Oestercultuur heeft toekomst geen meer Indonesië zal strijd om Nieuw Guinea voortzetten Vernieuwing mislukt in de Geref. Kerken Samenwoning leidt dikwijls tot grote spanningen PUZZLE „Ik ben directeur dat ten dode is van een bedrijf, opgeschreven" ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina I OP THOLEN WORDT BEWEERD: WAREN WIJ MAAR BOEREN... EXPORT Huwelijksgeluk komt in gevaar Utrechtse studentenpredikant meent Samenwerking met Nederland moet gekanaliseerd langs nieuwe voorwaarden VANDAAG EENS Zaterdag 18 mei 1957 JUBILEREN is een gave. Wij bedoelen dat in tweeërlei opzicht. De grootste gave is, dat men mèg ju bileren. Daar kan men als regel zelf weinig aan doen. Wie jong sterft, jubileert nimmer. Wie in verband met zijn ont wikkeling of loopbaan of de aard van zijn werk of door omstandigheden bui ten zijn wil vaak van positie verwis selt, zal ook minder gemakkelijk aan een jubileum toekomen. Het komt ook voor, dat iemand een positie inneemt, waarbij niemand, de persoon zelf inbe grepen, denkt aan het feit, dat het op die en die dag 12%, 25, 50 of meer jaren is geleden, dat hij met zijn werk begon. Zijn jubilea zullen beperkt blij ven tot de verjaardagen (waarbij dan een „kroonjaar" een bijzonder accent kan krijgen) of tot bijzondere feiten in de familiekring. OP ZICHZELF behoeft in het berei ken van een jubileumdatum geen verdienste te schuilen. Als God iemand het leven geeft en hij altijd op dezelf de plaats in functie is, schuift de da tum van het jubileum vanzelf nader met de regelmaat van het afscheuren van de kalenderblaadjes. De gave van het jubileren is juist hierin gelegen, dat er reden is öm te jubileren. En hier komen we dan al meer op de tweede gave, die in jubileren ge legen is. V JUBILEREN is een Bijbels begrip. Men behoeft nog niet te denken aan Jubal al blijft het verband, dat hij de vader is „van allen, die citer en fluit bespelen" maar moet wel den ken aan het jubeljaar, dat God voor Israël instelde, het vijftigste jaar, waarop het land rustte, dat het jaar was van de vrijmaking en het geden ken aan de verlossing uit de slavernij. Dan toch schalde de ramshoorn, die dit jaar inzette en jubelend aankon digde, dat God Zijn volk vrijheid gaf. Deze gedachte is overgenomen ook In ons leven. Daarom jubileren we. En dat is goed. Het „vier uw vier dagen" is eveneens een Bijbels woord. Het is daarom van betekenis en heeft hoge waarde, dat men zijn gedenk dagen ook werkelijk jubilerend, dat is juichend gedenkt. V ALLEREERST: het hangt ook af van de persoonlijke gaven, die men heeft. Wie in zijn werk een sieraad is, door trouw, voortvarendheid, prettige om gang en wat al niet meer, die bevindt zich in een sfeer, waar men de goede Stemming voor een rechte jubileum viering kan vinden. Maar er is meer. Want het is ook een kunst, om g o e d te jubileren. Zoals we aanwezen, is jubileren van Bijbelse oorsprong. God geeft deze gave aan de mens. Het is Zijn zegen, die we gedenken. Wie nu in zijn jubileum bij de mens begint en iii de mens eindigt, is op verkeerd spoor. Het begin is bij God en het ein de is ook in Zijn naam. WIL DIT dan zeggen, dat over de mens gezwegen moet worden? In geen enkel opzicht. Want God heeft die mens zijn kwa liteiten gegeven, waardoor er mede aanleiding is, om zijn jubileum te vie ren. En van die kwaliteiten mag dus gesproken worden. Daarbij dient ook gewaakt te wor den voor de overdrijving, die gesig naleerd wordt met het woord: „bij jubilea en begrafenissen wordt het meest gelogen". Daarbij dient ook gevraagd te wor den hiertegen, dat het jubileum alleen ls weggelegd voor hen, die „succes" gehad hebben in hun loopbaan. Succes mag nooit verward worden met zegen. Ook het jubileum van de eenvoudige, die altijd op een lagere plaats bleef staan, heeft waarde. Ook voor dezen geldt: vier uw vier dagen. Al zal er dan voor hen want dat is niet altijd mogelijk niet zo pu bliekelijk de bazuin gestoken worden, toch mag ook aan hen de aandacht ge geven worden, waarop de trouw en de andere talenten, waarmee God hen be giftigde, hen aanspraak doet maken. Ook in hun leven was er zegen. EN ZIJ, DIE GEEN SUCCES HAD DEN? Die door tegenslag in zaken en door allerlei gebeuren, waaraan zij al dan niet zelf schuld hadden, achterop zijn geraakt? Voor hen is jubileren het moeilijkst. Zij hebben de neiging, zich juist op zulke dagen in bitterheid op te slui ten. Maar als zij in hun leven speuren, zullen zij kunnen zien, dat, ook ai zullen zij tot de erkenning kunnen ko men, dat op bepaalde momenten het onthouden van het succes voor hen een „egen was, omdat het hen afhield van pa-n, die van God afleiden. Wellicht •ionen zij dan in begrijpen te staan tegenover de woorden uit Psalm 77: 'k Zal gedenken, hoe voor dezen ons de Heer heeft gunst bewezen. Wie in die stemming komt, zal op zijn jubileumdatum, ook al zou geen enkel mens er aandacht aan besteden, toch tot de jubelstemming komen, waarvan diezelfde psalm van het her denken (dus ook van het jubileren) spreekt. Na Texas is donderdag het zuiden van de Amerikaanse staat Oklahoma door zware regenstormen getroffen. Verscheidene kleine plaatsen zijn over stroomd. Er zijn tot op heden zes do den en er worden twee mensen ver mist. ,,'T IS GEDAAN MET ONS", zegt de heer J. H. Bal, directeur van de N.V. Zeeuwse oestermaatschappij „Bona Fides" in Tholen. Nou ja, met ons.Ik bedoel natuurlijk met de oesterteelt in Zeeland. Straks dat wil dan zeggen na de uitvoering van het Delta-plan zijn de oesters uit Zeeland verdwenen. Er is dan geen zout water meer, ten minste niet op de gunstige plekken voor de oesterteelt. Wat U hier ziet, en de heer Bal wijst over de wijde watervlakte van de Oos- terschelde bij Strijenham wat U hier ziet zijn allemaal oesterper celen. Over een jaar of wat laten we over een jaartje maar niet twisten zijn deze percelen verdwenen. Och ja, natuurlijk weet ik wel dat men tegenwoordig veel praat over het overbrengen van de oestercultuur naar de Grevelingen, waar dan een kunstmatig bassin zal komen, maar gelooft U, dat er wat van terecht zal komen? Eerlijk, gelooft U het? Ik niet. Weet U wat ze doen, ze praten nog een poosje, ze praten net zo lang, tot wij van de kaart zijn. Dan is 't gedaan met de oestercultuur in Nederland en dan gaat Denemarken onze plaats innemen op de wereldmarkt. Misschien ben ik een pessimist, maar ik geloof dat de proeven, die dr. Kor- ringa zal nemen in 't Veersegat de proeven dus, die zullen moeten uitwijzen of oestercultuur op de Grevelingen mogelijk zal zijn, nooit zullen worden uitgevoerd Het is tegenwoordig allemaal bestedingsbeperking, wat de klok slaat. U zult zien dat over enige tijd beweerd wordt dat, in verband met die beste dingsbeperking de vrij kostbare onderzoekingen van dr. Korringa niet kunnen plaats vinden. En dat is dan het eind van de oestercultuur. Wie mij heeft gesproken, kan zeggen de directeur te hebben ontmoet van een bedrijf, dat ten dode is opgeschreven Weet U, waren wij maar boeren, wa ren wij maar middenstanders of me taalarbeiders, dan hadden wij in de Tweede Kamer mensen zitten, die voor ons op de bres zouden staan. Nu zijn wij „maar" gewone oesterlui en wat maalt een Kamerlid om een oester kweker? Na het afdammen van de Ooster- schelde zal er van lieverlede rond het eiland Tholen en ook langs de kust van Zuid-Beveland zoet water komen in plaats van zout water. Daarin ge dijt de oester niet. Hij gaat dood. De oestercultuur is hier in het zoute water van heel grote betekenis. Hier liggen zandbanken oneindig veel die bij laag water droog komen te liggen. De oesters liggen dan te broeien in de zon. Niets is beter voor een oester. Dat is natuurlijk straks afgelopen. Dan stroomt rivierwater de afgedam de Oosterschelde binnen, de oesters sterven en de zandbanken komen niet meer droog te liggen." En veronderstel nog eens, meent de heer Bal, dat het op de duur toch zal lukken in de Grevelingen tussen Schouwen-Duiveland en Goeree-Over- flakkee, tussen de twee dammen, kunstmatig oesters te kweken, wat zal dat niet gaan kosten? Het is wel heel twijfelachtig, of op commerciële schaal hier de oestercultuur kan worden be dreven. Het bassin ln de Grevelingen het kan nóg zo goed zijn kan de Oosterschelde nóóit vervangen! MAAR EEN OPLOSSING En daarom is de directeur van het grootste Zeeuwse oesterbedrijf van mening dat er maar één oplossing is, namelijk dat de Oosterschelde zout blijft. Voor de veiligheid hoeft dat, vol gens de heer Bal, geen bezwaar te zijn, wanneer of de dam in de Oosterschel de geperforeerd wordt of de dijken worden verhoogd, evenals in de Wes- terschelde en bij de Rotterdamse Nieu we Waterweg. Een ander bezwaar, dat tegen de zoute Oosterschelde wordt in gebracht is, naar de heer Bal ver klaart, door de wetenschap achter haald, daar het T.N.O. een methode ontwikkeld heeft (die van electrodia- lyse) om zout water in drinkwater te veranderen, een methode, die, naar het oordeel van de heer Bal, nu financieel uitvoerbaar is. Een dusdanige instal latie om zout water in drinkwater te veranderen, zal in de loop van het jaar bij de Scheveningse haven worden op gericht. DE KWEKERS IN YERSEKE De oesterkwekers in Yerseke zitten uiteraard met hetzelfde probleem, maar daar liggen de kaarten toch iet wat anders dan op Tholen. De Yer- sekse vissers hebben namelijk een „ge mengd bedrijf": oesters en mosselen. van het Deltaplan die de oesterhandel' daarvan ondervindt. DE OESTERTEELT NEEMT nog voortdurend in omvang toe, I doch heeft nog niet weer het l vooroorlogse peil bereikt. De to- tale produktie in Zeeland was in y het afgelopen jaar 25 miljoen, i Ongeveer 80 procent hiervan is uitgevoerd naar België. De export naar dit land ontwikkelt zich nog 1 steeds gunstig, terwijl de laatste r~ jaren ook de handel op Duitsland y aanzienlijk is toegenomen. De A oesterhandel heeft in de afgelo pen jaren vrij grote verwachtin- f gen gehad van deze export. Het a voortdurend toenemen van de vraag naar oesters in Duitsland j- gaf grond aan de verwachting, dat op de duur heel wat schelp dieren de grens bij Oldenzaal zouden passeren. Duitsland vraagt vooral grote dieren. Heeft het echter zin om door het voeren van propaganda in Duitsland de oesterverkoop te stimuleren als over een aantal jaren het oester- bedrijf toch vrijwel uit Nederland is verdwenen? De kwekers blij ven het antwoord op deze vraag schuldig. ttju «Ju Boven op de wasknijpers in do oude tas, opgehangen bjj een buitendeur van een huis te Watford in het Engelse graafschap Hertfordshire, heeft een roodborstjes paartje een nest gebouwd, waarin op het ogenblik drie aitjjd-hongerige jongen luid-sjilpend de bekjes opensperren net zolang tot ma of pa roodborst met een hap voedsel een eind maakt aan het la waai. Hoewel het nest dicht bij de keuken van het huis „hangt" en er elke dag vele mensen langs lopen, laten de vogeltjes zich absoluut niet storen 9 De bevelhebber van de maritieme luchtstrijdkrachten van het Kanaal commando van de NAVO „Air-Mars hall" Sir Bryan Reynolds, is gister morgen met zijn eigen vliegtuig op 't marinevliegkamp „De Kooy" aangeko men voor een kort bezoek aan Neder land. SAMENWONEN IS dikwijls de oor zaak van huwelijksmoeilijkheden. In „Woord en Dienst", orgaan van de Ned. Herv, kerk, verscheen hierover onlangs een belangwekkend artikel. In het zelfde orgaan vonden wij een Dr. J. M. VAN MINNEN, stu dentenpredikant te Utrecht, heeft zijn visie gegeven op de vernieu wing in de Gereformeerde Kerken. Hij deed dit in Uitzicht, het Gere- De mosselteelt heeft niet die hinder formeerde tijdschrift ter bevorde- non Vio+ Tloltonlon els a Aa. AQotdrVl i i t ring van het oecumenisch denken. Evenals enige schrijvers uit ande re kerken, meent hij, dat Thijs Booy ten onrechte zijn jongste boek „Een stille omwenteling" heeft genoemd, want goed be schouwd is er in de Gereformeer de kerken nog maar weinig ver anderd. Wanneer dr. Van Minnen hiervan rekenschap geeft, wijst hij er aller eerst op, dat de organisatie van de kerken gelijk bleef. Wel vertonen de vergaderingen een sterk centralise rende tendenz, zodat de functie van de kerkeraden verschrompelt. Plaatse lijke initiatieven, die buiten het ge wone kader vallen, zijn vrijwel af gegrendeld, want in alles moet éérst de meerdere vergadering gekend worden. Er bestaat volgens dr. Van Minnen in Gereformeerde kring een sterke wrevel tegen de boodschappen van de Hervormde synode. Eerst om de inhoud, waar de meesten het niet mee eens zijn. In de tweede plaats omdat men het niet de taak der kerk acht om met dergelijke boodschappen voor de dag te komen; dit laatste omdat Gereformeerden dit kerkelijk spreken veel zwaarder opvatten dan de Her vormden doen, maar ook omdat de Gereformeerden vinden, dat er op po- DJUANDA ZET REGERINGSPROGRAMMA UITEEN De Indonesische minister-president, ir. Djuanda Kartawidjaja, beeft vrijdag morgen voor het parlement een toelichting gegeven op het uit vijf punten bestaande programma van het extra-parlementaire nood-zaken kabinet, dat onder zijn leiding staat. Deze vqf punten zijn: de instelling van een nationale raad, het normaliseren van de toestand ln Indonesië, voortzetting van de ten uitvoerlegging van de opzegging der met Nederland gesloten R.T.C.-overeen- komsten, de strijd om West-Irlan (Nederlands Nieuw-Guinea) en bevordering van de ophouw. Met betrekking tot de noodzaak tot instelling van een nationale raad, ten einde de groei der maatschappelijke krachten op te vangen en te kanali seren, zeide de premier, dat de rege ring het nodig heeft geoordeeld een nationale raad in te stellen, die op verzoek van de regering dan wel uit eigen initiatief adviezen aan de rege ring zal moeten geven. Kritiek De premier voegde daaraan toe, dat de adviezen niet bindend zullen zijn, omdat het kabinet verantwoordelijk blijft tegenover het parlement. De raad zal onder leiding staan van de president en de leden zullen wor den gekozen uit „functionele groepen", met inbegrip van landbouwers, arbei ders, intellectuelen, zakenlieden, gods dienstleiders en anderen. Wat betreft het normaliseren van de verwarde binnenlandse toestand gaf de premier toe, dat de situatie in Indonesië de laatste tijd „kritiek" is geweest, waardoor de president genoodzaakt was voor het gehele land de staat van oorlog en beleg af te kondigen. Ook gaf Djuanda toe, dat een al les omvattende oplossing voor de problemen nog niet gevonden is, waardoor het nodig was in het re geringsprogramma een punt op te nemen tot het zo spoedig mogelijk weer normaliseren van de toe stand. De premier gaf een overzicht van zijn jongst# bezoeken aan de opstan dige provincies in een poging om de ontevreden regionale militaire en po litieke leiders zachter te stemmen en kondigde aan, dat de regering enige praktische maatregelen heeft ontwor pen, waaronder het bespoedigen van het verlenen van autonomie aan de verschillende provincies. „Als de normale toestand is terug gekeerd, zal de regering geen tijd verloren laten gaan om de staat van oorlog en beleg weer op te heffen", zo beloofde hij. Wat betreft de eenzijde opzegging door Indonesië van de met Neder land gesloten R.T.C.-overeenkoms- ten, merkte de minister-president op, dat verschillende besluiten wa ren genomen over het annuleren van enkele schulden aan Nederland en over andere aangelegenheden, „doch de tenuitvoerlegging van de opzegging dezer overeenkomsten be tekent geenszins, dat de regering de weg tot samenwerking met de Nederlanders wil afsnijden, doch deze samenwerking moet worden gekanaliseerd langs nieuwe voor waarden, die niet schadelijk zijn voor onze nationale belangen". Ten aanzien van Indonesië's natio nale aanspraken op Nederlands N.- Guinea, verklaarde hij dat dit voor Indonesië èen kwestie van „Sine qua non" is, een voorwaarde dus, zonder welke de gehele Indonesische politiek op losse schroeven komt te staan! litiek en sociaal terrein andere orga nen bestaan, die kunnen spreken, zo als de A.R. partjj en de Christelijke vakbeweging. Ten aanzien van zending en evan gelisatie zijn de Gereformeerde ker ken op haar best, meent dr. Van Minnen. Toch wordt aan de evange lisatie nog geen bijbelse plaats toe gekend in de structuur van de kerk. Oecumenisch is er beslist geen ver nieuwing. Wel begint het besef door te dringen, dat de Werelraad van Kerken geen superkerk (met tucht) is, doch een gespreksgemeenschap, maar de synode geeft er nog geen blijk van dit te weten. Aangaande het contact met de Hervormde kerk stelt dr. Van Minnen vast, dat het laatste schrijven der Gereformeerde synode aan de Hervormde synode wel in 1886 gedateerd zou kunnen zijnWat de kwestie Assen-1926 betreft, deze is na dertig jaar nog springlevend. Vernieuwingsbewegingen zijn er in de Gereformeerde kerken steeds ge weest. Maar concrete stappen worden niet genomen. „We spurten wel weer eens in een aanloop maar we komen nooit van de grond. Te zwaar belast". Resumerende meent dr. Van Minnen, dat de vernieuwing in de Gereformeerde kerken van na 1945 mislukt is. „De toekomst van onze kerken lijkt mij menselijk gezien somber. Doch voor wie de kerk een geloofsstuk is, kan het licht wezen ten tijde des avonds", eindigt hij. Horizontaal: 2 Muts, 5 voedsel, onderwijs, 9 oogholte, 10 plaats in Zwitserland, 12 uitroep, 13 chefkell- ner, 14 uitheems dier, 16 voegwoord, 18 steen, 19 wilde haver, 21 de lezer heil, 22 bevordering, 24 modegek. Verticaal: 1 Mopperaar, 2 straaldier, 3 bijl, 4 rivier in Italië, 6 klein persoon, 7 onduidelijk spreken, 8 jongensnaam, II vreemde munt, 12 deel van de voet, 15 verhoogde toon, 17 vaartuig, 19 oude dame, 20 geheel de uwe, 23 voegwoord. Oplossing vorige puzzle Horizontaal: 1 Brasem, 6 kroost, 7 koe, 8 abt, 10 R.M., 12 trio, 13 nop, 15 eer, 16 elan, 18 Lt, 19 tel, 20 mak, 22 bokaal, 23 tablet. Verticaal: 1 Blok, 2 roos, 3 Ase, 4 St, 5 mobiel, 6 kornet, 8 are, 9 tor tel, 11 molest, 14 pal, 17 cake, 20 mol, 21 kat, 22 b.b. Het zuiden en westen van de Amerikaanse staat Texas zijn woens dag door een twintigtal wervelstor men getroffen. In het plaatsje Silver- ton, zijn dertien mensen om het leven gekomen en 65 gewond. tweede artikel over hetzelfde onder- werp, dat ook nu werd geschreven door een ouderling. Hierin gaat het niet speciaal over het samenwonen met de ouders van een der huwelijks partners, maar om het samenwonen met derden. Als eerste noemen wij de samen woning van 'n jong gezin of van pai gehuwden met een ouder echtpaar Het is wel zonder meer duidelijk, dat deze combinatie een groot aantal mo gelijkheden tot conflicten tussen da beide gezinnen oplevert; vooral dan, wanneer het oudere echtpaar zonder kinderen is en de jong gehuwden een of meer „kleintjes" hebben. Nu zou men kunnen zeggen: goed, dat zijn vervelende dingen, maar "dia behoeven toch geen aanleiding ta geven tot huwelijksmoeilijkheden. In tegendeel: worden hier de echtgeno ten niet tot „bondgenoten" in de strijd van „boven met „beneden" en om gekeerd? Stellig: dit kan gebeuren; maar da praktijk wijst uit, dat het meestal anders gaat en dat de gespannen ver houding tussen boven- en beneden- bewoners op een funeste wijze teven# de onderlinge verhouding der huwe lijkspartners „onder stroom" zet en dit geldt uiteraard in het bijzonder het jongere echtpaar, dat nog minder tijd heeft gehad tot een hechte een heid samen te groeien. Klein begin Het begint waarschijnlijk met een klein verschil van mening aangaande de te volgen gemeenschappelijke ge dragslijn: „niet meer groeten" of „al tijd beleefd blijven", waarbij zich een niet eerder „acuut" geworden verschil in opvoeding of maatschappelijk mi lieu verraadt. Het kan ook zijn, dat de jonge man „beslist op zijn stuk wil blijven staan" en er „desnoods da politie bij wil halen", terwijl de jon ge vrouw juist zoveel mogelijk „alle ruzie vermijden wil". Hoe licht kan hieruit niet voort vloeien een dubbelzinnige houding tegenover het andere echtpaar, waar bij de vrouw als de man nietthul# is „over zich heen laat lopen" en „zoete broodjes hakt" (in de ogen van haar echtgenoot), terwijl, als hij thul# is, zij zich zorgvuldig „op een af stand" houdt. Een tweede bezwaarlijke combinatie is de samenwoning met een ten naas te bij even jong gezin. Oppervlakkig gezien zou men geneigd zijn op te merken, dat dit nu toch feitelijk wel een ideale combinatie zou zijn doch ook hier leert de praktijk, dat juist de grote overeenkomst in situatie, tal van spanningen veroorzaakt en moge lijkheden tot conflicten biedt, die mis schien nog het best uit de weg ta gaan zijn bij samenwoning met een gezin, waarvan de kinderen zich om trent de puberteitsleeftijd bevinden, eerder er boven dan er beneden. Welke bron? Waar ontspringen de conflicten tus sen man en vrouw bij het samenwo nen van twee jonge gezinnen? Men kan deze vraag nader preciseren door het aldus te stellen: Waar liggen hier de gevoeligste plekken? En dan is er maar één antwoord mogelijk: overal waar „de kinderen" in het geding zijn. Jantje van beneden is eerder (of later) zindelijk dan Jaapje van boven. Met zoiets begint 't gewoonlijk. Of: Jouw Jantje typisch, die bezittelijke voor naamwoorden hier! heeft mijn Jaap je geslagen (of omgekeerd)En zolang de respectievelijke vaders nu nog maar buiten deze moederlijke wrijvingen ge houden worden! Maar wee hen en wee ons, wanneer deze „erbij gehaald" worden! Hun gekwetst eergevoel ver oorzaakt vroeg of laat een geweldige donderbui. Maar blikseminslag is er zelden bij. En dan begint gemeenlijk een soortgelijke spanning tussen de beide echtgenoten van elk paar als in het voorgaande werd geschetst. Alleen: de rollen zijn nu omgekeerd. De vrou wen harrewarren door, de mannen hebben er allang genoeg van. Dit leidt tot steeds veelvuldiger echtelijke twistgesprekken, die tenslotte in geen enkel verband meer staan met het oorspronkelijke meningsverschil, maar waarin allerlei „ergernissen" of „te leurstellingen", die onmogelijk rede lijk kunnen worden gefundeerd en die zonder enig billijk persoonlijk aanknopingspunt zijn, worden geven tileerd. Wanneer het zover gekomen is, is voor zo'n echtpaar hulp drin gend nodig. Gelukkig' de gemeente, die over een aantal deskundige medewerkers be schikt (ouderlingen met een bijzon dere opdracht, speciaal hiertoe opge leide huisbezoekers), om aan zulk» met ineenstorting bedreigde huwelij ken tijdig de nodige herstelwerkzaam heden te kunnen verrichten!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1957 | | pagina 3