vriendjes w j De deken pist zicb aan bi bel moderne inlerienr DUUR en goedkoop Nederlanders aan het Suez-kanaal Wij gaan Samen naar Spanje SAMEN ETEN I VAN HET STRAKKE „MEDAILJON-MOTIEF" TOT DECORATIEF ELEMENT Uif mijn klas Uw huisapotheek WITTE KRUIS ZEEUWSCH WEEKEND weer aan het werk voor Natuurlijk herinneren we ons Sadrach en de vriendjes uit Nieuw Guinea nog zeer wel, want dat span, was regel matig te gast in de kolommen van onze krant in de zomer en nazomer van het vorig jaar. En ik denk, dat we allemaal genoten hebben van het epistel van mejuffrouw Van den Berg, de onderwijzeres uit Seroei, waarin ze iets vertelde over de vreugfbe, welke wij met elkaar hebben gebracht voor drie honderd kinderen in dat verafgelegen deel van ons Koninkrijk, toen de pakjes verdeeld werden, welke waren gekocht van de gelden, die gestort waren op het gironummer van ons blad. Mejuffrouw Van den Berg stelde toen in haar schrijven in het uitzicht, dat we mettertijd een vollediger verslag zouden krijgen, en dat ligt nu in een zeer lijvige brief voor me. Mis schien zegt een van de lezeressen, dat heeft lang genoeg ge duurd. Ja, dat is waar, maar geheel buiten schuld van mejuf frouw Van den Berg. Seroei, de plaats waarheen onze pakjes gingen, ligt op het eiland Jappen, in een baai van Nieuw Guinea en nu begint mejuffrouw Van den Berg haar brief heel laconiek met de korte mededeling, dat dit eiland een tijdlang geen post verbinding hadZe geeft aan dit feit verder geen aandacht, maar door die enkele zin beseffen we toch wel, hoever Seroei van ons afligt niet alleen, maar ook buiten de gewone verbin dingsroutes. Dat doet je respect wel toenemen voor hen, die daar willen werken. Hieronder laat ik straks een gedeelte van de brief volgen, waarin de brief schrijfster op zulk een boeiende wijze ons laat meeleven met het Kerstfeest der kleine Papoea's. Ge krijgt de hele .brief te lezen, maar in gedeelten, om dat ik niet over alle ruimte van ons Weekend mag beschikken. Ieder zijn deel. Maar nu ga ik er u op voorberei den, dat we de kennismaking met „Sa- dracht en zijn vriendjes" gaan voort zetten. Alleen hebben wij besloten hen te laten verhuizen, en wel naar ons Vrouwenhoekje. De heer Tevel, die indertijd op zulk een enthousiaste wijze de actie voor Sadrach leidde in ons blad, heeft, zoals ge enkele weken geleden hebt kunnen lezen, onze krant verlaten, maar het was hem tot grote vreugde, dat ik deze Sadrach en zijn vriendjes als erfenis overnam. Ik kon eenvoudig niet anders doen, toen ik de brief van mejuffrouw Van den Berg gelezen had. En nu zéker niet na haar uitvoerig schrijven. Wij kunnen dit niet bij één keer laten. Daarom, be reid er u op voor, dat ik, in de voor zomer het bedelpak aantrek terwille Van Sadrach en zijn vriendjes in Nieuw Guinea. We zullen, hoewel het wonder- JijK zal klinken in mei of juni, dan een lege schatkist klaarzetten op onze re dactie, in de hoop, dat die dan in een minimum van tijd gevuld zal worden voor het Kerstfeest op Nieuw Guinea. Vroeg Dit doen we zo vroeg, omdat we door ervaring wijs geworden zijn. Vorig jaar was het te laat om al onze pakkage per boot te verzenden, daarom ging alles per vliegtuig, wat ons een lieve duit kostte. Dat willen we nu voorkomen. Per boot is veel goedkoper, maar duurt haast eindeloos lang eer alles de be stemming bereikt. Doch geen nood, we gaan bijtijds starten. We zullen zorgen, dat vele Sadrach's weer echt kinderlijk blij zullen zijn, wat meteen ook enkele gouden uren betekent voor hen, die zo eindeoos ver valn eigen familie en vrienden verwijderd, dit prachtige werk van zending en opbouw verrich ten. Ge zijt dus gewaarschuwd. Houdt dus enkele penningen in een verbor gen hoek vast, opdat die u niet ont glippen in dure schoonmaaktijd of la ter in de vakantieweken. Ik ga bede len, voor bruine jochies met donkere oogjes en meisjes, die net als onze eigen blonde en blozende hummels zo stralend gelukkig kunnen worden ge maakt met een kleinigheid. Nu komt alvast een klein stukje van de lange Nieuw-Guinese brief. Ma ja. „ZALIG KERSTFEEST". Ach nee, het woord „zalig" gebrui ken wij liever niet. Het houdt zo iets volmaakts en heiligs in, dat je het eigenlijk niet goed durft gebruiken, en als je het eens een keer hier op dit zondige ondermaanse hoort vallen, dan klinkt het als een zoete, harmonieuze klank in een schril lawaaierig modern muziekstuk, en je zegt meteen: „Nee, dat past hier niet in". Maar iemand zei het tegen me, en ik bedankte, heel fatsoenlijk een geze gend kerstfeest terugwensend. Het was 26 december, tegen de avond. En ik moest naar de kerk om te zien of daar alles in orde was om de ontvangst van' een dikke 300 kin dertjes, plus hun begeleiders. De „grote kerk" in Seroei is een pri mitief gebouwtje, half van cement, half van hout, zonder toren, maar met ACHT JAAR GELEDEN hebben pater dr. F. Thijssen en dr. H. van der Lin de, thans hervormd predikant te Middel burg, samen een studiereis naar Spanje gemaakt, waarvan zij' rapport hebben ge geven. Thans zal een r.k. priester van het va- ticaan in gezelschap van een luthers pre dikant uit Denemarken eveneens een be zoek aan Spanje (en Portugal) brengen. De priester, een Deen van geboorte, houdt zich bezig met wetenschap en literatuur. De uitgeverij van de lutherse jeugdbe weging in Denemarken vroeg hem een populaire reisgids over Spanje en Portu gal samen te stellen; de priester heeft na melijk al meer gepubliceerd op dit ge bied. Zijn reisgenoot, ds. C. Bartholdy, een oud vriend van de priester is voorzitter van de inwendige zending in Denemar ken. een afdakje ernaast, waaronder een zuurstoffles, die, wanneer bewerkt met een ander stuk metaal, stem ge noeg heeft om de mensen uit de hele omtrek ter kerke te roepen. Voor deze feestdagen was het ruwe houtwerk binnen in de kerk gecamou fleerd door een zeer smaakvolle varen- versiering, die groen en sierlijk uit waaierde tegen het kale hout. Het verhoogde voorgedeelte van de kerk was ontruimd, en er stond een stalletje, gemaakt van atap, gedroogde en aan elkander geregen repen sago- blad. Er was ook een primitief houten DS. D. J. COUVEE, gereformeerd predikant te Axel, schrijft in de Zeeuwse Kerkbode over de liefde malen in de christengemeente van Jeruzalem, en stelt de vraag waar om de kerken in deze tijd die vorm van gemeenschapsoefening niet meer kennen. Er gaat van „samen eten" een samenbindende kracht uit. Ds. Couvée zou willen, dat men in elke gemeente tweemaal per jaar zo'n gezamenlijke maaltijd hield, waarbij alle officiële gedoe achter wege blijft en men elkaar onbevan gen kan ontmoeten. Tijdens de maal tijd kan een onderwerp besproken worden, ingeleid door een kundig spreker. kribje met een pop erin. Want er zou een kerstspel opgevoerd worden door de kinderen van de hoogste klassen. Dat klinkt voor Hollandse oren even vreemd, misschien. Ach, men neme hier geen aanstoot aan, het is toch al zo moeilijk, deze mensen te bereiken, die voor het merendeel niet lezen of schrijven kunnen, en bovendien maar een minimaal beetje Maleis verstaan, wat hier ook betrekkelijk pas Inge voerde taal is. (Volgende week enkele andere passages uit de brief) Ingezonden mededeling (adv.) Doe wal legen die vatbaarheid Geef Uw kinderen gere geld Scott's Emulsion. De levertraén die de onont beerlijke vitaminen A en D j en noodzakelijke opbouw- ptoffen bevat. Kinderen vinden 't lekker. Vader en moeder blijven niet achter, want hun doet 't goed. *CO Tfy EMULSION Allaen acht mal h«t viiiartj* op d« verpakking. (Vervolg van pag. 9) De zon verzonk aan een bloed rode hemel. De negenenzestigste dag van de bergingswerkzaam heden liep ten einde en stuk voor stuk verdwenen de mannen naar hun hutten om zich in een schoon overhemd en een nette broek te steken. En een uur later had Piet van der Meiden uit Maassluis een maaltijd op tafel gezet, waar de beste kok zich niet voor zou be hoeven te schamen. Een opgewekte sfeer heerste in de kom buis, die een gezelschap goed geluim de Nederlandse bergers gaf te zien. Behalve de schipper van de „Arend" en drie duikers, zaten er assistent-schip per Nicolaas van den Doel uit Maas sluis, uitvoerder Jan Ligthart uit Vlaardingen, assistent-techicus Jaap van Wijnbergen uit dezelfde plaats en het manusje-van-alles, de jonge Kees Moerkerken uit Ouddorp. De enige klacht, die werd gehoord, be trof de ontspanning. De mannen zaten „in de rimboe", zoals ze zeiden, met niets dan zand en water om hen heen en zo goed als geen afleiding. Er werd wat geschaakt, gedamd en gekaart, maar daar hield het dan toch mee op. De avond verstreek met een gezellige kout en onder het genot van vele kop jes koffie. En voor ik er erg in had, was het tien uur geworden, hetgeen hier in het Suezkanaal kooitijd voor de bergers betekent. Niet omdat ze verplicht zijn er tegen die tijd in te liggen, maar omdat ze er niets voor voelen de lange en zware dagen, die ze maken, met een loom gevoel in de ledematen door te brengen. De „Zeehond" van schipper Sterling bracht me weer naar de eenzame, nu donker geworden weg langs het Suezkanaal terug, feilloos laverend tussen de onver- Zo ziet de voorkant van de „Louis Perrier" en de „Walrus" er vanaf de bok „Arénd" uit. De „Zeehond", een bergingssleep boot van Smit-Tak bij kilometer- paal 51 aan het Suezkanaal. Op het schip machinist Jan Pieterse uit Maasssluis. Op de wal schipper Jaap Sterling uit IJmuiden. lichte boeien, waar een leek zo te genop zou varen. Langs een ladder klom ik van de boot op de wal, die even fel door de scheepsschijn- werper werd verlicht. En het laat ste wat ik van deze Nederlandse sleepboot zag, waren de lijnen van romp en schoorsteen, die snel door de duisternis werden opgenomen. Alleen het „getlang" van de scheepsmotoren bleef lang in m'n oren klinken en ik heb het gevoel, dat ik dit, altijd als deze stille avond bij kilometerpaal 51 aan het Suezkanaal me in de herinnering komt, weer zal horen. Ik heb wat tegen de vader van Wim at me nu overkomen is Ik heb de bof gehad. Dat overkomt meer mensen, vooral hen, die nog in het jeugd- stadium verkeren. Nu zijn die ja ren voor mij wel voorbij. Op zich zelf is het nog niet zo vreselijk om wanbof te hebben door bofpatiënt te zijn. Met een enkele dag ben je weer het „heertje". Het schijnt evenwel, dat je als schooljuffer vooral geen bof mag hebben, op straffe, dat anders het hele dorp er zich mee bemoeit. Ik zou een verzameling „bofmopjes" kunnen aanleggen. Daar zit ik nu wel te klagen, hoewel de kwaal al weer tot het verleden behoort, maar ik moet er eigenlijk wel bij vertellen, dat ik, wat die niet-medische ge volgen betreft, wel wat verdiend heb. Toen vorig jaar, (of is het alweer iets langer geleden?) onze collega de bof had, heeft de man, dat zo onder ons, wel ge weten. Gelukkig, dat hij er tegen kon. En toen ik verleden jaar in de Paasvacantie een oud-collega ging bezoeken, die pas met een dominee getrouwd was, haalde ze me al sniffelend van de trein, terwijl ze haast juichend vertelde, dat haar man de bof had. Nu zijn eerwaarde heeft ge weten die dagen, dat hij de bof had. Hij verschanste zich maar in zijn studeer met zijn welgedane wangen. Laat ik dus niet te veel klagen over Keesjes vader. r. Bezoek Ik had een variant op de gewone bof, door er een klein griepje bij te hebben of iets dergelijks, wat me een twee dagen in bed hield. En mijn goeie hospita maar moederen en verzuchten, dat zij toch maar geen bof zou krijgen. Tot haar ere zeg ik er haastig bij, dat ze dit zuchten doet uit angst dat ook zij in bed zal ra ken en dan ben ik haar grootste bekom mernis. Wie zal er dan voor mij zorgen? Omgekeerd heb ik in ernst zorg voor haar, want stel je voor, dat zij de bof krijgt, dan kan mijn trouwe zorgende dik kerd vast de deur niet meer door, als er nog een extra verdikking bij komt, al zit die dan in haar wang. Van tussen mijn twee lakens poog ik nog troostwoorden te spreken, wat boter aan de galg is, want ze blijft zuchten en mij maar pap, vla en pudding toevoeren, „anders verzwak-ie zo." Dit is alles alweer verleden tijd. De hele bofperiode duurde slechts vier da gen. Of alles toen al beter was, weet ik niet precies, maar ik ben weer naar school gegaan. Daar heeft toch alles de bof, of is reeds oud-patient van die kwaal. Variant Mevrouw van de baas, had trouw zie kenbezoek bij me afgestoken, en het schijnt, dat zij verslag heeft uitgebracht aan de baas. Die heeft, dat is aan zijn se cuurheid wel toevertrouwd, een waar heidsgetrouw rapport uitgebracht aan de collega's, maar dat slag mensen, heeft be slist waanvoorstellingen gehad, want uit hun spreken te merken, maak ik op, dat ze mijn arme bol tot een klein luchtbal- die het voorjaar inluiden MENU'S Pouletsoep* gebraden lende, witlof, aardappelen, jus koffiepudding met custardsaus*. Rest lende, sla van savoyekool en wor telen, aardappelen, jus griesmeelpud ding met bessensapsaus*. Macaronisoep* gebakken kaasplak, spruitjes, aardappelen, jus appel*. Gehakt, stamppot van rauwe raapste len, jus gevulde beschuitbollen met appelmoes*. Hachee, rode kool, aardappelen drie in de pan*. Gebakken vis, spinazie, aardappelen, botersaus havermoutpap*. Groentesoep* gekookt ei, sla van witlof, biet en appel, gebakken aardap pelen banaan*. De met een sterretje gemerkte gerech ten kunnen achterwege gelaten worden, zonder dat de maaltijden wat voedings stoffen betreft onvolledig worden. Recepten voor 4 personen Koffiepudding. 54 1 melk, 25 g 16 blaadjes) witte ge latine, 2 dl l'A kopje) koffie-extract van 20 g koffie, 90 g (6 eetlepels) sui ker. De puddingvorm met water wegzetten. Hierin de blaadjes gelatine 15 minuten weken. De melk aan de kook brengen. De suiker in de melk oplossen. De gela tine uitknijpen en in weinig heet water oplossen. De gelatine mag niet koken. De melk enigszins laten afkoelen en er als ze niet meer dampt, onder roeren de gelatine en het koffie-extract bij voegen, De mas sa verder af laten koelen. De pudding, als zij drillig begint te worden, óver schenken in de puddingvorm. De pudding keren als ze volkomen koud is geworden. De pudding geven met cus tardsaus. Stamppot van rauwe raapstelen. 2 ,kg aardappelen, A kg raapstelen zout, A 1 melk, 80 g boter of margarine. De aardappelen schillen, wassen en op zetten met kokend water en zout en in TOT 1953 was er in de dessins van de door ons in de winter zo geliefde dekens sedert honderd en meer jaren niets veranderd. Men beschikte over een aantal traditionale grondvormen (de medaljon-dekens bijvoorbeeld) waar niet van werd afgeweken. Voor de kleuren gold het stra mien groen, zalm, blauw en geel. Ondertussen hadden de woninginrichting-ontwerpers niet stil gezeten. Men bond energiek de strijd aan met de namaak-gotiek door fraai gestyleerde meubelen te brengen met een eigentijdse vormgeving. De stof fering en de vloerbedekking werd direct in deze tendenz betrokken. Het modern ingerichte huis werd fleurig, met nieuwe, prettige kleuren en vormen, kortom: aangenaam om in te wonen. Meubilering, stoffering en vloerbedekking van de slaapkamer bleven niet achter. Wat wel achter bleef waren de dekens. Totdat in 1953 een Leidse fabriek als eerste in Neder land welbewust besloot nog wat meer kleur te brengen in de slaapkamer en zodoende ook de dekens te betrekken in de tendens van de moderne woninginrichting. Deze fa briek vervaardigde toen een deken, die qua patroon be stond uit een aantal grote, kleurige blokken. De „blokde- ken" was geboren! Maar het was een dessin en het waren tinten, die men nooit eerder voor dekens had bedacht. Geen enkele winke lier zag er iets inMen hield liever vast aan het al oude medaljon of het gesty leerde bloemmotief. Victorie In Delft is evenwel de vic torie, die niet kon uitblijven, begonnen. Was de handel er nog niet rijp voor; het was de klant, die deze nieuwe dekens op het paard, in casu het bed hielp! Een winkelier had het „gewaagd" met schuchtere hand enkele van die blokde- kens in zijn étalage te leggen. Onmiddellijk stapte er een da me binnen die zoiets moet hebben geroepen als „Eureka"; blij stortte ze zich op deze de ken, verrast op dit gebied ein delijk eens iets moderns te hebben gevonden. De dame in kwestie kocht vier van die blokdekens. Sedertdien zijn er heel veel dames die Delftse win kel binnengelopen, zoals zij dat ook deden in alle ande re plaatsen van ons land. De geblokte dekens werden een dusdanig succes, dat de fa briek, die ze gebakerd had, meer dan de helft van de totale produktie in moderne dessins kon gaan uitvoeren. Deze dekens gingen er in Nederland plotseling zo goed in, dat de export er door in het gedrang kwamDe mo derne deken had het pleit ge wonnen! De ontwikkeling zette door. Het bleef niet bij die blok- deken. Beeldende kunstenaars en binnenhuisarchitecten wer den ingeschakeld. Zo zijn er in het afgelopen jaar honderd ontwerpen bij de fabriek bin nengekomen. Hieruit werden er enkele tientallen gekozen, die thans aan de winkeliers in een 29-tal steden worden getoond. Hieronder is een en- quette uitgeschreven (deze week werd de fraaie collectie in de bovenzaal van de soci ëteit „De Vergenoeging" te Middelburg getoond) zodat nogmaals een selectie wordt, toegepast. Twee kanten De dekens zijn thans in ver schillende kleurstellingen uit gevoerd. Een modern dessin in primaire, felle kleuren past in het lichte interieur van jonge mensen. Datzelfde dessin uitgevoerd in zachtere kleu ren is juist dat, wat oudere mensen mooi zullen vinden. De draden van deze dekens worden dubbel geweven, zodat elk exemplaar twee kleuren- kanten heeft. Om een deken zo mooi van tint te krijgen is het uiteraard nodig, dat de wol geheel wordt ontvet. Men moet hier voor een materiaalverlies van ongeveer 20 slikken, maar daar staat tegenover, dat de wol daardoor mooi en zacht is. lonnetje hebben opgeblazen, en de col lega, die vóór me de bof had, was het meest met me begaan, die liet het niet bij een kléin balonnetje. Enfin, ik had wel wat verdiend aan hem. De baas acht te zich zelfs geroepen zijn vrouw te ver dedigen door met nadruk vast te stellen, dat zij in geen geval zulke onrustbarend# berichten had doorgegeven. Het is aan mijn goedmoedigheid te danken geweest, dat we nog in pais en vree uit elkander gingen. Terug Ik denk als ik weer tussen mijn eigen kroost ben, zal ik wel rust krijgen. Meen niet dat ze me juichend begroeten, om dat ik weer terug ben. Welnee, zo'n paar dagen wat kalmpjes aan en veel vertel len, dat wil er wel in. Ze zijn zoet gehou den; meer kun je ook redelijkerwijze niet verwachten van je collega, die opeens een verdubbeld getal lastpakken heeft gehad. Maar je krijgt toch wel wat te horen over je terugkomst en afwezigheid. „De juffrouw is ziek geweest," deelt Nelleke me mee, alsof de zieke juffrouw en ik twee verschillennde individuen zijn. Ik kan niet anders doen, dan dit bericht be amen, waarna ik wil gaan zeggen, dat we nou weer fijn aan het werk gaan, want bij mij wegen opeens die vier „vrije" da gen een beetje zwaar, omdat april nu vlak voor de deur is en ik móét persé nog wat sommetjes er in hameren. Er is ech ter geen kans om aan het woord te ko men, want het blijkt, dat Wim iets op zijn hart heeft, dat er ogenblikkelijk af moet „Juffrouw, me vader het uwes gezien voor het raam, toen uwes ziek was en ie zeit asdat uwes zo'n dik gezicht 'ad," en Wim gebaart alsof ik aan mijn arme wang tijdelijk een forse koolraap tot aanhangsel hadEn dan te weten, dat ik me niet voor het raam vertoond heb, gedurende die vier dagen. Wim heeft zijn vader tot op de letter geloofd, dat is merkbaar, want hij heeft nog mede lijden met me, wat duidelijk blijkt uit zijn bezorgd gezicht, waarmee hij zijn mededeling deed. De knaap informeert nog hartelijk of ik errege pijn heb gehad. Hij zelf heeft nog geen ervaring op dit gebied. Ik wimpel alle medelijden af, door te zeggen, dat ik geen sikkepitje pijn heb gehad, dit, omdat ik nog enkelen heb, die nog niet „geboft" hebben. Ik wil ze niet nodeloos verontrusten. Maar als ik Wim's vader ontmoet, dan zal hij boeten voor zijn melding, want ten eerste heeft hij me niet gezien en ten tweede had ik niet eens een bof van formaat. Zo gaat het als je zo'n „hooggeplaatst personage" ben als een dorpsschooljuf fer, dan weet ieder alles van je, zelfs nog meer dan je zelf weet. Doch nu sta i5 weer fris en vrolijk voor de klas op ge wóón formaat! Ingezonden mededeling (adv.) horen Witte Kruispoeders. Hoofd- en kiespijn, zenuw- of rheumatische pijnen wor den er direct mee bedwon gen. Ook in tablet cachet-vorm 20 minuten gaar laten worden. De aard appelen zo nodig afgieten. De melk aan de kook brengen. De aardappelen stam pen, vermengen met boter of margarin» en de melk. De raapstelen schoonmaken, wassen, klein snijden en door de aardappelen mengen. De stamppot door en door warm maken, maar niet meer laten koken. I N EEN GESPREK MET een aantal mijn- I werkers, vertelde een oude heilsofficier van de grote genade die God ons om niet schonk in Jezus Christus. Dat was een van de mijnwerkers t# machtig. „Hou toch op", onderbrak hij. „Dat is me te goedkoop. Dat is al te simpel!" De heilsofficier liet zich niet in de war brengen. Hij wendde zich tot de ander en vroeg: „Hoe is u vanmorgen in de schacht af gedaald?" „Met de lift," was het antwoord. „Maar hoe kwam die lift in beweging?" „Nou, ik drukte op een knop en toen kwam de lift vanzelf naar boven. Ik stap te in, drukte weer op een knop en toen zakte de lift." „Dat is nogal erg simpel," meende de officier, „om niet te zeggen goedkoop." „Goedkoop! Man, het heeft de mijn honderdduizenden gekost om die lift te laten bouwen," zei de mijnwerker. „Niettemin, alles wat u had te doen om naar beneden te gaan was op een knop te drukken, nietwaar?" „Inderdaad!" „Mijn waarde vriend," zei de officier ernstig, „uw heil heeft grote kosten ver oorzaakt: het kostte de Zoon van God het leven. Maar alles wat u te doen hebt is het aan te nemen!" („De Strijdkreet")

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1957 | | pagina 10