Zullen Irma, Peter en Juliette ooit
hun vader terug zien?
Minister Klompé is voorbeeld
voor veel collega's
Kennismaking met het
vaderland
nieuwe
Geen suikerzoetheid
„IK HOUD HET ZONDER MIJN MAN NOOIT UIT"
assmg is
Aanp
een probleem
Optimistisch
Ingewikkeld
Veertig koks
Contractpensions
UIT DE KERKEN =J
Hier past een „neen"
EREPALM VOOR VROUWELIJKE EXCELLENTIE
Als 't vuur hoog opschiet
in de keel
Stromen van kracht
Paus en verdraag
zaamheid
Als de liefde er maar is
Maandag 3 februari 1958
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 4
ALS WIJ HET VRIJ KLEINE kamertje van het
contractpension in Leersum binnenstappen, staat
mevrouw D. M. Spiero in de wasbak kinderkleer-
tjes te boenen. Ze heeft een lange gebloemde ka
toenen jurk aan met een dun vestje er over. In een
houten ledikantje ligt een kleine donkere baby te
huilen. Een jongetje kijkt ons met zijn prachtige
grote zwarte ogen nieuwsgierig aan, terwijl hij on
geduldig aan zijn wat te wijde pyamabroek sjort.
Zijn zusje speelt zoet met een levensgrote pop, die
zij in Napels van haar moeder heeft gekregen.
Mevrouw Spiero is enkele dagen geleden met de
Willem Ruys in Nederland aangekomen. Zij werd
met haar kinderen, de zesjarige Irma, Petertje van
Maar het geval van mevrouw Spiero
is erg moeilijk. Tien jaar geleden
trouwde ze met een Nederlander,
waardoor zij de Nederlandse nationa
liteit kreeg. Na een ruzie verliet zij
haar man en haar zoontje. Nadien
heeft ze geen contact meer met hen
gehad, ze weet zelfs niet eens of ze
nu in Nederland of in Indonesië wo
nen. Haar tweede man is Indonesiër.
Hij heeft geen visum en hij mag zijn
land niet verlaten. Maar omdat me
vrouw Spiero nooit officieel is ge
scheiden, heeft zij nog steeds de Ne
derlandse nationaliteit, evenals haar
drie kinderen en zij móest Indonesië
verlaten.... Wachten duurt lang en
het kan nog maanden en maanden
duren, voor haar man in Indonesië 'n
visum en een exit-permit krijgt, èls
hij die tenminste krijgt.
De kinderen luisteren niet eens naar
dit trieste relaas. Irma is misschien de
enige die de grote verandering in haar
jonge leventje bewust heeft ervaren.
„Heb jij het koud?" vraagt ze aan
haar pop, „so sielig, ja, kom jij maarr
hierr hoorr!" Maar de pop staart haar
met koele glazen ogen onbewogen aan.
Gelukkig hebben de meeste repa
trianten hun gezin bij elkaar kunnen
houden. Maar velen hebben afscheid
moeten nemen van hun Indonesische
ouders en schoonouders. Wij hebben
verschillende ecavué's gesproken en
het is opvallend, hóe optimistisch ze
zijn over hun nieuwe toekomst. Vaak
hebben zij alles, hun geld, hun meu
bels en hun boeken, in Indonesië ach
ter gelaten. Maar óók de chaos, de
onzekerheid, de honger, de vijand
schap en de beledigingen van de be
volking
Op 1 januari 1955 waren er naar
schatting 94.000 Nederlanders in In
donesië, op 1 december 1957 nog maar
45.000. De grote uittocht is pas de
laatste maanden begonnen: sinds de
cember zijn er 20.000 vertrokken. Een
deel hiervan is inmiddels al in Neder
land gearriveerd, maar tot april zullen
er bijna iedere week weer nieuwe
schepen en vliegtuigen aankomen.
De repatrianten die met Nederland
se schepen en vliegtuigen zijn ver
voerd, worden direct naar contract
pensions gebracht. De anderen gaan
eerst naar de legerplaats Budel op de
Brabantse hei, waar zij geënqueteerd,
doorgelicht, gekleed en geregistreerd
worden. De accomodatie van de ge
charterde buitenlandse schepen en
vliegtuigen is 'hiervoor namelijk niet
zo geschikt als die van de Nederland
se. De kampcommandant, luitenant-
kolonel 3. L. Maris, vertelde dat de
gedachte aan Budel de meeste repa
trianten onderweg met schrik heeft
vervuld. De woorden „kamp" en „ba
rakken" riepen niet zulke prettige
herinneringen opMaar dat Budel
ls meegevallen, is wel zeker. Er wa
ren zelfs verschillende repatrianten,
die er niet meer weg wilden!
De Indonesische Nederlanders wor
den in Budel voor een dag of vijf zes
gehuisvest in gezinskamers. In het
hospitaal worden de nieuw aangeko-
menen medisch gekeurd en doorge
licht, in de ziekenboeg worden de pa
tiënten behandeld door artsen, die
zich o.a. hebben gespecialiseerd in
tropische en kinderziekten. De ge
zondheidstoestand van de repatrianten
valt over het algemeen erg mee. Veel
kleuters zijn wat zwak, omdat zij aan
aan boord niet de juiste voeding kon
den krijgen. Maar zij knappen, dank
zij de uitstekende verzorging van de
verpleegsters en de diëtiste meestal
weer heel gauw op. Natuurlijk zijn er
ook ettelijke griepgevallen, maar tot
nu toe zijn er nog maar weinig men
sen gearriveerd, die zo ziek waren dat
zij naar een ziekenhuis in de omge
ving moesten worden overgebracht.
Het Centraal Comité van Kerkelijk
en Particulier Initiatief ten behoeve
van Gerepatrieerden (C. C. K. P.) en
het Rode Kruis doen alles om het
korte verblijf in Budel zo aangenaam
mogelijk te maken.
De maatschappelijke werksters re
gelen de plaatsing in contractpensions.
Dat is niet bepaald eenvoudig, want
zij houden rekening met de wensen
van degenen die onderdak zoeken.
Een gezin met grote kinderen moet
geplaatst worden in een omgeving
waar de nodige scholen zyn, repatri
anten met kennissen of familie in Ne
derland worden zoveel mogelijk in
dezelfde streek ondergebracht, ouden
van dagen gaan naar bejaardentehui
zen waar zij de verzorging' kunnen
krijgen die zij nodig hebben, sommige
kinderen moeten in afwachting van
de komst van hun ouders in speciale
pensions worden ondergebracht, kort
om: er zijn ontelbare problemen die
om een oplossing vragen. Voor de al
leenstaanden is het natuurlijk het
meest gewenst dat zij in een gezin
worden opgenomen. Gelukkig komen
er wat meer aanbiedingen van gezin
nen die één of meer Indonesische
landgenoten "tijdelijk willen huisves
ten, maar het zijn er helaas nog lang
niet genoeg!
De steeds wisselende bevolking van
het kamp bestaat voor ongeveer de
helft uit kinderen. He* is voor de
maatschappelijke werksters, de vrou
welijke vrijwilligers, de Rode Kruis-
helpsters en de jeugdleiders van het
C. C. K. P. een hele opgaaf, de jeugd
bezig te houden met filmpjes, poppe-
kastvoorstellingen, televisie, sjoelen,
tafeltennissen, wedstrijden, enzovoort.
In Eindhoven hebben de scholen 'n
grote spee'goedactie op touw gezet.
De opslagplaats moet voor kinderen
wel de schatkamer van een heel rijk
sprookjesprinsesje lijken: langs de
muren staan rijen poppen, fietsjes,
achttien en Juliette van vijf maanden, onderge
bracht in een pension in Leersum, een plaatsje in
Utrecht dat 's winters bijna uitgestorven lijkt. In
één kamertje wonen, slapen en eten ze met z'n
vieren.
„Mijn man is nog in Indonesië", vertelt mevrouw
Spiero. Terwijl ze zenuwachtig aan haar sigaret
trekt, vraagt ze plotseling heftig: „Kunt U ons
helpen? Ik houd het hier zonder mijn man nooit
uit!" Ze haalt een brief te voorschijn, die 's mor
gens uit Djakarta is gekomen. „Wil je alsjeblieft
bij alle belangrijke instanties vragen, hoe ik zo vlug
mogelijk in Nederland kan komen? Per slot van
rekening ben ik toch de vader van de drie kinde
ren", lezen we.
Degenen die al werk hebben dragen
zestig procent van hun salaris bij voor
de pensionprijs. Hiervoor hebben zij
dus onderdak en voedsel, terwijl de
vrouwen alleen het lijfgoed zelf be
hoeven te wassen.
Mevrouw A. J. L. BosBerrier, die
zelf in Indonesië is geweest en de taal
en de gebruiken van het land kent,
is maatschappelijk werkster voor het
C.C.K.P. Ze vertelt ons, dat de meeste
repatrianten zich graag zo vlug moge
lijk aan de Nederlandse nieuwe om
standigheden willen leren aanpassen.
Ze worden direct bij aankomst inge
schreven bij het Gewestelijk Arbeids
bureau en ze zijn erg blij als ze snel
autopeds, poppehuizen, kleine keuken
tjes, boeken en spelen opgesteld. Zo
dra de kinderen in Budel aankomen,
mogen ze wat speelgoed uitkiezen. En
soms vinden ze dan een briefje: „Lief
vriendinnetje. Hierbij mijn pop, de
juffrouw in de school vertelde dat
jullie zo lief zijn. Ik zal voor jullie
bidden. Met veel groeten van Elsje".
Voor de gasten uit Indonesië zijn 27
extra koks naar Budel gestuurd, zodat
de maaltijden in de enorme keukens
nu door veertig witgemutste militairen
worden bereid, zowel op de Indone
sische als op de Hollandse manier. De
meeste repatrianten prefereren de
rijsttafel, maar er zijn er ook, die zo
gauw mogelijk hélemaal Hollands
willen worden en die de soep, de
aardappelen en de bloemkool alle eer
aandoen. Voor de babies is er een spe
ciale keuken. De proviandruimten
liggen vol zakken, dozen, blikken,
kisten en flessen. Ér komt heel wat
kijken voor een gezin dat soms be
staat uit zo'n 1400 personen
Aan boord van de schepen krijgen
de repatrianten al warme kleren voor
de reis naar Budel. De toeschouwers
op de kade hebben misschien wel eens
een andere indruk gekregen: er zijn
n.l. tamelijk veel evacué's, die zó blij
zijn met de nieuwe kleren, dat ze ze
zorgvuldig in een koffer stoppen „voor
zon- en feestdagen" en dan in hun
pyjama de loopplank af tippelen
In het kamp krijgt ieder een kle-
dingbon voor de noodzakelijke kle
dingstukken. Tot een maximumprijs
mogen de mensen zelf de kleren uit
zoeken, die zij het liefst willen heb
ben. Éen maatschappelijk werkster
adviseert bij de aankopen. In Budel
hebben zestien grote textielzaken hun
tenten opgeslagen, zodat de evacué's
niet naar de stad hoeven voor hun
nieuwe garderobe. Kinderen en vrou
wen krijgen in het kamp warme bont
laarsjes plus een bon, waarvoor zij in
hun toekomstige woonplaats bij iedere
winkelier schoenen kunnen kopen.
Na een verblijf van een jaar in Ne
derland wordt de garderobe eventueel
nog een keer aangevuld, wanneer de
repatrianten zelf niet genoeg verdie
nen.
Eén van de grootste contractpensi
ons ligt op de Veluwe bij het prach
tige natuurbad van Doorwerth. Al ze
ven jaar lang is dit hotel het eerste
Nederlandse tehuis van gemiddeld
vierhonderd repatrianten geweest. Ie
der gezin heeft er een of twee kamers.
De meeste mannen hoeven niet lang
zonder werk te blijven, omdat er in
de omliggende steden veel grote in
dustrieën zijn. Ze worden ook auto
matisch op de lijst van woningzoeken
den geplaatst en zo komt het dat er
iedere keer weer kamers vrij komen
voor nieuwe repatrianten.
werk gevonden hebben. De vrouwen
bezoeken trouw de cursussen voor
naaien, breien, koken, kinderverzor
ging en Nederlandse taal, zodat ze
als ze eens in een eigen huisje wonen
beter tegen de moeilijkheden opge
wassen zullen zijn.
In ons land zijn op het ogenblik tien
predikanten belast met de zorg voor
de repatrianten. In het hotel in Door
werth wordt iedere zondag een pro
testantse en een R.K. kerkdienst ge
houden. De kleinere contract-pensions
worden regelmatig bezocht door do
minees en door R.K. geestelijken zo
wel als door maatschappelijke werk
sters van de verschillende levensbe
schouwelijke organisaties voor maat
schappelijk werk.
De huisvrouwen moeten in Door
werth zelf hun kamers in orde
houden. In Indonesië hadden ze
voor dergelijk werk meestal be
dienden, maar sommigen zijn er
verrassend goed in geslaagd, om
van hun kamertje met planten,
platen en wandkleden een gezel
lig thuis te maken. Bij anderen
val je, zodra je binnen komt, bijna
over de rommel... De aanpassing
is en blijft een probleem, al heeft
het ene gezin er minder moeite
mee dan het andere. Wat er alle
maal gedaan wordt voor de Indo
nesische Nederlanders, welke
moeilijkheden en welke mogelijk
heden zij hebben, hopen wij U in
een volgend artikel te vertellen.
Dr. J. J. Buskes herinnert in het
weekblad In de Waagschaal aan uit
spraken van dr. H? van der Linde, de
Middelburgse predikant, die gelooft in
een toekomstige eenwording van rooms-
katholieken en protestanten. Wel er
kent dr. Van der Linde, dat b.v. de Ma
riaverering een moeilijkheid op de weg
tot hereniging is, maar hfj acht dit een
bijkomstige kwestie. Nu schrijft dr.
Buskes:
De paus heeft voor het Lourdesjaar
een gebed geschreven. Hij schreef het
in het Frans. Hier volgt de vertaling
van de Volkskrant:
„Gehoorzaam aan uw moederlijke
stem, o Onbevlekte Maagd van Lour-
des, haasten wij ons naar u bij de ne
derige grot, waar gij hebt willen ver
schijnen om de afgedwaalden de weg
van het gebed en boete te wijzen en om
de beproefden de genaden en de won
deren van uw soevereine goedheid te
schenken. Aanvaard, o medelijdende
Koningin, de hulde en de gebeden, die
de volken en naties, verdrukt door de
verbitteringen en de beklemmende zor
gen, vertrouwvol tot u te richten.
O sneeuwwit Visioen van het para
dijs, verdrijf uit de geesten de duister
nissen van de dwaling, door het licht
van het geloof! O mystieke Rozelaar,
verfris de terneergeslagen zielen door
de hemelse geur van de hoop. O onuit
puttelijke bron van heilbrengend water,
wek de verdorde harten tot nieuw leven
door de stromen van de goddelijke lief
de! Maak dat wij allen, uw kinderen,
door u gesterkt in de moeilijkheden,
beschermd in de gevaren, gesteund in
de strijd, uw zachtmoedige Jezus zo
liefhebben en dienen, dat wij de eeuwige
NCRV-televisie
Dinsdag 4 februari zal op de film
avond van de N.C.R.V.-televisie de film
„Met Scott naar de Zuidpool" worden
uitgezonden.
Nu in het internationaal geofysische
jaar 1957-1958 verschillende landen bases
hebben gevestigd in het Zuidpoolgebied
en speciaal de recente Britse expeditie
wekenlang in het middelpunt van de be
langstelling heeft gestaan, is het goed te
herinneren aan het feit, dat Hillary en
Fuchs niet de eersten waren, die de
Zuidpool over land hebben bereikt. De
pioniers Amundsen en Scott bereikten de
Zuidpool respectievelijk in december 1911
en januari 1912. De film „Met Scott naar
de Zuidpool" is een gedramatiseerde re
constructie van de expeditie onder lei
ding van de Engelsman Scott en als zo
danig een hulde aan de nagedachtenis
van degenen, die met veel primitievere
middelen en o„der veel moeilijker om
standigheden het verkenningswerk heb
ben ondernomen.
OP SOMBERE, ZONLOZE DAGEN zou je als vrouw de neiging
krijgen om alle kranten in de brievenbus te laten en de radio met
zijn nieuwsdienst onbeperkt vakantie te geven, door eenvoudig de
knop op de nieuwstijd niet meer om te draaien. Je kunt je dan ver
schansen in je eigen huis, en daar je in je privé wereldje het zo ge
zellig mogelijk te maken.
Nu zou je dit isolement niet zo heel lang kunnen volhouden, want
door alle kieren van je huis dringt toch telkens weer het gerucht van
het grote wereldleven binnen. Bovendien is zo'n levenshouding van
„verstoppertje-spelen" niet Christelijk te noemen.
Het is wel heel droef, wat we in kranten-artikelen en foto's te zien
krijgen van de gerepatrieerden uit Indië. Natuurlijk er wordt ontzag
lijk veel voor hen gedaan en een woord van warme waardering voor
wat onze vrouwelijke minister voor hen doet is stellig verdiend, maar
vooral voor hen, die nog nooit buiten Indië zijn geweest, is het toch
wel een zware opgaaf om zich hier te moeten aanpassen. Alleen al de
grote overgang naar dit klimaat hier, zal moeilijk zijn. Het hele leven
met al zijn moeite schijnt veel draaglijker, als je zo maar naar buiten
kunt stappen, waar de zon het leven licht maakt.
Zelf heb ik eens, toen het hier bar
winterde, maandenlang in Californië
doorgebracht. Toen het voorjaar net
begon, aanvaardden we de terugreis,
wat meebracht, dat we eigenlijk nog
een winterse tijd moesten doormaken
met schrale winden, sneeuwstormen
en veel kou. Hoe viel dat af en hoe
kleumden we dat lange en trage voor
jaar door.
En nu deze Indische mensen, die héél
hun leven in veel warmer klimaat
doorbrachten, wat zullen hier die kou
de maanden moeilijk vallen.
Ik zag in een van de kranten een
foto van een heel oud vrouwtje, ge
kleed in sarong, die door de stewar-
des uit het vliegtuig moest worden
geholpen. Dat demonstreert wel duide
lijk van welke aard het regime is, dat
nu ons voormalig Indië in de ban
heeft. En daar durft men dan smalen
over ons kolonialisme. Het heeft met
eigen mensen niet eens compassie.
Want zo'n vrouwtje van gemengd
bloed, dat geboren is en geleefd heeft
enkel in Indië kan men toch stellig
wel onder hun eigen mensen rekenen
daar. Deze zijn immers met elke vezel
van hun bestaan Indisch.
Het is daarom weldadig, dat Minis
ter Klompé alles in het werk stelt om
de gerepatrieerden zo goed mogelijk te
ontvangen. Wat roert deze vrouwelijke
excellentie op alle manieren de grote
trom daarvoor enop vrouwelijke
manier. Dat ieder die in staat is te
helpen, dat toch zal doen.
Het heeft me, en dat is toch weer
een lichtpunt, ook echt goed gedaan,
dat minister Klompé, ook weer speci
fiek vrouwelijk, zo maar eens zonder
diplomatieke woorden heeft gezegd,
dat we niet moeten toegeven aan chan
tage. Mijn goeie ouwe Koenen, het veel
gebruikte woordenboek, zegt achter dit
woord: „Afpersing, afdreiging".
Dat is precies de methode van de
„heer" Soekarno c.s.
En minister Klompé zei dit dan
maar even, kort, krachtig en kloek
moedig op een vergadering. Niet toe
geven aan de chantage van Indonesië.
Er is een categorie van mensen,
mannen dan, die in dit opzicht van
onze vrouwelijke minister wat leren
kunnen. Er komen vaak veel hoge he
ren op „hoog niveau" bijeen uit alle
delen van de wereld haast. En dat ge
zelschap spreekt machtig veel mooie
woorden, die zo zoet klinken als een
lied op een zomeravond. In dat prach
tige woordenlied beluister je vaak
klanken als „rechten van de mens".
EREPALM
Van al die suikerzoetheid ziet men
evenwel niet veel resultaat en toch
zijn degenen, die deze mooie woorden
gebruiken mensen, die als regerings
leiders de macht en het recht in han
den hebben om ook eens iets te doen
als de zo veel besproken rechten van
de mens deerlijk geschonden worden.
Daarom verdient onze vrouwelijke
excellentie wel een erepalm, want niet
alleen spréékt ze juist, maar ook naar
de mate van haar bevoegdheid, doet
zij, wat ze kan voor de gerepatrieer
den.
Het doet je Nederlands vrouwenhart
goed dit te kunnen constateren van
een onzer.
En dan nog dat andere lichtpunt!
Het gaat weer over een vrouw. Een
heel jonge dan, want we willen dit
praatje eindigen met nog even te zeg
gen, al is het dan een dag na de feest-
datum dat we blij zijn, dat vrijdag
onze Kroonprinses haar kroonjaar
mocht vieren.
Zij staat nog voor het leven en in
de toekomst wacht haar, zo de Here
wil, een zware taak. Daarom kunnen
we ons met haar verheugen in deze
mooie jaren, welke zij nu beleeft. En
we wensen haar toe, dat de Here haar
alles geven wil wat nodig is voor tijd
en eeuwigheid.
Maja.
Standaard enveloppen om
verzendkosten te drukken
Met de Verenigde Staten en Canada
pleegt Groot-Brittannië op het ogenblik
overleg om te komen tot een standaard
envelop, aldus heeft de directeur der
Britse posterijen, de 1 er Ernest Maples,
verklaard.
De heer Maples zeide dat een van de
gevolgen van de mechanisatie was dat
deze wellicht zou leiden tot een stelsel
van standaard enveloppen. Hij zeide dat
in een Engelse stad een experiment zou
worden ondernomen. „Over het algemeen
gesproken," aldus de directeur, „wordt
een envelop vier keer door vier verschil
lende postbeambten gesorteerd en het
proces is daarom kostbaar. Ik zou de
brieven graag mechanisch en elektronisch
gesorteerd willen zien, zonder dat ze ge
durende dit proces ook maar een keer
met de hand worden aangeraakt. Om dit
te kunnen doen moeten wij een standaard
envelop hebben. Als de problemen van
sorteren en bestellen niet worden opge
lost", aldus de directeur der Britse pos
terijen, „zouden de tarieven blijven stij
gen."
Generaal Sir Francis Festing is
met ingang van 1 september a.s. aan
gesteld als chef van de generale staf
van het Britse imperium, aldus een
bekendmaking van het ministerie van
oorlog.
Ingezonden mededeling (adv.)
oplaaiend vannit de maag
Dat is geen kwaal die ge nog langer
hoeft te dragen. Neem Rennies die
blussen de brandende pijn. Voetstoots.
Rennies neutraliseren alle overtollig
maagzuur en nemen zo de oorzaak
weg van die snerpend brandende pijn.
vreugde mogen winnen bij uw troon in
de hemel. Amen!"
Wij weten niet, hoe dr. Van der Lin
de over zo'n gebed denkt. Wij vinden
het afschuwelijk. Wat zijn dat, de ge
naden en de wonderen van Maria's soe
vereine goedheid, en hoe kan men een
mens aanspreken als een onuitputtelijke
bron van heilbrengend water?
Dit raakt niet de rand, maar het hart
van ons geloof. Hier kunnen wij alleen
maar zonder enige reserve „neen" zeg
gen.
Op de jeugdpagina van de (gerefor
meerde) Leldse Kerkbode vertelt Sipke
van der Land, dat hij een uitnodiging
kreeg om samenkomsten van de op
wekkingsbeweging Stromen van Kracht
bij te wonen. Hij verbindt daar deze
overpeinzing aan:
Als je zo'n uitnodiging in de bus
krijgt en je hebt de prullebak zo gauw
niet bi) de handnouwie weet
trek je de stoute schoenen aanwie
weet heb je genoeg van die koude kof
fiewie weet ben je op zoek naar
de redelijke onvervalste melkwie
weet
Ik weet het niet. Ik weet wel dat
onze dominees niet voor niks de pen
ter hand hebben genomen. Ik weet wel,
dat er iets aan de hand is. Ik weet wel
dat ik sinds kort een broeder heb die
in tongen spreekt en die chiliast ls én
diegereformeerd is!
Dat moet je meemaken! En we ma
ken het mee! We maken het mee dat
er mensen in onze kerken in de kou
staan. Dat ze zeggen ergens anders wat
wamte te vinden. Of een heleboel!
Stromen van kracht! Het heeft onze
dominees stromen van kracht gekost
om onze broeders en zusters die stro
men van kracht te besparen, Waarom T
Omdat wij niks moeten hebben van de
gaven des Geestes? Omdat wij met ons
kabbelend beekje van kabbelende
kracht wel welletjes vinden? Omdat wij
geen tegenwoordigheid van de Geest
nodig hebben? Ofomdat we weten
dat wat buiten de kerk kan, ook in de
kerk kan?
Heb je die enthousiastelingen wel
eens meegemaakt? Bedenk dan dat or
hard gewerkt moet worden! Dat hit
tijd wordt met onze verenigingen bid
stonden te houden! Om samen open te
staan voor de kracht van de Heilige
Geest, die geweldig werk doet. Ook bul
ten de kerk.
Wat of ik nu met die uitnodiging
doe? Er staat in: „Wie dorst heeft, die
kome
Ik bén gekomen, ik héb genomen
van het water des levens om niet. In
de gereformeerde kerk notabene!
Wat een stromen van Kracht!
De thans overleden oud-hoogleraar
dr. J. Lindeboom van Groningen had
kort voor zijn dood nog een artikel voor
De Protestant geschreven over activi
teiten van het vaticaan in 1957. Aan
het slot van dit artikel schreef prof.
Lindeboom:
Het oecumenisch streven ls niet bui
ten de aandacht van het vaticaan om
gegaan. Opmerkelijk is de pauselijke
toespraak ter gelegenheid van het twee
de lustrum der internationale beweging
van katholieke intellectuelen, op 5 april
1957, waarin hij aanspoorde tot actieve
samenwerking met andersdenkenden in
het gemeenschappelijk licht der rede,
in eenheid met allen, die de leer van
het natuurrecht respecteren. Men heeft
het een doorbraak op intellectueel ge
bied genoemd.
Aan de oprechtheid van deze uitlating
behoeft niet te worden getwijfeld. Maar
hoeveel helderder zou dit geluld klin
ken, wanner het zijn klankbodem vond
in een ondubbelzinnige afkeuring vati
discriminatie van roomse zijde, van ge
loofsvervolging en ontrechting, waar
van „andersdenkenden" in sommige
roomse landen nog altijd te lijden heb
ben!
B(j alle encyclieken, allocuties en
boodschappen, waarin vaak zo veel te
waarderen is, wacht de wereld nog al
tijd op een onomwonden uitspraak in
zake verdraagzaamheid, zonder de re
serves en de terughouding, waarmee zo
dikwijls die uitingen van het vaticaan
wij erkennen: soms nodig en onver
mijdelijk behept zijn.
Ergens in Kampen kreeg een jonge
moeder bezoek van een buurvrouw. Ds.
J. Ewold, die dit in Hervormd Kampen
meedeelt, voegt er het onderstaande
aan toe:
Het gesprek komt op de vraag of
de kleine ook gedoopt moet worden. De
jonge moeder zegt, dit wel te willen,
maar zij .is zelf ongedoopt, en zal dus
eerst belijdenis moeten doen. Dan zegt
de buurvrouw: Doe dat maar nooit,
want dan betaal je je(hier moest
een lelijk woord staan).
Afgezien van het feit, dat buurvrouw,
die zelf lidmaat is, blijkbaar erg weinig
liefde heeft voor de kerk, waarin zij
zelf destijds belijdenis deed en die zij
beloofde, mede in stand te houden, wil
ik dit voorval gebruiken om de vraag
te stellen: Heeft buurvrouw gelijk? Ik
dacht van niet! Hier in Kampen wordt
0.9 pet. "hoofdelijke omslag geheven van
het inkomen, waarbij dan nog verschil
lende factoren kunnen leiden tot ver
mindering.
Het percentage ligt in Kampen laag.
Er zijn gemeenten, waar ongeveer 2
pet. geheven wordt. Om dan nog maar
niet te spreken over allerlei kleine gods
dienstige groepjes, die met 40 a 50 ge
zinnen een eigen predikantsplaats be
kostigen en een pastorie moeten onder
houden. Hoeveel zuilen deze mensen wel
niet van him Inkomen voor hun kerk
moeten afstaan?! Neen, als de liefde
er maar is, heeft men best veel voor
de kerk over. In Kampen kost het lid
maat zijn aan geld niet veel! Tenslotte
gaf de Koning der kerk Zijn leven voor
haar.