PL AA TS-SCHELDNA MEN
in West-Zeeuwseh-Vlaanderen
JAN KUILER
40 JAAR MUSICUS
DE ZEE
Ook
in Seroei begon het
schooljaar weer
Van Oostburg tot Zuidzande
Onuitputtelijke bron van inspiratie
Een
het hoofd
pittig klasje", zei
KONINGIN BEZOCHT
BLINDENINSTITUUT
Phia
Wijziging appelexport
naar West-Duitsland
I
Oostburg
Zuidzande
Retranchement
Schoondijke
Sluis
Materlandkerkjje
Z.V.U. boekte in Oostburg
bepaald geen succes
Huldiging 22 oktober
in Vlissingen
SADRACH ZONDER KRULLEBOL
Fijn hoor
Brief
van
van den Berg
Klachten in raad
Westkapelle over
rumoerige jeugd
Verre Zeeland
Inktsnor
Maandag 13 oktober 1958
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 4
(Van onze fruitteeltmedewerker)
J de vorige artikelen hebben we al heel wat plaatsen uit
westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen bezocht. In dit stukje maken
we een eind aan onze reis.
Spanjaarden. Vroeger had het een
vaarwater met een sterke (ijzeren)
dijk er langs.
Twee personen met bijzonder lange
halzen zijn het symbool van de IJzen-
dijkers. Uitgescholden worden ze voor
azijnhals" en het is dus geen won
der, dat ze een enigszins zuur gezicht
trekken.
Een heel eenvoudige geschiedenis.
In Hoofdplaat kwamen eens enkele
vaten bier aan voor IJzendijke. Maar
toen men de vaten openmaakte,
bleek het azijn te wezen. Een vergis
sing misschien? Of opzettelijk zo ge
daan? In elk geval trek je allicht een
zuur, teleurgesteld gezicht bij zo'n le
verantie.
U/UIDZANDE is ontstaan uit een zand
plaat, bedijkt tegen de zuidkant van j
het eiland van Cadzand. In 1659 kreeg i
het een nieuwe kerk, die in 1944 is
verwoest. Nu is er weer een nieuwe j
gebouwd op dezelfde plaats.
Hoe is Zuidzande afgebeeld?
En hiermee is
sche „scheldnamenreis:
westelijke helft van
Vlaanderen ten einde.
OOSTBURG is de grootste gemeente
van deze streek. Bovendien aardig
in het centrum gelegen, met een druk
bezochte markt op woensdag. Het is
genoemd naar een burcht, waarvan
echter niets meer is te vinden. Wel is
er nog iets over van het oude vaar
water naar het Zwin, n.l. het Grote
Gat.
Een zeer oude plaats. De evangelie
prediker Eligius (St. Eloy) bracht
hier reeds in de zevende eeuw de blij
de boodschap. Het r.k. St. Eloy-ly-
ceum, dat 1 september geopend werd,
is naar hem genoemd-
In de jongste oorlog is het stadje
voor een groot deel verwoest, maar
nu weer prachtig herbouwd. Met zijn
stadhuis, rijks-h.b.s. en lyceum, tech
nische school en andere grote gebou
wen neemt het grote-stadsallures aan.
De Oostburgers werden altijd door
de andere dorpen als opscheppers be
schouwd. Hun scheldnaam was .wind
makers". Een spotter vertaalde de
beginletters O.B.W.M. van ..Onderlin
ge Brandwaarborg Maatschappij", die
op bordjes aan verschillende gevels
te zien zijn, als „OostBurgse Wind-
Makers"!
Hans Heeren heeft de inwoner van
Oostburg getypeerd als een pedante
eend, die erg opzichtig is gekleed.
NA de verovering van Sluis door
prins Maurits in 1604 werd tegen
over Sluis, aan de andere zijde van
het Zwin, een sterkte aangelegd, het
..retranchement Cadsandria". Er is
nog een en ander van deze verster
kingen over. Vlak er bij ontstond
langzamerhand een dorpje, dat Re
tranchement genoemd werd.
Begrijpt u, waarom de vriendelijke
bewoners mensenbranders" worden
genoemd?
Volgens een legende dobberde hier
eens, honderden jaren geleden, een
oorlogsschip voor de kust. Er gingen
geruchten, dat aan boord de pest
heerste, de vreselijke besmettelijke
ziekte, die in vroeger eeuwen veel
mensenlevens eiste. Iedereen was er
bang voor. Als het schip zou aanleg
gen, zou de ziekte ook in het dorp
verspreid worden. Dat moest voorko
men worden. De oplossing was even
radicaal als afdoende: ze staken het
schip in brand, waardoor alle bacil
len vernietigd werden. Evenals de
schepelingen die in de vlammen om
kwamen. Echte mensenbranders",
die bewoners van Retranchement!
De tekening laat ons een schip zien
in lichterlaaie, bovendien voorzien
van de tekenen des doods: een doods
hoofd met twee gekruiste beenderen.
DE naam Schoondijke is heel wat
verfraaid in de loop der tijden,
want vroeger heette het Vulendijke.
Toen dit oude dorp overstroomde,
werd in het midden van de nieuw in
gedijkte Prins Willempolder op een
wegkruising een nieuw dorp gebouwd
met een kerk en een school. Naar
prins Willem II werd het Willems
dorp genoemd, een naam die er niet
inging.
Dat is nu Schoondijke, het dorp
van de maneblussers". Toen eens
het maanlicht door een kerkraam viel,
dachten de Schoondijkers, dat er
brand was in de kerk. De brandweer
werd geroepen, om de zogenaamde
brand te blussen! Twee dappere ma
neblussers" zijn er op de schildering
mee bezig.
In Middelburg hebben ze hetzelfde
eens meegemaakt met de Lange Jan,
die op deze manier ,,in brand stond".
Middelburgers heten daarom ook
maneblussers".
HET oude Lamminsvliet uit 1293 met
zijn stadsrechten, mag men beslist
geen dorp noemen. Dat merkte die
nieuwe bakkersknecht, die 's avonds,
na het werk, tegen zijn baas zei:
,,Ik ga het dorp nog even rondkuie-
ren." Wat was die bakker woest! Om
dat de knecht het in zijn onnozel
heid had gezegd, werd hij niet weg
gejaagd, maar het scheelde niet veel.
Wat verbeelden die Sluizenaars
zich wel! ,,Kalejakkers" zijn het. Ja,
ze hebben een periode van grote wel
vaart gehad, toen Sluis nog een voor
haven was van Brugge en het Zwin
een druk vaarwater. Maar dat is nu
voorbij. Armoe is troef. Kijk maar
eens naar het muziekkorps, hoe schun
nig de muzikanten er bij lopen met
hun verschoten en gerafelde unifor
men. De wandschildering laat drie
van zulke exemplaren zien.
Bovendien stappen ze rond op wat
schillen en graten, naar aanleiding
van het kleinerende versje:
Schellen, pellen, graten en
gruis.
Dat zijn de arme burgers van
Sluis."
Tegenwoordig hebben ze het niet zo
arm meer. Wel is Sluis erg verwoest
door oorlogsgeweld, maar ook weer
al aardig opgebouwd. En in de zo
mermaanden wordt er behoorlijk ver
diend aan de duizenden vreemdelin
gen die hier komen.
T_IET is maar een klein dorpje, wat
11 afgelegen, niet ver van de Belgi
sche grens. Enkele kleine huisjes, die
laag tegen de dijk zijn gebouwd.
De glazen wassen was heel een
voudig. Dat deden de vrouwen hier
niet, maar de mannen. Op een eigen- w
if1'13.1?.® en originele manier, maar betrokken leerkracht in een doodse stilte uit te barsten
moeilijk in een krant te beschrijven.
ZO ONGEVEER werd mij de opening
GOES. Met ingang van zaterdag
kwam er weer een wijziging in de moge
lijkheden van appelexport naar West-
Duitsland. Bepaald is dat de Manks Cod-
lin niet meer uitgevoerd mag worden.
Dit is overigens van ondergeschikt be-
Een boer ligt geknield en kijkt erg .lan? want dit raa f P«ktisch geruimd
benauwd. Geen wonder: aan alle kan- Als nieuw ras is de ïngrid Marie vanaf
ten van zijn hoofd heeft hij molen- 65 geplaatst op de lijst van rassen
- J - - - - 1 welke geexporteerd mogen worden. Dit
ras speelt echter een zeer kleine rol in
de Nederlandse fruitteelt.
De belangrijkste bepaling voor de
Zeeuwse fruitkwekers is wel, dat de
Sterappel beneden 65 mm niet meer naar
West-Duitsland mag. In verband hiermee
heeft de Provinciale Afzetcommissie voor
fruit thans besloten dat dit ras gesor
teerd moet worden in de maten 5565
mm en 65 mm en op. Vorige week was
de sortering gewijzigd, omdat toen de
maat 60 mm en op uitgevoerd mocht
worden.
wieken. Een zevendraaier" uit Zuid
zande. Hier moet eens een molen ge
staan hebben met zeven zolders.
Maar kijkt u even naar de teke
ning. Een man staat op de dijk, en
met een boogje spuit hij tegen de
ramen. Om voldoende spuitmateriaal
te hebben is het wel nodig vooraf
veel, erg veel te drinken'.
De schilder had ook een ander
scheldwoord kunnen uitbeelden, n.l.
„karkassen", een onderdeel van de
oude Cadzandse muts, die aan het
verdwijnen is en alleen nog maar
door enkele oudere vrouwen wordt
gedragen. Omdat er vroeger, toen
iedereen nog in dracht liep, dikwijls
veel vrouwen in haar Cadzandse kle
derdracht in de tram CadzandOost-
burg zaten, werd dit vervoermiddel
wel de ..karkassentram" genoemd.
Jongelui die een robbertje wilden
vechten, riepen de Zuidzandenaars
wel toe: „Karekassie! Karekassie!"
Het liep dan meestal op een knokpar
tij uit, want zoiets liet iemand uit
Zuidzande zich niet aansmeren!
OOSTBURG. Men moet misschien
wel zeer Engels georiënteerd zijn om
Noel Cowards „Spotgeesten" te kunnen
waarderen, dat door de Zeeuwse
Volksuniversiteit in het Ledeltheater te
Oostburg werd aangeboden.
Het spel van het Rotterdams Toneel
vereent alle waardering, niet echter
,het stuk, dat van allerminst verheffend
cLan onze ruston-karakter is. De wijze waarop met het
Kleine zeevoaels i
-uWlWuVlWlV***
Kleine zeevogels vlogen schreeuwend over de nog gapen
de diepte; een woeste branding spatte langs de steile
kanten, toen stortte het alles ineen en de grote lijkwade
van de zee golfde voort, gelijk ze gegolfd had sedert vijf
duizend jaren.
Zó liet honderd jaar geleden Herman Melville zijn beroemde
boek Moby Dick eindigen zo verging de walvisvaarder
Pequod na de afschuwelijke jacht op de witte walvis. Zulk een
suggestieve beschrijving lijkt niettemin weinig aantrekkelijk
voor een jongeman, wiens zeemansloopbaan staat te beginnen.
Hem mag de waarheid omtrent de mogelijkheden niet ont
houden worden. Maar doe het soepel, schijnt Jan de Hartog
gedacht te hebben, toen hij zijn raadgevingen voor stuur
mansleerlingen opstelde.
TN deze Scheepspraat (uitg. Elsevier) heeft de gerouti-
1 neerde, bevaren schrijver het over van-alles-en-nog-wat.
Ongeveer honderd punten (een greep eruit: heimwee, aal
moezeniers, ratten, meisjes, schuldenroert hij aan en als
men De Hartog zijn gang laat gaan, vindt hij op zijn ge
mak ongetwijfeld nog eens zoveel facetten aan het zeemans
leven. Natuurlijk is dit niet een boek, alleen voor de leer
ling. Over diens nog smalle schouders praat de auteur ook
tegen de ouders.
Bij dit alles komt de lezer tot de conclusie, dat De Har
tog nog steeds een amusante verteller is, ook iemand die
sympathiek overdrijft, maar boven alles een bijzondere op
merkingsgave bezit. Hij gebruikt juist dan geen dikke woor
den, maar schetst de situatie eenvoudig raak. Soms is hij
diepzinnig, zoals: ,.Men heeft pas werkelijk autoriteit bereikt,
zodra men niet langer aan zijn prestige denkt."
Het onderwerp loodsboten roert Jan de Hartog niet aan,
hoewel de jonge zeeman er veel mee te maken krijgt. Want
de zeevaart is ondenkbaar zonder de mannen, die schijn-
water va-
dnnr rfe'S 1 1 m «ehr ik1 baai" doodrustig in kleine bootjes over het woelige wa
tZj. iJiïïïiïk ren na een schip naar buiten te hebben gebracht, of om er
een naar binnen te loodsen. Loodsen zijn onmisbaar. Hoe
vaak zal de geel-blauw gestreepte vlag niet slechts een for
meel verzoek, maar ook een ingehouden noodkreet betekend
hebben?
Zeeuwsch-
L. v. W.
Eigen nieuwsdienst
MIDDELBURG. Men ziet
het Jan Kuiler niet aan, dat
hij een 40-jarig jubileum gaat
vieren. ,,De muziek, m'n
werk, houdt me jong", zegt
deze Middelburgse toonkun
stenaar er zelf van. Maar
wanneer men kennis neemt
van zijn rijke ervaringen en
van de vele krachttermen, die kennelijk
knaleffecten hadden moeten sorteren,
lieten een wel zeer arme en goedkope
indruk achter.
Het publiek zal zeker dankbaar zijn
wanneer in de toekomst aan de Z.V.U.-
besturen wat meer keuze uit betere
stukken zou worden geboden. Nu bete
kende deze avond voor de talrijke aan
wezigen in de meeste gevallen een te
leurstelling.
van alles wat hij in zijn mu
zikale leven heeft aangepakt,
vraagt men zich bijna af,
of het geen vergissing is. Kon
iemand in veertig jaar zoveel
doen?
Maar het is geen vergissing. Dat
weet het comité dat de huldiging van
Jan Kuiler op zich heeft genomen, heel
zeker. Een comité gevormd uit leden
van de Vlissingse Orator •um-vereni-
ging, het Middelburgs Mannenkoor en
de Orkestvereniging, van welke groepen
Kuiler al sinds lange tijd dirigent is.
Op 23 oktober wordt in de Jacobskerk
te Vlissingen een jubileumconcert ge
geven, waaraan deze drie verenigingen
meewerken. De Vlissingse Orkestver
eniging wordt daarbij versterkt met le
den van het Rotterdams Philharmo-
nlsch Orkest en als solisten treden op
EUy Ameling, Roos BoeKma, Jan
Way er en oud vriend van Kuiler en
al lang niet meer in 't openbaar optre
dende Willem Ravelli. Voorts treedt
als soliste op mevr'uw Maclaine Pont
(clavecimbel)
Jan Kuiler heeft een veelbewogen le
ven achter dc rug. „Maar ik heb nog
heel wat voor de boeg", voegt hij daar
meteen aan toe. In 1917 studeerde hij
af aan het conservatorium te Amster
dam. Hij had zijn vooropleiding gehad
van J. Cleuver een toen in Mid
delburg goed bekende musicus en
studeerde ook enige tijd aan het con
servatorium te Keulen.
Na voltooiing van zijn studie vestig
de hij zich te Hilversum, maar in 1918
ging hij als begeleider mee met een
Italiaanse zangeres. Op haar verzoek
werd hij haar vaste begeleider en ves
tigde hij zich te Berlijn. Hij maakte
met deze zangeres talrijke toernees
door geheel Midden-Europa en studeer
de in zijn vrije tijd nog aan het Ber-
lijnse conservatorium. In 1925 keerde
hij in Nederland1 terug en vestigde zich
in Middelburg.
Met zangverenigingen in Middelburg
en Vlissingen gaf hij jaarlijks concer
ten en na de laatste oorlog kreeg hij
de leiding van de Vlissingse Orkestver
eniging, de Vlissingse Oratoriumvereni-
ging en het Middelburgs Mannenkoor.
Met deze gezelschappen verzorgde hij
concerten, waaraan eersteklas-solisten
deelnamen els Willem Noske, Herman
Krebbers, Willem Andriesen en Jo Vin
cent. In Vlissingen leidde hij twee maal
een Matthaus Passion. Hij componeerde
liederen en een kerstcantate, die bij
een bezoek van het koninklijk paar door
1100 schoolkinderen op de markt wer
den gezongen.
Hij deed nog veel meer. Zoveel dat
hij, hoe kan het anders, behalve lof ook
veel kritiek te verduren had. Maar hij
leeft voor zijn muziek, zodat hij zich
na iedere teleurstelling op nieuwe ta
ken richtte. Reeds nu heeft hij plan
nen om volgend jaar met de Vlissing
se Oratoriumvereniging Haydn's Jah-
reszeiten uit te voeren. En zijn jaar
lijkse kerstuitvoeringen in de Nieuwe
kerk te Middelburg, een stijgend suc
ces met duizend tot 1200 toehoorders,
blijft hij ook voortzetten.
Jan Kuiler staat nog midden la het
muziekleven. En vitaal als hij' is,-hoopt
hij daar nog lang te blijven staan.
Maar een hoogtepunt in zijn leven zal
ongetwijfeld dat jubileumconcert op 22
oktober zijn.
IK verlang een loods (uitg. C. de Boer jr.) vertelt over
de loodspraktijk op de Eems, waar het voor de oningewijden
een kalm bestek lijkt. Loods Wim Kuiper en zijn schrijvende
vrouw Margot Bakker hebben hierover evenwel een onthullend
boekje open gedaan. Het kan daar geducht spoken en wan
neer de adviseurs van de gezagvoerders te maken krijgen met
eigenwijze en onverantwoordelijke kapiteins, zoals er ook blij
ken te zijn, dan kunnen er weinig idyllische toestanden ont
staan.
Het is goed, dat deze kant van het zeemansleven ook eens
is belicht. Overigens lijkt het tussen de loodsen onderling ook
niet altijd koek en ei, zo maken wij op uit dit met twaalf
foto's geïllustreerde boek. De draad van het geromantiseer
de verhaal is niet sterk, wèl de reportage, die tot spanning
stijgt.
I
„HOERAAA! De vakantie is voorbij en de school begint weer! I
Leve de school!" dat waren zo ongeveer de kreten die door de
lucht daverden, toen op een goeie maandagmorgen de schoolbel,
opgepoetst en wel, zijn nieuwjaarslied door Seroei beierde.
En van alle kanten kwamen ze toegestroomd, de kinderen,
merendeels in nette, kennelijk pasgekochte, kleren.
Het nieuwe schoolgebouw is het allermooiste gebouw van heel
Seroei. Het heeft zelfs een privé-watertorentje van oliedrums,
waar vandaan een pijpleidinkje loopt naar de toiletten voor de
225 kinderen.
Al voor zevenen renden de kinderen om en door de school en
toen om half acht „aantreden" werd geblazen, stond in een
oogwenk de hele troep loeiend in rijen, om na een teken van de
i ven. Ik was er niet, om de doodsimoe-
1 le reden, dat ik niet weg kon komen
uit m'n vakantieoord. Er was geen boot,
geen fiets, geen auto. geen vliegtuig
om mij uit Miei los te krijgen.
's-Heer Abtskerke
Raadsvergadering
's-HEER ABTSKERKE. De raad zal' Ik zag de begindatum van de school
in openbare vergadering bijeenkomen verstrijken, zonder dat er voor mi) eni-
op woensdag 15 oktober, om half acht. ge kans op vervoer bestond. Toen kwam
B. en W. stellen de raad voor de per- eindelijk een heel klein bootje, dat mij,
celen Westhofsezandweg 11 en 13 op het na me in een tussenstation nog een
electrisch net aan te sluiten. Voorts
wordt aan de orde gesteld de aanleg
van een parkeerterreintje bij het ver
enigingsgebouw. Tenslotte zal men spre
ken over de gemeentebegroting 1939.
Arnemuiden
Raad vergadert
week gedwongen vakantie gegeven te
van de Papoea-jeugd te hebben rondge
darteld, mocht ik me weer op het ni
veau van de glimoogjes en de vuile
neusjes stellen, die ik, in alle ernst, ge
mist heb tussen de heren van de oplei
dingsschool voor dorpsonderwijzers.
De concierge kwam me de hand schud
den en vertelde, dat alle kinderen net
jes op hun plaats zaten. En dat was
Vanuit Nieuw-Guinea ontving
Ma ja weer een brief van mej. Phia
v. d. Berg. Het schooljaar is tueer
begonnen, en dat niet zonder enige
deining. Sadrach was ook weer
present, en wist het met zijn
vriendjes mej. v. d. Berg de eerste
morgen al flink lastig te maken.
Maar neemt u het hem maar niet
kwalijk, hij is op zijn tijd toch ook
weer een erg lieve jongen. Het
reizen gaat aan de andere kant van
de wereld niet zo gemakkelijk als
bij ons en daardoor kon het gebeu
ren Enfin, leest u zelf maar.
SPANNING ten top voert Ellleston
Trevor op in Windkracht 10
(uitg. Hollandia), waarin de bemanning
de loods te Buenos Aires al lang ver
geten is als de 6000 tonner het zwaar
te verduren heeft op de Atlantische
Oceaan. Ondanks de enkele storende
vertaalfouten (de oorspronkelijke titel
is „Gale Force") is het een boek. dat
men niet spoedig neerlegt. Ongetwijfeld
zijn er vele boeken geschreven over het
thema van een vergeefs om zijn behoud
strijdend schip. Daarom is het een com
pliment voor het schrijverstalent van
Trevor, dat men geboeid blijft bijna
driehonderd pagina's lang. De toestand
van het wrak geslagen schip, de stem
ming aan boord, de gemoedsgesteldheid
van de opvarenden, die drie elementen
zijn knap verwerkt.
Jammer dat de afloop van het ver
haal sterk doet denken aan de onder
gang van de Flying Enterprise. Of le
verde die gebeurtenis in feite de inspi
ratie voor dit boek?
HET noemen van de Flying Enterprise
brengt tegelijk in herinnering, hoe
de Nederlandse slepers door een toeval
ligheid niet in staat waren mee te din
gen om schip en kapitein Kurt Carl-
sen te trachten behouden binnen te
brengen. Dat onze zeeslepers hun man
netje staan in dat werk, is genoegzaam
bekend. Goede wijn behoeft geen krans.
Daarom waarschijnlijk heeft Kees Borst
lap in zijn roman over de zeesleepvaart
20-Duims manilla (uitg. C. de Boer jr.)
zich gehouden aan een eenvoudige
schrijftrant, waarin hij alles vermijdt,
dat een schijn" van onwerkelijkheid zou
kunnen veroorzaken.
In dit mooie boek heeft de Rotterdam
se journalist Borstlap vooral ook de
mens achter de bergingen en de sleep
reizen getekend. Zijn hoofdpersoon Jan
Houtman zegt ergens: ,.Een ander kan
voor het slechte weer binnen lopen om
te schuilen, zelfs de loodsboot mag dat
doen als er toch niets te beloodsen
valt, maar ik, of beter gezegd wij, moe
ten er uit. Daar zijn we voor en daar
kan de boot tegen. Wij moeten er ook
tegen kunnen".
En als die harde, niet te vermoeien,
wild ruikende zeelui met hun sterke bo
ten naar buiten stuiven, de woedende
zee tegemoet, dan begint er een boeiend
spektakel, dat nog aan spanning wint
als de concurrent van het lijf moet wor
den geschud. Dergelijke taferelen be-
Nieuw en St. Joosland
Ned. Christenvrouwenbond
De afdaling Nieuw- en St. Joosland
van de N.C.V.B kwam bijeen in cle
christelijke school. De heer J. A-
Wehrheim besprak het boek „De wer
kers van de elide uur" van Bruce
Marshall.
schrijft Borstlap in een wasechte kleur,
met de taal van de zeeman. Wie dit
boek uit heeft, zal er naar verlangen,
dat de schrijver niet te lang wacht met
zijn voornemen om ook te verhalen, wat
de Nederlandse zeeslepers in de jongste
wereldoorlog hebben gepresteerd.
TOCH zijn er schepen, waarvoor een
sleepboot geen redding kan brengen.
Vele, zelfs zeer vele schepen rekening
houdende met de technische vooruitgang
vergaan op mysterieuze wijze. Ook in
deze tijd nog! En dikwijls voordat de
bemanning in staat is geweest een nood
sein uit te zenden. Die ontstellende
waarheid blijkt uit Opgegeven als ver
mist (uitg. C. de Boer jr.) door Alan
Villiers.
Dit is een boek, waarin de zeer des
kundige schrijver louter de feiten en
op redelijkheid rustende veronderS1*Hin
gen laat spreken. Hij somt, in een ang
stige climax soms, de omstandigheden
op totdat het schip blijkt verdwenen
te zijn, met man en muis, dikwijls zon
der een spoor achter te laten. Met al
leen zee en wind als daders van een
wreed misdrijf.
Villiers reconstrueert zo ook in be
klemmende eenvoud van woordkeuze de
ondergang van de IJmuidense treiler
Catharina Duyvis, de Delfzijlse Coaster
Salland en de Rotterdamse kustvaarder
Westland. Deze drie Nederlandse sche
pen werden op de Noordzee het slachtof
fer van de storm, die op 1 februari 1953
het zuidwesten van ons land teisterde.
Deze bladzijden vullen een leemte op
in de tot dusverre geleverde beschrijvin
gen van de Ramp.
Barend Maaskant.
Van onze correspondent
WESTKAPELLE. De rijpere jeugd
van Westkapelle schijnt wel van een
pretje te houden. Nu wordt hun dat door
de ouderen van harte gegund, mits het
niet al te bont wordt gemaakt. En daar
hapert nog wel eens wat aan. Aldus
wethouder P. Lievens (C.H.U.), die de
ze klacht van verschillende dorpelin
gen, te berde bracht bij de rondvraag
in de vrijdag gehouden raadsvergade
ring.
,,De viering van feestjes en verjaarda
gen dreigt te ontaarden in een wanor
delijke bende", aldus de wethouder, die
enkele staaltjes van nachtelijk rumoer
memoreerde,waarbij de jongelui al te
luidruchtig door de straten waren ge
trokken.
De voorzitter, burgemeester mr. M.
Tydeman, erkende de toenemende balda
digheid van de jeugd en zei dat de poli
tie dusdanige maatregelen zal nemen,
dat het nachtelijk kabaal maken de
kop wordt ingedrukt.
Bij de behandeling van de gemeente
begroting 1958, die kon worden goedge
keurd werd in de notulen aangetekend,
dat raadslid J. de Visser (S.G.P.) zich
tegen de post verzekeringen had ver
klaard.
Wethouder W. Gabrielse (arb. partij)
brak een lans voor het doen uitgeven
van een eigen gemeenteblaadje ter ver
steviging van de onderlinge band.
Voorts sprak hij de wens uit, dat
hoewel er geen bedrag voor op de be
groting is geplaatst er toch eerlang
een badhuis zal kunnen worden ge
bouwd.
Wethouder Lievens zei geschrokken te
zijn van de hoge pensionprijzen die be
taald moeten worden in de verschillen
de rusthuizen op Walcheren. Hij vroeg
zich af of dit niet ten koste gaat van
de gemeenschap.
Voor het openbaar lager onderwijs
werd een bedrag vastgesteld van 32.75
per leerling. Het aantal lesuren vak
onderwijs werd gesteld op anderhalf
per week. Tot onderwijzeres aan de
o.l. school werd benoemd mej. J. Re-
meeus uit Brouwershaven. Voorts werd
besloten tot enkele grondtransacties.
Biezelinge
VER. VOOR KINDERZORG. De we-
kelijkse rondgang voor Kinderzorg" te
Middelburg bracht in de maand septem
ber op f 85,91. Het is de bedoeling de jaar
lijkse rondgang voor goederen in natura
voor dit doel ook dezer dagen te houden.
snor schemeren. Een paar bloesjes ra
ten achterstevoren of binnenstebuiten,
maar verder was alles in orde.
en leermiddelen te halen, ,,er zitten een
paar raddraaiers in, die je wel goed in
de gaten mag houden." ,,Och kom," zei'
ik, „dat zal nog wel meevallen". Ik DAT WAS het begin. We hebben het
grasduinde een poosje met welbehagen goed met elkaar getroffen. Ze grijpen
door de nieuwe leermiddelen. j wat ze grijpen kunnen, die kinderen. En
„Kijk daar eens", zei het hoofd, Ik
hebben eindelijk in Seroei bracht. Het ook zo. Ik vond er mijn goede Sadrach ke'k uit het raam ^,an het bestuurska_
was half vijf, toen we de woestenij in
bezit namen, die vroeger onze lieflijke
bebloemde tuin was geweest. Mans
hoog was er alles opgeschoten, in zes
weken tijds.
Toen men mij de volgende morgen
om half zeven ontdekte, was het eer
ste dat in oprechte bewondering werd
gezegd: „Tjonge, ben je er al?"
ARNEMUIDEN Morgenavond om half
acht hoopt de gemeenteraad te vergade-
ren De agenda vermeldt o.a. een voor- De schoolkinderen haalden de bagage
stel tot het verlenen van ontslag aan een van boord en wüden dat ik onmiddel-
onderwijzer van de openbare school en de
aanbieding van de gemeente-begroting
1959.
lijk opdraafde.
Na een half jaar in de bovenlagen
terug, die op de eerste bank was ge- mertje en zag mijn klas.
kropen, en me stralend vertelde, dat hij er nog op zijn plaats. Een paar jonge
was blijven zitten. ,,Fijn hoor," zei hijz^en hun vingertjes in de
cc inktpot, anderen waren bezig eikaars
trouwhartig, „dan zit ik fijn bij juffrouw bloesjes aan te trekken. Meisjes kropen
en ben ik de knapste jongen van de j onder de banken door. Sadrach zat op
klas." Ik wou hem door zijn krullebol mijn tafeltje en had met inkt een snor
graaien, maar die was er niet meer. j z*3n ®ez getekend.
Pa Wajoi had, voor de zindelijkheid, al „Leuk hè", zei het hoofd en grijnsde
zijn kinderen met gladde bollen het vergenoegd,
nieuwe schooljaar ingestuurd. i
Toek ik het lokaal binnenkwam, zat
,,'t Is een pittig klasje", vertelde het j alles weer recht. Hier en daar hield er
hoofd van de school mij, toen ik met een zijn handen voor zijn gezicht en
hem meeliep om de laatste instructies tussen de vingers door zag Ik een inkt-
het is heerlijk om te geven. Op een
afstand geven' is wat moeilijker dan
dichtbij, maar ik verzeker u, dat het
effect groter is. Mijn geven is normaal,
ik doe mijn plicht, die ik op mij nam
toen ik het contract tekende. Maa»- üw
1SJ. geven, daar vanuit het verre Zeeland,
'heeft iets fascinerends. In de hogere
klassen begrijpen ze iets van de band
die alle christenen samenbindt.
Maar ook wij behoeven niet
alleen te geven, wij mogen ook
ontvangen. Gods zegen ontvan-
vangen wij, wanneer wij gehoor
zaam aan Zijn gebod, de naaste
liefhebben. ,,Wat gij voor de min
ste van mijn broeders deed, dat
deedt gij voor Mij", zegt Jezus.
HUIZEN. Koningin Juliana
heeft eind vorige week in het 150 jaar
oude blindeninstituut te Huizen ge
keken naar enkele meisjes die bezig
waren met pitriet vlechten. Zij maak
te ook een praatje met hen, alsmede
met de leerlingen die boetseerden,
pottenbakten en fietsonderdelen en
sloten monteerden. Ook de oplei
ding tot metaalbewerker had haar
belangstelling.
De Landsvrouwe zag voorts tien
blinde jongens gymnastiek doen- De
oefeningen werden uitgevoerd op
een vloer die is omsloten door een
band plastic dat warm aanvoelt
waardoor de blinden weten waar
zij de wanden van het lokaal nade
ren. Ten overvloede is de vloer om
geven door elastische rubber koorden.
Voorafgaande aan de rondwande
ling door het instituut was er een
herdenkingsbijeenkomst, waarin de
commissaris van de Koningin in
Noordholland de mededeling aeed dat
de Koningin het predikaat konink
lijke had verleend aan het instituut