.VERKEERSFATSOEN' geldt voor iedereen! H 1 y Een keur van zijn nieuwe zwager alle Drie deugden voor weggebruikers WINTERSE MAALTIJDEN KEUKEN japonnetje Het botert niet tussen Krijn en IflfflEA UIT DE „Ontknoping" tijdens de tekenles Pracht handen ^aterdag 15 december 1956 ZEEUWSCH WEEKEND Pagina 10 Een studieboekook voor de ouderen 5' isteravond een poos hard zitten studeren en toen mezelf examen afgenomen. Het spijt me, dat ik het schrijven moet, maar ik ben gezakt. Bij mijn „studieboek" behoorde een boekje met vragen en opdrachten en toen ik na mijn „exa men" alles eens controleerde, bleek me, dat ik op een enkele vraag niet helemaal het juiste en één keer niet het volledige antwoord had gegeven dus gezakt. Misschien wil een goed hartige lezeres me mild toevoegen, dat je toch persé op alle vragen bij een examen niet het antwoord behoeft te weten. De troost zou m'n hart goed doen, maar ik weet heel zeker, dat men in dit geval alle vragen en opdrachten volkomen goed moet hebben, want het kan een kwestie van leven of dood betekenen, als men het niet goed weet. Neen, ik speel niet met deze ern stige woorden. Laat ik eerst eens uitleggen, dat ik van de firma Wolters, uitgeverij te Groningen en Batavia, twee heel dunne boekjes ter bespreking kreeg. Die boekjes zijn eigenlijk bestemd voor de jongens en meisjes van de hoogste klassen van de lagere school. Maar toen juist gisteren de auto voor Veilig Verkeer langs mijn huis reed, greep ik opeens naar die dunne boek jes, want door de actie voor Veilig Verkeer werd de aandacht weer eens foed gevestigd op deze grote natio- ale zorg. Een der Amsterdamse hoofd agenten van politie geeft op zulk een uitnemende wijze les aan die oudere leerlingen, dat men zijn lessen gebundeld heeft. De heer Kaspers, hoofd ener school, werk te op zijn manier ook aan het boek je „Naar veilig verkeer" mee. Ook voor de ouderen Eigenlijk is dit boekje met het bijbehorend boekje met vragen en opdrachten dus bestemd voor onze grotere jongens en meisjes, maar het zou wel heel goed zijn, als de ouderen het ook eens doornamen. Er komen tegenwoordig heel wat regels aan te pas, die we zeker moeten weten. Nu kan je wel zeggen: „Ik ben en kel maar voetganger of fietser en dan houd ik me aan de veilige kant, maar daar ben je niet mee klaar. Auto's zijn ook aan vaste regels gebonden en als men ook die niet weet, dan loopt men Op de fiets, al rijdt men met nog zo'n kalm gangetje, toch evengoed gevaar. De vele ongelukken, die juist bij krui singen van de hoofdwegen gebeuren, bewijzen dit. Drie deugden Nu weet de heer Van Dijk, de hoofdagent uit Amsterdam, wel, dat hij voor een jonge garde spreekt, dus begint hij bij het begin en zegt, dat <a^<o^<a£©<a£ë>|f^<a;sg>^f5><a5sg><a5!^> Bedenk wel: het is een kwestie van leven of dood er drie verkeersdeugden zijn, die je a 11 ij d moet beoefenen. Deze drie deugden zijn: verkeersfatsoen, geduld in het verkeer en zelfbeheersing in het verkeer. De opleiding naar veilig verkeer begint dus „7an binnen uit". En dat is niet alleen nodig voor de jeugdigen, die onze straten bevolken, hetzij te voet of op de fiets. Je moet beginnen inet de veiligheid van anderen te rekenen, zodra je de neus buiten de deur steekt. Dat behoort bij het ver keersfatsoen. Niet alleen automobilisten Nu is men al gauw geneigd, zo'n regel aan iedere automobilist onder de neus te houden, want die veroor zaken toch maar het meeste gevaar op onze straten met hun razende vaart. Goed, die regel laten we rus tig een poosje onder de neus van die automobilisten bengelen. Het kan geen kwaad, maar de voetgangers behoeven anders ook lang niet allemaal met hun neus in de lucht te lopen. Daar zijn er ook bij, die een gevaar vormen op de weg. Van de week heb ik, in donker fietsend 's avonds, eens heel wraak gierig gedacht: „En dat er nou eens een agent in de buurt was, die dit wandelend gezelschap een dikke bon gaf, dat zou me deugd doen. Heus, anders ben ik bepaald goedmoedig, al zeg ik het zelf. Deze laatste bij voeging is nog een nawerking van die oude tante van me, die vond, dat je na eigen deugden te hebben ver kondigd, dit er beslist bij moest Zeggen. Wat zij misdreven Maar wilt u weten wat die wande laars misdreven? Wel langs onze stad loopt de drukke hoofdweg Bergen op ZoomMiddelburg. Dat is u wel be kend. Langs een deel van die hoofd weg staan huizen, waarlangs weer een kostelijk trottoir met 's avonds behoorlijke verlichting. Daarlangs ligt weer een fietspad en aan de buitenkant van de weg is ook een fietspad, dat in de avond niet zo veel licht ontvangt. Dat is dus enkel fietspad. Over het verkeer op de hoofdweg hoef ik werkelijk niet veel te zeggen, dat is druk en nog eens druk. Schamen Nu fietste ik 's avonds in het don ker op het fietspad aan de buitenkant van de hoofdweg. Moest daar plotse ling van afwijken voor een wandelend gezelschap. De auto's, die daarlangs raasden, vormden in het donker wel terdege een gevaar voor me. Eigen lijk had ik maar moeten afstappen en op een drafje met de fiets in de hand voorbij de wandelaars moeten passeren en dan weer op de fiets verder. Enfin, ik deed dat niet, maar schoot haastig langs de wandelaars heen, die ik door een nijdig gebel van het fietspad had willen verdrijven. Maar nee, men wandelde kalmpjes midden op het pad verder en ik kreeg in donker nog een: „Nou nou!" nage zonden. Toen gunde ik hun een dik ke bon. Nu ik die boekjes gelezen heb, gun ik die onbekenden de boek jes, om zich al lezend over gebrek aan verkeersfatsoen te gaan schamen. Iedereen Nee, als die hoofdagent eens voor ouderen over verkeersfatsoen spreekt, dan hoeven we niet in één richting te kijken, maar de automobilist, de fietser en de voetganger kunnen elk door een spiegeltje de blik op zich zelf richten. Als je dat gedaan hebt, kun je pas goed beginnen de regels van het verkeer goed in je hoofd te prenten en ook eens proberen de be tekenis van al die verkeersborden te onthouden. Ja, ook dat, al zal het je nooit gebeuren, dat je het stuur van een auto in handen neemt. Deze wetenschap is vooral nodig om bij elke kruising of verkeer- situatie de juiste voorrang te ver lenen. U voelt wel, dat door ver keerd te handelen op een kruispunt het slechts enkele tellen kost om een grote ravage te veroorzaken, waarbij vaak de dood een buit weg draagt Aan dc „studie" Daarom zullen we allemaal nog aan de „studie" moeten. Gelukkig is het hele „studieboek" slechts 36 pagina's en het bijbehorend werkje met de vragen en opdrachten maar 20 pagi na's. Nu dat kunnen onze „oude hoof den" nog. wel verwerken, is het niet? En als wé het te moeilijk vinden, wel nu, het oudere kroost van ons zal ons dan wel verder helpen, want dat krijgt mondeling les op school, terwijl wij het alleen schriftelijk moeten klaarspelen. Maar misschien zal moeder hen be ter op weg kunnen helpen met de grondbeginselen van Veilig Verkeer: verkeersfatsoen, geduld in het verkeer en zelfbeheersing in het verkeer, want dat hangt niet van kennis maar van de gesteldheid van het hart af, en daarmee moeten we bij die bijdehandte dochters van ons en die kwieke kna pen een begin maken. Maar wat zal ik nu moeten oppas sen om geen fout te maken, want anders krijg ik brieven op mijn schrijf tafel, die niet mals zijn En dat zou ik beslist naar vinden! M a j a. et opmaken van een menu is geen eenvoudige zaak: vooral niet als U er naar streeft Uw gezin maaltijden voor te zetten, die niet alleen lekker zijn, maar ook gezond. Maaltijden, die alle voedingsstoffen bevatten, die wij nodig hebben voor de groei en het herstel van slijtage, voor het be houden van onze lichaamswarmte en ter bescherming tegen ziekten en het ontwikkelen van energie en infecties. Deze bouwstoffen, brandstoffen en beschermende stoffen zijn alle aanwezig in de menu's, die U deze keer voorge schoteld krijgt. De met een kruisje aangeduide gerechten kunnen geschrapt wor den, zonder dat de maaltijden wat voedingstoffen betreft onvolledig worden. Denkt U eraan, dat ook en voor al in de winter de beschermende en bouwstoffen (voedingszouten en vitamines), die groente en fruit ons leveren, niet ontbeerd kunnen worden? Reken dagelijks op 1 kg groente voor 4 personen en laat iedereen als het even kan ook wat fruit eten! Vermicellisoep aardappelen met jus, runderlapjes, spruitjes appel pudding met custardsaus Stamppot boerenkool met rook worst watergruel Aardappelen met jus, soerei, sla van rode kool, andijvie en selderijknol rijstebrij Aardappelsoep met melk en gebak ken brood drie in de pan. Kerriesoep aardappelen met jus, varkenslapje, zuurkool peer*. Aardappelen, botersaus, gebakken vis, kroten custardvla met vrucht ten (sinaasappel en banaan)*. Recepten voor 4 personen. Aardappelsoep met melk. 100 g 7 eetlepels) boter of margarine, 1 kg soepgroenten (prei, wortel, selderijgroen, knolselderij), 1 kg aardappelen, 1 melk, 1 water, 4 bouil lonblokjes, zout, peper, aroma. De soepgroenten schoonmaken, was sen en snijden. De boter of de mar garine smelten. De groenten toevoe gen en in een gesloten pan 15 minuten smoren. De aardappelen schil len (grote in vieren snijden) en met 2 kopjes water bij de groenten voegen. De aardappelen in 20 mi nuten gaar laten worden. De massa stampen en verdunnen met de melk en de rest van het water. De soep op smaak afmaken met bouillonblokjes, zout, peper en aroma en de soep nog 5 minuten laten doorkoken. Des gewenst dobbelsteentjes gebakken brood erbij geven. Schorseneren lVz kg schorseneren, zout, 3 dl 2 kopjes) melk, 25 g (2 eetlepels) boter of margarine, 25 g (3 eetlepels) bloem, noot muskaat. De schorseneren bij gedeelten van vingerlengte afschrappen en snijden en direct in water met iets melk leggen. De schorseneren afspoe len en opzetten met kokend water waaraan een scheutje melk (om het verkleuren tegen te gaan) en zout is toegevoegd. De schorseneren in uur gaar laten worden en afgieten. De boter of margarine smelten, de bloem toevoegen en langzamerhand onder flink roeren de melk er bij gieten. De saus steeds even aan de kook laten komen alvorens opnieuw melk toe te voegen. De saus even laten doorkoken en op smaak af maken. De schorseneren door de saus roeren. Desgewenst iets nootmuskaat over de schorseneren raspen. APART Als we voor de a.s. feestdagen iets nieuws willen hebben maken we zeker gebruik van het patroon No. 231 van dit aparte japonnetje, dat zeer slank kleedt en daarom voor de zwaardere fi guren zeer geschikt is. Leuk is de hals met het op staande kraagje en de coupever werking in de schouderplooi. De rok heeft twee platte plooi en, welke op een aardige manier vastgezet worden met mooie kno pen. Nodig is dit echter niet, het ef fect zonder deze is ook heel aar dig. De mouwen zijn 3U met een omgeslagen manchetje. Patronen in de maten 44-46-48 (maat 50 op bestelling). Ben.: stof 2.75 m a 1.30 cm breed. Wijze van bestellen Plak aan de adreszijde van een brief kaart, naast en buiten het frankeerzegel, 't verschuldigde bedrag 0,95) aan gel dige postzegels en adresseer deze aan de redactie van het Zeeuwsch Dagblad, Lan ge Vorststraat 90, Goes. Aan de andere zijde vermeldt u uw naam, adres, maat en nummer (no 231) van het gewenste model. Plak nooit voor meer dan 0,95 aan postzegels extra op een briefkaart, want wat meer geplakt wordt is waarde loos. Bestellingen onder rembours wor den niet aangenomen en de patronen wor den niet geruild. De redactie heeft geen patronen in voorraad, het persoonlijk ko men afhalen aan ons kantoor heeft dus geen zin. De juffrouw moesi hef weien Er zit niets anders op dan maar eerlijk te bekennen, dat het in alle opzichten een grauwe dag is. Buiten een grauwe mistlucht en binnen ik ben nog thuis voor de zoveelste maal een snip verkouden schooljuffer. Ter vertroosting begint mijn hospita te zeg gen: ,,'t Is niet om wat te zeggen, maar dat is nou toch-er-is uwes eigen schuld, wantIk probeer gauw te ontsnappen, want het is nooit leuk te horen, dat je het jezelf hebt aangedaan, als je met een neus als een rode lantaarn over de wereld loopt. En de bijkeuken staat mijn fiets met lege band. Proberen nog op te pompen. Ffttt suist het weer uit de band, wat „lopen" betekent. Mijn hospita haar kans schoon ziende, vertelt me de rest van haar betoog. Vlak bij school wandelend (op ma ximum-snelheid) haal ik Krijn in. Er is al wat in het lopen van Krijn, dat me waarschuwt, dat ook daar iets niet in orde is. Krijn loopt in een dwarse trans. Dat kun je alleen maar aan-, voelen. Met schorre stem poog ik toch monter te zeggen: „Hallo Krijn", wat de jongeling onmiddellijk aan mijn zijde brengt. Ik zie het nu duidelijk: ook bij Krijn schijnt de zon niet. CONVERSATIE. Mijn recept in zulke gevallen is: net doen of je er geen erg in hebt, daarom steek ik van wal met de conversatie. Krijn negeert het aan gesneden onderwerp en zegt kortaf: „Onze Janna het een vrie-er." Mijn gedachten zijn nog vastge haakt aan het Sinterklaas-gebeuren, waardoor ik hartelijk vraag: „Smaakt die lekker?", menend, dat het om een taai-taaipop ging. Krijns reactie doet me voelen, dat ik een behoorlijke blun der heb gemaakt. Het is heel even stil en dan hoor ik: ,,'t Is een aeklik vent- jie." Opeens ben ik midden in de grauwe werkelijkheid van het leven. „Onze Janna", dat wil voor Krijn zeg gen, zijn oudste zus, een alleraardigst meisje, dat zich veel met de jongste telg in het gezin bemoeide. „DREIGEMENT". Dat w eet ik, daar Krijn die na de zomervakantie enkele weken huis arrest had, omdat hij onder een brom fiets had gelegen, op school helemaal bij bleef, dank zij de hulp van de grote zus, die me, toen het resultaat zo gun stig was, gedreigd heeft zelf een schooltje te beginnen, mant er was geen kunst aan. En nu heeft die zus een vrie-er. Ons Krijntje kwam op het tweede plan. Dus is die klant naast me „stik ja loers", om met m'n hospita te spre ken. Krijns volgende opmerking be vestigt mijn opvatting. „Onze Janna het op zien knie gezeteMijn in tuïtie waarschuwt me nu zeer voor zichtig te zijn. Als er een vrie-er bij komt, wil dat strikt genomen, ook „gezinsvermeerdering" zeggen. NIET ZO GUL MET VRAGEN. In de gewone gevallen van gezins vermeerdering ben ik altijd gul met vragen. Of het een lief zusje (broer tje) is. Of de grote zus (of broer) naast me het kleintje al heeft vast- Ingezonden Mededeling (adv.) HANDELSVE A. De allerminste kwaliteit Noorse Medi- cinale Levertraan, geijkt door het Rijks instituut voor de volksgezondheid te Utrecht, met gegarandeerd vitamine A en D3 gehalte. TEN DOESSCHATE ZWOLLE *an Tante iruus Zeeuwsch Weekeiu Goes Onder Mijn beste nichtjes en neven, Nu ga ik jullie toch eens wat van mezelf vertellen, waar je verbaasd van zult opkijken. Ik heb eens in mijn leven een huiskamerameublement ge maakt. Misschien denken jullie nu, dat als je eens bij mij op visite zou komen, dat je dan op een eigen gemaakte stoel zou zitten. Maar dan was je toch helemaal mis. De meu belen waren bestemd voor de poppen- kamer van een aardig nichtje van mij. Ik was toen zelf al „groot". Het nichtje kwam haar nood klagen. Ze had een poppenhuis gekregen, maar verder ook niets. En wat begin je nu met een leeg huis, als je vier kleine poppenkinderen hebt? Niets natuur lijk. Je kunt die arme stakkers toch zo maar niet op de kale grond zetten. Dat kleine ding keek me zo sme kend aan en ze had zelf zo verschrik kelijk met haar poppenkroost te doen, dat er voor mij niets anders opzat, dan wat goeds te beloven. Nu schreef ik wel, dat ik al groot was, maar toch nog niet zo „groot", dat ik ka pitalen verdiende. Daarom kon ik niet zo maar eens naar een speelgoed winkel stappen en een pracht aumeu- blement bestellen. Ik nam een kloek besluit en beloofde er zelf een te maken. De kleine nicht in de wolken, want die dacht nu komt alles in orde: Ik zelf werd even later koud en heet van angst en zorg over mijn haastig besluit. Maar ja.... een man een man, een woord een woord. Nu waren er in mijn ouderlijk huis wel spijkers en een fikse hamer voorradig, maar dat was ook al. Doch ik dacht, het begin is er. Van mijn zakgeld kocht ik een kleine zaag en verder ging ik bij vriend en buur aan de bedel voor lege sigarenkistjes en klossen. Toen was ik klaar.... ja om te beginnen. Ik begon met een bank te maken. Dat ging vrij vlot, want ik zaagde een keurig plankje en spijkerde dat op twee lege garenklossen van gelijke grootte. Nu konden die stakkers van poppen niet eens lekker lui zitten, denk je. Maar dat viel mee, want ik zette de bank netjes tegen de muur van de poppenkamer en klaar was kees. O ja, ik had in een lappendoos gekeken en daarin een prachtig stuk je fluweel ontdekt. Dat stukje opmaat van de bank knippen en er boven op lijmen, was het werk van een ogen blik. De vier kleine babypopjes zaten als prinsessen. In ieder geval, mijn kleine nicht was zo in de wolken, dat ik er een omhelzing voor kreeg, die me bijna deed stikken. Het was toch goed bedoeld. De kleine rakker ech ter was wel heel dankbaar, maar. lang niet voldaan, want er stonden nog stoelen en een tafel op haar ver langlijstje. Die tafel lukte' me ook wondelwel, want daar kwam geen leuning aan te pas. Vier klossen, daar op een mooi vierkantje, gezaagd uit een sigarenplankje, dat bracht de tafel te voorschijn. Als het me met één spijker niet stevig genoeg leek, dan hamerde ik er nog eentje bij. Voor spijkers geen krimp hoor. Nu kon ik wel dadelijk weer een tafel kleed uit de al eerder genoemde lappendoos te voorschijn toveren, maar dat zinde me niet Je zou toch altijd die vier klossenpoten zien. Daarom ben ik toen gauw naar een jongen geglipt, van wie ik wist, dat hij een kleurdoos had, waarmee je schilderwerk kon verrichten. O ja, ik mocht die tafel best even schilderen. Nog beter, de jongen bood aan het werkje voor me te doen, wat ik graag aannam, denkend, dat het nu haast echt vakwerk zou worden. En ik kon mijn tijd wel beter gebruiken voor het maken van de stoelen. Maar daar voor heb ik zweetdruppels gelaten, omdat ik het met die leuningen eerst maar niet goel in orde kon krijgen. Toch is het me gelukt, al moet Ik er bij vertellen, dat ik met die leuningen ook gelijk poten had voor de stoelen, doch dat die alleen me lang niet vei lig genoeg leken te zijn, daarom kwam er ook onder de stoelen nog een klos. Zekerheid voor alles, want stel je voor, dat een poppenkind door de stoel zakte en een hersenschudding had gekregen. Dan had ik de dokters rekening nog moeten betalen. Ook over de stoelen kwam een fluwelen zitting. Toen konden de poppenkinde ren ook nog visite ontvangen. Het nichtje was zo blij en zo tevreden met haar nieuwe meubelen, dat ik daarom maar geen rekening hab ge stuurd voor het ameublement met fluweel bekleed. Toch tevreden nee dat was ze niet helemaal, want ze bedelde nog om een kastje. Zo'n klein bij de handje hé. Doch aan dat verzoek heb ik nooit voldaan, door.... gebrek aan handigheid. En als je te voren weet, dat je het toch niet kan, dan kun je er beter niet aan begin nen hoor, want anders wordt je nog danig uitgelachen. Weet je waarom ik dit nu juist ging vertellen? Wel een nichtje schreef me, dat zij voor haar kleine zus, ook een poppenkamer had inge richt en dat het jonge zusje daarmee 20 heel blij was. Ik dacht, dat is nu toch aardig. Je zou denken, dat tegenwoordig er niet meer aan zulke dingen gedacht wordt, want het lijkt wel, of het enkel maar mogelijk is om autopeds, fietsen en rolschaatsen cadeau te geven. Nu is het toch fijn dat je een kleine meid nog echt blij kunt maken door te zorgen, dat haar poppenkinderen een behoorlijk inge richt huis krijgen. Misschien zegt een of ander van - ijn nichten of neven, dat had u best voor sinterklaas kun nen schrijven. Waarom? Het is altijd goed, dus ook na 5 december, als je een jong zusje, nichtje of aardig buur tje blij kunt maken, zonder dat het enig geld kost. En bovendienals je tegenwoordig uit school komt is er werkelijk niet veel aardigheid aan om buiten te blijven spelen. De lucht is grauw en vochtig, zodat je eigenlijk als vanzelf hard naar huis loopt. Als je echter de hele dag netjes en stil in school hebt moeten zitten, dan heb je vast geen zin om thuis ook weer eens direct een boek te pakken en doodstil op een stoel te plakken. Welnu, ga ook eens denken, welk zusje, nichtje of klein buurtje je met je meubelmakerskurist kunt helpen. Een hamer en spijkers zijn in elk huis wel te vinden en die zaag, die is er nu misschien ook wel. En in moeders lappendoos is er vast wel de prachtigste bekleding te vinden. Hoor ik eens van jullie, wie op eens meubelmaker of maakster ge worden is. Maar als ik nu niet gauw stop, loopt het mis met ons Week end, want ik eet alle papier alleen op. Dag allemaal. Jullie tante Truus. Ingezonden Mededeling (Adv.) en nimmer ruw of schraal gehouden, of het kleintje gebuild heeft en wat de naam is en tenslotte of de nieuw aangekomene al naar hem of haar gekeken heeft. Vragen genoeg en de antwoorden komen vlot en vrolijk. De ervaring heeft me geleerd, dat al die vragen de moeders worden overgebriefd en prompt komt dan al tijd de uitnodiging, of ik er es kom kijken, wat ik dan ook doe. Waaruit wel blijkt, dat de vragen, als blijk van belangstelling, worden gewaar deerd. ALLEEN MAAR „o". Maar ik ben er voor honderd pro cent zeker van, als ik nu een regen van vragen over dit soort gezinsver meerdering laat neerkomen op Krijns balsturige bol, dat het niet goed af loopt. Dus volsta ik met een lang gerekt: „O!" Daarmee ben ik altijd uit de brand, want „O" past op alle om standigheden. De modulatie is alleen zeer verschillend. Denk maar aan het Franse spreekwoord, dat het de toon is, die de muziek maakt. In mijn „O" klinkt nu dus treurmuziek door. Inmiddels zijn we bij de school deur aangekomen en ik denk, dat ik meehielp om Krijns last van de nieuw- Uit mijn klas bakken zwager te dragen, als ik hem uitnodig de borden voor me schoon te maken, wat altijd als een erebaantje geldt. Het helpt Krijn er ook zicht baar bovenop en hij draaft al volijverig voor me uit. Zal de grauwe dag dan toch nog zomerse .glanzen doen zien HIAAT Mieke haalt me net bij de deur in en zij vertelt me, poogt me te vertel len, dat ze gister zo gevallen is en dat er een tand verdwenen is. En er was al een hiaat in de voorste gele deren. Dat geeft een raar gezicht. Mieke laat me goed zien hoe de zaken staan, want haar tongetje kwispelt door de openingen. Zij is ervan onder de indruk. Ik kan haar niet uit de put halen, maar waarschuw haar, dat ze door al die openingen haar tongetje wel eens kan verliezen. Dat wordt haar te erg en ze schatert het uit en zegt slissend en sissend: „M'n tong zit lekker vast van achtere." AFGESCHREVEN? Ziezo, die is er bovenop, denk ik opgelucht en maak een begin aan mijn dagtaak. De vrie-er van de grote zus acht ik nu ook geheel af geschreven, als ik zie met wat elan Krijn de borden schoonmaakt. Dat is ook zo tot in de namiddag. We moeten tekenen het laatste half uur. Nu is Krijn een tekenaar, die er wezen mag, en hij heeft de verplichte opgaaf altijd binnen de bestemde tijd gereed. Dan komt het hoogtepunt van de les voor hem. Hij mag op een klad blaadje zich uitleven in eigen reacties. Als ik de tekenschriftjes ophaal, be wonder ik dan meestal het nieuwe schilderstuk, dat dan mee naar huis mag. Krijn heeft zich geweerd in de vrije kunstuiting zie ik wel. ALS EEN BOOM Er staat een kerel als een boom op het kladblaadje, maar die zielepoot heeft een neus als een Gelderse worst gekregen en haren als een straatbezem. „Da's onze Janna d'r vrie-er", zegt Krijn wraaklustig. En daarna heel gul: „Die mag uwes hebbe." Krijn bedoelt het blaadje natuurlijk. Doch ook dat lijkt me te riskant. Ik aanvaard wel het blaadje, maar met het voornemen, de beeltenis straks in de kachel te doen sneven, want stel eens voor, dat bekend werd, dat de juffrouw met het geschilderde portret van Janna d'r vrie-er in haar tasje liep, wat zou daar anders van komen dan zwarte narigheid. Maar Krijn gaat na het eindigen on bezorgd en zonnig als weleer de klas uit, naar buiten. Tube 95 c». Het Is de Homamelis die Het 'm doet Kunsifoiografen exposeren in Leiden |n het Rijksprentenkabinet te Leiden wordt een expositie gehouden van werk van achttien Nederlandse kunst fotografen. Zijszal tot 31 december ge opend zijn. Het prentenkabinet heeft enige jaren geleden een afdeling voor fotografische beeldende kunst gesticht. Thans is reeds een grote collectie foto grafisch materiaal uit de laatste eeuw bijeengebracht. Bovendien zijn in de afgelopen jaren enkele exposities ge houden van het werk van bekende Ne derlandse fotografen, zoals Nico Jesse en Wim van Os. Nu wordt een keur van de werken van leden van de Ne derlandse fotografenkunstkring uit de laatste twee jaar tentoongesteld. De expositie is voornamelijk inge richt voor onderwijsdoeleinden, maar heeft ook een algemene instructieve aard. De onderwerpen van de foto's lopen zeer uiteen. Er is niet gestreefd naar een bepaalde lijn in de tentoonstelling of naar het leggen van nadruk op spe ciale stijlen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1956 | | pagina 10