Een brief uit vacantie-oord, waar men geen geld kent Eet uw brood steeds goed belegd Mej. van de Berg geeft geen les meer aan Sadrach l Ceropegia Woodii; De vakantie van Jan-Jo ipnmu\ MAKKELIJK ROKJE s 4 s s s 5 4 5 4 4 4 5 4 4 Let lantaamp lantie Kinderkopjes 2), meelt 4 4 4 4 4 fr S f Voor Sadrach en zijn vriendjes WEER ONRUST OP BOUWBEDRIJVEN WEER TERUG OP SOESTDIJK ZEEUWSCH DAGBLAD PAGINA 8 Vandaag kreeg ik voor het eerst sinds lange tijd weer een gezellige brief van Mejuffrouw Van den Berg in Seroei. Vat dit „voor het eerst sinds lange tijd" vooral niet op als een verwijt aan het adres van Mejuffrouw Van den Berg, want zeer zeker verdient ze dit niet. Na tuurlijk ga ik u uit die persoonlijke brief niet alles vertellen, dat doet men niet, maar in zo verre het schrijven het school en werkleven in Seroei en het Nieuw-Guinese leven raakt, mag ik er toch wel wat van meedelen. Nu schreef ik in de eerste regeis van mijn weekpraatje wel over onze brief schrijfster in Seroei, maar haar laatste brief kwam van haar vakantie-adres. Waarschijnlijk gaat het u net als mij, maar ik heb de kaart van Nieuw- Guinea niet tot in bijzonderheden in mijn bol, dus haalde ik even mijn oude getrouwe atlas voor de dag om te zien, waar het vakantie-oord rond de War- dammenbaai wel is. Het is een aardige stap van Seroei vandaan en te oor delen naar wat Mejuffrouw Van den Berg vertelt over de communicatie met het overige deel van de wereld is het wel, wat men een „afgelegen gebied" kan noemen. Een geregelde verbinding is er helemaal niet, maar laat het nu zo kostelijk treffen, dat er iemand was, die toch uit dit verlaten gebied er eens op uit moest en die was zo vriendelijk de brieven mee te nemen, opdat die in Manokwari of Biak ge post zouden kunnen worden. En dan te bedenken dat Manokwari en Biak ook al een aardig eindje, misschien wel zover als ons land groot is, van elkaar liggen. MELAATSENKOLONIE Ge ziet, er is wat nodig geweest om de brief bfj mij in de bus te doen glijden. Er is ook geen geregelde ver binding met Seroei, zodat Mejuffrouw Van den Berg maar hoopt, dat er tijdig eens kans komt om van uit Mici weg te komen. Zij schrijft, dat het er heer lijk is, te midden van de natuur en natuurmensen. Maar te midden van die prachtige natuur kan men een me laatsenkolonie vinden. Het moet wel een schrijnend contrast wezen, een natuur, die zo mooi is, dat wij het hier ons niet kunnen voorstellen en te mid den daarvan stakkers, lijdend aan een der vreselijkste ziekten, waarvan men reeds bij het leven de ontbinding kan waarnemen. Vergeleken bij Seroei is het daar rondom de Wandammenbaai nog wel heel achterlijk, enmisschien wel gemakkelijk leven, want men heeft daar geen behoefte aan geld, nu, waar voor zal men zich dan druk maken? En de mensen zijn er zo tevreden als wat. AAN VAKANTIE Dat Mejuffrouw Van den Berg aan vakantie toe was, mogen we wel f f S* f f S f S f S f 4 t f Een makkelijk zittend rokje, waarvoor men maar weinig stof nodig heeft: on geveer 90 cm. a 1.30 cm. breed. Het rok je mag niet ontbreken in onze garderobe. No. 274 is bestemd voor de maten 42-44- 46 (48 op bestelling). Op de linkerhelft van voren vinden wij een diepe halve plooi, welke met een garneernaad wordt dichtgestikt. Wil men de grote zak er opzetten dan heeft men Vt cm. meer stof nodig. ZO BESTELT U PATRONEN Plak aan de adreszijde van een brief kaart, naast en buiten de frankeerzegel, het verschuldigde bedrag (f 1,05) aan geldige postzegels en adresseer deze aan de redactie van het „Zeeuwsch Dagblad", L; ge Vorststraat 90, Goes. Aan de an dere zijde vermeldt u uw naam, adres, maat en nummer no. 274 van het gewen ste model. Plak nooit meer dan f 1,05 aan postzegels extra op een briefkaart, Want wat meer geplakt wordt is waarde loos. Bestellingen onder rembours worden niet aangenomen en de patronen worden niet geruild. De redactie heeft geen pa tronen in voorraad, het persoonlijk ko men afhalen aan ons kantoor heeft dus geen zin. aannemen, want het schijnt, dat men in Seroei van aanpakken moet we ten. Zo en passant Vertelt ze, dat ze was overgeplaatst naar de opleiding voor onderwijskrachten. Dat lijkt me wel een geestelijke krachttoer te zijn, om zo zonder enige adempauze te moeten overschakelen op geheel andere eisen en methoden voor het lesgeven. Al wordt daarover met geen woord gerept, dan kunnen we voor onszelf wel deze gevolgtrekking maken, dat er beslist geen teveel aan krachten is. En dat in een klimaat, waar welis waar geen tekort aan zonneschijn is, zoals bij ons, maar waar zeker een te veel aan warmte is, wat niet bepaald stimulerend werkt, hoewel men dit in de brief niet merken kan, want al va kantie houdend, is Mejuffrouw Van den Berg toch al in de weer voor het komende Kerstfeest voor de Seroeise kinderen ener is ook een belofte dat ze weer eens een brief, die voor ons allemaal bestemd is, zal schrijven Daar gaan we nu naar uitkijken. Als het wat lang duurt zal dit niet aan de briefschrijfster liggen, maar aan het feit, dat er geen verbindings draadje is met een plekje, dat contact heeft met de grote wereld. En ja.... als het alléén de afstand was, dan zou je met de moed der wanhoop kunnen starten met de wandeltocht naar Se roei, maar er ligt ook nog een heel brok water tussen! En al wordt er van onderwijskrachten op Seroei veel ge vergd, je kunt bovendien niet eisen dat ze kampioenzwemmer of -zwem ster zijn, zodat ze een slordige paar honderd kilometer gaan zwemmen om in hun „bewoonde" wereld te komen. VOOR SADRACH Al is Mejuffrouw Van den Berg aan een andere school, ze leeft toch nog met haar oude kroost mee en Sadrach' zal zijn juffrouw ook nog wel weten te vinden. Ook door deze brief merkt men wel hoe uiterst sober alle leven daar in dit verre gebiedsdeel, dat bij ons hoort, nog is, daarom betekent het niet alleen voor de kinderen, maar evenzeer voor hen, die daar werken, een geweldig en feestelijk evenement, als wij er voor zorgen, dat de kinderen een verrassing kunnen krijgen, want juist wie daar wil werken, staat wel met heel zijn hart achter dit werk en die zal er naar hunkeren om behalve, dat men zich geheel aan die kinderen geeft, toch ook iets te kunnen doen, dat in dat schamele leventje van die kinderen zo geweldig lijkt. Daarom durf ik weer in alle vrij moedigheid de bedelnap opheffen, om van elk een kleine gave te krijgen, die toch met elkaar iets groots tot stand kunnen brengen. Dat is toch wel mo gelijk in ons goede 7«»laud? MAJA. Ceropegia woodii pleegt men ook wel het lantaarn plantje te noe men; de typische bruine bloempjes doen in vorm wel aan een lantaarn tje denken. Het behoort tot de vetplantjes en u moet er dus we' rekening mee houden dat er niet te veel gego ten mag worden; vooral in de win termaanden dien! men met gieten wat voorzichtig heid te betrach ten. In de zomermaan den kan het plantje vrij veel water hebben; ze vindt het dan ook wel prettig in dien ze eens om de veertien da gen een weinig bemest wordt; de bekende kamer- plantenkunstmest kan men voor dit doel heel goed go- bruiken. Ceropegia woodii verlangt 'n kalk- rijke, voedzame grond en mag vooral geen half verteerde bladdelen bevat ten; overigens stelt ze niet zo veel eisen. Ze heeft ook niet zo veel warm te nodig; een matig verwarmde en vooral lichte kamer is voor haar al wel voldoende. Voortkweken door middel van stekjes is heel goed mogelijk; wan neer men van volgroeide planten en kele rankjes wegneemt zullen die in een potje met zanderige tuingrond vrij Ceropegia woodii of het Lantaarnplantje gemakkelijk wortels vormen. Het plantje kan 's zomers ook best in de volle zon gekweekt worden. Er zijn verschillende Ceropegia soorten, doch deze komt toch wel het meest voor. Liefhebbers van cactussen en vetplan- ten zullen u wel aan een plantje kun nen helpen. Wat onze maaltijden betreft maken wij het ons heel wat gemakkelijker dan onze collega-huisvrouwen in het buitenland. Waar zij tweemaal, soms wel drie- of meermalen in de keuken staan om warme gerechten klaar te maken, vinden wij één warme maal tijd al voldoende. Een tweede brood maaltijd zoals wij die klaarmaken, vindt men daarentegen over de gren zen maar saai en eentonig, 's Lands wijs is nu eenmaal s lands e'er. Wat voedingswaarde betreft be treft behoeft ons dagmenu van twee broodmaaltijden en één warme maaltjjd niet achter te staan bij de twee warme maaltijden en één broodmaaltijd elders. Maar dan moe ten we onze broodbelegsels wel met zorg kiezen. De belegging maakt de boterham niet alleen lekkerder, maar helpt ook mee om de voe dingswaarde ervan te verhogen. Een eiwitrijk gerecht mag eigenlijk bij geen broodmaaltijd ontbreken. U kunt 't zoeken in de bekende vleeswa ren, vis, kaas, pindakaas of een eier- gerecht, zo uit zakje, pakje, pot of blik. V kunt het ook zelf klaarmaken. Van vlees bijvoorbeeld een min of meer pittige ragout, een huzarensla- tje, een vleespannekoek of vleeskoek jes. Een rest gekookte stevige groente met bakken vis met mayonaise of slasaus is zeker lekker op de boterham. Met stukjes tomaat of appel gecombineerd kunt U er een visslaatje van maken. Inplaats van haring zonder meer zal een haringsla (met aardappel, appel en desgewenst biet) ook best smaken. Viskoekjes van vis met aardappelen, rijst of oud brood zijn geschikt voor koude dagen. Behalve eiwitrijke lekkernijen op 't brood zijn ook beleggingen van groen ten en vruchten gezond en smakelijk. Het eenvoudigst is natuurlijk die zó te geven, eventueel in plakken gesneden. Zij laten zich met weinig moeite tot gezellige hapjes verwerken. Met toma ten is dat al heel gemakkelijk: gevul de tomaten kunnen koud worden op- diend (met als vulling een groente-, vlees-, vis- of eislaatje) of warm (ge vuld met een ragout of pikante aard appelpuree of rijst). Een rest gekookte stevige groente met mayonaise of slasaus en wat gehakte augurk vormt een goed boterham smeersel. Van dezelfde ingrediënten kan een slaatje worden gemaakt; zij worden daarvoor minder fijn gesne den. Vruchten kunnen vooral 's zomers heel goed de plaats van zoete beleggin gen innemen. Jan is toch wel blij als de dinsdag weer voorbij is, want het is een best ding als het in een winkel druk is, maar dinsdags loopt je hoofd wel om. De donderdagmorgen is echt kalm en hij is bezig verschillende vakken bij te vullen. Net komt hij met een vracht je pakken havermout van uit het ma gazijn de winkel binnen als er juist twee dames binnenstappen. Daar is dus De eindstand van vorige week, die dus de beginstand van deze week vormt, gaf het bedrag te zien van f 208. Deze week heb ik jammer genoeg niet veel gevallen te melden, doch is er wel iets verblijdends, want bij die paar gevallen zijn twee „dikke", zo dat we met drie inzendingen toch nog f 18,25 bij elkaar kregen. Zo hebben we dus nu f 226,25. Fran- cientje O. en haar nichtje uit Se- rooskerke stuurden samen f 6,25. Dat is fijn, want dat gaf weer een stoot in de goede richting. Ook Zoutelan- de hielp mee, want de heer J. gi reerde f 2 voor ons zwarte jongske en ten slotte kregen we nog f 10 van ja van wie? Het was weer een familielid uit de kring van N.V., wo nend in Wolfaartsdijk. Deze drie heel hartelijk dank voor hun bijdrage, die juist nu, waar we van weinigen iets binnenkregen, de moed er inhielden, zodat we weer zeggen: „Hier is het gironummer 274289, ten name van ons Zeeuwsch Dagblad, en vermeld er even bij, voor Maja's Sa drach, dan weet men op ons kran tenbureau ineens waar het voor be- stemd is, wat werk uitspaart". MAJA. een klant voor hem bij, want er is de ze morgen maar één winkeljuffrouw en mijnheer Van Noord is op reis voor de zaak. Maar een klant bezorgt Jan nu geen kippevel meer. Hjj zet handig de havermout in het daarvoor bestem de vak en.hij hoeft niets te vragen, want een alleraardigst jong mevrouw tje gaat wat aan hem vragen. Ze lijkt Jan nog zo jong, dat hij naast jonge dame tegen haar giezegd had, maar de winkeljuffrouw, die de andere klant helpt schijnt Jans mevrouwtje te ken nen, want ze groet beleefd: „Dag me vrouw", wat Jan voor een fout be waart. „Dag mijnheer", groet zijn klant vriendelijk, voor zij hem raad gaat vragen. „Hoort u eens mijnheer (Jan gaat op zijn tenen staan om zo groot te lijken als een echte mijnheer) ik wil nu na onze vakantie voor het eerst mijn blank-eiken meubelen eens een wrijfbeurt geven, welke was raadt u daarvoor aan?" Jan heeft er totaal geen begrip van, wat je met zulke meubelen moet aan vangen om ze netjes te houden, maar dat mag je niet tegen een klant zeg gen enals hij'zich haast rood voelt worden van angst, dat hij weer eens voor gek zal staan, weet hij wat te doen. „Mevrouw, een ogenblikje, onze juf frouw", en hij wijst naar de winkeljuf frouw, die de andere klant helpt, „weet juist van alle soorten was van alles af, die zal ik even vragen." De winkeljuffrouw, die Jan een kra nige kerel vindt, omdat hij dit voor hem zo vreemde baantje met zoveel ijver waarneemt, helpt kwiek haar mevrouw weg en zij weet zoveel te vertellen wat de mevrouw met haar nieuwe blank eiken meubeltjes moet doen, dat Jan met respect naar haar les luistert, en hij vindt, dat je in een kruidenierszaak elke dag heel wat wij zer wordt. Dat vertelt hij natuurlijk onderweg weer aan Jo. Waarvoor ben je anders een tweeling. Als hij tenslot te zijn mening weergeeft door te zeg gen, dat je elke dag zoveel wijzer wordt in een winkel, dan spreekt Jo de hoop uit, dat hij nu in het vervolg thuis moeder en haar, want zij wordt immers hoe langer hoe meer, moeders Ingezonden mededeling (adv.) Babyderm Haarwater (Haar- groei-tonic) legt reeds in de jeugd de basis voor een gezonde haargroei. Flacon f 1.90. Voor lange tijd toereikend. Babyderm Kinder-Shampoo: Geen traantjes meer, niet scherp voor de oogjes. Toereikend voor ±60 wassingen. Flac. f. 1.25. Alleen In Apoth. en Drogisterijen. De meelprimula in volle bloei Zij, die naar school of werk brood meenemen, komen gewoonlijk niet voor zo'n aardigheidje in aanmerking. Toch verdient hun boterham speciale aandacht. Vooral voor kinderen is dat van belang. Als U Uw kinderen niet het brood en de beleggingen voor een behoorlijke maaltijd meegeeft en ze alleen van geld voorziet om zelf hun inkopen voor hun twaalf-uurtje te doen, is er grote kans, dat zij zich be perken tot droge kadetjes of zoete broodjes. Niet alleen is dat duur, maar de voedingswaarde van zo'n maaltijd is kleiner dan van goed-belegd brood. Bovendien verzadigt zo'n 12-uurtje minder. Geef, als er eens geen brood meer is, in ieder geval wat belegging mee. Die kan dan bij of op de zelf-ge kochte boterham gegeten worden. Een vrucht of tomaat geven wij ook gere geld aan de overblijvers mee. Als er geen gelegenheid is, om melk of een melkdrank te kopen, dan ver dient het aanbeveling deze van huis mee te nemen. Af en toe een gezellig extraatje bij voorkeur niet steeds snoep zal de moed er zeker in houden. De meelprimula wordt door de bloe mist Primula mala- coides genoemd; een zeer mooie en rijk bloeiende primula die tegenwoordig in verschillende kleu ren voor komt. Het lila is al lang be kend; ros ook, doch tegenwoordig komen ook zeer grootbloe- mige soorten voor en vooral de rode tinten moet men onder die zoeken. Deze kleinbloemi- ge primula die ook wel een etageprimu la genoemd wordt bloeit dat het een lieve lust is, doch u moet er maar een klein beetje reke ning mee houden dat de bloemist ze niet warm gekweekt heeft en dat ze dus bij u ook niet in een normaal verwarmde kamer geplaatst moeten worden. Ze staan over het alge meen in een matig verwarmde kamer veel beter; de bloe mist heeft ze meest al in kleine potjes gekweekt en ze heb ben dus spoedig last van de droogte. Er zal dus dagelijks wel gegoten moeten worden, doch doe het dan zo dat de bladeren niet vochtig worden en dat er vooral ook geen wa ter in het hart terecht komt. Deze primula zal u geen uitslag ver oorzaken zoals de grootbloemige soor ten wel kunnen doen. Het is bovendien een plantje dat niet veel 'ruimte in de vensterbank in beslag neemt en ik kan u deze dus wel aanbevelen. Op de bouwwerken in Amsterdam West is het gisteren na het middag schaftuur onrustig geweest, maar tot een algemene protestactie van een hal ve dag staking tegen de nieuwe C.A.O. is het niet gekomen. Op verschillende objecten legden de arbeiders het werk neer. Ongeveer 300 man trokken van west naar zuid. Verder kwam men niet, want de politie, die voorzorgs maatregelen had getroffen, maakte de demonstranten duidelijk dat men niet verder mocht trekken en zij verspreid den zich. hulp, veel zal laten genieten van zijn nieuwe wijsheid, waarop Jan zwijgt en Jo stiekum lacht, want ze kent deze broer zo goed. Als straks de school weer begint is er met Jan-broer geen huis te houden, want dan zit hij van de morgen tot de avond met zijn neus in de boeken, en dan kijkt hij, of je hem een miljoen te leen vraagt, als je even verzoekt om een karweitje te doen, waarvoor geen andere handen op dat ogenblik beschikbaar zijn. Tot Jans eer moet gezegd, dat hij dan ge willig zich aan het werk begeeft maar vraag niet wat er soms van terecht k°Als je het zo druk hebt, wat vliegt de tijd dan met een vaart voorbij. Jan en Jo kunnen het werkelijk niet be grijpen, dat ze nu vijf volle weken gewerkt" hebben. Nu ja, van die vijf weken moeten ze nog twee dagen vol maken en dan krijgen ze nog echt een week vakantie. Vader heeft leuke plannetjes voor die laatste week. Hij neemt dan ook een week vrij en dat is al een feest, want vader weet altijd wat leuks te verzinnen. En dan, als het hele span weer naar school gaat, zal moeder thuis komen. Die heeft al geschreven, dat zij zich weer zo sterk als een reus voelt. Die laatste dagen van werken in hun baantje heeft Jan het niet zo druk meer over zijn erva ringen, maar hij is al bezig uit te re kenen welke boeken hij voor zijn eigen verdiende geld zal kunnen kopen Jo heeft ook een verlanglijstje klaar, ze mogen het geld voor zich zeH be steden, als ze er tenminste geen dwaze dingen voor kopen. Maar daarover zijn vader en moeder niet ongerust ge weest. Ze kennen hun oudsten wel. Jo zal er een mantel voor kopen, dan hoeft ze die oude jas niet meer aan, die toch eigenlijk wel wat nauw ging zitten. Fijn nou hoeft vader niet zoveel geld uit te geven daarvoor. Jan trekt rimpels in zijn voorhoofd, als hij van Jo's plan hoort en een beetje minach tend vraagt hij wat je in de wereld nou aan een nieuwe jas hebt. Die ver slijt'je toch weer. Jo neemt niet de moeite met Jan daarover verder te praten, want daarvan begrijpen jon- gens geen biet. Wel vertelt ze, dat zs in ieder geval zal zorgen, dat ze voor moeder een klein cadeautje kan kopen van haar eigen geld. Dat zal leuk zijn bü moeders thuiskomst. Jan wordt in eens rood tot onder zijn haren toe. Een beetje verlegen kijkt hij naar Jo en zegt dan op een jongensachtige kwade manier: >.N°U je had me wel er is mogen waarschu wen, want anders had ik niks gehad. Ik hoef ook eigenlijk niet alle boeken te kopen, waarin ik zin heb. Wat zou ik voor moeder kopen?" Nou dat is een vraag, waarop Jo met direct een antwoord weet, maar als ze de laatste avond van hun werk naar huis fietsen, worden ze het roerend een, dat ze b.eter samen wat moois kunnen geven en dan weet Jo wei, aat moeder een tinnen beker om bloemen in te zetten zo mooi vindt. Dan is voor Jan de zaak eenvoudig genoeg. Als moeder dat mooi vindt zal ze die hebben. Als ze thuis komen staat altijd net eten al klaar en kunnen ze meteen beginnen. Maar als ze de laatste avond van hun werk thuiskomen kijken ze een beetje verwonderd naar de tafel. Het is net of het een beetje feest is.. Vader ziet hun verwonderd kijken wel en hij zegt: „Ja Jan-Jo, we heb ben het een klein beetje feestelijk ge maakt en dat mag ook wel nu onze twee oudsten zo kranig gewerkt heb ben in hun vakantie. Dat moet een beetje gevierd worden." Vader zegt niets meer maar Jan-Jo voelen aan de manier waarop vader het zegt, hoe hij hun aanpakken ge- waardeerd heeft en daar worden ze eigenlijk verlegen onder, wat vooral bij Jan gauw verdwijnt als hij, na het gebed, zich te goed mag doen aan een extra lekker hapje. Nog een week met verrassingen, waarin vader onuitputtelijk is. Dan komt weer het gewone leventje van schoolgaan en bergen huiswerk. Maar dan is er ook die ene avond, waarop het echt feest is, want Moeder zit weer net als vroeger op haar eigen plaatsje aan de tafel. Vader heeft de tuin ge plunderd om er een feesttafel van te maken. Jan-Jo zetten hun pakje voor moe der neer en Jan moet toch even zeg gen, dat ze het van hun eigen verdien de geld hebben gekocht. Eerst is moe der even stil, maar dan komen de ton gen los en Jan weet weer nieuwe ver halen te geven over zijn tijd als win kelbediende, waarom ze, vooral met moeder er weer bij, zó moeten lachen, dat het eten haast even vergeten wordt. Opeens stopt Jan midden m een verhaal om nu in ernst te zeggen, dat hij volgend jaar weer terug mag ko men dan als ervaren helper bij mijn heer Van Noord, waarop Jo haastig gaat zeggen, dat ook zij dan weer „ge zinhulp" mag zijn bij mevrouw. Vader en moeder zeggen hierop niets, maar aan de manier, waarop zij naar hun oudsten kijken voelen deze wel, dat het, door zo te werken toch een goede vakantie is geweest. En daar zijn ze blij mee, vooral ook toen Jan naar zijn nieuwe boeken keek en Jo met haar nieuwe jas er tegen kon m een stormwind. En Jan beweert ook nog, dat hg over die weken later een boek zou gaan schrijven, waarvan aankomende winkelbedienden heel wat zouden kunnen leren, wat hem een plukje van zijn haar kost, omdat Jo, daar als ant woord, eens flink aan heeft getrokken. EINDE. H.M. de Koningin en de vier Prinses sen zijn donderdagmiddag tegen 18 u. per vliegtuig van de vakantietocht op de Middellandse Zee op Paleis Soestdijk teruggekeerd. Prins Bern- hard zal de terugtocht per auto ma ken, daar hij eerst nog een bezoek zal brengen aan de Ferrari-autofa- brieken in Modena (noord-Italië).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1958 | | pagina 8