Merkwaardige journalistiek in
blad van (ge)goede huize
Het harde geslacht
I
ikappie en het ijsbergraadsel i
„ZEKERE P. RUSSEL"
VI.UCHT BLIJFT OVERBODIG
Duur
Uit de kerken
Zaterdag 1 oktober I960
ZEKÜWSCII DAGBLAD
Pag. 2
Halve ivaarheid
Zelf aan de slag
DE
TINTELS
Jack
Dunkley
Provinciale Staten
EET u wie ik ben? „Zekere P. Russel". En weet u waaraan ik me schuldig
maak? Aan „verdichtsels, insinuaties, leugens, onwaarheden, naïeve veron
derstellingen, boute beweringen plus aperte onjuistheden". En weet u ten
slotte voor wie ik partij gekozen lieh? „Voor de SS-officier". Aldus lees ik in het Wage-
ningse fotoblad „De Spiegel", gedateerd op vandaag 1 oktober.
pen". Ik moge opmerken, dat de za
ken op deze manier enigszins anders
liggen.
Op het moment dat ik over Köp
pern begon te schrijven, kon u lezen
dat er op dat ogenblik nog niets de
finitief geregeld was voor een vertrek
van de familie Kaufmann naar Ne
derland. Onjuist, zegt het fotoblad, de
zaak was in kannen en kruiken, het
geld stroomde binnen en er waren al
meer dan zestig aanbiedingen om de
heer Kaufmann aan werk te helpen.
Wel, de heer Kaufmann zelf heeft
tegen mij wat anders gezegd. Want
persoonlijk heeft hij me verteld:
,,Kijk, hier zijn wat aanbiedingen,
maar dan wordt mijn gezin in Ne
derland verspreid en dat willen we
niet; tien aanbiedingen heb ik nu,
maar ik heb er niets aan; ik kan in
een woonwagen in Nederland gaan
wonen, maar dat willen we niet; het
is allemaal erg vriendelijk van de
Nederlanders, maar dit is geen basis
om hier uit Köppern weg te gaan en
ik weet nog helemaal niet of ik naar
Nederland ga". Aldus de heer Kauf
mann persoonlijk, tijdens mijn be
zoek aan zijn dorp Köppern.
In een verhaal, dat twee en een halve pagina beslaat, wordt
twintig keer de naam van deze krant genoemd, negen keer
de mijne voluit en twee keer word ik aangeduid als „R". Het
verhaal handelt over de heer Max Kaufmann in Köppern die,
zoals u gisteren in een bericht van het Amerikaanse pers
agentschap Associated Press hebt kunnen lezen, in Duitsland
is gearresteerd en wiens vrouw en twee zoons ergens in Neder
land verblijven.
Het genoemde blad te Wagenin-
gen heeft destijds onder zijn lezers
geld ingezameld om de heer Kauf
mann en zijn gezin in de gelegen
heid te stellen naar Nederland te
komen en hier te gaan leven. Dat
siert dit blad; menslievend werk is
fraai werk en de heer Kaufmann
is een dankbaar onderwerp om een
actie omheen te bouwen. Immers,
was hij niet de enige van alle ge
tuigen, die tijdens een proces in
Frankfort rond de Joodse caféhou
der Kurt Sumpf, durfde verklaren,
dat de heer Sumpf wel degelijk was
gepest, geslagen en uitgescholden?
,.Hij is bijzonder flink opgetreden in
het proces-Sumpf en hij verdient daar
voor ons aller waardering. Dat daar
tegenover een groepje van, zeg tien,
mensen uit Köppern onze verachting
en meer als u wilt waard is,
dat staat ook als een paal boven wa
ter", zo stond op 14 september te le
zen in deze rubriek.
DE KEERZIJDE
van een Engels dagblad en een Ame
rikaans weekblad in Köppern zijn agan
kijken. De berichten in de andere bla
den komen uit Enschede twaar de
heer en mevrouw Kaufmann in april
een door genoemd blad georganiseerde
persconferentie gaven), uit Amster
dam of uit Wageningen. De berichten
uit de laatste plaats vermelden steeds
het in die stad uitgegeven fotoblad als
bron.
IK SLIEP OOK
„ABSOLUUT ONWAAR"
Begin september ben ik naar Köp
pern gegaan om, zoals ik u daarna
vertelde, er achter te komen in hoe
verre waar was wat over de heer
Kaufmann in Nederland werd gezegd.
Kaufmann komt naar Nederland om
dat hij in Köppern wordt weggepest",
luidde de boodschap hier en ik heb in
Köppern gevraagd: Meneer Kaufmann,
is dat zo? ,,Ja". Daarop kwam het
antwoord van de heer Kaufmann neer
en* wat hij mij alfemaal vertelde heb
ik u uitvoerig verhaald op 9, 10 en 13
september.
Maar elke medaille heeft twee
kanten en omdat u er als lezer van
deze krant recht op hebt naar
waarheid en juistheid te worden in
gelicht en ik in mijn taak als
verslaggever te kort zou schieten
als ik u die inlichtingen niet ver
schafte daarom heb ik ook die
andere kant van de medaille beke
ken.
Kijk, en dat wordt mij nu door dat
te Wageningen verschijnende blad
dat intussen iets moet gaan doen met
de 18.000 gulden die het meldt voor
de heer Kaufmann bijeen gezameld te
hebben hoogst kwalijk genomen.
DE KOK
Het lust mij bepaald niet in te gaan
op alle insinuaties, die aan mijn adres
worden geuit, maar het.lijkt mij voor
de berichtgeving rond de heer Max
Kaufmann dienstig enkele punten aan
te roeren.
..Alle grote bladen in Nederland,
België en Engeland" hebben, volgens
het te Wageningen verschijnende blad,
,,hun speciale verslaggevers" naar
Köppern gestuurd en allemaal kwam
men tot de conclusie, dat het voor de
heer Kaufmann ginds niet meer te
harden was.
In feite heeft behalve deze krant
één landelijk dagblad zijn corres
pondent te Bonn opgedragen eens bij
de heer Kaufmann te gaan informeren,
terwijl ook de Bonner correspondent
Ik had u gemeld, dat ik ,,in uren
lange gesprekken verdeeld over twee
dagen" geluisterd heb naar wat de
heer Kaufmann, de burgemeester van
Köppern en andere mensen mij te ver
tellen hadden. ,,Wij hebben dat eens
nauwkeurig nagepluisd", schrijft het
Wageningse blad en het komt tot de
conclusie, dat ik van zeven tot half
tien met de familie Kaufmann heb
gepraat, een stevige nachtrust genoot
en de volgende dag ,voor de mid
dag alweer spoorslags richting Bot
terdam" vertrokken was.
Nu is het bijzonder prettig dat ik
niet alleen was, maar een getuige bij
me had. Want in zaken waarin, onder
het mom van hulp aan derden, over
de hoofden van honderdduizenden heen
tegen anderen gescholden wordt, kan
men niet voorzichtig genoeg zijn.
Belangi'jjk is het eigenlijk helemaal
niet. maafr van kwart over zes in de
middag ttot kwart voor twaalf in de
avond helbben mijn getuige en ik (de
eerste dag) met de heer Kaufmann ge
sproken eri van tegen, halftien tot tegen
elf uur in de ochtend (Van de volgen
de dag) plus nog eens van tegen een
tot drie uur in de middag. Dat zijn
bij elkaar negen uren praten met de
heer Kaufmann. Ik dacht wel, dat men
in die tijd het een en ander kon be
spreken.
UNIFORMEN
De burgemeester van Köppern, de
heer Levermann, was in de oorlog of-
Wageningse blad, dat heeft hij óf tegen
dit blad óf tegen mij onwaarheid ge
sproken.
Wat de heer Max Kaufmann aan
anderen vertelt, weet ik niet. Wat ik
zelf gezien heb in Köppern is: dat
zijn vrachtwagens werk hadden en
stenen vervoerden, dat zijn taxi rit
ten maakte, dat hij buiten zijn oudste
zoon nog een chauffeur in dienst had
en dat hijzelf verklaarde met de rit
ten voor de Taunus Quarzit Werke een
royale driehonderd Mark per dag te
kunnen verdienen, ruim voldoende om
zijn bedrijf te laten draaien en zijn
schulden te gaan af betalen.
En daarom blijf ik bij mijn
mening. De heer Kaufmann
heeft zich moedig en hijzonder
flink gedragen bij het proces-
Sumpf. Hij verdient daarom
ons aller waardering en bewon
dering. Maar hij behoeft he
slist niet naar Nederland te
vluchten.
Eenvoudig omdat hy, als hg
dat wenst, in Köppern een goed
belegde boterham kan verdie
nen.
AI zal hij hard moeten wer
ken om af te komen van die
schuld, die schommelt tussen
een halve en een hele ton.
Arjen moest bekennen dat hij er
niet veel van wist. Wel kon hij goed
boogschieten en in het paardrijden
behoefde hij voor niemand onder te
doen.
Het leven op Lodycke was geheel
anders dan in het eenzame Borren-
damme. Arjen leerde de Bevelandse
edelen en hun zonen kennen. Hij
moest de voorname vrouwen komen
begroeten, die zijn stiefmoeder be
zochten en hij zat naast zijn vader
in de wapenzaal, als de mannen wijn
dronken en dobbelden. In de ruwe
spelen van zijn broers was hij on
handig. al wilde hi.i dat niet laten
blijken. Hij verbeet de pijn wanneer
ze hem opzettelijk ruwe stoten ga
ven. Gewoonlijk dreef Claes de spot
met de geleerdheid van Arjen, die
vlot Latijn kon lezen en de Franse
en Duitse taal sprak. Joos was ja
loers op hem. Hij wilde dat ook le
ren en schaamde zich niet om met
Arjen in de torenkamer te gaan zit
ten, waar de boeken van Borrendam-
me op rijen stonden, samen met de
oude gele perkamenten, die de ka
pelaan aan zijn leerling gegeven
had. Terwijl Claes door de bossen
zwierf en ook in tijden dat het ver
boden was op wild jaagde, leerde
Arjen aan Joos wat hij zelf van de
vreemde talen wist. Niet altijd ech
ter was Joos geduldig genoeg om op
een bankje achter de tafel te blijven
zitten. Hij was avontuurlijk van
aard en wilde verder gaan dan hij
kon. Lodycke vond hij te klein en
zelfs de Bevelanden waren niet
groot genoeg voor hem. Om pijn te
leren verdragen verwondde hij zich
zelf en om tegen koude bestand te
zijn, stond hij eens midden in de
winter tot aan zijn hals in een wak.
Jurein, die uitgezonden was, vond
hem en trok hem er uit. Hij kreeg
een pak ransel en moest hete krui
denaftreksels drinken. Naderhand
bemerkte niemand dat hij enige last
ondervond. Hij was niet zo'n harts
tochtelijke ruiter als zijn broers,
maar als Claes en Joris op hun
hengsten wegreden, ging hij toch
dikwijls mee. Het volk noemde hen
de wilde jonkers, om hun hardheid
en om hun woeste ritten, dwars over
hagen en sloten en over de boeren
erven heen.
De boeren en het daglonersvolk
vreesden hen, want Claes had gauw
zijn zweep gereed als iets hem niet
zinde. Joris was de enige die zich
om een omvergereden kind of een
vertrapt schaap bekommerde. Hij
hield van vee en zat ook graag bij
de boeren om naar de verhalen te
DOOR
DICNATE ROBBERTZ
luisteren die de oudsten onder hen
kenden. Hij kreeg de bijnaam van
,,de boerenjonker" en Claes stak
daarom de draak met hem.
Joris trok zich daar niets van aan,
maar toen Claes ook Arjen uitlach
te en hem bespotte om zijn vroom
heid en zijn liefde voor de weten
schap, maakte Arjen zich zo kwaad
dat hij Claes een slag in zijn ge
zicht gaf. Claes verdedigde zich en
ze vochten met elkaar op het bin
nenplein. De sterke Claes moest het
afleggen tegen de lenige en felle
bastaard. Na die nederlaag gedroeg
hij zich behoorlijker tegen Arjen,
maar achter diens rug bleef hij de
spot drijven met ,,de monnik".
Heer Adriaen geloofde dat na de
dood van Oda het ongeluk in zijn le
ven gekomen was. Lange tijd was
hij in zichzelf gekeerd en bijna niet
te genaken. Zelfs niet de bastaard.
Zijn driftbuien werden talrijker en
meer nog dan voordien liet hij alles
wat met zijn landerijen en hoeven
te maken had aan Poppen de Voge-
laer over. Toen in een zomer de
oogst mislukte en de rentmeester er
op bleef aandringen dat de boeren
toch hun pacht zouden opbrengen,
werd hij door jonker Joris terecht
gewezen. Heer Adriaen was zo ver
wonderd over wat Joris tegen de Vo-
gelaer zeide, dat hij niet tussenbei
de kwam. Hij had niet gedacht dat
één van zijn zonen zich om de boe
ren zou bekommeren. Maar nu toon
de Joris echter veel meer van land
bouw en veeteelt te weten dan de
rentmeester.
Het beviel Adriaen wel dat Poppen
op zijn vingers werd getikt, maar
het zinde hem niet dat Joris het op
wilde nemen voor de pachters en
kleine boeren. Ook kwam het niet
te pas dat een jonker van het kas
teel met de dijkgraaf meeging om
te onderzoeken of de klachten over
slecht versterkte zeedijken en zee
weringen gegrond waren.
Toen er ziekte onder het vee uit
brak en ook de beste runderen van
het kasteel in de grond gedolven
moesten worden, ging Claes naar
Voorhoute om met zijn neef Diede-
rick feest te vieren. Hij had een he
kel aan ellende. Joos vluchtte naar
vrienden op het eiland Tholen. Maar
Joris ging van de ene boerderij naar
de andere en trachtte, de zieke die
ren te genezen met een medicijn die
hij uit het klooster had gehaald.Dat
klooster stond in Romerswale. Het
werd Maria's Paradijs genoemd en
het was befaamd om zijn monniken,
die meesters waren in hei bereiden
van geneeskrachtige dranken en zal
ven. De prior was bevriend met heer
Adriaen. Nu en dan kwam hij op
het kasteel om over verschillende
dingen te praten. Hij had grote ver
ering voor vrouwe Joanna en toen
Arjen gekomen was, voelde hij
zich ook aangetrokken tot de ver
standige en ernstige jongen.
In die moeilijke jaren, toen de
boeren honger leden en stierven aan
buikloop en andere besmettelijke
ziekten, kwamen de poorters en
handwerkers van Romerswale in
verzet. Ze verweten hun baljuw
machtsmisbruik. Heer Adriaen kon
het hoge ambt niet blijven bekle
den. Verbitterd en opstandig tegen
de steeds groter wordende voorrech
ten der stedelingen trok hij zich te
rug op Lodycke. Nog één wens en
gedachte vervulden hem. Zijn zonen
zouden de tanende macht terugwin
nen en het aanzien van hun geslacht
herstellen. Ze moesten weer land
gaan bedijken, zoals hun vaderen
dat gedaan hadden en meester blij
ven over het eigene. De ambachts
heren kregen te veel recht van spre
ken. Zelfs de pachtboeren konden
hun belangen tot bij de graaf gaan
bepleiten, zonder de leenheer te ken
nen. Zijn zonen moesten zo'n groot
bezit verwerven, dat hun woord wet
zou worden. Adriaen van Romers
wale was niet van plan zich te la
ten ringeloren door ambachtsman
nen. die nog nooit op een kasteel
gewoond hadden en wier voorvade
ren misschien wel zwervende mars
kramers of boerenknechten geweest
waren.
(Wordt vervolgd)
Dat de heer Kaufmann vier maan
den gevangenis tegoed had, wist ik.
Hijzelf had het me niet verteld', even
min als er ooit een woord over in het
te Wageningen verschijnende blad
heeft gestaan.
Maar op 16 september maakte een
persbureau deze zaak wereldkundig
en het blad te Wageningen noemt
het „een heel gemeen en absoluut
onwaar bericht". Deze week donder-
dag is de heer Kaufmitm in Duits-
land gearresteerd om die vier maan-
den, hem opgelegd wegens een do-
delijk verkeersongeluk, uit te gaan
zitten.
In genoemd blad staat: ,,De heer
Kaufmann is naar Duitsland terugge
keerd om daar voorlopig zijn zaken
af te wikkelen en de nog lopende ver
plichtingen na te komen, eer hij zich
in Nederland gaat vestigen".
geen WOORD
Maar .wederom geen woord over de
15.000 Mark schuld sinds een handvol
maanden, over de 30.000 Mark dié hij
bij de bank nog moet betalen voor
zijn vrachtwagens, over de 3000 Mark
die er nog voor de taxi betaald moe
ten worden, over de 2000 Mark boete
wegens overtreding van een rijbesluit,
over de boete wegens belastingfraude,
over de 6000 Mark strop bij de ver
koop van een aanhangwagen, over de
3100 Mark reparatiekosten, over de
IMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Op de voorpagina van het
Britse blad Financial Times
stond een advertentie van een
kleermaker. Trots meldde hij:
I Bij ons koopt u de duurste i
jjj herencostuums ter wereld.
Is dat nu een kenmerk van 5
de welvaart, of een gewone spe-
E culatie op het snobisme, vraagt
ïïimiiiiiiiiiiiiiiififitiiiiiiiiiiiiiiimiimiiiiimiiiiiiiiiimiiiiiiii
ficier bij de SS, schrijft het bedoelde
blad en het zegt erbij, dat ik verge
ten heb die burgemeester te vragen
wat hij in de oorlog deed. Het inte
resseert me niets, wat die burgemees
ter van Köppern in de oorlog deed.
Drie kwart van Duitsland had in die
tijd een uniform aan. Best mogelijk
dat hij de uniform van de SS heeft
gedragen. Ik heb dat in mijn verha
len niet vermeld. Evenmin als ik meld
de, dat de heer Max Kaufmann in die
tijd meemarcheerde in de rijen van de
SA. zoals ik in de steeds betrouwbaar
gebleken „Frankfurter Rundschau"
lees.
Het gaat hier niet om de uni
formen die de heren Levermann en
Kaufmann in de laatste oorlog heb
ben gedragen. Het gaat hier alleen
om de vraag: Moet de heer Max
Kaufmann inderdaad uit het dorp
Köppern weg omdat hem het le
ven daar onmogelijk wordt ge
maakt sinds hij getuigde in de zaak
rond de Joodse heer Kurt Sumpf??
En dan zeg ik: Neen.
MIJN WOORDEN
Ik heb partij gekozen ,,voor de SS-
off icier", zegt het blad, dat me over
burgemeester Levermann de woorden
in de mond legt: ,,een rustige, betrouw
bare figuur, die m.i. eerlijk van plan
is Kaufmann te helpen".
De waarheid is, dat ik over de heer
Stark, reeds sinds ver voor de oorlog
plaatsvervangend burgemeester van
Köppern, schreef: ,,hij maakt een bij
zonder rustige en betrouwbare indruk",
terwijl ik aan het einde van mijn
laatste verhaal zei: ,.De plaatselijke
autoriteiten, zo is mijn besliste indruk,
zijn eerlijk van plan hem (K.) te hei-
brief waarin de Henschelfabriek aan
dringt tot afbetaling „anders moeten
wij tot onze spijt maatregelen ne
men", over 1000 Mark strop voor een
geleverde aanhangwagen met een
te kleine band, over de 22.000 Mark
hypotheek op zijn huis en over de
50.000 Mark, waarvoor hij door een
autozwendelaar zou zijn opgelicht. Al
lemaal inlichtingen, die ik onder
getuige van de heer Kaufmann per
soonlijk heb ontvangen. Geen woord
over dit alles lees ik in het Wagening
se blad.
DE TROMPET
Ik heb de heer Kaufmann uitvoerig
verteld, wat de plaatsvervangende
burgemeester, de heer A. Stark, mij
zei. Dat de heer Kaufmann zijn da
gelijkse ritten bij de Taunus Quarzit
Werke kon terugkrijgen, als hij dat
wenste en dat de gemeente garant
staat voor die opdrachten. „Ja, Herr
Stark is mij goed gezind", zei de heer
Kaufmann me toen en hij peinsde:
„Als ik die ritten weer kan maken heb j|
ik werk genoeg". Geen woord hier-|p
over in het blad uit Wageningen. De
Heer Kaufmann liet mij, ongevraagd, .S
zijn trompet zien die hij uit eenij=
muurkast haalde en zei: „Al dertig |g
jaar speel ik hierop; het is de enige ;gj
vreugde die me nog rest".
In het Wageningse blad lees ik: „Op
verzoek van de '.-fotograaf haalde
hij zijn oude trompet te voorschijn en
poseerde daarmee, hoewel hij bij her-
haling verklaarde al in geen tien jaar
meer te hebben gespeeld". De zaak
is heel eenvoudig: als de heer Kauf- ^1H1„IinMlllimmtulHfll^
mann zulks verklaard heeft aan het
door
heb Je onze Lieve
„CHARLOTTE GEZIEN
KEREL r*
T"
DE NATUUR IN EN OM UW HUIS
IK BEN GEK OP DIE MODÈ
VAN TEGENWOC«PIÜV,FRIS
EN LUCHTIG, HE/HE,,,
GEEN WONDER DAT
IEDERE -JCT4GE MAN
ZUN BLOED VOELTj—
KOKEN
LJ
MMM.MAAR
J'J BENT
NIET JONG
MEER/
f KAN/Z'JN, MAAR WAT J6
AAN JEUGD MIST KRUó
JE ERAAN DOORTRAPT-
HEI O B'J OUW6 JONösNM
rr-s
Scilla's pleegt men ook wel eens ster-
hyacinthen te noemen: kleine bolgewas-
jes die al heel vroeg in het voorjaar,
bijna tegelijk met de sneeuwklokjes,
kunnen bloeien. Die helder blauwe
bloempjes vallen bijzonder op en het
prettige is: ze bloeien elk voorjaar rij
ker, doch dan moet men hen na de
bloei wel met rust laten. Het is nu de
goede tijd dat kleine goedje te bestel
len. Ze kunnen dan op een diepte van
zeven centimeter gepoot worden en ko
men ongeveer op dezelfde afstand. Ze
voldoen het best onder aan de voet van
een boom of tussen licht struikgewas.
Pioenrozen hebben niets te maken
met gewone tuinrozen; ze behoren zelfs
niet eens tot dezelfde familie. De bloem
vorm doet er echter wel aan denken.
Het zijn overblijvende tuinplanten die
men nu bestellen kan. Ze kun>^ dan
direct na ontvangst op de voo ne-
stemde plaats gepoot worden. 7 ver
langen wel een zeer voedzanv ond-
soort en het is nuttig wat oude mest
onder te spitten; stalmest is prima.
Pioenrozen moeten wel een onderlinge
afstand van een halve meter hebben.
Wie zijn tuin in de winter wat aan
trekkelijker wil maken zou ook eens
wat groenblijvende struiken moeten
aanplanten; er zijn mooie bonte hulst
soorten en die zullen u zeker wel vol
doen; soorten met zilverbonte en met
goudbonte .bladeren. De struiken wor
den met een zware grondkluit verzon
ken en bij het poten moet men die zo
veel mogelijk intact zien te houden.
Maak het plantgat niet alleen voldoen
de diep, doch vooral ook breed genoeg.
De struiken hebben wel een onderlinge
afstand van een paar meter nodig.
18.Terwijl de anderen haastig de
noodzakelijkste dingen bijeen zochten,
zonder welke men als schipbreukeling
zeer onthand is, scharrelde de maat ze
nuwachtig 'bij de reddingsloep rond,
„Het is n-nog nooit zover gekomen
m-met ons, d-dat wij de reddingb-boot
moesten gebruiken.." dacht hij. „W-
was ik maar in L-Lutjewier gebleven!
Nou zullen we dagenlang op zee moe
ten r-rondzwalken en s-storm en ontbe
ringen doorstaan.."
Een blik op de ijsberg waar de ijs
beren hongerig grauwend ronddraafden,
deed hem echter beseffen, dat zij geen
keus hadden. Tranen verduisterden zijn
ogen, terwijl hij de touwen van de sloep
door zijn onvaste handen liet glijden.
Hij dacht aan alle prettige dingen, die
hij aan boord van de Kraak had beleefd.
Maar lang duurde zijn gepeins niet.
Plotseling bemerkte hij, dat het gorge
lend geluid van het binnenstromende
water afnam. Tegelijkertijd kwam het
schip in een schuine stand te liggen.
Met een gil sloeg de maat zijn armen
om de reling. Helaas bemerkte hij te
laat, dat daardoor de sloep uit zijn ka
trollen schoot. Zo viel de enige kans op
redding in het water, tolde enige malen
rond en werd in het avondlijk duister
al snel. onzichtbaar...
NED. HERV. KERK
Beroepen te Tholen J. den Besten te
Dirksland, door de provinciale kerkver
gadering te Utrecht als tweede predi
kant voor de hervormde evangelisatie
„Sola Fide" te Veenendaal A. A. Bos
te Vuren en Dalem.
Bedankt voor Wierden W. H. van
Kooten te Hasselt.
GEREF KERKEN
Beroepen te Rheden-De Steeg en te
Zoetermeer J. Kuiper te Abcoude.
Benoemd tot assistent van de evan
gelisatie-arbeid in Den Haag-west C.
A. Vreugdenhil, em. pred. te Ouderkerk
aan de IJssel. Benoemd tot hulp in het
pastoraat te 's Gravenzande W. S. Pon
tier. em. pred. te Honselersdijk.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Giessendam C. Hegen^an
te Genemuiden.
MIDDELBURG Prov. Staten van
tien uur. De agenda vermeld o.a. voor
stellen betreffende: wegenreglement
Zeeland, medewerking vervroegde bouw
Haringvlietbrug, oprichting en subsidie
ring Zeeuwse museumstichting en com
pensatie huurverhoging gepensioneer
den.