1 april is niet altijd een mopje
y
i
1
UITSLUITEND. VOOR DE VROUW
Als de sneeuwklokjes bloeien
ACHTER ELK GORDIJNTJE
WOONT EEN VROUW
\lkw
Grutten
M
EL
/I
f\
Zaterdag 22 maart 1958
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 11'
Verboden toegang" voor de heren!
SC
Het gaat immers over
mode en schoonmaak
Brits echtpaar nestelde
zich in een boom
Variaties voor
het ophangen Kr
van gordijnen Kleine lofrede op haar goede smaak
lil
Voortvluchtige Zwijndrechtenaar
failliet verklaard
Nog geen spoor van
hem te bekennen
WAT STAAT DAT kordaat boven ons weekpraatje van SC
deze week: „Uitsluitend voor de Vrouw!" Ja, dat komt zo,
ik wil over de mode en de schoonmaak met u praten deze
iveek. Nu gebeurt het wel vaak, dat er heren ons vrouwen- w
hoekje binnenstappen om eens af te luisteren, wat we zoal
onder elkaar bepraten ertVdan laten ze me merken hoe zij
er over denken! Nu, dat vind ik op zichzelf wel goed. We SC
moeten graag naar iemand anders willen luisteren, zelfs naar
mannen, op z'n tijd. En ze zijn het soms wel aardig met ons w
eens ook, daar niet van. Maar nu hebben we een paar onder-
werpen bij de kop, waarover we het met de mannen nooit
eens zullen worden, een paar volmaakte uitzonderingen mis-
schien dan daar gelaten. Daarom deze keer een „verboden
toegang" voor de heren der schepping. Immers: het is abso- SC
luut onmogelijk met de andere sexe over mode en schoon- w
maak te praten. Dat doe ik dan ook nooit, ik geef hen maar f
volkomen gelijk, ook al zouden ze beweren, dat bij de wet
alle schoonmaak verboden zou moeten worden.
NU MOET IK toegeven, dat „mode"
en „schoonmaak" een ietswat vreemde
oombinatie is. We spreken wel eens
over „ons huisvrouwenleventje", maar
lk vind, dat in dat gewone bestaantje
toch radicaal verschillende situaties
wonderlijk in elkaar kunnen rollen. De
ene avond zit je met je neus in een
toegezonden damesblad over allerlei
modes, en de volgende dag'zit je mid
den in de prozaïsche schoonmaak. Je
bent nu eenmaal vrouw, dus als je in
een krant de mode 1958 ziet afgebeeld,
dan ktfk je er naar. Nu zag ik in een
blad pagina's vol Parijse modellen. Ge
moet niet zeggen: wat hebben wij met
die Parijse modellen te maken? Dat zou
wat kortzichtig geredeneerd zijn. U
weet toch wel, dat wij in ons land nog
•1 graag de buitenlandse modes (en nog
wel heel wat meer!) na-apen? Getuige
epijerbroeken en hobbezakken, die uit
Amerika afkomstig zijn en die we nu
allarwege onze Hollandse" „jonge da
mes" zien dragen. En Parijs was van
ouds ons „lichtend" voorbeeld. Ik zet
het maar tussen aanhalingstekens.
Maar die zonderlinge mode stelt ons
loms voor moeilijke vraagstukken. Ik
■ag b.v. een alleraardigst jurkje, zeg
den we zo onder elkander, dat echter
aan de achterzijde een ingewikkeld pa
troon vertoonde. Dat zou nog niet zo'n
puzzel geweest zijn, maar juist ter
hoogte van het lichaamsdeel, waarop
we plegen te gaan zitten, was een won
derlijk uitbouwsel van draperie met
relfs nog een strik er bovenop!
Ga daar nu maar eens mee zitten!
pi zie de vertoning al voor me. Geluk
kig behoeven wij als degelijke huis
vrouwen ons over dergelijke creaties
niet het hoofd te breken. Ik zag geluk
kig ook heel leuke en toch ook wel ge
klede japonnen afgebeeld. Pakjes, zo
beeldig, dat je gauw even kijken moest
naar de prijs en dan met je ogen dicht
even berekenen in hoeverre je „kas" het
kan lijden In die bepaalde richting. Jul
lie begrijpen me wel.
Hulde aan de mode-ontwerpers, die
toch ook zorgen, dat een gewone huls
vrouw nog iets aardigs binnen haar be
reik kan kragen, dat ze dragen kan en
ook niet buiten het bereik van haar
geldbeursje ligt. Te meer verdienen de
ze heren een applausje, omdat ze aan
de lange zomer jas zoveel aandacht ge
schonken hebben, want dat is een kle
dingstuk, dat we in ons klimaat opper
best kunnen gebruiken. We lijden
meestal in ons landje ook in de zomer
meer kou dan in de winter, omdat we
menen, dat we ons ln de zomer ook ali
tijd op z'n zomers moeten kleden. Dan
is zo'n lange jas, en vooral een tweed
jas er een lekker huidje bij!
Ik geef deze tip maar even door. Mis
schien kunt ge er uw winst mee doen!
Er worden tegenwoordig door diver
se zaken, ook ln Zeeland, modeshows
gegeven. Er schijnt nogal druk gebruik
van gemaakt te worden, hetgeen ik wel
begrijpen kan. Het is b.v. bijzonder
prettig te merken, dat een forse man
nequin ook goed gekleed kan gaan,
zonder dat het speciaal veel extra geld
eist. En het is gemakkelijk op een show
te zien, wat een bepaalde zaak heeft
te bieden, want we zijn toch alijd nog
wat schuchter om onverrichter zake
een winkel uit te stappen en op een
show kun je de ogen de kost geven, om
de opgedane wetenschap ter bestemder
tijd te benuten. We leren ook meer
welbewust met de assessoires te reke
nen. Zo wordt het een klein kunstje er
gezellig uit te zien en dat willen we al
lemaal, ook al dragen we een extra-or
dlnaire robes uit Parijs met al haar
kunstige en soms vreemde gewrocht
sels.
Je met smaak kleden is een kunst.
Maar het kan, zelfs uit een kleine
beurs.
Intussen zie ik, dat ik aan wat ik
nu nog over de beruchte schoonmaak
te vertellen heb, niet meer toekom. Ik
heb mijn plaatsruimte verbruikt. Laat
ik echter nog even mogen meedelen, dat
we aan de slag gegaan zfln, me ln ge
dachten van uw medeleven overtuigd
houdend, want dat heeft een vrouw ge
durende deze stormloop op al wat vuil,
grauw en stoffig, verkleurd en ge
scheurd is, wel dringend nodig. En er
is geen man te vinden, die ons dat
noodzakelijke medeleven zal betuigen.
Weest er van overtuigd, dat ik echter
met al mijn lezeressen, die ook bezig
mochten zijn, of natuurlijk anders bin
nenkort gaan beginnen, hartgrondig
meelij heb. MAJA
Mevrouw Doris Mary Parkes
(37) uit Pershore in midden-
Engeland, heeft deze week voor
het eerst in zes weken weer
eens een dak boven haar hoofd
gehad. Zij was namelijk aange
houden onder verdenking van
het stelen van een paar schoenen
en moest de nacht in de cel
doorbrengen.
Toch zei mevr. Parkes liever
naar huis te willen, hoewel zij
geen huis heeft. Zij woont al zes
weken met haar man in een holle
boom. Ze hebben het zich in de
ruimte, die een middellijn van
anderhalve meter heeft, zo ge
zellig mogelijk gemaakt. Vroeger
woonden zij in een caravan, maar
dat mocht niet langer van de
overheid. Het paar zegt dat het
geen ander huis kan vinden dar.
de boom.
Als de sneeuwklokjes bloeien is dat
een nieuw geluid; een nieuwe jonge
lente in weer in aantocht. Het weer
kan echter ook heel erg tegen zitten
en dan zal men dus nog een paar
weken geduld moeten hebben, doch al
is de grond misschien nog hard be
vroren en al ligt er misschien wel een
dik pak sneeuw; ook die gaan weg en
de sneeuwklokjes komen zeker te
voorschijn om de nieuwe lente in te
luiden en het is goed te weten dat dit
toch opnieuw komen gaat. Let nu
maar eens op. Die sneeuwklokjes vol
doen eigenlijk het best als ze maar
«o lekker onder aan de voet van een
grote boom kunnen groeien. Z* ver
dragen heus het voorjaarszonnetje
Wel, des zomers komen de moeilijk
heden als ze in een uoor de zon gaar
gestoofde grond moeten rusten; Ze
rusten liever in een iets koelere om
geving en daarom stopt men ook wel
eens wat stenen in de grond en daar
blijken ze beslist geen hekel aan te
hebben.
Soms kunnen de mussen erg lastig
zijn; die pikken de bloemknoppen van
de chineèse klokjes of de Forythia's
weg en er is niets anders aan te doen
dan zwarte draden te spannen. Straks
laten ze de gele crocussen ook al niet
met rust en die zal men dus ook met
zwart draad moeten beschermen; de
blauwe en de lila en witte corcussen
laten ze echter wel met rust en dat is
al veel waard.
Het is niet immer rozengeur en maneschijn in het
leven van een schooljuffer, al zoudt u dat wellicht
denken, omdat enkele weken geleden lentegeuren,
die opstegen uit een grote bos prille lentekinderen,
me omzweefden.
Het is nu mis!
Wij, dat zijn de collega's en ik, hebben, als ge
woonlijk voor 1 april, gesproken met de baas over
de „zitten-blijvers". Het kan wel eens gebeuren,
dat een der collega's een geval uitvoerig moet be
spreken, alvorens tot overeenstemming te komen
met de baas, maar als het klas één geldt, is de baas
het altijd eens met hetgeen ik voorstel, omdat hij
het grote belang van een goede „fundering" ter
dege inziet. Gelet op de datum, kunt ge zelf al be
grijpen, dat we weer een „Sprechstunde" met de
baas hebben gehad. Alles verliep vlot. En dan we
ten we ook dat de baas ons nooit zal afvallen tegen
over de ouders. We zijn dus „gedekt".
Laat in het najaar bij ik
eens naar zijn huis gestapt op
een avond, om een poging te
wagen, of moeder of vader
hem wat zouden kunnen hel
pen, als hij sommetjes of een
leeslesje mee naar huis kreeg.
Had u mij eens moeten zien,
toen moeder De Bruin haar
handen in de zij plantte en
eens goed zei, hoe zij er over
dacht. „Juffrouw, kom mien
daer nie mee aan boord. Jie
ben schooljuffer en je heit
niks anders te doeë, dus daar
mot je niet mee ankomme.
Anders 'oef ik 'm nie naer
schole te stiere."
En nu vorige week zag ik
duidelijk, dat het niet gaan zal,
om Bert een visum te verle
nen voor klas twee. De baas
kon het begrijpen. Maar dan
moet ik verder mijn boontjes
zelf doppen.
En zo ga ik op weg naar
huize De Bruin. Ik heb ge-
een beurtje meer dan een an
der, of wat er ook maar nodig
is. En dan duurt het weer niet
zo bar lang, of ik weet, aan
wie de bijvoeding besteed is
en voor wie het toch niet hel
pen zal. Dan moet ik met mijn
grote klas de hopeloze geval
len wel laten schieten, hoewel
ze natuurlijk in de klas wel
him gewone beurtjes mee krij
gen.
Doch aan de anderen ga ik
verder, ze steeds een hapje
meer dan de anderen te ge
ven, om him kans te vergroten
dat ze kunnen overgaan. Dat
was ook het lot van Bert. Toch
was ik van Bert nooit zeker,
hoe het zou aflopen. Dan
dacht ik weer eens: hij zal het
halen, maar even vaak, was ik
er bijna zeker van, dat het
niets zou worden met dat
jongmens.
Toen niet, nu wel
Ik heb vier blijvers. Van
Martje is het te verstaan, dat
ze doubleert, want ze was
vaak ziek. Haar moeder begon
er zelf al over op de ouder
avond. Twee jongens, die bij
me moeten blijven, baren me
ook geen zorg. Maar o, die
Bert! Nee eigenlijk is het Bert
niet, dat redt zich wel, maar
wat zal ik van zijn moeder te
slikken krijgen
Als ik met april een nieuwe
klas krijg, weet ik na een paar
weken heus wel, welke zor
genkinderen er bij zijn. Die
ga ik dan al gauw „extra voe
ding" geven in de vorm van
wacht tot het half negen in de
avond is, dus donker. Maar
goed ook, want nu kunt u het
verschil niet zien tussen de
schooljuffrouw, die vol gezag
haar dozijntjes onder de duim
heeft en het juffertje, dat met
diepe denkrimpels in het
voorhoofd door de stille stra
ten stapt naar moeke De
Bruin. Over vader De Bruin
hoeven we niet te praten, want
moeder zwaait haar heersers
staf (eigenlijk heerseressên-
staf) gelijkelijk over man en
kroost. Vader zal wel zwijgen.
Na de eerste woorden zal dat
mijn lot ook wel zijn.
Ik ga lopen, om tijd te win
nen, die ik denk te benutten,
om mijn speech kant en klaar
te hebben en ook, om me zelf
even wat moed in te spreken.
Omdat ik mijn fiets liet staan
informeerde mijn hospita of ik
soms „ziek gong worre".
De „operatie" verloopt vol
gens mijn verwachting. Een
kort intermezzo geeft het
kroost, dat nog voltallig aan
wezig is, hoewel het toch al
kwart voor negen is, als ik
arriveer.
Geen nood voor moeder De
Bruin. In no time comman
deert ze haar troep in bed.
Bewonderenswaardig overi
gens.
Dan breng ik mijn bood
schap over
Vader zwijgt en moeder
trekt het harnas aan
Ze plant weer haar handen
in de zij. Met bewondering
kijk ik naar haar en terwijl de
stortbui over mijn arme hoofd
losbreekt, zit ik te denken,
dat ik dat op kritieke momen
ten beslist ook eens ga probe
ren en zozeer ben ik hierover
in gedachten verdiept, dat ik
haast aanstalten maak, om het
ineens maar te gaan peproe
ven. Gelukkig voorkom ik dat
bijtijds, doch nu ben ik weer
voldoende bij het „gesprek",
om de toegebrachte genade
slag goed te voelen.
„O juffrouw, dat 'ad ik vleje
naejaer al kenne zie ankom
me. Knappe kinders wat te
lere, dat ken iedereen wel,
maer as je d'r moeite voor mot
doeë, dan homaer. En dan is
onze Bert nog gieniens dom
ook. Maer ik zei deris met me
neer gaen praete. Die weet
wel beter. Je 'eb een ganse
dag niks anders te doeë en 't
kind ken nok gieneens goed
leze. Nee, netjies is het niet.
Zelfs onze brave moeder De
Bruin r. oet zo nu en dan eens
ademhalen en daar wacht ik
op. Van die pauze maak ik ge
bruik om te zeggen: „Zo dat
is dus afgesproken, dat u eens
met mijnheer gaat praten? Ik
zal het hem zeggen en als u
soms nu al weet, wanneer u
gaat, zal ik dat met pleizier
voor u door geven."
Moeder De Bruin wil iets
zeggen, maar ze komt niet
verder dan een opengesperd»
mond.
Dan verdwijn ik na een be
leefde groet.
Nu merkt u toch zelf wel,
dat het niet immer rozengeur
en maneschijn is voor een
schooljuffer!
(Van een medewerker)
Onlangs is er in de gemeente
Joure enige deining ontstaan om
dat de plaatselijke autoriteiten een
verordening uitvaardigden, op
grond waarvan in het nieuw ge
bouwde bejaardencentrum Vege-
lingsoord uitsluitend recht han
gende gordijntjes voor de ramen A. Bonnema was van mening, dat
mochten prijken. Het was het eer
ste officiële gordijnenprobleem in
de geschiedenis des vaderlands en
misschien wel het eerste in de
ganse wereldhistorie.
De reden van die gordijnenver
ordening kent men: de architect ir.
het uiterlijk aanzien van de door
hem ontworpen woningen schade
zou lijden als de gordijntjes niet
kaarsrecht maar anders, bijvoor
beeld in de sierlijke bochten die
tot de veelzeggende namen „broek
gordijnen" hebben geleid, zouden
hangen.
Wij kennen de architect
Bonnema als een gedegen
vakman, wiens goede smaak
niet in twijfel getrokken
kan worden. En we weten
dan ook, dat zij die mochten
menen dat hij een „zenuw
oorlog" tegen alle fantasie-
in-glasgordijnen op het oog
zou hebben, zich deerlijk
vergissen. Gelukkig maar!
Want de traditionele varia
tie der gordijntjes in iedere
Nederlandse straat hoort bij
het aloude individualisme
van ons volk. Heus, er
schuilt méér achter zo'n gor
dijntje dan menigeen denkt.
Kleine kinderen die gaan
slapen, kunnen het al zo
grappig zeggen: „nu doe ik
de gordijntjes voor mijn
ogen toe". Ze leren die uitdrukking van
een groiftmoeder of van mama-zelf, die
hen in het oor fluisterde: „nog één kus
en dén de gordijntjes sluiten!" Een
klein kind onthoudt zulke woorden ge
makkelijk en graag, omdat het zo'n
scherp gevoel heeft voor wat de ouderen
met hun dikke woorden „dichterlijke ver
gelijkingen" noemen.
En, dichterlijk of niet: voor het kleine
kind zijn de ramen van moeders huis nu
eenmaal als ogen waarmee men naar bui
tij kijkt. Welnu, dan fantaseert het zich
voor de eigen kleine ogen maar gauw
ook een paar gordijntjes
Ook voor de volwassenen bestaat er
trouwens een verband tussen vensters en
ogen. Zijn niet de ogen de vensters der
ziel? En herkent men een huis niet aan
zijn vensters, zoals men de mens herkent
aan zijn ogen? Soms, wandelend op straat
ziet u ergens een rij vensters, kaal en
leeg, zonder een zweem van gordijnen.
Dan weet u onmiddellijk: dèt huis is on
bewoond. Van buiten gezien lijkt ieder
huis ontzield en van innerlijk leven ge
speend, zolang de venster-ogen niet de
onmisbare „make-up" hebben gekregen
van haar die de gordijnen kiest.
Het is verwonderlijk met hoeveel
zuiver instinct de vrouwen altijd weer
de ragfijne doorzichtigheden, die in
vaktaal „glasgordijnen" worden ge
noemd, weten te kiezen. En hoeveel
variaties weten zij voor het ophangen
té bedenken! Nu eens recht en hoog
stens getooid met een gracieuze volant,
dan weer in een boog als een sierlijke
draperienu eens pralend met een
decoratie-rand, dan weer strak en re
soluut in diabolo-modelEn terwijl
ze de ene keer als materiaal het aloude
katoen kiest, laat ze haar keus de an
dere maal vallen op een weefsel uit de
synthetische vezels die na de oorlog
burgerrecht hebben gekregen. En dan
die kleuren!
Meestal een wandeling door een
straat „ergens in Nederland" overtuigt
ons daarvan zijn onze glasgordijnen wit
of crème. Een feit is dan ook, dat het hel
dere wit of crème aan onze kamers altijd
iets lichts en vrolijks verleent. Maar er
zijn vrouwen die, met een soort van aan
geboren overgevoeligheid voor atmosfeer
graag een kleur in hun gordijntjes zien.
En ook dan bemerkt men hoe hun na
tuurinstinct hen tot de goede keuze laat
komen.
Het is dan alsof zij wéten, dat in een
kamer met grote ramen op het zuiden
ll
Vj
m
X
X
i 'it 1
1 lül'1
i II ii'[
het alte felle zonlicht heilzaam verkoeld
wordt door gordijnen met een blauwach
tige tint. Zoals de vrouwen, in het tegen
gestelde geval, voelen dat een kille ka
mer op het noorden toch iets zonnigs
krijgt als het binnen tredend licht ver
warmd wordt door gael getinte gordijnen.
Tja, die vrouwenEn de mannen
zich maar afvragen of de dames ook be-
sèffen dat in een interieur met leuke gor
dijnen haar eigen charmes eveneens des
te beter uitkomenMaar die mannen
kunnen zichzelf dan ook zulke onnozele
en onnodige vragen stellen!
Voor de lengte meet u eerst de af
stand van de bovenkant van roe of
rail tot aan de vensterbank. Maar als
u ringen aan uw gordijntjes kiest in-
plaats van haken, trek dan de hoogte
van zo'n ring van de lengtemaat af.
Vervolgens moet u er stof voor de zo
men bijtellen. Neem 0 cm voor de
bovenzoom, 8 cm voor de krimpzoom
en nog eens 6 cm voor de onderzoom.
Dat betekent dus dat u er voor de
lengte 20 cm bij moet rekenen.
Nu de breedte. Meet ten eerste de
volle breedte van rail of roe. Voor de
plooien moet u daar dan de helft bij
rekenen. Als de rail 1.40 breed is, moet
het gordijntje dus 2.10 breed worden.
Wanneer u aan die ene roe twee gor
dijntjes wilt hangen, moet elk gordijn
tje 1.05 breed worden. Maar als u veel
van plooien houdt, mag u er zonder
gewetensbezwaar best 5 cm bijtellen.
De Zwijndrechtse recherche wacht in
spanning op berichten omtrent de opspo
ring van de voortvluchtige meubelhande
laar J. B. K. die verdwenen is met waar
schijnlijk een ton op zak en die een
schuld heeft achtergelaten, die eerst was
berekend op f 362.000,maar nu al tegen
het halve miljoen aanloopt.
Na de berichten over de verdwijning
van K. is de politie nog door verschillen
de mensen op de hoogte gesteld van fi
nanciële manipulaties van de 29-jarige
meubelhandelaar, waarvan zij het slacht
offer zijn geworden. Daarbij hebben ver
scheidene schuldeisers zich met haar in
verbinding gesteld.
De arrondissementsrechtbank te Dor
drecht heeft de 29-jarige meubelhande
laar, die tot dusver zaak heeft gedreven
in het pand Burgemeester de Bruïnelaan
14, failliet verklaard. Tot rechter-commis-
saris in dit faillissement werd benoemd
mr. H. van Zeggeren en tot curator mr.
J. G. v. d. Steenhoven, advocaat en procu
reur te Dordrecht.
Wanneer u een „gezond" nagerecht op
tafel wilt brengen dat iets anders dan het
alledaagse is, denkt u dan eens aan boek-
weigrutten. Zij hebben een hoge voedings
waarde, bevatten goede eiwitten en veel
vitamine B èn zijn lekker bovendien.
Vooral de oudere huisvrouwen kunnen
daarover meepraten. In het noorden van
ons land worden deze grutten vaak ge
bruikt voor karnemelksepap of gebakken
grutjes met stroop. Houdt u niet van kar
nemelksepap, dan wilt u zeker eens d»
proef nemen met onderstaande recepten.
En vergeet intussen niet, dat ook -voor
de ochtendpap van de kinderen boekwei-
tegrutten zeer goed zijn.
Recepten voor 4 personen:
Boekweitepap
1 liter melk, 100 g grutten, ongeveer 4
eetlepels suiker, zout (dun stukje citroen
schil of een weinig kaneel).
De melk aan de kook brengen met een
weinig zout (en citroenschil of kaneel).
De grutten erin strooien en in ongeveer
10 minuten zachtjes gaar koken. (De ci
troenschil verwijderen) en de pap op
smaak afmaken met suiker.
Een zeer smakelijke variatie verkrijgen
we door 100 a 150 g geweekte gedroogde
abrikozen of pruimen door de pap te
scheppen. Ook gestoofde peertjes smaken
er uitstekend bij.
Chocoladegrutten
1 liter melk, 65 g (8 eetlepels) grutten,
45 g (9 eetlepels) cacao, ongeveer 100 g
(10 eetlepels) suiker, zout.
De melk op een klein deel na aan de
kook brengen met een weinig zout. De
grutten erin strooien en in ongeveer 10
minuten zachtjes gaar koken. De suiker
en de cacaopoeder dooreenmengen en de
rest van de melk toevoegen. Het mengsel
tje door de pap roeren en even meever-
warmen. De grutten laten afkoelen. De
vla in een schaal overdoen en desgewenst
garneren met koekjes of schuimpjes.
Bessesapvla
3 dl (2 kopjes) bessesap. ongeveer 4,5 dl
(3 kopjes water, 75 g (9 eetlepels) grutten
ongeveer 80 g (8 eetlepels) suiker (een
dun stukje citroenschil).
Het bessesap met het water (en de ci
troenschil) aan de kook brengen. De grut
ten en de suiker erin strooien en in onge
veer 10 minuten zachtjes gaar koken.
De vla laten afkoelen. (De crtruemrehfl
verwijderen). De vla enkele minuten
flink kloppen met een garde tot zij licht
van kleur en schuimig is. De vla in een
schaal overdoen. Desgewenst biscuits er
bij geven.
Om u de veelzijdigheid van boekweite-
grutten te tonen, geven wij nog een re
cept voor hartige gruttenkoekjes. U kunt
ze geven bij de warme maaltijd of bij de
boterham.
Men is er nog steeds niet in geslaagd
de voortvluchtige te arresteren. De poli
tie speurt ijverig naar hem, maar behal
ve dat haar in België een aantal plaatsen
bekend zijn, waar K. gelogeerd zou heb
ben, is haar tot nog toe verder niets be
kend.
Inmiddels heeft zich een inwoner van
Hendrik Ido Ambacht bij de Zwijndrecht
se recherche vervoegd om aan te geven,
dat K. een bedrag van f22.500 van hem
in zijn bezit heeft. Vorige week vrijdag
had hij de meubelhandelaar nog f15,
geleend.
Ingezonden mededeling (Adv.)
„oowp'm?
verkoudheid?
ER IS GEEN f Q
ASPIRIN ZONDER
BAYERKRUIS \Jf J