DAGEN VOL DANKBAARHEID Wat het komend geslacht weten moet Zwitsaletten DE doemt TYRANNIE DER VROUWEN de tot niets doen mannen Goede gedenken moet thuis beginnen door moeders woorden Moderne japon Onstuimig begin van de dag Wie en wat zijn toch de Jassaaien EN JACHTMES REVOLVER IN PLAATS VAN POEDERDOOS Zaterdag 4 mei 1957 ZEEUWSCH WEEKEND Pagina 10 Eén keer in de week vis op tafel Kinderen worden geboren in het diepste geheim Eén mislukking Uii mijn klas Zenclmgspiomers in India Europese prijs voor mevr. Kethly Tochtjes naar de maan.,. In deze tijd van het jaar wijst de kalender heel wat gedenk dagen aan. Nu zijn er gedenkdagen, die men viert met feest betoon, zoals we deze week deden met de verjaardag van H.M. de Koningin. Hoe hartelijk heeft ons volk met de jarige Vorstin meegeleefd. Er zijn ook dagen, die men met stille om gangen herdenkt en weer andere met de vlag halfstok. Toch is het goed te gedenken, zij het de blijde of de droeve dagen, want de herinnering aan wat geweest is kan ten goede onze houding in het heden beïnvloeden. Als we denken, dat er dagen waren, dat we slechts in stilte en in de intimiteit van eigen huis en vertrouwde kring een Oranje feestdag konden vieren, dan wordt de dankbaarheid groter, nu we weer met vlaggen en feestbetoon een echte Oran jedag konden hebben. En na 30 april komt de vijfde mei als een dag vol herinne ring. Wat waren we blij op die dag in het jaar 1945, maar het was vaak een blijdschap die zich uitte in tranen. Toen kregen we weer volop moed. Alles zou nu weer anders, beter, gaan worden. Gewoon, als we alles gewend waren geweest. We had den zoveel angsten doorstaan, onder zoveel spanningen geleefd en ook zoveel ontbeerd, wat we toch zo nodig hadden. Doch er kwam toen weer verwachting op verandering en verbetering. Als we nu eens aan die tijden terug denken op de officiële herdenkingsda gen, dan moeten we toch wel begin nen met heel dankbaar te zjjn, om veel wat zich herstelde en aan alles wat het leven weer vreugde en glans kan ge ven. Je kunt natuurlijk ook beginnen met op te tellen, wat niet volgens ver wachting zich heeft hersteld. En dat is wellicht voor velen een lange lijst. En allen te zamen hebben we genoeg om afkeuring over uit te spreken in de gang van zaken in ons land en in de hele wereld. Doch ik geloof, dat we op onze gedenkdagen van deze tijd met het eerste moeten beginnen, opdat er echte dankbaarheid komt om al wat we nu nog mogen bezitten. Daarbij denk ik het eerst aan onze vrijheid. Het had toch ook ben ons al anders kunnen zijn. Als we enkele de naam van Hongarije maar noemen, dan we ten we wel, wat gevaar alle vrijheid en dus ook de onze blijft bedreigen. Nu de grote mode is de japon met een aangesloten jasje als een geheel, plaatsen wij op veelvuldig verzoek het patroon van een uiterst smaakvol stelletje als No. 241. De japon is glad en heeft voor 2 rechte zakjes, welke eveneens in het jasje ver werkt zijn. De hals heeft een leuke ovale lijn en de mouwtjes zijn ingezet en kort. Achter heeft de rok een diepe halve tooi. Het jasje is leuk kort en heeft kleine revertjes waaraan de grotere kraag is geknipt, wat een aardig en vlot effect geeft. Ben. stof 4.75 m 90 cm breed voor de maten 40-42-44 (maat 38 op be stelling). Plak aan de adreszijde van 'n brief kaart, naast en buiten het frankeerzegel, 't verschuldigde bedrag (ƒ1,05) aan gel dige postzegels en adresseer deze aan de redactie van het Zeeuwsch Dagblad, Lange Vorststraat 90, Goes. Aan de an dere zijde vermeldt u uw naam, adres, maat en nummer (no. 241) van het ge wenste model. Plak nooit voor meer dan ƒ1,05 aan postzegels extra op een brief kaart, want wat meer geplakt wordt is waardeloos. Bestellingen onder rembours worden niet aangenomen en de patronen worden niet geruild. De redactie heeft geen patronen in voorraad, het persoon lijk komen afhalen aan ohs kantoor heeft dus geen zin. En Hongarije ligt werkelijk niet op een andere planeet, zodat wjj voorlopig nog wel gerust kunnen zijn. Het kost het nog vrije deel van.de wereld intense krachtsinspanning en grote offers om nog een deel der wereld vrij te hou den. Dank Nu kunnen we daarover ons angstig gaan zitten maken, wat niet helpt, maar beter kunnen we, juist nu we weer herdenken, dankbaar zijn voor wat we nog hebben. En behalve dit kostbare goed der vrijheid zijn we eigenlijk nog zo rijk. Kijk eens in de winkels, kijk eens naar de kinderen, die op straat spelen. Haast ieder heeft zijn autoped, een fietsje en rolschaat sen. En zijn er niet vele moeders, die niet van tijd tot tijd iets extra lekkers op tafel kunnen zetten om man en kroost eens te verrassen. We vinden dit allemaal zo gewoon, dat we het eigenlijk niet meer tellen. Daarom is het gedenken goed. Misschien bedoelt de Bijbel wel ons dit gedenken op te dragen, als er staat: „Leer ons alzo onze dagen tellen dat we een wijs hart bekomen". Het zou misschien wel goed zijn als moeders in de gezinnen eens aan de kinderen, welke die voorbije zwarte tijd nog niet bewust hebben meege maakt, eens te vertellen, hoe het was, opdat ook de jongeren generatie iets van dankbaarheid zal gaan voelen over alle goede gaven, die God ons weer en nog schenkt. Dit, omdat God recht heeft op die dankbaarheid maar ook om de jeugd zelf, want wie dankbaar kan zijn, is ook gelukkig. En na de vijfde mei staat met diep zwarte cijfers de tiende mei in onze herinnering gegrift. Misschien is het goed als we de datum in grote stilte gedenken. Het heeft geen nut oude bitterheden op te roepen, maar wel moeten we dan eens rondzien naar huizen, waar in die barre jaren lege plaatsen zijn gekomen. Misschien kun nen we daar, door te tonen dat we werkelijk niet vergeten zijn, dat er offers voor ons gebracht zijn, door ons meeleven, ook na vele jaren, iets goeds geven. Het goede gedenken dat er zal zijn, moet thuis beginnen door moeders woorden. Geen comité's of commissies kunnen zoveel doen als moeder thuis, want zij kan zorgen, dat het geden ken meteen een doorgeven wordt, van wat geweest is, opdat het volgend ge slacht de historie zal kennen, niet al leen uit geschiedenisboekjes. Daardoor kan de jeugd dankbaarheid en waak zaamheid leren. Zo zien we weer, dat moeders nooit eens klaar zijn met hun werk. Maja. Ingezonden mededeling (adv.) Bestrijd UW PIJNEN met: Wanneer men bedenkt hoe gezond en voedzaam vis wel is, zou men beslist wensen, dat vis in ieder gezin toch mins tens éénmaal per week op tafel kwam. Gaat dat vervelen? In 't geheel niet, wan neer men maar voldoende variatie in de bereidingswijze aanbrengt. Niet steeds weer een gebakken of gekookt visje! Ook visschotels, goulash van vis, viskoekjes, visragout en niet te vergeten: gestoofde vis, doen het uitstekend en geven aan de maaltijd steeds weer de zo gewenste ver rassende noot. Zondag: schelp met garnalenragout, hard gekookte eieren, roombotersaus, slierasperges, aardappelen, fruitsla. Maandag: aspergesoep, gebakken aard appelen met uien en kaas, gemengde sla. Dinsdag: gehakt, andijvie, aardappelen, rabarber. Woensdag: spinaziesoep, blokjes nier met rookspek en uitjes: sla, aardappelen. Vrijdag: gestoofde vis, aardappelpureé, postelein, griesmeelpudding met bessen- saus. Zaterdag: kerrierijst, fruit. Recept: Omelet met tomaten. 4 eieren, 4 lepels melk, 2 tomaten, 1 uitje, 30 g roomboter, zout, peper. De fijn gesnipperde ui en de in plakjes gesneden tomaat in de roomboter fruiten. De eieren met de melk loskloppen, wat zout en peper er bij doen en de eimassa over de tomaat gieten. De omelet nu op een klein vuur gaar en lichtbruin laten worden. Recept: Gestoofde vis. 500 g vis, iets citroensap, 50 g roomboter. De roomboter in een vuurvaste schaal laten smelten. De vismoten zouten en in de schotel leggen, wat citroensap er over sprenkelen en de vis 10 min. in de oven of op 't fornuis zachtjes laten stoven, de moten daarna keren en verder gaar faten worden in nog eens 10 min. Da schotel garneren met uitgetande schijfjes citroen. Eigenlijk zit ik stom verbaasd naar me zelf te kijken, omdat ik nog heelhuids in mijn ge wone schrijf hoekje in mijn kamer ben terecht gekomen. Dat is dan wel ondanks Keesje van ons. Soms hebben de moeders wel eens mede lijden met me, omdat ik met die kinders zoveel meemaak en dan denken ze onveranderd aan al het geduld, dat ik moet produceren om het kroost de vereiste kennis bij te brengen, maar niemand denkt er eens aan me te beklagen,, omdat ik, zoals nu vanmorgen, alle kans heb om met gebroken armen, be nen en wat er nog meer te breken valt, op het plein neer te zijgen. En dat door dat bloedeigen Keesje van ons. „Keesje" zeggen ze nota bene, tegen een jongeman, die nog vóór de klokke negen, twee zesde klassers, Mieke uit de tweede klas en een collega gevloerd heeft in de meest letterlijke zin van het woord. Kees is in de vakantie jarig geweest. Dit kwam hedenmorgen ter mijner kennisse. Net als ik van mijn fiets af stap bij het hek, omdat Piet om een ritje bedelt, zie ik dat Kees door zijn vader „opgebracht" wordt. Zo lijkt het tenminste. Vader stapt af en zo moet nu wel de zoon doen, want het blijkt me nu, dat Kees(je) de kunst van het rijden nog niet machtig is, wat beslist een zeldzaam geval mag heten op zijn jaren. Je moet, wil je „bij" zijn, toch minstens op je vijfde jaar zo kunnen fietsen, dat je met een broertje, zusje of vriendje achterop, nauwkeurig vol gens alle regelen der wet door het dorp kan laveren. En nu gaat Keesje al op de grote school en kan nóg niet eens fieten. Het is haast achterlijk. Maar vergis u niet, Kees is bij lange na niet achterlijk. Maar de levensom standigheden waren hem tegen. Hij woont een half uur lopen buiten het dorp. En wilde de jonge man eens in het dorp zijn, dan kreeg hij, als jong ste telg en nakomertje in het gezin grif altijd een lift van een grote broer of zus. Waarom zou je dan je zelf druk maken? Nu is echter de nood aan de man. Elke morgen in de namiddag deert dit zo niet een half uur lo pen eer je op school bent, dat is geen kleinigheid, weshalve vaderlief hem Van een bijzondere medewerker DE BEVOLKING VAN DE KAUKASUS, nabij de grens tussen Rusland en Perzië, bestaat uit een bonte mengelmoes van stammen en groepen. In de loop der eeuwen zijn zij, opgestuwd door mach tige veroveraars als de Turken en de Hunnen, uitgeweken naar dat moeilijk toegankelijke bergland. Zij brachten er hun oude zeden en gebruiken, hun gewoonten en levensopvattingen mede. En tot op de huidige dag wisten vele van die „volkssplinters" zich te handhaven, ondanks de schokkende wijzi gingen, die zich op sociaal en politiek terrein zowel in Rusland als andere naburige landen voltrok ken hebben. LANG NIET ALLE in de Kaukasus wonende volksgroepen zijn uitvoerig bestudeerd. Steeds weer komen er nieuwe bijzonderheden en merkwaardigheden aan de dag. Zo heeft men de laatste jaren van wetenschappelijke zijde veel aandacht besteed aan de stam der Jassaaien. Dit volkjq telt enige duizenden leden. Het woont in het dal van de Zaka tussen Daghistan en Azerbeidsjan. Hun „rijk" bestaat uit een paar dorpen met ommelanden. Op geen enkele vóór 1952 verschenen kaart stonden die dorpen ingetekend. DE IN DE BUURT wonende Mo hammedaanse volken noemen de Jas saaien het „Volk der Vrouwen". Wil dit zeggen, dat er geen Jassal-mannen zijn? Geenszins. De aanduiding bedoelt slechts de nadruk te leggen op de meest karakteristieke eigenaardigheid van de maatschappelijke organisatie der Jassaaien, teweten: De vrouw speelt een alles overheersende rol. Het zijn de vrouwen, die werken, vechten, aan po litiek doen, regeren en verder alles doen, waar ze zin in hebben. Van ge hoorzaamheid aan de man is zelfs op papier geen sprake! Een Jassaai-vrouw, die haar man of zelfs maar een man zou gehoorzamen, zou door mannen en vrouwen gelijkelijk veracht worden. WAPENVERBOD VOOR MANNEN Een Jassaai-vrouw is altijd ge wapend. Jachtmes of strijdbijl behoren tot haar dagelijkse uit rusting. Met een revolver of een geweer weet zij eveneens voor treffelijk om te gaan. De wapens vervangen bij haar poederdoos, tasje en lippenstift. Schieten en vechten doet zij graag. De man daarentegen is het dragen van enig wapen ten strengste verbo den. Wee hem, als hij dit gëbod overtreedt! Dan wacht hem niet slechts een reprimande van zijn eigen vrouw en doéhters, doch tevens een straf, die de vrouwe lijke bestuurders van het dorp hem opleggen. Jagen en hout hakken zijn bezigheden, die een Jassaai-vrouw even goed af gaan als huishoudelijk werk. Het komt voor, dat zij des ochtends uittrekt op de hertenjacht en tegen het middaguur haar gezin verrast met een zelf gebra den bout hertevlees. HET HUWELIJK VANZELFSPREKEND is het voor een Jassaai-vrouw (en ook voor een Jassaai-man), dat ZIJ het is, die de man ten huwelijk vraagt. Zelf bepaalt bij de Jassaaien is zo groot, dat zij haar mannen eenvoudig opsluiten, als dezen voornemens zijn, op reis te gaan of des avonds de woning te verlaten. Voor de Jassaai-mannen moet het niet altijd aangenaam zijn, zo onder de pantoffel te zitten. Anderzijds echter hebben zij een zo prettig le ven, dat dit misschien veel onaange naamheden goedmaakt. De stamzede verbiedt de mannen om nuttig werk, Welk ook, te verrichten. Het wordt zowel door de vrouwen als door de mannen als een schande beschouwd, In de Kaukasus, in het dal van de Zaka, woont een volk, welks mannen altijd vakantie en nooit iets te zeggen hebben, terwijl de vrouwen altijd werken en alles regelen. zij want daarop komt het in feite neer met trie zij trouwt. Ook het tijdstip van het huwelijk stelt zij vast. In de echtelijke woning geeft zij de toon aan. Haar woord is wet. Zij be paalt de gang van zaken. Verwacht zij, moeder te worden, dan trekt zij zich terug in de bossen. Geen man mag ook maar vermoeden, dat zij dan zwakke momenten moet doorma ken. Enige uren reeds na de geboorte van het kind keert zij terug in haar dorp en hervat zij haar, waarlijk zware en veelomvattende, werkzaamheden als ware er niets gebeurt. Geen man waagt het om zelfs maar een toespeling op de geboorte te maken. Zou de echtgenoot zulks doen, dan zou dit een grond zijn voor echtscheiding. Trouwens, een Jassaai-vrouw kan zich van haar man scheiden, wanneer zij zulks maar wenst. Zij behoeft daartoe slechts, in tegenwoordigheid van haar echtgenoot en twee (vrouwelijke) ge tuigen driemaal achtereen te zeggen „GA HEEN!". Dan is de scheiding vol trokken. Ja, de tyrannie der vrouwen als een lid van het sterke" geslacht zich met andere dingen onledig houdt dan met wat lichte sport of hengelen. Jagen is hem niet toegestaan, omdat hij geen wapens mag dragen. SOWJET-VROUWEN GEWEERD EEN KRACHTIG BEWIJS van haar strijdbaarheid leverden de Jassaai-vrou- wen in de jaren dertig onzer eeuw. Het gebied, waar de Jassaaien wonen, maakt deel uit van het Russische rijk. In Mos kou was bekend geworden, hoe hard de Jassaai-vrouwen werkten en hoezeer de mannen luierden. Een delegatie van een belangrijke vereniging van Sow- jet-burgeressen begaf zich naar het Zaka-dal, Doel van de reis was, de taak der vrouwen te verlichten en de Jas saai-mannen een werkzamer aandeel in de samenleving te doen nemen. Toen de delegatie bij de dorpen kwam, ston den de Jassaaivrouwen dreigend ge reed om de vrouwen uit het noorden haar mening te zeggen. Zo fors werd deze gezegd, dat de met de beste be doelingen gekomen Russinnen een goed heenkomen zochten, vooral toen zij be merkten, dat de Jassaai-mannen één lijn trokken met de vrouwen en vol ver ontwaardiging verklaarden, dat zij evenmin mochten en wilden werken als hun voorvaderen. GESCHIEDENIS MERKWAARDIG IS HET. dat de Jassaaien heel weinig weten van hun herkomst en geschiedenis. Omringende stammen bestempelen de Jassaaien der halve ook wel met de woorden „Het Volk, dat zijn Geschiedenis niet kent" Zou dit gebrek aan historische kennis terug te brengen zijn tot het feit, dat de vrouwen door de eeuwen heen bij de Jassaaien de toon hebben aangege ven? Ook de historici en volkenkundi- gen weten met de geschiedenis der Jassaaien niet goed raad. Sommige ge leerden menen, dat dat merkwaardige volkje afstamt van de vrouwen, die be hoorden tot de amazonen-formaties van koningin Penthesileia, die (volgens Ho merus) bij Troje tegen de Grieken heb ben gestreden. Bewezen is deze opvat ting niet, al staat vast, dat de Jassaai vrouwen even dapper en hard zijn als die amazonen van weleer. Ja, aan de dapperheid en strijdbaarheid der Jas saai-vrouwen is het te danken, dat de Jassaaien zich tot op de huidige dag vrijwel ongestoord konden handhaven. En intussen luieren de Jassaai-man nen verder in het dal van de Zaka en prijzen zij hun voorzaten, wier wijs in zicht hen tot nietsdoen voorbestemde De Engelse eerstse divisieclub Leeds United zal deze maand enkele wedstrijden in Nederland spelen, na melijk op 7 mei a.s. te Botterdam tegen Sparta, op 8 mei a.s. te Haarlem tegen „Haarlem", op 14 mei a.s. te Amster dam tegen een Zwaluwen-combinatie en op 16 mei a.s. in het Goffertstadion te Nijmegen tegen P.S.V. Ingezonden mededeling (adv.) maar toen werd ze wijzer Moeder en moeders moeder ge bruikten al MAÏZENA DURYEA, dus bestelde 't jonge vrouwtje 't ook. Maar zij verzuimde te doen, wat die ervaren moeders deden en nög doentoezien dat ze ook MAÏZENA DURYEA krijgen. De naam op 't pak, daarop moet letten, om zeker te zijn dat ge in derdaad MAÏZENA DURYEA koopt, die vermaarde MAÏZENA voor 't binden van groenten, soe pen en sausen. $es- fiëeft op zijn verjaardag een fiets gaf. K^e je fietste evenwel nog niet. Hij Ree in de paasvakantie al geoefend en is al een eind op weg, maar' vader ver trouwde het nog niet hem alleen te laten gaan. Daarom arriveerden ze samen en wel op zo'n manier, dat het leek of Kees bij zijn nekvel gegrepen, door vader werd opgebracht. Vader geeft een korte explicatie en zet al leen koers naar ons winkelcentrum, voor Kees de waarschuwing achter latend, dat hij om vier uur op zijn broer Leen moet wachten. Keesje, nee zeg maar gerust Kees, is in een jubi- lante bui, wat zich gemakkelijk laat verklaren. Hij zegt vol nadruk, dat hij al kan fietsen. „Kiek maar juffrouw!" Ik maar „kieke". Werkelijk stapt Kees. op en zet direct vaart op het plein. Gelukkig is dat op het ogenblik nog niet al te dicht bevolkt, doch wat et is, is nog te vegl. Véél te veel. Kees houdt geen koers. Hij zeilt zowat te gen wind en tij in en gaat rakelings langs twee van mijn spruiten. Ik zucht van verlichting als dat goed afloopt en wil hem net waarschuwend toe roepen, dat hij nu moet afstappen, want ik vreesNiet ten onrechte. Kees warrelt een beetje en raakt net Mieke uit de tweede klas, die zö lang als ze is tegen de rug van Jaap uit de zesde klas aanvalt, dia niet op zo'n achterbakse aanval bedacht, voorover duikt tegëh zijn vriend Wim aan, die ook het evenwicht verliest en zo te gen de collega uit drie aanschiet, die ook net met de rug naar het slagveld toe, nergens nog weet van heeft en voor de man maar ergens lucht van heeft, is ook hij gevloerd. Het lijkt wel een kegelspel. Maar het allerwonderlijkste van het geval is, dat Kees ondanks alle botsingen nog op zijn fietsje blijft, tot hij door een verkeerde koers in de heg, die ons plein omringt, een einde vindt van zijn jongleren. Onversaagd kruipt Kees- (JE) uit de heg, raapt zijn fiets op en zegt nog eens weer vol overtuiging tegen mij: „Ik ken lekker fietse, juf frouw!" De collega is net overeind en grabbelt zijn dierbare alpinootje van het plein, terwijl hij daarna met een moordzuchtige blik in de ogen op mijn Kees aan komt zetten. Keesje kijkt echter in blanke onschuld naar mijn heer B. op en herhaalt zijn slagzin: „Ikke ken lekker fietse meester...." Achteraf heb ik al bibberend zit ten bedenken, als ik nu eens in zijn koerslijn had gewandeldIk moet er niet aan denken. Een schooljuf frouw lang uit op het plein. Dat is me gelukkig bespaard gebleven, maar be grijpt u nu, waarom ik verbaasd naar me zelf kijk, nu ik heel en gezond u mijn wedervaren kan mededelen? Dat is ondanks Kees. Het lutherse zendingsgenootschap in India zal binnenkort in Shadol (Cen traal India) een medisch zendingssta- tion stichten. Dit zal het begin zijn van zendingswerk in dit gebied, waar tot aan de onafhankelijkheid van In dia de zending verboden was. In een aangrenzend district, Surguja, wordt gl zeven jaar achtei'een zending ge dreven; er is grote tegenstand en zelf- vervolgirig, maar nochtans vindt men hier reeds een kerk met 3000 leden. Blanken worden in deze gebieden niet toegelaten. Daarom heeft men in heemse zendelingen opgeleid. Deze zullen behalve in Shadol ook in het district Balipara (aan de voet van het Himalayagebergte) met zendingswerk beginnen. Te Shadol is het een Indi ase arts met twee verpleegsters en en kele helpsters, die de pioniersarbeid gaat ondernemen. De Hongaarse socialiste, mevrouw Anna Kethly, die minister is geweest in de laatste regering Nagy, is gis teren in Straatsburg de Europese F. V. S.-prijs uitgereikt. Deze prijs is ingesteld door een Duit ser, die onbekend wenst te blijven. De prijs bedraagt 10.000 Zwitserse francs en wordt aan mevrouw Kethly uit gereikt als erkenning van de vrijheids drang der Oosteuropese volkeren. Men verwacht, dat het geld bestemd zal worden voor het bevorderen der Europese gedachte onder de uitgewe kenen uit Oost-Europa. Terwijl de Delta Romeo zich van niets bewust ergens tussen Djakarta en Colombo voorlzoem- de, werd in zijn „uittreksel van, de burgerlijke stand" op Schip hol dik onderstreept het cijfer 25.000 ingevuld. En daarmede was officieel geboekstaafd dat de PH- LDR „Pontianak" in lucht vaartjargon kortweg Delta Ro meo als eerste van de Sé K. L. M. vliegtuigen de 25.000 vlieg uren volmaakte. Tijdens die uren moet de slanke Constellation ruwweg 12 miljoen kilometers hebben afgelegd, dat komt neer op 300 trips rond de aardbol of 31 tochtjes naar de maan. De Pontianak, die in 1947 in dienst werd genomen en die als eerste vliegtuig in de historie vart de K.L.M. de 25.000 vlieguren vol maakte, heeft zich in zijn Hen levensjaren bijzonder ijverig getoond. Houdt men de acht urige werkdag aan, dan heeft hij niet minder dan 312 van die da gen per jaar gemaakt, eerst op de New York-, daarna op de Verre Oosten-route.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1957 | | pagina 10