Europeanen leven niet langer rustig
in
Egypt
nieuwe ouderdomswet
Achtenveertigste „Ornithophilia
groter dan ooit tevoren
Uit het land van Nasser (X)
Bestelling op een „goede serie
artikelen"
Zorgen over verzwakking van
reformatorisch besef
Chr, Geref. ouderlingen
confereerden
Stijgende uitvoer van
kippen en eieren
Uitkeringen wegens
oorlogsschade
MEER LICHT OVER DE
In vragen en antwoorden
Frans vliegtuig moest
op Cyprus landen
Elegant japonnetje
Zaterdag 27 oktober 1956
ZEEUWSCH DAGBI AD
pagina 5
ii
NICOSIA, oktober.
(Van onze reiscorrespondent Link van Bruggen).
Ik ben blij uit Egypte te zijn. Toen ik, op weg naar Cyprus, hoog in
de lucht, de zeegrens van het rijk der Nijl passeerde, had ik het ge
voel een bezet land te verlaten. De druk, aan welke ik zes weken lang
had bloot gestaan, de ergernis, die ik had ondervonden en de waak
zaamheid die ik voortdurend in acht had moeten nemen, vielen als
een last van me af. Voor het eerst kon ik weer zeggen wat ik wilde,
voor het eerst ook kon ik weer precies schrijven waar het op stond.
Ik hoefde geen geheime agenten meer van me af te schudden, niet
langer de censuur met alle mogelijke middelen te ontduiken en niet
voortdurend op m'n qui vive te zijn voor mensen, die tot taak hebben
de buitenland5;0 iournalist een rad voor de ogen te draaien.
Behalve voor bedelaars en al die an
dere duizenden lieden, die aan de zelf
kant van de Egyptische samenleving
wonen, is de westerling in het militaire
rijk van Nasser bijna een ongewenste
vreemdeling geworden. De door de
staat verordineerde pers, de films en
de aanplakbiljetten hebben hem de
personificatie van het imperialisme ge
maakt. Hü is de man, die op de nek
van zijn medemensen wenst te staan,
die onderdrukkingsmethoden toepast
om zichzelf te verrijken. Zijn gouden
koloniale tijdperk zal hij nooit kunnen
vergeten en hij zal altijd weer probe
ren zijn vroegere positie te herwinnen.
Toen de Suezkanaalcrisis een goede
maand geleden haar hoogtepunt had
bereikt, kon men aan het gedrag van
de massa op straat, goed merken, dat
het door de regering ingegoten gif aan
het werken was. De blanke werd met
vijandige blikken opgenomen, herhaal
delijk het voorwerp van spot gemaakt
en nagestaard, alsof hij een beziens
waardigheid was. Jonge knapen bot
sten in drukke straten opzettelijk te
gen hem op en bij het oversteken van
een straat, wat op zichzelf al een le
vensgevaarlijk karwei in Egypte is,
moest hij dubbel op zijn hoede zijn,
omdat er taxichauffeurs waren, die
niet aarzelden op hem in te rijden.
In het gekrioel van een overvolle
bus heb ik het meegemaakt, dat een
jongen van een jaar of veertien net
zo lang met een kan water manoeu
vreerde, tot hij haar boven het hoofd
van een Europese kon uitgieten. De
dame protesteerde heftig, maar haar
stem ging verloren in het brullend
gelach van haar medepassagiers, die
niet tot bedaren te brengen waren
Een paar weken geleden was het vrij
wel onmogelijk om in de straten der
-steden te fotograferen, zonder risico's
te lopen. Ik heb zelf de allerminst ple
zierige ervaring gehad, dat, toen ik op
het Bevrijdingsplein van Cairo mijn ca
mera voor een plaatje van het rege
ringsgebouw wilde instellen, er zeker
twintie mensen voor m'n lens gingen
staan
„Ga opzij, alsjeblieft!" zei ik geër
gerd, maar niemand verroerde een vin.
Toen ik ten einde raad een andere plek
opzocht, volgde het hinderlijke groepje
me op de voet en zwijgend herhaalde
zich hetzelfde spelletje. Een politie
man kwam tenslotte op me af ken
nelijk gewaarschuwd door een der
„patriotten" en na een langdurige
uitleg mijnerzijds kreeg ik verlof de
onschuldige foto te nemen.
De mensen, die nu vele rijen dik om
me heen stonden, kregen bevel zich te
verspreiden. Maar toen ik had afge
drukt, ging er een luid gejoel uit hun
midden op, terwijl mij, bij het weg
gaan, alle mogelijke Arabische scheld
woorden werden nageslingerd.
Het is overigens opmerkelijk hoeveel
waarde Egypte aan propaganda in het
Westen hecht, ondanks zijn dagelijkse
tirades tegen de blanke wereld. In het
land van Nasser heeft men blijkbaar
bijzonder lange tenen en er zijn maar
weinig Egyptenaren, die kunnen ver
dragen, dat ze in het buitenland voor
hun daden worden gekritiseerd. Men
kan dit als een uiting van overdreven
patriottisme zien, gepaard gaande met
een minderwaardigheidscomplex, dat
het kenmerk van bijna alle jonge na
ties is. De Egyptenaar is beledigd, als
men iets ten nadele van zijn land zegt,
het kan niet schelen op welke afstand
dit gebeurt.
De eerste dag, dat ik in Egypte was,
werd ik al in de gelegenheid yesteld
iets van dit nationaal zelfrespect te
proeven. Toen ik bezig was mijn eer
ste kontacten te leggen en bij een offi
cier kwam, die mij waarschijnlijk zou
kunnen helpen, deed deze mij het
voorstel „een goede serie artikelen"
tegen „een hoog honorarium" over
Egypte te schrijven.
„Ik wordt al voor mijn artikelen be
taald", zei ik zo vriendelijk mogelijk.
„Bovendien: waarom wilt u gunstige
artikelen over uw land hebben? Zijn
de toestanden hier dusdanig, dat men
er geen een kan schrijven?"
De man lachte zoals een olievlek op
het water rimpelt.
„U begrijpt me verkeerd", verklaar
de hij. „Ik vraag niet of u goede ar
tikelen wilt schrijven, ik bestel ze bij
uEn ik betaal u er voor, gewoon
alsof ik iets gekocht heb
„Het spijt me werkelijk, meneer,"
antwoordde ik, „maar ik ben niet in de
gelegenheid u iets te verkopen. Ik ge
loof, eerlijk gezegd, dat u op het ver
keerde adres bent. Waarom schrijft u
niet naar mijn directie met het verzoek
een paar pagina's artikelen in adver
tentievorm op te nemen? Het grote
voordeel hiervan is, dat u ze zelf schrij
ven kunt. D kunt er ook alle gewenste
foto's hij doen op voorwaarde, dat ze
een fatsoenlijke strekking hebben
De verleider hield nog even aan,
maar toen ik hem iets over de ethiek
van de vrije pers verteld had en hem
er ook op gewezen had, dat het westen
omkoperij anders benadert dan het
oosten, zag hij wel in, dat het onver
standig was op dit stramien voort te
borduren. Hij brak het gesprek ten
minste af, of beter: hij begon over
meer onschuldige dingen te praten.
De volgende morgen vervoegde ik
me bij het ministerie van Voorlichting
Oplichting, zeggen de buitenlandse
journalisten in Cairo dat, op dat van
Buitenlandse Zaken na, het grootste
departement van de regering van Nas
ser is. Ik werd naar verschillende af
delingen gevoerd, gaf mijn wensen te
kennen, vertelde hoe lang ik ongeveer
in Egypte blijven wilde en verzocht om
de nodige papieren en de gebruikelijke
medewerking.
„Wij nodigen u uit de gast van de re
gering te zijn", zei toen plotseling de
fonctionaris, die me had rondgeleid,
nadat hü ruggespraak met zijn chef
had gehouden. „Als u even uw aan
vraagformulier wilt ondertekenen, is
alles meteen in orde
„Aanvraagformulier? Welk aanvraag
formulier?" vroeg ik verbaasd.
„Dit" .antwoordde de man, een pa
pier uit mijn dossier lichtend. Het
bleek, dat alle vragen al waren inge
vuld en dat ik alleen nog maar be
hoefde te ondertekenen
„Nu moet u eens even goed luiste
ren, meneer", glimlachte ik zoetelijk.
„In een land, dat bekend staat om zijn
gastvrijheid moet men toch weten, dat
er een groot verschil bestaat, tussen
gastvrijheid, die aangeboden wordt en
gastvrijheid, waar men om vraagt?"
Pleidooi voor de I.C.C.C.
Een krakende mast, een zeil vol
gaten, maar het schip vaart nog
best.
„Het is een formaliteit", zei de
man, niet van zijn stuk te bren
gen. „Zuiver een formaliteit..
„Ik houd niet van dit soort for
maliteiten", verklaarde ik, nog
steeds trachtend beleefd te blij
ven. „Ze hebben in feite precies
hetzelfde effect als het aanbod van
gisteren
„Het is uw eigen wens", klonk
het ten slotte koel. „Wij willen u
natuurlijk niets opdringen
Van dat moment af heb ik geen
medewerking van het ministerie
van Voorlichting ondervonden, be
halve als men alsnog meende mij
voor het propagandawagentje van
Nasser te kunnen spannen. Van
dat moment af ook werd ik door
een geheime agent gevolgd, die
een ontstellend grote amateur
bleek te zijn, maar daarover in een
migend artikel.
De nijlschippers zijn volleerde zei
lers. Soms houden ze de schoot
tussen de tanden, wanneer ze met
grote snelheid over het water
scheren.
(Van één onzer verslaggeefsters.)
UTRECHT, 25 okt. „Wij mo
gen ons niet laten beïnvloeden
door de geest van defaitisme, die
door de kerken rondwaart. Juist
nu hebben wij een grote taak.
Wanneer wij ons ambtelijk werk
goed willen vervullen, moeten wij
ons bezinnen op de moeilijkheden
die vandaag op onze weg worden
gelegd." Dit verklaarde de heer K.
Geleinse uit Den Haag, toen hij
de jaarlijkse Ouderlingenconferen
tie der Chr. Geref. Kerken opende.
In de morgenuren werd door ds.
J. C. Maris het werk van dè „I.C.C.C."
de Internationale Raad van Chr. Ker
ken, onder de loep genomen. Volgens
ds. Maris weerspiegelen de verschil
lende internationale kerkelijke orga
nisaties de betreurenswaardige situa
tie, die in de verschillende landen
heerst. Men poneert in deze organi
saties eenvoudig de eenheid in Chris
tus van alle kerken en richtingen, ook
at staan ze diametraal tegenover el
kaar. Alles wordt ondergeschikt ge
maakt aan het streven naar eenheid
(Van één onzer verslaggeefsters.)
UTRECHT, 25 okt. Hal C en
de Margriethal van de Jaarbeurs
biedjn van 25 tot en met vandaag
onderdak aan een grote schare la
waaierige hennen en hanen, koe
rende duiven, kwakende eenden
en zwijgzame konijnen. Al deze
dieren dragen er het hunne toe bij
om van de 48ste pluimveetentoon
stelling „Ornithophilia" weer een
succes te maken. Een „Ornithophi
lia", die zich steeds uitbreidt en
een getrouwe afspiegeling is van
de toenemende welvaart in het Ne
derlandse pluimveebedrijf.
In Hal C hebben kippen-, duiven-
en konijnenliefhebbers 2600 van hun
mooiste exemplaren tentoongesteld.
De Margriethal is het domein van
bedrijf en industrie: hier hebben de
inzendingen van fok- en vermeerde-
ringsbedrijven, chemische- en meng
voederindustrieën van exporteurs een
plaatsje gekregen. Er staan ruim 90
stands, die samen onderdak bieden
aan ongeveer 1000 dieren, d.w.z. 30
stands en 300 dieren meer dan ver
leden jaar.
Op „Ornithophilia" worden alleen
eigen rassen tentoongesteld. Er zijn
ook enkele vertegenwoordigers van
het nieuwe kippenras, dat vooral om
het vle'ïs gefokt wordt (de „white
cornix"), aanwezig.
Reeds voor de officiële opening van
„Ornithophilia" door de burgemees
ter van Utrecht, liepen de keurmees
ters tussen de honderden hokken door.
Zij betastten en bekeken de duiven,
konijnen en kippen met een kenners
blik enzij waren bijzonder tevre
den over de inzendingen. Naar de
mening van deze vakman is de kwït-'
liteit van verschillende kippenrassen
(o.a. van de witte leghorns en de
Reds) nog beter dan op de vorige
tentoonstellingen.
BELANGRIJKE EXPORT.
De export van de Nederlandse pro-
dukten der pluimveebedrijven groeit
in een verheugend tempo. In de eer
ste negen maanden van 1956 werden
er 14,5 miljoen eieren méér uitge
voerd dan over hetzelfde tijdvak in
1955, n.L 1435,2 miljoen. In de eer
ste drie kwartalen van 1955 werd 21,8
miljoen kg. slachtpluimvee naar het
buitenland gezonden, in de maanden
januari tot en met september van
1956 al 1,4 miljoen kg. meer. De to
tale waarde van de eieren- en pluim-
veeuitvoer bedroeg dit jaar tot en met
september ruim 23 miljoen gulden
meer dan in 1955, n.l. 271,5 miljoen
gulden.
Voor 1956 wordt de totale Neder
landse eierenproduktie op 4100 mil
joen stuks geraamd, terwijl men
rekent op 43.000 ton slachtgevogelte.
De binnenlandse consumptie van eie
ren is de laatste jaren aanzienlijk
toegenomen: in 1953 at iedere Neder
lander gemiddeld 136 eieren per jaar,
in 1955 al 175 en voor 1956 wordt
een nog hoger gemiddelde verwacht.
De consumptie van slachtgevogelte
laat helaas nog wel iets te wensen
over; van de hele Nederlandse pro-
duktie wordt maar een vijfde deel in
het binnenland verorberd.
De waarde van de uitgevoerde
pluimveehouderij-produkten bedroeg
in 1955 zo'n 14,2 van de agrarische
export en zelfs 23,7 van de export
in de veehouderijsector.
's-GRAVENHAGE, 26 okt. In de
buitengewone vergadering van deel
nemers der Onderlinge Oorlogsschade
verzekering mij. deed het bestuur me
dedeling van de percentages, die op
grond van de opgemaakte slotafreke-
ning voor de verschillende kassen van
de maatschappij, zoals deze in de oor
logsjaren waren samengesteld, konden
worden vastgesteld. Hierbij bleek, dat
over de verzekeringsperioden, afge
sloten vóór of op 30 september 1944,
100 procent van de vastgestelde scha
den, nadat deze verminderd zijn met
de bevrijdende rijksbijdragen, kon
worden uitgekeerd. Uit de daarna af
gesloten kassen, die in het algemeen
perioden omvatten, waarin buitenge
woon veel schade viel, konden per
centages, variërend van 21 tot 100,
worden uitgekeerd.
Verschillende malen heb ik ge
lezen, dat het nieuwe ouder
domspensioen een „waarde
vast" pensioen is. Wat betekent dit
eigenlijk?, zo luidt de eerste vraag
van deze nieuwe „aflevering".
Dit betekent, dat het pensioen
bedrag in guldens op en neer zal
gaan met het indexcijfer der lonen.
Dit is dus niet waardevast in de ab
solute zin van het woord. Opmerke
lijk is verder, dat iedereen er op
rekent, dat de lonen steeds maar zul
len stijgen en dus het pensioen van
de Ouderdomswet ook. Dit zou be
tekenen, dat er aan de waardedaling
van het geld en dus aan de vermin
dering der koopkracht maar geen
einde zal komen. Dit is niet te hopen.
In een pas verschenen Koninklijk
besluit is nader aangegeven hoe het
begrip „indexcijfer der lonen" zal
worden gehanteerd.
Gedacht is hier aan de regelings
lonen in de sectoren van nijverheid,
transport en landbouw, waarvan het
gewogen gemiddelde in een index
cijfer wordt uitgedrukt door het
centraal bureau voor de statistiek.
Gewogen gemiddelde wil hier
zeggen, dat met allerlei bijfactoren
rekening kan worden gehouden.
Zou er een tijd komen, dat het
indexcijfer der lonen êen daling ver
toont, dan zal ook het waardevaste
pensioen der nieuwe wet vanzelf
sprekend naar beneden gaan.
Gehandhaafd?
In verband met een vorige maal ge
geven antwoord betreffende de toe
slagen, die sedert 1941 worden gege
ven aan ouderdomsrentetrekkers, die
niet van de noodwet hebben getrok
ken, wordt thans gevraagd, of deze
toeslagen ook na 1 januari 1957 blij
ven gehandhaafd.
Op deze vraag moet ontkennend
worden geantwoord. Deze toeslagen
vervallen, zodra de nieuwe wet in
werking treedt. Let wel: dit betreft
de toeslagen ingevolge de wet aan
vulling renten krachtens de Invali
diteitswet voor de boven 65-jarigen.
Gemoedsbezwaren
Moeten gemoedsbezwaarden ook
premie betalen voor de nier we wet
Iemand, die gemoedsbezwaren heeft
tegen deze verzekering, kan vrijstel
ling aanvragen voor het betalen van
premie. Inplaats van premie te be
talen betaalt men dan een bedrag,
gelijk aan zijn premie, extra aan de
belasting, zodat men er dus finan
cieel geen vóór- of nadeel van heeft.
Bij vrijstelling van premiebetaling
blijft men wel verzekerd (men be
taalt immers hetzelfde bedrag) en
men kan dus na het bereiken van de
65-jarige leeftijd in aanmerking ko
men voor het ouderdomspensioen.
Hoe moet het gaan na 1 januari 1957
met mijn premiebetalingIk werk n.l.
bij een gemoedsbezwaarcle werkgever,
die gezegd heeft geen premie voor de
nieuwe wet te zullen inhouden en dus
ook niet af te dragen aan de belas
ting. Ik heb zelf geen gemoedsbezwa
ren tegen verzekeringen.
Ook deze werkgever kan vrijstel
ling hiervoor krijgen. Dit betekent
evenwel, dat arbeiders in dienst van
deze werkgever zelf voor de premie
betaling moeten zorgen. Hiervoor
zullen ze dan een aparte belasting
aanslag krijgen. Deze arbeiders zul
len er goed aan doen de door hen
verschuldigde premie wekelijks te
reserveren, daar ze anders vrij hoge
belastingaanslagen ineens te betalen
krijgen.
Wordt op spoorwegpensioenen ook
een korting toegepast na 1 jan. 1957?
Inderdaad. Op welke wijze, is reeds
in een vorig artikel aangegeven.
Rondkomen?
In januari 1957 hoop ik 65 jaar te
worden. Ik ben dan voornemens met
werken op te houden, want ik ben niet
zo sterk meer. Ben de laatste tijd ook
wel eens een keer uitgevallen. Nu wou
ik u vragen: zou ik kunnen rondko
men, als ik ermee ophoud? Wij heb
ben geen kinderen meer thuis. Het
huisje, waarin we wonen, is ons eigen
dom. Wat zouden we per week trek
ken? Ik heb bijna alle zegels van het
landbouwpensioenfonds en voor mijn
rentékaart heb ik goed gezorgd. Ik
ben in 't verplichte ziekenfonds. Kan
ik daarin blijven?
Ja, hoe zal dit toekomstbeeld voor
dit echtpaar eruit zien? Zullen deze
mensen straks na een leven van
werken behoorlijk kunnen rondkomen?
Het ziet er wel naar uit. Laten we
de berekening maar eens maken.
Regelmatig plakken op de rentekaart
is voor dit geval wel op ongeveer
f 250.ouderdomsrente per jaar te
stellen. Daarbij komt het pensioen
uit het landbouwpensioenfonds. Ne
men we aan, dat betrokkene niet al
te dikwijls is uitgevallen, zoals hij
dat noemt, dan mag hier ook wel op
ongeveer f300.per jaar worden ge
rekend. Dan komt daar het gehuw
denpensioen nog bij van de nieuwe
ouderdomswet van f 1404.per jaar.
Dat wordt dan bij elkaar ongeveer
f1950.per jaar vast inkomen. Als
wij nu mogen aannemen, dat vraag
steller nog een behoorlijk groente
tuintje heeft en daar zelf voor zorgt,
dan mogen wij toch wel stellen, dat
hij na zijn 65ste jaardag op een be
hoorlijke wijze kan leven van een
vast inkomen.
Dit is wel een mooi voorbeeld van
de vooruitgang, die de sociale zeker
heid heeft gebracht. Vergelijken we
daarmee de toestand van b.v. 25 jaar
geleden, dan mogen we spreken van
een enorme vooruitgang. Een kwart
eeuw geleden moest in dit geval
worden volstaan met een ouderdoms
rente van de rentekaart. Zelfs als we
stellen, dat toen de gulden twee en
een half maal zoveel waard was als
tegenwoordig, dan is het verschil nog
zeer groot.
Na deze kleine wijdlopigheid
schiet er geen ruimte meer over
voor het antwoord op de vraag van
het ziekenfonds. Hierop hopen we
een volgend maal wat dieper op
in te gaan. Hier staan grote wijzi-
gingen op stapel.
en daarom volstaat b.v. de Oecume
nische Raad van Kerken ook met een
schijnbaar rechtzinnige, maar zeer on
voldoende basisformule, die boven
dien door de leden naar eigen inzicht
mag worden uitgelegd.
„Strijden voor het geloof houdt in
een strijden tegen alles wat van Gods
Woord afwijkt", aldus spreker. De
I.C.C.C. is een organisatie, die zich
zonder voorbehoud zal wijden aan de
taak zonder compromis of afwijking
te getuigen van Christus. De raad
streeft er o.a. naar de wereldgemeen
schap van Bijbelgetrouwe kerken te
bevorderen, alle deelnemende leden
op te wekken tot daadwerkelijke ver
nieuwing van het Bijbels Christen
dom over de hele wereld en de chris
tenen te waarschuwen voor het ge
vaar van het modernisme en de com
promissen ermee en tegen het rooms-
katholicisme.
REFORMATORISCH BESEF.
„Wil het kerkelijk leven weer bloei
en, dan dient in de eerste plaats het
reformatorisch besef weer levend te
worden". Deze mening uitte ds. J. H.
Velema te Apeldoorn, die 's middags
een referaat hield over „Versterking
van het reformatorisch besef".
Reformatorisch besef is het besef,
dat ons in de Reformatie een diepe
schriftuurlijke geloofsvisie is gegeven,
die nog actueel is. In de gemeenten
van nu is helaas een tanen van het
kerkelijk besef te constateren, hetgeen
o.a. tot uiting komt in de houding
t.o.v. evangelisatiearbeid en in het te
kort aan predikanten.
Het reformatorisch besef is niet al
gemeen meer. In brede massa's van
het kerkvolk leeft het veel te weinig.
Er heerst een ontstellend gebrek aan
kennis en veel volk leeft het veel t#
weinig. Er heerst een ontsellend ge
brek aan kennis en veel te weinig
lust tot onderzoek. Als oorzaken van
de verzwakking van het reformato
risch besef noemde ds. Velema o.a. de
geest van deze tijd, de doorbraak-
theologie en -politiek („die ook slacht
offers maakt in onze kerk") en het
feit, dat het chr. verenigingsleven
tegenwoordig uiteenvalt in allerlei
„christelijke liefhebberijtjes".
Het reformatorisch besef zal niet
kunnen worden versterkt door een
nieuwe koers of principiële wijzigin
gen, maar alleen door het bewaren
van de continuïteit met het verleden,
door geloof en gebed. Vooral de ambts
dragers zullen moeten onderzoeken,
zij moeten op de hoogte blijven met
de gang van zaken in het kerkelijk
leven. In verband hiermee pleitte de
predikant voor het organiseren van
ouderlingencursussen.
NICOSIA, 26 okt. (Reuter).
Straaljagers van de Britse luchtmacht
hebben een Frans passagiersvliegtuig,
dat van Athene op weg was naar Ka-
ratsji, gedwongen op een basis van de
R.A.F. te Nicosia te landen. De piloot
van het Franse vliegtuig, dat boven
verboden gebied vloog, had geweigerd
aan een verzoek tot" landing gehoor te
geven en wilde niet verklaren waarom
hij boven verboden gebied vloog. Op
12 oktober heeft het Britse bestuur
van Cyprus vluchten boven het eilan#
verboden. Een uitzondering werd g«
maakt voor enkele luchteorridors.
Een fijn en elegant japonnetje is
patroon no. 228, in de maten
42, 44 en 46, waarvoor men aan
stof nodig heeft ongeveer 3 m k
1.30 m breed.
Vlot is de lijn in dit modelletje
met de aangeknipte kraag en de
ruime mouwen met de brede man
chetten.
Een leuke ceintuur en knopen
verhogen het effect. Achter heeft
de rok drie banen.
Wijze van bestellen
Plak aan de adreszijde van een brief
kaart, naast en buiten het verschuldig
de bedrag 0,95) aan geldige postze
gels en adresseer deze aan de Redactie
van het Zeeuwsch Dagblad, Lange
Vorststraat 90 te Goes. Aan de andere
zijde vermeldt u uw naam, adres, maat
en nummer (no. 228) van het gewenste
model. Plak nooit voor meer dan 0,95
aan postzegels extra op een briefkaart,
want wat meer geplakt wordt is waar
deloos. Bestellingen onder rembours
worden niet aangenomen en de patro
nen worden niet geruild. De redactie
heeft geen patronen in voorraad, het
persoonlijk komen afhalen aan ons
kantoor heeft dus geen zin.