GEDENKDAG Dankbaar Pro Rege kreeg meer dan vier ton binnen C.J.B.T.B. wordt federatie van provinciale bonden Voor militair is verzorging zeer geestelijke belangrijk Als orgaan van overleg is de SER nog niet geslaagd Nu kunnen negen militaire tehuizen worden gebouwd Sigaretten duurder Jaarvergadering in Alphen Schrijven van moderamen Gen. Synode Ned. Herv. Kerk en sectie Kerk en Strijdmacht „Electrische spier Studieconferentie CNV Zaterdag 1 februari 1958 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 DE DATUM VAN 1 FEBRUARI zal voor vele Nederlanders, maar zeker voor alle Zeeuwen van onze generatie, niet voorbij kunnen gaan, zonder de herinnering op te roepen aan die eerste februari 1953, toen de ramp van de watersnood onze provincie zo diep trof. Het is vandaag vijf jaar geleden Onze gedachten gaan uit naar die droeve zondag, toen de storm nog na- gierde van, zijn nachtelijk tempeest toen de golven hoog opsloegen over de landerijen en door de huizen, die die nacht waren veroverd toen het water voortging, zijn vernielend werk te doen. Onze gedachten gaan uit naar hen, die omkwamen in de verwoesten de stroom, naar hen, die ze treurende nalieten, naar hen, die in allerlei op zicht zoveel verloren en bij wie de wonden in de jaren, die voorbijgingen, nog niet konden helen, naar hen, die de moeiten van het geëvacueerd zijn ondergingen, en ook de moeilijkheden, die aan de terugkomst vastzaten, aan de opruiming en de wederinrichting en de wederopbouw. Maar dan vanzelf gaan onze gedach ten ook uit naar de hulp, die zo aller- wege en spontaan werd geboden, uit eigen provincie, uit ons gehele land, uit het buitenland. We gaan geen namen noemen, geen organisaties, geen instellingen. Ieder van ons kan zich nog zo heel veel le vendig herinneren. We weten, dat de noodschreeuw uit Zeeland en de ande re getroffen gebieden onmiddellijk be antwoord is met een golf van hulp vaardigheid, die het hart verwarmde. DAT IS NU alles vijf jaar geleden. We kunnen het ons haast niet in denken. Enerzijds lijkt het korter. De herinnering is zo scherp in onze geheugens gebrand, dat het is, alsof het pas gebeurd is. Anderzijds lijkt het veel langer. Het leven heeft in die vijf jaar zo'n stroom van gebeurtenissen over ons doen gaan, dat zelfs deze grote gebeur tenis naar de achtergrond is gescho ven. Daarbij komt, dat het herstel zo snel Is voortgeschreden. Zeker men vindt in onze provin cie nog de plaatsen, waar de tekenen van de ramp duidelijk zichtbaar zijn. Maar er zijn ook hele gebieden, waar de vreemdeling, die Zeeland vóór deze tijd niet kende, alleen getroffen zal worden, door het feit, dat er zoveel nieuwe huizen staan, of houten hui zen, die aan het oude beeld van Zee land nagenoeg vreemd waren. Waarin het hem zal treffen, dat de watergan gen en de afscheidingen en de wegen zo prachtig recht gelegd zijn en dat de boomgroepen, die anders het land schap onderbreken, hier maar schriel en schraal zijn, jong opkomend gewas. WIE ZEELAND VOORHEEN kende, het land, dat daar lag als een tuin, zal zo heel erg veel missen. Het zal hem gaan als de oude Israëlieten, die de tempel van Salomo gekend had den en die, toen na de terugkeer uit ballingschap een nieuwe werd inge wijd, een brok in hun keel voelden schieten. Maar de jongeren juichten, om het schoons, dat zij tot stand hadden zien komen. Die ouderen hadden gelijk. Maar die jongeren ook. Wij, die de tijd voor de ramp ken den, voor wie het Zeeland van toen zo vertrouwd was, zullen de herinne ring daaraan altijd met ons mee dra gen. Maar hoe langer hoe groter zal de groep worden van hen, voor wie al leen dit jongere bestaan heeft en be staat. En dat jongere zal nieuwe inhoud krijgen, nieuwe kleur. De kaalheid zal verdwijnen en het Zeeuwse landschap zal weer stralen in een eigen glans. HET IS ALTIJD MOEILIJK, Gods wegen te begrijpen. Toen in de eerste oorlogsdagen de stad Rotterdam ver woest werd, leek het een onherstelba: re ramp. Als we thans, vooral bij avond, over het Rotterdamse viaduct rijden en we zien dan de verlichte contouren van de nieuwe stad, terwijl de nog open plaatsen in het duister wegvallen, beseffen we: hier verrijst nieuwe schoonheid. Dat zal ook voor Zeeland in de toe komst gelden. De herinnering aan het oude zal al meer terugwijken. Blijven zal slechts de herinnering. Het levendigst bij-hen, die de tij£ voor de ramp zelf meemaakten. Als een his torisch feit, op te bouwen uit beschrij vingen en tekeningen bij hen, die al leen het nieuwe zagen. TOCH ZAL ER één ding zeker moe ten blijven. En daarom is het goed, dat op een dag als vandaag over de ramp geschreven wordt: de herinne ring. Die herinnering heeft vele facetten. Wij denken aan Gods almacht, die omverblies door de machtige elemen ten, wat wij in menselijke ijdelheid en waan als zekerheid voelden. Wij denken aan de droeve plotselin ge dood van zo velen, die omkwamen, aan de angst en ellende, aan de diepe smart en de grote verliezen van hen, die de ramp overleefden. Maar we denken ook aan de grote moed en inspanning, die zovelen ge geven hebben, om te redden aan men senlevens en levende have en kost baar bezit, als mogelijk was. We denken aan de reuzeinspanning, die allerlei instanties in binnen- en buitenland zich hebben getroost, om de schade op te vangen en te herstel len. We denken aan zoveel hartelijke, echt-gemeende behulpzaamheid en gastvrijheid, die van alle zijden tot ons gekomen is. We denken ook weer aan de won derlijke uitzichten, die de wederop bouw voor onze provincie heeft ge opend. En als we dat alles overzien, dan gaat onze grote dankbaarheid uit tot God, die in een weg, die wij niet lan ger begrijpen, zulke grote dingen heeft gedaan, die voor de toekomst van on ze kinderen van het grootste gewicht kunnen zijn. Zijn weg is in de donkerheid. Maar wie die weg naspeurt, ziet aan het eind toch, dat die weg getekend wordt door een lichtspoor, waarlangs Hij ze genend voorwaarts gaat. En we kun nen zingen het oud-Nederlandse lied der uitredding: (Van één onzer verslaggevers) De Actie Vier Ton van de Koninklijke Ned. Militaire Bond Pro Rege is volkomen geslaagd. Tot op dit moment werd voor ruim f 362.000 geplaatst aan obligaties in de renteloze volkslening. Bovendien kwam voor ongeveer f 78.000 aan giften binnen. De stand is dus f 440.000, waarmee de vier ton ruimschoots werd overschreden. De overheid stelt zich nu garant voor de rente en aflossing van nog vier ton en Pro Rege kan de negen nieuwe militaire tehuizen bouwen, die zo dringend nodig zijn. Nog steeds komen bedragen binnen en dat is uit stekend, want dat geld wordt gebruikt voor de inrichting van deze tehuizen, die f 135.000 zal vragen. Kolonel b.d. G. Wielenga, de voorzitter van Pro Rege, gaf ons een enthousiast verslag van het verloop der actie. HO is dankbaar, dat protestants Nederland in deze tjjd van bestedingsbeperking zonder meer bereid bleek om dit grote bedrag ten behoeve van onze mannen in uniform op tafel te brengen. Dankbaar ook, dat dit gebeurde in deze vorm van giften en renteloze leningen, zonder puzzles met enorme prijzen of wat ook. Getroffen Hij is zeer getroffen door de toewij ding van de 2000 medewerkers, die de obligaties hebben geplaatst en die in weer en wind vele duizenden kilome ters hebben afgelegd. Eén echtpaar is meer dan 100 avonden op pad geweest. Een moeder van 9 kinderen trok er op uit en wist een aardig bedrag te ver zamelen. Stapels brieven spreken over groot enthousiasme, vreemde avonturen en grote liefde bij deze „werkers )p de buitendienst". Zelfs uit Afrika, Califor- nië, Nieuw-Guinea en België kwamen inschrijvingen binnen. Tal van babies en kleuters werden door hun ouders tot „aandeelhouders" van Pro Rege ge maakt. Tal van provincies laten een groot ver schil zien tussen de geraamde „aanslag" en het werkelijk tot dusver binnengeko men bedrag. Zeeland bleef er het dichtste Miljoen luchtreizigers over Atlantic Voor de eerste maal in de geschiedenis van de burgerluchtvaart hebben de 14 luchtvaartmaatschappijen, die geregelde diensten over het noordelijk gedeelte van de Atlantische Oceaan onderhouden, in 1957 meer dan een miljoen passagiers, nl. 1.023.000 tussen Noord Amerika en Euro pa v.v. vervoerd. In 1956 was dit aantal 834.800, zodat er een stijging van 22.5 optrad. De K.L.M. vervoerde in 1957 91.000 pas sagiers tussen Noord Amerika en Europa tegen 70.000 in 1956. Dit betekent een toe name van 29 Het aandeel van de K.L.M. in het totale luchtvervoer over de Noordatlantische Oceaan was in 1957 ook groter dan in 1956, nl. 8.9 tegen 8.4 Volgens een publicatie van de IATA bedroeg het aantal passagiers van de scheepvaartmaatschappij tussen de Ver. Staten en Canada aan de ene kant en de Europese havens aan de andere kant 1.030.000. Perez Jimenez naar de Verenigde Staten De onlangs afgezette president van Venezuela Perez Jimenez, is uit Ciudad Trujillo (Dominicaanse Repu bliek) naar Miami in de Ver. Staten vertrokken, aldus heeft een woord voerder van de Venezolaanse junta donderdagavond te Caracas meege deeld. Leeszalen jubileren De Centrale Vereniging voor Open bare Leeszalen en Bibliotheken, het overkoepelend orgaan voor de open bare, christelijke en rooms-katholieke leesbibliotheken, bestaat op 18 april 50 jaar. De viering wordt gehouden op 3 juni. bij, want hier kwam f 15.400 binnen ter- wijl de aanslag f15.000 bedroeg. Voor de actiefste verkopers van obliga ties waren door tal van firma's fraaie prijzen beschikbaar gesteld. De drukte op het bureau van Pro Rege is echter zo overstelpend, dat de uitslag pas begin maart bekend kan worden gemaakt. De bond staat nu voor de grootste taak om de bouw van de negen tehuizen voor te bereiden, die door deze geslaagde actie mogelijk is geworden. Deze tehuizen zul len verrijzen in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Schalkhaar, Grave, Tilburg, Enschede, Wezep en Hilversum. Directeur bureau Bond van Verenigingen voor Chr. Nijverheidsonderwijs Het bestuur van de Bond van Vereni gingen voor Christelijk Nijverheidsonder wijs heeft met algemene stemmen de heer mr. G. H. Hoek te Hilversum be noemd tot directeur van het door deze bond in te stellen bureau. Dit bureau zal te Utrecht worden gevestigd, waartoe reeds een pand is gehuurd. Tot aan het tijdstip van overplaatsing blijft het adres van de bond gevestigd bij het C.N.V. Maliebaan 80 te Utrecht. Per 10 februari Besprekingen tussen het ministerie van Economische Zaken en de Neder landse sigarettenindustrie hebben de sigarettenindustrie doen besluiten de sigarettenprijs met ingang van 10 febr. met vijf en tien cent te verhogen. De sigarettenfabrikanten zullen zelf be palen, welke merken met vijf cent en welke merken met tien cent meer zul len worden belast. Tijdens de onderhandelingen tussen de sigarettenindustrie en het ministe rie van Economische Zaken heeft de sigarettenindustrie het vertrouwen uit gesproken, dat de regering conform haar afspraak deze verhoogde belas ting op sigaretten slechts tot augustus 1959 doet gelden. (Van één onzer verslaggevers) De Chr. Jonge Boeren- en Tuindersbond hield te Alphen a. d. Rijn een goed bezochte en vruchtbare jaarvergadering. Het rapport van de reorganisatie-commissie met de daarbij behorende concepten voor statuten en een huishoudelijk reglement werd met algemene stemmen aanvaard. Dit betekent, dat de structuur van de C.J.B.T.B. een vrij ingrijpende wijziging zal ondergaan. De bond zal voortaan slechts tien leden tellen, n.l. de tien provinciale organisaties, die elk volledig ver antwoordelijk worden voor de gang van zaken in hun gewest. De leden worden via hun plaatselijke afdeling lid van een provinciale bond en niet meer van de landelijke C.J.B.T.B. zelf. Hierin is dus het voor beeld van de organisatie der ouderen gevolgd. Men is hiertoe gekomen, omdat vol gens de commissie de verantwoorde lijkheid in een organisatie zo breed mogelijk gedragen moet worden. Daarom koos men voor decentralisa tie. Het rapport zegt ook, dat de C.J.B.T.B. geen organisatie voor de gehele plattelandsjeugd moet worden Voor het lidmaatschap wordt dan ook vereist, dat men werkzaam is op agra risch terrein. Jonge landarbeiders en jongeren, die b.v. bij agrarische coö peraties werken, worden door deze ruime omschrijving niet uitgesloten. Een samengaan met de meisjes de Donderdagavond heeft H.M. Koningin Juliana een bezoek gebracht aan de uit Indonesië gerepatrieerde Nederlanders in de legerplaats Budel. De foto toont de koningin bij een paar patientjes rechts de negen maanden oude Willem Bolmeier en links de ander half jaar oude Irene Karin Lopuian op het kinderziekenzaaltje Geestelijke verzorging repatrianten Ds. A. Oskamp, nederlands her vormd predikant te Heemstede, is be noemd tot geestelijk verzorger van landgenoten uit Indonesië, die per schip van Singapore naar Nederland reizen. Ds. Oskamp zal begin volgen de week per vliegtuig naar Singapore vertrekken en de terugreis maken aan boord van het extra ingelegde schip „Sydney", dat met 600 repatrianten naar Nederland komt. Deze gerepa- trieerden zullen in Budel worden on dergebracht, waar dominee Oskamp eveneens de geestelijke verzorging voor zijr rekening zal nemen. Dit gedicht, dat door iemand werd geschreven, die de ramp van nabij heeft meegemaakt, geeft op sobere, maar niettemin treffende wijze weer, hetgeen zich afspeelde tijdens die trieste dagen van de eerste februari. Wij meenden daarom goed te doen het vandaag te plaatsen. HERINNERING HET WATER kwam al hoger, hoger We liepen angstig heen en weer en dachten: zou het ook nog boven komen, waar moeten wij dan vluchten in dit weer INEENS was 't water stil en kwam niet hoger, en toen het eindelijk zakken ging, was 't al met modder overtogen en vele huizen stortten in. DE STRATEN waren als het ware omgeploegd, en meubelstukken zo maar weggespoeld, maar 't ergste toas, toen, met het licht van velen kwam het droevige bericht. ZIJ WAREN door het water overstroomd, en konden niet gered zij moesten sterven. Zo kwam voor hen de droeve water-dood, 't geluk van velen viel aan scherven. ER WERD van alle kanten hulp geboden, bij velen is nu alles weer terecht, maar zij, die door de dood ons zijn ontnomen, Zij komen niet terug zij blijven altoos weg. EN DE HERINNERING aan die dagen zal altoos blijven in ons hart, er is toen zo veel leed gedragen, dat diep gegroefd is door de smart. ER VIELEN oude mensen, maar ook jong'ren, en kinderen, soms nog, o, zo kleen, ze werden allen opgeroepen, En moesten vroeg van deze aarde heen. VOOR HEN, die veilig zijn geborgen, door Jezus' bloed waren gekocht, voor hen was het de grote morgen: zij hadden Hem bij leven reeds gezocht. Mej. K. te V. O, Heer, Die daar des hemels tente spreidt en wat op aard' is hebt alleen bereid, het schuimig, woedig meer kondt maken stille en alles doet naar Uwen lieven wille, wij slaan het oog tot U omhoog, die ons in angst en nood verlossen kont te allen stond, ja, zelfs ook van den dood. Het moderamen van de generale syno de der Ned. Herv. Kerk en de sectie kerk en strijdmacht hebben zich met een schrijven gewend tot de kerkeraden en predikanten inzake de geestelijke ver zorging van de krijgsmacht. In dit schrij ven wordt er allereerst op gewezen, dat het gaan in militaire dienst voor vrijwel elke jongeman een diepe ingreep in zijn leven is. Voor sommigen, aldus deze brief is het zelfs de eerste intrede in de maat schappij en het vertrek uit het ouderlijk huis, de overplaatsing ook in een geheel ander milieu. Daarom is voor de militair de geeste lijke verzorging van zeer groot gewicht en kunnen de kerken slechts dankbaar zijn, dat haar van overheidswege daartoe de gelegenheid wordt gegeven. Het treft het moderamen en de sectie ieder jaar weer, dat het de grootste moei te kost om het benodigde aantal predi kanten te vinden. Een terugkerend tekort in deze vervult de ondertekenaars dan ook met grote zorg. Het schrijven, dat nog eens op het be lang van de geestelijke verzorging van de krijgsmacht wijst en op het juiste begrip, dat er nodig is om aan deze arbeid deel te nemen, dringt er op aan, dat in de ker keraden dit onderwerp diepgaand zal worden besproken, waarbij in het oog moet worden gehouden, dat het gaat om jongeren uit de eigen gemeente. Om tot een oplossing te komen, wordt aan elke classis gevraagd één predikant per jaar beschikbaar te stellen. In dit op zicht wenst het schrijven zich te spiege len aan het feit, dat in de gereformeerde kerken ten deze alle classes medewerken. Twee keer per jaar wordt de vraag om aanvulling van het bi) de krijgsmacht Een nieuwe vinding heeft het moge lijk gemaakt dat invaliden dank zij 't aanbrengen van een „elektrische spier" hun kunstledematen zoals han den en vingers met hun wil kunnen bewegen, aldus een bericht in het En gelse daghlad Daily Mail van vrijdag. Twee jaar geleden ontdekten de Londense medicus, dr. A. Nightingale en een groep onderzoekers op de na tuurkundige afdeling van een Londens academisch ziekenhuis bij een proef persoon zeer zwakke elektrische stroompjes in de afgesneden spieren van een armstomp, die indien men ze versterkte nog bruikbaar zouden zijn om beweging te veroorzaken in bij voorbeeld een kunsthand. De 36-jarige Britse onderzoeker, die de eigenlijke uitvinding deed, Norman K. Walher, is in Amerika een fabriek begonnen. dienend predikantenkorps gevraagd, en met alle klem wordt er op aangedrongen op het zien en aanvaarden van de ver antwoordelijkheid voor dit belangrijke werk. In elke classis is een contactpersoon vanwege de sectie kerk en krijgsmacht, die, aldus de brief, bereid is persoonlijk de op het spel staande belangen toe te lichten in de kerkelijke vergaderingen. jongerenafdelingen van de C. B. P. B. wordt door de commissie momen teel ongewenst geacht. De organisatie telt thans 6070 leden, verdeeld over 238 (v. j. 233) afdelin gen. Landbouwschap en wij Op de tweede vergaderdag sprak da heer J. Aantjes over „Het Landbouw schap en wij". Hij noemde dit zelf een „verschrikkelijk ondankbare taak". Toen de P.B.O. tot stand was, was er weinig of geen interesse bij oude en jonge boeren. Nu noemt men het Landbouwschap „een goed ding" all de melkprijs omhoog gaat en „waar deloos" als de heffing betaald moet worden. Spr. verwierp deze materialistische houding. In het Landbouwschap heeft de overheid een stukje van haar ge zag aan de boeren en tuinders zelf overgedragen. Ook dit gezag moet ge bonden zijn aan wet en evangelie en ondanks allerlei praktische bezwaren moet onze groep trachten om dit te verwezenlijken, aldus spreker. In deze tien jaar zal worden beslist welk stempel op de P.B.O. wordt ge drukt. Van de prot. chr. agrariërs wordt daarom een krachtige uitbouw van de vrije chr. organisatie en be langstelling en medeleven met het Landbouwschap gevraagd. Hü gaf tenslotte het volgende „recept": Laat de vrije organisaties zelf doen wat maar enigszins gedaan kan worden. Laat ze daarnaast datgene, wat alleen de overheid zou kunnen doen, zo veel mogelijk trekken in het eigen boeren- orgaan, het Landbouwschap. Platteland en cultuur Veel plattelanders zijn van mening, dat cultuur iets is, wat slechts in de stad gevonden wordt en dat zeker niets met hun dagelijkse arbeid te maken heeft. Dr J. W. v. Hulst toon de aan, hoe onjuist deze gedachte is. In zijn oer-betekenis betekent cultuur het bebouwen van de akker en het verzorgen van het vee. Het is het streven van de mens om de aarde be woonbaar en het leven leefbaar te maken, naar de Bijbelse opdracht. In deze zin is de boer dus de pionier der cultuur. Ieder, die zijn dagelijkse arbeid in gehoorzaamheid aan het gebod Gods zo goed mogelijk verricht, bouwt dus mee aan de cultuur. Toch is onze cul turele taak hiermee niet beëindigd. Naast de eigen arbeid moet de mens zich ook actief bezig houden met da andere uitingen der cultuur in schil derkunst of literatuur, in politiek of op welk terrein dan ook. Zo moet men het passieve cultuurbezit van ons volk in eigen leven actief maken. Spr. waarschuwde tenslotte tegen cultuur-pessimisme en cultuur-opti- misme. Ondanks de huidige situatie, waarin de menselijke activiteit zich schijnt te richten op de vernietiging van de aarde en het menselijk leven, blijft er voor de christen cultuur perspectief. Hij weet immers, dat God deze wereld nooit overgeeft aan da machten, die Zijn werk ongedaan wil len maken. (Van één onzer verslaggeefsters) „De strijd van de vakbeweging voor medezeggenschap van de werknemers is met succes bekroond. De Wet op de Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie heeft een groot stuk van het oude ideaal verwezenlijkt. Maar tot op de dag van vandaag vecht de arbeider nog voor het recht, ook op economisch terrein mee te mogen spreken. Verschillende zeer vergaande regelingen op dit gebied zijn tot stand gekomen zonder medeweten van de werknemers. Ook nu eisen de ondernemers het beslissingsrecht in feite nog voor zichzelf op". Dit ver klaarde de heer C. J. van Mastrigt op de studieconferentie van het C.N.V., die was gewijd aan de ontwikkeling van de p.b.o. De christelijke vakbeweging heeft al lang gepleit voor de vorming van vaste organen, die de sociale en eco nomische belangen van een hele be drijfstak kunnen behartigen. De So ciaal Economische Raad, de schakel tussen het bedrijfsleven en de over heid, blijkt in de praktijk uitsluitend een adviesorgaan te zijn. De produktschappen zijn volgens de inleider geen echte bedrijfsorga nen. Buiten de landbouw en de voedselvoorziening blijkt er trou wens niet veel behoefte te bestaan aan dergelijke marktordenende or ganen. Praktisch zijn de produkt schappen een voortzetting van oude organen, die in de oorlog in het le ven werden geroepen, al hebben zij. juridisch een ander karakter gekre gen. Het aantal bedrijfschappen dat tot nu toe werd ingesteld, is klein. Be langrijke bedrijfstakken, zoals metaal en textiel, zijn zelfs nog helemaal niet tot een dergelijke organisatie geko men. Men zou zich kunnen afvragen, of het de ondernemers uit die bedrij ven wel ernst is met hun wil tot sa menwerking met de werknemers. De S. E. R. kan in deze richting geen dwang uitcafenen. De wetgever heeft wel de bevoegdheid bedrijfsorganen in te stellen, maar volgens het C. N. V. zou dat in stiijd zijn met de P.B.O.- gedachte: bedrijfsorganen hebben al leen kans van slagen, als ze vrijwillig worden ingesteld na overleg en over eenstemming tussen werkgevers en werknemers. Spr. vroeg zich af, waarom de tot standkoming van bedrijfsorganen zo stroef verloopt. Hij betwijfelde, of het wel juist is dat de regering er genoe gen mee neemt over belangrijke zaken die één bepaalde bedrijfstak betreffen, alleen met de ondernemers te praten. „Mag de overheid aan de werkgever niet vragen: waar zijn uw partners?" De overheid zou ook de reeds bestaan de organen meer bevoegdheden kun nen geven, zodat men in de andera bedrijfstakken „jaloers" wordt. Naar de mening van spr. moet men zelfs verder gaan: „Het wordt tijd, dat men eens nagaat, welke bevoegdheden da overheid in de loop der jaren tot zich heeft getrokken, die in wezen aan het bedrijfsleven horen. Ze zou deze kun nen overdragen aan de bedrijfsorga nen", aldus de heer Van Mastrigt. De diepste oorzaak van de langzame uitvoering van de P. B. O.-gedachte noemde spr. echter het wantrouwen. De ondernemers zijn bevreesd, dat er maatregelen uit de bus zullen komen, die niet in het belang zijn van de on derneming of van de bedrijfstak.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1958 | | pagina 3