53.500 honden rukken vertwijfeld aan hun ketting 1 KAPPIE EN DE DING-DONG ZEEUWSCH DAGBLAD 2 Waakhonden, te bang om te blaffen j\og 60 trekhonden Soms wel Praten. Nooit gebeten Uit de kerken Plat van angst Waar is hij? Hulzenaffaire nog niet van de baan Amerikaanse export naar rode blok steeg Jack Dunkley Uitspraak in overval Bankastraat Overijsselse boeren vragen meer steun Ergens bij Barneveld iverd deze foto gemaakt. In een tochtige, open en meer dan trieste behuizing leeft deze hond. - Jpfefc Zo treffen de inspecteurs van de A.TJCM. de dieren soms aan: vervuild schurftig en tot op de ribben vermagerd. ERMELÖ, In Nederland liggen drie en vijftig duizend vijfhonderd honden aan een ketting. Soms is die ketting zo kort, dat het dier nog geen veertig centimeter kan lopen. Soms zijn die honden gewoon krankzinnig door de vrij heidsberoving. Een andere keer bestaat hun hok uit een gat in de grond en weer elders zijn kettingen en stukken touw, waar de dieren aan vast liggen, centimeters diep in de huid gegroeid. Nu, in 1960, startte Nederland met 53,500 kettinghonden. En duizenden van die honden zijn nog te gammel om recht op de poten te kunnen staan. In Ermelo heb ik gisteren een collectie foto's door gekeken, die triester zijn dan u in uw ergste verwach tingen durft veronderstellen. Foto's, die stuk voor stuk zieke, soms doodzieke, van ellende in elkaar gekropen honden voorstelden. Stapels van die foto's. Afkomstig uit Drente en Limburg, Zeeland en Utrecht, uit heel Nederland. Geen foto's van vijftig jaar geleden. Wel nee. foto's van 1958, foto's van 1959, ja, ook foto's van 1960. „U moet het gezien hebben om u een voorstelling te kunnen maken'', zei me de heer W. Rottier, de penning meester van de Anti Trek- en Kettinghonden Bond, kort weg de A.T.K.B. Kettinghonden liggen in Nederland in hokken, die die naam nauwelijks meer verdienen. IJzeren tonnen, houten hokken zonder vloer, weggerotte planken wat schuin tegen een muur ge legd of, gewoon een gat in de grond, zo leven tienduizenden kettinghonden. In Rossum leefde ook zo'n hond, op korte afstand van een boerderij. Het dier had waar schijnlijk klei gegeten, daar zijn uitwerpselen uit kleidelen be stonden. Polderwerkers ontdekten het dier, waarschuwden de politie en er volgde een proces-verbaal en later een geldboete van 300 gulden. Noch de boer, noch zijn vrouw, noch de kinderen hadden ooit naar de hond omgekeken. „Mijn hond is een waakhond; ik heb hem om het erf en het Maar de herder was verdwenen en de boer wei gerde te zeggen hoe of wat. „Dat zijn we nu aan het uitzoeken, want we zullen er achterkomen wat er gebeurd is en of men het dier soms dom weg ergens heeft opgehangen." huis of de boerderij te bewaken. Daarom moet hij aan de ketting". DE inspecteurs van de Anti Trek- en Kettinghonden Bond weten wel beter. Ze ontmoeten op hun tochten honderden ket tinghonden, die niet eens meer tot blaffen in staat zijn. Vermagerde, vervuilde dieren die, door de zeer korte lengte van hun ket ting, soms leven in hun eigen uit werpselen. Honden, die jarenlang het leven houden op beschimmel de broodkorsten en wat al of niet rauwe aardappelschillen. Dieren, die zo ongeveer op het punt van instorten staan. En dat zijn de „waakhonden" die zo dringend aan de ketting moeten? Och kom. ,,Dan is er dus meer list dan kracht nodig". ..Beide. Kijk, uw taak is deze: U verlaat Boedapest en rijdt per auto langs de hoofdweg tot aan de Oos tenrijkse grens. Langs deze weg wor den de Joden naar Duitsland ver voerd onder zware bewaking na tuurlijk. Alle bezitters van een Zweed se beschermingspas moeten uit de convooien worden gehaald. Daarna moeten ze weer naar Boedapest te rug waar we ze zullen huisvesten in onze gebouwen. Het spreekt vanzelf dat u die tocht, jes meer dan eens zult moeten ma ken. Ik wil niet verhelen dat het een moeilijke onderneming is. Aan vaardt u de opdracht?" ,,0, Gabor gaat voor niets op zij", verzekerde ik en verwachtte dat Wal- lenstein wel een grapje zou maken over de hoge dunk die ik van mijn verloofde had. Ik vergiste me. ,,Het is geen kwestie van moed", zei hij ernstig. „Men kan zich de weelde veroorloven dapper te zijn als het om iemands eigen huid gaat. Maar hier staat de huid van anderen op het spel. De eigenschap pen waaraan wij de grootste be hoefte hebben zijn: zelfbeheersing en vastberadenheid." Zonder zich verder met mij te be moeien wendde hij zich tot Gabor en mijn vader. Hij vertelde hun dat de Zweedse legatie haar politiek aanzienlijk had herzien sedert de vijftiende oktober, toen de baken- kruisers aan de macht waren geko men. Tót die datum had men bescher- mingspassen verstrekt aan alle Jo den die familie in Zweden hadden, of die met Zweden culturele of com merciële betrekkingen onderhielden. Daarna wilde Zweden de deportaties door middel van dit document tot een minimum beperken. „Wij hebben er vrij veel uitge deeld", zei Wallenberg, ,,en als het lot u gunstig is, zult u honderden en zelfs duizenden slachtoffers uit de klauwen van de nazi's kunnen redden". Ik luisterde naar de klank van zijn stem, geen gebaar dat hij maak te ontging me en ik moet toegeven dat ik me hem heel anders had voorgesteld. Meer als een soort Vi king die de zeeën bevoer in een boot met een hoge steven, met blon de haren die wapperden in de wind en een gezonde blos van de frisse zeewind. Inplaats van een Viking zag ik een soort ambtenaartje Voor me die nog minder Óp een diplomaat, leek dan een bankbediende, en dan rog wel een van het meest alledaagse soort. O, zeker, zijn gezicht was smal en fijn. zijn voorhoofd hoog, maar zijn haar begon al te dunnen. Zijn stem klonk effen, maar eento nig. Die man sprak over de gevaar lijke onderneming die hij leidde niet de onverschilligheid waarmee de pre- sident van een raad van beheer het jaarverslag leest. Om kort te gaan: men zou hem eerder aanzien voor een procuratiehouder van een pro vinciaal bijkantoor van een bank dan voor de Messias die de achter volgden van Boedapest bejubelden. „Hoe komen we aan een auto?", vroeg Gabor. „Ja ik kan u wel stoffelijke middelen ter beschikking stellen, maar helaas geen auto", zei Wal lenberg. „Ik kan niet over de auto's van de legatie beschikken, en alle particuliere auto's zijn gerequi- reerd. Ik vrees dat u daar zelf voor zult moeten zorgen." „Ik heb de auto", zei mijn vader. „Weliswaar geen nieuwe, en de motor is wat kortademig, maar ik hoop dat zij het nog wel even uit houdt." „En als we panne zouden krij gen", merkte ik op, „dan.kan Gabor de zaak wel repareren. Het is een oud wehikel, maar er is ruimte ge noeg voor ons beiden." „Dat meent u toch niet in ernst, •juffrouw Kélecszenyi?", zei Wallen berg. „Et is geèn sprake van dat u zich onnodig aan gevaren bloot stelt." „Maar natuurlijk doe ik mee aan de expeditie" zei ik heel nuchter, want die Zweedse diplomaat begon me opeens te ergeren. „Ik ben geen kind meer en ik weet waartoe ik in staat ben." „Als u ons wilt helpen", zei Wal lenberg, „dan kunt u dat ook heel goed doen in onze bureaux. Het is niet onze gewoonte jonge meisjes in dergelijke ondernemingen te betrek ken." Gabor keek me aan maar protes teerde niet. Ik riep uit: „Ik weet best wat jij denkt. Ga bor: je maakt je niet bezorgd ovc r mij. je zou het liever alleen op knappen. Mijn vader legde zijn hand op mijn schouder en trachtte me te kalmeren. Intussen was Wallenberg opgestaan en op effen toon zei nij: „•Neen. ik kan werkelijk zo'n gro te verantwoordelijkheid niet op me nemen. Mijn geweten en het respect dat ik voor uw geslacht neb Véi> bieden het mij." En dan vervolgde hij op iets 'zach tere toon: „Kom morgenochtend negen uur op het bureau. U zult zien dat we u best kunnen gebruiken." Het onderhoud was afgelopen. Wal lenburg drukte ons allen de hand, speciaal Gabor die de laatste was. „Ik wens u veel succes, mijnheer Alapy." „Onder mijn verantwoordelijk heid..." De volgende morgen heel vroeg belde Gabor bij ons aan. „Goedenmorgen, oompje. Neem me niet kwalijk dat ik u stoor. Ik zou alleen graag de autosleuteltjes willen hebben." „Hier zijn ze. Wees voorzichtig. Tot vanavond dus misschien of anders morgen." „Maak u niet ongerust. Onkruid vergaat niet", zei Gabor glim lachend. „Eva slaapt zeker nog?". „Dat zal wel, ik heb haar ten minste nog niet gezien." Voorzichtig, om mij niet wakker te maken, sloot Gabor de deur. Zijn ogen -waren nog dik van de slaap, 's Nachts zette mijn vader de auto altijd op de binnenplaats van ons huis. Gabor opende het portier, ging achter liet stuur zitten, knoopte zijn tuniek open, op zoek naar de eerste ochtendsigaret. Tevergeefs. Hij voekte binnensmonds. Wordt vervolgd „Eerst hebben we jarenlang de aktie ten gunste van de trekhonden gevoerd. Met succes, mag ik zeggen. De cijfers til vertéllen het: in 1937 telde Nederland 11.377 trekhonden, &eze oude en ton heet »honm in 1950 waren dat er nog 2.030 en nu, in dit 1960, zijn het denhok". De inhoud bestaat uit lege er nog zestig. Maar met de kettinghonden is dat anders. ï7 Die zijn er nog ontstellend veel. Ook een kwestie van blikjesstukken karton en. een deel tan betalen: voor mijn loslopende zwarte poedel dsjar ip. de een aardappelzak. hoek betaal ik nu zestien gulden 5 T JfRottier. „Maar ik héb èttelijk'e ketting honden gezien, die na jaren ineens wer den vrijgelaten. Half gek zijn ze dan, ze bekijken de mensen niet eens en rennen als gekken op een plekje in het rond. Noch mijn vrouw, noch ik zijn ooit gebeten door een kettinghond die vrijgelaten werd". Dit wil natuur lijk niet zeggen, dat elke ketting hond er beroerd aan toe is. „Maar als er een het goed heeft, dan is dat een grote uit zondering", zei mevrouw Rottier. „Er zijn natuur, lijk gevallen, dat belasting per jkar. Leg ik hef dier aan de ketting, dan wordt het ongeveer vier en een halve gulden. En veel men sen zeggen: die zestien gulden heb ik er niet voor over, het is toch maar een hond". Mevrouw W. H. A. Rottier-Zegwaart. die al veertig jaar een strijd tegen liet houden van trek- en kettinghonden voert en die al 21 jaar secretaresse is van de A.T.K.B., zei het heel duidelijk: „Soms kom je bij een boer, die een kettinghond heeft. En nu probeer ik altijd iets te bereiken met praten. Ik probeer uit te leggen, dat die hond niet geschapen is om aan een eind touw van een meter of aan een koeienketting te liggen. Ik vraag de mensen: laat het dier toch los, laat het rondlopen. Doe je al die moeite voor zo'n rot hond?, wordt me dan gevraagd. Ja, voor die hond en anders nergens voor. Het gebeurt, dat je drie, vüf, zeven keer naar iemand terug moet. En maar praten en maar argumenten aan voeren. Maar dikwijls hebben we dan succes. Dan komt het dier vrij". ,,Er zijn mensen die zeggen: die hond is gevaarlijk: als ik hem loslaat vliegt hij iedereen aan", aldus de heer De afdeling Gapinge van de N.C.V.B. 'hield een vergadering onder leiding van mevrouw Paauwe-Langebeeke. Ds. Streef kerk sprak over ..De zending in de we reld van vandaag".' Mejuffrouw A. P. Kosten, leidster aan de Chr. Kleuterschool te 's-Heer Arendskerke is benoemd tot hoofdleid ster aan de gemeentelijke kleuterschool te Wemeldinge. De jeugdcommissie van de korfbal club „Tjobate 's-Heer Hendrikskinde ren heeft besloten de activiteit te verzor gen ten behoeve van de Nederlandse jeugdactie ..Doe Op,en" Mevrouw L. Fokke-Schipper treedt op als secre taresse. NED. HERV. KERK Beroepen te Wapserveen: J. Ponne, kand. te Bussum. Benoemd tot leervicaris te Schevenin- gen: J. Mostert. kand te Loosduinen. Beroepbaarstelling: de heer J. Pon ne. Floralaan 2a te Bussum, is beroep baar. NED. PROT. BOND Benoemd tot voorganger te Noord- wijk: H. J. Mulder, kand. te Leiden. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Leeuwarden ftwee vaca tures): A. Broek te Groningen-Noord en E. J. Oomkes te Schiedam; te Wasse naar: H. Tien te Nijkerk. Bedankt voor Medicine Hat, Christian Reformed Church: J. H. Binnema te Lemmer. Beroepbaarstelling: de heer J. Noord hof. theol. kand. te Wildervank, die door de classis Stadskanaal beroepbaar werd verklaard zal gaarne een eventu eel beroep terstond in overweging ne-> men: zijn adres is Raadhuiskade 20, Wildervank, tel. 05987-2423. Kand. Noordhof is reeds geruime tijd werk zaam in de evangelisatiearbeid van de kerken van Zuid-Laren. Wildervank, Veendam en als catecheet in de kerk van Oude-Pekela. CHRIST. GEREF. KERKEN Tweetal te Huizen N.H.G. Blom te; Meerkerk en D. Slagboom te 's-Graven- zande. GEREFORMEERDE GEMEENTEN Bedankt voor Schorpenisse cn voor Waardenburg: C. Molenaar te Leiden; voor Nieuw Beyerland: A. F. Honkoop! te Goes. Bijna twaalf en een half duizend Nederlanders vinden, dat er beslist geen trek- en kettinghonden meer moe ten zijn. Dat wil zeggen: misschien vinden veel meer Nederlanders dat, maar 12.300 zijn er lid of donateur van die A.T.K.B., die het secretariaat dus in Ermelo heeft. Er zijn ook mensen die de heer of mevrouw Rottier brieven schrijven. Zoals die mevrouw uit Am sterdam: op mijn vakantie was ik in de buurt van Elspeet en zag daar bij een bietenveld een hond aan de ketting liggen, zo in de open lucht, vreselijk verwaarloosd. De heer en mevrouw Rottier gingen erheen. De hond lag er niet meer, maar ze vonden hem bij een boer. Het was een herder, nu gehuisvest in een heel klein hokje, aan zijn hals een touw van een meter. ..Het beest kroop van angst plat op de grond toen ik bij hem kwam", vertelde de heer Rottier, ,,en het gaf totaal geen geluid. Ik kon mijn vingers niet tussen zijn vèl en het touw om die hals krijgen. Zes knopen zaten erop. Na heel lang praten maakte de boer het touw los. Weet u wat er toen tevoorschijn kwam? Een wond van dertien centimeter lang en drie centimeter breed. Je keek zo op het rauwe vlees. Het touw was er ge woon half ingegroeid". De heer Rottier wilde er een dieren arts bij hebben. „Betaal ik niet", zei de boer. „Neen, dat doet onze Bond wel", zei de heer Rottier. De dieren arts kwam, gaf zalf en behandelde het je een hond niet los kunt laten lopen", vulde haar echtgenoot aan. „Aan een drukke weg bijvoorbeeld. Maar dan eisen wij een loopren of tenminste een Iooplijn van tien meter". En niet alleen de kettingen. Deze droge afgelopen zomer maakten en kele van de negen inspecteurs die de Bond heeft, een controletocht door Bra bant. Bij niet één kettinghond vonden zij een bakje water „In 1956 telden we nog 60.000 ketting honden en nu zijn het er dus 53.500. Dat is de enige goede kant die we op kunnen", aldus de heer Rottier. Van onze correspondent DEN HAAG. De zaak tegen de twee directeuren van de Utrechtse me- taalfabriek Alcu de hulzenaffaire" is door de Hoge Raad verwezen naar het Arnhemse gerechtshof wegens for mele fouten in het arrest dat het Am sterdamse hof heeft gewezen. De directeuren waren wegens ver duistering veroordeeld tot drie maan den gevangenisstraf. De procureur-gene raal had verwerping van het cassatie beroep geconcludeerd. De fabriek had met het Directoraat materieel landmacht een contract ge sloten voor het smelten van oude pa- troonhulzen met een maximaal smelt- verlies van drie procent. Door een tech nische vinding kon de fabriek het smelt- verlies beperken tot ongeveer één pro eent. Het verschil behield men in de overtuiging dat het contract dit toe stond. Het D.M-L. dacht hier echter an ders over. Toen men van de situatie op de hoogte kwam door een brief van een ontslagen bedrijfsleider van de fa briek werd een klacht bij de justitie in gediend. Zonder dat eerst door een arbitrage commissie over de uitleg van het con. dier Van de Bond kwam er een hals- tract werd beslist, zoals naar de me- - v,;n<T ..an Ha Hvaateiiran W3e VPrPIST band en alles leek goed te gaan, tot de heer en mevrouw Rottier wat dagen ge leden eens gingen controleren. ,,Die hond? Oh, die is weg", zei de boer. ,,Ik heb nu een jong hondje", en inderdaad sprong er een klein keffertje op het erf rond. ning van de directeuren was vereist, diende de zaak voor de Utrechtse recht- bank. Dit college zowel als het Amster- damse hof veroordeelde de directeuren j tot drie maanden gevangenisstraf Ook de procureur-generaal bij de Hogeg Raad vond dat formeel verduistering is i g gepleegd. WASHINGTON (AFP). De Ameri kaanse export naar de landen van het communistische blok beliep in het laat ste kwartaal van hét vorige jaar 30,54 miljoen dollar. In het derde kwartaal van 1959 had zij een waarde van 11.446.000 dollar. De belangrijkste post was de installa tie in de Sowjet-Unie van een textiel fabriek met een waarde van zeventien miljoen dollar. Verder werden naar Po len transportvliegtuigen uitgevoerd met een waarde van 7,8 miljoen dollar. iliilllllilllIHMIIIIIIIIinilillllf/iiit "'"""""""""""•"""'•"""""•■«'•«iimutuuummiuimiinmiunnnninmininmnmiiimiiiiiinHiiiiiiiu Nog een voorbeeld van hondenhuisves ting. Een hok, dat aan alle kanten lekt AMSTERDAM (A.N.P.) Het Am sterdams gerechtshof heeft twee da ders van de overval op de 67-jarige me juffrouw C. Belles dezelfde straffen op gelegd als de Amsterdamse rechtbank. De 25-jarige schilder M. van G. behield zijn zes jaar met aftrek, de negentien jarige papierperser P. A. H. zijn drie jaar met aftrek. De straf tegen de 29-jarige cafetaria- waar de wind nel zo vrij spel heeft ah houder W. van V. werd van vier jaar in de open lucht. Dag- en nachtverblijf, i veranderd in drie jaar met aftrek. 20. Bij het krieken van de ochtend liet de Kraak het anker vallen in de haven van Vizbad, de hoofdstad van Boeddistan. Ondanks het vroege uur. was het schip in minder dan geen tijd omringd door talloze bootjes, waarin schreeuwende kooplui hun waren aanpre zen. „Hm, allemaal fruit!" mompelde Kap- pie, die op het punt stond, per sloep naar de wal te gaan. ..Daar heb ik niks aan jongs. Het is mij om een nieuw kompas te doen, nu die sakkerse Ding- Dong het onze heeft opgevreten. ..Klok-plok!" zei een bekende stem achter hem en tegelijkertijd bonkte er een zwaar lictiaam in de sloep, die he vig schommelde. „Donder en Bliksem!" riep Kappie uit. „Deksels beest! Waar heb je al die tijd gezeten? En wil je wel eens als de weerlicht maken, dat je aan boord komt! Ik heb geen zin om aan wal nog meer trammelant met jou te krijgen! Vlug, of ik zal je Hij brak plotseling af, want met een weke plof, spatte er een overrijpe vrucht op zijn neus uit elkaar. i ZWOLLE (A.N.P.) De Overijsselse (christelijke boeren- en tuindersbond j heeft in een te Zwolle gehouden verga- 1 dering besloten zich telegrafisch tot de minister van landbouw en visserij te wenden over de rijkssteun aan door de droogte getroffen boeren. In dit telegram wordt de minister ge vraagd de overheidssteun aanzienlijk te verhogen „tot een bedrag dat in een redelijke verhouding staat tot de omvang der geleden droogteschade". De aan de regeling verbonden weistandsgrens moet worden opgeheven. De financiële hulp van de overheid lenigt volgens de bond geen nood, maar is slechts een kleine tegemoetkoming. Honderden ernstig getroffen bedrijven worden naar zijn mening met de finan ciële ondergang bedreigd. De afd. Biggekerke van de Z.M.L. kwam bijeen onder leiding van voorzit ter P. Lampert Pzn. De adjunct secreta ris van de maatschappij sprak over grondgebruik, uitbreidingsplannen en onteigeningskwesties.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 2