gulden J Deze borden zijn zinloos de Schat I aroficillèe j FLITS [sport I KAPPIE EN DE KRIELKUNSTMAAN BAZURKA ZEETJWSCH DAGBLAD Pagina 2 Zelf aan de slag ElHiB «CK1K9 Eyiiiiiiiiiiiuiiiiiiuiuiiii GORDON in het heelal Dan Barry Ênijiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinit GEHEIM AGENT 1 JAMES BOND I lan Fleming in de door 1 W.Lofimann I DE I TINTELS Jack Dunkley Examens Chr. Kweekschool TVE voorzitter van de Alge- A-' mene Nederlandse Vereni ging voor Vreemdelingenver keer (A.N.V.V.), prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen, was te vreden over het toeristensei zoen 1&59. Waaróm? Oiïidat zo'n dertig miljoen toeristen driehonderddertig miljoen gul den in het Nederlandse devie- zenlaatje brachten. Een indruk wekkend getal. Sinds een maand kunt u ze weer volop zien. Als hele legers komen, ze ons land wper binnen. Van alle kan ten. De toeristen. De hotels zijn weer vol. Op de kampeerplaatsen (op zon nige weekends) is geèn plaatsje meer onbezet. Iedere vreemdeling verteert voor een be- paald bedrag. Wat de Horeca- en aanver wante bedrijven be treft hoe meer hoe liever. En de buitenlan ders? *Zij zijn graag in ons land. Mén is hiec .gastvrij en. be- - hulpzaam. Ja, ja, allemaal goede eigen schappen. Toch werd ik gisteren weer even aan het twijfelen ge bracht. Ergens .op een terrasje in Am sterdam kwam ik hem tegen. Zomaar een buitenlander. Een" vriendelijke man van een jaar of dertig. Een glimlachje.Par don". Zo kwam het gesprek. Waar hij vandaan kwam? „Uit.Grieken- land^l'Óf'jhij hier |L lahg Ayas. /;ja, ïkbeii al'sinds acht maan- c'*1 dén ^'Aibsterdahr? Het ttéyalt Mij -hier- opperbest; De menseft 'tftfn 'VrleMeHjk En, het .éten" is goed. Alhoewel er naar mijn smaak misschien wat teveel boter en vet gebruikt wordt. Maar één ding moet mij toeft van het hart;.Het komt nogal 'eens voor, dat ik -„genomen" wordt. Niet dat dp Griekje gast vloeiend Nederlands sprak,- maar dat woordje „nemen" kende hij-toch wel. Dé Griek -studeert hier Oosterse talen,, maar kan niét' de .Ne'dérlands.e. taa-1 -al aardig overweg. Maar- ik lieb nu eenmaal een don ker uiterlijk. Dus zie ik el'uit als een vreemdeling. Zo kwam ik met .een Nederlandse vriend,, die er enigszins4 Frans uitziet,, in een café. Eén gewoon buurtcafé. Zo'n zaak waar een glaas je pils twee kwartjes kost. We bé- HET I 'DIE FOTO hierboven met dat „Losse steenslag"? Wel, ik vroeg onze fotograaf zijn 'camera te hanteren toen we een dezer dagen tussen Zaltbommel en Den Bosch reden. Omdat dit bord gewoon onzin is. Omdat het er voor niets staat. En omdat daardoor de waarde, die de Weggebruiker aan horden dient te hechten, tot een lacher wordt. Op de weg waar dat bord staat, dat zegt „Veilige snelheid 15 km", rijden de auto's honderd en 120 kilometer per uur. Volkomen verantwoord, want het wegdek is prachtig, nieuw, gaaf, hele maal glad asfalt. Die steenslag was er misschien een paar maanden geleden, maar nu is er geen sprake van. 38 „Voor het geval je daarbij een ze- nuwstillend middeltje nodig zou heb ben, dan kan mijn vrouw je daar desgewenst aan helpen. Zij heeft wel eens last van slapeloosheid, door de inspanningen en de vele indrukken van het reizen en ze zal je graag hel pen. De dood van David Grant moet een grote schok voor je zijn geweest en het spijt mij dat ik je op een zo weinig subtiele wijze met het li chaam moest confronteren. Ik hoop dat je mij dat wilt vergeven, maar ik kon ten slotte ook niet weten dat de dode een zo goede bekende van je zou zijn. Je kende David Grant na tuurlijk al lang?" „Wij zijn als het ware samen op gegroeid. Hij was vier jaar ouder dan ik, maar omdat er in deze om geving slechts weinig speelgenoten te vinden zijn, waren wij veel samen." Justus vroeg zich af hoe ver hij deze ondervraging kon voortzetten. Terwijl hij zijn vragen stelde was het meisje meer de kamer ingeko men en ze stond nu op slechts en kele meters van hem vandaan. Zo te zien was ze rUstig, de beheerste rust van mensen die in korte tijd reeds te veel ondergingen en nu vastbeslo ten zijn zich tegenover niemand meer bloot te geven. In zijn praktijk had hij al veel dergelijke mensen moe ten ondervragen en ook in dit geval besloot hij zich te verlaten op zijn er varing. „Werd je door alle huisgenoten als zodanig 'behandeld? Ik bedoel: werd hun houding tegenover jou nooit be- invloed door het verschil in maat schappelijke positie?" Opnieuw was Justus blij dat hij de ze vreemde taal voldoende beheerste om zelfs zulke delicate vragen te kunnen formuleren, want dat hij hier een gevoelige snaar had geraakt bleek wel uit de reactie van het meisje. Haar gezicht verduisterde even en bij haar mondhoeken trok ken zich enkele lijnen samen. Snel zei zij: „Aan de houding van David ver anderde het niets." „Mogelijk was dat de reden voor de verbolgenheid van je vader." Mr. Reiziger plaatste de opmerking snel, want hiermee was hij gekomen aan het belangrijkste punt. Hij wilde buiten iedere twijfel vaststellen in welke verhouding zowel vader als dochter Macgoullie tot de vermoorde -twin >f i door W. H. van Eemlandt hadden gestaan; voor de vader, Dou- glas, was het belangrijk, omdat hij van de moord op David Grant ver dacht werd en slechts door zijn tus senkomst was ontsnapt aan een voor lopige hechtenis; voor wat betreft Roslyn moest worden vastgesteld in hoeverre de oude vriendschap tussen haar en David voor Douglas de even tuele aanleiding zou hebben kunnen zijn tot moord. „Verbolgenheid?" vroeg het meis je, als om tijd te winnen. „Je was cv bij toen je vader te genover superintendent Mac Donald verklaarde dat hij een bepaalde wrok koesterde tegen David Grant, omdat deze je lastig viel. Dat waren je vaders letter,ijke woorden. Viel Da vid Grant je lastig?" Het meisje liet het hoofd zakken en wachtte e^en met haar antwoord Na enkele tientallen seconden hief ze beslist het h.iofd .weer op en zei ge decideerd: „David Grant viel mij nooit lastig. Ik weet dat er sinds zijn huwelijk vele geruchten daarover zijn ver spreid en dat niet alleen ten aan zien van mij. Over de waarheid daarvan kan ik niet oordelen en ik weet alleen dat David slechts hier kwam, af en toe, om een praatje te maker We kenden elkaar ten slotte al jaren, hij kende mij zelfs vele jaren langer dan zijn eigen vrouw. Mijn vader is altijd tegen een te intieme omgang met David geweest, juist om, wat u noemt, het verschil in maatschappelijke positie. Hij ken de de mening daaromtrent van de oude Angus Grant en hij gaf de laird in alles gelijk." Justus dacht even een spoor van bitterheid te horen, maar niets daar van was te zien op het kalme gezicht van Roslyn. Terwijl hij het meisje bekeek dacht hij, dat ze zijn vraag uitvoeriger had beantwoord dan ze zelf wel vermoedde, al kwam dit meer door wat ze verzwegen had dan door wat ze zei. „Spraken jullie dan wel eens over de verborgen schat van het Boshuis?" „Wat bedoelt u daarmee?" „Als jullie hier samen als kinde ren zijr. opgegroeid kennen jullie waarschijnlijk beiden ieder verborgen hoekje in en rondom het huis. Het staat nu wel buiten iedere twijfel dat David naar de schat zocht, wat overigens niets in zijn nadeel zegt, want de twee andere broers zochten er óók naar. Maar het ligt voor de hand dat jullie er dan wel eens samen van gedachten over gewis seld hebben." „Dat hebben we. Maar iedereen in de omgeving, ook in Aviemore, deed dat, want het verhaal is alge meen bekend, zoals u weet." „En opperde David dan wel eens bepaalde suggesties voor de plaatsen die volgens hem het meest ge schikt waren om een schat te ver bergen?" „Al die plaatsen heeft hij onge twijfeld al doorzocht, Qok zonder er met mij over te praten." Dit was een volkomen logisch ant woord, maar ook nu dacht Justus weer enige bitterheid in haar stem te horen. „Dan zal ik het dus helemaal al leen moeten doen", zei Justus licht. (Wordt vervolgd) lllllllllillllllllllllllllllllllllllllllliillillHllllllllilllllllllllllllllllflHN - v. I| j, I 5 heeft de foto van een, verwrongen autoped naast de zware wielen 1 van een vrachtauto me sterk -aan- gegrepen. De step was van een driejarig jongetje, dat even tevo- ren bij het oversteken .van de.- I. straat door dé. auto was gegrepen en gedood. Elke week leest u in de krant dat spelende kinderen op straat I sterven. - -Er zijn- tal- van ouders, die geep E ogenblik rust.aheftben als hun kin-. deren niet thuis zijn. Zullen we' I Rudi of Wim, Ans'of Joke levend -terugzien? 5 Veel kinderen sterven als slacht- offers van het steeds toenemend i verkeer. Ouders brengen de dagen vol I spanning door. Och, het is te begrijpen. Ik heb 5 die angst en die spanning ook, el- ke dag. E Maar er is overigens meer dan alleen angst! Dit namelijk: "de ze- I kerheid dat-God vanuit de hemel neerziet op alle kinderen.In uw I straat en in de mijne. Laten wij niet roekeloos zijn door onze kinderen aan hun lot over te laten en het drukke ver- I keer maar in te sturen. Wij moe- ten zorgen voor onze kinderen I die' niet te onzen laste zijn, maar aan ons 'zijn toevertrouwd en dan mogen wij- ook verwachten. dat God helpt zórgen. En u weet I het: geen haar valt van ons hoofd zonder.Zijn wil. WEERSLAG Oh, hebt u bier gehad? Ik dacht Gin- cola, sprak de kastelein vriendelijk. Nee, dan is het een gulden". V,,Éen paar óagen geleden kocht ik een pakje'sigaretten'yan 'tachtig cent: Ik 'gaf eeh gulden. 'Dé verkoopster Was ni.ét van. plan "mij nog twee dub beltjes terug te geven. Ik vroeg erom en kreeg ze". - Kijk, dit zijn rnaar'twee. kleine voorbeelden. Het., zijn 'buitenlanders. Dan rekenen we maar wat". Is dat. niét'té dikwijls de rhenirig? Het is de ene/ké'er" a nd erh aTv ^ul'deh,'de andere fcèer. twintig .cerit. Wellicht maaf vijf cent. U hebt gelijk. In 'Het buitenland overkomt ons* Nederlanders, hetzelfde. Reden temeer lijkt mij, .dat wij hier niet aan mee cl°en. 'Maar laat ik u tegelijk erbij vertellen: de „nemers" zijn in de minderheid in ons land. In het algemeen worden de buitenlanders hier eerlijk behandeld. Niet .-altijd. En daarom leken mij de 'ervaringen van die Griek in Am sterdam toch wel de moeite van het vertellen waard. GEEN REDEN Ik ben het niet met u eens, wan neer u zegt, dat het niet zo erg is, dat van die 15 km. Dat is wel erg, dat is zelfs ergerlijk en gevaarlijk. Kijk, elke autorijder die dat bord j (en het staat er een keer of vijf) passeert, kijkt naar de weg, ziet dat er niets aan de hand is en handhaaft ziin snelheid. Wat doet hij dus eigen lijk? Hij haalt zijn schouders op voor dat 'bord. Er staan meer van dergelijke bor den in ons land. Borden met „Werk in uitvoering" en „Langzaam rijden". Dat doe je dan, je zakt van honderd terug tot vijftig, kijkt en ontdekt dan, dat er helemaal geen werk meer wordt uitgevoerd, dat alles al klaar is. alleen... die borden zijn blijven staan. Datzelfde heb ik ook al een paar keer gezien bij de borden „Inhalen verboden". Je rijdt twee, drie kilome ter achter een grote vrachtwagen met zestig en er komt maar geen reden voordat inhaalverbod aanzetten. Dan j kijk je er eens langs, ziet een vier-i i baausweg zonder een enkele bijzonder- lïeld en passeert dan maar. Die bij- zonderheid komt ook niet verderop. Welnee, die borden stonden er gewoon als lacher. ZE WETEN HET Nóg zo'n lacher? Die bordjes „20 km" hij spoorwegovergangen in de wegen. Ze gaan weg, is er officieel meegedeeld, want ze hebben geen en kele zin. Dat was maanden geleden, maar vorige week heb ik er nog op twee ritjes negen geteld. De weggebruiker is toch al slordig genoeg-, heeft toch al veel te vlug de neiging die schouders voor bordjes en zo op te halen. Daar zijn vele on gelukken om het bewijs voor deze re geltjes te leveren. De weg-beheerder weet dat net zo goed als ik. Laat men dan alleen borden neer zetten, die werkelijk zin hebben. Dan weten alle weggebruikers: Dit is ernst, houd je er aan, anders ko men er brokken. En dan zijn alle partijen gediend. „STRAKS MAG JE MEE VIT!" (Uit „Honds Bejegend" van Loriot. ik het zo'n leuk mopje vond). Gewoon, omdat DE NATUUR IN EN OM UW HUIS door SlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMHIIIHUIIHf ss 3 door SS i fitllHHIMHIMHIHHMHHIIIHHIlt pmiammmiMBiromnm 1 door SiiniiiiiiniiiiiiiiiiiiiiHiüiiiii/iiij ^'iiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiihiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii pb. cur sus staat- jü M£T je cursus- Bah-ju wordt stêeds sterker BH lKSTe£D&__ zwakkerp onvcfzunqe ATSTVWO 25" IK Zl& AL OVER E&N PAAR MAAHDers-J«J ST6RK als gsm leeuw IK ziek VERPIETERD.' TJONGrE -DACHT DAT HBUS- ALS BEN Leeuw r Rozen beginnen nu hun eerste bloem knoppen te vormen en op een beschut en zónnig plekje zijn de eerste bloem knoppen al open. Ze hebben nu veel voedsel .nodig en het is wel nuttig hen nu een lichte overbemesting te geven en dat kan men het best doen in de vorm van de békende tuin- en gazon- mest; de korrelmest. Per vierkante me ter lean men -dan zo ongeveer dertig gram strooien en dan kan men .dat la ter nog wel eens herhalen; de mest behoeft men niet onder te spitten; hel is wel nuttig ze even onder te schoffe len. In een droogteperiode die men nu verwachten kan, zal het gras besproeid moeten worden; uw gazon heeft veel water nodig, doch u moet er toch ook niet te vroeg mee" beginnen; het moet werkelijk nodjg zijn. Laat de sproeier dan niet overdag, in de felle zon draai en; dat' kost water en geld en het doet weinig' of geen nut'; als er gesproeid moet worden dóet men dat vroeg in de morgen of laat tegen de avond of over dag met een betrokken lucht. Sla is een heerlijke zomergroente; een groente die men voor allerlei scho tels nodig heeft. Er zal dus steeds verse sla uit eigen tuin geoogst moeten wor den en dat kan ook heel goed, doch dan za' men om de drie weken een weinig moeten zaaien. Dat kan men op een zogenaamd wachtbedje doen; een hoekje van een halve vierkante meter is al wel voldoende. Laler, na opkomst van de plantjes kunnen zij dan op de voor hen bestemde plaats gepoot wor den: een onderlinge afstand van onge veer vijfentwintig centimeter hebben ze wél nodig. i i 1 28. „Driemaal is scheepsrecht", zei Kappie, toen de spionnen per helikop ter de aftocht bliezen. „Ik hoop, dat die kakelobbesen ons nu voor een poos je met rust zullen laten!" „Ze komen vast weer terug om ons allerlei narigheid te bezorgen", zei de maat somber. „Mijn eksteroog trilt nog steeds, dus is de ellende nog niet voor bij!" „Ach, hou op met je eksteroog", zei Kappie. „Zolang die maan ja veilig in de brandkast...." Hij stokte. „Alle kniezebieters", schreeuwde hij toen ter wijl hij naar zijn hut tolde. „Hoe komt dat ding ja uit mijn brandkast? Waar is Dubbelster?Die zou er de wacht bij houden!" Nu was professor Dubbelster juist weer bij de brandkast. Kappie zag hem een grote tas met gereedschappen in pakken. „Hoe komt dat gat in mijn brand kast?!" vroeg Kappie, ontstemd op de vernielde kluisdeur wijzend. „Dat eh -ahemdat is het werk van die spionnen!" antwoordde de ge leerde. „Daardoor konden zij de kunst maan stelen. Ruwe klanten., ahem. Ze sloegen mij tegen de grond, doep ik mij daartegen verzette. Kijk, ze hebben hun spullen vergetendeze tas met in braakgerei!" Gevonden voorwerpen VLISSINGEN. Op het politiebureau te Vlissingen zijn inlichtingen te krijgen over de volgende gevonden voorwerpen: riem met padvindersmes, handboor, lichtblauw kinderslofje, lederen riempje, tuinschoffel, zonnebril, wit kindersandaaltje, boodschap pentas, rode portefeuille met inhoud, enke le rijwielen en autopeds, diverse sleutels en handschoenen, zwarte damesportemonnee, meerkleurige shawl, padvindersriem, rode plastic bal, trui, dames polshorloge, zwarte tas, badhanddoek en heren zwembroek, brui ne portemonnee met inhoud, damesparaplu en een schilders stopmes. MIDDELBURG. Aan de Chr. Kweek school slaagden voor de akte j (gymnas tiek) de volgende dames en heren: Middelburg: C. j. B. Boender, C Jonk heer. e. C. van Kramer. j. Willeboordse M. E. Nonnekes en G. G. P. van Til' Kapelle: C. j. Marcusse. Axel: P Diele! man. Goes: h. van Donk, j. m. Verburu F. de Ronde, N. de Ronde. Zierikzee: \V Hack, C. Laban. Vlissingen: I. Homburtr M. Homburg, N. Homburg, j. Noot E C de Kam. Kamperland: j. C. Kouwer Co! lijnsplaat: C. M. Karman. Wlssenkerkê p van Elven. Wolfaartsdijk: D. Kloosterman! Lewedorp: j. de Kok. Wilhelminadorp: B van Oost. Kloetinge: P. M. Aarnoutse. Oud! Vossemeer: C. j. van de Beek. Sint Lau- rens: J. C. Franse. Oostburg: A. M. Leen. houts. Zaamslag: M. G. Verhelst. Oosterland: B. M. de Waal. Bergen op Zoom: H. Lob- bezoo. M. K. van Soelen en D. Scheffelaar. Afgewezen: vijf kandidaten.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 2