ORANJES HEBBEN HART VOOR ONZE SCHEEPVAART KUNST stukjes Zo groeide de Rotterdam Het gevoel van verantwoordelijkheid dat iedere zeeman moet hebben Gesprek met C. Bouman op de Rotterdam Zaterdag 22 augustus 1959 ZEEUWSCH DAGBL1D Pag. 7 Dag in dag uit Niet toeschietelijk Gauw MEELEVEN IJSBREKERS BEKENDE GASTEN Mooie reizen Weineen U Géén bezichtiging van de Rotterdam.... DE KAPITEIN DIE NOG NOOIT EEN AVONTUUR BELEEFDE U neemt de trein naar Lei den en buiten het station vindt u rechts de stand plaats van de autobussen. Daar neemt u bus 60, richting Noordwijkerhout. U stapt in Oegstgeest uit bij het bejaar dencentrum. Dan bent u vlak bij mijn huis. Zo gaf kapitein C. Bouman van de Holland Amerika Lijn imij de aanwijzing, hoe ik zijn huis kon vinden, vaderlijk, zorgzaam en heel precies- Ik volgde de aanwijzingen op; het klopte allemaal, maar de kapitein was op het afge sproken uur niet thuis. l-F IS vanmorgen met spoed naar Rotterdam geroepen voor een conferentie. Mevrouw Bou man zucht: zo gaat dat nu dag in, dag uit. Hij kan elk ogen blik binnenkomen. Inderdaad kwam even later de heer C. Bouman, kapitein van het nieuwe vlaggeschip van de Holland Amerika Lijn (65 jaar oud) binnen. Hij maakte volstrekt niet de in druk het zo druk te hebben. In vol maakte gemoedsrust nam hij plaats, informeerde eens naar mijn krant, mijn gezin, vertelde van zijn kinde ren, vijf, van wie drie zich ver van huis hadden gevestigd, een jongen was nog thuis, de andere, met wie ik tevoren even gezellig had zitten praten over het leven van de mili tair. lag voor zijn nummer in Ossen- drecht bij de Luva. Het kostte even moeite het ge sprek te brengen op kapitein Bou man zelf. Och. zei hij, ik heb nooit avonturen beleefd, wat moet ik over mijzelf vertellen. -TOESCHIETELIJK was hij niet, wel handig, want hij had merk waardig gauw in de gaten wat mijn liefste onderwerpen van gesprek wa ren en op zeker ogenblik moest ik even opmerken: hoor eens mijnheer Bouman. de bedoeling is dat ik iets over u te weten kom en niet dat ik vertel. De kapitein glimlachte eens vrien delijk. Wel als het dan moet: mijn vader was een oude zeilschipkapi tein. Hij is op zekere dag in Rotter dam gaan wonen en is daar inspee- lijk kapitein te zijn want onze zee varende gemeenschap is een zeer ordelijke gemeenschap. Hij zegt dit met een zekere nadruk. Nu ja, de jongelui zijn wel eens slordig, maar dat gaat er met een paar jaar wel uit. Die jonge mensen groeien van zelf in het gevoel van verantwoor delijkheid, dat iedere zeeman moet hebben. Mijn taak? Zorgen voor een veili ge overtocht en er op toezien dat de passagiers het naar hun zin heb ben, zo naar hun zin dat de maat schappij haar goede naam behoudt. U weet, dat de Nederlandse passa giersschepen een grote roep van goed dienstbetoon hebben. Het is ons aller werk die roep te behou den. Tevreden passagiers komen te rug. Wie ook terugkwam was me vrouw Bouman. teur van de scheepvaart geworden en dat een 25 jaar gebleven. Ik zelf ging naar de Kweekschool voor de zeevaart en kwam bij de H.A.L. als stuurmansleerling. Ik ben altijd bij die martschappij gebleven. Toen de oorlog uitbrak was ik stuurman op de Drechtdijk en juist vier dagen SINDS mensenheugenis heeft onze Koninklijke Familie grote belang stelling getoond voor het wel van de Nederlandse scheepvaart en scheepsbouw. Er is zelfs een prins, die als „De Zeevaarder" in de his torie voortleeft. Dat was Hendrik Willem Frederik (1820—1879), een broeder van koning Willem III. Hij werd in 1850 stadhouder van Luxem burg, maar hij was ook admiraal en interesseerde zich sterk voor han del en zeevaart. Al in 1852 stichtte hij de Billiton Maatschappij en in 1870 was hij medeoprichter van de Stoomvaart Maatschappij Nederland te Amster dam. Hij werd er direct ere-voorzit- ter van, maar deze taak vatte hij niet op als een ereambt. Zoals de historicus dr. M. G. de Boer schrijft in een gedenkboek van deze rederij „steunt de Prins met zijn invloed, met zijn crediet, met zijn kapitaal" als er tegenslagen ko men. De schrijver vermeldt ook, dat hij de algemene vergadering van aandeelhouders soms opent „met een rond zeemanswoord". Een typische karaktertrek van deze prins Hendrik is ook, dat hij in een moeilijke periode een bedrag ter beschikking stelde om een nieuw schip te bestellen en dat het moeite kostte hem te bewegen er rente voor aan te nemen. SINDSDIEN zijn vele feiten hekend over Oranjes, die plechtigheden op het gebied van scheepvaart en scheepsbouw opluisterden. Zo legde koningin Emma op 30 april 1883 de kiel voor het s.s. Oranje Nassau. Haar dochter, koningin Wilhelmina, was dikwijls aanwezig bij koonvaar- djj en marine. Tot de negen schepen, die zij te water liet, behoren de Nieuw Amsterdam en de Oranje. Van de vele andere gebeurtenissen op dit terrein noemen wij de ope- ningen van de Noordersluis te IJmuiden, van het Julianakanaal en van de Moerdijkbrug, die zij verrichtte. Haar echtgenoot, prins Hendrik heeft vier schepen te wa ter gelaten. Haar dochter, als prinses en later als Koningin heeft zich sinds 21 de cember 1929 tien maal bereid ver klaard een schip te dopen en van de helling te laten glijden. Het be gon in Amsterdam met het passa giersschip Marnix van St. Aldegon- de. Achtereenvolgens waren het ver der het instructievaartuig Prinses Juliana, het dok Prins Hendrik en het koninklijk jacht Piet Hein. In PRINS HENDRIK WILLEM FREDERIK DE ZEEVAARDER" met een rond zeemanswoord het oorlogsjaar 1944 verrichtte zij ook de tewaterlatingen van het Amerikaanse vrachtschip J. P. Coen (te San Francisco) en in Brits Cu- lumbia H. M. Stephen. Als koningin Juliana liet zij te wa ter de kruiser Zeven Provinciën en de passagiersschepen Prins der Ne derlanden, Rotterdam en Koningin Wilhelmina. OOK bij tal van andere gebeurtenis sen was onze Koningin eerst als prinses aanwezig. Van vóór 1940 noemen wij sinds 29 september 1925, toen zij met haar moeder te Amsterdam de kruiser Java be zocht, het steken van de eerste spa de voor het Julianakanaal, het be zoek (eveneens met koningin Wil helmina) aan vier ijsbrekers bij het openbreken van de Dordtse Kil, de proeftocht op de Noordzee met de sleepboot Zwarte Zee en het be zoek aan het hospitaal-kerkschip De Hoop. Van na 1945 stippen wy aan haar bezoeken aan het matrozenopleidings- schip Hollands Glorie en aan het Britse slagschip Vanguard, het in dienst stellen van de kruiser De Ruyter, het onthullen van het vissers gedenkteken te IJmuiden en het uit reiken van de De Ruyter-medaille. PRINS BERNHARD bracht en brengt in zijn functie van inspecteur- generaal van de Koninklijke Marine uiteraard vele bezoeken aan instel lingen en marineschepen. Daarnaast brengen wij in herinnering zijn be zoek op 11 februari 1948 aan de Willem Ruys, die toen na haar eer ste reis naar Indonesië te Rotterdam terugkeerde. Verder de onthulling van een gedenkplaat op de tanker Ondina, de indienststelling bij de R.D.M, van een dok met zijn naam, zijn bezoek aan het Noorse passa giersschip Oslofjord (te Amsterdam gebouwd)de openingen van de Brit se Seamen's Club te Rotterdam, van de nieuwe jachthaven te Muiden en van de nieuwe zeegangstank te Wa peningen, evenals zijn bezoek aan de Amerikaanse atoomonderzeeër Skate. Prins Bernhard heeft ook een tewa terlating op zijn naam staan: op 25 maart 1939 te Vlissingen het passa giersschip Prinses Beatrix. De PRINSESSEN Beatrix. Irene en Margriet zijn sinds 15 januari 1955 ook bekende gasten geworden op scheepswerven en bij andere scheep vaartaangelegenheden. Op die datum liet prinses Beatrix de tanker Va- sum te water. Hetzelfde deed zij ook met de onderzeebootjager Lim burg en met haar eigen jacht De Groene Draeck. Zij verrichtte ook de doop van de Statendam. Van prinses Irene noemen wij de stapelloop van het passagiersschip met haar naam en van prinses Mar griet die van de Perzische tanker Mohamed Reza Shah, maar zij was ook de aangewezen persoon om op 10 november 1957 te Rotterdam het nationale monument voor de koop vaardij te onthullen. Als men dit onvolledige overzicht nader beziet, dan blijkt dat ons Ko ninklijk Huis voor alle facetten van de scheepvaart belangstelling toont. Maar de Oranjes hebben de liefde voor het water ook in het hart. Dat blijkt in de eerste plaats al uit de eigen jachten, waarop zij zo graag vakantie houden. binnen. Ik heb toen een baantje aan genomen bij het bedrijfsschap voor groente en fruit en heb daar nut tig werk kunnen doen. TTET eerste schip waarop ik als ka- n- pitein voer was de Eemdijk. Dat was in '47. Drie jaar lang. '52-'55, was ik gezagvoerder van de Groo- te Beer. Het was een heel interes sant schip en het waren mooie rei zen. Weet u, zo zei kapitein Bou man ineens iets levendiger voor de emigranten op de Groo- te Beer was het schip hun laat ste indruk van Nederland. Wij moesten zorgen dat die laatste indruk een prettige was. Dat de den we allemaal. Twee-en-dertig duizend emigranten hebben we zo over zee gebracht. In '56 werd ik kapitein op de Nieuw Amsterdam en nu ga ik nog een tijdje varen met de Rotterdam. Dat is al. Wat denkt u van de Rotterdam? Het is een uitstekend gebouwd schip. Dat is op de technische proef vaart wel gebleken. Ik ben trots op het schip en iedere Nederlander kan dat zijn, want het is niet alleen van de maatschappij: het is van heel Nederland: een echt Nederlands schip van Nederlands materiaal en door Nederlandse mensen ge bouwd en ingericht. Dat is aan de Rotterdam zo mooi. bent gezagvoerder. Brengt dat bijzondere moeilijkheden mee? Welnee, zo zegt kapitein Bou man. Het is immers zo, dat van de 750 man bemanning ieder zijn taak kent. Het is tegenwoordig niet moei- A/TAN je zou met mij boodschap- J-Vlpen gaan doen? Ja, ja, ik ga met je mee, da delijk. Even later zag ik mevrouw Bou man de deur uitgaan met een bood schappentas. Kapitein, als we gauw zijn! Wij snelden naar de deur en ja, het kon nog. Voor het hekje van de voortuin namen we af scheid, snel nogal, want bij slot van rekening mag ook de ge zagvoerder van een trots, nieuw passagiersschip wel eens een uurtje de man van zijn vrouw zijn. Het nieuwe vlaggeschip van de Holland Amerika Lijn hoeft het niet zonder muziek te stellen. Door fa brieken met klinkende namen is een reeks piano's en vleugels speciaal voor de Rotterdam gebouwd. Zo staat er een Steinway-concertvleugel in het theater, een vleugel van het zelfde merk in Ritz Carlton, een vleugel van Grotrian Steinweg in de Ambas- sador Room en een elektronisch or gel op het toneel van het theater. De Nederlandse pianofabriek Rippen bouwde vier instrumenten, waarvan er een in de kinderkamer is inge bouwd. Alie soorten films kunnen op de Rotterdam worden vertoond. De ap paratuur is geschikt voor cinemas cope, vistavision en normale projec tie. De projectiecabine is geschikt voor plaatsing van Todd-A-0-appara tuur. Het ligt in de bedoeling op de Rotterdam films te draaien die nog nergens te zien zijn geweest. Achter het podium van het theater zijn ge heel ingerichte kleedkamers voor da mes en heren. Op het sundeck is een donkere kamer voor fotografen ingericht, ver deeld in twee ruimten voor het maken van vergrotingen, een ontwikkelruim te en een afdeling voor het glanzen en snijden van de afdrukken. Voor het verzorgen van muziek- uitzendingen van radio, grammofoon of scheepsorkest is er op het schip een omroepinstallatie met 220 luid sprekers. In de hutten van verscheidene of ficieren zjjn kunstwerken en repro- dukties aangebracht. In de hut van de kapitein hangt een schilderij van d« zeventiende-eeuwse schilder Schouwer- man. Men zou zich kunnen voorstellen dat vele van onze lezers, na het „nuttigen" van dit extra nummer, behoefte gevoelen het nieuwe vlag geschip persoonlijk te bezoeken. He laas, dit is niet mogelijk' de Hol- land-Amerika Lijn heeft ons ver zocht u te melden, dat in verband met het programma van de Rotter dam het niet mogelijk is bezichti gingen te arrangeren. Het schip heeft het druk... Het bioscoopscherm op de Rotterdam kan automatisch in eJkaar worden ge schoven en onzichtbaar opgeborgen. Dit scherm k een vindng van Lent N.V. te Rotterdam. WWWMWW HMWWW IJET kleine groepje uitgewerkte mannetjes, dat een bescheiden deel van het pensioen besteedde aan kleine glaasjes bier en een nieuw spel kaarten op zijn tijd. had sinds kort een uitbreiding ondergaan. De aanwinst voelde zich maar matig op zijn gemak te midden van de gerou tineerde pensioengerechtigden en met iets van trieste weerzin legde hij zijn kaarten stuk voor stuk op het bemorste tafeltje, telkens als hij aan de beurt was. En hij gromde verachtelijk, toeft een hysterisch gilletje van zijn haar- en tandloze overbuurman enige geestdrift over de rangschikking der kaarten losliet. „Je verlangt naar iets tot je 't hebt en dan is de lol er af", sprak hij diepzinnig. „Went wel, jong", troostte zijn buurman en legde hartenaas op tafel, „de eerste maanden zijn de moeilijkste; dan moet je je aanpas sen aan het niks-doen. Daarna weet je niet beter". „En ik had nog best een jaartje kunnen blijven", mijmerde het man netje hard-op verder, „ik was al een paar maanden over tijd, maar de baas zei: Jij gaat niet weg. voordat de Rotterdam klaar is". VlE drie mannetjes bij hem aan het tafeltje knikten vol ongeduldig begrip. „Je ken niet kaarten en kletsen", vertolkte tenslotte één de gedachten van zijn kaartgenoten. De wenk was aan de droef-ge- stemde verspild. Hij was weer terug op de werf en zijn glimlach werd dieper: „En toen op een middag liep de hele zaak bijna helemaal in de soep. En de baas zei: Jan „Ja. ja", knikten drie kale hoof den en drie tandloze monden ver toonden een berustende plooi, toen zes beaderde handen ongespeelde kaarten op het tafeltje legden. Voordat de Rotterdam aan haar vijfde reis begint, zal zij haar ont staan te danken hebben aan één man. die zich tegen die tijd volledig zal hebben gepast in de kring man netjes, die in kleine kroegjes op kleine verterinkjes grote verhalen vertellen. HETS.S. Rotterdam, dat nu door De Rotterdamsche Droogdok Maatschappij aan de Holland-Amerika Lijn is opgele verd, is het vijfde passagiersschip, dat deze rederij onder die naam in de vaart brengt. De eerste Rotterdam ging an 1873 by de op richting van de rederij op New York vareri. Het 1694 brt metende schip met een lengte van byna ?8 meter was tien jaar in dienst, toen het door stranding op de Zeehondenplaat ver loren ging. Drie jaar later voer er weer een Rotterdam onder de groen-wit groene vlag. Het acht jaar oude Engelse schip Britisch Em pire was daartoe aange kocht. Het mat 3329 brt en had een lengte van iets meer dan 117 me ter. In 1895 werd het schip herdoopt in Edam. Het was een produkt van de werf Harlaod en Wolff te Belfast. Dezelfde werf le verde in 1897 de derde Rotterdam af. Dit was een schip van 8186 brt en de lengte bedroeg 141 meter. Ook dit passagiersschip deed on der deze naam slechts negen jaar dienst. In 1906 werd het naar Denemarken verkocht. Bijna driemaal zo groot, wat tonnage be treft, was de vierde Rot terdam ook gebouwd door Harland en Wolff. Zij kwam in 1908 in de vaart en werd in 1939 voor sloop ver' kocht, nadat het tien jaar tevoren nog ver bouwd was. Dit schip was 24.149 brt groot en had een lengte van 200 meter. En nu nummer vyf, een produkt van eigen bodem. Opnieuw met een veel grotere ton nage: 38.645 brt en ook weer langer: 228 meter, V

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1959 | | pagina 7