Zolang Hstormt bidden ze voor ons Die vier jongens van de Bermuda... Miljoen Duitsers met schepen en bussen naar Bollenland Aannemer en mandoer Zaterdag 23 januari 1960 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 7 Argwaan Wankele hoop Wordt U gekweld Wat anders? Een merkwaardige repor tage over hoe een (loon)balletje rollen kan Kunst- en vliegwerk Als een rad van avontuur Te gek Geen huis B1 Niet alleen lonen Zo stond het woensdag op de telex. Reddingpogingen gestaaktdat betekende de dood van vier jongens en hun kapitein op de Bermuda, de kleine kustvaarder, die voor de Hoek verging. Zó jongTwee jonge leden van onze redactie, Bob de Keizer en Hans Verhagen, proberen hieronder een klein eindje door te dringen in zulke jonge zeemanslevens. De een met zijn ogen gericht op de telex, de ander in een gesprek met vier jonge Noren, zeelui, die passagieren in Rotterdam. VIER JONGE zeelieden zijn deze week in het zicht van de haven ver dronken. Samen zyn zij 71 jaar geworden, de leeftijd die elk mens alleen hoopt te bereiken. „Zo jong als ze waren, pracht zeelieden zei de kapitein van de sleep boot Gele Zee van hen. En *s avonds, in een Rotterdam se havenkroeg vol gelach en lawaai, zong een juffrouw bij een accordeon „Op een zee mansgraf groeien nooit geen rooie rozen Schokkenbroek is negen tien jaar geworden, Sturn, zeventien, Kats negentien en Hofstra zestien. Hun leef tijdsgenoten zitten nog op school, hebben althans nau- lijks kennisgemaakt met de harde kanten van de maat schappij. AAN DE TELEX op de A krant hebben wij .de laat ste strijd van deze vier jon gens gevolgd. De telex spuit nieuws, dag-in dag-uit. Het is vaak ellendig nieuws, waar je na verloop van tijd immuun voor wordt. Woens dag waren wij niet immuun. Dezelfde storm, die de be manning van de Bermuda de dood injoeg, rukte bij ons aan de vensters, overstemde het lawaai van de telex machines. Er was één ver schil: Wij hadden vaste grond onder de voeten. Die vier jongens, zij hadden op dat moment óók vaste grond onder de voeten kunnen hebben. Om half zes 's ochtends had hun kapitein over de radio ge zegd: „Geen sleepboothulp nodig Zou hij dat heb ben gezegd zonder eerst naar de vier jongens te kijken, die by hem in de stuurhut wa ren? Het is niet waarschijn lijk. Zij hebben met zijn vieren gevochten op een leeftijd dat ons grootste probleem een Franse vertaling was. Zij hebben voor de storm ge beefd op een leeftijd dat wij voor de wiskundeleraar sid derden. Zij zijn gestorven op een moment, waarop wij met een gevoel van bevrijding de laatste schoolbel van die dag hoorden WIJ HADDEN zo graag met ze willen praten. Nog lang. Ze hebben ons niet losgelaten die vier. In Rotterdam zijn we met vier jonge Noorse zee lieden aan een tafeltje gaan zitten. Om met hen te praten. Voor ons gevoel hadden het ook die andere vier kunnen zijn, die daar praatten. -y mother wrote me: Arne, I'm afraid, look ing into the papers", zegt een blondgekrulde jongen mij, wiens brede gezicht wordt omlijst door een feest van verkleurende bobbels en strepen, en muzikaal gesteund door de tragische klanken van Griekse muziek. Drie vrienden vallen hem in driftig Noors bij, kijken dan naar mij, denken zichtbaar na en herhalen dan „In Moorwegen houden we niet van de Marine", zegt Arne Pedersen. „We hou den niet van discipline." in brak Engels: „Yes, they were afraid, listening at the radio." De moeders, vaders, vrienden en meisjes van hun Noorse geboorte plaats (ik stel me voor: neergegooid aan de voet van torenhoge fjorden) durfden niet meer naar de radio te luisteren, en geen krant meer op te slaan want het stormde weer hevig, en de kinderen zaten op zee. Hun kleine tanker ploegde zich een schuimende baan door de woeste golven, golven die hoger en hoger werden en tegen de kajuiten sloe gen waar hun kinderen sliepen. Ze waren bang dat de krant het zelfde dramatische nieuws zou bren gen als onze krant enige dagen ge leden: Zee Verzwolg Kleine Kust vaarder; Kapitein en Vier Jongens Verdronken. Want de jonge Noren tegenover me zijn óók zeelui, net zoals de slachtoffers van die rampzalige woensdagmiddag, ongeveer even oud en vervuld van dezelfde idealen: varen, verre landen zien, een schip onder je voeten voelen. Vier jongens verdronken. In een café in de Rotterdamse haven buurt. waai de juke-box inmiddels op Catharina Valente is overgegaan zit ik te praten met Waino Hansen f 17uit Drammen, en Arne Pedersen (19), Gul- lik Gulliksee (20en Arn Freitag (24) alle drie uit Tonsberg. Ze zaten eerst in zo'n bar vol draai ende lampjes, groenverlichte flessen, een juke-box met Duitse schlagers als mede die uit de Jordaan en rose neon licht onder de bar vandaan. Ze zaten abrakadabra te praten met elkaar. In alle steden van de hele wereld heb- ben zij waarschijnlijk wel in zulke ten ten gezeten. Ze bekeken mij argwanend. Met veeli woorden en zachte drang heb ik ze in 1 een ander, rustiger havencafé kunnen j loodsen, waar rode vermouth de laat-: ste beletselen wegnam voor een ge-i sprek zo-goed-als-het-ging. Ik liet hen een krant van donderdag zien, de krant van de storm. Ze be keken de foto en ik vertaalde de kop pen, probeerde mijn bedoelingen ken baar te maken (een gevecht met de juke-box) Ik vertelde hun de trieste geschiedenis, maar dat was niet nodig: ze kenden hem al, en ze waren geschrokken. „Als wij verdrinken, gaan de men sen thuis naar de kerken en zingen voor ons" was hun eerste reaktie. „Zo lang het stormt zitten er trouwens in Noorwegen mensen in de kerken, en bidden voor ons." Een merkwaardige reaktie, als het ware zo overgeschreven uit een oud- hollands zeemansboek voor jongens. Het doet me denken aan het stand beeld van Mari Andriessen op de Bou levard in Katwijk aan Zee, vlak voor de kerk. „De zee zal haar doden weder geven", staat erop. Maar het klinkt écht uit de mond van Gullik Gulliksee, „Maar hoe voelen jullie je dan, op zee? Denken jullie dan niet aan derge lijke rampen, zijn jullie niet bang?" „Ach, wij denken (de bezwerende, tevens vuile vingers van Gullik zwaai en voor zijn neus), wij denken: zoiets kan ons niet gebeuren, it cannot happen to US! Ons schip zinkt niet". ,,En we hopen dat het over gaat" zegt de zachte stem van de blonde, spitse en kleine Wainp Hansen, „we hopen almaar dat het goed weer wordt en dat ons schip dan niet zinkt". En de stille, (ook al) blonde, in le ren jekker gehulde Arn Freitag voegt daaraan toe: „en dan zijn er altijd nog de reddingsboot en reddingsgor dels als allerlaatste hoop". Ik merk op, dat het maar een wan kele hoop is kijk maar in de krant Maar dan zit ik er toch naast: ,,je bent zeeman of je bent het niet". En waarom dan zeeman? ,We zijn alle vier aan de kust van Noorwegen geboren en dan gaat het vanzelf. Trouwens, we wilden allemaal graag naar zee, bij ons willen heel veel jongens naar zee". Zeeman blijven, heel je leven? ,,Ja, nou vinden we het wel leuk, maar misschien als we getrouwd zijn ,,We moeten wel zeeman blijven, want we kunnen geen baantje aan de wal krijgen, haha" Voorlopig is de zee, met al haar ge varen, nog het belangrijkste. Die ge varen hebben zij in december leren kennen. De beruchte Golf van Biscaje ging ontzettend te keer toen hun tan ker, de ,,Sole" er passeerde. ,,De zee sloeg over de brug en in onze kajuiten stond het water' En zo nog wat avonturen van de Wilde Vaart in de meest letterlijke zin. De ,,Sole" waar de jongens de functies van matroos (2), lichtmatroos en machinist vervullen, bracht hen de laatste weken van Noorwegen naar Curacao, van Curagao naar Trinidad, van Trinidad naar Theemshaven, van Theemshaven naar Rotterdam en vol gende week gaat het schip naar Kaap stad en dan naar Durban. „Wanneer komt jullie schip weer thuis?" vraag ik. Weer zo'n antwoord, waar de scheepsjongens van Bontekoe persoonlijk trots op zouden zijn: „Het schip komt nooit thuis". Maar dat blijkt later overdreven. Want elke zomer zijn de jonge Noren twee maanden in Noorwegen, met al de verzamelde centjes op zak en dan zal Gulliks meisje misschien weer een nieuw vest voor hem breien. Vol ver- aan zijn met donkerblauw, 9 Beautifulisn't it", vraagt Gulliksee trots. Die mooie Noorse, echte Noorse trui stuurde zijn meisje hem. Advertentie door rheumatiek, spit, ischias, hoofd en zenuwpijnen, neemt dan Uw toe- vlucht tot Togal Het middel dat kan baten, waar andere falen. Laat U dus niet langer kwellen, maar gebruik Togal. Togal zuivert de nieren en is veilig voor hart en maag. Bij apo theek en drogist f 0.95, f 2.40 en f 8.88. tederde trots plukt hij recht Nóórse trui, in zwart, rood en wit. „Beautiful isn't it?" Ook in de toekomst is het allemaal zee, wat de klok slaat. Drie van hen moeten nog in militaire dienst, de marine „In Norway we don't like the Navy, we don't like the discipline" zegt Arne Pederson. Daarna gaan ze naar de Daar zaten ze. In een bar. Vier spring levende jonge Noren. We lieten ze die krant zien over de ramp van de Bermuda, maar ze kenden het verhaal al. Ze werden stil, Arn Freitag, Waino Hansen, Arne Pedersen en Gullik Gulliksee. 't Hadden net zo goed die vier andere jongens kunnen zijn school voor stuurlieden, en dan varen, varen. Wat anders? Niet alleen de interieurs van bars leerden de zeelieden kennen op hun verre reizen, want er ontspon zich in het Noors een heftige discussie. Zo'n vreemde taal aanhoren is als bijziend zijn: vaag weet je wat er gezegd wordt, maar je komt er niet helemaal achter. In ieder geval was het de strijd om de meest-geliefde haven. Durban en Trini dad wei-den om beurten genoemd, maar Trinidad won. In Trinidad hebben we Kerstmis gevierd." „Leuk?" „Ja, we hebben veel aan huis ge dacht". Dan worden het weer (Noorse) koetjes en kalfjes en als je deze Noorse knapen zo springlevend aan het woord ziet, voel je nog meer verdriet als je denkt aan hun vier Nederlandse leeftijd genoten, collega's wier schip wèl kon kapseizen. Van een onzer verslaggevers ROTTERDAM Van Duitse en Ne derlandse kant wordt in nauwe samen werking een plan voorbereid, dat in Duitsland onder de naam Blumenfahrten propaganda gaat voeren voor een be zoek per schip en autobus aan Neder- iand-bloemenland. Doel van de excur sies zijn de bollenvelden en de Floriade. door Th. van Bergen -ET loonballetje is in Nederland weer aan het rollen gegaan en niemand is tot dus ver in staat gebleken het tegen te hou- den. Nog even, en we zitten in precies hetzelfde schuitje als in 1955/56, toen het perso neel op drift raakte. Weer is het zo, dat begrippen als vaste positie en pensioen hun aureool hebben verloren. Al wat oudere mannen zijn er nog wel vatbaar voor; jonge mensen van na de oorlog die nooit de angst voor werkloosheid hebben gekend hele maal niet. De sociale zekerheid in het particu liere bedrijf wordt immers ook groter. Veel vrouwen, zich verkijkend op anderen, ja gen hun mannen op naar meer ogenblikkelijk gewin. Voor een paar gulden meer per week lo pen mannen nu weg bij hun vaste baas en storten zich in het avontuur van het losse werk en het pendelen, met alle daaraan verbonden lucratieve foefjes. Naarmate de inhoud van de loonzakjes bij de particuliere bedrijven groter wordt, stijgen de moeilijkheden voor sommige gemeenten en semi- overheidsbedrijven met de per soneelsvoorziening. Nog hele maal afgezien daarvan lopen de kosten op en betalen wij alle maal samen voor allerlei din gen veel te veel. Aldus de bijna magische vici euze cirkel bij het begin van 1960 in Nederland. Moeten wij langzamerhand niet in zekere zin bewondering hebben voor de tramconducteur die zijn wa gen niet in de steek laat, de postbode?, de meteropnemer en al die anderen die op hun post blijven? Ondanks de buurman die iedere week met tientjes meer thuis komt OVERAL is er tekort aan mensen, lees: werkkrachten. In Rotterdam spelen al deze factoren echter een grotere rol dan elders in het land. Op een totale personeelssterkte stoelen op het stadhuis BIJ ALLE personeelsproblemen is er het dreigende gevaar van de aannemers" op de ach tergrond. Het is de man die han delt" in bijvoorbeeld grondwer kers en aldus doende hun lonen opjaagt. Hij betaalt zijn huurlin gen" een tientje per week meer dan zij normaal zelf zouden kun nen verdienen, maar levert de mannen aan gegadigden voor ƒ22 extra, omdat hij aan hen twaalf gulden per stuk wil overhouden. Winst en exploitatiekosten, weet u wel? Vaak zyn deze .aannemers" kroegbazen uit Brabant, die er zelf een autobus op na houden en dan met hun personeel gaan leu ren.. ,,'k Heb een bus volk voor je". Als het helemaal goed zit, rijden zy de bus zelf en werken voor een extra weekloon nog mee ook. De vrouw staat dan overdag wel achter de ,,kist" En kent u de mandoer? Nieuwe figuur in de autobussen vol pen delaars, goed vau de tongriem gesneden, en als bij stille afspraak de enige met wie de zaakjes gere geld mogen worden. Niets voor niets in dit wereldje, dus voor deze functie 1.50 per week de man. (Voor koffiekosten, als de mannen 's avonds thuis het een en ander komen bepraten) van 17.000 man komt Rotterdam er nu al 1800 tekort. Op iedere tien man ont breekt er dus meer dan één, en iedere nieuwe C.A.O. maakt de moeilijkheden groter. Toch zijn die verbeterde arbeids overeenkomsten waarschijnlijk niet de hoofdoorzaak van de strubbelingen. De grote zuigkracht van het particuliere bedrijf laat zich beter op deze manier verklaren: 1 Eerder en gemakkelijker dan de overheid kan het vrye bedrijf zijn mensen van tijd tot tyd eens wat extra toestoppen; een Kerstgratificatie, een paar rijksdaalders méér, uit waardering voor goede prestaties; 2 De overheid kent bijna niet het tarievenstelsel: het particuliere be drijf wel en aldus wordt daar vaak via prestatiebeloning een hoger inkomen gehaald. Daardoor alleen al verkeren de par ticuliere werkgevers in een veel gun stiger positie. (Afgezien dan van de wit-grijze, de zwart-grijze of helemaal zwarte lonen, en de logische konse- kwentie van het tekort aan mensen, dat de prestaties dalen). Niettemin tob ben ook zij met het probleem van een rechtvaardige verdeling van de schaars te aan arbeidskrachten. Tot nu toe zijn zij niet tot een op lossing in staat gebleken. De man die éénmaal bekwame mensen is kwijt ge raakt kan hooguit zeggen: Dat gebeurt me geen tweede keer, ik ga hogere lonen uitbetalen. ZO NIET een gemeente als Rotterdam bijvoorbeeld, met zijn nu al 1800 „lege stoelen" tegen 1250 amper een jaar geleden De vaca tures betreffen voor een groot deel on geschoolden, grondwerkers en mannen voor de reinigingsdienst. De vuilnis bakken staan niettemin twee maal per week vol langs de trottoirranden en er v/achten grote werken die niet uit gesteld kunnen worden. Er komt nu kunst- en vliegwerk aan te pas. Ondanks een tekort van zestig bestuurders en chauffeurs rijden de trams en bussen nog als voorheen. „Maar één griepepidemie zou fataal zijn en we houden ons hart vast dat er door de stadsuitbreiding een nieuwe lijn bij moet komen Rotterdam redt zich nu voor een deel met pendelaars uit west-Brabant. Alléén dus voor de gemeentelijke diensten een lange stoet van twaalfhonderd man! Dat kost extra geld. aan reisuren en voor vervoer. De mannen die nu iedere dag per ttobus in de grote stad komen en gaan aren in het Brabantse landarbeider of 'anusje-van-alles, maar geen grond- >f betonwerker. Zij komen uit plaatsjes van de laagste gemeenteklasse, verdie nen hier volgens de hoogste klasse. Maar dat is een verhaal apart. Zó rolt het loonballetje. De grond werker ergens uit Westbrabant ontvangt in Rotterdam vijf tot zes gulden méér per week dan hij „thuis" zou beuren. Voor de uren waarin hij per bus heen en weer trekt krijgt hij nog eens 1,44 per uur, tot een maximum van twaalf uren per week. Het reisgeld dat hij moet betalen krijgt hij vergoed, of het wordt voor hem betaald. Bij el kaar komt hij al gauw aan twee tientjes per week méér dan iemand in de kleine plaatsjes beneden de Moerdijk zou kunnen verdienen. Wie dicht bij de grens vandaan komt heeft daar ook wel weer een en an der te scharrelen, en veel sterke ke rels denken in hun vakantie niet aan luieren, maar gaan op het drukke land een (betaald) handje helpen. Logisch dat zij er niet over prakke- zeren, hun goedkope huisje-met-tuin voor acht gulden te ruilen voor een etage in de stad voor achttien gulden, mèt verlies van reisuren en mogelijk heid tot bijverdienste. Wat zegt (dus) de man uit Rotter dam tegen zijn baas? Ik wil óók meer verdienen, ik doe ten slotte precies hetzelfde werk. Dan wordt er gemar chandeerd, terwijl de baas zucht: Als ik herrie in huis wil hebben moet ik vooral pendelaars nemen. Gaat hij niet door de knieën dan loopt hij het risico, dat ook zijn Rot terdamse mensen gaan pendelen. Naar Den Haag bijvoorbeeld. „Verdienen we slapend in de trein bij". En de Hage naars trekken dan wel weer naar Rot terdam. Zo werken hoogconjunctuur en ge meenteclassificatie in de hand dat de mensen zich.gaan verplaatsen, hetgeen altijd handen vol geld kost. ITET is toch ook eigenlijk te gek. Een timmerman-met selaar uit groep IV verdient aan de Rot terdamse eerste klas kant van een sloot 1,56 per uur, aan de Rodenrijse vier de klas kant maar 1,48, eventueel te verhogen met maximaal 35 procent voor tarief en aangenomen werk. Hel gevolg is natuurlijk, dat een bouwer in een vierde klas gemeente geen mens kan krijgen, en daar dus arbeiders uit een „dure" gemeente moet laten ko men, met de hele nasleep van reisuren en reisgeld. En nóg kan een kleine pa troon soms geen metselaar of timmer man krijgen, ook al biedt hij ƒ120 „schoon" per week Een ander voorbeeld. De B.B.A., semi-over- heidsbedrijf, autobuson. derneming met 550 chauffeurs, een wagen park van 370 stuks, busdiensten in drie ste den en op zestig inter lokale lijnen, en dan ook nog een internatio- naar toeringcarbedrijf. We reilen en zeilen, legde de directie uit, dat wel ja, maar we kunnen ons alleen maar redden, als we telkens weer monteurs met rij-ervaring uit de werkplaatsen halen en op de wagens zetten. Verder is het dikwijls onmoge lijk dat onze mensen hun verlof opne men. Ze moeten wel door blijven rij den en in die gevallen wordt het bru toloon uitbetaald. Vaak komen chauf feurs er zelf om vragen, ook al omdat zij in die tijd de fooien niet willen of kunnen missen. Om diezelfde reden is het aantal conductrices ingekrompen De B.B.A. is gebonden aan de lan delijke loonregeling voor het beroeps vervoer over de weg. Zo zijn er natuurlijk meer, maar Breda is voor de chauffeurs en zo klasse drie. De B.B.A. heeft ook personeel gestatio neerd in Tilburg en Eindho ven, waar volgens klasse twee moet worden uitbetaald. Ziedaar de eerste aanleidling tot schele ogen. Nog gekker wordt het met twee collega's die allebei tus sen Breda en Tilburg heen en weer rijden. Die in Breda thuis hoort verdient (zonder toelagen en vrije kleding) ƒ63,88, zijn maat uit Tilburg ƒ65,04 Zo lonkt en lokt de Randstad Hol land met haar hogere gemeente-clas sificatie en haar particuliere bedrijven die nog wel eens wat „uit het vest zakje" extra kunnen doen. Wij niet. We hebben het verloop alleen maar tot kleine proporties kunnen terugbren gen door de vaste stelregel: Wie de B.B.A. uit gaat komt er niet meer in. De mensen verdwenen in de vreemdste beroepen of gingen pendelen naar Rot terdam. En nóg moeten we hun niets in de weg leggen of het heet: Geef me mijn rentekaart maar >RIELLE, gemeente met honderd man personeel, zeven vacatures en gemeenteklasse twee, hetgeen een verschil in loon of salaris betekent van 10,50 per maand met klasse één. Toch zijn er geen overlopers" naar het particuliere bedrijf, waarschijnlijk alleen door het feit dat de mensen naar een grotere of hoger geclassificeerde gemeente kunnen solliciteren. Overigens kan Brielle, op grond van hetgeen het kan betalen, alleen maar jongere mensen aantrekken, ongehuw- den die geen huis nodig hebben. Het resultaat is geen ander, dan dat het voorlopig steeds meer minder-ervaren krachten krijgt. Is het dan niet pijn lijk en kwalijk, werd me gevraagd, dat iemand die met een autobus wordt gehaald, ergens anders meeri geld kan verdienen? In de IJmond-gemeenten liggen de zaken weer anders. Er is geen groot verloop geweest, al kunnen de Hoog ovens en anderen bij wijze van spre ken iedereen met een goed stel her senen en een paar flinke handen best gebruiken. Wel klagen burgemeesters: Er ko men zo weinig rijksgoedkeuringen voor gebouwen en dergelijke af. De arbeidsmarkt bij u is overspannen, heet het dan. Ten behoeve van de uitbreiding van de Hoogovens moet veel worden gebouwd en het is nog altijd zo, dat de industriële sector een bepaalde voorkeur heeft. i EEN goede barometer voor L-i deze tijd is tenslotte het feit, dat het aantal ontslagaanvragen bij de arbeidsbureaus landelijk bezie) voor negentig procent van de kant de werknemers komt. We zijn nog ne niet toe aan het aannemen van rij) en groen, de vraag ligt nog benedei, het peil van 1956. Maar we zijn er we) dicht bij, en de ambtenarenwereld wacht met spanning op de beslissing van de regering over het ioonbeleid Wij vergissen ons echter als wij denken dat hier alleen maar sprake is van een loonvraagstuk. en dat het teknr+ j.-.-i- Het plan voor de bloementochten naar de bollenvelden is zo goed als gereed. Thans wordt nog gewerkt aan een uit breiding van het project, teneinde ook de tuinbouw- en bloemententoonstelling Floriade te Rotterdam in het reisschema op te nemen. Vaste diensten Hierbij wordt voortgebouwd op het Duitse plan om dit voorjaar vaste diensten in te stellen voor enkele Duitse passagiersschepen met een capaciteit van rond 1400 toeristen, die van Ham burg en Bremen uit over zee naar IJmuiden zullen varen. Daar zullen de toeristen overstappen in Nederlandse toerwagens, die trips gaan maken door de bollenstreek. Hierna worden de gas ten ondergebracht in hotels in Noord Holland. Het ligt in de bedoeling, de tweede dag van het bezoek aan ons land te be steden aan een tocht langs de zeekant door het duinengebied en het Westland met als hoogtepunt een bezoek aan de Floriade te Rotterdam. De opzet is, dat een regelmatige aan- en afvoer van in totaal een miljoen Duitse toeristen kan worden gegaran deerd. Daartoe wil men de boot- en busdiensten zo combineren, dat wie per boot aankomt, per autobus teruggaat en omgekeerd. Op die manier zullen zowel de schepen als de toerwagens passagiers aan- en afvoeren, BEZORGDE NOTA Duur onderhoud van Boezemkaden Delfland Eigen nieuwsdienst DELFT Het college van dijk graaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap Delfland heeft in een nota ernstige bezorgdheid uit gesproken over het onderhoud van de boezemkaden. Dat onderhoud wordt veel duurder doordat de -scheepvaart in de boezemwateren ernstige schade aan de kaden toebrengt. Vele polderbesturen streven er naar het herstelwerk te verdelen over een zo lange tijdsduur als nauwelijks of niet verantwoord is. Zij streven voorts naar een zo goedkoop mogelijke werkwijze, aldus de nota. Het wordt steeds duidelijker, aldus het college, dat het beheer van de boe zemkaden een zeker technisch apparaat vergt, waarover de polders niet beschik ken. De inrichting van een dergelijk apparaat zou voor de afzonderlijke pol ders evenwel te zwaar zijn. Het college vraagt zich daarom af of bepaalde taken van de polders niet bij het hoogheemraadschap zouden dienen te worden gebracht. Die taken zouden ook bij de polders kunnen blijven, maar dan zouden ze onder controle van het hogere waterschap behoren te worden gesteld. Bij zo'n controle kan de vraag wor den gesteld of samenvoeging van be paalde polders gewenst is, dan wel dat er een gemeenschappelijke technische dienst zou moeten worden gecreëerd voor een aantal polders gezamenlijk. Het doel van de nota is enkele beleids punten vast te leggen, waarmee het col lege slechts ten doel heeft een verken ning uit te voeren en discussie uit te lokken. Advertentie KRUIS DE 4CJttS PIJNSTILLER Hebt u griep die zo echt in uw botten is gaan zitten.Jaagt hem eruit met WITTE KRUIS. Tabletten, poeders, cachets narensalarissen zijn verhoogd en alle collectieve arbeidsovereenkomsten zijn herzien. De praktijk heeft al bewezen dat niemand er een mens by krijgt als hij volgens de nieuwe C.A.O. be taalt, maap wél als hij méér dan dat geeft. Het tekort aan autobuschauffeurs leeft het bewezen. Vrijwel geen en- .ele chauffeur zal zijn weggelopen laar een andere autobusonderneming, wel naar een ander soort bedrijf. Daarom moeten wij het probleem van de lonen per se scheiden van het "°rsoneelstekort.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1960 | | pagina 7