RAADSGEBED Maak de mijnarbeid aantrekkelijker nog Minister Witte verwacht meer premiewoningen Nieuwe Arabische Statenbond Prinses Beatrix op Fort Oranje Irak en Jordanië vormen een eenheid Op de duur tekort aan landarbeiders Wie mist een brandkast Nog geen besluit over dienstplicht voor bescherming bevolking ZEEUW SCH DAGBLAD Tegenhanger van Egypte en Syrië St. Eustatius eens „de gouden rots Eerste Kamerleden adviseren: Bezorgdheid over verdere vermindering van steenkoolproductie Zaterdag 15 februari 1958 Pagina 3 Koning Hoessein van Jordanië en Koning Feisal van Irak hebben vrijdagochtend in het koninklijk paleis te Amman een overeenkomst getekend, die voorziet in de totstandkoming van een Jordaans-Iraakse statenbond, onder de naam „Arabische Statenbond". Hieraan zijn drie dagen van besprekingen vooraf gegaan, die ook in de gehele nacht van donderdag op vrijdag zijn voortgezet. Aan deze beraadslagingen is, behalve door de twee vorsten, deelgenomen door kroonprins Abdoel Illah van Irak en leden der wederzijdse kabinetten. IN DE GEMEENTERAAD van 's-H. Arendskerke is eind november vorig jaar een belangrijk onderwerp aan de orde geweest: de invoering van een «luitingsgebed. Begin van de maand was het onder werp ter tafel gebracht en binnen 14 dagen hadden B. en W. een voordracht opgesteld, waarin ze een uiteenzetting over dit thema gaven en een voorstel deden tot invoering van het sluitings gebed. Met de stemmen van het socia listische en het liberale raadslid tegen, werd het voorstel aangenomen. De voordracht van B. en W. was daarom zo belangwekkend, omdat zij een uiteenzetting gaf van de situatie van het ambtsgebed in de Nederlandse •n in het bijzonder de Zeeuwse ge meenten. Van de 1013 gemeenten in Neder land zijn er 606, waar de raadszitting met gebed geopend wordt en 396, waar tevens een sluitingsgebed wordt ge daan. Wat Zeeland betreft zijn er van de 87 gemeenten 43, waar de vergadering piet gebed begint en daarvan zijn er 85, waar tevens een sluitingsgebed Wordt gezegd. Zouden deze cijfers op zichzelf reeds aanleiding kunnen geven tot bepaalde beschouwingen maar dan zou men feitelijk de lijst van de gemeenten en de politieke constellatie in elk ervan Voor zich moeten hebben, voor vandaag moeten we ermee volstaan, de Zeeuw se situatie, zoals deze uit de uiteenzet ting van B. en W. van 's-Heer rends- terke naar voren komt, na te gaan. ER ZIJN een aantal vrijwel geheel R.K. gemeenten, waar de raadsverga dering geopend en/of gesloten wordt pret de Christelijke groet. Ook deze Vordt als gebed gerekend. Volgens 'n Uitspraak van de kardmaal-aartsbis- fchop der Roomse kerk ziet men daar da Christelijke groet waarbij de Voorzitter zegt: „geloofd zij Jezus Christus" en de vergadering instemt door te zeggen: „in alle eeuwigheid, Amen" niet als een gebed, doch als •en getuigenis, dat men Christus er- tent als leidsman van het leven. Maar oat is ook de waarde van het ambts gebed. Het merkwaardige is echter, dat in Zuiddorpe, waar de gehele raad toch R.K. is, nog slechts een tiental ja ren geleden een voorstel tot invoering van ambtsgebeden werd verworpen. Het moeilijkst ligt het ambtsgebed altijd in gemeenten, waarin een ge mengde bevolking is en dus ook de raad uit leden van verschillende ker ken en politieke partijen bestaat. Dat zijn dus de meeste gemeenten in Ne derland en ook in Zeeland. In het licht hiervan mag het ver blijdend genoemd worden, dat nog in zovele gemeenten het ambtsgebed is gehandhaafd. „LINKS", dat zijn de liberale en de socialistische partijen, heeft zich in heel veel gevallen tegen dit gebed verzet. Een merkwaardig voorbeeld hiervan biedt Borssele. Daar werd het raads- gebed in 1937 ingesteld. Toen in 1939 ae raad om ging en bestond uit 4 links en 3 rechts, werd het weer afgeschaft. Toen in 1946 de nieuwe raad na de be vrijding weer rechts werd, A.R., S.G.P. rechts Hervormd en R.K., werd het ge bed hersteld met slechts een enkele stem tegen. In Bruinisse werd het voorstel tot instelling verworpen met de stemmen der vrijzinnigen, die 4 van de zeven zetels bezetten, tegen. In Domburg wa ren de tegenstemmers: 2 P.v.d.A. en 2 Gemeentebelangen. Een ander element trad op in 's-H. Abtskerke en St. Annaland. Daar wa ren de tegenstemmers Christelijke raadsleden. Hun argument was: de in nige gebedsgemeenschap met God wordt eerder in stil gebed thuis dan in de publieke raadsvergadering ge vonden. DIT ARGUMENT vraagt aandacht. Maar voor we die aandacht geven, wil len we stilstaan bij de houding van de liberalen en de socialisten. In sommig opzicht zou men kunnen zeggen: zij zeggen hetzelfde. Want ook uit hun mond kan men soms horen: het gebed is te heilig voor de raads- en publieke vergaderzaal. Maar om dit op de juiste waarde te schatten, moet men teruggaan tot de vorige eeuw, toen het verzet tegen het publieke gebed opkwam. Toen was de eigenlijke achtergrond, dat men het geloof uit de openbaar heid wilde terugdringen naar de bin nenkamer. De politiek was een zelf standige, autonome grootheid. Daar behoorde het geloof niet bij. Met even veel woorden werd het uitgesproken: bederf met uw geloof onze politiek niet. De Christelijke politieke party werd genoemd: de dode vlieg, die de zalf der apothekers stinkend maakt. Bij de eerste socialisten was het het pure ongeloof, dat hen leidde en dat hen met het publieke gebed de spot deed driven en voor de afschaffing •rvan deed yveren. In onze tyd zijn ze Ook in dit opzicht de erfgenamen der liberalen, dat ze het geloof alleen van Beide landen zullen door één regering worden bestuurd, over één leger be schikken en een gemeenschappelijke buitenlandse politiek en economisch be leid voeren. Beide koningen zullen aan het bewind blijven. De nieuwe statenbond zal van wat losser karakter zijn dan de „Verenigde Arabische Republiek", die Egypte en Syrië hebben gevormd. Koning Feisal komt aan het hoofd van de nieuwe statenbond. Koning Hoessein is plaatsvervangend staatshoofd. De Unie zal twee hoofdsteden hebben, Bagdad en Amman, die telkens gedurende zes maanden hoofdstad zullen zijn. Binnenkort zal een einde komen aan alle grensformaliteiten. Na onderhande lingen, die, naar verwachting drie maan den zullen duren, zal er een gemeen schappelijke Jordaans-Iraakse economie gevestigd worden. Er komt een gezamenlijke volksver tegenwoordiging, waarin beide landen door evenveel afgevaardigden zullen worden vertegenwoordigd. Er zal een gemeenschappelijke munteenheid worden ingevoerd. De afzonderlijke besturen in Irak en Jordanië worden gehandhaafd. De federale regering zal daarboven staan. Ze zal tweemaal per jaar bijeen komen, eenmaal in Bagdad en eenmaal in Am man. Jordanië en Irak zullen helde hun diplomatieke vertegenwoordigingen in het buitenland handhaven, evenals een afzonderlijke vertegenwoordiging bij de Verenigde Naties. De Unie is vrijdagochtend elf uur te gelijkertijd in Amman en Bagdad afge kondigd. 14 februari zal in beide landen voortaan als openbare feestdag worden beschouwd. De nieuwe Arabische Statenbond zal 6.500.000 inwoners tellen, nl. 5.000.000 van Irak en 1.500.000 van Jordanië. GELUKKIG OGENBLIK Na de ondertekeningsplechtigheid ver klaarden koning Hoessein en koning -Feisal beide: „Dit is het gelukkigste ogenblik van ons leven". Koning Hoes sein voegde hieraan toe: „Wij hebben een grote stap in de richting van een algehele Arabische eenheid gedaan", en koning Feisal: „Ik zal Allah bidden, dat onze stap de gehele Arabische zaak ten goede zal komen". Daarna omhelsden zij el kander. De nieuwe Statenbond krijgt ook een eigen vlag, n.I. de standaard van Hoes sein bin Ali, de overgrootvader van Hoessein en Feisal, een lid van het Ara bische vorstengeslacht der Hasjemieten. Op de vlag zullen een rode driehoek en groene, witte en zwarte, horizontaal lo pende banen te zien zijn. Het verschil met de huidige vlaggen van Jordanië en Irak is, dat er geen sterren op voorko men. Irak en Jordanië hebben deel uitge maakt van het Turkse rijk van voor de eerste wereldoorlog. Na deze oorlog wer den het door Groot-Brittannië bestuurde mandaatgebieden van de voormalige volkenbond. Irak werd het eerst een onafhankelijke, Arabische staat, onder koning Gazi. Toen deze op 4 april 1939 ben een auto-ongeluk om het leven kwam, werd zijn jeugdige zoontje Feisal troonopvolger. Nadat re genten tot 1953 het bestuur over Irak hadden uitgeoefend, besteeg hy onder de naam „Feisal de tweede", in 1953 de troon. Hij is thans 23 jaar. Jordanië werd in 1946 onder de naam „het Hasjemietische koninkrijk van Jor danië" een onafhankelijke staat. Tot 1949 werd echter algemeen de naam „Trans- jordanië" gebruikt. De thans eveneens 23-jarige koning Hoessein besteeg de troon in 1952, nadat zijn vader, koning Talal. wegens krank zinnigheid van zijn regeringstaak was ontheven. Koning Talal was slechts kort aan het bewind geweest. Zijn vader, Hoesseins grootvader, koning Abdoellah, werd 20 juni 1951 te Amman vermoord. OPGELOSTE MOEILIJKHEDEN Men verwacht, dat de Iraaks-Jordaanse overeenkomst een bepaling zal bevatten, die inhoudt, dat beide landen gèèn deel zullen hebben aan hun wederzijdse bui tenlandse verdragsverplichtingen. Hier mede zou het moeilijke vraagstuk van het Iraakse lidmaatschap der Bagdadse verdragsorganisatie zijn opgelost. Jor danië staat nl. kritisch tegenover het verdrag van Bagdad. De reis naar het zesde eiland in het Caribisch gebied, St. Eustatius, werd gisteren gemaakt, evenals naar Saba met Hr. Ms. Van Speyk. Statius, zoals het eiland meestal wordt genoemd, is van een totaal andere structuur dan Saba en heeft ook een totaal andere historie. Eens werd het immers ,,de gpuden rots" genoemd en was er langs de baai waar Prinses Beatrix aan land ging, een kade met vele volge propte pakhuizen. Er is van die gouden tijd niet veel meer over, want nadat Statius jarenlang het centrum was geweest van de smokkel handel naar de opstandige Amerikanen, die zich vrijvochten en van de Engelse overheersing, veroverde een Engelse vloot het eiland. Nu is Statius niet veel meer dan een herinnering, een klein eiland, waar van de jonge mannen zijn gevlucht, om elders een levensbestaan te vinden en waarvan de paar honderd bewoners in feite van de bedeling leven. Over het programma valt weinig te hebben, te genieten van het heerlijk vertellen. Het bestond uit gebruike lijke défilé en de zanghulde, een wel komstwoord en een heildronk, maar wat zeker gememoreerd moet worden, is de hartelijkheid en de spontaneïteit van de eilandbewoners, die in hun eenzaamheid ook St. Eustatius is moeilijk te bereiken, al heeft het een airstrip zo ver van de rest van de drukke wereld af schijnen. Er is geen twijfel over mogelijk: voor de bewo ners van St. Eustatius was dit bezoek van -hun kroonprinses de gebeurtenis van him leven en zij waren niet van plan, dit onder stoelen of banken te steken. Met het bezoek aan St. Eustatius is feitelijk een eind gekomen aan dit vijftien dagen durende bezoek van onze prinses aan het Caribische deel van het koninkrijk. Want na de te rugkeer op St. Maarten neemt de prinses een dag rust in „Little Bay hotel", om nog even gelegenheid te publieke invloed willen uitsluiten. ALS ER NU Christenen zijn, die moeilijkheden hebben met het ambts gebed, dan is het zeker niet op deze argumenten gegrond. Bij hen is het de werkelijk heilige eerbied voor het ge bed, die hen leidt. Toch is er in hun stellig een groot gevaar. Als het gebed alleen stil gebed kan zijn in huis, hoe moet het dan, als men een huiselijk feest heeft, een hu welijk b-v.? Hoe moet het op de Chris telijke school, hoe, als men in een restaurant eet, hoede vragen zyn nog te vermeerderen. De zaak, waar het bij het gebed om gaat, is dat de overheid en de raad is overheid bij haar optreden be lijdt, dat ze haar gezag oefent by Gods gratie. Het is hetzelfde, als de Konin gin verklaart in de aanhef van elke wet en wat als randschrift staat op onze guldens. Zelfs aan die laatste die toch wel heel dicht bij de materie staan is nog het gebed verbonden. En zouden we dan, als we in raads zitting bijeenkomen niet mogen belij den: Heer, het is in Uw Naam, dat we dit werk doen. En zouden we aan het eind der vergadering niet God mogen danken voor Zijn bijstand en Zijn ze gen afvragen over het verrichte werk? Wij menen, dat hier zelfs geen spra ke is van „mogen", maar dat hier zelfs een „moeten" gevoeld kan worden. Intussen zy'n we het gemeentebe stuur van 's-Heer Arendskerke dank baar, dat het door zyn van studie en onderzoek getuigende nota over dit onderwerp zulk goed materiaal op ta fel legde. klimaat en de verleidelijke zee en om krachten op te doen voor het drukke programma, dat haar wacht in Su riname. Maandag, na de nacht door gebracht te hebben in het paleis van gouverneur Speekenbrink, gaat zij naar Suriname met het Hjnvliegtuig van de K.L.M. In gewoonlijk welingelichte Londense kringen meent mén, dat koning Saoed van Saoedi-Arabië, in algemene zin in stemt met de vormin'g van de nieuwe Arabische statenbond en dat hij op de hoogte is gehouden van het overleg, dat aan de ondertekening is vooraf gegaan. Jordanië is, sinds het in 1946 door Groot-Brittannië als staat ten doop werd gehouden, economisch afhankelijk ge weest van andere landen. Aanvankelijk heeft Engeland het de nodige hulp ver leend. Later hebben aangrenzende Ara bische staten geholpen. Irak staat econo misch veel sterker, omdat het de be schikking heeft over rijke olievelden. Vele waarnemers hebben de vereniging van Jordanië en Irak als een logisch ge volg beschouwd van het in maart 1937 door de Jordaanse regering genomen be sluit, om het vriendschapsverdrag met Engeland te beëindigen. De samenvoe ging is echter ongetwijfeld versneld door de totstandkoming van de „Verenigde Arabische Republiek", die Egypte en Syrië omvat. Zware sneeuwval heeft in Kopen hagen het normale verkeer geruime tijd volkomen lamgelegd. Een van de zeer weinige prettige kanten van deze omstandigheid was, dat men, als men dat verkoos, zoals Anne en Lene op deze foto op ski's naar zjjn werk kon gaan Vele Eerste-Kamerleden uiten hun bezorgdheid over de voortdurende vermindering van de steenkoolproduk- tie van ons land, zo blijkt uit het voorlopig verslag van de commissie van voorbereiding uit de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot vast stelling van de begroting van de Staatsmijnen in Limburg voor 1958. Velen dezer leden wijzen hierbij op de hier nog steeds voortdurende stij ging van de steenkoolbehoefte. Zij verwachten, dat de steenkoolvoorzie- Hoewel de werkgelegenheid in de landbouw zal afnemen, zal er waarschijnlijk toch een tekort aan landarbeiders ontstaan, luidt de conclusie van een tweede rapport van het Landbouw-Economisch In stituut over de werknemers in de landbouw. Aangenomen wordt, dat in de komende 15 jaren het aantal be nodigde landarbeiders zal kunnen dalen van 107.000 tot omstreeks 85.000. Dit cijfer varieert uiteraard sterk voor de verschillende land bouwgebieden. Voor de zandgronden wordt verwacht, dat het aantal benodigde landarbeiders zich ongeveer op het huidige peil zal hand haven. Voor de overige landbouwgebieden ligt een daling van de werkgelegenheid voor landarbeiders van 1525 pet. in de lijn van de verwachting. Het landarbeidersberoep wordt in alle gebieden in de rangorde van be roepen laag geclassificeerd. Voor deze De minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid is ten aanzien van de particuliere woningbouw in belangrijke mate tegemoet ge komen aan de wensen van de bouwondernemers. Hij heeft namelijk de subsidieregeling op verschillende punten gewijzigd. De voornaamste veranderingen zijn: 1. Voortaan geldt geen voor het ge hele land gelijk maximum aan stlch- tingskosten meer, waarboven geen pre mie wordt verleend. Er is een naar ge- meentegroep gedifferentieerd maximum vastgesteld, wat het mogelijk maakt de verschillen ln de grondkosten e.d. op te vangen. De nieuwe maxima zijn f 33.009, f 30.000 en f 27.000. 2. De maxima van de huurprijzen, waarboven geen premie wordt gege ven, zijn verhoogd, waardoor een bete re toepassing aan de realiteit (hogere rentevoet) wordt gevonden. De maxi ma variëren van f 140 voor de drie gro te steden, tot f 105 voor de gemeenten in de laagste klasse. Voor woningen met een zgn. halve premie zijn de maxi ma vastgesteld op f 185 voor de groot ste steden, aflopend tot f145. 3. De mogelijkheid is geschapen tot het verkrijgen van een geringer premie bedrag bjj een overschrijding van de maximale sticbtlngskosten of huurprij zen In plaats van het geheel vervallen van de premie by de hogere stlchttags- kosten dan f 80.000. 4. Ook ln gevallen, waarbij geen be middelend orgaan (bouwfonds) wordt ingeschakeld, zal een volle premie kun nen worden toegekend, ook al zijn de aanvragers 65 jaar of ouder. Overigens zal het aantal bemiddelende organen worden uitgebreid. 5. De premie zal voortaan worden toegekend aan de aanvrager-Initiatief nemer in plaats van aan de eerste eige naar van de woning by de eerste bewo ning. Daarmee verkrijgt de bouwonder nemer een grotere zekerheid, terwyi bovendien geld wordt bespaard aan re gistratierechten en makelaarsprovisie. In een toelichting, welke minister Witte dezer dagen op een persconferen tie gaf, zei hjj met de nieuwe premie regeling enkele „zere plekken" te heb ben willen wegnemen, om daardoor tot een grotere animo voor particuliere bouw te komen. Daar vergroting van het aantal wetwonlngen thans budge tair onmogelijk is, ligt de enige moge lijkheid óm tot meer woningen te ko men, ln de particuliere sector, aldus de minister. Tevens heeft lr. Witte een beroep gedaan op de gemeentebesturen om bij de verkoop van grond voor particulie re bouw zoveel mogelijk medewerking te verlenen, opdat er Inderdaad een groot aantal premiewonlngen zal ver rijzen. Dank zij de particuliere bouw kan men voor dit jaar behoudens on voorziene omstandigheden rekenen op 70.000 huizen. Minstens zo belang rijk is echter het aantal woningen, dat dit jaar in aanbouw zal komen. De mi nister had goede hoop, dat mede door de nieuwe regeling meer gebouwd zal kunnen worden. Ten aanzien van de werkloosheid in de bouwvakken toonde hy zich optimis tisch, mede als gevolg van het afgeven van meer ryksgoedkeuringen. Per 1 ja nuari was er nog voor f 1630 miljoen te realiseren, tegen 11580 miljoen per 1 januari 1957 en f1175 miljoen per 1 januari 1956, zodat er wel enige reden is voor vertrouwen in het komen tot een gezondere situatie op de bouw markt. plaats op de onderste sporten van de beroepsladder zyn vele factoren be palend, zoals werktijden, loonhoogte, promotiekansen werkomstandigheden, toekomstmogelijkheden in andere be roepen, het geringe aanzien van het landwerk, e.d. Als gevolg van deze relatief lage waardering blijkt de af vloeiing uit de landbouw groot te zijn, zowel onder de landarbeiders zelf, als bij de zoons van landarbeiders. De vergrote afvloeiing in de na-oorlogse jaren houdt ten nauwste verband met de economische sociale en culturele ontsluiting van het platteland. In het bijzonder op de zandgronden, waar de industrialisatie in de jaren na 1945 gestage voortgang heeft gemaakt, is dit het geval. ning de komende jaren namelijk tot het moment, waarop wij over kernenergie voor industriële doelein den zullen kunnen beschikken vele moeilijkheden zal blijven opleveren. Vele andere afgevaardigden stellen vast, dat de steenkoolproduktie van de Staatsmijnen, dank zij de voort schrijdende mechanisatie, in 1956 nog bemoedigend is geweest, doch in 1957 beneden de raming was gebleven. Ook de..opbrengst van de particuliere mij nen is in 1957 niet onaanzienlijk ge daald. Zij bleven een verdergaande mechanisatie als een der middelen zien om hierin verbetering te bren gen. Voorts waren vele leden van me ning, dat men de mijnarbeid nog aan trekkelijker zal moeten maken voor jonge arbeiders dan tot dusver het geval was, teneinde een voldoende personeelsbezetting van de mijnen in de toekomst te verzekeren. Om die reden betreurden zij de stopzetting van de eigenbouwregeling. Weer an dere leden merkten op, dat men bij de werving van personeel zowel op het aantal als op de kwaliteit der aan te trekken krachten zal dienen te letten. In verband met dit laatste is het huns inziens van groot belang naar stabiele arbeidsverhoudingen ta streven. Vrijdagnacht kwart over vier hield de Haagse jeeppolitie een volkswagen aan. Terwijl de papieren van de twee inzittenden gecontroleerd werden, ont dekte één van de beide agenten achter in de auto een kleine brandkast. Voor dat hij echter gelegenheid had, naar da herkomst te vragen, gaf de bestuurder plotseling vol gas en stoof met ge doofde lichten weg. De agenten zon den de auto enige schoten na, doch raakten hem niet. Bij de onmiddellijk ingezette achtervolging raakten zij da wagen kwijt. Intussen waren de om liggende gemeenten evenwel gewaar schuwd het nummer' was bekend en een goed uur later werd de auto, na een korte achtervolging door de politie van het bureau Overtoom in Amsterdam klem gereden. De inzitten den van de volkswagen, een huurauto, waren de 32-jarige W. J. H., chauffeur bij een krantenbedrijf en de 25-jarige meubelmaker C. J. H., beide uit Den Haag. Bij de aanhouding bleek de brandkast niet meer aanwezig. Ver moed wordt, dat deze onderweg in een vaart is geworpen. Omtrent de inhoud van de brand kast verkeert men in hét onzekere, daar tot nu toe niemand aangifte heeft gedaan van de verdwijning daarvan. Beide inzittenden hadden duizend gulden op zak. De chauffeur, die zich eerst uitgaf als journalist, had de auto gehuurd op naam van de krant waar hy werkzaam is. De Amerikaanse .marine zal, voor wetenschappelyk onderzoek, na af loop van het internationale geofysische jaar vier bases aan de Zuidpool in stand houden. Het zyn de basis aan de Zuidpool zelf, de basis Byrd, de basis Hallett en het station van de marine luchtvaartdienst te Momurdo. tendenties van werkgelegenheid en arbeidsaanbod, dan zal er naar alle waarschijnlijkheid in de landbouw een tekort aan arbeidskrachten optre den. De hieruit resulterende spannin gen kunnen in de praktijk het best worden opgevangen door vergroting van het aanbod van arbeidskrachten door middel van verbetering van de arbeidsvoorwaarden en van de levens- en werkomstandigheden (sociale po sitie). Het rapport noemt het vanzelfspre kend, dat deze oplossing voor de werkgevers alleen aanvaardbaar zal zijn, indien de bedrijfsuitkomsten de onvermijdelijk aan deze oplossing ver bonden kostenverhoging mogelijk maken. Het rapport geeft geen concrete richtlijnen over de wijze waarop ver beteringen in de bestaande situatie kunnen worden aangebracht; dit be hoort niet tot de taak van een onder zoekingsinstituut. Overheid en be drijfsleven dienen zich te beramen over de aard van de eventueel te treffen maatregelen en over de wijze Vergelijkt men de ontwikkelings- van uitvoering daarvan. Op een persconferentie heeft de directeur van het bureau der stichting bevordering bescherming bevolking, mr. L. Tielenius Kruythoff de geruchten tegengesproken volgens welke de regering reeds definitief zou hebben beslo ten de burgerdienstplicht voor de bescherming van de bevolking in te voeren. Het leek de heer Kruythoff echter niet onwaarschijnlijk dat een dergelijke maatregel voor enkele grote steden, waar zich niet voldoende vrijwilligers hebben gemeld voor de bezetting van sommige vitale diensten en van de BB- organisatie thans in overweging wordt genomen. De heer Kruythoff deelde verder mede, dat het dagelijks bestuur van de stichting BB maandag 24 februa ri ln Den Haag byeen zal komen om over deze eventuele invoering van een burgerdienstplicht van gedachten te wisselen. De stichting is namelijk be voegd aan de regering advies uit te brengen over o.a. de psychologische gevolgen van bepaalde maatregelen de burgerbescherming betreffend. De BB heeft thans een bezetting van 167.000 leden. Het verloop wordt ge heel opgevangen en er is zelfs een klei ne vooruitgang. De blokploegen zijn thans voor ongeveer twee derde bezet en hiermee kan de regering wel genoe gen nemen. Voor de bezetting van de operatie- va vaste diensten (medische dienst, opruimingsdienst, sociale dienst en brandweerafdeling) ontbreken even wel op de 25.000 man die men nodig heeft, ongeveer 11.000, voornamelijk in enkele grote gemeenten. Aangezien het hier diensten betreft waarvan de leden in geval van nood gekazerneerd zullen worden aan de rand van de gemeente, bestaat hier voor tot nu toe slechts weinig animo. De burgerdienstplicht ligt ons volk ech ter niet en deze zou trouwens vele pro blemen met zich brengen van organi satorische aard. Vooral op de 167.000 noodwachters die thans reeds deel uit maken van de BB, zou de Invoering van een dergelijke dienstplicht een funeste invloed hebben. Veel meer voelt het bestuur dan ook voor een wervingsac tie om te trachten het benodigde con tingent op basis van vrijwilligheid ta bereiken. In deze geest zou het bestuur de regering dan ook een voorstel wil len doen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1958 | | pagina 3