„Aanranding" te Zierikzee twee eeuwen geleden m -ftOFDp/iu 0 GD 0 E E Het verwisselde testament PUZZLE c. UIT DE KERKEN JBte ïladia fabengt U Pagina 4 VANDAAG EENS OUD ENGELS VERHAAL Maandag 12 november 1956 ZEEIIWSCH DAGBTAD Uit het leven van Pieter Mogge Een „landverrader" in de gevangenis Juist 200 jaar geleden, op 6 no vember 1756, stierf Pieter Mog ge, heer van Renesse en Drei- schor. Een bekwaam staatsman, bovendien aardig rijk. Zoals het meer gaat bij sterfgevallen was er ook een testament. Het was geen „verwisseld testament", zoals in het feuilleton in ons blad, maar ik zou het willen noemen een vreemd testament. Het vreemde ervan be grijpen we pas goed, als we enkele jaren teruggaan in de geschiedenis, toen er een aanranding plaats had. Een wel wat vreemde combinatie: een aanranding en een testament, het lijkt wel een detectiveverahal! Laten wij bij het begin beginnen: dat is de aanranding. Maar eerst iets over het leven van deze Pieter Mogge. In 1698 werd hij te Zierikzee uit een aanzienlijk geslacht geboren. Na zijn stu die in de rechten aan de universiteit te Leiden en zijn promotie vestigde hij zich in zijn geboorteplaats. Verscheiden jaren is hij daar burgemeester geweest. Zijn bekwaamheid als staatsman werd spoedig bekend buiten het afgelegen Schouwen. Hij werd buiten Zeeland tot gewichtiger ambten dan burgemeester van een klein provinciestadje. Eerst werd hij lid van de Generaliteits-rekenkamer in Den Haag. Iedere provincie van de Re publiek benoemde daarvoor twee perso nen. Voor Zeeland werd Mr. Pieter Mog ge één van de twee afgevaardigden, wel een bewijs, dat hij meer dan middelmatige talenten bezat. Enkele jaren later werd hij lid van de Staten-Generaal. In die kwaliteit heeft hij zich o.a. verdienstelijk gemaakt bij het sluiten van een handelsverdrag met de koning der beide Siclliën, een knap stuk werk van staatsmanswijs heid. Meestal vertoefde hij in Den Haag en slechts nu en dan bezocht hij Zierikzee. Dit was ook het geval in 1747, een belang rijk jaar in onze geschiedenis. Het jaar 1747 Sinds 1702 hadden we geen stadhouder meer. De regenten in de steden vonden dat wel goed, ze regeerden daar als kleine dictators, zorgden ervoor, dat zij de beste baantjes kregen en daarbij vergaten ze hun familieleden niet. Het gewone volk kreeg er meer dan genoeg van en in 1747 werd er een nieuwe stadhouder uitgeroe pen. In Veere begon het en weldra volg den de andere steden uit Zeeland en die van Holland. Onze nieuwe stadhouder was de Friese stadhouder Willem Karei Hendrik Friso, die nu als Willem IV over alle gewesten werd uitgeroepen. Zo rustig als ik dit hier neerschrijf, ging het echter niet overal. In tal van plaatsen hadden er relletjes plaats. Zo ook in Zie rikzee. Daar kwam het tot oproer en werden de huizen van de staatsgezinde regenten geplunderd. Ook voor de woning van Mr. Pieter Mogge liep het volk te hoop, maar er gebeurde verder niets, want de bewoner was niet thuis. De aanranding Daar verspreidt zich het gerucht, dat luj op weg is naar Zierikzee. Het is geen vals gerucht, want Pieter Mogge is inder daad op reis naar zijn geboortestad. In Den Haag heeft hij van de verheffing van Willem IV tot stadhouder in Zeeland ge hoord en hij besluit naar zijn vaderstad te gaan om zich nader op de hoogte te stellen van wat hij vernomen heeft. Als hy echter van het Rotterdamse beurtschip aan wal stapt, wordt hij alles behalve vriendelijk ontvangen door zijn stadgenoten. Hy wordt er n.1. voor aan gezien, dat hij anti-Oranjegezind is, dat hi! de verheffing van de Prins wil tengen- honden. Zeeuwse Wandelingen Het opgewonden volk stelt hem op één lijn met de gehate staatsgezinde regenten- kliek. Aan scheldwoorden geen gebrek. Toen kende men ook al het woord land verrader en het galmt over de kade van Zierikzee. Men ontneemt hem zijn degen, rukt zijn hoed van het hoofd en steekt er een oranjelint op. Misschien zou hij het er niet levend afgebracht hebben, wanneer een officier van de wacht hem niet be schermd had. „Naar de gevangenis met hem!" loeit het wraakzuchtig gepeupel. Bij gebrek aan een „fatsoenlijke" gevangeniswagen laadt men hem op de stadsvuilniskar. Om geven door een joelende menigte als ere wacht wordt hij met dit welriekende ver voermiddel naar de gevangenis (het He renlogement) gereden. Ruim een maand heeft hij in de nor ge zeten, waarschijnlijk onschuldig. De be schuldiging van anti-Oranjegezindheid kon niet bewezen worden. Evenmin de bewering van zijn vijanden, dat hij tegen de verheffing van de Prins tot stadhou der was. Op 2 juni brengt de nieuwe stadhouder een bezoek aan Zierikzee. Vanuit Leeu warden heeft hij reeds een publikatie aan de Zeeuwse gemeenten gezonden, waarin hij aanspoorde tot rust. Als de woelingen echter aanhouden, gaat hij zelf naar Zeeland. Pieter Mogge wordt dade lijk uit zijn gevangenschap bevrijd en in ere hersteld. Waar zijn nu zijn beschuldi gers? We horen er niet meer van. Hij keert terug naar Den Haag en vat zijn werk als lid van de Staten-Gene raal weer op. Zijn woning in Zierikzee verhuurt hij, daar wil hij nooit meer terugkomen. Was het wonder? Dat is dus over de aanranding. In het volgend artikel gaan we zijn testament openen. L. v. W. aan welke kant men staat. Men kan alle dingen van verschillende kanten bezien, doch de meeste men sen zien ze alleen van hun zijde. Een ander heeft altijd de schuld. „Geen mens en ziet zijn eigen bult", zeide Jacob Cats. Men kan fulmine ren tegen de maatregelen op afbeta ling, gezien van de zijde van de han del en het bestaan van een bult ont kennen. Wij staan aan de andere zijde en krijgen met die bult constant te maken. Een jongeman, geestelijk en lichame lijk zeer zwak, is gehuwd, heeft een kind en slechts 60.inkomen. Hij is meer ziek dan gezond. Een radio handelaar praat hem een televisie toestel aan. Hij tekent, natuurlijk en het ding komt er. Gebruikt heeft hij het nooit, want hij kan er niet mee om gaan. Doch het ding staat er. De jongeman wordt weer overspannen en gaat enige tijd naar een inrich ting. Er wordt een tweede kind ge- enige tijd leeg hebben laten staan, dan zou over die periode wel een vergoeding verplicht zijn geweest. de antennes. In uw huurcontract staat uitdrukkelijk, dat voor het plaatsen van antennes de toestemming van de eigenaar van het pand nodig is. Nu die eigenaar de toestemming afhankelijk stelt van een waarborgsom van 50,—, zult u hieraan moeten voldoen. Alleen wan neer er in een contract niets over antennes of zo wordt gezegd, kan de eigenaar het o.i. niet verhinderen. medisch. Lezeres, wij onthouden ons strikt van alles wat ligt op het terrein van de arts. Daarom raden wij u ook aan om met de baby naar de arts te gaan, of een consultatiebureau (gaat u daar nooit heen?). De arts zal dan die huidvlekken moeten bekijken. de compagnon. boren. Zijn oude baas neemt hem na Enige jaren geleden heb ik samen met genezing weer voor (zeer eenvoudig) werk terug. Maar iedere week wordt I van de 60,10,afgehouden voor de televisie Verkoopt hij het ding, vóórdat het I is afbetaald, dan draait hij ook de gevangenis nog in. Wij konden maar èèn advies geven: dat laten wij hier niet afdrukken. Maar laat men ons nooit zeggen, dat er geen misstanden zijn. De minimum-aanbetaling kun nen wij alleen maar een pracht-re- geling vinden. Maar ja.wij staan misschien aan I de verkeerde zijde, als maar op die bult te kijken. beroep. Jammer, dat ouders kinderen nog al tijd een beroep willen opdringen, waarvoor die kinderen niets voelen. Sommige ouders althans. Die verge ten, dat men in een beroep kan op gaan en kan ondergaan. Waarom een kind in een richting te dwingen, waar het juist door de dwang meer kans heeft in onder dan in op te gaan? Dit nog afgezien van het feit, een compagnon een bedrijf opgericht, welk bedrijf werkelijk uitstekend gaat. Nu is mijn compagnon een be langrijke betrekking aangeboden en hij heeft die aanvaard. Hij deelt mij mede een plaatsvervanger te zoeken, die zijn aandeel overneemt en die dan voortaan mijn compagnon zal zijn. Maar moet ik nu zomaar iemand aan vaarden als compagnon, waar ik ver der helemaal niets van weet en waar ik misschien niets voor voel? Wij zouden allereerst de overeen komst, die tussen beiden is gemaakt, moeten kennen. Maar ook zonder die wetenschap kunnen wij wel als zeker aannemen, dat men heus niet zomaar een compagnon kan aanwijzen. Ten slotte komt het toch hierop neer, dat u met die nieuwe relatie een over eenkomst zult moeten aangaan. Tot het aangaan van die overeenkomst zal men u, naar onze mening, vrij ze ker niet kunnen verplichten, doch wij zeggen dit onder het hierboven ge maakte voorbehoud. DE AFBETALING. Ingezonden Mededelingen (adv.) V heeft een krachtig* pijnstil* lende werking, die blijkens recente onderzoekingen ook niet door combinaties met andere stoffen kan worden verhoogd. Elk Aspirin*)-eablec is voorzien van het merk h«t symbool van vertrouwen Er bestaat geen Aspirin*)-ronder Bayerkruls Gedeponeerd handelsmerk kocht. Ze is nu weggegaan en daar door krijg IE dis kwitanties. Maar moet ik dat nu maar allemaal beta len? Een vrouw kan zonder bijstand van de man geen afbetalingscontrac ten sluiten, dat gaat niet. Wi) raden u dan ook aan om die firma te be richten, dat u van die contracten niets bekend Is en dat u niet van plan is te betalen. Als u het antwoord heeft ontvangen, moet u eventueel maar even een advocaat in de arm nemen (dat hangt natuurlijk van het ant woord zelf af). Wat de morele zijde van de zaak aangaat (lezer vraagt of hij moreel verplicht is dit te doen) het volgende: dat afbetalingsbedrijf weet zeer goed, dat de handtekening van de man verplicht is. Indien men deze doelbewust passeert, moet men de gevolgen hiervan ook dragen. strafregister. Het is inderdaad de bedoeling, dat bin nenkort een andere regeling wordt getroffen en het strafblad na ver loop van tijd zal verdwijnen. Dat KAN bij emigratie nuttig zijn. Het zou verdwijnen na voer jaar of bij gevangenisstraf dan wel rijkswerkin richting, na acht jaar plus de straf tijd. Het „bewijs van goed gedrag'' gaat dan heten „verklaring omtrent het gedrag". Thaot niet ymmee£.' Eén der predikanten van Groningen, dr. W. Sikken, vraagt zich in het Hervormd weekblad „De Gereformeerde Kerk" af, of wij in het na-christelijke tijdperk aange land zijn. Met een menigte voorbeelden toont hij aan, dat de kerk al minder ge hoor vindt. WU citeren: Allerlei christelijke en kerkelijke activi teit is stellig goed bedoeld. Maar al die commissies? En die vergaderingen? En de stunts? Ik zie iets van: hoe luider de kerk uit haar venster roept, hoe minder de man in de straat luistert. Ik heb een hond; en een hondenboek, dat zijn geld alleen al waard is omdat het zegt: „Baas, maak je stem niet goedkoop." Wie aldoor tegen z'n hond praat, vindt bij het dier geen gehoor meer. Trouwens, wie almaar tot zijn vrouw spreekt Natuurlijk moet het Evangelie gepre dikt. Maar is de prediking niet te veel ge mechaniseerd, lopende band-werk gewor den, een industrie? Het geestelijke laat zich eenvoudig niet industrialiseren! Ik sla het kerkblad open van een Hervormde Gemeente in een middelgrote stad: a.s. zondag een twintigtal kerkdiensten. On geveer 3.000 kerkgangers zullen daar ko men, dus 150 200 per dienst, in soms zeer grote gebouwen. Zou het niet wat economischer kunnen en dus moeten? En is ieder van die vele preken wel altijd Evangelie? Is het de schuld van de man, die aan de lopende band preken moet? Het is een andere zaak op de ach terste bank in de kerk te zitten, een cent in elk zakje te doen, daarvoor het „recht' te hebben tot het vonnis: ,,het Evangelie is rijker dan deze dominee ons nu laat merken," dan zondag aan zondag het Woord zelf te moeten brengen. Niets schaadt de goede zaak der kerk meer dan de „kritiek". Paulus waarschuwde tegen: elkander bijten en vereten. Hoe meer on zer weinige overgeblevene kerkgangers die waarschuwing in hun oren knopen, hoe meer kerkgangers er zullen komen. Want buiten de kerk, zonder God, is het, in de wereld, ook „niet alles". Uoemeet tfyc moLO.fi S.o-dó fiijfc 't Aan een Duits blad ontleent de Vrije Evangelische predikant ds. J. Ener in „Ons Orgaan" een berekening, die hier volgt met commentaar van ds. Enter: Op onze leeftijd van 70 jaar heeft een mens ongeveer 25 jaar geslapen; 6 jaar gegeten; 4 jaren zich aan-, uit- en omgekleed; 3 jaren gewacht op tram, bus of trein; 3 jaren zich gewassen en gekamd; 2 jaren met wachten in winkels en kan toren doorgebracht; 1 jaar brieven geschreven; 44 jaren samen! Van de 70 jaren blijven er dan nog 26 jaren over, waarin natuurlijk gearbeid werd. Maar daar zit natuurlijk nog een heel stuk „verloren tijd" in. Wij hebben het tegenwoordig zo druk, dat we nergens meer tijd voor hebben. Vooral geen tijd voor de dingen van het koninkrijks Gods. Bidstond, kerkgang, ca techisatie, vereniging, de helpende hand uitsteken? 't Spijt me, maar ik heb heus geen tijd! Wat is inderdaad tegenwoordig het le ven druk en gejaagd. Maar ondanks al het roepen van „geen tijd", blijft er zo veel „verloren tijd" over. Nog altijd be staat het grote probleem van de vrije tijdsbesteding. Wat wordt er al niet uit gedacht om „de tijd kapot te krijgen". dat het de opgedrongen richting vaak Zonder dat ik het wist heeft mijn vrouw toch verlaat en dan een heel ver keerde kant opgaat. Waarom dan de moderne methode niet te benutten en te laten testen? U merkt, mevrouw, dat wij uw zienswijze niet delen en aan de kant van uw jongen staan. bepaalde goederen op afbetaling ge- DINSDAG 13 NOVEMBER HILVERSUM I (402 m.) K.R.O.: 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.45 Morgengebed en liturgische kalender. 8.00 Nieuws en weer berichten. 8.15 Gram. 8.50 Voor de vrouw. 9.35 Waterstanden. 9.40 Lichtbaken, caus. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Gram. 10.30 Schoolradio. 11.00 Voor de vrouw. 11.30 Gram. 11.50 Als de ziele luistert, caus. 12.00 Angelus. 12.03 Gram. 12.15 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinbouw- mededelingen. 12.33 Metropole orkest. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en Kath. nieuws. 13.20 Dansmuziek. 13.50 Gram. 14.00 Schoolradio. 14.20 Gram. 14.30 Voor de plattelandsvrouwen. 14.40 Cabaret. 16.00 Voor de zieken. 16.30 Ziekenlof. 17.00 Voor de jeugd. 17.40 Koersen. 17.45 Rege ringsuitzending: Nederland en de We reld: Mr. J. Prins: Nederland en de zeescheepvaart. 18.00 Lichte muziek. 18.20 Sportpraatje. 18.30 R.V.U.; Dr. H. Groot: Hoe oud is de wereld en hoe weten we dat? 19.00 Nieuws. 19.10 Gram. 19.15 Uit het Boek der Boeken. 19.30 Gram. 20.30 Act. 20.45 De gewone man. 20.50 Gram. 21.00 Mozartprogramma. 21.55 Kampvuren langs de evenaar-, caus. 22.15 Lichte muziek. 22.30 Gram. 22.40 Wereld kampioenschappen dammen 1956. 22.45 Avondgebed en liturgische kalender. 23.00 Nieuws. 23.1524.00 Gram. of damber. HILVERSUM H (298 m) A.V.R.O.: 7.00 Nieuws. 7.10 Gym. 7.20 Gram. V.P.R.O.: 7.50 Dagopening. A.V.R.O.: 8.00 Nieuws. 8.15 Gram 9.00 Gym. 9.10 Voor de vrouw. 9.15 Gram. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Gr. 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Lichte mu ziek. 11.30 Sopr. en piano. 11.50 Gram. 12.00 Lichte muziek. 12.30 Land- en tuin- bouwmededelingen. 12.33 Promenade-ork. 13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen of gram. 13.20 Promenade-ork. 13.55 Koersen. 14.00 Gram. 14.40 Schoolradio. 15.00 Voor de vrouw. 15.30 Pianovoordracht. 16.00 Orgel en zang. 16.30 Voor de jeugd. 17,30 Nieu we gram. 18.00 Nieuws. 18.15 Pianospel. 18.30 Voor de jeugd. 18.40 Lichte muziek. 18.55 Paris vous parle. 19.00 Voor de kin deren. 19.05 Amateurprogramma. 19.45 Toneelbeschouwing. 20.00 Nieuws. 20.05 Gevar. programma. 22.15 De Antwoord man. 22.30 Orgelconcert. 22.55 Ik geloof, dat23.00 Nieuws. 23.15 Koersen v. New York. 23.17 Journ. 23.3523.55 Gram. BRUSSEL (324 m.) 12.00 Gram. 12.30 Weerberichten. 12.34 Gram. (Om 12.55 Koersen). 13.00 Nieuws. 13.11 Gram. 14.00 Schoolradio. 15.45 Gram. 16.00 Koersen. 16.02 Orgel en piano. 16.30 Gram. 17.00 Nieuw». 17.10 Ork. eonc. 17.45 Boekbespr. 18.00 De jeugd musiceert. 18.30 Voor de soldaten. 19.00 Nieuws. 19.40 en 19.45 Gram. 19.50 Caus. 20.00 Voor de vrouw. 21.00 Klassieke muziek. 22.00 Nieuw». 22.15 Polyfone muziek. 22.55—23.00 Nws. Puzzle no. 178. Door viermaal één letter te vervan gen door een andere, zodat steeds goed Ned. woorden ontstaan en de letters on derling van plaats verwisseld mogen worden, verkrijgen wij bovenstaande woordverandering. Oplossing vorige puzzle Horizontaal: 1. Profaan, 7. sleuf, 9. t.t., 11. M.D., 12. onzin, 13. ere, 14. E.K., 15. ar, 16. dot, 17. palet, 18. t.a., 20. la, 21. Irene, 23. Naarden. Verticaal: 2. Ontzetten, 3. as, 4. alm, 5. Nederland, 6. offerte, 8. mondain, 10. tik, j 15. aal, 19. ana, 22. e.a. Ingezonden Mededeling (adv.) Krabben en peuteren maakt de kwaal steeds erger. De helder vloeibare D.D.D. l&llMciG dringt diep ln de poriën door, zuivert, ontsmet en geneest. GENEESMIDDEL TEGEN "BT& Tk HUIDAANDOENINGEN jgp.jjj MW BW VLOEISTOF 1.20 BALSEM 1.50 ZEEP 0.90 bouwen of niet? Een lezer vraagt ons wat hij het beste kan doen: een huis kopen en laten opknappen of nieuw laten bouwen; verder vraagt hij zo van alles wat met die bouwplannen en de finan ciering hiervan verband houdt. Wij boot door de stille kreek tot het zand, hebben hem een beetje teleurstellend en ze sprong er vlug uit en snelde antwoord moeten geven, dat wij ook naar hem toe. Een zacht gekreun, hier opnemen eenvoudig omdat ook toen ze hem trachtte te bewegen, anderen die vragen wel eens stellen, deed haar weer opspringen. „Hij leeft Dit is namelijk een kwestie, die zo nog!" riep ze tot haar oom, die de gespecialiseerd is en zodanig van boot vastmaakte; ,,'t is jonker Dick plaatselijke factoren afhangt en al- en hij is niet dood." ierlei bijkomstige omstandigheden, Ze hield de hand boven de ogen om dat wij niet anders kunnen doen dan over de glinsterende zee te zien, maar verwijzen naar een bouwer. Derge- ze kon de ander niet ontdekken. In- lijke plannen moet men met een vak- dien haar man in de boot was ge- man opnemen en dan de financiering weest, dan was hij verloren. Maar nu met de gemeente bespreken. En wat was Forse bij haar gekomen, en hjj dat verbouwen van een oud huis boog zich over Richard; ze had geen aangaat: kunt u zo'n oud huis vin- tijd meer om te denken aan de oude den? En.kunt u de huurder er- man, wiens vrouw zij was geweest, uit krijgen? Forse knielde neer en stak zijn arm onder Richard, om hem een beetje op moet de gemeente te ijchten, maar het leek wel, of dat vergoeden? de bewusteloze veel pijn deed, zodat Het geval doet zich voor, dat een ge- hij het naliet. Hij begreep, dat dit meente een leeg gekomen huis van niet de bewusteloosheid was van een een lezer vorderde. De lezer ging in drenkeling; hij moet ernstig letsel verzet en verloor. Doch al met al hebben gekregen. stond het huis bijna zes maanden „We moeten hem hoger op brengen", leeg en de vraag is nu wie die strop zei Forse, „zo hoog mogelijk. Over drie moet ietalen? Is de gemeente aan- uur komt de vloed. We kunnen hem sprakelijk? Dat is lang niet zeker, le- niet naar de boot dragen, en we kun- zer. Bij uitspraak van mei in een nen de boot niet dichter bij krijgen, soortgelijk geval (de zaak diende We moeten hem hoger op het zand voor de Rijksberoepscommissie Woon brengen, Lea, dat is het enige, wat wij ruimtewet 1947 ressort Amsterdam), kunnen." is beslist, dat de betrokken gemeente Het eiste al hun kracht, want Lea niet behoefde op te komen voor de was uitgeput, en Forse was het dragen huurschade. Dit overigens met de van zware lasten niet gewend. Richard toevoeging, dat het niet behoefde, zelf was bewusteloos en kon niet mee- omdat de gemeente zorgde direct na helpen, maar nu en dan kreunde hij, de beslissing van gedeputeerde staten toen ze hem langzamerhand naar vei- de woning te laten betrekken. Zou liger plaats vervoerden. Toen stonden dus de gemeente na de beslissing ze elkaar radeloos aan te kijken. Wat over de vordering de woning nog I moesten ze nu doen? In een paar ogenblikken kwam de „Lea, mijn kind", zei Forse, „heb jevan de lage nis bromden de bijen. Ze genoeg vertrouwen op God, om hier met hem alleen te blijven, terwijl ik terug roei om mannen te halen? Er is nog tjjd in overvloed maar het zal vreselijk voor je zijn, als Je niet op God durft vertrouwen. Of zullen we samen weggaan? Misschien is dat wel beter, maar het zal vreselijk voor hem zjjn, als hij ontwaakt en bemerkt, dat hij alleen is. Want dan weet hy na- tuuriyk niet, dat wy uit zijn om hulp te halen." „Ik biyf hier, ik kan hem niet ver laten", zei Lea kortaf. Ze hielp haar oom de boot in het water schuiven, en keek er naar, hoe hy door het rustige water van de kreek roeide, en toen, voor hy bulten het bereik van haar stem was, dacht ze na. „Zeg, dat ze een bed gereed maken voor jonker Dick", riep ze, „en dat ze dokter Vye halen. Ga naar Rillage, dat is dichter by Lowborough dan Her ford". „Ja, ja!" riep de oude Forse terug. Langzaam keerde zy naar Richard terug, en ze staarde op zyn doodsbleke gelaat. Toen bukte ze en bedekte het met haar zakdoek eensdeels om het niet langer te zien, en tevens om het te beschutten tegen de zonnestralen, die nog helder schenen in de lage nis van de rots, waar ze hem hadden ge legd. Lea had eens een afbeelding ge zien van een oosters graf, en de nis, waarin Richard lag, deed haar aan zulk een graf denken. Ze huiverde by die gedachte, ondanks de warme zonne schijn. Het was hier nog warm, want de rots weerkaatste de zonnestralen en het zand was heet en droog. De vliegen gonsden in het rond, en boven het dak ging op het zand zitten en voelde Ri chards pols, die onregelmatig klopte. Hy leefde dus nog. Toen gingen haar gedachten naar haar oude man, die ze enige uren ge leden gezond en wel had verlaten. Hy had haar gegroet met een spottende opmerking, het enige wapen, dat hjj had tegen haar en haar gezag, en zy was de kamer uitgelopen, te loom om hem te antwoorden. En nu zou ze nooit meer zijn stem horen. Ze was niet meer mevrouw Lynn van Rillage-Hof. De erfgenaam zou komen en haar wegzenden, en wat zou ze meekrijgen Flauwtjes kwam die gedachte bij haar op, nu weer, geiyk de gehele dag. Haar huweiyk was een vergissing geweest, en zy had haar eigen wil wel duur be taald. God was haar tegengekomen. Niet, dat ze geen spyt had over zijn dood; integendeel, ze was er door ver bluft, en ze was geen baas meer over haar gedachten. Na een poosje echter kwam ze overeind en ze liep heen en weer langs de rotsen, die de smalle streep zand begrensden. De zon was juist in zee gezonken, maar ze kon het rode licht nog tegen de rotsen op zien kruipen en verdwynen in de grijze schemering. Ook de zee was niet lang blauw, maar kreeg een bleekgrijze kleur. Zodra de zon weg was, begon het koud te worden, en het schuim op de rif leek wel sneeuw. Wanneer nu haar oom ook eens tegen de rotsen verpletterd was gelijk de andere boot. Het was al zo lang geleden, dat hij weggeroeid was. Over een paar uur zou de vloed deze gehele inham vul len, ook de nis, waarin jonker Dick lag- (Wordt vervolgd) Uiti.ft.fiaad teqen (inie.lo.fien, Ds. G. P. Hartveld steekt in „Kerk en Gezin", orgaan van de Geref. Kerk te Assen, de draak met het feit, dat op een Geref. classisvergadering in het Westland de „druivenprinses" officieel is ontvan gen. H(j zegt o.a.: Wat we in onze tijd beslist nodig had den, was een duidelijke uitspraak van een kerkelijke vergadering tegen allo mensen die nogal argwanend spreken over al die dingen van onze tijd, waar koninginnen en prinsessen aan te pas komen. Zulke mensen heb je warempel nog, die om de een of andere reden wat hebben tegen de moderne prinses en do moderne koningin: als daar zijn: kaas prinsessen en kaas-koninginnen; drui- venprinsessen en druiven-koninginnen; bloemen-prinsessen en bloemen-koningin- gen; schoonheids-prinsessen en schoon heids-koninginnen. 't Is een kniesoor die daartegen nog wat bezwaren zou kunnen hebben. Te meer, omdat hier toch wel kennelijk doorwrochte exegese aan ten grondslag gelegd kan worden. Wat zegt de Bijbel tenslotte ook niet over het bedenken van al wat liefeiyk is, en wèl luidt. ïlaq iieedi Ln de iteiqefii Het volgende vertelt de Baptistenpre dikant F. E. Huizenga van Hengelo in „De Christen": De telefoon riep mij luidkeels naar be neden en daar stond ik dus met het luis ter- en spreekapparaat aan mijn gezicht. Dat ik zou komen spreken in de Koek- stad in een oecumenische kerkdienst en of ik het onderwerp kon meedelen. Dan draait opeens je verstand op hoogste toerentallen, je schakelt aan allerlei handles als een zondagsruiter die voor het eerst in een auto zit en op een hel ling moet stoppen en starten. Ik stond met een brief in de hand, starend op het adres en op de postzegel, die we hier al eens eerder bekeken; die van Europa, in steigers. Daar lag het onderwerp en met een zond ik over: De kerk in de steigers. Dat klonk zo interessant. Maar nu 7it ik met die kerk in steigers. Europa in de steigers. Ja, dat moet wel. Daar ligt ten oosten van ons het nieuwe, machtige Rusland. Ten westen machtig en zelfbewust Amerika. Verweg in het zuidoosten India. Maar de Euro peanen leven nog in de tijd van Hoekse en Kabeljauwse twisten. Met andere woorden: die vechten onderling en ver zwakken steeds meer. Dat daagt nu zo langzamerhand bij deze volken en, onder de druk der omstandigheden, gaan ze elkaar opzoeken. De situatie drijft hen te zamen. Zag ik al telefonerende zo de kerk dezer dagen? HuUhameli hooq.fio.mden In de „Rijnlandse Kerkbode" voert ds. B. Oosterhoff, Geref. predikant te Lei- muiden een pleidooi voor de herwaarde ring van de huiskamer. Wij lezen: In vergelijking met andere volken neemt de huiskamer in ons land nog een grote plaats in. En misschien moet wel gezegd worden dat de huiskamer over het algemeen in kerkelijke kringen nog meer in ere is dan in niet- kerkelijke kringen. Grote mensen uit ons eigen kerkelijk leven hebben de waarde van die huiska mer gezien. Bavinck schreef zijn boek „Het christelijke huisgezin". Kuyper gaf een bundel overdenkingen uit „Als ge in uw huis zit". Twee veelgelezen boeken in dertijd. Gereformeerden zijn vanouds echt men sen van de huiskamer. Dat had misschien een schaduwzijde: het gevaar van be krompenheid. Maar het had veel licht zijden. We moeten onze huiskamer vooral hoog houden. Onze huiskamer moet de plek zijn waar we als man en vrouw, als ouders en kinderen heel graag zijn. ö.ft een hcuifye Ds. G. Aalbersberg te Vlaardingen biecht ln het Gereformeerde orgaan Belijden en Beleven" het volgende op: Vanmorgen heb ik in het park geze ten. Het is maar het beste daar eerlijk voor uit te komen. Ik kon, met déze zon aan déze hemel, de verleiding een voudig niet weerstaan. Misschien mag als verzachtende omstandigheid gelden, dat lk op dat bankje niet langer dan twintig minuten gezeten heb en dat mijn domineesgeweten in die twintig minuten te keer ging als een ketting hond. Ik dacht aan zoveel ijveriger colle- ga's, die op dit moment misschien ge spannen zaten te luisteren naar het le zen van de notulen van een vorige clas sisvergadering ergens ln een donke re consistorie. Aan andere die mis schien al weer een paar uur lang met gefronste wenkbrauwen en dito zielen, in Barth waren ondergedoken aan nog anderen, die al weer met een zuch tend hart en verveeld gemoed reuze- opwekkende stukjes zaten te schrijven voor de volgende kerkbode. Dat Hij 'n dominee, die nóóit klaar komt, de euvele moed geeft twintig mi nuten lang naar het werk Zijner handen te gaan zitten kijken. Op een bankje in een. parkWat een stijl wat een góddelijke stijl!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1956 | | pagina 4