SPORT Henk van Zalinge propt hart en ziel in een motorblok DE NATUUR I KAPPIE EN DE KRIELKUNSTMAAN ERGIFTIGDE OLIJVEN BAZURKA ÏÏSid Vrouw op straat van tas beroofd in en om uw huis DE I TINTELS Jack Dunkley Uit de kerken FLITS j GORDON in het heelal Dan Barry SJAANTJE Ernie gt Bushmiller Woensdag 24 augustus 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 2 B6S tl STNI ET THU15 M3- MENALSI kopdéze vROTSSLIdP'ZJTTbN JNEEN DICHTEZÊE- WIERWIU- ESHMIS dichtbij NEPTUHIA.. tfjy gxptpj Q«G MEtKSOeR) VRAAG- HET ME HOE GAAT'T J NIET MEVROUW -f Tl "TEL,VRAAG HET ME NIET,,.. iS mji/WVA.^1 JA SCHAT, Van de N.V.W.S. de Neder landse Vereniging van Witte Ster rijders hoor ik gisteravond uit Wyk bij Duurstede (Hoogstr. 12), dat men nu meer dan 1000 leden heeft, terwijl er in het hele land zeventien consuls zijn aangesteld. U weet nog wel wat die Witte Sterryders willen: meer hoffelijk heid op de weg, een strikt houden aan de verkeersregels, fatsoen aankweken by rijdend Nederland. „Er zijn ook mensen die niet ge motoriseerd zijn, maar zich toch als lid opgaven om ons streven en de algemene zaak te steunen", werd me gezegd. En wat die Witte Ster met het lidmaatschapsgeld gaat doen? Binnenkort en dat hoort u nog nader op deze plaats wordt in Lopik de eerste Roode Kruis Hulppost overgedragen, be kostigd met dat lidmaatschapsgeld. Ja ja, zo'n post langs de weg, waar door soms van mensen die dach ten, dat het fatsoenlek rijden al leen iets voor „brave Hendrikken" was, na een ongeluk het leven kon worden gered Auto's bouwen is geen werk voor een slordig mens met haastmaar dat is coureur-constructeur Henk van Zalinge dan ook geen van tweeën. Neen, neen, heel precies is hij; zo precies, dat hij ook de zuigers tot op het tiende gram meet. acht en vijftig stuks aan de start. Dat is gewoon ongehoord veel. Ze moeten dan zelfs gaan „ziften" en houden er uiteindelijk vijftig over die aan de wed strijd mee kunnen doen". Binnen, in de werkplaats van Van Zalinge, stond de nieuwe Hirondelle junior-racer op een aanhangwagen. Want na die vijf maanden tekenen in 1959 begon in februari van dit jaar de bouw. Plaatwerk zit er nog niet om de ju nior-racer. Het is allemaal nog „bloot" en u kunt er zo doorheen kijken. Maar de heer Van Zalinge heeft binnen in die werkplaats, de gordijnen waar achter hij vele maanden werkte en zijn product aan tè nieuwsgierige blikken onttrok weer open geschoven. En wanneer hij geen motoren ombouwt voor sportief gebruik of carburatorsets maakt, dan werkt hij aan zijn junior racer. ,,In Frankrijk en Duitsland is het nu ook een rage", zei hij. „Financieel zit er wel wat muziek in". Maar daar gaat het hem niet eens zo om. Waar het Henk van Zalinge om gaat, dat is een Nederlands race wagentje te bouwen dat internationaal kan meedoen en buiten de grenzen eens flink in de prijzen gaat vallen en daar de monden van verwondering zal openen voor dat vaderlandse product. toe bouwde, maakte hij soms in op dracht. „Maar bijna altijd met de voor waarde, dat ik er zelf de eerste race in zou rijden", zei hij. Hij heeft in die race-wagens plezier gehad, maar dit met die junior racer van duizend cc en 360 kilo daar gaat zijn hart en ziel in zitten. Daar propt hij Van Zalinge-zelf in het motorblok, om het zo eens te zoggen. Opleiding Ja, en dan tenslotte nog die mensen, die de heer Van Zalinge opleidt. Samen met de coureur Rob Slotemaker doet hij dat. Ze hebben een rensportschool. „In Zandvoort, op zaterdagen, geven we de opleiding in safe-rijden", zei Henk van Zalinge. Ook acht mensen van de Rotterdamse verkeerspolitie hebben daar onlangs een cursus gevolgd. „Je moet het verschil zien, voor en na zo'n cursus", lachte Henk van Zalinge. „In het begin rijden ze gewoon, zoals alle automobilisten. Aan het einde slippen ze dwars op een gladde baan, met één hand aan het stuur, tussen opgestelde tonnen door en ze kijken je tegelijk nog lachend aan ook". Net zo lang. Als ik het goed zie, dan gaat Henk van Zalinge in Bussum net zo lang door, tot hij een Nederlandse racewa gen internationaal heeft laten meepra ten. De zes race-wagens die hij tot nog Van een onzer verslaggevers ROTTERDAM. De zestigjarige mejuffrouw V. uit de Witte de With- straat werd maandagavond op de hoek van de Hartmansstraat en de Boom gaarddwarsstraat bijna aangereden door twee mannen op een lichte mo tor. De man op de duo ontrukte haar haar handtas waarna het tweetal snel wegreed. De tas bevatte haar paspoort, een portemonnaie met 25 gulden en een vulpen. Een paar uur later, het was al na middernacht, werd de vijftigjarige schilder J. D. O. uit de Rosier Faas- senstraat in de Witte de Withstraat aangesproken door een man die hem onder bedreiging sommeerde zijn geld af te geven. Toen de schilder daar niet op inging doorzocht de aanvaller zijn zakken waarbij hij tot de ont dekking kwam dat O. geen geld op zak had. Hij maakte zich toen snel uit de voeten. Pelargonium gramdiflorum kent men beter als Franse geranium; een bij zonder mooie en rijk bloeiende plant die het best binnenshuis, doch dan voor een open venster geplaatst kan worden. Men dient haar wel te beschermen te gen tocht; daar kan de plant beslist niet tegen. Voortkweken door middel van stekken is heel goed mogelijk en dat kan men al wel in deze tijd van het jaar doen. Jonge scheuten zullen spoedig wortels vormen. door W-Lohmann ginamiffiinflannimRinuiiniil liinniiininiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiitfiiit rWAMT IK WIL- U NIET VERVELEN MET M'JN MOEI vandaag is een van mun VANMORGEN VROEG LEEK ALLES MOOI/MAAR NU..ACH, 'T IS NET ALS IK ALTÜD ZEG., NA ZONNESCHIJN KOMT/ ALT'jD REGEN tf JU#™ |iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiigiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiirjiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiininiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiim 102. Ofschoon Kappie geen verstand had van helikopters, werd zijn aan dacht direct getrokken door de opmer kelijke schuine stand, waarin de bewus teloze spion Janus het hoogteroer ge klemd hield. „Deksels... Dat heeft beslist iets te maken met die rare koers van ons!" flitste het door zijn hoofd. Haastig trok hij de knuppel recht. Kappie zag hoe het toestel nog net over een fabrieks schoorsteen scheerde en zijn knieën knikten. Het was nog haast adembene- mender dan de aanwezigheid van de dampende kunstmaan. Kappie veegde zijn voorhoofd af. „Als ik niet vlug wat doe, gaan we het vol gende ogenblik toch naar de haaien!" dacht hij. „De enigen, die dit ding in de goeie koers kunnen houden zijn die spionnen, maar die zijn weer niet te vertrouwen! Maar wachtmisschien is het ja mogelijk die schuimers het verkeerde van hun gedrag bij te bren gen". Dit zeggend, schoof hij beide raampjes open, waardoor de verstik kende dampen van de kunstmaan snel verdreven werden en tegelijk maak te hij zich meester van Janus' machi nepistool. Daarop boog hij zich uit het raampje. Dubbelster zwierde gelukkig nog steeds mee aan het landingsgestel, zij het dan ook in zeer ontredderde toe stand NED. HERV. KERK Aangenomen naar Waalwijk J. Breeuwsma te Zevenbergen (toez.), Naar Hauwerd H. D. Hendriks te Win- sum (Gr.). GEREF. KERKEN Beroepen te Eernewoude, W. Vis- scher te Niéuw-Amsterdam, te Wester- lee (Gr.) W. Visscher te Nieuw-Amster dam, te Gorkum H. Hogenhuis te Dok- kum. Aangenomen naar Bennekom L. Groeneveld te Nes. Beroepen te Nieuw- Loosdrecht C. A. Wielemaker te Brui- nisse. - CHR. GEREF. KERKEN Tweetal te Aalsmeer, A. Rebel te Em. meioord en W. van 't Spijker te Dro- geham. REM. GEREF. GEM. Aangenomen naar Friedrichshafen- Sleeswijk-Holstein P. H. van Lent te Gouda-Schoonhoven. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Bruinisse, h. Lichtenberg te Rotterdam-W. Acht en dertig jaar is hij, deze ge boren Bussummer en hij is een bij- ionder prettig mens om mee te praten. Als u hem vraagt hoe lang hij tussen de auto's zit, dan zal hij zeggen „m'n hele leven". Maar onmiddellijk daarachter laat de zoon van een tabaksmakelaar dan volgen: „Maar ik heb eerst, zeg maar, wat serieuze banen gehad; ik zat bij voorbeeld in de plastics, als technisch mannetje. Maar ja, de een verzamelt postzegels en stopt daar zijn centjes in en ik heb plezier in auto's. Zo is dat". Het klonk wel Een kleine vijf jaar geleden heeft Henk van Zalinge daar in Bussum zijn eerste wagen gebouwd. Een race wagen. Dat gaat heel rustigjes en lang zaam, daarbij wordt alles kalmpjes uitgedokterd en afgewogen; ja, ook letterlijk gewogen, zoals de zuigers bij voorbeeld. Zes wagens zijn er nu onder de handen van de heer Van Zalinge uit gekomen, van voor tot achteren zelf gebouwd. Eén rijdt er ergens in Ame rika, een ander dikwijls in Engeland en de rest in Nederland. „Hirondelle" is de naam van de wagens-è-la-Van-Za- linge. Waarom? „Ach, als ik eerlijk moet zijn weet ik eigenlijk niet hoe ik aan die naam kom. We moesten een naam hebben, een stel jaren geleden. Mijn eerste auto heette HVZ (Henk Van Za linge), maar dat vond ik eigenlijk niks. Als je een naam zoekt en steeds weer een ander vindt en opschrijft, dan word je bijna gek. Ineens kwam toen het woord Hirondelle. Miin vrouw en ik vonden, dat het wel klonk: Hirondelle. Wel, en zo is het gebleven". Hij fokt ze op Auto's bouwen zoals Henk van Za linge dat doet kost geld, vrij veel geld. En tijd, héél veel tijd. Maar in tussen moet Henk van Zalinge ook gewoon leven. Maar dat is de laatste tijd niet zo moeilijk voor hem gewor den. Hijzelf zal het niet zeggen, want rnj zou het zoiets als „opscheppen" vin den en dat ligt verre buiten zijn lijn. Maar anderen hebben het me ge zegd. Die hebben dit gezegd: „Van Zalinge? Als hij zou kunnen dan zou hij zes motoren per week kun nen krijgen. De sportwereld van de auto's kent hem; en de sportrijders zijn verzot op een motor van Van Zalinge Juist en dat is dan meteen de op lossing. Henk van Zaiinge bouwt moto ren. In een paar merken is hij gespe cialiseerd. Hij verbouwt ze, hij fokt ze op, hij verandert ze, kortom: hij speelt er mee precies zo lang tot ze zijn zoals hij ze hebben wil. En die bouwt hij dan in. In de wagens van de vele liefheb bers. Motoren die compleet van een fabriek komen, maar die eerst Van Zalinge pas seren en dan volmaakt anders weer te voorschijn treden. In Duitsland, in Ne derland, in Italië en in Engeland rijden wagens met Van Zalinge-motoren. De junior Het vorig jaar is Van Zalinge aan het tekenen geslagen: vijf maanden lang. Toen stond er een nieuwe auto op papier, een junior-racer. „Dat is de grote rage op het ogen blik", vertelde me de heer Van Zalinge. „In Italië, daar kwamen bij een wed strijd van junior-racers alleen al uit het deelnemende Monaco honderd en USSUM. De heer J) Henk van Zalinge wan- delde gistermiddag in -ü—Js een nauw om de enkels sluitende broek en een geruit sporthemd vlak naast de spoor lijn in Bussum en knikte tevre den. Ik stond hem zo eens aan te kijken en dacht: Je bent een gelukkig mens, meneer Van Zalinge. Kijk, Henk van Zalinge doet iets, waarvan er maar één in Nederland kan zeggen dat hij het met succes doet en die éne is Van Zalinge. Henk van Zalinge is „wild enthou siast" voor zijn werk, zoals hij dat zelf zegt, en als hij dat niet was zou hij iets anders gaan doen. „Ik werk voor m'n plezier". En diezelfde Henk van Zalinge tenslotte leidt mensen op in een „tak van wetenschap", waarvan iedereen zegt: dat is zeer belangrijk. O ja, de heer Henk van Zalinge bouwt auto's. De een postzegels Zo ziet, in een Bussumse werkplaats, de Junior-Racer Hirondelle er op dit ogenblik uit; nog „bloot", zoals u bemerkt. „Ik verwacht veel van de wagen, wanneer-ie eenmaal klaar is", zei de constructeur met een fijn lachje. |i!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiii) in de door Andrew Garve Ogilvie ging aan het werk, begerig i om precies uit te zoeken wat er ge beurd was. „Hoeveel tijd brengt u ongeveer in iedere kamer door, mrs. Little?" „Ongeveer tien minuten", zei ze. „Er is geen tijd om er langer over te doen, met al die kamers hier. We moeten ons strikt aan het tijdrooster houden, of we zouden er nooit door heen komen." „Juist. Ik stel tamelijk veel be lang in dat tijdrooster." „Nu, dan zal ik het u vertellen. Ik begin in mr. Edes kamer om onge veer tien minuten over zeven, en om ongeveer twintig over zeven ben ik daar klaar en ga dan de kamer van miss Timmins doen." Ogilvie ging aan het werk, begerig zijn idee uit te werken. „In de zelfde tijd, vermoed ik, gaan de an dere werksters ook met haar tweede kamer beginnen?" „En zo niet, dan behoren ze dat toch te doen." „Zodat, laat ons zeggen, om vijf minuten voor half acht de situatie als volgt zou zijn: de gangdeur van mr. Edes kamer zou ontsloten zijn." „Wijd open", zei mrs. Little. ,,We moeten de kamers toch luchten." „Dat is nog beter, wijd open. En u zou in de kamer van miss Tim- mins zijn met de tussendeur dicht, wed ik? Er is een springveer op, niet?" „Ja, dat is zo en ze gaat niet ge makkelijk open. Het is gewoon vre selijk om erdoor te moeten met een armvol bezems en emmers, dat kan ik u wel zeggen." „En op dat moment zouden de an dere werksters allemaal met de tweede kamer bezig zijn?" J a." „Én even later gaan jullie allemaal naar weer een andere kamer en de gangdeuren zouden nog altijd open staan?" „Daar komt het zowat op neer", zei mrs. Little, die er min of meer was ingelopen. Ogilvie keek peinzend naar de werkster. „Denkt u", vroeg hij, dat iemand van de redactiestaf er enig idee van heeft, hoe jullie te werk gaan. Ik bedoeld de methode en zo?" Mrs. Little vouwde haar enorme armen over elkaar en dacht pein zend na. „Wat nu betreft, dat weet ik niet, inspecteur. Tijdens de oor log ging alles natuurlijk heel an ders. Heel wat mannen, die hier wer ken, hadden toen de gewoonte in het gebouw te slapen, beneden in de schuilkelder." „Is dat zo?" zei Ogilvie met toe nemende belangstelling. Hier had men misschien een aanknopingspunt, waaraan hij helemaal niet had ge dacht. „Ja, en we zagen ze gewoonlijk, wanneer ze soms in de ochtenduren naar boven kwamen. En ze zagen eruit! U had ze eens moeten zien. Wij babbelden altijd wel even met hen. Dat was zo gezellig in de oor log hij maakte de mensen tot kameraden voor zover hij er geen lijken van had gemaakt." Zij zucht te, terugdenkend aan die tijd. „Ja, sommigen hadden hier eigenlijk hun woning." „Veronderstel eens, mrs. Little, zei Ogilvie, „dat de man die mr. Ede trachtte te doden, ergens in het ge bouw was toen jullie aan het schoon maken waren, waarbij hij er natuur lijk voor zorgde niet door jullie te worden gezien en dat hij loerde op een geschikte gelegenheid. Denkt u, dat hij gedurende enkele minuten in de kamer van mr. Ede heeft kun nen zijn, nadat jullie daar klaar wa ren, zonder te worden gezien of ge hoord door een van jullie?" Mrs. Little staarde voor zich uit. „Het lijkt mij niet waarschijnlijk, moet ik zeggen, maar ik vermoed dat 'het toch wel kon, zodra hij zag, dat de kust veilig was. We hebben hier heel wat te rommelen en zeker geen tijd om te treuzelen en rond te kijken." „Dat is precies wat ik ook dacht. Nu nog wat. Hoe laat sloot u de ka mers op deze verdieping weer?" De werkster ging snel aan het re kenen. „Ongeveer om kwart voor acht, zou ik zeggen." „Dank u," zei Ogilvie, helemaal niet onvoldaan. „Ik ben u zeer dank baar voor de hulp, die u mij hebt verleend, mrs. Little. Ze is zeer waardevol geweest." „Tot uw dienst, hoor. Ik hoop, dat u de kerel die het gedaan heeft te pakken krijgt." Mrs. Little wachtte totdat de inspecteur buiten gezicht was en spoedde zich toen weg om aan de andere werksters het sensa tionele nieuws te vertellen, dat de moordenaar de vorige ochtend waar schijnlijk in hun midden had ver toefd. Ogilvie ging naar de tweede verdie ping terug en bracht in het hun toe gewezen vertrek ongeveer een half uur door met het in orde maken van zijn aantekeningen met het oog op Haines' komst. Even na achten be gaf hij zich opnieuw naar de por tiersloge, om nog eens met Vickers te praten. „Kijk eens, Sarge," zei hij met nauwelijks verborgen opwinding, „er is nog één ding dat ik vergeten ben je te vragen en dat is belangrijk. Veronderstel eens, dat iemand de nacht in het gebouw had willen blij ven in plaats van naar huis te gaan, zou je dat dan hebben geweten?" Vickers dacht een ogenblik na. „Ja, dat is verschillend," zei hij langzaam. „Ik vermoed, dat we het hier niet zouden hebben geweten. We weten inderdaad niet wanneer de mensen naar huis gaan behalve wel eens toevallig en er zijn er te veel en vaak gebeurt het, dat we menen dat ze naar huis zijn ge gaan en dan blijkt, dat ze in de Crown Inn wat zijn gaan drinken. Ze huppelen altijd maar in en uit en ik zeg u, het is om duizelig van te wor den." „Wordt er 's nachts in het gebouw gecontroleerd?" „Nu, wel en niet, zou je kunnen zeggen. Portier Peach gaat gewoon lijk een ronde maken juist voor mid dernacht, waarbij hij de lichten uit draait, die de mensen onnodig heb ben aangelaten en daarna maakt portier Granger soms nog een ron de door het gebouw in de eerste ochtenduren, maar natuurlijk alleen wanneer er iemand anders in de portiersloge aanwezig is. weet u. Maar een eigenlijke controle door het hele gebouw wordt niet gehou den. Nu u het me vraagt, zou ik wil len zeggen dat als iemand zich ge durende de hele nacht in het gebouw zou willen verbergen, hij dat mak kelijk zou kunnen doen. Er is ruim te genoeg." |i||lll!lllllllllll||||||||||| door füijiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Hf door TANTE IS DIE KAAS VO OR OP DE BOTERHAM STRAKS? DE PLAKJES ZIT TEN ALLEMAAL AAN ELKAAR ZAL IK ZE LOS - S. Pol OfL--Alt righlt r.i.rv.. United Feature Syndicate, Ine

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 2