Wie Amstel drinkt doet zó Ze zijn er de Duitsers! Jonge vandalen op slooptocht HERINNERINGEN UIT VIJF ZWARTE JAREN VAN ONZE HISTORIE mtk M' M Politicus-dichter T in Friesland herdacht Donderdag 21 april 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 9 Voorschriften SCHOLIEREN TE GAST OP MARINEVLIEGKAMP Oplossing Jongetje verdronken HERINNERING VAN OCULUS Vermeend tekort aan „leut": scheepsruzie 5 f v van Europa's superriool: De Rijn Van een speciale verslaggever RIJNLAND De vervui ling van de Rijn heeft het toelaatbare overschre den: per dag vloeit vandaag de dag 35.000 ton industrie- zouten bij Lobith ons land binnen. De enkele honderden voorreinigings- en biologi sche zuiveringsinstallaties die wij reeds hebben ge bouwd om het Rijnwater weer tot rein drinkwater voor zes miljoen Nederlan ders te maken, zijn in capa citeit nog verre van vol doende. De Rijn wordt een stinkende drabbige stroom ondanks het feit dat met name door de industrie in het Ruhrgebied miljoenen Duitse marken in waterzui veringsinstallaties worden geïnvesteerd en ondanks het feit dat deze strijd aan de bron geen wild en verward verzet is, doch wordt gere geld en gecoördineerd door de reeds in 1950 opgerichte internationale commissie ter bescherming van de Rijn te gen vervuiling. West-Duitsland na de oorlog zijn ge bouwd en die de eis gesteld kregen dat het af te voeren fabriekswater in gegarandeerd zuivere en onscha delijke vorm het fabrieksterrein zou moeten verlaten. Het heeft vele ja ren gekost, voordat men de techni sche oplossing voor dit probleem had gevonden, maar de olieraffina derijen kunnen verklaren dat zij de bruikbare oplossing hebben gevon den. De bronnen van Europa's super riool moeten dus niet worden ge zocht bij de industrieën en fabrie ken, die na de oorlog in het kader van de industrialisering van het stroomgebied van de Rijn zijn ge bouwd. De eigenaars van deze on dernemingen hebben bij de aanleg en bouw van hun bedrijf terdege re- j kening moeten houden met de eisen die ten aanzien van de water (en de lucht-!) vervuiling van Over heidswege zijn gesteld. Willen wij de overigens niet te verwaarlozen miljoenen bewoners van de beide Rijnoevers, hun riool- en stadslozingen buiten beschouwing laten, dan vinden wij de bronnen van het kwaad bij de oude indus trieën, fabrieken, bruinkool-, steen kool- en kiezelgroeven, die van hun oprichting en bouw af gewend zijn geweest hun „Abwasser" in de Rijn te spuien. Alhoewel ook zij zich van de ernst van het kwaad volkomen bewust zijn en kosten noch moeite sparen om hun proceswater, hun spoel- en waswater, hun ketelvoe- dingwater, hun water voor laborato rium- en sanitair gebruik en, niet te vergeten, het regenwater dat via de fabrieksstraten en terreinen in hun afwateringssysteem terechtkomt van verontreinigingen te zuiveren, zal er nog heel wat water door de Rijn moeten stromen voordat alie toren afgekoeld en daarna iveer m circu- bronnen des kwaads definitief zullen latie gebracht. zijn opgedroogd. Advertentie Juist daarom zal men zich wel licht afvragen hoe het mogelijk is dat de Rijn toch een super riool voor de industrie is gewor den en of de eisen die de com missie stelt en de wettelijke be palingen die ten aanzien van het door de fabrieken en industrieën in de Rijn af te voeren fabrieks water gelden wel streng en bin dend genoeg zijn. Wij hier in het Rijnland, zijn ervan overtuigd dat dit grote en ernstige euvel met alle dienstbare middelen wordt bestreden. In een van de daar toe uitgevaardigde voorschriften lezen wij letterlijk: ,,Das in den Rhein eingeleitete Abwasser muss eine solche Beschaffenheit auf- weisen, dass es keine Mis- stande hervorrufen kann. Des- halb muss es so weit von ge- Vósten und ungelösten Fremdstof- fen befreit sein. dass eine Scha- digung der im Wasser lebenden Pflar-zen und Tiere sowie eine Beeintrachtigung des Gemeinge- brauchs und die Fischereibelan- ge am Wasserlauf vermieden wird." Dit voorschrift zegt in zijn alge meenheid nog weinig, ware het niet dat bij de aanleg, bouw en inbe- drijfstelling van nieuwe fabrieken en industrieën de toelaatbare waterver vuiling nauwkeurig en precies wordt voorgeschreven. Om aan deze strin gente bepalingen van de Duitse Bondsrepubliek te voldoen, is het noodzakelijk dat bij de bobw van nieuwe fabrieken gelijktijdig de voor zieningen worden getroffen om het fabriekswater in de Rijn te mogen terugvoeren, waarbij het woord „te rugvoeren" in vele gevallen niet eens juist is. De nieuwe Duitse in dustrie acht namelijk het Rijnwater in het Ruhrgebied reeds dermate vervuild, dat men het niet als pro ces. of koelwater wenst te gebrui ken indien dit niet strikt noodzake lijk isi De nieuwe en nog in aan bouw zijnde industrieën, die daar toe in dé gelegenheid zijn, geven de voorkeur aan het gebruik van bron- of bodemwater en als wij dan be denken dat een middelgroot bedrijf gemakkelijk een 5000 tot 10.000 m3 per uur op kan, dan spreekt het vanzelf dat ook ten aanzien van het gebruik van bodem- of bronwater Beperkingen worden opgelegd en dat men het opgepompte water via een ingewikkeld reinigings- en koelsys teem binnen de fabrieken in kring loop tracht te .louden, waardoor meu slechts een klein gedeelte, dat ver loren gaat door verdampings- en an dere verliezen, moet suppleren, ter wijl bovendien de Rijn ontlast wordt van het terugvoeren van 10.000 m3 fabriekswater per uur. VLIEGKAMP VALKENBURG. On geveer vijftienhonderd middelbare scho lieren zijn vandaag te gast op het ma rinevliegkamp Valkenburg. Zij krijgen daar een serie demonstraties voorge schoteld die hen enigszins een indruk moet geven van de militaire luchtvaart. Een even grote groep jongelui is -dins dag, de eerste van de twee jeugdluc'ht- vaartdagen I960, op het vliegkamp ge weest. Toen werd een zelfde program- j ma van vliegdemonstraties en stamppot] afgewerkt als vandaag. Dit systeem van fabriekswater in kringloop wordt o.a. toegepast op de nieuwe olieraffinaderijen die in Van een onzer verslaggevers MEDEMBLIK Gistermiddag heeft de rijks-politie van Medemblik na twee volle dagen dreggen en zoeken de droe ve zekerheid gekregen, dat de vijfjarige Henk Kieft in het Overleker kanaal ver- dronken is. Het jongetje was maandagmiddag buiten gaan spelen met zijn step. Hij is nog in het centrum van het stadje ge- 1 zien. maar daarna heeft niemand meer iets van hem gehoord. De politie is j daarna de vele waterwegen in en om Medemblik nauwkeurig gaan afdreggen. Vlakbij het lijkje werd de step in het1 water gevonden. Van onze correspondent ASSEN Een ware rage van vandalisme van een deel van de Asser jeugd bezorgt de politie handenvol werk en de behuizingen van padvin ders veel schade. Horden van soms meer dan vijftig knapen hebben de Paasvakantie gebruikt voor het slopen van o.m. het landgoed Valkensteijn, dat door de padvinders- groep die het als troephuis gebruikt, pas was opgeknapt en over enige weken officieel zou worden geopend. Alle ramen van het gebouw zijn kapotgeslagen, de deuren uit de scharnieren gelicht en in de gracht gesmeten, de sponningen uit gebroken en de muren besmeurd. Van twee andere padvinderslokalen zijn eveneens alle ruiten gesneuveld bij een bezoek van de jeugdige vandalen. Ook werden verscheidene dingen gestolen. Het handenarbeidlokaal van de Asser school voor b.l.o. is geruïneerd. Daar werden de werkstukken in kachels ver brand. De politie heeft al verscheidene schul digen opgespoord en zoekt op grote schaal naar de andere vandalen. MONTREAL (Reuter). Het Duitse vrachtschip Transquebec is als eerste I schip in het nieuwe seizoen de St. Law rence opgevaren. Het wordt door twintig andere zeeschepen gevolgd, die alle op weg zijn naar havens aan de Grote Me- ren. AMSTEL PILSeen saclit, gul biertje, zoals de Nederlander het graag drinkt. AMSTEL GOLDeen bier met allure, 'n Uitge maakte zcmk AMSTEL OUD BRUIN heeft vele liefhebbers en dage lijks komen er meer bij. Terecht! Proef maar, vergelijk maar. Reeds bij de bouw ran deze nieuwe aard olieraffinaderij in de omgeving van Keulen wordt met het probleem van de watervervuiling rekening gehouden. Men zal hier gebruik maken van bronwater dat in kringloop zal worden gevoerd. Om het gebruikte koelwater weer dienstbaar te maken, wordt het in een enorme koel DANZIG" was het codewoord. Het woord dat de inleiding vormde tot de vijf grauwe, mensont erende jaren die voor Nederland de oorlog betekende. Het codewoord waarop het aanvalsplan ,,Fall Gelb" tot uitvoering kwam. Het was 10 mei 1940. Onder leiding van Von Bock, Von Rundstedt en Von Loeb kwam de Duitse moloch van honderdvijftig divisies met vijfdui zend vliegtuigen en vijfduizend pant serwagens in vernietigende bewe ging. Toen nog geen Benelux, maar een Nederland dat niet aan oorlog ge loofde, een België dat zich de rauws moffenlaars nog van een vorige ge legenheid herinnerde, en een Luxem burg dat zelfs geen zucht kon slaken voor het met een hakenkruis werd toegedekt. 10 mei 1940. Die dag huilden onze mannen in een machteloze woede, en in een vaag gevoeld besef van de el lende die komen ging. In een reeks herinneringen willen wij nogmaals het oog richten op de kleine mens, op het individu, dat zich gekooid tegen de tralies wierp en zich meegesleurd voelde in de maalstroom van gebeurtenissen die een eind maakten aan zijn geluk, zijn zekerheid, zijn vrijheid. 10 mei 1940 De strijd die ons leger voerde, duurde slechts kort. Door een geweldige overmacht werd het verslagen en in lange stoeten keer den de mannen huiswaarts. De oorlog is begonnen. Overal hingen aanplakbiljetten waarop de Staat van Beleg werd afgekondigd, met daarbij de waarschuwing dat alle ramen voortaan verduisterd moesten worden. DE BEL ging. Wij waren nog niet helemaal ge kleed en ik deed de voordeur op een kier open. Een man stond op de stoep. De Duitsers zijn er, zei hij. Ik kende de man wel. Hij woonde een paar huizen van mij af en wij liepen samen nogal eens van de trein het eindje door de stad. De Duitsers zijn er, zei hij dringend. Wat Duitsers, vroeg ik. God, ze zijn er. Ik liet hem binnen komen. Wou je zeggen, dat ze bin nen gevallen zijn? Ja. Hoe weet je dat? De radio. Zet de radio aan. Luister maar. Ik ga weer. Aarzelend draaide ik aan de knop. Ja, alarm. Ik werd kwaad en vloekte. Luister, vrouw, de Duitsers. Ja, zei mijn vrouw, ik hoor het. Ik ging op een stoel zitten, steunde mijn hoofd in de handen. Tranen drupten op het tafelkleed. Het snikken deed pijn. In zo lang had ik niet gehuild. Ik stond op, ging mij wassen en kleden. Ik ga mij melden, zei ik te gen mijn vrouw. Zij keek toe. TE LAAT Ik was nog maar pas ontslagen uit de reserve, maar ik was een goed schutter. Ik oefende nog el ke week in 's Lands Weerbaar heid, voor mijn genoegen, met de buks. Ik ging de straat op. Bij de Martirütoxen^wist ik een militair bureau, iets van een plaatselijke commandant of zo, precies wist ik het niet, maar men zou mij daar wel verder helpen. Ik had mijn zakboekje bij me. In het bureau trof ik een adju dant. Adjudant, ik kom me melden als vrijwilliger. Hier is mijn zak boekje. Ik ben scherpschutter. U zult hard moeten lopen, zei de adjudant grimmig. Gronin gen is ontruimd. Ze zitten nu wel bij de Afsluitdijk. Ga naar huis, het heeft geen zin. De anderen zijn met een paar uur hier. Ik voelde me ellendig en ver nederd. De adjudant zag het. <JnSvA Av'/V-jy'1 ejfe Ga nu maar, zei hij zacht. Je kunt echt niet beter doen dan naar huis gaan. Het is hier beke ken. Ik ging. Ik zag een opengedraai de spoorbrug en een prachtige lo comotief als een dood beest half in het water hangen. Oorlog, rot zooi, wat moet het nou? ANGST Thuis zag ik de buurman weer. Hij zat nu aan de tafel. Er stond een kop thee voor hem en de ra dio leuterde. Ik zette haar onge duldig af. Mijn vrouw zette ook voor mij een kop thee neer. Ik was kwaad, helemaal kwaad, op iedereen, op mijn land, dat me had afgewezen, op mijn vrouw die maar gewoon thee schonk en niets zei en op die buurman. Wat moest hij hier? Ik keek hem aan. Ik ergerde me aan zijn hulpeloze blik, aan zijn duidelijke angst. De buurman dronk zijn thee. Zijn hand beefde. We zullen wel moeten ver duisteren, zei hij zacht. Is dat alles wat je weet, viel ik uit. Ik smeet het zakboekje in een hoek. Ja, zei de buurman, ja, maar zie je. Wat, zie je, snauwde ik. Ja, zie je, zei de buurman, het is niet hetzelfde. Wat niet hetzelfde? U weet het toch, iedereen weet het toch. Het is niet het zelfde. In zijn ogen lag angst, op zijn neus lag dik het zweet. VERSCHIL Toen zag ik het. Het was niet hetzelfde. Ik zag wat ik eerder niet zo gezien had, wel geweten, maar niet bewust. Ik zag het nu, ik wist dat het verschil maakte. Hij was een Jood. Ik greep over de tafel heen zijn handen. Kom man, je bent hier in Ne derland: we worden alleen maar bezet. Het zal gauw weer over gaan. Hij keek mij aan en schudde stil en langzaam het hoofd. Ik ga maar, zei hij. Ik liep met hem mee tot aan zijn deur. Als ik je helpen kan, zei ik aarzelend. Dank je. Hij stak de sleutel in het slot en ging naar binnen. De deur viel achter hem dicht. Thuis raapte ik mijn zakboekje op en lei het in de la van het buf fet. Het was nu oorlog. OCULUS Van een onzer verslaggevers DORDRECHT Een onenigheid over de voorraad bier en het toelaten van vrouwen aan boord van de coaster Cura sao deed gisteren twee jonge opvarenden van dit scheepje in een cel van het Dor- drechtse politiebureau belanden. De nieuwe kapitein, de heer H. B uit Groningen, hield de teugels aan boord nogal strak te strak naar de smaak van zijn bemanning. Er broeide allang iets, maar tijdens de laatste reis, die in Dor drecht eindigde, laaide de twist zo hoog op, dat de twintigjarige matroos J. van de V. zijn commandant bedreigde en boven dien insubordinatie pleegde. De kok A. Chr. van R. (22) zou volgens de kapitein dezelfde vergrijpen hebben gepleegd, maar de politie heeft hem later op vrije voeten gesteld, omdat er niets tegen hem te bewijzen was. Van onze correspondent LEEUWARDEN. Zowel in Leeu warden als in Stiens is gisteren de hon derdste geboortedag van de staatsman en dichter mr. P. J- Troelstra herdacht- In Stiens schaarde een groot aantal belangstellenden zich rondom het een voudige monument, dat daar voor hem werd opgericht. Behalve de leden van het herdenkingscomité o.a- oud-pre mier prof- dr. P. S. Gerbrandy en oud minister dr- ir. A- Vondeling woon den oud-premier Drees, het Eerste-Ka- merlid ir. H. Vos en Jelle Troelstra, zoon van mr. P. J. Troelstra, de plech tigheid bij- De burgemeester van Leeuwardera- deel, de heer A- de Boer, sprak over het leven van de vroegere dorpsgenoot en legde namens de gemeente een krans aan de voet van het monument. Zijn voorbeeld werd gevolgd door de heer J. Klok, voorzitter van het herdenkings comité- Dr. W. Kok. directeur van de Fryske Akademy, vertelde iets over de invloed die Troelstra's jeugdjaren op zijn vér dere leven hebben gehad, waarna de bijeenkomst met het zingen van het Friese volkslied werd besloten. In Leeuwarden sprak burgemeester mr. A- A. M. van der Meulen tijdens een herdenking in het stadhuis. Dr. Drees sprak er bij deze gelegenheid zijn vreugde over uit, dat zoveel gezindten elkaar in deze herdenking hebben ge vonden. In de Harmonie werd 's avonds het Troelstra-declamatorium opgevoerd-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 9