Wat er in de wereld woed'
toch is het God, Die wint
Bijbellezing voor de radio
Redacteuren kunnen hun
eigen kerkblad niet lezen
Unieke verschijning
Gastvrijheid voor Jehovagetuigen?
GELEZEN OP SCHOUW IN DIRECTIEKANTOOR:
„NIEUWS" UIT
INTER VIEW
PUNTJES EN GAATJES
5
5
5
4
5
4
Jezus heeft de wereld overwonnen
Gedenksteen C.N.V. op
graf van Kruithof
rt Begint al bij de
kleuters
Zending in zorg
DE KERK
VANDAAG
Er zijn nog andere
faculteiten
Blijf in eigen
parochie
4
4
4
Ijjeterda^
26 juli 1958
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 9
Het gedeelte uit het derde vers
van Gezang 121 was voor mij een
realiteit niet alleen, maar ook in
Overeenstemming met de beloften
In Gods Woord.
Daarom plaatste ik het als
wandschildering boven de schouw
op mijn kantoor.
Toch wist ik toen niet, dat deze
regels aanleiding zouden worden
tot vele gesprekken-
Ik realiseerde mij eerst later
(Jat mij verantwoording zou wor
den gevraagd van dit getuigenis
want dat is het.
Dit blijkt uit de volgende vragen en
opmerkingen:
„Dat is een mooi vers, mijnheer, als je
gelooft, dat het zo is tenminste".
„Waarom heeft U dat boven Uw
Schoorsteenmantel geschreven; gelooft
y werkelijk dat het zo is? Er is name
lijk niet veel van te bemerken
„U gelooft dat toch zeker zelf ook niet
meer, mijnheer? Bent U er daarom met
Uw rug naar toe gaan zitten?"
„Is het nu een hoop of een realiteit?
Immers het zweeft zo hoog in de lucht
en zonder stoel kun je er niet bij!"
Ja, dit zijn zo de opmerkingen: iro
nisch, ongelovig, maar stuk voor stuk
toch ook getuigend van een verlangen
naar zekerheid of een vast punt in deze
gistende, moeilijke wereld.
Gelukkig is er een enkele onder, die
na het lezen blij wordt, en instemt door
te zeggen: „Wat doet me dat goed, dat
ik dit op een directiekantoör mag lezen,
want ik neem aan, dat U hier achter
staat!"
Ja, en zo is het ook; ik voel het als
een groot voorrecht dat dit de achter
grond" van mijn gehele leven geworden
is, want ik heb het zo vaak reeds er
varen in mijn uiterst bewogen leven.
Dit geldt namelijk niet alleen voor de
wereld, maar ook voor het leven om je
heen en voor het leven in je eigen hart.
Het is één en al strijd, tegenstand,
negativisme en angst en achter dit alles
staat: zonde.
Als wij tegen dit alles gaan vechten,
dan worden we dat zo moe en worden
wij verbitterd en verliezen deze strijd,
omdat de overmacht, de overste dezer
wereld, te sterk voor ons is.
De mens gaat daaraan kapot, gezien
de volle inrichtingen voor geesteszieken,
het aantal bezoeken aan psychiaters, het
aantal zelfmoorden, echtscheidingen, ver
stoorde compagnonschappen, conflicten
enz.
Met al zijn kunnen op wetenschappe
lijk, organisatorisch, technisch en soci
aal-cultureel gebied blijft die angstige
mens dodelijk vermoeid en diep on
gelukkig. Hij is geconcentreerd op de
wereld, die hem alles schijnt te bieden,
maar aan zichzelf te gronde gaat, waar
in haat en afgunst, leugen en geweld
woeden.
Hij is vergeten, dat God deze wereld
alzo lief heeft gehad, dat Hij Zijn eenig-
geboren Zoon heeft gezonden, opdat een
ieder, die in Hem gelooft niet verloren
behoeft te gaan, maar eeuwig leven
hebbe.
Omdat het bloed van Christus van
zonden reinigde!
Omdat Hij overwonnen heeft!
Omdat Hij beloofd heeft, weder te ko
men.
Omdat Hij een nieuwe hemel en een
nieuwe aarde belooft, waar die geredde
mens in harmonie met God, zonder
angst, zonde en verdriet in eeuwigheid
zal kunnen leven.
Het komt er op aan, dat wij dit ge
loven. Dit is misschien moeilijk voor een
geslagen en verbitterd mens, voor een
eel knap wetenschapsmens, voor die
hard geworden zakenman of voor die
ontnuchterde kerkelijke arbeider, die
zoveel gezien heeft.
Maar God heeft een plan voor wereld
en eeuwigheid.
,Dit plan is vastgelegd in de Bijbel. Een
boek vol ernstige waarschuwingen, vol
oordelen en profetische uitspraken, maar
ook een boek vol liefde, nodigingen en
beloften.
Hebben wij nog steeds niet geleerd,
dat mensen onbetrouwbaar zijn en wij
dus op hen of op onszelf niet moeten
bouwen?
"Wordt het niet hoog tijd, dat wij onze
hand gaan leggen op de beloften in God's
Woord en „ja" gaan zeggen op zijn uit
nodigingen en gaan gehoorzamen aan
Zijn wijze lessen?
Hij is immers heilig en rechtvaardig.
Hij kan niet liegen.
HET IS ONGEVEER zes jaar ge- i
leden, dat een onzer redacteuren J
een gesprek had met de directeur y
van een in Aalten, in de Gelderse i
Achterhoek gevestigde fabriek. De
aandacht van de bezoeker werd tel-
kens weer getrokken naar een i
wandschildering boven de schouw;
een wandschildering met deze J»
woorden: „Wat er in de wereld
woed, tocii is het God, Die wint"
Het besprokene tijdens dit inter-
view is vopr een groot gedeelte L
uit de herinnering verdwenen. De J
woorden van de schildering zullen y
echter nooit vervagen. Het is goed i
voor journalisten, die het nieuws
uit deze kokende en gistende we-
reld hebben te verzamelen en door
te geven, voortdurend te denken
aan de op de Aaltense schouw ge
schilderde woorden. Maar zou het
ook voor lezers van de krant niet
van het allergrootste belang zijn
zich deze woorden voortdurend te
herinneren?
Verleden week, toen de spanning
in het Midden-Oosten van uur tot
uur steeg, hebben wij bij Van Kat-
wijk's Papier- en Cartonverwer-
kende Industrieën te Aalten een
foto laten maken van de schouw in
het directiekantoor.
Wij hopen, dat U bij het lezen
van de krant en het luisteren naar
de nieuwsberichten dikwijls aan
deze foto zult denken.
De heer Van Katwijk heeft voor
de lezers van ons blad, een per- 3,
soonlijke getuigenis geschreven, dat J
men hierbij aantreft.
Ingezonden mededeling (Adv.)
Altijd gaaf huidje
POEDER -ZALF-OLIE-ZEEP
(Van een onzer verslaggevers)
De gehele Verbondsraad van het C.
N.V. was maandagmiddag aanwezig op
de alg. begraafplaats in Utrecht, toen
daar de gedenksteen op het graf van
de gewezen voorzitter en ere-voorzit-
ter van het vakverbond, de heer K.
Kruithof, aan de familie werd overge
dragen. De Verbondsvoorzitter, de heer
M. Ruppert verrichtte deze Overdracht
met een korte toespraak.
Hij verklaarde, dat de uitdrukking
.plicht der dankbaarheid" wel zeer
juist de gevoelens weergeeft, die op dit
moment in de harten van alle C.N.V.-
ers leven. Het is voor het Verbond een
ere-plicht om de herinnering aan
Kruithof ook op deze wijze levendig te
houden. Getracht is om in dit monu
ment iets weer te geven van de per
soonlijkheid van de overleden voorzit
ter. Het is daarom sober, sterk en ge
tuigend.
De heer H. Kruithof uit Alkmaar
aanvaardde namens de familie, waar
van vele leden bij de plechtigheid aan
wezig waren, dit gedenkteken. De
zwart marmeren steen bevat onder het
C.N.V.-embleem de woorden „Ter ge
dachtenis van Klaas Kruithof, van 1
april 1916 tot 16 oktober 1935 voorzit
ter van het Chr. Nationaal Vakverbond
in Nederland. Daarondft- staat de tekst,
die Kruithof tot zijn levensdevies
maakte: „Vrees God en houd Zijn ge
boden".
Wij leven in een wereld vol spannende
gebeurtenissen.
Gelden de profetieën in Ezechiël 38 en
39 voor deze tijd?
Want ieder, die Christus heeft
aanvaard als Verlosser en Zalig
maker en Hem als Koning en Heer
heeft geplaatst op de troon van
zijn hart, weet dat deze wereld ten
einde loopt en tenondergaat, maar
dat zijn ziel als door vuur heen ge
red is, omdat Jezus deze wereld
heeft overwonnen en zijn leven
gered heeft.
Hij mag gaan staan in de over
winnende kracht van Christus en
een overwinningsleven leiden. Van
nu af aan! Daar gaat hij niet aan
kapot, maar hij leeft! 1 Joh. 5 11
13.
D. VAN KATWIJK,
Voorzitter Chr. Zakenlieden Ge
meenschap, Ned. afdeling van
Christian Bussiness Men's
Committee International
Ingezonden mededeling (Adv.)
Nadat hij een bijbellezing voor de ra
dio had gehouden, deed ds. J. T. Door
nenbal van Oene daarvan verslag in 't
Kerkblad van de Hervormde gemeente
in de classis Harderwijk. Wij lezen:
Van veel collega's die voor de radio
gesproken en gespreekt hebben, heb ik
gehoord van stromen brieven die ze
kregen van mensen die met genoegen
en zegen hadden mogen luisteren. Zelf
heb ik na mijn radiowoord van enkele
weken geleden één ansichtkaart gekre
gen, twee briefkaarten, en een paar brie
ven. De oogst was indrukwekkend klein.
Er zijn nu eenmaal goeie dominees en
minder goeie.
Frappanter nog dan het geringe aan
tal was de aard der reacties zelf. Eén
juffrouw vroeg hoe 't bestond, dat ik
dominee in de Hervormde kerk kon zijn,
die toch kennelijk een slechte kerk is,
omdat er leervrijheid is en allemaal
bioscoop; een ander greep de gelegenheid
aan om mij uitvoerig in te lichten over
haar kansen om tot een trouwdag te ko
men. En zo meer! Maar er waren toch
enkele erg aardige brieven die me goed
deden en waarvoor ik dankbaar ben.
Het was de eerste keer in mijn leven
dat ik voor de radio sprak. Natuurlijk
heb ik mij tevaren voldoende zenuw
achtig gemaakt, mezelf ingebeeld, dat 't
allemaal één grandioze mislukkig zou
worden en dat ik mezelf tot één on
sterfelijke aanfluiting zou maken. Na
tuurlijk moest ik ook in Hilversum de
verkeerde kant oplopen en aan 't an
dere einde van de stad uitkomen, zodat
ik jachten moest om nog op tijd te zijn,
en tranen zweette toen ik de studio be
reikte.
Wat mij het meest is opgevallen en me
ook bijzonder heeft getroffen, is, dat,
hoewel je helemaal alleen zit en zomaar
tegen de microfoon praat, je toch op een
andere manier de mensen voor je krijgt,
veel duidelijker zelfs dan zondags op de
preekstoel. Dan komt die je voor de
geest en dan die, al weet je niet eens
of ze wel luisteren. Er is een heel bij
zonder contact en je wordt niet gehin
derd door slapers of mensen die zich
zitten te vervelen. En mischien voel je
ook een beetje de onzichtbare tegen
woordigheid van hen die met je meele
ven en je dragen in him gebed in al je
hulpeloosheid. Voor mij is dit een zeld
zame verrassing geweest!
„Jezelf gedrukt te zien", riep
laatst een dominee uit, „dat blijft
altijd een aparte belevenis". Velen
die af en toe iets publiceren, zullen
dit beamen. Zij, die dagelijks
schrijven, staan er een beetje an
ders tegenover. Ja, een aparte be
levenis kan het voor hen soms zijn,
als zij ontdekken wat voor krassen
het zetfoutenduiveltje op hun „ga
ve" werkstuk gemaakt heeft!
Om bij de dominees "te blijven: velen
van hen schrijven geregeld in het een of
andere kerkblad. Meestal zullen zij het
geschrevene wel nalezen. Maar nu zijn
er ook enige predikanten, die met de
beste wil van de wereld de door hen in
gestuurde kopij nooit kunnen terugle
zen in het kerkblad, waaraan zij hun
medewerking geven. Zelfs al zien zij het
gedrukt voor zich, ze zijn toch niet in
staat om te lezen wat zij zelf geschreven
hebben.
Het raadsel is gauw opgelost, wanneer
wij u vertellen dat het hier gaat om het
maandblad De Levende Kerk, een inter
kerkelijk orgaan ten gerieve van blin
den. Het wordt dus gedrukt in braille
schrift. De predikanten kunnen het niet
nalezen en de redacteur, een journalist
te Utrecht, al evenmin. Wil hij iets na
kijken in een oud nummer, dan moet hij
bladeren in het zogenaamde „zwart-
schrift", dat is de oorspronkelijke kopij
van elk nummer, die hem maandelijks
door de braille-drukkerij van Sonne-
heerdt te Ermelo, wordt teruggestuurd.
Deze redacteur ontvangt soms tarieven
van lezers, waarmee hij even. moeilijk uit
de weg kan als een blinde met een ge
wone brief; dat zijn dan namelijk brie
ven in braille. De redacteur moet voor
het „lezen" van deze brief de hulp in
roepen van een blinde, die hem vliegens
vlug de vertaling levert. Want een ziende
staat altijd weer verbijsterd als hij ont
dekt, hoezeer een blinde zich met de vin
gers weet te behelpen. Het woord „fan
tastisch" is hier allerminst overdreven.
Wanneer het Comité Kerkelijke Lec
tuur in Braille vergadert, maakt de se
cretaris, de heer K. Heeringa te Gronin
gen, notulen. HU neemt een stnk papier,
legt daar een soort roostertje over en
prikt met grote snelheid gaatjes in de
vakken. Wil men aan het eind van de
vergadering nog enen weten wat er pre-
Om een groot aantal van hun aanhangers in
de gelegenheid te stellen het grote congres te
Rotterdam bij te wonen, bellen jehovagetuigen
in Rotterdam en omliggende plaatsen huis aan
huis aan, met verzoek een of meer deelnemers
te herbergen.
Niet altijd is men zo eerlijk om er bij te ver
tellen waarvoor het logies dient. Soms wordt
gezegd, dat het gaat om een grote vergadering
van de „christelijke zending". Daarom waar
schuwt ds. J. Bouterse, hervormd predikant te
Vlaardingen in de Zondagsbode tegen deze
praktijken. Hij wil echter niemand beletten om
een congressist te herbergen; dat moet ieder
voor zichzelf uitmaken. Maar wel meent hij,
dat gastvrouwen en gastheren dienen te weten,
wie men in huis krijgt.
Weet men echter, dat het jehovagetuigen zijn,
die men gastvrijheid verleent, dan zou het om
eert. ideëel doel moeten zijn. Zoals iemand be
doelde, die schreef dat jehovagetuigen niet al
leen mensen met een valse leer zijn, maar ook
mensen, levend in een krampachtige afweer
houding vol ressentiment. Men zou aan deze
lieden, door hen te ontvangen, kunnen laten
zien, wat het evangelie in ons bewerkt.
Ds. Bouterse kan zich in deze redenering ver
plaatsen, maar men moet haar niet willen gron
den op teksten als Matth. 25 35: „Ik was een
vreemdeling en gij hebt Mij geherbergd", of:
Hebr. 13 2: „Vergeet de herbergzaamheid niet"
Op deze plaatsen gaat het namelijk om de liefde,
die wij hebben te betonen aan noodlijdenden,
aan de verworpenen. Daar horen de jehova
getuigen die ook nog een paar dagen uitgaan
echt niet bij. Veel meer van toepassing is 2
Joh. 1 711, waar staat dat men degenen niet
in zijn huis moet ontvangen, die ontkennen dat
Christus in het vlees is gekomen. Al moge het
gevaarlijk zijn, dat zulke teksten automatisch
worden toegepast op alles wat wij voor ketterij
gelieven uit te maken, feit is dat ook het con
tact met jehovagetuigen voor velen verzoekin
gen met zich meebrengt.
Daarom meent ds. Bouterse, dat hij die zijn
huis voor jehovagetuigen openstelt, dit doen
moet als een mens, die voor het evangelie wil
uitkomen. Hij dient dan ook te beseffen, dat het
in veel gevallen een dodelijk vermoeiende zaak
is en nachtwerk wordt om met jehovagetuigen
te spreken.
Maar wanneer men deze mensen uitsluitend
logies wil verlenen, zonder met hen over het
evangelie te spreken, dan raadt ds. Bouterse het
af. „Het lijkt mij niet juist om antikerkelijke
propagandisten in huis te halen, zonder als lid
van de kerk je getuigenis daartegen te laten
horen", besluit hij.
prof. W. Kremer van Apeldoorn er teresse van chr. geref. zijde mag re
in De "Wekker op, dat deze instel- kenen, al was het dan maar om de
ling voor hoger onderwijs enig ge- andere faculteiten, speciaal de me-
noemd kan worden in de wereld. dische.
Toch hebben en houden de chris
telijke gereformeerden bezwaren
tegen de omschrijving van de
Een onderwijzeres te Greifswald grondslag en de plaats, die de theo-
in Oost-Duitsland heeft zich al lang logische faculteit in het kader der D> doopsgezinde zending, die op
gestoten aan het feit, dat kinderen wetenschappen daar heeft. Toch is en Nieuw-Gumea arbeidt, zal
van een kleuterschooltje zo vaak In de V.U. belangstelling en meeleven uit jaar een bedrag van f 129 965.
hun spel kerkelijke trouw- en doop- van christelijk gereformeerde men- not"g hebben; voor heide gebieden
plechtigheden nadoen. Niet omdat sen waard,
zij dit profaan acht, maar omdat zij
het niet vindt passen in een com
munistisch geregeerde staat.
Niet vroeg genoeg kunnen de
kinderen met de nieuwe vormen
van het communistische leven ver
trouwd gemaakt worden, verklaar
de zij op een partijdag te Berlijn.
Daarom pleitte zij ervoor, dat
schoolkinderen te beginnen bij de
kleuterklas jaarlijks minstens een-
maal in klasseverhand een burger
lijke trouwplechteigheid en een
„naamgeving" (de con
surrogaatdoop) zullen
dan leren ze het wel af die verou-
derde kerkelijke handelingen in
hun spe) na te doen!
ongeveer de helft van deze som.
Van de ongeveer f 130.000.wordt
ruim f51.000 door de franse, duit-
se en Zwitserse gemeenten bijge
dragen. Uit Nederland zelf moet bij
na f 79.000.komen. De zending
verkeert nu in zorg, omdat dit be
drag meer dan het dubbele is wat
normaal in een jaar door de neder -
landse doopsgezinden voor de zen
ding wordt gegeven (f 38.000). Zon
der extra offers zal het dit jaar
niet gaan.
„In ons denken zien wij deze uni
versiteit veelal alleen als theologi.
Fde^'communistische sche opleidingsschool van de gere
lde communistische {ormeerde kerken en verbinden wij
tii daaraan de naam van dr. A. Kuy-
per sr., en in onze herinnering leeft
dan terecht het sterk verzet,
dat uit chr. geref. kring van vóór
en na 1892 tegen de theologische
opvattingen van deze overigens on
miskenbare grote theoloog geboden drie gereformeerde kerken in die
is", schrijft prof. Kremer. stad voorgesteld om in september
Kan men zich in de theologie der een kanselboodschap te doen uit»
V.U. niet vinden, prof. Kremer gaan, waarin gewaarschuwd wordt
Naar aanleiding van het jaarver- heeft desondanks de overtuiging, tegen kerkgaan buiten de eigen
slag der Vrije Universiteit wijst dat deze universiteit op grotere in- wijkkerk.
De gereformeerde kerk van
Utreeht-noord heeft aan de andere
- ^0-. v
-
- C
- <*4° -
- <^4*3 Cl
-
f
f
t
f
l
f
S
4
4
cies besloten is, dan draait de heer Hee
ringa zijn papier om; zijn vingers gaan
over de punten, die door het gaatjes-
prikken ontstaan zijn en hij herhaalt vlot
alles wat ter vergadering verhandeld is.
Kerken sprongen bij
Het hier genoemde comité werd ge
vormd uit de Ned. Chr. Blindenbond, een
organisatie, welke bekend genoeg is. De
ze bond ontdekte een paar jaar geleden,
dat er velen waren, die het op prijs zei
den te stellen indien zij op kerkelijk ge
bied wat beter geïnformeerd zouden
zijn.
Natuurlijk verschaft de radio wel wat
kerkelijk nieuws. En uiteraard kunnen
zij de hulp van huisgenoten of anderen
inroepen voor het voorlezen van artike
len uit de gewone kerkelijke pers. Maar
de wens leefde toch wel zeer sterk, dat
er een orgaan in brailleschrift zou ko
men, zodat de blinden zelfstandig kennis
konden nemen van hetgeen er op ker
kelijk gebied in de wereld voorvalt.
Het comité begreep, dat deze wens al
leen voor inwilliging vatbaar was wan
neer er geld beschikbaar zou zijn. Maar
daaraan ontbrak het natuurlijk. Een blad
in braille is namelijk zeer kostbaar. Een
abonnement op een jaargang van twaalf
nummers zou zeker f 25,kosten, dat is
dus vele malen duurder dan elk ander
kerkelijk maandblad, ja het is dubbel zo
duur als het kostbaarste kerkelijk week
blad. En aangezien blinden als regel niet
tot de vermogende klasse behoren, wilde
men de abonnementsprijs niet hoger dan
op enkele guldens per jaar stellen.
Er werd dus bij de kerken om steun
aangeklopt. Dat slaagde prachtig. De
kerkeraden hebben, nu al twee jaar ach
tereen, de verzoeken om steun voor De
Levende Kerk niet naast zich neergelegd.
Daardoor is het mogelijk, dat het blad
kan verschijnen. Enige honderden ker
kelijk meelevende blinden uit allerlei
protestantse kerken, van christelijke ge
reformeerden tot doopsgezinden toe blij
ven zodoende op de hoogte met het ker
kelijk nieuws.
't Grootste blad
Zonder overdrijven kan gezegd wor
den, dat De Levende Kerk het mach
tigste kerkblad is, dat in Nederland
verschijnt. Dit woord „machtig" slaat
echter niet op de invloed of het abon
nementental, maar op de omvang. De
post moet er apart voor aanbellen om
het af te geven. Bovendien is het de
laagst gefrankeerde post, die mA ont
vangt.
Dit zware blad van 48 pagina's braille-
druk, behoeft maar voorzien te worden
van een postzegel van één centen de
posterijen verlenen alle service, die men
wenst. Er zijn mensen, die Tante Pos een
„uitzuigster" vinden, en zij wijzen op
verhoogde tarieven van port en telefoon,
maar laat men dan ook een in aanmer
king nemen, dat de P.T.T. ten behoeve
van een invalide groep Nederlanders als
de blinden zijn, veel „onrendabel" werk
doet!
Wat de inhoud van het blad betreft:
deze is zeer gevarieerd. Elk nummer
opent met een artikel over de zending,
geschreven door dr. W. G. Harrenstein,
gereformeerd emeritus-predikant te Am
sterdam. Dat dr. Harrenstein voorrang
krijgt, is niet uit beleefdheid tegenover
deze bejaarde predikant, die zelf ook tot
de blinden behoort, maar uit overtuiging
dat de zending het belangrijkste kerke-
werk is en daarom allereerst de aan
dacht mag vragen.
Volgende artikel: de kroniek buiten
land, verzorgd door ds. F. E. Huizinga
te Hengelo. Deze baptistenpredikant met
zijn speelse schrijverij, is goed thuis in
het wereldkerknieuws. Enkele jaren ge
leden reisde hij in Rusland, dit jaar
woont hij baptistencongressen bij te Ber
lijn en Zurich.
Ds. Chr. J. Gall, hervormd predikant
te 's Gravenhage, neemt de „kroniek
binnenland" voor zijn rekening. Men zal
moeten toegeven, dat het een prestatie
is om uit de veelheid van kerkelijk
nieuws in Nederland elke maand juist
het waardevolle te lichten en dit dan
nog objectief te doen ook. Maar ds. Gall
verstaat die kunst.
De rest van het blad wordt gevuld met
een populair-wetenschappelijk artikel,
enkele opmerkelijke publicaties uit de
kerkelijke wereld, een kerkhistorisch
stukje en een aantal berichten, die men
als „kerkelijk kleingoed" kan aanduiden.
In hun blad De Levende Kerk hebben
blinden een orgaan, zoals de ziende kerk
bladlezer het eigenlijk niet kent. Men
leest immers haast altijd bladen, die van
een bepaalde- kerk of modaliteit zijn, of
die zich beperken tot buitenlands- of
binnenlands kerknieuws. De Levende
Kerk verschaft een all-round overzicht
van wat er in de wereldkerk gebeurt,
terwijl het toch de kleinere zaken niet
vergeet. Een eigenaardige en unieke ver
schijning in de Nederlandse kerkelijk®
pers!