stop groter nemen: dus 5,6 in plaats van 8 en 8 in plaats van 11. Dat grotere dia fragma moeten we ook ge bruiken bij donkere pla fonds, bij grote hoogte van witte plafonds en bij ka mers die erg donker aan gekleed zijn. Het verdient geen aanbeveling de tijd korter te nemen van 1/50— 1/60 sec. behalve als het niet anders kan (snel be wegende voorwerpen). T*OT slot nog enkele tips. -1- Laat de schemerlam pen en zelfs de huiskamer lamp rustig branden de sfeer komt het ten goede. Bij een electronenflits kan men ook flitsen via het plafond. U weet toch dat u met zo'n apparaat altijd het X-contact moet gebruiken? Ook. maak geen flits- opnamen in een rokerige ruimte. De kans dat dan alles wazig wordt is niet zo heel klein. En tot slot: een vredig kerstfeest en goed flitslicht nu en later. Van een onzer verslaggevers ZUNDERT In de Katerstraat van Zundert op nummer 18 staat al twintig jaar iedere nacht de achterdeur open. Hoewel deze deur pas is vernieuwd en er een prima slot in zit, heeft de 72-jarige weduwe J. Goossens-Van Hassel nog nimmer de sleutel in dit slot omgedraaid. OOK verleden jaar nog on dervond zij een teleurstel ling nadat zij door de radio het bericht had gehoord van een ongeveer veer tigjarige vrouw, die in Twente zwer vende was aangetroffen. De vrouw gaf blijk haar geheugen te hebben verloren. Niemand wist wie zij was. Mevrouw Goossens, die in de keuken aan het koken was, liet pannen en ,,Mijn dochter moet altijd binnen kunnen komen" zegt zij en achter dit simpele zinnetje gaat een wereld van leed schuil. Twintig jaar geleden, op 28 februari 1940, verdween de toen 21-jarige dochter Trees Goossens. Ontvoerd? Verdwaald? Meegelokt of vermoord? Het zijn allemaal bange vragen, die haar moeder zichzelf al duizendmaal heeft gesteld. ,,Ge kunt niets opnoemen, of ik heb het mij al afgevraagd" zegt het nog zeer kwieke mevrouwtje, dat twintig jaar lang over niets anders heeft kun nen denken dan over de geheimzinni ge verdwijning van haar dochter. Zeker, er zijn toen nasporingen ge weest. De politie van Breda heeft al les gedaan wat ze kon. Ook de toen malige rijksveldwacht en de kommie zen van de douanedienst. Alles en iedereen is in de weer geweest om een spoor te vinden van het verdwe nen meisje. Alles tevergeefs. "'REES Goossens was een knap en stil meisje. ,,Ze was wat overgevoelig" zegt haar moe der, die in stille uren zich steeds weer afvraagt of zij er wel goed aan heeft gedaan Trees in haar dienst te Breda te laten. Zij was inwonend dienstbode bij de familie Van Olfen in Breda (inmid dels overleden). Ze had het' er niet slecht. Dat zeker niet. Toch gaf Trees ieder weekeinde als zij naar huis kwam in Zundert er blijk van dat zij liever thuis zou blijven. Stelde haar moeder haar dan voor om maar niet meer naar Breda te gaan, dan verzette zij zich weer te gen dit denkbeeld, 's Maandagsmor gens ging zij dan weer terug naar Breda op de fiets. Zo ging dat ook het laatste weekeinde dat zij thuis was. Aan dezelfde tafel waaraan mevrouw Goossens ons nu de treurige geschie denis vertelt, had Trees bij haar ge zeten. Dicht tegen haar moeder en zij had weer gezinspeeld op een zekere tegenzin om terug te gaan naar Bre da. Blijf dan bij ons. wij zullen ons heus wel kunnen redden" had me vrouw Goossens gezegd. Doch Trees was weer direct teruggekomen van het denkbeeld. Neen, ze zou weer naar Breda gaan. Die maandagmor gen reed zij weer terug op haar fiets. Een koffertje met schoon lin nengoed en een tas vol foto's van haar ouders, broers en zusters bij zich. Haar familie heeft haar nooit meer teruggezien. DRIE dagen later werd bij buren opgebeld uit Bre da. De heer Goossens ging horen wat er was. De heer Van Olfen vroeg of Trees misschien in Zundert was. De avond tevoren had zij gevraagd of zij een boodschap mocht doen. Mevrouw Van Olfen had toestemming gegeven en Trees was op haar fiets vertrok ken. 's Nachts kwam zij niet thuis en ook de volgende morgen hoorde men niets van haar. De heer Van Olfen was al op een ander adres gaan informeren, waar een zuster van Trees ook inwonend meisje was, doch die had Trees ook niet gezien. Hevig verontrust vertrok de heer Goossens direct naar Breda. Hij stel de zich met de politie in verbinding. Alle familieleden en kennissen wer den bezocht. Nergens was Trees ge weest. Ook de jongen waar Trees kennis aan had en die in Grave gemobili seerd was. wist van niets. Dagen van ongerustheid en grote spanning werden weken en maanden. Dc heer Goossens ging iedere dag op de fiets naar de bossen rond Bl®da- Iedere dag zocht hij een ander stuk bos af. Dat hield hi maanden vol Zelfs na jaren vertrok hij stilletjes van huis en dan hoorde zijn vrouw van kennissen die haar man op d zonderlingste plaatsen hadden hoe hij nog altijd wanhopig naar zijn verloren dochter zocht. ..Als er in die dagen een fiets door de straat kwam, holde ik al naar he raam. Iedere nacht lieten wij de ach terdeur open. Die heb ik ^sindsdien nooit meer op slot gedaan. JE stoel van mevrouw Goos sens in de halfduistere ka mer met de kleine ramen staat zo, dat zij altijd naar het enige portret van Trees kan kijken. „Veel bijzonders is het niet" zegt Advertentie gevatte kou of pijn zet niet door bij tijdig gebruik van de veelzijdig samengestelde Sangpinn (Mijnhordt) Koker 90 en 60 cl. TREES GOOSSENS dit is de enige foto die haar moeder van haar heeft, op de kermis gemaakt „maar ze is het precies ze. „Een foto die eens op de kermis is gemaakt. Het is echter de enige fo to die ik van Trees heb en ze is het precies, al is ie dan wel wat vaag." ,,Met de andere kinderen kan ik er niet meer over praten. Die zeggen dat Trees toch nooit meer terugkomt. Zelf heb ik ook alle hoop opgegeven. Maar toch, ziet u, ik verwacht haar altijd' nog." Twintig jaar leeft mevrouw Goos sens in hoop en vrees. Elk bericht in de krant, elke op roep via de radio betrekking hebbend op een vrouw die vermist wordt doet bij haar de hoop herleven. In 1940 reeds werd zij getroffen door een berichtje over een meisje dat ergens in Vlaanderen was gevon den. Dat was in augustus of septem ber van het eerste oorlogsjaar. Er werd in België en Frankrijk nog ge vochten. Het bericht meldde dat bij het dorp De Vlaanderen in Noord- België het lijk van een ongeveer twin tigjarig meisje was gevonden. Kinde ren die bij een hooi-opper aan het spe len waren, hadden een paar voeten uit het hooi zien steken en hadden alarm geslagen. De identiteit van het meisje kon niet worden vastgesteld. Wel ver meldde het bericht, dat de kleding van het meisje duidelijk de sporen droegen van een lange zwerftocht. .,Er stond echter niet bij wat voor kleren zij aan had" zegt mevrouw Goossens „Toch zijn wij naar het gemeentehuis gegaan. Maar de bur gemeester was op de loop en er heers te overal nog zo'n wanorde, dat het er nooit van gekomen is goed te in formeren of dat misschien Trees was. Als het mij nu nog te doen stond, had ik maling gehad aan de Duitsers en de verboden zóne. Ik zou er nu zelf op af zijn gegaan. Toen waren wij er nog zo ellendig aan toe, dat wij de ex tra moeilijkheden om naar het vech tende België te gaan, niet aan kon den." Niet lang na de bevrijding werd mevrouw Goossens wederom getrof fen door een krantenbericht uit Bel gië. De rijkswacht had een goede fornuis in de steek en holde naar de opperwachtmeester van de rijkspoli tie. Het kon Trees weieens zijn. De opper stelde zich met de politie in Twente in verbinding. Er ging een dag en een nacht vol spanning voor bij. Toen kwam het bericht, dat de i- dentiteit van de vrouw was vastgesteld. „Neen, het is Trees niet" meldde de opper, die ook zo graag een wat po sitiever bericht .zou hebben gebracht. „Ach ja, ik weet het wel. Na zoveel jaar mag je niet meer hopen" zegt mevrouw Goossens verstandig. „Maar ja, dat hart van mij wil de moed niet opgeven." In die twintig jaar van wachten, heeft zij geleerd nuchter tegenover dit drama te staan. Het zal haar nu niet meer overkomen dat men haar onder voorwendsel haar dochter te zoeken geld afhandig maakt, zoals enkele ja ren geleden dat nog het geval was. „Ze zouden je laatste cent wegha len" zegt ze, al verheelt zij niet, dat ouders die hun kind kwijt zijn alles willen doen, als er maar een kansje is, dat het kind weer terug komt. ,,Ik weet dat het onzin is, maar wij zijn naar kaartlegsters en helderzien den gewee.st. Die vertelden allemaal wat anders. Die zag haar in een bos, de ander weer in het zuiden van Bel gië, maar geen van allen kon ons Trees terugbezorgen." Ook vertelde zij ons van zogenaam de detectives die op het gerucht over de mysterieuze verdwijning waren af gekomen. „Wij hebben die mensen aardig wat honderdjes betaald, maar het is alle maal op niets uitgelopen. Telkens kwamen zij terug met de boodschap, dat het onderzoek aardig vorderde, maar dat zij niet verder konden. Wij moesten dan weer honderd gulden be talen, en dat deden wij dan maar weer, totdat wij ook in dit middel geen heil meer zagen. Ze zouden je laatste cent weghalen." „Maar ja, al weet ik wel dat er bijna geen kans meer is, dat ik Trees ooit nog terugzie, toch blijft er een klein sprankje hoop. Er zitten nog al tijd zoveel mensen in kampen. Zou het Rode Kruis niets kunnen doen?" Advertentie Beleef de proefrit- sensatie i Hi 1 Bredestr. Rdam-IeM1765f» [ET is niet de laatste vraag die mevrouw Goossens stelt De kwelling van de onzekerheid knaagt voort. „Zelfs het bericht, da' zij dood is, zal beter zijn dan dit" zegt de moeder van Trees en slik moeilijk. „Dit is de twintigste Kerstmis sind dj weg is." Het is geen klacht en geei uiting van zelf-medelijden. Het is eei simpele «mstatering, waarin toch ooF dat kleii.. sprankje hoop te horen is. dat nimmer wil verdwijnen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 11