Abdij complex: van Zeeuwse Oogappel bevolking ROTTERDAMSCHE STEENHOUWERIJ A. RUYMGAART Schoonder opghetimmert dan ooit tevoren Geen zwaar afscheid NATUURSTEENWERKEN WANDELINGEN IN DE ZEEUWSE HISTORIE Geschiedenis herhaalt zich N.V. DORDTSCHE GLASHANDEL amsterdam „ring Unieke Spel met klank en licht albert jaspers Zaterdag 14 mei 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 7 Bouwwerk in vele talen bezongen Rijk en Provincie ROTTERDAM ELECTROWEG 51 TEL. 0.10—18.02.50 GERINGSCHATTING Bibliothecaris vraagbaak ca. 600 m2 glas in lood. Bisschopszetel St. Nicolaas Bezittingen Hof van Zeeland in ere hersteld Praalgraf Kunstwerk Rembrandt-expositie RIjNGRIJDERIJ Advertentie De hoogbejaarde, altijd junior blijvende dr. P. H. Ritter, die waar het de aard-I rijhskunde betrof wel eens senti menteel kon zijn. heeft zich in zijn mijmeringen laten verleiden tol het volgende: „ff ie het Abdij plein mijdt, zal nimmer ingaan tot Zeelands wezen. Ik weet niet of er op heel de wereld één plaats ts ah deze, een toegeböuwde zaal onder een open hemel, waar hel stadsleven door gewelfde poorten voorzichtig wordt toegelaten en aanstonds binnen haar stemmige sfeer tol inkeer komt". Dr. Ritter plaatste liet Abdijplein wel heel hoog op de lijst van aardse para dijsjes. In lyrisch proza heeft hij j verder in allerlei toonaarden de schoonheid van dit stukje Middel burg bezongen. Dr. Ritter is in de loop der eeuwen niet de enige geweest, die onder de bekoring kwam van i de oogappel van de'Zeeuwen: het Abdijcomplex. Duizenden voor hem en duizenden na hem, toen hij kwam voor een inspiratiebe- zoek voor zijn boek „De hoorn: der Schelde", hebben reeds het oog welgevallig laten glijden over de ranke torens met alsl trotse coryfee de Lange Jan, het; baken op het land voor iedere Walcherse boer. Kunstenaars van de nazificering van dit oude wereld naam hebben gepoogd hun in- deel. drukken van het verrukkelijke Middelburg vvas in zijn hart getrof- Abdijplein vast te leggen op doe- ten. maar niet dodelijk, want met nooit ton in hnnt nf nok in nnëzip An- aflatende volharding hebben de Zeeu- ken, m nout ot ook in poezie. m wen na de bevrjjding hun sch0uders ge- deren maakten toto S, filmden Of fet onder dit ene machtige werk: de schreven lange brochures, waar- restauratie van dit hart, dat tot bloe i j-, dens toe geleden had, om dan nog maar in het mensenwerk dat dit tot'^e zwijgen van de slachtoffers van de stand bracht, in vele graden werd:Duitse tyrannie. Groots werd het her- ,,-roerr! 'Xtel aangepakt, totdat de belangrijkste gebouwen weer in oude stijl waren op getrokken. Er restte toen nog een ge deelte aan de Sint Pieterstraat en een stuk tussen Statenzaal en de ambtswo- - ning van de Commissaris der Koningin. Er waren er echter ook, die in de Qeze gapende plekken bleven ettelijke meidagen van 1940 spotten met alle jaren na de bevrijding herinneren aan kunst en kuituur, met alle menselij-ide verwoestingen die werden aangericht, ke waardigheid en waarden, «et ai- Maai, de k>rghei„ ,s niet ^bleven. 1® geestelijke schatten van vroegeie, voegen barstende provitieia- «eslachten. Terwijl Middelburg in die je griffie op de Dam, welke overheids- woelige dagen schudde op zijn grond-i instelling toch uiteindelijk een zetel zou Testen verschenen Duitse bommen-moeten krijgen in het grote complex, werpers boven de eeuwenoude stad.'vulde een der gapende plekken. En zo verrees opnieuw een groot architecto- Weinige ogenblikken later was het nisc,h ?P ho»e "iv,ea« staa"d bauJf" - werk, dat over enkele dagen door H.M. prachtige Abdijcomplex veranderd in de Konjngin persoonlijk in gebruik zal een rokende puinhoop. Zo vonden de worden gesteld. Dan blijft er nog slechts Duitsers de Abdijgebouwen bij hun een hoekje over aan de overzijde. Maar binnenkomst. Zij hebben er geen de tijd zal niet ver meer zijn of ook traan over gelaten en geen hand uit- deze hoek zal bouwtechnisch worden gestoken om de wederopbouw te be- opgenomen in het grote geheel. En met werkstelligcn. Zij hadden andere be- de. nieuwe ambtswoning van de Com- missans zal de ruig dan weer geslo- langrtjker dingen aan hun hoofd.... (en zijn Een ring uniek h, Nederland de vernietiging van de werkelijk Een ring met een vermaardheid over Christelijke beschaving in Europa enheel de wereld. Voor de oorlog was het de gewoonte, dat gelovigen samenkwamen op het eeu wenoude Abdijplein om Gode lof te zin gen. Die traditie is er af. Er klinken geen gezangen meer rondom de oude pomp. Verstomd zijn de stemmen van hen, die hun liederen lieten schallen te gen do muren van de omringende ge bouwen. Zou het geen aanbeveling ver dienen die traditie weer te herstellen? Of geeft men de voorkeur aan de Markt? Dan staat men weliswaar meer open voor de wereld, maar het Abdij plein herbergt zoveel sfeer, zoveel stem ming. Waar verder de kloosterlingen afzon dering zochten van het wereldse leven, daar zwoegen nu de ambtenaren van rijks- en provinciale diensten. Ja ook rijks-, want ofschoon de Abdij de naam heeft gekregen van zetel van het pro vinciaal bestuur, biedt dit toch ook gast vrijheid aan tal van rijksoverheidsinstel lingen. Men vindt in het complex de Rijkspolitie, de Rijkswaterstaat, het Rijksarchief, Invoerrechten en Accijn zen, de Rijksgebouwendienst, een in drukwekkende verzameling. levering en bewerking van de aan de Provinciale Griffie te Middelburg. Mannen van Gemeentewerken sjou wen met kruiwagens de oude stenen weg van het vroegere plaveisel. Stratenmakers zijn nu bezig het Abdij- plein van keurige gele steentjes te voorzien. Dit werk is onderhand klaargekomen. De bibliothecaris van de Provinciale Bibliotheek, de heer H. Pieters, die sa men met de heer M. v. Empel een lij vig boekwerk schreef over Zeeland door de eeuwen heen, geldt in de wandeling als de vraagbaak voor iedere Zeeuwse- historievorser. Men kan hem dagelijks vinden ergens in de Abdij achter zijn met boeken gevulde balie, steeds klaar staand voor elkeen, die zijn kennis wil verrijken. Tijdens het honderdjarig be staan van de Provinciale Bibliotheek, nog maar een aantal maanden geleden, liep het hoofd van de heer Pieters bijna om, maar ondanks alle drukte toonde hil zich een warm, geduldig en geïnte resseerd toehoorder, die voor iedereen de tijd nam en geen mens met een kluitje in het riet zond. door L. v. Wallenburg Precies twintig jaar na de ver zengende brand van 1940 op 17 mei aanstaande - zal er weer een fase in het herstel van de Abdijgebouwen zijn afgesloten. Dan zal in tegenwoordigheid van H-M. de Koningin bet nieuwe gebouw van de provinciale griffie officieel worden geopend. Het be treft in dit geval geen restauratie, maar totale nieuwbouw'. Mooi aan gepast aan de stijl van de andere bouwsels, fraaier nog dan het ge bouw dat er vóór de oorlog stond, het tot ver in het buitenland be kende Hotel De Abdij, dat sinds 1836 een grote plaats in de Zeeuw se hoofdstad heeft ingenomen en vroeger dienst deed als de bakkerij en brouwerij van de Abdij. Reeds in 1938 begon het Rijk een onteigeningsprocedure met de bedoe ling hier een provinciehuis te vesti gen. In meimaand 1940 was deze pro cedure nog niet tot een oplossing ge bracht. Het was toen trouwens niet meer nodig, want het hotel brandde tot de grond toe af. Wanneer we op het Abdijplein voor het nieuwe provinciehuis staan, dan zien we aan de tegenoverliggende westkant nog een lelijke gaping: de plek waar vroeger de woning stond van de com missaris der Koningin. Tot op heden is aan dit punt nog niets gedaan. Oor spronkelijk was die woning het Lo gement van de graven van Zeeland", waarin ook de Oranjevorsten logeerden wanneer ze in hun kwaliteit van Eerste (Advertentiën) Voor het NIEUWE PROVINCIEHUIS te MIDDELBURG leverden wij Dordrecht Kuipershaven 44-45 Tel. 01850—7345* Electriciens en klank deskundigen kon men dezer dagen op het Middelburgse Abdij plein op ladders zien klimmen om lampen en luidsprekers op te hangen en draden te bevestigen. Als ruim tevaarders in hun eigen genre bestorm den zij de leertjes, gedroegen zij zich als ware artiesten, niet bevreesd voor een waaghalzerijtje. Overi gens was het de heren wel toevertrouwd. Niet voor de eerste keer pleegden zij een der gelijk karweitje. Hun taak was nu om de attributen voor klank en lichtspel netjes op de plaats te krijgen. Het klank- en licht spel zelf zal van een bijzonder karakter zijn. De sfeervolle kloostergangen, de crypte en de binnen pleinen, zij zullen alle betrokken worden bij de levensloop van Vader Tijd, de hoofd rolspeler in dit door de heer S. de Vries jr. geregisseerde evene ment. Daarbij zal zeer sterk het accent wor den gelegd op de soms indrukwekkend gedra matiseerde lichteffek- ten. Er is heel wat nodig om dit alles te bewerkstelligen: niet minder dan 25C persglasspiegellampen moesten worden ge ïnstalleerd, alsook 80 -soeklichtlampen van 1000 Watt en ongeveer 100 spotlights. Om de Lange Jan in het spel te betrekken werd de bestaande verlichting daarvan uitgebreid met twaalf zoeklicht lampen van 1000 Watt. Een blik in de richting van het Rijks archief. De foto werd genomen vanaf de zogenaamde stille hoek van het Abdij plein. Fraai steken de ranke torentjes af tegen de lucht. Bü de nieuwbouw van de griffie heeft de architect ar.?stvailig ver meden af te wjjken van de bestaande stijl ter plaatse. Met de ingebruikneming van het nieuwe provinciehuis kan Middelburg zich eigenlijk pas echt weer Zeeuwse hoofdstad gaan voelen. Want misschien wil men hierover twisten men kon de gebouwen aan de Dam, waarin de provinciale griffie jarenlang gezeteld heeft, toch niet als representatief laten gelden als „harte- klop" van het Zeeuwse overheidsleven. De „Posthoornf en de „Roeybaerse" waren voor de buitenstaander te onaantrekkelijk wat ook van toepassing was op het ernaast gelegen pand Dam 6. Dit laatste bouwwerk had bovendien nog de herinnering van het bewind van Middelburgs Ortskommandant, die het pand had uit gekozen omdat dit voor de Duitsers zo ideaal gelegen was. Nee, die gebouwen aan de Dam waren niet je dat voor het provinciaal bestuur, dat verlangend uitkeek naar de dag, waarop de in aan bouw zijnde griffie als onderdeel van het Abdijcomplex, gereed zou komen. Nu is het dan zover. Het afscheid valt niet zwaar. Van be dompte, ouderwetse kamers komen de ambtenaren nu in lichte, sfeervolle ruimten, waarin het werken een genoegen moet zijn. Edele de vergaderingen van de Staten van Zeeland bijwoonden. De zuidzijde van het complex is fraai gerestaureerd. Beneden zien we „de galderije van 't witte steen- werk", waarboven vroeger de abt woonde. En ook enkele jaren bis schop Nicolaas de Castro heeft ge zeteld, toen Zeeland een bisdom werd en Middelburg bisschopsstad. Van eind 1561 tot zijn dood in mei 1573 heeft hij hier gewoond. De Castro stierf tijdens het tweejarig beleg van de stad door de Water geuzen. De noordzijde heeft in de laatste oorlog weinig geleden. Hier woonden, waar nu het Rijksarchief is gevestigd, destijds de kanunniken. Het plein van de Abdij was reeds eeuwen geleden, ook toen het nog de naam Hof van Zeeland had, met bomen beplant. In de schaduw van die bomen hield men tot 1940 in augustus een grote ringrijderij en op zomerzondagmorgens hoorde men er gewijde muziek. Sinds 1784 staat er een pomp midden op het plein, maar water komt er niet meer uit. De stichtingsdatum van het oude klooster ligt in het duister, maar algemeen wordt aangenomen dat het oudste gedeelte uit de twaalfde eeuw dateertDe eerste kloosterlin gen waren reguliere kanunniken, die evenwel zulk een losbandig leven leidden dat zij op aandrang van bisschop Godebald van Utrecht door Norbertijnen of Praemonstratensers uit Antwerpen werden vervangen. Het klooster was gewijd aan Maria, later wordt ook Sint Nicolaas ge noemd, de patroon van schippers en kooplieden. Spoedig werd het klooster tot abdij verheven en reeds in 1147 lezen we van de abt Wal- terus. Er is later heel wat veranderd aan het oorspronkelijk kloostergebouw, noodzakelijk door uitbreiding of ten gevolge van verwoesting door brand. Vermoedelijk hebben een of meer le den van het bekende bouwmeesters- geslacht Keldermans eraan meege werkt Die uitbreidingen en aanbouw sels leidden echter ook wel eens tot knoeierijen met de oude stijl van de gebouwen. Zo pasten de in 1940 ver woeste ambtswoning van de commis saris der Koningin en het Hotel De Abdij kwalijk bij het overig gedeelte van de Abdijgebouwen. De bekende graaf Willem 11, Rooms-koning en vader van Floris V, heeft de Abdij vergroot en ver beterd. Hij begiftigde haar met er ven en tienden, zodat zij later een der rijkste abdijen van Nederland werd. Onder Oostkapelle bezat zij 2000 gemeten grond (800 hal in eigendom. Ook op andere plaatsen in Walcheren en eveneens buiten dit eiland had de abdij veel grond ijl bezit, evenals de opbrengst van tiendrechten. Tot de Abdij behoorde sedert 1277 het zo mooi in de bossen gelegen kas teel Westhove, het zomerverblijf van de abt. Hier werden voorname gasten ontvangen (zoals keizer Karei V in 1517), die er rust zochten voor de zor gen des levens. De lagere geestelijken hadden hun lusthof in Grijpskerke op het Munnikenhof, waar in later jaren Jacob Cats nog heeft gewoond. Een idyllisch plekje is nog steeds het Muntplein met pomp, waarom heen de kloostergangen. Men moet namelijk weten, dat Zeeland om streeks 1580 het recht had eigen Zeeuwse munten te slaan. Groot was de tegenwerking, vooral van Holland, maar de Staten van Zeeland stoorden zich daaraan niet en gingen hun gang; andere provincies deden dit ook. Tot aan de Franse tijd (1798) heeft de Zeeuwse munt bestaan De oudste kerk van het complex is de koorkerk, de oorspronkelijke kapel van de abdij, een lang smal ge bouw van 50 bij 12 meter, evenals de abdij gewijd aan Maria. In deze kerk ligt graaf Willem II begraven, die in 1256 bij Hoogwoud tegen de West-Friezen sneuvelde. De Nieuwe Kerk is van jongere datum. De ruimte lussen beide kerkgebouwen was vroeger het auditorium van de Illustere school te Middelburg, vóór] mei 1940 de consistoriekamer. Na de wederopbouw van de Nieuwe Kerk (de Koorkerk heeft in de oor logsdagen minder schade opgelopen) heeft men hier het praalgraf van de gebroeders Jan en Cornelis Evertsen neergezet. Er was een muurtje voor gemetseld, waardoor het onbeschadigd uit de puinhopen te voorschijn kon worden gehaald. Tussen de beide kerk gebouwen in staat de weer herbouwde Abdijtoren, in de wandeling de Lange Jan genoemd. Verschillende branden hebben zowel kerken als toren meermalen geteis terd. Soms door blikseminslag, ook wel door onvoorzichtigheid van lood gieters. Tal van kunstschatten uit de kerken zijn daardoor verloren gegaan. Zo sloeg in 1568 de bliksem in. Een brand verwoestte een groot deel van kerk en toren. Daarbij ging ook ver loren een prachtig altaarstuk, een zeer waardevol schilderij, de afne ming van het Kruis, voorstellend. Deze schilderij was een geschenk van de abt Maximiliaan van Bour- gondië en geschilderd door de be kende schilder Jan van Maubuze. De beroemde Duitse kunstenaar Al- brecht Dürer, die eens in Antwer pen vertoefde, kwam speciaal naar Middelburg om dit schilderstuk te zien (1520). Later brandde de abdij nog eens af, waarbij de rijke bi bliotheek verloren ging. Toen na een dergelijke brand de ge bouwen weer prachtig waren hersteld, schreef de kroniekschrijver Reygers- berch: „die abdij is veel schoonder opghetimmert dan ze te voren ooit Wanneer de westzijde van het Abdijplein weer in goede stijl zai zijn volgebouwd, kunnen we deze oude woorden wel overnemen. -if- Ras-Middelburger als hij is, wijst de heer Jan Geers, die deel uitmaakt van een bekende hoofdstedelijke familie, in de richting van het laatste gat in de ring: de plaats, waar vroeger de ambtswoning stond van de commis saris der Koningin. „Dat gat moet nog dicht", wees hy ons, „dan zal de ring gesloten zijn. Dan pas kunnen we weer praten van onze eigen Abdij!" Etsen en gravures van de grootste Nederlandse schilder aller tijden, Rembrandt Harmenszoon Van Rijn uit Leiden, zullen van zaterdag 14 mei tot en met maandag 6 juni wor den tentoongesteld in een der vele ruimten van het Abdijcomplex. Niet alleen zal het publiek echter kunnen kennismaken met het magistrale werk van deze kunstenaar, ook doe ken van Rembrandts tijdgenoten zul len in Middelburg worden geëxpo seerd. Al deze uitgestalde geestes- produkten zijn er borg voor, dat de Zeeuwse hoofdstad dit jaar men kan het gerust zo zeggen een unie ke tentoonstelling in haar midden krijgt. De Vereniging Het Kunstmuseum heeft niet stilgezeten alvorens zij de Zeeuwen een dergelijk evenement zou kunnen bieden. Zij heeft zich in verbin ding gesteld met het Amsterdams Pren tenkabinet en gedaan gekregen, dat dit museum bij hoge uitzondering het koninklijk bezoek gaf de doorslag een. aantal etsen en gravures uit de Zeventiende Eeuw aan het Kunstmuse- in leen afstond. De werken 2ullen 'geëxposeerd in de zalen tussen de Muntpoort aan het Koorkerkhof en de Abdijpoorl. Rembrandt zal op de tentoonstelling een grote plaats innemen, maar ook aan andere schilders uit de Gouden Eeuw zal volop aandacht worden besteed. Zo zal men verder nog etsen en gravures kun nen zien van Karei Dujardin, Adriaan van Ostade, Jacob van Ruysdael, Pau- lus Potter, Gerrit Pieterszoon, Cornelis Vrsscher en Adriaan v. d. Velde. De dagen zijn voorbij, waarop de ster ke boerenpaarden met versierde staart en manen het Abdijplein bevolkten. Ver- gangen zijn de dagen, waarop de keu rig uitgedoste boerenzonen op die sterke paarden de ring poogden de steken, lui de aangemoedigd en toegejuicht door ve le supporters. Het is sedert de oorlog stil geworden op de donderdagen op het plein. Geen gehinnik wordt meer ge hoord, geen getrappel, geen „ie's in en dae'.s nae miën zin". OPENBARE LES VAN HUISHOUDSCHOOL HAAMSTEDE. In een van de lo kalen van de protestants christelijke Landbouwhuishoudschool werd een open bare les gegeven. Ds. v. d Grift, de voorzitter van het schoolbestuur, sprak een openingswoord en de directrice, mejuffrouw M. G. J. Nieuhoff, vertelde een en ander over het afgelopen jaar. De ouders van de leerlingen bezochten daarna de ver schillende lokalen» Zij proefden van de soep, keken nar meisjes die aan de was waren en lieten zich voorlichten over „Goede voeding". Ook het hand werken nam een plaats in op het les rooster. (Advertentiën) verzorgde de verlichtingsornamenten in het nieuwe Provinciehuis te Middelburg leidsestraat 11 ceintuurbaan 308

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 7