„Aanranding" te Zierikzee twee
eeuwen geleden
m
-ftOFDp/iu
0
GD
0
E
E
Het verwisselde testament
PUZZLE
c.
UIT DE KERKEN
JBte ïladia fabengt U
Pagina 4
VANDAAG EENS
OUD ENGELS
VERHAAL
Maandag 12 november 1956
ZEEIIWSCH DAGBTAD
Uit het leven van Pieter Mogge
Een „landverrader" in
de gevangenis
Juist 200 jaar geleden, op 6 no
vember 1756, stierf Pieter Mog
ge, heer van Renesse en Drei-
schor. Een bekwaam staatsman,
bovendien aardig rijk. Zoals het
meer gaat bij sterfgevallen was er
ook een testament. Het was geen
„verwisseld testament", zoals in
het feuilleton in ons blad, maar ik
zou het willen noemen een vreemd
testament. Het vreemde ervan be
grijpen we pas goed, als we enkele
jaren teruggaan in de geschiedenis,
toen er een aanranding plaats had.
Een wel wat vreemde combinatie:
een aanranding en een testament,
het lijkt wel een detectiveverahal!
Laten wij bij het begin beginnen:
dat is de aanranding. Maar eerst
iets over het leven van deze Pieter
Mogge.
In 1698 werd hij te Zierikzee uit een
aanzienlijk geslacht geboren. Na zijn stu
die in de rechten aan de universiteit te
Leiden en zijn promotie vestigde hij zich
in zijn geboorteplaats. Verscheiden jaren
is hij daar burgemeester geweest.
Zijn bekwaamheid als staatsman werd
spoedig bekend buiten het afgelegen
Schouwen. Hij werd buiten Zeeland tot
gewichtiger ambten dan burgemeester
van een klein provinciestadje. Eerst werd
hij lid van de Generaliteits-rekenkamer
in Den Haag. Iedere provincie van de Re
publiek benoemde daarvoor twee perso
nen. Voor Zeeland werd Mr. Pieter Mog
ge één van de twee afgevaardigden, wel
een bewijs, dat hij meer dan middelmatige
talenten bezat.
Enkele jaren later werd hij lid van
de Staten-Generaal. In die kwaliteit
heeft hij zich o.a. verdienstelijk gemaakt
bij het sluiten van een handelsverdrag
met de koning der beide Siclliën, een
knap stuk werk van staatsmanswijs
heid.
Meestal vertoefde hij in Den Haag en
slechts nu en dan bezocht hij Zierikzee.
Dit was ook het geval in 1747, een belang
rijk jaar in onze geschiedenis.
Het jaar 1747
Sinds 1702 hadden we geen stadhouder
meer. De regenten in de steden vonden
dat wel goed, ze regeerden daar als kleine
dictators, zorgden ervoor, dat zij de beste
baantjes kregen en daarbij vergaten ze
hun familieleden niet. Het gewone volk
kreeg er meer dan genoeg van en in 1747
werd er een nieuwe stadhouder uitgeroe
pen. In Veere begon het en weldra volg
den de andere steden uit Zeeland en die
van Holland. Onze nieuwe stadhouder
was de Friese stadhouder Willem Karei
Hendrik Friso, die nu als Willem IV over
alle gewesten werd uitgeroepen.
Zo rustig als ik dit hier neerschrijf, ging
het echter niet overal. In tal van plaatsen
hadden er relletjes plaats. Zo ook in Zie
rikzee. Daar kwam het tot oproer en
werden de huizen van de staatsgezinde
regenten geplunderd. Ook voor de woning
van Mr. Pieter Mogge liep het volk te
hoop, maar er gebeurde verder niets, want
de bewoner was niet thuis.
De aanranding
Daar verspreidt zich het gerucht, dat
luj op weg is naar Zierikzee. Het is geen
vals gerucht, want Pieter Mogge is inder
daad op reis naar zijn geboortestad. In
Den Haag heeft hij van de verheffing van
Willem IV tot stadhouder in Zeeland ge
hoord en hij besluit naar zijn vaderstad
te gaan om zich nader op de hoogte te
stellen van wat hij vernomen heeft.
Als hy echter van het Rotterdamse
beurtschip aan wal stapt, wordt hij alles
behalve vriendelijk ontvangen door zijn
stadgenoten. Hy wordt er n.1. voor aan
gezien, dat hij anti-Oranjegezind is, dat
hi! de verheffing van de Prins wil tengen-
honden.
Zeeuwse Wandelingen
Het opgewonden volk stelt hem op één
lijn met de gehate staatsgezinde regenten-
kliek. Aan scheldwoorden geen gebrek.
Toen kende men ook al het woord land
verrader en het galmt over de kade van
Zierikzee. Men ontneemt hem zijn degen,
rukt zijn hoed van het hoofd en steekt er
een oranjelint op. Misschien zou hij het
er niet levend afgebracht hebben, wanneer
een officier van de wacht hem niet be
schermd had.
„Naar de gevangenis met hem!" loeit
het wraakzuchtig gepeupel. Bij gebrek
aan een „fatsoenlijke" gevangeniswagen
laadt men hem op de stadsvuilniskar. Om
geven door een joelende menigte als ere
wacht wordt hij met dit welriekende ver
voermiddel naar de gevangenis (het He
renlogement) gereden.
Ruim een maand heeft hij in de nor ge
zeten, waarschijnlijk onschuldig. De be
schuldiging van anti-Oranjegezindheid
kon niet bewezen worden. Evenmin de
bewering van zijn vijanden, dat hij tegen
de verheffing van de Prins tot stadhou
der was.
Op 2 juni brengt de nieuwe stadhouder
een bezoek aan Zierikzee. Vanuit Leeu
warden heeft hij reeds een publikatie
aan de Zeeuwse gemeenten gezonden,
waarin hij aanspoorde tot rust. Als de
woelingen echter aanhouden, gaat hij zelf
naar Zeeland. Pieter Mogge wordt dade
lijk uit zijn gevangenschap bevrijd en in
ere hersteld. Waar zijn nu zijn beschuldi
gers? We horen er niet meer van.
Hij keert terug naar Den Haag en vat
zijn werk als lid van de Staten-Gene
raal weer op. Zijn woning in Zierikzee
verhuurt hij, daar wil hij nooit meer
terugkomen. Was het wonder?
Dat is dus over de aanranding. In het
volgend artikel gaan we zijn testament
openen. L. v. W.
aan welke kant men staat.
Men kan alle dingen van verschillende
kanten bezien, doch de meeste men
sen zien ze alleen van hun zijde. Een
ander heeft altijd de schuld.
„Geen mens en ziet zijn eigen bult",
zeide Jacob Cats. Men kan fulmine
ren tegen de maatregelen op afbeta
ling, gezien van de zijde van de han
del en het bestaan van een bult ont
kennen. Wij staan aan de andere
zijde en krijgen met die bult constant
te maken.
Een jongeman, geestelijk en lichame
lijk zeer zwak, is gehuwd, heeft een
kind en slechts 60.inkomen. Hij
is meer ziek dan gezond. Een radio
handelaar praat hem een televisie
toestel aan. Hij tekent, natuurlijk en
het ding komt er. Gebruikt heeft hij
het nooit, want hij kan er niet mee
om gaan. Doch het ding staat er. De
jongeman wordt weer overspannen
en gaat enige tijd naar een inrich
ting. Er wordt een tweede kind ge-
enige tijd leeg hebben laten staan,
dan zou over die periode wel een
vergoeding verplicht zijn geweest.
de antennes.
In uw huurcontract staat uitdrukkelijk,
dat voor het plaatsen van antennes
de toestemming van de eigenaar van
het pand nodig is. Nu die eigenaar
de toestemming afhankelijk stelt van
een waarborgsom van 50,—, zult u
hieraan moeten voldoen. Alleen wan
neer er in een contract niets over
antennes of zo wordt gezegd, kan de
eigenaar het o.i. niet verhinderen.
medisch.
Lezeres, wij onthouden ons strikt van
alles wat ligt op het terrein van
de arts. Daarom raden wij u ook aan
om met de baby naar de arts te
gaan, of een consultatiebureau (gaat
u daar nooit heen?). De arts zal dan
die huidvlekken moeten bekijken.
de compagnon.
boren. Zijn oude baas neemt hem na Enige jaren geleden heb ik samen met
genezing weer voor (zeer eenvoudig)
werk terug. Maar iedere week wordt I
van de 60,10,afgehouden
voor de televisie
Verkoopt hij het ding, vóórdat het I
is afbetaald, dan draait hij ook de
gevangenis nog in. Wij konden maar
èèn advies geven: dat laten wij hier
niet afdrukken. Maar laat men ons
nooit zeggen, dat er geen misstanden
zijn. De minimum-aanbetaling kun
nen wij alleen maar een pracht-re-
geling vinden.
Maar ja.wij staan misschien aan I
de verkeerde zijde, als maar op die
bult te kijken.
beroep.
Jammer, dat ouders kinderen nog al
tijd een beroep willen opdringen,
waarvoor die kinderen niets voelen.
Sommige ouders althans. Die verge
ten, dat men in een beroep kan op
gaan en kan ondergaan. Waarom een
kind in een richting te dwingen,
waar het juist door de dwang meer
kans heeft in onder dan in op te
gaan? Dit nog afgezien van het feit,
een compagnon een bedrijf opgericht,
welk bedrijf werkelijk uitstekend
gaat. Nu is mijn compagnon een be
langrijke betrekking aangeboden en
hij heeft die aanvaard. Hij deelt mij
mede een plaatsvervanger te zoeken,
die zijn aandeel overneemt en die dan
voortaan mijn compagnon zal zijn.
Maar moet ik nu zomaar iemand aan
vaarden als compagnon, waar ik ver
der helemaal niets van weet en waar
ik misschien niets voor voel?
Wij zouden allereerst de overeen
komst, die tussen beiden is gemaakt,
moeten kennen. Maar ook zonder die
wetenschap kunnen wij wel als zeker
aannemen, dat men heus niet zomaar
een compagnon kan aanwijzen. Ten
slotte komt het toch hierop neer, dat
u met die nieuwe relatie een over
eenkomst zult moeten aangaan. Tot
het aangaan van die overeenkomst
zal men u, naar onze mening, vrij ze
ker niet kunnen verplichten, doch wij
zeggen dit onder het hierboven ge
maakte voorbehoud.
DE AFBETALING.
Ingezonden Mededelingen (adv.)
V
heeft een krachtig* pijnstil*
lende werking, die blijkens
recente onderzoekingen ook
niet door combinaties met
andere stoffen kan worden
verhoogd. Elk Aspirin*)-eablec
is voorzien van het merk
h«t symbool van vertrouwen
Er bestaat geen Aspirin*)-ronder Bayerkruls
Gedeponeerd handelsmerk
kocht. Ze is nu weggegaan en daar
door krijg IE dis kwitanties. Maar
moet ik dat nu maar allemaal beta
len? Een vrouw kan zonder bijstand
van de man geen afbetalingscontrac
ten sluiten, dat gaat niet. Wi) raden
u dan ook aan om die firma te be
richten, dat u van die contracten niets
bekend Is en dat u niet van plan is
te betalen. Als u het antwoord heeft
ontvangen, moet u eventueel maar
even een advocaat in de arm nemen
(dat hangt natuurlijk van het ant
woord zelf af). Wat de morele zijde
van de zaak aangaat (lezer vraagt
of hij moreel verplicht is dit te doen)
het volgende: dat afbetalingsbedrijf
weet zeer goed, dat de handtekening
van de man verplicht is. Indien men
deze doelbewust passeert, moet men
de gevolgen hiervan ook dragen.
strafregister.
Het is inderdaad de bedoeling, dat bin
nenkort een andere regeling wordt
getroffen en het strafblad na ver
loop van tijd zal verdwijnen. Dat
KAN bij emigratie nuttig zijn. Het
zou verdwijnen na voer jaar of bij
gevangenisstraf dan wel rijkswerkin
richting, na acht jaar plus de straf
tijd. Het „bewijs van goed gedrag''
gaat dan heten „verklaring omtrent
het gedrag".
Thaot niet ymmee£.'
Eén der predikanten van Groningen, dr.
W. Sikken, vraagt zich in het Hervormd
weekblad „De Gereformeerde Kerk" af, of
wij in het na-christelijke tijdperk aange
land zijn. Met een menigte voorbeelden
toont hij aan, dat de kerk al minder ge
hoor vindt. WU citeren:
Allerlei christelijke en kerkelijke activi
teit is stellig goed bedoeld. Maar al die
commissies? En die vergaderingen? En
de stunts? Ik zie iets van: hoe luider de
kerk uit haar venster roept, hoe minder
de man in de straat luistert. Ik heb een
hond; en een hondenboek, dat zijn geld
alleen al waard is omdat het zegt: „Baas,
maak je stem niet goedkoop." Wie aldoor
tegen z'n hond praat, vindt bij het dier
geen gehoor meer. Trouwens, wie almaar
tot zijn vrouw spreekt
Natuurlijk moet het Evangelie gepre
dikt. Maar is de prediking niet te veel ge
mechaniseerd, lopende band-werk gewor
den, een industrie? Het geestelijke laat
zich eenvoudig niet industrialiseren! Ik
sla het kerkblad open van een Hervormde
Gemeente in een middelgrote stad: a.s.
zondag een twintigtal kerkdiensten. On
geveer 3.000 kerkgangers zullen daar ko
men, dus 150 200 per dienst, in soms
zeer grote gebouwen. Zou het niet wat
economischer kunnen en dus moeten?
En is ieder van die vele preken wel
altijd Evangelie? Is het de schuld van de
man, die aan de lopende band preken
moet? Het is een andere zaak op de ach
terste bank in de kerk te zitten, een cent
in elk zakje te doen, daarvoor het „recht'
te hebben tot het vonnis: ,,het Evangelie
is rijker dan deze dominee ons nu laat
merken," dan zondag aan zondag het
Woord zelf te moeten brengen. Niets
schaadt de goede zaak der kerk meer dan
de „kritiek". Paulus waarschuwde tegen:
elkander bijten en vereten. Hoe meer on
zer weinige overgeblevene kerkgangers
die waarschuwing in hun oren knopen,
hoe meer kerkgangers er zullen komen.
Want buiten de kerk, zonder God, is het,
in de wereld, ook „niet alles".
Uoemeet tfyc
moLO.fi S.o-dó fiijfc 't
Aan een Duits blad ontleent de Vrije
Evangelische predikant ds. J. Ener in
„Ons Orgaan" een berekening, die hier
volgt met commentaar van ds. Enter:
Op onze leeftijd van 70 jaar heeft een
mens ongeveer
25 jaar geslapen;
6 jaar gegeten;
4 jaren zich aan-, uit- en omgekleed;
3 jaren gewacht op tram, bus of trein;
3 jaren zich gewassen en gekamd;
2 jaren met wachten in winkels en kan
toren doorgebracht;
1 jaar brieven geschreven;
44 jaren samen!
Van de 70 jaren blijven er dan nog 26
jaren over, waarin natuurlijk gearbeid
werd. Maar daar zit natuurlijk nog een
heel stuk „verloren tijd" in.
Wij hebben het tegenwoordig zo druk,
dat we nergens meer tijd voor hebben.
Vooral geen tijd voor de dingen van het
koninkrijks Gods. Bidstond, kerkgang, ca
techisatie, vereniging, de helpende hand
uitsteken? 't Spijt me, maar ik heb heus
geen tijd!
Wat is inderdaad tegenwoordig het le
ven druk en gejaagd. Maar ondanks al
het roepen van „geen tijd", blijft er zo
veel „verloren tijd" over. Nog altijd be
staat het grote probleem van de vrije
tijdsbesteding. Wat wordt er al niet uit
gedacht om „de tijd kapot te krijgen".
dat het de opgedrongen richting vaak Zonder dat ik het wist heeft mijn vrouw
toch verlaat en dan een heel ver
keerde kant opgaat. Waarom dan de
moderne methode niet te benutten en
te laten testen? U merkt, mevrouw,
dat wij uw zienswijze niet delen en
aan de kant van uw jongen staan.
bepaalde goederen op afbetaling ge-
DINSDAG 13 NOVEMBER
HILVERSUM I (402 m.) K.R.O.: 7.00
Nieuws. 7.10 Gram. 7.45 Morgengebed en
liturgische kalender. 8.00 Nieuws en weer
berichten. 8.15 Gram. 8.50 Voor de vrouw.
9.35 Waterstanden. 9.40 Lichtbaken, caus.
10.00 Voor de kleuters. 10.15 Gram. 10.30
Schoolradio. 11.00 Voor de vrouw. 11.30
Gram. 11.50 Als de ziele luistert, caus.
12.00 Angelus. 12.03 Gram. 12.15 Voor boer
en tuinder. 12.30 Land- en tuinbouw-
mededelingen. 12.33 Metropole orkest.
12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en Kath.
nieuws. 13.20 Dansmuziek. 13.50 Gram.
14.00 Schoolradio. 14.20 Gram. 14.30 Voor
de plattelandsvrouwen. 14.40 Cabaret.
16.00 Voor de zieken. 16.30 Ziekenlof. 17.00
Voor de jeugd. 17.40 Koersen. 17.45 Rege
ringsuitzending: Nederland en de We
reld: Mr. J. Prins: Nederland en de
zeescheepvaart. 18.00 Lichte muziek. 18.20
Sportpraatje. 18.30 R.V.U.; Dr. H. Groot:
Hoe oud is de wereld en hoe weten we
dat? 19.00 Nieuws. 19.10 Gram. 19.15
Uit het Boek der Boeken. 19.30 Gram.
20.30 Act. 20.45 De gewone man. 20.50
Gram. 21.00 Mozartprogramma. 21.55
Kampvuren langs de evenaar-, caus. 22.15
Lichte muziek. 22.30 Gram. 22.40 Wereld
kampioenschappen dammen 1956. 22.45
Avondgebed en liturgische kalender. 23.00
Nieuws. 23.1524.00 Gram. of damber.
HILVERSUM H (298 m) A.V.R.O.: 7.00
Nieuws. 7.10 Gym. 7.20 Gram. V.P.R.O.:
7.50 Dagopening. A.V.R.O.: 8.00 Nieuws.
8.15 Gram 9.00 Gym. 9.10 Voor de vrouw.
9.15 Gram. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Gr.
10.50 Voor de kleuters. 11.00 Lichte mu
ziek. 11.30 Sopr. en piano. 11.50 Gram.
12.00 Lichte muziek. 12.30 Land- en tuin-
bouwmededelingen. 12.33 Promenade-ork.
13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen of gram.
13.20 Promenade-ork. 13.55 Koersen. 14.00
Gram. 14.40 Schoolradio. 15.00 Voor de
vrouw. 15.30 Pianovoordracht. 16.00 Orgel
en zang. 16.30 Voor de jeugd. 17,30 Nieu
we gram. 18.00 Nieuws. 18.15 Pianospel.
18.30 Voor de jeugd. 18.40 Lichte muziek.
18.55 Paris vous parle. 19.00 Voor de kin
deren. 19.05 Amateurprogramma. 19.45
Toneelbeschouwing. 20.00 Nieuws. 20.05
Gevar. programma. 22.15 De Antwoord
man. 22.30 Orgelconcert. 22.55 Ik geloof,
dat23.00 Nieuws. 23.15 Koersen v.
New York. 23.17 Journ. 23.3523.55
Gram.
BRUSSEL (324 m.) 12.00 Gram. 12.30
Weerberichten. 12.34 Gram. (Om 12.55
Koersen). 13.00 Nieuws. 13.11 Gram. 14.00
Schoolradio. 15.45 Gram. 16.00 Koersen.
16.02 Orgel en piano. 16.30 Gram. 17.00
Nieuw». 17.10 Ork. eonc. 17.45 Boekbespr.
18.00 De jeugd musiceert. 18.30 Voor de
soldaten. 19.00 Nieuws. 19.40 en 19.45
Gram. 19.50 Caus. 20.00 Voor de vrouw.
21.00 Klassieke muziek. 22.00 Nieuw».
22.15 Polyfone muziek. 22.55—23.00 Nws.
Puzzle no. 178.
Door viermaal één letter te vervan
gen door een andere, zodat steeds goed
Ned. woorden ontstaan en de letters on
derling van plaats verwisseld mogen
worden, verkrijgen wij bovenstaande
woordverandering.
Oplossing vorige puzzle
Horizontaal: 1. Profaan, 7. sleuf, 9. t.t.,
11. M.D., 12. onzin, 13. ere, 14. E.K., 15.
ar, 16. dot, 17. palet, 18. t.a., 20. la, 21.
Irene, 23. Naarden.
Verticaal: 2. Ontzetten, 3. as, 4. alm, 5.
Nederland, 6. offerte, 8. mondain, 10. tik, j
15. aal, 19. ana, 22. e.a.
Ingezonden Mededeling (adv.)
Krabben en peuteren maakt
de kwaal steeds erger. De
helder vloeibare D.D.D.
l&llMciG dringt diep ln de poriën door,
zuivert, ontsmet en geneest.
GENEESMIDDEL TEGEN "BT& Tk
HUIDAANDOENINGEN jgp.jjj MW BW
VLOEISTOF 1.20 BALSEM 1.50 ZEEP 0.90
bouwen of niet?
Een lezer vraagt ons wat hij het beste
kan doen: een huis kopen en laten
opknappen of nieuw laten bouwen;
verder vraagt hij zo van alles wat
met die bouwplannen en de finan
ciering hiervan verband houdt. Wij boot door de stille kreek tot het zand,
hebben hem een beetje teleurstellend en ze sprong er vlug uit en snelde
antwoord moeten geven, dat wij ook naar hem toe. Een zacht gekreun,
hier opnemen eenvoudig omdat ook toen ze hem trachtte te bewegen,
anderen die vragen wel eens stellen, deed haar weer opspringen. „Hij leeft
Dit is namelijk een kwestie, die zo nog!" riep ze tot haar oom, die de
gespecialiseerd is en zodanig van boot vastmaakte; ,,'t is jonker Dick
plaatselijke factoren afhangt en al- en hij is niet dood."
ierlei bijkomstige omstandigheden, Ze hield de hand boven de ogen om
dat wij niet anders kunnen doen dan over de glinsterende zee te zien, maar
verwijzen naar een bouwer. Derge- ze kon de ander niet ontdekken. In-
lijke plannen moet men met een vak- dien haar man in de boot was ge-
man opnemen en dan de financiering weest, dan was hij verloren. Maar nu
met de gemeente bespreken. En wat was Forse bij haar gekomen, en hjj
dat verbouwen van een oud huis boog zich over Richard; ze had geen
aangaat: kunt u zo'n oud huis vin- tijd meer om te denken aan de oude
den? En.kunt u de huurder er- man, wiens vrouw zij was geweest,
uit krijgen? Forse knielde neer en stak zijn arm
onder Richard, om hem een beetje op
moet de gemeente te ijchten, maar het leek wel, of dat
vergoeden? de bewusteloze veel pijn deed, zodat
Het geval doet zich voor, dat een ge- hij het naliet. Hij begreep, dat dit
meente een leeg gekomen huis van niet de bewusteloosheid was van een
een lezer vorderde. De lezer ging in drenkeling; hij moet ernstig letsel
verzet en verloor. Doch al met al hebben gekregen.
stond het huis bijna zes maanden „We moeten hem hoger op brengen",
leeg en de vraag is nu wie die strop zei Forse, „zo hoog mogelijk. Over drie
moet ietalen? Is de gemeente aan- uur komt de vloed. We kunnen hem
sprakelijk? Dat is lang niet zeker, le- niet naar de boot dragen, en we kun-
zer. Bij uitspraak van mei in een nen de boot niet dichter bij krijgen,
soortgelijk geval (de zaak diende We moeten hem hoger op het zand
voor de Rijksberoepscommissie Woon brengen, Lea, dat is het enige, wat wij
ruimtewet 1947 ressort Amsterdam), kunnen."
is beslist, dat de betrokken gemeente Het eiste al hun kracht, want Lea
niet behoefde op te komen voor de was uitgeput, en Forse was het dragen
huurschade. Dit overigens met de van zware lasten niet gewend. Richard
toevoeging, dat het niet behoefde, zelf was bewusteloos en kon niet mee-
omdat de gemeente zorgde direct na helpen, maar nu en dan kreunde hij,
de beslissing van gedeputeerde staten toen ze hem langzamerhand naar vei-
de woning te laten betrekken. Zou liger plaats vervoerden. Toen stonden
dus de gemeente na de beslissing ze elkaar radeloos aan te kijken. Wat
over de vordering de woning nog I moesten ze nu doen?
In een paar ogenblikken kwam de „Lea, mijn kind", zei Forse, „heb jevan de lage nis bromden de bijen. Ze
genoeg vertrouwen op God, om hier
met hem alleen te blijven, terwijl ik
terug roei om mannen te halen? Er
is nog tjjd in overvloed maar het zal
vreselijk voor je zijn, als Je niet op
God durft vertrouwen. Of zullen we
samen weggaan? Misschien is dat wel
beter, maar het zal vreselijk voor hem
zjjn, als hij ontwaakt en bemerkt, dat
hij alleen is. Want dan weet hy na-
tuuriyk niet, dat wy uit zijn om hulp
te halen."
„Ik biyf hier, ik kan hem niet ver
laten", zei Lea kortaf. Ze hielp haar
oom de boot in het water schuiven, en
keek er naar, hoe hy door het rustige
water van de kreek roeide, en toen,
voor hy bulten het bereik van haar
stem was, dacht ze na.
„Zeg, dat ze een bed gereed maken
voor jonker Dick", riep ze, „en dat ze
dokter Vye halen. Ga naar Rillage, dat
is dichter by Lowborough dan Her
ford".
„Ja, ja!" riep de oude Forse terug.
Langzaam keerde zy naar Richard
terug, en ze staarde op zyn doodsbleke
gelaat. Toen bukte ze en bedekte het
met haar zakdoek eensdeels om het
niet langer te zien, en tevens om het
te beschutten tegen de zonnestralen,
die nog helder schenen in de lage nis
van de rots, waar ze hem hadden ge
legd. Lea had eens een afbeelding ge
zien van een oosters graf, en de nis,
waarin Richard lag, deed haar aan zulk
een graf denken. Ze huiverde by die
gedachte, ondanks de warme zonne
schijn. Het was hier nog warm, want
de rots weerkaatste de zonnestralen en
het zand was heet en droog. De vliegen
gonsden in het rond, en boven het dak
ging op het zand zitten en voelde Ri
chards pols, die onregelmatig klopte.
Hy leefde dus nog.
Toen gingen haar gedachten naar
haar oude man, die ze enige uren ge
leden gezond en wel had verlaten. Hy
had haar gegroet met een spottende
opmerking, het enige wapen, dat hjj
had tegen haar en haar gezag, en zy
was de kamer uitgelopen, te loom om
hem te antwoorden. En nu zou ze nooit
meer zijn stem horen. Ze was niet
meer mevrouw Lynn van Rillage-Hof.
De erfgenaam zou komen en haar
wegzenden, en wat zou ze meekrijgen
Flauwtjes kwam die gedachte bij haar
op, nu weer, geiyk de gehele dag. Haar
huweiyk was een vergissing geweest,
en zy had haar eigen wil wel duur be
taald. God was haar tegengekomen.
Niet, dat ze geen spyt had over zijn
dood; integendeel, ze was er door ver
bluft, en ze was geen baas meer over
haar gedachten. Na een poosje echter
kwam ze overeind en ze liep heen en
weer langs de rotsen, die de smalle
streep zand begrensden. De zon was
juist in zee gezonken, maar ze kon het
rode licht nog tegen de rotsen op zien
kruipen en verdwynen in de grijze
schemering. Ook de zee was niet lang
blauw, maar kreeg een bleekgrijze
kleur. Zodra de zon weg was, begon
het koud te worden, en het schuim op
de rif leek wel sneeuw. Wanneer nu
haar oom ook eens tegen de rotsen
verpletterd was gelijk de andere boot.
Het was al zo lang geleden, dat hij
weggeroeid was. Over een paar uur
zou de vloed deze gehele inham vul
len, ook de nis, waarin jonker Dick
lag- (Wordt vervolgd)
Uiti.ft.fiaad teqen
(inie.lo.fien,
Ds. G. P. Hartveld steekt in „Kerk en
Gezin", orgaan van de Geref. Kerk te
Assen, de draak met het feit, dat op een
Geref. classisvergadering in het Westland
de „druivenprinses" officieel is ontvan
gen. H(j zegt o.a.:
Wat we in onze tijd beslist nodig had
den, was een duidelijke uitspraak van
een kerkelijke vergadering tegen allo
mensen die nogal argwanend spreken
over al die dingen van onze tijd, waar
koninginnen en prinsessen aan te pas
komen. Zulke mensen heb je warempel
nog, die om de een of andere reden wat
hebben tegen de moderne prinses en do
moderne koningin: als daar zijn: kaas
prinsessen en kaas-koninginnen; drui-
venprinsessen en druiven-koninginnen;
bloemen-prinsessen en bloemen-koningin-
gen; schoonheids-prinsessen en schoon
heids-koninginnen.
't Is een kniesoor die daartegen nog
wat bezwaren zou kunnen hebben. Te
meer, omdat hier toch wel kennelijk
doorwrochte exegese aan ten grondslag
gelegd kan worden. Wat zegt de Bijbel
tenslotte ook niet over het bedenken van
al wat liefeiyk is, en wèl luidt.
ïlaq iieedi Ln de iteiqefii
Het volgende vertelt de Baptistenpre
dikant F. E. Huizenga van Hengelo in
„De Christen":
De telefoon riep mij luidkeels naar be
neden en daar stond ik dus met het luis
ter- en spreekapparaat aan mijn gezicht.
Dat ik zou komen spreken in de Koek-
stad in een oecumenische kerkdienst en
of ik het onderwerp kon meedelen. Dan
draait opeens je verstand op hoogste
toerentallen, je schakelt aan allerlei
handles als een zondagsruiter die voor
het eerst in een auto zit en op een hel
ling moet stoppen en starten. Ik stond
met een brief in de hand, starend op het
adres en op de postzegel, die we hier al
eens eerder bekeken; die van Europa, in
steigers. Daar lag het onderwerp en met
een zond ik over: De kerk in de steigers.
Dat klonk zo interessant. Maar nu 7it
ik met die kerk in steigers.
Europa in de steigers. Ja, dat moet
wel. Daar ligt ten oosten van ons het
nieuwe, machtige Rusland. Ten westen
machtig en zelfbewust Amerika. Verweg
in het zuidoosten India. Maar de Euro
peanen leven nog in de tijd van Hoekse
en Kabeljauwse twisten. Met andere
woorden: die vechten onderling en ver
zwakken steeds meer. Dat daagt nu zo
langzamerhand bij deze volken en, onder
de druk der omstandigheden, gaan ze
elkaar opzoeken. De situatie drijft hen te
zamen. Zag ik al telefonerende zo de
kerk dezer dagen?
HuUhameli hooq.fio.mden
In de „Rijnlandse Kerkbode" voert ds.
B. Oosterhoff, Geref. predikant te Lei-
muiden een pleidooi voor de herwaarde
ring van de huiskamer. Wij lezen:
In vergelijking met andere volken
neemt de huiskamer in ons land nog een
grote plaats in. En misschien moet wel
gezegd worden dat de huiskamer over het
algemeen in kerkelijke kringen nog meer
in ere is dan in niet- kerkelijke kringen.
Grote mensen uit ons eigen kerkelijk
leven hebben de waarde van die huiska
mer gezien. Bavinck schreef zijn boek
„Het christelijke huisgezin". Kuyper gaf
een bundel overdenkingen uit „Als ge in
uw huis zit". Twee veelgelezen boeken in
dertijd.
Gereformeerden zijn vanouds echt men
sen van de huiskamer. Dat had misschien
een schaduwzijde: het gevaar van be
krompenheid. Maar het had veel licht
zijden. We moeten onze huiskamer vooral
hoog houden. Onze huiskamer moet de
plek zijn waar we als man en vrouw, als
ouders en kinderen heel graag zijn.
ö.ft een hcuifye
Ds. G. Aalbersberg te Vlaardingen
biecht ln het Gereformeerde orgaan
Belijden en Beleven" het volgende op:
Vanmorgen heb ik in het park geze
ten. Het is maar het beste daar eerlijk
voor uit te komen. Ik kon, met déze
zon aan déze hemel, de verleiding een
voudig niet weerstaan. Misschien mag
als verzachtende omstandigheid gelden,
dat lk op dat bankje niet langer dan
twintig minuten gezeten heb en dat
mijn domineesgeweten in die twintig
minuten te keer ging als een ketting
hond.
Ik dacht aan zoveel ijveriger colle-
ga's, die op dit moment misschien ge
spannen zaten te luisteren naar het le
zen van de notulen van een vorige clas
sisvergadering ergens ln een donke
re consistorie. Aan andere die mis
schien al weer een paar uur lang met
gefronste wenkbrauwen en dito zielen,
in Barth waren ondergedoken aan
nog anderen, die al weer met een zuch
tend hart en verveeld gemoed reuze-
opwekkende stukjes zaten te schrijven
voor de volgende kerkbode.
Dat Hij 'n dominee, die nóóit klaar
komt, de euvele moed geeft twintig mi
nuten lang naar het werk Zijner handen
te gaan zitten kijken. Op een bankje in
een. parkWat een stijl wat een
góddelijke stijl!