VEERTIEN JAAR GELEDEN: AANSLAG OP HITLER
Met de (Hervormde)
dagje uit
kerk
een
Op 20 juli 1944, omstreeks
het middaguur
1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
B
i
I
1
1
1
I
I
BURGERS EN MILITAIREN HADDEN
PLAN GRONDIG VOORBEREID
Met mislukking was geen
rekening gehouden
Canaris
Militaire dictatuur
Veel contacten
Volgende artikel:
MISLUKTE AANSLAGEN
Leiders
„Wij proberen elkaar vast te houden
Moderne blijde rei
in de autobus
Hervormde zaak
Refrein
3Baterdag 19 juli 1958
ZEEUWSCH DAGBLAD
PAGINA 8
IN DE NAMIDDAG van don
derdag 20 juli 1944, om 18.30,
maakte het opperbevel der
antwoordelijke en tevens dwaze en verraders en saboteurs, die stemming
domme officieren had een complot is gekweekt, die men aan het front
gesmeed, om mij en het oppercom- nodij heeft. Ditmaal zullen wij met
mando van de weermacht uit de weg hen (rekenen op de wijze, waarop
Duitse weermacht in een „Son- te ruimen. De bom, die door kolonel wij i ïtionaal-socialisten dit gewend
Von Stauffenberg werd neergelegd,
explodeerde twee meter rechts van
mij. Eén van hen, die bij mij waren,
dermeldung" via de Deutsch-
landsender bekend, dat om-
streeks het middaguur een bom- js gestorven; andere collega's, die mij
aanslag op Hitler was gepleegd, zeer lief waren, werden ernstig ge-
maar dat deze ongedeerd was wond. Ikzelf liep slechts enkele zeer
gebleven en dat hierover in de
onbeduidende schrammen, kneuzin-
gen en brandwonden op. Ik beschouw
loop Van de avond nadere be- dit als een bevestiging van de mij
richten zouden volgen. Pas na door de Voorziengheid opgelegde
taak.
Het kringetje
middernacht, om 1 uur, kwa-
t ~U lick luuigctjc v au ucot oaiuun- Wcticix, Uct t wciucu tsz moi öV»"101
men de aangekondigde oenen- ZWeerders is zeer klein en heeft niets Pas na de oorlog kon men een di^p
van deze samen
zijn
Wa Hitler spraken nog de lucht-
maarschalk Goering en de admiraal
'Doen! Ook Goering eindigde met te
wij'zen op de almachtige God, die de
Führö op zo zichtbare wijze zegen
de
De 1 isteraars wisten nu, dat er op
Hitier jn aanslag had plaats gevon
den, mi r hoe deze was gepleegd en
wie df eigenlijke samenzweerders
waren, dat werden ze niet gewaar.
ten.
Hitier deelde zelf als volgt mede
(behalve de aanhef in het Neder
lands vertaald):
„Deutsche Volksgenossen und
Volksgenossinnen.'
Als ik thans tot u spreek, is dit in
de eerste plaats, opdat u mijn stem
hoort en weet, dat ik ongedeerd en
in goede welstand ben en in de twee
de plaats, dat u verneemt van een
misdaad, die in de geschiedenis van
Duitsland zijn weerga niet heeft. Een
zeer kleine kliek eerzuchtige, onver-
uitstaande met de geest der Duitse
weermacht en vooral niets met het
Duitse volk. Ik geef daarom bevel,
dat geen militaire instantie, geen
commandant en geen gewoon soldaat
orders opvolgt, die van deze groep
overweldigers afkomstig zijn. Ik geef
tevens bevel, dat het ieders plicht is,
een ieder, die dergelijke bevelen uit
gaand onderzoek instellen, maar het
duurde jaren, alvorens de aanslag,
met alles wat er mee verband hield,
was opgehelderd. Thans, na veertien
jaar kunnen we pas zeggen, dat we
met aan zekerheid grenzende waar
schijnlijkheid weten, wat er aan de
hand is geweest, al bestaan ook nu
nog leemten. Deze leemten kunnen
geeft, of uitvoert, te arresteren, of niet meer opgevuld worden, omdat de
bij verzet op staande voet dood te
schieten.
Ik ben ervan overtuigd, dat met
mannen, die dit zouden kunnen doen,
zijn gedood. Maar het totaalbeeld van
het gebeuren staat ons heden toch
het ontdekken van deze kleine kliek wel klaar en duidelijk voor de geest.
opperbevel der weermacht. Want zij voorzagen met recht,
dat, als Hitier zou vallen, de S.S., de Gestapo enz. onder
Himmler en Goering zou proberen, de macht aan zich te
trekken.
Intussen was het de samenzweerders gelukt, contacten te
leggen en medestanders geplaatst te krijgen op zeer be
langrijke posten. Zij moesten daarbij vaak vele tegenslagen
overwinnen, want telkens werden plotseling belangrijke
medewerkers naar een ander Ie'geronderdeel overgeplaatst.
En alles moest in diep geheim gebeuren. Toch zijn zij erin
geslaagd, want het ls de Gestapo en de Sicherheitsdienst
niet gelukt, de samenzwering voortijdig te ontdekken.
Hoe men nu ook verder over deze militairen oordelen
wil democraten waren het niet hun pogingen, om
onder voor hen levensgevaarlijke omstandigheden Hitier te
doden en aan de oorlog een eind te maken, moeten we
bewonderen. Zij waren bereid, hun leven voor dit doel te
geven en de meesten van de samenzweerders hebben dan
ook hun leven aan de galg beëindigd.
Eind 1943 was het zover, dat de samenzweerders een
stevige basis in de weermacht hadden gelegd. Zij hadden
zich weten in te dringen in het opperbevel van het reserve-
leger (Heimatheer) waardoor zij eventueel legeronderdelen
konden bevelen. Dit opperbevel zetelde in Berlijn in het
Ministerie van Oorlog, Bendlerstraat 14. Opperbevelhebber
was generaal-Oberst Fromm. In dit gebouw was ook het
bureau van de militaire spionnage, onder opperbevel van
admiraal Canaris, gevestigd.
OM DE VOLGENDE GEBEURTENISSEN in
hun samenhang te kunnen volgen, is het noodzake
lijk in het kort aan te geven wie deze samen
zweerders en wat hun plannen en maatregelen
waren.
Tot de samenzweerders behoorden generaals en
andere hoge officieren, politici en mannen uit
handel en industrie.
Deze meenden, dat het tijd werd aan het Hitier-
regiem een eind te maken, omdat Hitier klaarblij
kelijk Duitsland naar de afgrond voerde. Men was
het er onder elkaar over eens, dat er een geheime
regering gevormd moest •worden, die op het mo
ment, dat de militaire ineenstorting een feit was,
gereed moest staan. Het moest echter een regering
zijn, die voor Amerika en Engeland aanvaardbaar
was en die bestaan zou uit representanten der ho
gere kringen.
Onder de samenzweerders bestond echter geen overeen
stemming over de vraag, op welke wijze Hitier uitgescha
keld moest worden; de opvatting Hitler te doden, was niet
algemeen. Oppositionele personen en groepen tegen Hitier
en zijn regiem bestonden er reeds vöör de oorlog 1939-1945.
Maar in de oorlog en vooral na de nederlaag van het 6e
leger bij Stalingrad in begin 1943, nam hun aantal sterk
toe. Met instemming van admiraal Wilhelm Canaris, hoofd
van de militaire spionnage, maar vooral door diens staf
chef, generaal-majoor Hans von Oster, kwamen min of meer
vaste verbindingen tussen bovengenoemde groepen tot
stand. Gezien de ontzaglijke terreur, uitgeoefend door de
S.S., de Gestapo, de S.D. en andere organen, getuigde dit
van grote moed en vastberadenheid.
Langzamerhand groeide de samenzwering uit over geheel
Duitsland en de door de Duitse legers bezette gebieden.
Overal waren mannen, vaak op zeer belangrijke posten, in
het leger, bij het burgerlijk bestuur, in handel en industrie
bereid, de samenzwering te doen gelukken. Naast deze sa
menzwering waren ook kerkelijke, monarchistische, socia
listische en communistische groepen actief, die wij echter
verder buiten bespreking zullen laten.
Nadat de samenzweerders hadden begrepen, dat Hitier
alleen onschadelijk gemaakt kon worden door hem te doden
?telden zij een concreet plan op. Dit plan bevatte ongeveer
het volgende:
Direct na de aanslag op Hitier zou als voorlopig staats
hoofd f reden de door Hitier ontslagen Generaal-Oberst
Ludwig Beek, een man, die zowel in het leger als daar
buiten groot aanzien genoot.
Het opperbevel zou in handen komen van de ook door
iitler buiten dienst gestelde veldmaarschalk Erwin von
fritzleben. Er zou een tijdelijke militaire dictatuur komen,
waarna de nieuw gevormde regering, met dr. Carl Friedrich
Goerdeler als rijkskanselier, het staatsbestuur zou over
nemen. Behalve dr. Goerdeler waren ook andere ministers
aangewezen, waaronder twee of drie sociaal-democraten.
Communisten zouden van deze regering geen deel uit
maken. Deze uit het verzet voortgekomen regering zou dan
zo spoedig mogelijk contact moeten opnemen met de rege
ringen van Amerika en Engeland.
Volgens de plannen was dus aan de militairen de taak
toegevallen Hitier te doden, het opperbevel der weermacht
in handen te krijgen en tijdelijk een militaire dictatuur in
te stellen.
De meesten der betrokken militairen waren steeds tegen-
Het was deze Canaris, die het de samenzweerders mo
gelijk had gemaakt, in het reserveleger een stevige positie
in te nemen. Men had Canaris weten te bewegen, Hitier
voor te stellen, dat, nu de Russische legers Duitslands
grenzen naderden en de invasie der geallieerden voor de
deur stond, met de mogelijkheid rekening moest worden
gehouden, dat de miljoenen krijgsgevangenen en buiten
landse arbeidskrachten onlusten zouden verwekken. Om
deze onlusten direct de kop te kunnen indrukken, was het
noodzakelijk, 'zo betoogde Canaris, dat de opperbevelhebber
van het reserveleger de bevoegdheid kreeg, zelfstandig en
onmiddellijk te kunnen ingrijpen. Hitier stemde toe. Hitier
deelde aan alle generaals mede, dat de opperbevelhebber
van het reserve leger de bevoegdheid had gekregen, hen
ingeval van onlusten, zelfstandig te bevelen en dat zij de
orders van Fromm hadden op te volgen. Deze bevelen
hielden o.a. in, dat zodra Fromm het code-woord „Walküre"
uitzond, de generaals de noodtoestand moesten afkondigen,
de openbare gebouwen bezetten enz. Maar het uitvaardigen
van dit bevel kwam alleen generaal Fromm en niemand
anders toe. Fromm had daarmede een buitengewone positie
verworven, die door de samenzweerders uitgebuit zou wor
den. Weliswaar behoorde Fromm niet tot de samenzweer
ders, maar er waren redenen, om aan te nemen, dat hij,
ingeval van Hitiers dood, wel zou meewerken. Zijn naaste
medewerkers, generaal Olbricht, kolonel Von Stauffenberg
en anderen, die wel tot de samenzweerders behoorden,
waren bovendien vast besloten, eventueel zonder Fromms
medeweten het „Walküre"-bevel te doen uitgaan. Zonder
dat Fromm er iets van merkte, hadden de conspiranten
zich al van zijn apparaat meester gemaakt.
De samenzweerders waren er zich van bewust, dat het
de omgeving vormden zjj toch een sterke macht. De samen
zweerders rekenden er op, dat deze troepen hun bevelen
zouden opvolgen, mede omdat generaal Von Hase, de stads-
commandant van Berlijn, tot de Ingewijden behoorde.
Deze troepen waren onmisbaar, want zij moesten de S.S.-
troepen, die in Berlijn lagen, ontwapenen, de binnenstad
van Berlijn, waarin de belangrijkste ministeries lagen, af
sluiten en beschermen en vooral ook moesten zij de
Deutschlandsender, het radio-station, bezetten. Het in bezit
hebben van de Deutschlandsender was van enorme beteke
nis, want daardoor zou generaal Beek, het voorlopige staats
hoofd, zich direct tot volk en weermacht kunnen richten.
Ook in Brussel, Keulen, München, Praag, Parijs en diverse
belangrijke steden had men medewerkers en ook daar wa
ren ongeveer dezelfde maatregelen getroffen.
Tot de belangrijkste figuren in de Bendlerstraat behoorde
kolonel Claus Graf Schenk von Stauffenberg, stafchef van
Fromm. Hij was op 15 november 1907 in Zwaben geboren,
als telg van een oud Zwabisch adellijk geslacht en beleed
de Booms-katholieke godsdienst. Als officier (ritmeester)
had hij de veldtochten in 1940 tegen Frankrijk en in 1941
tegen Rusland meegemaakt.
Begin 1943 naar Afrika (de 10e pantserdivisie) overge
plaatst, werd hij in april bij een vijandelijke vliegtuig-
aanval zwaar gewond. Toen hij in augustus het hospitaal
van München verliet, miste hij zijn linkeroog, zijn rechter
hand en tweevingers van de linker. Zijn gewonde benen
waren geheel hersteld. In oktober werd hij in Berlijn onder
commando van de generaals Fromm en Olbricht geplaatst.
Von Stauffenberg was er reeds lang van overtuigd, dat
de oorlog voor Duitsland verloren was en dat voortzetting
van de oorlog dus misdaad was. Maar tevens stond voor
hem vast, dat Hitier nooit zou capituleren. Deze zou met
opoffering van de laatste man standhouden. Daarom zag
Von Stauffenberg als enige mogelijkheid, om tot vrede te
komen, Hitier te doden.
standers van Hitier geweest of het tijdens de oorlog ge
worden. Velen van hen hadden in het keizerlijk leger ge
diend en waren dus doortrokken van de monarchistische
tradities. Zij konden het maar niet verkroppen, dat aan
het hoofd van de staat een man uit het gewone volk stond
en dat het opperbevel der weermacht berustte in handen
van iemand, die het in de oorlog 1914-1918 slechts tot kor
poraal had gebracht. Zij konden in Hitier geen militaire
autoriteit zien. Aan te nemen is, dat er onder de samen
zweerders mannen waren, die hunkerden naar de terugkeer
van het. keizerrijk, met de voormalige kroonprins, Wilhelm
von Hohenzollem, of diens zoon Louis Ferdinand op de
troon. Maar wat een ieder van hen afzonderlijk dacht of
hoopte, allen waren het erover eens, dat Hitier Duitslands
ondergang betekende.
van het allergrootste gewicht was, Berlijn in handen te
hebben. Berlijn was immers het centrum van Duitsland,
waar vele draden samen liepen. In Berlijn lagen niet veel
troepen van de weermacht, maar samen met troepen uit
Von Stauffenberg had overal contacten gelegd, tot in
Hitiers hoofdkwartier toe. Hij had goeddoordachte plannen
ontworpen en uitgebreide maatregelen genomen. Tal van
door hem ontworpen bevelen lagen klaar. Daar was het
bevel van de nieuwe opperbevelhebber, veldmaarschalk
Von Witzleben, dat hij- het opperbevel der weermacht op
zich had genomen. Verder lag daar het bevel, ondertekend
door Fromm maar buiten diens medeweten dat, zodra
het codewoord „Walküre" was uitgegaan, alle commandan
ten niet alleen de noodtoestand moesten afkondigen en de
openbare gebouwen bezetten, maar tevens en vooral, alle
ministers, partijleiders, S.S.- en Gestapo-officieren moesten
worden gearresteerd. Ook lag gereed de oproep, die Beek
aan volk en weermacht zou richten. Verder lagen er bij
zondere bevelen voor de in Berlijn en de in de omgeving
van Berlijn gelegerde troepen.
Al deze plannen en bevelen lagen veilig bij ge
neraal Olbricht opgeborgen. Men hoefde ze slechts
te voorschijn te halen, naar de eigen in het gebouw
aan de Bendlerstraat gevestigde telex- en tele
fooncentrale te brengen en binnen een uur waren
alle commandanten, maar vooral de ingewijden ge-
instrueerd.
Zoals men ziet, was een en ander met Duitse
grondigheid voorbereid. Maar met de mogelijkheid
dat de opstand zou mislukken, had men geen reke
ning gehouden.
Met het bovenstaande is enig inzicht gegeven
in de plannen der samenzweerders en de dooi
hen genomen maatregelen.
Gelijk de burger-samenzweerders, zagen ook zij in Beek
en Witzleben hun leiders. Naast deze waren de generaals
Hans Oster, Henning von Tresckow, Olbricht en vele an
deren actief in de samenzwering betrokken. Zij hoopten,
na Hitier uit de weg te hebben geruimd, Amerika en En
geland tot een wapenstilstand te kunnen bewegen, zodat
de ondraaglijke bombardementen op Duitsland zouden op
houden, waarna de Duitse legers in het oosten de storm
loop der Russen tot stilstand zouden moeten brengen, waar
door Duitsland van een Russische bezetting verschoond zou
blijven. De generaals begrepen ook, dat, wilden zij in hun
opzet slagen, het niet voldoende was, Hitier te doden, maar
tevens, dat het absoluut nodig was, de regeringsmacht in
handen te krijgen en te behouden, in het bijzonder het
Een beeld van het werk aan de ver-
blndlngssluls tussen de beide afdelin
gen van de Flevopolder. Deze sluis zal
de enige zijn in de gehele polder.
ff
De Hervormde vrouwenvereniging te Zonnemaire is een dagje uit ge
weest. Doel van deze reis: de bedriegertjes in Rozendaal. De wijkge-
meente Kruiskamp te Amersfoort toog naar Bergen aan Zee. De man
nen- en vrouwenvereniging Tabitha te Schipluiden toerde Zuid-Beve
land en Walcheren rond. De wijkvereniging Delfshaven-centrum reis
de naar Alkmaar. De wijkgemeente Kapel te Apeldoorn trok naar Sil-
volde. De vrouwen- en mannenvereniging te Niehove buste naar Den
Helder-
Deze lijst kan nog met een paar hon
derd soortgelijke vermeldingen worden
voortgezet. Men hoeft in deze tijd de
(hervormde) kerkbodes maar door te
bladeren om dozijnen van dergelijke
mededelingen te vinden.
Soms zou je zeggen, dat er zelfs in
de kerk niets nieuws is onder de zon.
In de kerkbodes van eind september
komen steevast klachten over het slech
te catechlsatlebezoek. In oktober wordt
men doodgegooid met bedelpartijen
voor de kerstfeestviering van de zon
dagsschool, want daar moet je vroeg
bij zijn. In november is er een bazar,
In december wordt iedereen uitgenodigd
de kerstwijding bij te wonen (kopje mee
brengen). In januari beginnen deklaag
zangen weer over Het teruggelopen
kerkbezoek na de hausse van kerstmis.
In februari krijgen de catechisanten we
derom een injectie tot naarstig bijwonen
van het onderricht der kerk. In maart
schrijven alle dominees, dat ze na pa
sen een paar daagjes uitblazen zullen,
waarhij ze tevens de domineesvergade
ringen Runnen aandoen. In april wordt
meegedeeld, dat 4-het bezoek aan deze
jaarvergadering en aan gene wijkavond
bedroevend was, maar ja, het verga
derseizoen loopt alweer op zijn eindje.
In mei wijzen alle dominees op het
nuttige van de hemelvaartsdagviering,
maar laten alle gemeenteleden de domi
nees op die dag tóch in de steek.
Maar dan komen juni en juli. De
klachten raken op de achtergrond,
want de catechisaties staan stil, ver
gaderingen worden niet gehouden en
het kerkbezoek ls in het zomerseizoen
„uiteraard" wat aan de slappe kant.
Nee, nou gaat de klaagzang veranderen
in een blijde rei. De blijde rel in mo
derne zin opgevat, namelijk in een
autobus vol blijden mensen.
Want de kerkbodes lopen over van
feestelijke uitgaansberichten. De kerk
gaat naar de bedriegertjes, de kerk is
aanwezig op de kaasmarkt te Alk
maar, de kerk zit in de speeltuin bij
de Julianatoren, de kerk verliest Schip
hol en dezselfs restaurant niet uit het
oog, de kerk wandelt door het roomse
Volendam, de kerk rijdt door de Vel-
ser tunnel heen.
Op de Domtoren, in Madurodam, in
de Efteling, in Oud-Valkeveen, in de
rondvaartboten op het IJ, aan het
strand van Camperduin, in het oorlogs
museum te Overloon, in bad Boekelo
en aan de Loosdrechtse plassen over
al klinkt onafgebroken het refrein: Wij
vonden daar de kérk!
De vraag rijst, waarom de generale
synocte van de Hervormde Kerk zich
nimmer met het kerkelijk gereis en
getrek in touringcars heeft bezig ge
houden. Want dit is een typisch her
vormde aangelegenheid. In de Gerefor
meerde Kerken heeft men de mogelijk
heid ervan nog niet doorzien. Over een
paar jaar beginnen door óók de wijk-
uitstapjes met de dominee achter de
busmicrofoon en de domineesvrouw ge
zellig op de achterste bank meehobbe-
lend met eenvoudige vrouwtjes.
Weer êen paar jaar verder en de
nog méér naar rechts gelegen kerken
der gereformeerde gezindten beginnen
zoetjesaan over een dagje-uit te den
ken.
Maar links dan? Zijn daar geen uit
gaande gelovigen? Eerlijk gezegd:
niet veel. Dat blijft zo'n beetje beperkt
tot en doopsgezinde zusterkring eu een
protestantenafdelinkje in de diaspora.
Want zodra je aan de vrijzinnige vrou
wenvereniging komt, raak je de Her
vormde Kerk weer.
De lutheranen dan? Ja, die' hebben
wel intercommunie met de hervorm
den, en dit is In zoverre gerealiseerd
op uitgaansgebied, dat ergens een lu
thers echtpaar, waarvan de vrouw lid
was van „Catharina van Bora" en de
man van de bond „Maarten Luther"
mee mochten in een hervormde auto
bus, als ze maar betaalden natuurlek.
Ze hebben heerlijk Intercommunaal
gereisd en zagen nog kans om de hele
bus een paar verantwoorde verzen uit
het nieuwe lutherse gezangboek te la
ten zingen, waarbij de vrije evangeli
sche chauffeur (de bus stond toch stil)
op de blokfluit voor de begeleiding
zorgde. Zie je, dat is oecumene in de
kerkelijke touringcarpraktijk. Zoiets
gebeurt dan toch maar in dit landje
met zijn honderdduizend kerkjes
Jazeker, het „dagje uit" Is een ka
rakteristiek hervormde zaak. Het
wordt tijd dat de synode daarvoor een
„Raad voor Kerk en Uitgaansdagjes"
formeert. Wij geloven dat deze raad
bergen werk zou kunnen verzetten.
Vooral hierom: de uitgaande wijkge-
meenten, vrouwenverenigingen, man-
nenkringen e.d. bedoelen iets wat de
synode óók bedoelt. Gezamenlijk be
doelt men: wij willen elkaar vasthou
den!
Elkaar vasthouden. Dat is het her
vormde parool van het concrete ogen
blik. Domine Krop zegt het. Professor
Van Niftrik beweert het. Dominee
Landsman schrijft het. Professor Ban
ning roept het uit. Dominee Klaarha
mer brengt het in praktijk. Doctor
Berkhof leert het zjjn seminaristen.
Elkaar vasthouden! Elkaar vasthou
den! Als alle grond onder je voeten
wegzakt, ais de lucht boven je drei
gend wordt: elkaar vasthouden!
En nu alle gemeesmuil aan de kant:
die üitgaansdaagjes zijn toch zo gek
niet. O ja, er zal wel eens om gela
chen worden. Misschien door hen, die
te lui zijn om er óók een te organise
ren, of die geen kans meer zien om
een bus vol te krijgen.
Nee, Iaat de Raad voor Kerk en Uit
gaansdagjes wegblijven. We hebben nu
de kerkdagen prachtig in schema. We
hebben het reizen in hervormd ver
band. Laten de touringcarfestijnen on.
gemoeid mogen blijven. De gerefor
meerde hondsvrouwen uit Amerfooi't
mogen onbekommerd pootjebaden te
Bergen aan Zee, waar de gemeente
vrijzinnig is. En omgekeerd mag de
vrijzinngie vereniging uit Poortugaal
gerust eens rondkijken in het psalm
zingend Veenendaal.
Op zo'n tocht moet er niet te veel
gemediteerd worden over het ruime
hemelrond. Laat de bus maar schallen
van de lach en laat de uitgaande
dorpsgemeente liever de winkelstraten
dan een kille kathedraal bezoeken.
Er is één bezwaar, namelijk dat het
kerkelijk uitgaansdagje teveel 't beeld
van de kerkgaande gemeente toont:
een oudere generatie. De jeugd is er
niet bij. Zij vindt zo'n evenement
„waardeloos". Doch dat hoeft geen re
den te zjjn om de touringcars leeg te
laten. Broeders en zusters: ga een
dagje (kerkelijk) uit!