Oestercultuur heeft
toekomst
geen
meer
Indonesië zal strijd om Nieuw
Guinea voortzetten
Vernieuwing mislukt in
de Geref. Kerken
Samenwoning leidt dikwijls tot
grote spanningen
PUZZLE
„Ik ben directeur
dat ten dode is
van een
bedrijf,
opgeschreven"
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina I
OP THOLEN WORDT BEWEERD:
WAREN WIJ MAAR
BOEREN...
EXPORT
Huwelijksgeluk
komt
in
gevaar
Utrechtse studentenpredikant meent
Samenwerking met Nederland moet
gekanaliseerd langs nieuwe voorwaarden
VANDAAG EENS
Zaterdag 18 mei 1957
JUBILEREN is een gave.
Wij bedoelen dat in tweeërlei opzicht.
De grootste gave is, dat men mèg ju
bileren.
Daar kan men als regel zelf weinig
aan doen. Wie jong sterft, jubileert
nimmer. Wie in verband met zijn ont
wikkeling of loopbaan of de aard van
zijn werk of door omstandigheden bui
ten zijn wil vaak van positie verwis
selt, zal ook minder gemakkelijk aan
een jubileum toekomen. Het komt ook
voor, dat iemand een positie inneemt,
waarbij niemand, de persoon zelf inbe
grepen, denkt aan het feit, dat het op
die en die dag 12%, 25, 50 of meer
jaren is geleden, dat hij met zijn werk
begon. Zijn jubilea zullen beperkt blij
ven tot de verjaardagen (waarbij dan
een „kroonjaar" een bijzonder accent
kan krijgen) of tot bijzondere feiten
in de familiekring.
OP ZICHZELF behoeft in het berei
ken van een jubileumdatum geen
verdienste te schuilen. Als God iemand
het leven geeft en hij altijd op dezelf
de plaats in functie is, schuift de da
tum van het jubileum vanzelf nader
met de regelmaat van het afscheuren
van de kalenderblaadjes.
De gave van het jubileren is juist
hierin gelegen, dat er reden is öm te
jubileren.
En hier komen we dan al meer op
de tweede gave, die in jubileren ge
legen is.
V
JUBILEREN is een Bijbels begrip.
Men behoeft nog niet te denken aan
Jubal al blijft het verband, dat hij
de vader is „van allen, die citer en
fluit bespelen" maar moet wel den
ken aan het jubeljaar, dat God voor
Israël instelde, het vijftigste jaar,
waarop het land rustte, dat het jaar
was van de vrijmaking en het geden
ken aan de verlossing uit de slavernij.
Dan toch schalde de ramshoorn, die
dit jaar inzette en jubelend aankon
digde, dat God Zijn volk vrijheid gaf.
Deze gedachte is overgenomen ook
In ons leven. Daarom jubileren we.
En dat is goed. Het „vier uw vier
dagen" is eveneens een Bijbels woord.
Het is daarom van betekenis en heeft
hoge waarde, dat men zijn gedenk
dagen ook werkelijk jubilerend, dat is
juichend gedenkt.
V
ALLEREERST: het hangt ook af van
de persoonlijke gaven, die men heeft.
Wie in zijn werk een sieraad is, door
trouw, voortvarendheid, prettige om
gang en wat al niet meer, die bevindt
zich in een sfeer, waar men de goede
Stemming voor een rechte jubileum
viering kan vinden.
Maar er is meer.
Want het is ook een kunst, om g o e d
te jubileren.
Zoals we aanwezen, is jubileren van
Bijbelse oorsprong. God geeft deze
gave aan de mens. Het is Zijn
zegen, die we gedenken. Wie nu in
zijn jubileum bij de mens begint en
iii de mens eindigt, is op verkeerd
spoor. Het begin is bij God en het ein
de is ook in Zijn naam.
WIL DIT dan zeggen, dat over de
mens gezwegen moet worden?
In geen enkel opzicht.
Want God heeft die mens zijn kwa
liteiten gegeven, waardoor er mede
aanleiding is, om zijn jubileum te vie
ren. En van die kwaliteiten mag dus
gesproken worden.
Daarbij dient ook gewaakt te wor
den voor de overdrijving, die gesig
naleerd wordt met het woord: „bij
jubilea en begrafenissen wordt het
meest gelogen".
Daarbij dient ook gevraagd te wor
den hiertegen, dat het jubileum alleen
ls weggelegd voor hen, die „succes"
gehad hebben in hun loopbaan.
Succes mag nooit verward worden
met zegen. Ook het jubileum van de
eenvoudige, die altijd op een lagere
plaats bleef staan, heeft waarde.
Ook voor dezen geldt: vier uw vier
dagen.
Al zal er dan voor hen want dat
is niet altijd mogelijk niet zo pu
bliekelijk de bazuin gestoken worden,
toch mag ook aan hen de aandacht ge
geven worden, waarop de trouw en de
andere talenten, waarmee God hen be
giftigde, hen aanspraak doet maken.
Ook in hun leven was er zegen.
EN ZIJ, DIE GEEN SUCCES HAD
DEN? Die door tegenslag in zaken en
door allerlei gebeuren, waaraan zij al
dan niet zelf schuld hadden, achterop
zijn geraakt?
Voor hen is jubileren het moeilijkst.
Zij hebben de neiging, zich juist op
zulke dagen in bitterheid op te slui
ten.
Maar als zij in hun leven speuren,
zullen zij kunnen zien, dat, ook ai
zullen zij tot de erkenning kunnen ko
men, dat op bepaalde momenten het
onthouden van het succes voor hen een
„egen was, omdat het hen afhield van
pa-n, die van God afleiden. Wellicht
•ionen zij dan in begrijpen te staan
tegenover de woorden uit Psalm 77:
'k Zal gedenken, hoe voor dezen
ons de Heer heeft gunst bewezen.
Wie in die stemming komt, zal op
zijn jubileumdatum, ook al zou geen
enkel mens er aandacht aan besteden,
toch tot de jubelstemming komen,
waarvan diezelfde psalm van het her
denken (dus ook van het jubileren)
spreekt.
Na Texas is donderdag het zuiden
van de Amerikaanse staat Oklahoma
door zware regenstormen getroffen.
Verscheidene kleine plaatsen zijn over
stroomd. Er zijn tot op heden zes do
den en er worden twee mensen ver
mist.
,,'T IS GEDAAN MET ONS", zegt de heer J. H. Bal, directeur van
de N.V. Zeeuwse oestermaatschappij „Bona Fides" in Tholen. Nou ja,
met ons.Ik bedoel natuurlijk met de oesterteelt in Zeeland. Straks
dat wil dan zeggen na de uitvoering van het Delta-plan zijn de
oesters uit Zeeland verdwenen. Er is dan geen zout water meer, ten
minste niet op de gunstige plekken voor de oesterteelt. Wat U hier
ziet, en de heer Bal wijst over de wijde watervlakte van de Oos-
terschelde bij Strijenham wat U hier ziet zijn allemaal oesterper
celen. Over een jaar of wat laten we over een jaartje maar niet
twisten zijn deze percelen verdwenen. Och ja, natuurlijk weet ik
wel dat men tegenwoordig veel praat over het overbrengen van de
oestercultuur naar de Grevelingen, waar dan een kunstmatig bassin
zal komen, maar gelooft U, dat er wat van terecht zal komen? Eerlijk,
gelooft U het? Ik niet. Weet U wat ze doen, ze praten nog een poosje,
ze praten net zo lang, tot wij van de kaart zijn. Dan is 't gedaan met
de oestercultuur in Nederland en dan gaat Denemarken onze plaats
innemen op de wereldmarkt.
Misschien ben ik een pessimist, maar ik geloof dat de proeven, die dr. Kor-
ringa zal nemen in 't Veersegat de proeven dus, die zullen moeten uitwijzen
of oestercultuur op de Grevelingen mogelijk zal zijn, nooit zullen worden
uitgevoerd
Het is tegenwoordig allemaal bestedingsbeperking, wat de klok slaat. U
zult zien dat over enige tijd beweerd wordt dat, in verband met die beste
dingsbeperking de vrij kostbare onderzoekingen van dr. Korringa niet kunnen
plaats vinden. En dat is dan het eind van de oestercultuur. Wie mij heeft
gesproken, kan zeggen de directeur te hebben ontmoet van een bedrijf, dat
ten dode is opgeschreven
Weet U, waren wij maar boeren, wa
ren wij maar middenstanders of me
taalarbeiders, dan hadden wij in de
Tweede Kamer mensen zitten, die voor
ons op de bres zouden staan. Nu zijn
wij „maar" gewone oesterlui en wat
maalt een Kamerlid om een oester
kweker?
Na het afdammen van de Ooster-
schelde zal er van lieverlede rond het
eiland Tholen en ook langs de kust
van Zuid-Beveland zoet water komen
in plaats van zout water. Daarin ge
dijt de oester niet. Hij gaat dood. De
oestercultuur is hier in het zoute water
van heel grote betekenis. Hier liggen
zandbanken oneindig veel die bij
laag water droog komen te liggen. De
oesters liggen dan te broeien in de
zon. Niets is beter voor een oester.
Dat is natuurlijk straks afgelopen.
Dan stroomt rivierwater de afgedam
de Oosterschelde binnen, de oesters
sterven en de zandbanken komen niet
meer droog te liggen."
En veronderstel nog eens, meent de
heer Bal, dat het op de duur toch zal
lukken in de Grevelingen tussen
Schouwen-Duiveland en Goeree-Over-
flakkee, tussen de twee dammen,
kunstmatig oesters te kweken, wat zal
dat niet gaan kosten? Het is wel heel
twijfelachtig, of op commerciële schaal
hier de oestercultuur kan worden be
dreven. Het bassin ln de Grevelingen
het kan nóg zo goed zijn kan de
Oosterschelde nóóit vervangen!
MAAR EEN OPLOSSING
En daarom is de directeur van het
grootste Zeeuwse oesterbedrijf van
mening dat er maar één oplossing is,
namelijk dat de Oosterschelde zout
blijft. Voor de veiligheid hoeft dat, vol
gens de heer Bal, geen bezwaar te zijn,
wanneer of de dam in de Oosterschel
de geperforeerd wordt of de dijken
worden verhoogd, evenals in de Wes-
terschelde en bij de Rotterdamse Nieu
we Waterweg. Een ander bezwaar, dat
tegen de zoute Oosterschelde wordt in
gebracht is, naar de heer Bal ver
klaart, door de wetenschap achter
haald, daar het T.N.O. een methode
ontwikkeld heeft (die van electrodia-
lyse) om zout water in drinkwater te
veranderen, een methode, die, naar het
oordeel van de heer Bal, nu financieel
uitvoerbaar is. Een dusdanige instal
latie om zout water in drinkwater te
veranderen, zal in de loop van het jaar
bij de Scheveningse haven worden op
gericht.
DE KWEKERS IN YERSEKE
De oesterkwekers in Yerseke zitten
uiteraard met hetzelfde probleem,
maar daar liggen de kaarten toch iet
wat anders dan op Tholen. De Yer-
sekse vissers hebben namelijk een „ge
mengd bedrijf": oesters en mosselen.
van het Deltaplan die de oesterhandel'
daarvan ondervindt.
DE OESTERTEELT NEEMT
nog voortdurend in omvang toe, I
doch heeft nog niet weer het l
vooroorlogse peil bereikt. De to-
tale produktie in Zeeland was in y
het afgelopen jaar 25 miljoen, i
Ongeveer 80 procent hiervan is
uitgevoerd naar België. De export
naar dit land ontwikkelt zich nog 1
steeds gunstig, terwijl de laatste r~
jaren ook de handel op Duitsland y
aanzienlijk is toegenomen. De A
oesterhandel heeft in de afgelo
pen jaren vrij grote verwachtin- f
gen gehad van deze export. Het a
voortdurend toenemen van de
vraag naar oesters in Duitsland j-
gaf grond aan de verwachting,
dat op de duur heel wat schelp
dieren de grens bij Oldenzaal
zouden passeren. Duitsland vraagt
vooral grote dieren. Heeft het
echter zin om door het voeren
van propaganda in Duitsland de
oesterverkoop te stimuleren als
over een aantal jaren het oester-
bedrijf toch vrijwel uit Nederland
is verdwenen? De kwekers blij
ven het antwoord op deze vraag
schuldig.
ttju «Ju
Boven op de wasknijpers in do oude tas,
opgehangen bjj een buitendeur van een
huis te Watford in het Engelse graafschap
Hertfordshire, heeft een roodborstjes
paartje een nest gebouwd, waarin op het
ogenblik drie aitjjd-hongerige jongen
luid-sjilpend de bekjes opensperren net
zolang tot ma of pa roodborst met een
hap voedsel een eind maakt aan het la
waai. Hoewel het nest dicht bij de keuken
van het huis „hangt" en er elke dag vele
mensen langs lopen, laten de vogeltjes
zich absoluut niet storen
9 De bevelhebber van de maritieme
luchtstrijdkrachten van het Kanaal
commando van de NAVO „Air-Mars
hall" Sir Bryan Reynolds, is gister
morgen met zijn eigen vliegtuig op 't
marinevliegkamp „De Kooy" aangeko
men voor een kort bezoek aan Neder
land.
SAMENWONEN IS dikwijls de oor
zaak van huwelijksmoeilijkheden. In
„Woord en Dienst", orgaan van de
Ned. Herv, kerk, verscheen hierover
onlangs een belangwekkend artikel.
In het zelfde orgaan vonden wij een
Dr. J. M. VAN MINNEN, stu
dentenpredikant te Utrecht, heeft
zijn visie gegeven op de vernieu
wing in de Gereformeerde Kerken.
Hij deed dit in Uitzicht, het Gere-
De mosselteelt heeft niet die hinder formeerde tijdschrift ter bevorde-
non Vio+ Tloltonlon els a Aa. AQotdrVl i i t
ring van het oecumenisch denken.
Evenals enige schrijvers uit ande
re kerken, meent hij, dat Thijs
Booy ten onrechte zijn jongste
boek „Een stille omwenteling"
heeft genoemd, want goed be
schouwd is er in de Gereformeer
de kerken nog maar weinig ver
anderd.
Wanneer dr. Van Minnen hiervan
rekenschap geeft, wijst hij er aller
eerst op, dat de organisatie van de
kerken gelijk bleef. Wel vertonen de
vergaderingen een sterk centralise
rende tendenz, zodat de functie van de
kerkeraden verschrompelt. Plaatse
lijke initiatieven, die buiten het ge
wone kader vallen, zijn vrijwel af
gegrendeld, want in alles moet éérst
de meerdere vergadering gekend
worden.
Er bestaat volgens dr. Van Minnen
in Gereformeerde kring een sterke
wrevel tegen de boodschappen van
de Hervormde synode. Eerst om de
inhoud, waar de meesten het niet mee
eens zijn. In de tweede plaats omdat
men het niet de taak der kerk acht
om met dergelijke boodschappen voor
de dag te komen; dit laatste omdat
Gereformeerden dit kerkelijk spreken
veel zwaarder opvatten dan de Her
vormden doen, maar ook omdat de
Gereformeerden vinden, dat er op po-
DJUANDA ZET REGERINGSPROGRAMMA UITEEN
De Indonesische minister-president, ir. Djuanda Kartawidjaja, beeft vrijdag
morgen voor het parlement een toelichting gegeven op het uit vijf punten
bestaande programma van het extra-parlementaire nood-zaken kabinet, dat
onder zijn leiding staat. Deze vqf punten zijn: de instelling van een nationale
raad, het normaliseren van de toestand ln Indonesië, voortzetting van de ten
uitvoerlegging van de opzegging der met Nederland gesloten R.T.C.-overeen-
komsten, de strijd om West-Irlan (Nederlands Nieuw-Guinea) en bevordering
van de ophouw.
Met betrekking tot de noodzaak tot
instelling van een nationale raad, ten
einde de groei der maatschappelijke
krachten op te vangen en te kanali
seren, zeide de premier, dat de rege
ring het nodig heeft geoordeeld een
nationale raad in te stellen, die op
verzoek van de regering dan wel uit
eigen initiatief adviezen aan de rege
ring zal moeten geven.
Kritiek
De premier voegde daaraan toe, dat
de adviezen niet bindend zullen zijn,
omdat het kabinet verantwoordelijk
blijft tegenover het parlement.
De raad zal onder leiding staan van
de president en de leden zullen wor
den gekozen uit „functionele groepen",
met inbegrip van landbouwers, arbei
ders, intellectuelen, zakenlieden, gods
dienstleiders en anderen.
Wat betreft het normaliseren van
de verwarde binnenlandse toestand
gaf de premier toe, dat de situatie
in Indonesië de laatste tijd „kritiek"
is geweest, waardoor de president
genoodzaakt was voor het gehele
land de staat van oorlog en beleg
af te kondigen.
Ook gaf Djuanda toe, dat een al
les omvattende oplossing voor de
problemen nog niet gevonden is,
waardoor het nodig was in het re
geringsprogramma een punt op te
nemen tot het zo spoedig mogelijk
weer normaliseren van de toe
stand.
De premier gaf een overzicht van
zijn jongst# bezoeken aan de opstan
dige provincies in een poging om de
ontevreden regionale militaire en po
litieke leiders zachter te stemmen en
kondigde aan, dat de regering enige
praktische maatregelen heeft ontwor
pen, waaronder het bespoedigen van
het verlenen van autonomie aan de
verschillende provincies.
„Als de normale toestand is terug
gekeerd, zal de regering geen tijd
verloren laten gaan om de staat van
oorlog en beleg weer op te heffen",
zo beloofde hij.
Wat betreft de eenzijde opzegging
door Indonesië van de met Neder
land gesloten R.T.C.-overeenkoms-
ten, merkte de minister-president
op, dat verschillende besluiten wa
ren genomen over het annuleren
van enkele schulden aan Nederland
en over andere aangelegenheden,
„doch de tenuitvoerlegging van de
opzegging dezer overeenkomsten be
tekent geenszins, dat de regering
de weg tot samenwerking met de
Nederlanders wil afsnijden, doch
deze samenwerking moet worden
gekanaliseerd langs nieuwe voor
waarden, die niet schadelijk zijn
voor onze nationale belangen".
Ten aanzien van Indonesië's natio
nale aanspraken op Nederlands N.-
Guinea, verklaarde hij dat dit voor
Indonesië èen kwestie van „Sine qua
non" is, een voorwaarde dus, zonder
welke de gehele Indonesische politiek
op losse schroeven komt te staan!
litiek en sociaal terrein andere orga
nen bestaan, die kunnen spreken, zo
als de A.R. partjj en de Christelijke
vakbeweging.
Ten aanzien van zending en evan
gelisatie zijn de Gereformeerde ker
ken op haar best, meent dr. Van
Minnen. Toch wordt aan de evange
lisatie nog geen bijbelse plaats toe
gekend in de structuur van de kerk.
Oecumenisch is er beslist geen ver
nieuwing. Wel begint het besef door
te dringen, dat de Werelraad van
Kerken geen superkerk (met tucht)
is, doch een gespreksgemeenschap,
maar de synode geeft er nog geen
blijk van dit te weten. Aangaande het
contact met de Hervormde kerk stelt
dr. Van Minnen vast, dat het laatste
schrijven der Gereformeerde synode
aan de Hervormde synode wel in 1886
gedateerd zou kunnen zijnWat
de kwestie Assen-1926 betreft, deze
is na dertig jaar nog springlevend.
Vernieuwingsbewegingen zijn er in
de Gereformeerde kerken steeds ge
weest. Maar concrete stappen worden
niet genomen. „We spurten wel weer
eens in een aanloop maar we
komen nooit van de grond. Te zwaar
belast". Resumerende meent dr. Van
Minnen, dat de vernieuwing in de
Gereformeerde kerken van na 1945
mislukt is. „De toekomst van onze
kerken lijkt mij menselijk gezien
somber. Doch voor wie de kerk
een geloofsstuk is, kan het licht wezen
ten tijde des avonds", eindigt hij.
Horizontaal: 2 Muts, 5 voedsel,
onderwijs, 9 oogholte, 10 plaats in
Zwitserland, 12 uitroep, 13 chefkell-
ner, 14 uitheems dier, 16 voegwoord,
18 steen, 19 wilde haver, 21 de lezer
heil, 22 bevordering, 24 modegek.
Verticaal: 1 Mopperaar, 2
straaldier, 3 bijl, 4 rivier in Italië, 6
klein persoon, 7 onduidelijk spreken,
8 jongensnaam, II vreemde munt, 12
deel van de voet, 15 verhoogde toon,
17 vaartuig, 19 oude dame, 20 geheel
de uwe, 23 voegwoord.
Oplossing vorige puzzle
Horizontaal: 1 Brasem, 6
kroost, 7 koe, 8 abt, 10 R.M., 12 trio,
13 nop, 15 eer, 16 elan, 18 Lt, 19 tel,
20 mak, 22 bokaal, 23 tablet.
Verticaal: 1 Blok, 2 roos, 3 Ase,
4 St, 5 mobiel, 6 kornet, 8 are, 9 tor
tel, 11 molest, 14 pal, 17 cake, 20 mol,
21 kat, 22 b.b.
Het zuiden en westen van de
Amerikaanse staat Texas zijn woens
dag door een twintigtal wervelstor
men getroffen. In het plaatsje Silver-
ton, zijn dertien mensen om het leven
gekomen en 65 gewond.
tweede artikel over hetzelfde onder-
werp, dat ook nu werd geschreven
door een ouderling. Hierin gaat het
niet speciaal over het samenwonen
met de ouders van een der huwelijks
partners, maar om het samenwonen
met derden.
Als eerste noemen wij de samen
woning van 'n jong gezin of van pai
gehuwden met een ouder echtpaar
Het is wel zonder meer duidelijk, dat
deze combinatie een groot aantal mo
gelijkheden tot conflicten tussen da
beide gezinnen oplevert; vooral dan,
wanneer het oudere echtpaar zonder
kinderen is en de jong gehuwden
een of meer „kleintjes" hebben.
Nu zou men kunnen zeggen: goed,
dat zijn vervelende dingen, maar "dia
behoeven toch geen aanleiding ta
geven tot huwelijksmoeilijkheden. In
tegendeel: worden hier de echtgeno
ten niet tot „bondgenoten" in de strijd
van „boven met „beneden" en om
gekeerd?
Stellig: dit kan gebeuren; maar da
praktijk wijst uit, dat het meestal
anders gaat en dat de gespannen ver
houding tussen boven- en beneden-
bewoners op een funeste wijze teven#
de onderlinge verhouding der huwe
lijkspartners „onder stroom" zet en
dit geldt uiteraard in het bijzonder
het jongere echtpaar, dat nog minder
tijd heeft gehad tot een hechte een
heid samen te groeien.
Klein begin
Het begint waarschijnlijk met een
klein verschil van mening aangaande
de te volgen gemeenschappelijke ge
dragslijn: „niet meer groeten" of „al
tijd beleefd blijven", waarbij zich een
niet eerder „acuut" geworden verschil
in opvoeding of maatschappelijk mi
lieu verraadt. Het kan ook zijn, dat
de jonge man „beslist op zijn stuk
wil blijven staan" en er „desnoods da
politie bij wil halen", terwijl de jon
ge vrouw juist zoveel mogelijk „alle
ruzie vermijden wil".
Hoe licht kan hieruit niet voort
vloeien een dubbelzinnige houding
tegenover het andere echtpaar, waar
bij de vrouw als de man nietthul#
is „over zich heen laat lopen" en
„zoete broodjes hakt" (in de ogen van
haar echtgenoot), terwijl, als hij thul#
is, zij zich zorgvuldig „op een af
stand" houdt.
Een tweede bezwaarlijke combinatie
is de samenwoning met een ten naas
te bij even jong gezin. Oppervlakkig
gezien zou men geneigd zijn op te
merken, dat dit nu toch feitelijk wel
een ideale combinatie zou zijn doch
ook hier leert de praktijk, dat juist
de grote overeenkomst in situatie, tal
van spanningen veroorzaakt en moge
lijkheden tot conflicten biedt, die mis
schien nog het best uit de weg ta
gaan zijn bij samenwoning met een
gezin, waarvan de kinderen zich om
trent de puberteitsleeftijd bevinden,
eerder er boven dan er beneden.
Welke bron?
Waar ontspringen de conflicten tus
sen man en vrouw bij het samenwo
nen van twee jonge gezinnen? Men
kan deze vraag nader preciseren door
het aldus te stellen: Waar liggen hier
de gevoeligste plekken? En dan is er
maar één antwoord mogelijk: overal
waar „de kinderen" in het geding zijn.
Jantje van beneden is eerder (of later)
zindelijk dan Jaapje van boven. Met
zoiets begint 't gewoonlijk. Of: Jouw
Jantje typisch, die bezittelijke voor
naamwoorden hier! heeft mijn Jaap
je geslagen (of omgekeerd)En zolang
de respectievelijke vaders nu nog maar
buiten deze moederlijke wrijvingen ge
houden worden! Maar wee hen en wee
ons, wanneer deze „erbij gehaald"
worden! Hun gekwetst eergevoel ver
oorzaakt vroeg of laat een geweldige
donderbui. Maar blikseminslag is er
zelden bij.
En dan begint gemeenlijk een
soortgelijke spanning tussen de beide
echtgenoten van elk paar als in het
voorgaande werd geschetst. Alleen:
de rollen zijn nu omgekeerd. De vrou
wen harrewarren door, de mannen
hebben er allang genoeg van. Dit
leidt tot steeds veelvuldiger echtelijke
twistgesprekken, die tenslotte in geen
enkel verband meer staan met het
oorspronkelijke meningsverschil, maar
waarin allerlei „ergernissen" of „te
leurstellingen", die onmogelijk rede
lijk kunnen worden gefundeerd en
die zonder enig billijk persoonlijk
aanknopingspunt zijn, worden geven
tileerd. Wanneer het zover gekomen
is, is voor zo'n echtpaar hulp drin
gend nodig.
Gelukkig' de gemeente, die over een
aantal deskundige medewerkers be
schikt (ouderlingen met een bijzon
dere opdracht, speciaal hiertoe opge
leide huisbezoekers), om aan zulk»
met ineenstorting bedreigde huwelij
ken tijdig de nodige herstelwerkzaam
heden te kunnen verrichten!