DAGEN VOL DANKBAARHEID
Wat het komend geslacht weten moet
Zwitsaletten
DE
doemt
TYRANNIE DER VROUWEN
de
tot niets doen
mannen
Goede gedenken moet thuis
beginnen door moeders woorden
Moderne
japon
Onstuimig begin van de dag
Wie en wat zijn toch de Jassaaien
EN JACHTMES
REVOLVER
IN PLAATS VAN POEDERDOOS
Zaterdag 4 mei 1957
ZEEUWSCH WEEKEND
Pagina 10
Eén keer in de week
vis op tafel
Kinderen worden
geboren in
het diepste geheim
Eén mislukking
Uii mijn klas
Zenclmgspiomers
in India
Europese prijs
voor mevr. Kethly
Tochtjes naar de
maan.,.
In deze tijd van het jaar wijst de kalender heel wat gedenk
dagen aan. Nu zijn er gedenkdagen, die men viert met feest
betoon, zoals we deze week deden met de verjaardag van
H.M. de Koningin. Hoe hartelijk heeft ons volk met de jarige
Vorstin meegeleefd. Er zijn ook dagen, die men met stille om
gangen herdenkt en weer andere met de vlag halfstok. Toch is
het goed te gedenken, zij het de blijde of de droeve dagen, want
de herinnering aan wat geweest is kan ten goede onze houding
in het heden beïnvloeden.
Als we denken, dat er dagen waren, dat we slechts in stilte
en in de intimiteit van eigen huis en vertrouwde kring een
Oranje feestdag konden vieren, dan wordt de dankbaarheid
groter, nu we weer met vlaggen en feestbetoon een echte Oran
jedag konden hebben.
En na 30 april komt de vijfde mei als een dag vol herinne
ring. Wat waren we blij op die dag in het jaar 1945, maar het
was vaak een blijdschap die zich uitte in tranen. Toen kregen
we weer volop moed. Alles zou nu weer anders, beter, gaan
worden. Gewoon, als we alles gewend waren geweest. We had
den zoveel angsten doorstaan, onder zoveel spanningen geleefd
en ook zoveel ontbeerd, wat we toch zo nodig hadden. Doch er
kwam toen weer verwachting op verandering en verbetering.
Als we nu eens aan die tijden terug
denken op de officiële herdenkingsda
gen, dan moeten we toch wel begin
nen met heel dankbaar te zjjn, om veel
wat zich herstelde en aan alles wat het
leven weer vreugde en glans kan ge
ven.
Je kunt natuurlijk ook beginnen met
op te tellen, wat niet volgens ver
wachting zich heeft hersteld. En dat
is wellicht voor velen een lange lijst.
En allen te zamen hebben we genoeg
om afkeuring over uit te spreken in
de gang van zaken in ons land en in
de hele wereld. Doch ik geloof, dat we
op onze gedenkdagen van deze tijd
met het eerste moeten beginnen, opdat
er echte dankbaarheid komt om al wat
we nu nog mogen bezitten. Daarbij
denk ik het eerst aan onze vrijheid.
Het had toch ook ben ons al anders
kunnen zijn. Als we enkele de naam
van Hongarije maar noemen, dan we
ten we wel, wat gevaar alle vrijheid
en dus ook de onze blijft bedreigen.
Nu de grote mode is de japon met een
aangesloten jasje als een geheel, plaatsen
wij op veelvuldig verzoek het patroon
van een uiterst smaakvol stelletje als No.
241.
De japon is glad en heeft voor 2 rechte
zakjes, welke eveneens in het jasje ver
werkt zijn.
De hals heeft een leuke ovale lijn en de
mouwtjes zijn ingezet en kort.
Achter heeft de rok een diepe halve
tooi.
Het jasje is leuk kort en heeft kleine
revertjes waaraan de grotere kraag is
geknipt, wat een aardig en vlot effect
geeft. Ben. stof 4.75 m 90 cm breed
voor de maten 40-42-44 (maat 38 op be
stelling).
Plak aan de adreszijde van 'n brief
kaart, naast en buiten het frankeerzegel,
't verschuldigde bedrag (ƒ1,05) aan gel
dige postzegels en adresseer deze aan
de redactie van het Zeeuwsch Dagblad,
Lange Vorststraat 90, Goes. Aan de an
dere zijde vermeldt u uw naam, adres,
maat en nummer (no. 241) van het ge
wenste model. Plak nooit voor meer dan
ƒ1,05 aan postzegels extra op een brief
kaart, want wat meer geplakt wordt is
waardeloos. Bestellingen onder rembours
worden niet aangenomen en de patronen
worden niet geruild. De redactie heeft
geen patronen in voorraad, het persoon
lijk komen afhalen aan ohs kantoor heeft
dus geen zin.
En Hongarije ligt werkelijk niet op een
andere planeet, zodat wjj voorlopig nog
wel gerust kunnen zijn. Het kost het
nog vrije deel van.de wereld intense
krachtsinspanning en grote offers om
nog een deel der wereld vrij te hou
den.
Dank
Nu kunnen we daarover ons angstig
gaan zitten maken, wat niet helpt,
maar beter kunnen we, juist nu we
weer herdenken, dankbaar zijn voor
wat we nog hebben. En behalve dit
kostbare goed der vrijheid zijn we
eigenlijk nog zo rijk. Kijk eens in de
winkels, kijk eens naar de kinderen,
die op straat spelen. Haast ieder heeft
zijn autoped, een fietsje en rolschaat
sen. En zijn er niet vele moeders, die
niet van tijd tot tijd iets extra lekkers
op tafel kunnen zetten om man en
kroost eens te verrassen. We vinden
dit allemaal zo gewoon, dat we het
eigenlijk niet meer tellen. Daarom is
het gedenken goed. Misschien bedoelt
de Bijbel wel ons dit gedenken op te
dragen, als er staat: „Leer ons alzo
onze dagen tellen dat we een wijs hart
bekomen".
Het zou misschien wel goed zijn als
moeders in de gezinnen eens aan de
kinderen, welke die voorbije zwarte
tijd nog niet bewust hebben meege
maakt, eens te vertellen, hoe het was,
opdat ook de jongeren generatie iets
van dankbaarheid zal gaan voelen over
alle goede gaven, die God ons weer en
nog schenkt. Dit, omdat God recht
heeft op die dankbaarheid maar ook
om de jeugd zelf, want wie dankbaar
kan zijn, is ook gelukkig.
En na de vijfde mei staat met diep
zwarte cijfers de tiende mei in onze
herinnering gegrift. Misschien is het
goed als we de datum in grote stilte
gedenken. Het heeft geen nut oude
bitterheden op te roepen, maar wel
moeten we dan eens rondzien naar
huizen, waar in die barre jaren lege
plaatsen zijn gekomen. Misschien kun
nen we daar, door te tonen dat we
werkelijk niet vergeten zijn, dat er
offers voor ons gebracht zijn, door ons
meeleven, ook na vele jaren, iets goeds
geven.
Het goede gedenken dat er zal zijn,
moet thuis beginnen door moeders
woorden. Geen comité's of commissies
kunnen zoveel doen als moeder thuis,
want zij kan zorgen, dat het geden
ken meteen een doorgeven wordt, van
wat geweest is, opdat het volgend ge
slacht de historie zal kennen, niet al
leen uit geschiedenisboekjes. Daardoor
kan de jeugd dankbaarheid en waak
zaamheid leren.
Zo zien we weer, dat moeders nooit
eens klaar zijn met hun werk.
Maja.
Ingezonden mededeling (adv.)
Bestrijd UW PIJNEN met:
Wanneer men bedenkt hoe gezond en
voedzaam vis wel is, zou men beslist
wensen, dat vis in ieder gezin toch mins
tens éénmaal per week op tafel kwam.
Gaat dat vervelen? In 't geheel niet, wan
neer men maar voldoende variatie in de
bereidingswijze aanbrengt. Niet steeds
weer een gebakken of gekookt visje! Ook
visschotels, goulash van vis, viskoekjes,
visragout en niet te vergeten: gestoofde
vis, doen het uitstekend en geven aan de
maaltijd steeds weer de zo gewenste ver
rassende noot.
Zondag: schelp met garnalenragout,
hard gekookte eieren, roombotersaus,
slierasperges, aardappelen, fruitsla.
Maandag: aspergesoep, gebakken aard
appelen met uien en kaas, gemengde sla.
Dinsdag: gehakt, andijvie, aardappelen,
rabarber.
Woensdag: spinaziesoep, blokjes nier
met rookspek en uitjes: sla, aardappelen.
Vrijdag: gestoofde vis, aardappelpureé,
postelein, griesmeelpudding met bessen-
saus.
Zaterdag: kerrierijst, fruit.
Recept: Omelet met tomaten.
4 eieren, 4 lepels melk, 2 tomaten, 1
uitje, 30 g roomboter, zout, peper.
De fijn gesnipperde ui en de in plakjes
gesneden tomaat in de roomboter fruiten.
De eieren met de melk loskloppen, wat
zout en peper er bij doen en de eimassa
over de tomaat gieten. De omelet nu op
een klein vuur gaar en lichtbruin laten
worden.
Recept: Gestoofde vis.
500 g vis, iets citroensap, 50 g roomboter.
De roomboter in een vuurvaste schaal
laten smelten. De vismoten zouten en in
de schotel leggen, wat citroensap er over
sprenkelen en de vis 10 min. in de oven
of op 't fornuis zachtjes laten stoven, de
moten daarna keren en verder gaar faten
worden in nog eens 10 min. Da schotel
garneren met uitgetande schijfjes citroen.
Eigenlijk zit ik stom verbaasd
naar me zelf te kijken, omdat
ik nog heelhuids in mijn ge
wone schrijf hoekje in mijn kamer
ben terecht gekomen. Dat is dan
wel ondanks Keesje van ons. Soms
hebben de moeders wel eens mede
lijden met me, omdat ik met die
kinders zoveel meemaak en dan
denken ze onveranderd aan al het
geduld, dat ik moet produceren om
het kroost de vereiste kennis bij te
brengen, maar niemand denkt er
eens aan me te beklagen,, omdat
ik, zoals nu vanmorgen, alle kans
heb om met gebroken armen, be
nen en wat er nog meer te breken
valt, op het plein neer te zijgen.
En dat door dat bloedeigen Keesje
van ons. „Keesje" zeggen ze nota
bene, tegen een jongeman, die nog
vóór de klokke negen, twee zesde
klassers, Mieke uit de tweede klas
en een collega gevloerd heeft in de
meest letterlijke zin van het
woord.
Kees is in de vakantie jarig geweest.
Dit kwam hedenmorgen ter mijner
kennisse. Net als ik van mijn fiets af
stap bij het hek, omdat Piet om een
ritje bedelt, zie ik dat Kees door zijn
vader „opgebracht" wordt. Zo lijkt het
tenminste. Vader stapt af en zo moet
nu wel de zoon doen, want het blijkt
me nu, dat Kees(je) de kunst van het
rijden nog niet machtig is, wat beslist
een zeldzaam geval mag heten op zijn
jaren. Je moet, wil je „bij" zijn, toch
minstens op je vijfde jaar zo kunnen
fietsen, dat je met een broertje, zusje
of vriendje achterop, nauwkeurig vol
gens alle regelen der wet door het
dorp kan laveren. En nu gaat Keesje
al op de grote school en kan nóg niet
eens fieten. Het is haast achterlijk.
Maar vergis u niet, Kees is bij lange
na niet achterlijk. Maar de levensom
standigheden waren hem tegen. Hij
woont een half uur lopen buiten het
dorp. En wilde de jonge man eens in
het dorp zijn, dan kreeg hij, als jong
ste telg en nakomertje in het gezin
grif altijd een lift van een grote broer
of zus. Waarom zou je dan je zelf druk
maken? Nu is echter de nood aan de
man. Elke morgen in de namiddag
deert dit zo niet een half uur lo
pen eer je op school bent, dat is geen
kleinigheid, weshalve vaderlief hem
Van een bijzondere medewerker
DE BEVOLKING VAN DE KAUKASUS, nabij de grens tussen Rusland en Perzië, bestaat uit een
bonte mengelmoes van stammen en groepen. In de loop der eeuwen zijn zij, opgestuwd door mach
tige veroveraars als de Turken en de Hunnen, uitgeweken naar dat moeilijk toegankelijke bergland.
Zij brachten er hun oude zeden en gebruiken, hun gewoonten en levensopvattingen mede. En tot op
de huidige dag wisten vele van die „volkssplinters" zich te handhaven, ondanks de schokkende wijzi
gingen, die zich op sociaal en politiek terrein zowel in Rusland als andere naburige landen voltrok
ken hebben.
LANG NIET ALLE in de Kaukasus wonende volksgroepen zijn uitvoerig bestudeerd. Steeds
weer komen er nieuwe bijzonderheden en merkwaardigheden aan de dag. Zo heeft men de laatste
jaren van wetenschappelijke zijde veel aandacht besteed aan de stam der Jassaaien. Dit volkjq telt
enige duizenden leden. Het woont in het dal van de Zaka tussen Daghistan en Azerbeidsjan. Hun
„rijk" bestaat uit een paar dorpen met ommelanden. Op geen enkele vóór 1952 verschenen kaart
stonden die dorpen ingetekend.
DE IN DE BUURT wonende Mo
hammedaanse volken noemen de Jas
saaien het „Volk der Vrouwen". Wil dit
zeggen, dat er geen Jassal-mannen zijn?
Geenszins. De aanduiding bedoelt
slechts de nadruk te leggen op de
meest karakteristieke eigenaardigheid
van de maatschappelijke organisatie
der Jassaaien, teweten: De vrouw speelt
een alles overheersende rol. Het zijn de
vrouwen, die werken, vechten, aan po
litiek doen, regeren en verder alles
doen, waar ze zin in hebben. Van ge
hoorzaamheid aan de man is zelfs op
papier geen sprake! Een Jassaai-vrouw,
die haar man of zelfs maar een man
zou gehoorzamen, zou door mannen en
vrouwen gelijkelijk veracht worden.
WAPENVERBOD VOOR
MANNEN
Een Jassaai-vrouw is altijd ge
wapend. Jachtmes of strijdbijl
behoren tot haar dagelijkse uit
rusting. Met een revolver of een
geweer weet zij eveneens voor
treffelijk om te gaan. De wapens
vervangen bij haar poederdoos,
tasje en lippenstift. Schieten en
vechten doet zij graag. De man
daarentegen is het dragen van
enig wapen ten strengste verbo
den. Wee hem, als hij dit gëbod
overtreedt! Dan wacht hem niet
slechts een reprimande van zijn
eigen vrouw en doéhters, doch
tevens een straf, die de vrouwe
lijke bestuurders van het dorp
hem opleggen.
Jagen en hout hakken zijn bezigheden,
die een Jassaai-vrouw even goed af
gaan als huishoudelijk werk. Het komt
voor, dat zij des ochtends uittrekt op de
hertenjacht en tegen het middaguur
haar gezin verrast met een zelf gebra
den bout hertevlees.
HET HUWELIJK
VANZELFSPREKEND is het voor
een Jassaai-vrouw (en ook voor een
Jassaai-man), dat ZIJ het is, die de
man ten huwelijk vraagt. Zelf bepaalt
bij de Jassaaien is zo groot, dat zij haar
mannen eenvoudig opsluiten, als dezen
voornemens zijn, op reis te gaan of des
avonds de woning te verlaten.
Voor de Jassaai-mannen moet het
niet altijd aangenaam zijn, zo onder
de pantoffel te zitten. Anderzijds
echter hebben zij een zo prettig le
ven, dat dit misschien veel onaange
naamheden goedmaakt. De stamzede
verbiedt de mannen om nuttig werk,
Welk ook, te verrichten. Het wordt
zowel door de vrouwen als door de
mannen als een schande beschouwd,
In de Kaukasus, in het dal van de Zaka, woont een volk, welks
mannen altijd vakantie en nooit iets te zeggen hebben, terwijl
de vrouwen altijd werken en alles regelen.
zij want daarop komt het in feite
neer met trie zij trouwt. Ook het
tijdstip van het huwelijk stelt zij vast.
In de echtelijke woning geeft zij de
toon aan. Haar woord is wet. Zij be
paalt de gang van zaken.
Verwacht zij, moeder te worden, dan
trekt zij zich terug in de bossen. Geen
man mag ook maar vermoeden, dat zij
dan zwakke momenten moet doorma
ken. Enige uren reeds na de geboorte
van het kind keert zij terug in haar
dorp en hervat zij haar, waarlijk zware
en veelomvattende, werkzaamheden als
ware er niets gebeurt. Geen man waagt
het om zelfs maar een toespeling op de
geboorte te maken. Zou de echtgenoot
zulks doen, dan zou dit een grond zijn
voor echtscheiding.
Trouwens, een Jassaai-vrouw kan zich
van haar man scheiden, wanneer zij
zulks maar wenst. Zij behoeft daartoe
slechts, in tegenwoordigheid van haar
echtgenoot en twee (vrouwelijke) ge
tuigen driemaal achtereen te zeggen
„GA HEEN!". Dan is de scheiding vol
trokken. Ja, de tyrannie der vrouwen
als een lid van het sterke" geslacht
zich met andere dingen onledig houdt
dan met wat lichte sport of hengelen.
Jagen is hem niet toegestaan, omdat
hij geen wapens mag dragen.
SOWJET-VROUWEN
GEWEERD
EEN KRACHTIG BEWIJS van haar
strijdbaarheid leverden de Jassaai-vrou-
wen in de jaren dertig onzer eeuw. Het
gebied, waar de Jassaaien wonen, maakt
deel uit van het Russische rijk. In Mos
kou was bekend geworden, hoe hard
de Jassaai-vrouwen werkten en hoezeer
de mannen luierden. Een delegatie van
een belangrijke vereniging van Sow-
jet-burgeressen begaf zich naar het
Zaka-dal, Doel van de reis was, de taak
der vrouwen te verlichten en de Jas
saai-mannen een werkzamer aandeel
in de samenleving te doen nemen. Toen
de delegatie bij de dorpen kwam, ston
den de Jassaaivrouwen dreigend ge
reed om de vrouwen uit het noorden
haar mening te zeggen. Zo fors werd
deze gezegd, dat de met de beste be
doelingen gekomen Russinnen een goed
heenkomen zochten, vooral toen zij be
merkten, dat de Jassaai-mannen één
lijn trokken met de vrouwen en vol ver
ontwaardiging verklaarden, dat zij
evenmin mochten en wilden werken als
hun voorvaderen.
GESCHIEDENIS
MERKWAARDIG IS HET. dat de
Jassaaien heel weinig weten van hun
herkomst en geschiedenis. Omringende
stammen bestempelen de Jassaaien der
halve ook wel met de woorden „Het
Volk, dat zijn Geschiedenis niet kent"
Zou dit gebrek aan historische kennis
terug te brengen zijn tot het feit, dat
de vrouwen door de eeuwen heen bij
de Jassaaien de toon hebben aangege
ven? Ook de historici en volkenkundi-
gen weten met de geschiedenis der
Jassaaien niet goed raad. Sommige ge
leerden menen, dat dat merkwaardige
volkje afstamt van de vrouwen, die be
hoorden tot de amazonen-formaties van
koningin Penthesileia, die (volgens Ho
merus) bij Troje tegen de Grieken heb
ben gestreden. Bewezen is deze opvat
ting niet, al staat vast, dat de Jassaai
vrouwen even dapper en hard zijn als
die amazonen van weleer. Ja, aan de
dapperheid en strijdbaarheid der Jas
saai-vrouwen is het te danken, dat de
Jassaaien zich tot op de huidige dag
vrijwel ongestoord konden handhaven.
En intussen luieren de Jassaai-man
nen verder in het dal van de Zaka en
prijzen zij hun voorzaten, wier wijs in
zicht hen tot nietsdoen voorbestemde
De Engelse eerstse divisieclub
Leeds United zal deze maand enkele
wedstrijden in Nederland spelen, na
melijk op 7 mei a.s. te Botterdam tegen
Sparta, op 8 mei a.s. te Haarlem tegen
„Haarlem", op 14 mei a.s. te Amster
dam tegen een Zwaluwen-combinatie
en op 16 mei a.s. in het Goffertstadion
te Nijmegen tegen P.S.V.
Ingezonden mededeling (adv.)
maar toen
werd ze wijzer
Moeder en moeders moeder ge
bruikten al MAÏZENA DURYEA,
dus bestelde 't jonge vrouwtje 't
ook. Maar zij verzuimde te
doen, wat die ervaren moeders
deden en nög doentoezien dat ze
ook MAÏZENA DURYEA krijgen.
De naam op 't pak, daarop moet
letten, om zeker te zijn dat ge in
derdaad MAÏZENA DURYEA
koopt, die vermaarde MAÏZENA
voor 't binden van groenten, soe
pen en sausen.
$es-
fiëeft
op zijn verjaardag een fiets gaf. K^e
je fietste evenwel nog niet. Hij Ree
in de paasvakantie al geoefend en is
al een eind op weg, maar' vader ver
trouwde het nog niet hem alleen te
laten gaan. Daarom arriveerden ze
samen en wel op zo'n manier, dat het
leek of Kees bij zijn nekvel gegrepen,
door vader werd opgebracht. Vader
geeft een korte explicatie en zet al
leen koers naar ons winkelcentrum,
voor Kees de waarschuwing achter
latend, dat hij om vier uur op zijn
broer Leen moet wachten. Keesje, nee
zeg maar gerust Kees, is in een jubi-
lante bui, wat zich gemakkelijk laat
verklaren. Hij zegt vol nadruk, dat hij
al kan fietsen. „Kiek maar juffrouw!"
Ik maar „kieke". Werkelijk stapt Kees.
op en zet direct vaart op het plein.
Gelukkig is dat op het ogenblik nog
niet al te dicht bevolkt, doch wat et
is, is nog te vegl. Véél te veel. Kees
houdt geen koers. Hij zeilt zowat te
gen wind en tij in en gaat rakelings
langs twee van mijn spruiten. Ik zucht
van verlichting als dat goed afloopt
en wil hem net waarschuwend toe
roepen, dat hij nu moet afstappen,
want ik vreesNiet ten onrechte.
Kees warrelt een beetje en raakt net
Mieke uit de tweede klas, die zö lang
als ze is tegen de rug van Jaap uit
de zesde klas aanvalt, dia niet op zo'n
achterbakse aanval bedacht, voorover
duikt tegëh zijn vriend Wim aan, die
ook het evenwicht verliest en zo te
gen de collega uit drie aanschiet, die
ook net met de rug naar het slagveld
toe, nergens nog weet van heeft en
voor de man maar ergens lucht van
heeft, is ook hij gevloerd.
Het lijkt wel een kegelspel. Maar
het allerwonderlijkste van het geval
is, dat Kees ondanks alle botsingen
nog op zijn fietsje blijft, tot hij door
een verkeerde koers in de heg, die ons
plein omringt, een einde vindt van zijn
jongleren. Onversaagd kruipt Kees-
(JE) uit de heg, raapt zijn fiets op en
zegt nog eens weer vol overtuiging
tegen mij: „Ik ken lekker fietse, juf
frouw!" De collega is net overeind en
grabbelt zijn dierbare alpinootje van
het plein, terwijl hij daarna met een
moordzuchtige blik in de ogen op mijn
Kees aan komt zetten. Keesje kijkt
echter in blanke onschuld naar mijn
heer B. op en herhaalt zijn slagzin:
„Ikke ken lekker fietse meester...."
Achteraf heb ik al bibberend zit
ten bedenken, als ik nu eens in zijn
koerslijn had gewandeldIk moet
er niet aan denken. Een schooljuf
frouw lang uit op het plein. Dat is me
gelukkig bespaard gebleven, maar be
grijpt u nu, waarom ik verbaasd naar
me zelf kijk, nu ik heel en gezond u
mijn wedervaren kan mededelen? Dat
is ondanks Kees.
Het lutherse zendingsgenootschap in
India zal binnenkort in Shadol (Cen
traal India) een medisch zendingssta-
tion stichten. Dit zal het begin zijn
van zendingswerk in dit gebied, waar
tot aan de onafhankelijkheid van In
dia de zending verboden was. In een
aangrenzend district, Surguja, wordt
gl zeven jaar achtei'een zending ge
dreven; er is grote tegenstand en zelf-
vervolgirig, maar nochtans vindt men
hier reeds een kerk met 3000 leden.
Blanken worden in deze gebieden
niet toegelaten. Daarom heeft men in
heemse zendelingen opgeleid. Deze
zullen behalve in Shadol ook in het
district Balipara (aan de voet van het
Himalayagebergte) met zendingswerk
beginnen. Te Shadol is het een Indi
ase arts met twee verpleegsters en en
kele helpsters, die de pioniersarbeid
gaat ondernemen.
De Hongaarse socialiste, mevrouw
Anna Kethly, die minister is geweest
in de laatste regering Nagy, is gis
teren in Straatsburg de Europese F.
V. S.-prijs uitgereikt.
Deze prijs is ingesteld door een Duit
ser, die onbekend wenst te blijven. De
prijs bedraagt 10.000 Zwitserse francs
en wordt aan mevrouw Kethly uit
gereikt als erkenning van de vrijheids
drang der Oosteuropese volkeren.
Men verwacht, dat het geld bestemd
zal worden voor het bevorderen der
Europese gedachte onder de uitgewe
kenen uit Oost-Europa.
Terwijl de Delta Romeo zich
van niets bewust ergens tussen
Djakarta en Colombo voorlzoem-
de, werd in zijn „uittreksel van,
de burgerlijke stand" op Schip
hol dik onderstreept het cijfer
25.000 ingevuld. En daarmede was
officieel geboekstaafd dat de PH-
LDR „Pontianak" in lucht
vaartjargon kortweg Delta Ro
meo als eerste van de Sé K.
L. M. vliegtuigen de 25.000 vlieg
uren volmaakte. Tijdens die uren
moet de slanke Constellation
ruwweg 12 miljoen kilometers
hebben afgelegd, dat komt neer
op 300 trips rond de aardbol of
31 tochtjes naar de maan.
De Pontianak, die in 1947 in
dienst werd genomen en die als
eerste vliegtuig in de historie vart
de K.L.M. de 25.000 vlieguren vol
maakte, heeft zich in zijn Hen
levensjaren bijzonder ijverig
getoond. Houdt men de acht
urige werkdag aan, dan heeft hij
niet minder dan 312 van die da
gen per jaar gemaakt, eerst op de
New York-, daarna op de Verre
Oosten-route.