Zeeuwse samenleving is op een keerpunt aangekomen Ontwikkeling van industrie vraagt aller inspanning Perspectieven rondom de jaarwisseling Zeeland leeft wéér en werkt aan de toekomst Toekomstvisie directeur ETI Wat serveert U 's avonds Actief beleid bittere noodzaak Groenteteeltdag Oude school kost 3800 gulden Zeeuwsch Dagblad Tijd en eeuwigheid INDUSTRIE A. J. KALAND LANDBOUW MIDDENSTAND RECREATIE KLEIN EN GROOT TEMPO TE LAAG INSPANNING NU NIET, DAN NOOIT Donderdag 31 december 1959 ZEEUWSCH DAGBLAD Pag. 3 Protestants-Christelijk VANAVOND moet het toneelstuk „Oudejaarsavond" weer worden opgevoerd. In twee bedrijven. De laatste dag van het jaar vraagt om een juiste viering. Een mens glijdt niet graag geruis loos van het ene jaar in het andere. Wij gaan over de drempel, die tussen twee tijdsbestekken ligt. En bij het aanschouwen van de grens, bij het overschrijden van de drempel dient de mens passende ge dachten te hebben. Daarom zullen er vanavond weer tallozen zijn, die hunkeren naar een vleugje emotie of die smachten naar de zwelging in de sentimentaliteit. Het kan een brokje geluk betekenen op oudejaarsavond zich stillekens in een weeïge toestand te kunnen bren gen en met vochtige ogen te denken aan alles wat vergankelijk is. Aan hen, die ouder worden, aan onze grijzende haren, aan de laatste nabloei van onze jeugd, aan de ondeugd, die het dikwijls van de deugd heelt ge wonnen, aan de zwakheid van onze wil, die de humane bedoelingen niet heeft kunnen realiseren. Het is ongelukkig als een mens in de laatste uren van éen jaar daar niet meer over kan mijmeren. Daarom: op oudejaarsavond een korte episode van ingetogen schouwen naar het voorbije. Dan zakt het doek. Einde eerste bedrijf. ^JAAR VANAVOND moet ook het tweede deel van het toneelstuk „Oudejaarsavond" worden opgevoerd. Een mens wil immers wel eens iets. Niet geruisloos de drempel over, maar een beetje feestelijk s.v.p. Daarom moeten de kurken van de flessen knallen. Elk dringt overeenkomstig zijn stand: jenever, sherry, vermouth of port. En met een feestsigaar in ons ge zicht, oliebollen op de tafel en een glaasje tussen de vingers gaan wij, rechttoe rechtaan de nieuwe jaar kring in. Proost. Het was me overigens het jaartje wel Het doek valt. Einde tweede bedrijf. Het was me het jaartje wel! Zand er over. Over de politieke zwartmakerij tijdens de verkiezingen, over het gescharrel met ministerbaan tjes ter gelegenheid van de kabinets formatie, over het goede heertje, dat tienduizenden gestolen guldens in een kort en hevig schijngeluk over de balk gooide, over magere Josje, die „werk te" aan de Amsterdamse walletjes. Over de laatste ligt trouwens al zand. Het was me het jaartje wél! Proost! Oudejaarsavond: het spel wordt op gevoerd. Elk mens is zijn eigen regis seur en mimiek en uitbeeldingsgaven zijn velen aangeboren. De woorden staan in het gemoed gegrift: het spel is creatief. Eén ding ontbreekt: als de mensheid het stuk in twee bedrijven ten tonele heeft gevoerd komt er geen applaus. j^E LAATSTE DAG van het jaar herinnert ons aan de tijdelijkheid van het leven. Wij worden een dagje ouder. Ach wat! wij koersen regelrecht naar de finale van ons tijdelijk be staan. De tijdelijkheid ervaren wij sterk op de laatste dag van het jaar. Wij vliegen daarheen. Er is niets aan te doen. Er helpt geen lieve vader of moeder aan. De drempels, neergelegd in ons tijdelijk bestaan, maken ons weemoe dig. God, die een eeuwigheid achter Zijn Hand heeft voor de wereld en de mensen, God heeft Zijn Zoon in het lijden van de tijdelijkheid gezonden. Hij heeft Jezus de wereld met de oudejaarsavonden ingestuurd. Er is een eeuwig plan om de mens heid te trekken uit de tijdelijkheid. Daar hielp een lieve Vader aan! Veel mensen voeren op oudejaars avond het spel van de vergankelijk heid op. Met een vleugje sentiment en met een glas jenever, als 't zo uit komt. Maar er is geen applaus. Advertentie - - e jaarwisseling biedt telkens weer volop gelegenheid aan ons mensen voor bezinning. De Kerk heelt dat begrepen door speciale kerkdiensten te organiseren. De zakenman grijpt dat tijdstip aan om te inventariseren en balans op te maken. Het is ook een zekere bezinning; hij wil weten waar hij aan toe is. En ieder mens, op welke plaats hij ook is gesteld, zal zich rondom de jaarwisseling afvragen waar hij aan toe is en wellicht ook even stil staan bij de vraag waar hij naar toe gaat. Op deze pagina willen wij even stil staan bij de vraag waar wij als Zeeuwen aan toe zijn en waar wij als Zeeuwen naar toe gaan. Uiteraard zal het een ieder duidelijk zijn dat wij onmogelijk volledig kunnen zijn, dat ieder mens eenzijdig is en dat met name de vraag: waar wij naar toe gaan, slechts te overwegen valt, maar nimmer te beantwoorden........ Er leeft rondom de jaarwisseling 1959/1960 heel wat in Zeeland. Hier en daar borrelt er wat; hier en daar rommelt het, maar het komt er nog niet uit. De tekenen wijzen er echter wel op dat er iets in zit. Wij zijn er vast van overtuigd dat de Zeeuwse samenleving op een punt is aangekomen dat wel eens een kèèrpunt zou kunnen zijn. Zeeland, een provincie met een groots verleden. Maar als de kinderen moeten teren op dat wat de ouders hebben tot stand gebracht, is er iets niet in orde. En als de Zeeuwse samen leving moet leven van dat grootse verleden, dan gaat dat niet. Zowel de Middelburgse patricieërshuizen als het monumentale Veerse kerk gebouw, getuigen van praktische onbruikbaarheid in deze tijd. Met grote spoed werd in 1959 ge werkt aan de versterking van de dijkenDe beveiliging van de. Zeeuwse bevolking heeft ook in het afgelopen jaar in het teken van de belangstelling gestaan. Gebouwen moeten soms wijken voor deze versterking van de dijken. QOD HEEFT IN de Kerstnacht de wereld opnieuw de eeuwigheid laten zien. En de verlossing van de tijdelijkheid. Engelen brachten op de wolken een ovatie Gloria in excelsis Deo! Het ene jaar gaat over in het andere. Tot de tijdelijkheid heeft plaatsge maakt voor de eeuwigheid, draagt echter elk jaar een speciaal cachet. Dat van Anno Domini. Scheepvaart Vlissingen Vlissingen aangekomen: 29-12 Ned. Roland, Zwe. Karmas, 30-12 Ned. Swallow, Noo. Pro metheus. Vlissingen vertrokken 29-12 Ned. Alpha, Zwe. Karmas, Ned. Vivo, Ned. Mess Cremer, 30-12 Ned. Lyra. Gepasseerd naar Antwerpen (Ned. sche- pen) 29-12 Houtman, Beta, Boskoop, Stad Utrecht, 30-12 Geertje Buisman, Santa Mar- garetha (Gent) Zosma, Labotas, Appingedijk. Gepasseerd naar Zee (Ned. schepen) 29-12 Ares, Albatros, Donau, Algol, Hado, Tero, Albert Willem 30-12 Escaut, Hoogvliet, San- denburg, Pacific. HOOG WATER: donderdag 31 december 1959: Vlissingen: 2.30 u., 2.23 m.; 14.56 u., 2.39 m. Terneuzen: 3.03 u., 2.37 m.; 15.27 u., 2.53 m. Wemeldinge: 4.27 u., 2.01 m.; 16.49 u., 2.09 m. Zierikzee: 4.03 u., 1.75 m.; 16.28 u., 1.83 m. Soms Ijjkt het er op alsof de tüd in Zeeland heeft stil gestaan. En waar de tijd stil staat, staat het leven stil. Vandaar dat écn der belangrijkste pro vincies geworden is tot een onbetekenen de randprovincie, naar welker stem am per wordt geluisterd. Zeeland van vandaag heeft weinig in vloed in regeringsaangelegenheden. Het Nederlandse zakenleven speelt zich gro tendeels af buiten Zeeland. En invloed rijke figuren in industriële en financiële centra kennen Zeeland niet of slechts ten dele. En tochZeeland is in beweging! Want naast het grootse verleden, en ondanks het onbetekenende heden, heeft Zeeland toekomst. Een grootse toe komst! Het is echt niet alleen het Deltaplan waardoor Zeeland als het ware wordt herschapen. De afsluiting van de zee armen opent echter wel nieuwe moge- door lid Provinciale Staten en wethouder van Mtmrg lijkheden. Mogelijkheden waarop men hier en daar al vooruit loopt. In kringen waar in de toekomstige mogelijkheden worden doordacht en overwogen, ontstaat een ze kere onrust. Onrust die altijd ontstaat daar waar spanning heerst. En spanning is er! Daar getuigt ook het Algemeen Ver slag van de afdelingen van Provinciale Staten van Zeeland van. Spanning omdat het gevoelen vrij algemeen wordt: er gaat iets gebeuren in Zeeland! Zeeland heeft weer toekomst. Zeeland lééft weer en werkt aan haar toekomst. Als wij de Zeeuwse gang van zaken van vandaag de dag wat concreter gaan behandelen, met name in relatie tot die perspectieven, dan vallen onze beschou wingen uiteen in verschillende delen. Over Zeeland als agrarische provincie, valt veel goeds te zeggen. Alleen, in re latie tot die perspectieven, ligt dat ge heel anders. Onze landbouw, tuinbouw en veeteelt, is een vrij statistisch ge heel. De fruitteelt o.i. in iets- mindere mate, maar of wij van een nieuwe toe komst, van wijde perspectieven, van een hernemen van een oude plaats kunnen spreken, ons baserende op genoemde bedrijfstakken, wagen we te betwijfe len. De landbouw stoot jaar in jaar uit steeds meer personeel af. Rationalisatie en me chanisatie beperken de behoefte aan mankracht. Verlaten deze overtollige arbeidskrachten daardoor onze provin cie, dan werkt dit beslist niet mede te* goede aan nieuwe impulsen die Zee land zo van node heeft. Tenzij daardoor de zo begeerde arbeidskrachten beschik baar zouden komen voor andere doel einden. Maar zover is het in Zeeland nog niet. De Zeeuwse middenstand daarentegen kan wel degelijk een nieuwe ontwik keling mede bevorderen. In onze tijd en gelukkig ook in onze provincie, is er een enorme behoefte ontstaan aan dien stenverlenende ondernemers. En dat is te verklaren. Als de mens van huis gaat heeft hij vaak en op allerlei wijze hulp nodig. Veel meer dan wanneer hij thuis blijft. De vrije tijd van zeer grote bevol kingsgroepen neemt steeds meer toe. Door de stijgende welvaart is het mogelijk ge durende die vrije tijd van huis te gaan en zich door4 anderen diensten te laten be wijzen. Het duidelijkst spreekt dat in va- kantietijd. Maar ook de langër wordende en anders doorgebrachte weekends ope nen hier perspectieven. De recreatie vraagt onze aandacht. En de middenstand is hier ten nauwste bij betrokken. Eerst belanghebbende. Wanneer wij echter over wijde perspec tieven in Zeeland spreken of schrijven, en dénken over een herinnemen van een oude positie, dan wil het ons voorkomen dat het dan niet in de eerste plaats récreatie maar industrialisatie is waar wij onze verwachtingen op hebben gebaseerd. Want één ding is zeker: Zeelands ont wikkeling staat of valt met het al dan niet gelukken van de industrialisatie. In dustrie: begeerd door de één, gevreesd door de ander. Maar toe wij er ook tegen over staan: een levende gemeenschap in dustrialiseert. Desnoods contre-ceur. Ds Zeeuwse industrialisate kunnen we rondom de jaarwisseling splitsen in grote zaken en wat klein goed. Dat laatste vooral niet minachtend bedoeld, maar wel accentuerende dat een grootse Zeeuwse ontwikkeling slechts te verwach ten is en komen kan van grote zaken. Tot het klein goed zouden wij dan willen re kenen de industrialisatie rondom en in de kernen, en tot de grote zaken de industrie vestiging in de van nature geëigende re gionen. Want ondanks de vreugde die wij in Zeeland smaken van het feit dat ook wij vier kernen in onze provincie hebben, en ondanks de hoop, waarvan ook wij zijn vervuld, op een nieuwe ontwikkeling in deze centra, laten wij niet vergeten, dat DE industriële centra het nog nooit, en ook nu niet, nodig hebben gehad met bij zondere zorgen te worden omringd; en slechts daardoor de ontwikkeling mogelijk is geworden. Rotterdam èn Antwerpen hebben van nature faciliteiten die nimmer kunnen worden geëvenaard. Is dat voor Zeeland soms niet nèt zo? Heeft Zeeland vanwege haar ligging niet nèt zo veel te bieden? Wij menen deze vragen bevesti gend te moeten beantwoorden. Zeeland, gelegen aan de Scheldemond, in Europees verband gezien met een achterland als geen andere provincie, zó centraal en zulke bevolkingsconcen traties, heeft toekomst vanwege haar natuurlijke ligging! Geweldige mogelijkheden zijn aanwezig. Maar mogelijkheden moeten worden be nut willen ze waarde hebben. En mo gelijkheden moet je zien alvorens je ze kunt benutten. Bovendien, in mogelijk heden moet je gelóven! Daarom is het goed op te roepen tot dat geloof. Daarom is het een taak een beeld van deze mogelijkheden op te roepen zo dat het onzichtbare zichtbaar wordt voor een ieder. Daarom kan er niet genoeg op worden gehamerd dat de mogelijkheden worden benut, de tijd uitkopende. In de perspectieven, die de re creatie Zeeland biedt, moeten wij niet meer geloven. Met na me de zomer 1959, begunstigd door zonneschijn van natuurlijke en materiële aard, heeft ons reeds doen zien dat Zeeland doende is een nieuwe welvaartsbron aan te boren. Op dit ogenblik, nu de rust in deze contreien is weergekeerd, is alom merkbaar dat het geen ge zapige rust is. Bungalows worden gebouwd in zo'n omvang dat het al moeilijk wordt om geschikte terreinen aan te trekken waarop direct gebouwd kan worden. Zee land krijgt ook motels. Gelukkig /n tien punten heefs drs. M. C. Verburg, directeur van het E.T.Ivoor Zeeland, zijn visie gegeven op de Zeeuwse proble matiek in de nu volgende tien jaren: 1. Landbouw: een voortzet ting van de cultuurtechnische werken, zoals herverkaveling; Zeeland mag wat in dit opzicht niet achterop geraken. Onze provincie kan in 1970 een agra risch modelgebied zijn. 2. Tuinbouw: een aanmerke lijke verdere uitbreiding, met name in de fruitteelt en ook de bloembollenkultuur; gunstige bodem- en klimaatfaktoren staan hier borg voorook is een ver dere uitbreiding van de veiling- omzet te verwachten, alsook een expansie van de fruitverwerken- de industrie (Kapelle). 3. Toerisme: een gestadige groei van vraag en aanbod; West Zeeuwsch-Vlaanderen. Walche ren, Schouwen en het Drie- Eilanden-gebied bieden goede mogelijkheden, alsook de Braak man: noodzakelijk: bebossing, bungalowparken, motels, enz. 4. Exporlhandel: verdere toe neming coasterverlading aard appelen en uien) uit grotere ge deelten van overig Nederland. 5. Industrie: rustige ontwik keling van de aangewezen „ker nen" met daarnaast nieuwe ves tigingsmogelijkheden buiten die kernen, alsook een belangrijke uitbreiding van kleine en mid delgrote industrieën. Zekerheid van industrievestiging in het Zuid-Sloe en Kanaalzone (gro tere bedrijven). 6. Verkeer: Totstandkoming van de rijksweg 16, nieuwe weg door West-Brabant naar Moer dijk; koplading veerdienst Nrd.- BevelandDe Val; Haringvliet brug en ook nog vóór 1970 een gereedkomen van de zgn. Bene- luxweg. Omstreeks 1970 kunnen dan de mogelijkheden over een eventuele verbinding over de Westerschelde beter worden be keken. 7. Visserij: zieht op cowpen- sering voor Yerseke (vissers haven); Breskens zal op zijn tel len moeten passen in verband met konkurrentie Oostende (Franse vissers). 8. Bevolking: redelijke kans, dat de natuurlijke bevolkings aanwas gebonden kan worden, mits daarbij behoorlijke woning contingenten worden toegewe zen, en uitbreiding van steden en hopenlijk in veel gevallen hand having' van de dorpsbevolking kan plaatsvinden. 9. Verzorgende sektor: niet veel nieuwe middenstandsbe- drijven; vraag neemt toe; goede perspectieven voor omzetver- groting middenstand; in ver schillende plaatsen (Veere) com- pensatiefaktoren. 10. Alles moet zoveel mogelijk langs de wegen van de geleide lijkheid gaan. Overheid en be drijfsleven zullen de handen in een moeten slaan. Wanneer dit gebeurt kan elke streek een graantje van de welvaart mee pikken. OVER DE GOEDE TOON EN GLADSTONE Welke dranken behoort men te schenken als men een „avondje" geeft? Wel, na de thee hebt U de keus uit rijnwijn, rode wijn, moezelwijn, bier en tonic. Natuurlijk zijn er nog veel meer gezellige drankjes te bedenken. Een verfrissende longdrink bijvoorbeeld is altijd welkom. Het prettige van zo'n. longdrink is dat er zovele dranken zijn die er zich voortreffelijk voor lenen. In de winter kan ook een wijngroc of een heerlijk kopje bouillon uitstekend voldoen. En welke sigaretten presenteert U? Gladstone natuurlijk. Want Gladstone is - met of zonder Silk Filter - een sigaret die iedereen voldoening schenkt! KING SIZE VOORNAAM EN AANGENAAM 20 STUKS F 1. maar. De middenstand ziet de be hoefte. Zij ziet ook haar taak. In deze behoefte moet worden voor zien. Daarom heerst er activiteit rondom de Zeeuwse stranden, op dat straks een nieuw seizoen kan worden opgevangen. Ook voor het sociaal toerisme worden mogelijk heden geschapen. Tot ontspanning en vermaak. Helaas moeten we hier een kritische noot laten horen. De Inspecteur van de Volksgezondheid heeft een onderzoek ingesteld waarin de Zeeuwse kampeerterreinen verkeren. Het resultaat is beschamend! Op enkele gun stige uitzonderingen na zijn de sanitaire voorzieningen ontoelaatbaar. Het komt voor dat drinkwater slechts is te verkrij gen uit een ondiepe grondwaterput, ter wijl als toiletgelegenheid een getimmer te boven een sloot dienst doet! Op deze wij ze schiet de dienstverlenende ondernemer toch wel schromelijk tekort in de taak die hij op zich heeft genomen. Wil men deze diensten verrichten aan de grote bevolkingsgroepen die daaraan behoefte hebben, dan zal men dat werk niet uitsluitend van de materiële kant kunnen bekijken. Als er ergens sprake is van de kost die voor de baat uitgaat, dan is het in deze sector. Een kampeerterrein heeft een eigen functie. Het moet tijdelijk dienen om de bewoners huisvesting te verlenen. En dan is er geen enkel bezwaar tegen dat dit wat primitiever gebeurt dan in de permanente woning, maar de eerste be grippen van hygiëne moeten niet alleen in acht worden genomen, maar de hy giëne moet voor de volle honderd pro cent worden bevorderd. Doet men dat niet dan brengt men de volksgezond heid in gevaar. Het is de plicht van de ondernemer die in deze sector iets ziet. voor de aanvoer van het onmisbare drink- en waswater te zorgen en tevens voor de afvoer van alle huis- en riool- vuil. Dit zijn de primaire eisen die de bewo ner mag stellen en wij hopen dat het niet zo zal zijn dat de Overheid vandaag of morgen gedwongen zal worden in te grij pen vanwege het niet begrijpen van deze taak die de ondernemers in deze tijd in onze provincie zijn toebedeeld. Zeeland heeft veel te bieden. Stranden, duinen en wat bossen. Bezienswaardige stadjes en nieuwe recreatiegebieden. De Braakman, Het Veerse Meer en De Pluim- pot zijn unieke oorden. Maar daarnaast en daar overheen moet de middenstand diensten willen verlenen, die de goede Zeeuwse naam eer aandoet. Ook, en dat willen wij echt niet over slaan, moet de Overheid mogelijkheden daartoe scheppen. Niet altijd loopt de ma chine hier even goed. Met\name denken we hier aan De Pluimpot die al een paar jaar is afgesloten en al die tijd maar braak ligtHet wachten is hier op een daad! We hebben wel eens het gevoel dat Overheid en ondernemer, juist in dit ver rassend snelle tempo, net iets achter de ontwikkeling aanlopen. Maar de historie leert ons dat de grootste zaken op de bes te wijze tot stand worden gebracht door vóór te zgn. Al was het maar één slag..... En die slag wordt van ons Zeeuwen ge vraagd. Ook in 1960. Het is veel gemakkelijker iets concreets te vertellen of te stellen over het zicht bare, dan over het. onzichtbare. De re creatie hebben wij gezien, de industriali satie moet nog komen. De voorboden zijn in aantocht. Ook hier geldt, echter: één zwaluw maakt nog geen zomer. "We weten wel dat het komt, maar wanneer en waar? De industrialisatie zouden we willen splitsen in twee groepen. Kernenin dustrialisatie en nog iets. Klein goed en groot goed. Waarschijnlijk zullen meer dere lezers zich verwonderd hebben af gevraagd waarom kernenindustrialisatie met „klein goed" wordt betiteld. Er is ac tiviteit in en rondom de kernen. Vanwaar toch deze kleinering? Laten wij nogmaels onze voldoening uit spreken over het feit dat wij in Zeeland kernen hebben. En wij hebben goede hoop dat alle geruchten, met name rondom de kern Goes, tastbare resultaten zullen af werpen. Zeeland zal er alleen maar bij welvaren. De kernen zgn een uitstekend middel om de kwaal van de ontvolking tegen te gaan. Een uitstekend middel om, provin ciaal gezien, te blijven wie we zijn. Mis schien zelfs wel een ietsje vooruit te gaan. Maardaar houdt het dan ook mee op. Als wjj van deze vorm van industrialisatie voor Zeeland een grootse toekomst ver wachten, dan geloven wij dat deze ver wachting tjdel zal bljjken te zijn. Waarom nu toch dit geluid, zullen ve len zich afvragen. Welnu, laten wij trachten tot motivering over te gaan. In een rustige omgeving, waar een ge zapige rust heerst, wonen veelal men sen die zeker niet kwaad zijn. Tevreden mensen. En tevreden mensen zijn ook gelukkige mensen. Maar levende in een gezin met onrustige en ontevreden men sen, vangt de tevreden mens vaak bot. En vanwege zijn gemoedelijkheid én zijn altijd naar rust en vrede snakkende na tuur, berust hij ook in dat bot vangen. Hij is nu eenmaal zo.... Maar dit zouden wij niet als het zwaar ste geschut in stelling willen brengen. Van veel meer belang achten wij het, zowel nationaal als regionaal, dat de rijke roo- gelijkheiden die het Wester-Scheldebek- ken biedt, ook ten volle worden benut. Het land ten goede Nu is het alleereerst een taak van de Overheid om braakliggende mogelijkhe den bouwrjjp te maken. Allerlei voorzie ningen dienen daarvoor te worden getrof fen. Als het deze regering ernst is met de decentralisatiegedachte zal zg de Provin cie in staat moeten stellen het Wester- Scheldebekken tot ontwikkeling te bren gen. De Kanaalzone in Zeeuwsch-Vlaan deren en het Sloeplan bieden rijke moge lijkheden. Rondom het Sloeplan heeft de Overheid een belangrijke taak vóór de onderiemer. En niet zoals hel ook wel is gesteld: toon eerst de particuliere belang stelling maar eens aan en dan zullen wij wel eens zien. Wij weten: er is belangstelling. Zo zelfs dat één der belangstellenden een waar schuwing heeft laten horen van wij kun nen nu niet al te lang meer wachten. Daarom moet er in 1960 iets worden ge daan. Ja, er moet veel worden gedaan. Wij hopen, en spreken de verwachting uit, dat in Zeeland zelf een actief beleid zal worden gevoerd dat er op gericht is ook een ander te doen geloven in de rijke mogelijkheden, ja zelfs alleen in moge lijkheden maar ook in wenselijkheden, ja zelfs noodzakelijkheden. Zonder nu te willen beweren dat er in Zeeland allemaal van die rustige engezapïge.mensen wonen, willen wij toch weergeven wat'meerdere mensen van buiten Zeeland telkens weer opvalt als zij met Zeeland in aanraking komen. Het Zeeuwse tempo zou achterliggen bij dat van de Randstad. De besprekingen zou den hier meer het kenmerk dragen van gemoedelijkheid en de ander ter wille te willen zijn. Kortom: het leven is hier nog zo kwaad niet; laat de rest maar jagen en halen zo veel ze'maar willen Persoonlijk zouden wij niet graag dit alles onderstrepen en voor juist doorge ven, maar een tikkeltje van het gesigna leerde beevat een kern van waarheid. En dat tikkeltje is de motivering van onze teleurstelling ten opzichte van de Zeeuw se kenrnenindustrialisatie. Er bestaat de neiging om tevreden te zijn met het bereikte. Het Deltaplan biedt ons meer veiligheid en betere verbindin gen. Enkele kernen hebben nieuwe moge lijkheden en de recreatie biedt meer wel vaart. En toch menen wij dat deze stem ming een gevaarlijke stemming kan zijn. Nooit of te nimmer kan Zeeland de haar toekomende, plaats in de oude „Zeven Pro vinciën" innemen als er nog niet iets an ders gebeurt. En dat andere is ook in dustrialisatie. Maar op ander niveau. De Scheldemond moet tot ontwikkeling worden gebracht. Daar zijn wij het allemaal over eèns. Zelfs „Den Haag". Maar hoe en wanneer? Dat zijn de vra gen waar het om gaat. Wij geloven dat 1960 een belangrijk jaar zal zijn ten op zichte van de beantwoording van deze vraag. Wij zouden bijna geneigd zijn te zeggen: als het nu niet kan, kan het nooit! Een oplopende conjunctuur, een vollo pende Rijn-Maasmond en een lege Schel demond. De overbevolking van de Rand stad roept schier onoplosbare problemen op en de ontvolking relatief zeer ze ker van de randprovincie is ook niet zonder koozorg, en kost bovendien han denvol geld. Zowel het één als het ander. Bovendien wordt het percentagëgewiize zeer hoge onproductieve arbeidsareaal onbenut ge laten. Meerdere malen heeft de regering zich uitgesproken voor industrialisatie- spreiding. De regionale welvaartsspreiding speelde hierin ook een rol. Zeeland dat eens in belangrijke mate bijdroeg tot de invloed en welvarend heid van het oude „Holland" heeft er recht op dat het hedendaagse „Hol land" begrip heeft voor en steun geeft aan de Zeeuwse ontwikkelingskansen, An no I960. "Want wij geloven vast dat de mo gelijkheden groot, maar moeilijk zijn. de daarbij betrokken Gemeenten Daarom kan een eendrachtige inspanning van Rijk, Provincie en slechts het klimaat scheppen dat de ondernemer nodig heeft om de industriële ontwikkeling in Zee land te realiseren. Een ontwikke ling die het mogelijk zal maken Zeeland te verheffen tot een ge west dat krachtens historie en na tuurlijke ligging bestemd is om 'n belangrijke functie te vervullen in onze nationale en Westeuropese samenleving. Onze Nieuwjaarswens is: Dat het fundament hiervoor in 1960 gelegd mag worden in de we tenschap dat indien God zelve het huis niet bouwt, tevergeefs des- zelfs bouwlieden daaraan zullen werken. MIDDELBURG Op woensdag 6 ja nuari a.s. zal in de afmijnzaal van de Coöp. Veiling „Walcheren" de jaarlijk se ontwikkelingsdag voor de Zeeuwse groenteteelt worden gehouden, Dat is te vens de jaarvergadering van de Zeeuw se Groententelers Vereniging. Een deskundige van het instituut voor tuinbouwtechniek zal spreken over de mogelijkheden van mechanisatie op het tuinbouwbedrijf. Verder zal worden ge sproken over de mogelijkheden van be regening op de Zeeuwse groentenbedrij- ven. De teelt van komkommers wordt van steeds groter betekenis en ook in Zee land breidt deze teelt zich uit. mede on der invloed van de vrij gunstige resul taten, die de laatste jaren zijn behaald. Het is echter geen eenvoudige teelt en daarom heeft het bestuur van de Z.G.V. gemeend ook hierover de Zeeuwse telers van voorlichting te moeten dienen. Hierover zal gesproken worden door de heer Van der Winden, verbonden aan het proefstation voor Glascultures te Middel burg. GROEDE In de raadsvergadering is medegedeeld dat Ged. Staten hebben bepaald dat de gemeente de oude chr school moet overnemen voorh et bedrag dat de afbraak heeft opgebracht. Dit is 3800 gulden. De bouwgrond kost de ge meente vijf gulden per vierkante meter Het schoolbestuur had 5000 gulden voor' het gebouw en twee gulden per vier kante meter voor de grond gevraagd De sluitende begroting 1960 werd vast gesteld Aan het begin van de vergade ring herdacht de raad het overleden oud- raadslid I. Becu.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1959 | | pagina 3