ZEEÜWSCH
WEEKEND
Tot bij Sodom
NA 17 JAAR BEZETTINGl
In Polen is de lente
aarzelend aangebroken
JAPANSE KEIZERSDOCHTER IS
VERLIEFD OP EEN KORPORAAL
Witte adela
aar
een roo
i d veld
Rouwdiensten
in de kerk
Oecumenische
avonden
Ruïnes
Volkomen verwoest
20 miljoen m* puin
Etalages vol boeken
Het begon in een landelijk koffiehuis buiten de hoofdstad
Vader Hirohito: „Mijn Lotusbloem mag
niet naar kippenfarm in Texas
PRINS AKIHITO
RABBIJNEN BIJ
DE KONINGIN
„Mijn 2us houdt
van Frank.2
Herbouw van
Warschau is
architectonisch
meesterwerk
Schril
contrast
TWT m
I
I
UUIJil
En Lot sloeg zijn tenten op
tot bij Sodu.ni
Gen. 1312b.
Is het u wel eens opgevallen
dat Lot niet direct nadat hij van
Abraham is gescheiden, in Sodom i
is gaan wonen? Neen, Lot sloeg
zijn tenten op in de buurt van
Sodom. Natuurlijk niet in de stad. i
Daar kon hij, Lot een man,
die God wilde dienen toch niet
wonen!
De duivel doet het voorzichtig i
aan. Hij zegt niet dat we ons mid-
den in de wereld moeten vesti-
gen, dat we moeten proberen
thuis te geraken in de sfeer van
de zonde, in een omgeving, waar
met God en met Zijn Zoon geen i
rekening wordt gehouden. De sa-
tan weet wat taktiek is. Lot, ga
gerust in de buurt van Sodom i
wonen
U staat vast genoeg op uw be-
nij, Lot. U kan niets overkomen,
daar in de buurt van Sodom.
U kan niets overkomen, waar- t
de Christen anno 1957. Het kan
geen kwaad los-vaste contacten
met de wereld te hebben, af en t
toe hier en daar eens te gaan kij-
ken. U staat vast genoeg op Uw
benen om van tijd tot tijd eens
niet-Christelijke lectuur te lezen,
Uw kinderen naar een (verkeer-
de) film te laten gaan, een dag- i
blad te lezen, waarin de sport van
zondag op maandag domineert...
U kan niets overkomen. Dat zegt i
de duivel.
Lot woonde in de buurt van
Sodom.
Maar na verloop van enige tijd
had Lot zich in de stad geves- t
tigd.
Zijn gezin is er aan te gronde
gegaan. De satan heeft zijn slag
geslagen en als een eenzame man i
man waarschijnlijk vol wroe-
ging is Lot gestorven.
Daarom: weersta de boze reeds
als hij uw vinger vraagt, want hij-
wil uw hele hand grijpen.
Het is veilig wonen in de
schuilplaats van de Allerhoogste.
Ga niet wonen in de buurt van
Sodom, maar sla uw tent op aan
de voet van het kruis!
WARSCHAU is een fascinerende stad. Bekijkt men het herbouwde
centrum met de Noewy Swiat Straat als meesterstuk, dan komt men
diep onder de indruk van de kracht, die de Polen, ondanks de lange
jaren van onderdrukking, hebben kunnen opbrengen. Overal zijn mo
derne gebouwen verrezen. De straten zijn verbreed, de huizen aan de
eisen van deze tijd aangepast, de monumenten vernieuwd, de parken
herbeplant. Behalve het 230-meter-hoge, door de Russen gebouwde
en geschonken Cultuurpaleis, is de opbouw van Warschau echter ner
gens als de triomf van het dialectische materialisme gevierd. De stad
heeft haar vroegere, barokke karakter vrijwel geheel behouden. Zi;
maakt een lage, absoluut niet monumentale indruk, waarbij de archi
tecten de knusse, pittoreske hoekjes en poortjes niet vergeten zijn.
't Sterkst komt dit wel naar voren in de Stare Miastra, de geheel in
oude stijl herbouwde binnenstad. Men moet de huizen, de hofjes, de
gevels en de straatjes hebben gezien om van „moderne oud" te kun
nen houden. Elke steen is als het ware gereconstrueerd, elke lan
taarn, elk ornamentje. Het is de overwinning van het goede op het
kwade, van de cultuur op de barbarij.
Naar wij in de Wassenaarse Kerkbode
lezen, worden aldaar oecumenische
avonden belegd door de centrale ker
keraad van de Hervormde gemeente.
De bedoeling is om als kerken nader
tot elkaar te komen. De kerkeraden
van de Doopsgezinde en Remonstrant-
sa gemeenten hebben desgevraagd on
middellijk hun instemming betuigd
met het organiseren van deze avonden.
De kerkeraden van de Gereformeerde
Kerken Wassenaar-Noord en Wasse
naar-Zuid achtten het gewenster con
tact te leggen tussen kerkeraden in-
plaats van avonden voor gemeentele
den te organiseren. Niettemin kreeg
-oen de medewerking van een spreker
van Gereformeerde zijde, prof. mr. W,
F. de Gaay Fortman.
De Lutherse landskerk van Hannover
heeft zich beraden over de wijze waarop
men bij begrafenissen de kerk inscha
kelt. Er zijn drie methoden in gebruik.
De eerste begint met een korte rouw
dienst in het sterfhuis of in de kerkhof
kapel en eindigt bij het graf. Bij de
tweede manier heeft ook de rouwdienst
aan het graf plaats. De derde vorm kent
een rouwdienst in de wijkkerk van de
overledene, onmiddellijk nadat de begra
fenis heeft plaats gehad, dus als besluit
daarvan. Nu er telkens gevraagd wordt
om een rouwdienst in de kerk te houden
vóór de begrafenis, waarbij dan ook de
lijkkist in de kerk opgebaard staat heeft
de kerkelijke leiding uitgesproken, dat
zij daarvoor niets voelt, maar dat zij de
derde vorm, hierboven genoemd, de
meest passende vindt. Een uitzondering
wordt alleen gemaakt voor predikanten;
deze kunnen uit de eigen wijkkerk wor
den begraven. Maar niet hun familiele
den, of predikanten, die met deze kerk
geen speciale band hadden.
Promotierecht voor
hogescholen?
Binnenkort zal het mogelijk zijn aan
ae theologische hogescholen in Duits
land te promoveren tot doctor in de
theologie. Tot nog toe was 't in Duits
land alleen maar mogelijk om deze
waardigheid te verkrijgen bij de theo
logische faculteiten der universiteiten;
zoals dat ook in Nederland het geval
In New York wordt een collectie
Zwitserse postzegels geveild, die heeft
toebehoord aan wijlen Alfred Caspary.
De verzameling geldt als een der
kostbaarste ter wereld en zal naar
«chatting meer dan drie miljoen dol
lar opbrengen.
Het marktplein van de Stare Miastra
is weer geheel in oude stijl
opgetrokken.
Wat de opbouw van de Stare Mias
tra betreft, zijn de Polen volgens een
originele methode te werk gegaan. De
architecten, beeldhouwers en decora
teurs, ja, zelfs de metselaars hebben
nauwkeurig de vele doeken van Ber
nardo Canaletto bestudeerd, welke in
het Nationale museum hangen. Cana-
letoo, een Venetiaan, is alles, behalve
een man van deze tijd. Hij vestigde
zich in het midden van de achttiende
eeuw in Polen, genoot de bescherming
van koning Stanislauw en werd, wat
men zou kunnen noemen, de grote
schilder van Warschau.
Straten, kerken, paleizen en hofjes,
kortom: de hele historische wijk van
de Poolse hoofdstad, heeft hij op rea
listische wijze uitgebeeld. Gedurende
de oorlog werden zijn kunstwerken
voor de Duitsers verstopt, waarna ze
weer onbeschadigd op het toneel ver
schenen zijn om als hulpmiddelen voor
de wederopbouw dienst te doen.
Warschau heeft ook een deprime
rende zijde. Wandelt men niet langs
het gerestaureerde Belvedère Paleis,
over de Ujadoski Avenue of langs de
Marszalkowska Boulevard, maar ge
woon ergens in de buitenwijken, dan
ziet men nog overal ruines staan. De
cultuur heeft hier nog niet van de
barbarij gewonnen. Men aanschouwt
half afgebroken gevels, uiteengereten
trappenhuizen, hopen ondefinieei-baar
puin en muurstenen, die als waar
schuwende vingers tegen de hemel op
rijzen.
De Warschauers zien ze nauwelijks
meer. Ze zijn er al twaalf jaar aan
voorbij gegaan en zijn ze bijna als
onderdelen gaan zien, die tot het
Van onze
reiscorrespondent
oCln-L
straatbeeld van de stad behoren. Maar
tegen de opmerking, dat 't wel eens
„blijvertjes" kunnen zijn, zullen ze
zich onmiddellijk keren.
„Wat weet jij als vreemeling van
de vernietiging van Warschau af",
schamperde een Pool. „Wij spreken
van het wonder van Polen, als we
het over dt wederopbouw hebben..
Als je niet in 1945 in Warschau bent
geweest, kun je je er geen voorstel
ling van maken hoe de Duitsers de
stad hebben achtergelaten.
Ik kan dit ook niet en wie eigenlijk
wel? De verwoesting van Rotterdam
is kwajongenswerk geweest, vergele
ken met die in Warschau. Coventry
volgens de Duitsers „ausradiert", valt
er volkomen bij in het niet en Dres
den, op 't laatst van de oorlog door de
Engelsen gebombardeerd, haalt 't er
niet bij.
Ik herinner me een Reuterbericht
dat in 1945 over de telex rolde. „De
wederopbouw van Warschau is onmo
gelijk" werd daar door een verslagge
ver in voorspeld, die ziek van ellende
en mistroostigheid over de puinhopen
had gedwaald.
Kan men het deze verslaggever
kwalijk nemen, dat zijn woorden later
door de feiten werden gelogenstraft?
Op 't moment, dat hij deze sombere
regel de wereld instuurde, lag negen
tig procent van Warschau tegen de
vlakte. Van de ruim 2800 fabrieken
en werkplaatsen stonden er nog 250
overeind, van de negenhonderd histo
rische gebouwen waren er nog geen
honderd over. Anderhalf miljoen in
woners had de stad voor de oorlog
geteld. Maar toen in 1945 de vrede
aangloorde, waren er achthonderddui
zend door oorlogshandelingen om het
leven gekomen, terwijl er nog geen
vijftienduizend in hun woonplaats wa
ren achtergebleven.
Wie in de wereld heeft zich na de
oorlog gerealiseerd wat er in War
schau is gebeurd? Wie kan de mee
dogenloosheid beschrijven, waarmee
de Duitse pantserlegers de Poolse op
stand braken? Wie de vernielzucht der
Sprengkommando's, die twintig mil
joen kubieke meter puin achterlieten?
Op het ogenblik kan men er nog
slechts de sporen van zien. Warschau
is als een Phoenix uit z'n as herrezen.
Het droeve relaas van vernieling en
verderf vertellen alleen zijn ruïnes in
de buitenwijken, zomede de vele ge
denkplaten, welke zijn aangebracht
om het bloed van duizenden te eren.
Men doet een eigenaardige gewaar
wording op, als men door de straten
van Warschau gaat. Bij alle armoede,
die men om zich heen ziet, die zich
vooral op de gezichten en in de etala
ges weerspiegelt, dringt zich onweer
staanbaar het beeld van de boekhan
delaar op.
Ik weet niet hoeveel boekwinkels er
in Warschau zijn Maar wat ik wel
weet, is dat het er procentsgewijs
meer zijn dan in Oxford of Parijs. Al
leen in de Nowy Swiat straat telde ik
er negen en op de Marzalkowska Bou
levard nog eens vier. Geen van alle
zijn klein en voor de rekken, welke
volgestouwd zijn met uitgaven, staat
ten minste drie man aan personeel.
In de etalages ziet men werken van
Stalin, Lenin, Maurice Thorez, Walter
Uhlbricht en Mao Tse Toeng liggen.
Maar niet ver er vandaan liggen de
vertaalde werken van Graham Gree
ne, van Heinrich Mann, van Charles
Dickens en van Lion Feuchtwangler.
Men zegt, dat de laatste beter ver
kocht worden dan de eerste. Men be
Zaterdag 23 november 1957
„Ik houd ook van jou, Frank, ea
zelfs als je geen sergeant wordt,
wil ik toch met je trouwen. Ik zal
leren hoe ik kippen moet verzor»
fen. Maar vader is nogal moeilijk,
e moet zelf maar om mijn hand
komen vragen. .Akihito zal je wel
vertellen wanneer het daarvoor het
geschikste ogenblik is".
De keizer heeft, zodra hij merkte
dat de liefde van zijn Lotusbloem
ernstig gemeend is, de Amerikaanse
legerautoriteiten verzocht Frank
over te plaatsen. Overigens zonder
resultaat. Frank blijft nog vier
maanden in Japan. Lotusbloem mafl
niet meer op straat komen en zij
moet zich amuseren in de tuineiï
van het paleisje. Akihito, die in
middels een dikke vriend van
Frank geworden is, weet de zaken
echter zo te arrangeren, dat dé
twee gelieven elkaar een paar maal
per week kunnen ontmoeten.
Tijdens het congres van rabbijnen»
dat te Amsterdam is gehouden, heel»;
H. M. de Koningin de deelnemers aad'
dit congres ten paleize Soestdijk on#
vangen.
Het Nieuw Israëlietisch Weekblad
gewaagt met grote ingenomenheid van
deze ontvangst. De Koningin had op
dracht gegeven alles „kosjer" te laten
verzorgen, d.w.z. volgens de rabbinale
voorschriften. Dit bleek bij het rond
dienen van thee, gebak en cake. Alleg
ging overeenkomstig ritueel gebruik.
Zo werd voor het serveren van thee
en gebak glaswerk gebezigde aarde
werk is in strijd met de ritus). „Het
was de eerste „kosjere receptie" op
het paleis", schrijft het N.I.W.
De rabbijnen waren onder de indruk
van de wijze waarop Koningin Juliané
hen ontving. Zij onderhield zich mei
alle aanwezigen persoonlijk, beurte
lings in het Frans, Duits, Engels en
Nederlands sprekend. Zij sprak ovei
vele onderwerpen, b.v. de achtergron
den van het congres, Joods Amster
dam, de rabbijnenportretten van Rem
brandt, de geschiedenis van de Joods»
gemeenschap in Frankrijk.
Het congres, dat de afwezigheid van
rabbijnen uit Oost-Europa als een
zware druk voelde, was verheugd deze
ontmoeting met Nederlands vorstin te
kunnen meemaker;. Bij het verlaten
van Soestdijk riep een der rabbijnen
ontroerd uit: „Geloofd zij God, Die ons
in leven heeft gelaten, ons in stand
heeft gehouden en ons dit moment
heeft laten bereiken".
De Japanss keizerlijke familie.
Eerste van links (met fototoestel)
prins Akihito. Naast hem prinses
Suga Takato, „mijn Lotusbloem",
zoals vader Hirohito haar noemt.
(Speciale correspondentie)
LOTUSBLOEM, het knappe
jongste dochtertje van de Ja
panse keizer, is verliefd op een
Amerikaans korporaal. Maar
haar vader wil niets van dit
•oort democratie weten. Hij
heeft de Amerikaanse leger
autoriteiten dringend verzocht,
Frank te willen overplaatsen.
Het antwoord was echter be
leefd maar afwijzend. Frank
blijft in Japan. Heel Tokio
vraagt zich af of Lotusbloem zal
volhouden en als korporaals
vrouw naar de U.S.A. zal emi
greren. Frank is plotseling de
held van de compagnie gewor
den.
De idylle begon in een klein lan
delijk koffiehuis iets buiten de Ja
panse hoofdstad, een zaak, die re
gelmatig bezocht wordt door Ame
rikaanse soldaten. Prins Akihito,
die hier een prettige avond had
doorgebracht zonder herkend te
rijn, nodigde zijn zusje Suga Taka-
ko uit, eens met hem mee te gaan.
Broer en zus brachten samen ver
schillende bezoeken aan het koffie
huis. Ze spraken er met de Yanks
en met Japanners; er werd gezon
gen en gedanst.
Frank, een Amerikaanse korpo
raal met wie Lotusbloem vaak
Ïiraatte, verzocht haar telkens weer
erug te komen. Na drie weken,
volgde het „I love you" en de daar
op volgende avond gaf de prinses
hem de Japanse vertaling al. Prins
Akihito vreesde evenwel de gevol
gen. Hij verzocht zijn zusje de Ame
rikaan, die nog steeds haar ware
identiteit niet kende, in de steek t»
laten. Toen ze dat weigerde, biecht
te hij alles op aan keizer Hirohito.
Enige avonden achtereen wachtte
Frank tevergeefs. De vierde avond
kwam Akihito alleen opdagen. Hij
legde Frank de situatie uit, maar
die antwoordde eenvoudig:
„Keizersdochter of geen keizers
dochter, ik ben verliefd op haar en
ik wil met haar trouwen. Ik hoop
binnenkort sergeant te worden en
als ik over enige maanden afzwaai,
begin ik in Texas een machtig
mooie kippenfokkerij. Doe de groe
ten aan je zusje en vraag haar of
ze met me mee gaat..."
Een week later, toen de keizer
dacht dat de idylle voorbij was,
kreeg Lotusbloem weer verlof om
uit te gaan. Ze fietste met haar
broer naar het koffiehuis, waar ze
tegen Frank zei:
Doorkijk in het herbouwde centrum
van Warschau
weert zelfs, dat de kostelijke repro
ducties van Van Gogh, Gauguin, Ma-
net en Renoir een betere aftrek vin
den dan de communistische, ideologi
sche lectuur of het oeuvre van Russi
sche romanschrijvers.
De boeken welke de Polen kunnen
kopen, zijn verhoudingsgewijs spot
goedkoop. En als men zo een paar op
lagecijfers bekijkt, dan moet de lees
honger niet te stillen zijn. Sinds de
oorlog zijn er meer dan een miljoen
exemplaren van Balzac's werken ver
kocht. Van „Quo Vadis", het meester
werk van de Poolse romancier Henryk
i
Sienkiewitz, zagen bijna zes miljoen
exemplaren het daglicht en van „Pan
Tadeusz", het epos van de bekende
dichter Adam Mickiewitz, twee mil
joen.
Hoe vreemd zou de wrede Himmler
kijken, als de zin van deze cijfers nog
tot hem zou kunnen doordringen. In
een onlangs gepubliceerd geheim rap
port, dat in Polen groot opzien heeft
gebaard, meldde hij aan de „Führer",
dat hij het niet nodig oordeelde, dat
de Polen lezen konden. Hij stelde voor
de lagere scholen tot vier klassen te
rug te brengen, omdat een Pool alleen
maar zijn naam behoefde te kunnen
schrijven, tot hoogstens vijfhonderd
moest kunnen tellen en er van over
tuigd moest worden, dat het een „god-
delijk gebod" is om de Duitsers te ge
hoorzamen en vlijtig te zijn.
Na Generalgouverneur Frank, dienst
knecht van Hitler, is Rokossowski,
dienstknecht van Stalin, gekomen.
Maar ook deze is er niet in geslaagd
de vrijheidsdrang der Polen aan ban
den te leggen. In tijden van de zwaar
ste druk hebben zij him toevlucht bij
het boek gevonden. Uit de werken
van hun klassieken hebben zij kracht
geput, bij de gedichten en boeken van
eigen of buitenlandse poëten en
auteurs hebben zij hun zorgen ver
geten.
Hoe schril con-
strateren die rij
ke etalages der
boekhandelaren
bij die arme eta
lages van slagers,
zuivelhandelaren
en banketbakkers
Zeventien jaar
bezetting is wel
in staat geweest
het land volledig
te verpauperen.
Maar zes jaar na-
tionaal-socialis-
me en elf jaar
communisme heb
ben de geest niet
murw gemaakt,
getuige de lente,
die in oktober
van het vorige
jaar voor de Po
len is aangebro
ken.