Landbouwbeleid is niet alleen en
zelfs niet allereerst een prijsbeleid
„Zó begonnen opstanden
in Hongaarse hoofdstad"
ESSO EXTRA MOTOR OIL
Kamerleden willen bezuinigen
op uitgaven voor marine
Chr. Middenstandsbond gaat
zich reorganiseren
TILKSTPA
Lijnen naar ioekomsi worden getrokken
C.B.T.B. maakt dit zijn leden in een
waardevol boek duidelijk
Arbeiders bij Bdliion in
Suriname staken
Ongeregeldheden in
Singapore
met de nieuwe
verdubbelt U de levensduur van Uw motor
Met Esso bent U beter uit
feu Bril van
^cois is een
WATER WIJKT IN OOSTELIJK FLEVOLAND
Geroe's toespraak was
lont in kruitvat
Heeft Steunt Wettig Gezag nog zin
Verdwijni iiller-sysieem
Activering plaatselijke verenigingen
levensnoodzaak
Zaterdag 27 oktober 1956
ZEEUWSCH DAGBLAD
pagina 4
(Van onze §-redaeteur)
UTRECHT, 27 oktober. Wie tegenwoordig met een boer een ge
sprek begint over het landbouwbeleid, is in een minimum van tijd in
een zware discussie gewikkeld over hele of halve centen bij de melk
prijs, over de minimum-garantieprijs van de rogge en dergelijke.
Een wonder is dat niet, want in de tegenwoordige situatie is het
prijsbeleid voor de boer een levensbelang. De omstandigheden maak
ten het dan ook noodzakelijk, dat nu al jarenlang bij de opinievor
ming binnen de landbouworganisaties deze prijzenkwesties in het
centrum stonden. Er zit echter ook een groot gevaar in deze toestand.
Dit gevaar n.l., dat de boeren en tuinders in het land de overtuiging
krijgen, dat landbouwbeleid identiek is met prijsbeleid. Dat de me
ning zou postvatten, dat de toekomst van de landbouw en de boeren-
satnd alleen afhankelijk is van de instanties, die de prijzen bepalen
en dat zij zelf daarvoor vrijwel niets kunnen doen.
De Ned. Chr. Boeren- en Tuindersbond
heeft dit gevaar onderkend en besloten
voor rijn leden vrat te doen. Vandaar,
dat thans een ook uiterlijk zeer verzorgd
boek voor ons ligt, dat tot titel draagt:
„Gedachten over de grondslagen van ons
landbouwbeleid". Het is geschreven door
Ir. G. Wansink, secretaris van de CBTB
en uitgegeven door de bond. Dit boek
beziet het landbouwbeleid in veel ruimer
verband dan dat van de prijzen alleen.
Het geeft een antwoord op de vraag, hoe
ook op langere termijn bezien de moge
lijkheden liggen om de doelstelling van
het landbouwbeleid handhaving van
een redelijke bestaansmogelijkheid voor
goed geleide en sociaal-economisch ver
antwoorde bedrijven te verwezenlij
ken.
Vele factoren
Tal van factoren doen hier hun in
vloed gelden. Vraagstukken van pro-
düktietechniek en bedrijfsgrootte, van
financiering en vakopleiding moeten
hierbij onder het oog worden gezien.
Er wordt in de laatste tijd, vooral in
economische kringen, steeds meer aan
dacht besteed aan de structurele pro
blematiek van de landbouw als be
drijfstak.
Losse fragmenten uit deze discussie
dringen in de vorm van verslagen en
krantenartikelen wel door tot de boeren
en tuinders in het land, maar deze zijn
meestal niet in staat de achtergrond en
de samenhang van dit alles te zien. Dat
•wil dit boek nu juist wel laten zien aan
de leden van de C. B. T. B. en aan alle
verdere belangstellenden.
Daarom draagt het dan ook een be
schouwend karakter. Het is geen pro
gram van actie van de C.B.T.B., geba
seerd op de huidige situatie. Het is niet
allereerst op het heden, maar op de toe
komst gericht. De actuele problematiek
komt wel ter sprake, maar de lijnen wor
den vanuit het verleden en via dit heden
doorgetrok'-cm naar de toekomst.
Duidelijke taal
De groie verdienste van dit boek is,
dat het duidelijke taal spreekt. Duide
lijke taal in die zin, dat ook de eenvou
digste lezer de heldere betoogtrant kan
volgen. Maar ook in die zin, dat hier
steeds beide kanten van de medalje wor
den getoond en dat ook dingen worden
gezegd, die niet alle agrariërs even aan
genaam in de oren zullen klinken.
Een paar voorbeelden uit vele: Maar
al te dikwijls blijkt, dat tal van kleine
boeren zelfs op bedrijven van 5 ha en
muider de oorzaak van hun grote moei
lijkheden buiten het eigen bedrijf zoe
ken. De bedrijfsgrootte wordt door hen
als onaantastbaar, overgeleverd gegeven
aanvaard en naar hun mening kunnen
hun problemen slechts worden opgelost
door betere prijsvaststellingen e. d. On
omwonden wordt hier gesteld en aange
toond, dat het euvel ligt in de bedrijven
zelf, n.l. in de te geringe bedrijfsgrootte
en dat de enige oplossing ligt in een
beleid, dat gericht is op bedrijfsvergro-
tinc.
Vanwaar de grond?
De auteur wil deze bedrijfsvergroting
overigens niet gerealiseerd zien door het
hanteren van geleidelijk stringenter wor
dende vestigingseisen. De grond hiervoor
zal naar zijn mening beschikbaar moeten
komen, doordat de overheid op wettelijk
te regelen wijze de beschikking krijgt
over de zgn. „uitstervende bedrijven" en
over de bedrijven van emigranten en
door verplaatsing op basis van vrijwil
ligheid van boerengezinnen naar land in
nie we polders of ontginningen.
De belangrijkheid en onmisbaarheid
van niet te schriele prijspolitieke maat
regelen wordt duidelijk aangetoond.
De schrijver staat geheel achter de be
kende besluiten van het Landbouw
schap. Maar anderzijds wordt even on
omwonden gezegd, dat de landbouw
zich tegen de overal optredende span
ningen zelf moet verweren door aan
passing.
Aanpassing in produktie-methoden,
mechanisatie, vakopleiding, afvloeiing
van voldoende agrarische jongeren naar
andere bedrijfstakken enz. „Het zou on
juist zijn deze spanningen zonder meer
weg te nemen door prijspolitieke maat
regelen. Een verantwoorde landbouw
politiek dient zich immers niet alleen te
richten op een redelijk bestaan in het
heden, maar ook in de toekomst", aldus
Ir. Wansink.
„Te veel"
Wat de afvloeiing van boerenzoons be
treft wordt overigens opgemerkt, dat
momenteel 90.000 boerenzoons in de
landbouw werken, waarvan er maar
50.000 boer kunnen worden. Er zijn dus
40.000 boerenzoons „te veel", waarvan
25.000 op de zandgronden.
De afvloeiing van landarbeiders naar
andere bedrijfstakken verloopt daaren
tegen, vooral op de zeekleigebieden, te
snel. De schrijveT onderzoekt, waarom
het landarbeidersberoep niet meer met
het beroep van industriearbeider con
curreren kan en komt dan tot een reeks
van oorzaken, die sleehts door een ge
coördineerde, grootscheepse aanpak weg
genomen kunnen worden.
Men zal aandacht moeten besteden aan
de loonhoogte, de promotiekansen, de
opleiding, de slechte huisvesting, de sei-
zoenwerkloosheid en de aard van het
dienstverband.
Alle facetten
We deden slechts een greep uit dit
boek, dat beknopt en systematisch alle
facetten van het landbouwbeleid de
revue laat passeren. Het begint met een
schets van de economische structuur van
onze landbouw in verband met het land
bouwbeleid. Een zaak, die bij de kabi
netsformatie een belangrijke rol heeft
gespeeld. Achtereenvolgens worden dan
de produktietechniek en de produktie-
omstandïgheden besproken, waarna de
bedrijfsgrootte en het financieringspro
bleem worden bezien. Uitermate interes
sant en belangrijk is het zevende hoofd
stuk, dat over de agrarische bevolking
handelt. Daarna worden de vraagstukken
rond de bedrijfsleiding bezien terwijl 'n
hoofdstuk over het prijsbeleid het boek
afsluit
We moeten het uiteraard bij deze greep
laten. Ieder, die interesse heeft voor dit
geschrift kan het voor de luttele prijs
van ƒ3,bij de C.B.T.B. bestellen. We
veronderstellen, dat zeer vele agrarische
ondernemers zich aan hun ondememers-
funktie verplicht zullen voelen om dit
verhelderende boek over hun bedrijfstak
aan te schaffen, het te lezen en het in
de afdelingen met elkaar te bespreken.
Zij zullen daardoor zeker een ruimer
zicht krijgen op hetgeen de overheid
moet doen, maar vooral ook op het
geen rij zelf individueel en gezamen
lijk moeten doen om de Nederland
se landbouw een goede toekomst te
verzekeren.
PARAMARIBO, 28 okt. (ANP).
De arbeiders van de Billitonmaat-
schappij in Suriname hebben het werk
neergelegd om hun eisen inzake lots
verbetering kracht bij te zetten. Zij
hadden tevoren een aanbod van de
maatschappij tot tien procent loons
verhoging met ingang van november
verworpen. De arbeiders eisen een col
lectief arbeidscontract en een loons
verhoging van 45 procent. Naar 'ver
luidt kan financiële steun verwacht
worden van de Caribische mijnwer
kersfederatie, waarin de Caribische,
Amerikaanse en Canadese bonden ver
enigd zijn. Het aantal arbeiders bij de
Bilüton bedraagt ongeveer 1500. De
utiliteitsdiensten vallen buiten de sta
king.
SINGAPORE, 25 oktober A.F.P.)
Te Singapore is het donderdag tot
relletjes gekomen naar aanleiding van
het verbieden van de bond van Chinese
middelbare scholieren, die onder com
munistische invloed zou staan. Dertig
personen werden gewond, van wie er
vijf in een ziekenhuis moesten worden
opgenomen. Er is een uitgaansverbod
afgekondigd.
De ongeregeldheden ontstonden, toen
de politie trachtte tweeduizend Chi
nese scholieren die zich uit protest in
hun schoolgebouwen hadden ver
schanst, te verwijderen. Betogers trok
ken de partij van de scholieren en gin
gen de politie met stenen, flessen en
andere projectielen te lijf. De politie
moest van traangas gebruik maken om
de menigte uiteen te drijven.
FRANSE REGERING
KREEG VERTROUWEN
PARUS, 25 oktober (Reuter)
De Franse regering heeft donderdag
avond het vertrouwen van de Natio
nale Vergadering gekregen. De ver
houding was 330 stemmen voor en 440
tegen de regering. 49 afgevaardigden
onthielden zich van stemming.
De Nationale Vergadering moest een
uitspraak doen over de regeringspoli-
tiek ten aanzien van de Suezkwestie,
AJgerië en de economische vraagstuk
ken.
Ingezonden Mededeling (Adv.)
€sso
ingezonden Mededeling (adv.)
GOES, OPRIL GROTE MARKT
MIDDELBURG, NIEUWE BURG 9
Journalist-ooggetuige vertelt:
BELGRADO, 26 oktober. Reuter. De Hongaarse correspondent
van het Zuidslavische dagblad „Borba" vertélt vandaag in zijn krant,
hoe de opstand in Boedapest is begonnen. „Ik ben, toen ïk poogde de
Hongaarse hoofdstand te bereiken, talloze tarikkolonnes tegengeko
men", zo schrijft hij.
Over de achtergrond van de strijd vertélt de journalist: „Het be
gon dinsdag, toen Emoe Geroe, op dat tijdstip nog eerste secretaris
van de Hongaarse communistische partij, een rede hield, waarin hij
reeds geruime tijd gestelde en rechtvaardige eisen verwierp. Het was
de lont in het kruitvat.
Geroe noemde de eisen „reactio
nair", en de „reactie" op deze woor
den bleef niet lang uit. Het leek erop,
alsof de politieke atmosfeer met elek
triciteit geladen was.
Er ontsonden spontane betogingen,
waarbij steeds meer personen zich
aansloten. Tenslotte trokken er hon
derdduizenden op, die hun schreden
Voor'opig verslag over Oorlogsbegroting
's-GRAVENHAGE, 25 oktober. In de reactie van de Tweede
Kamer over de begroting van het dep. van Oorlog zijn enkele aardige
bijzonderheden naar voren gekomen. Zoals: bezuiniging op de ma
rine-uitgaven, de mogelijke afschaffing van het „filler"-systeem, te
leurstelling over het uitblijven van soldij verhoging, de voorwaarden
voor het geven van een erewoord, bezorgdheid over de paraatheid
der NAVO, e.d.
Als uitgangspunt heeft de Kamer evenwel verklaard het vrij algemeen
eens te zijn met de regering, dat Nederland zo goed mogelijk aan de Wester
se defensie-inspanning moet blijven bijdragen en niets mag nalaten om zijn
strijdkrachten zo gevechtswaardig mogelijk te maken.
De belangrijkste punten uit het
Voorlopig Verslag van de commissie
van rapporteurs uit de Tweede Kamer
zijn wel de volgende:
1. Wordt er wel voldoende gedaan,
om de dienstplichtige militairen dui
delijk te maken, waarom onze hui
dige defensie-inspanning in het ka
der van de Westerse samenwerking
nodig is?
2. Veroudert onze luchtverdediging,
met name de luchtdoelartillerie, niet
aanzienlijk, nu de regering wacht op
de verdere ontwikkeling van be
staande typen en systemen van ge
leide projectielen?
3. Vrijwel alle Kamerleden bleken
bezorgd te rijn over het gebrek aan
parate militaire kracht van de NA
VO. Ook over de plannen wel
licht reeds meer dan plannen om
Amerikaanse en Engelse troepen van
het Europese vasteland terug te trek
ken. Dit acht onze Kamer een on
aanvaardbare opvatting.
Straaljagerpiloten
4. In de achte ons liggende jaren is j
de betekenis van het luchtwapen
sterk beklemtoond. Hiervan uitgaan
de, meenden vele leden, dat het hui
dige plafond der defensieuitgaven
het nodig maakt, dat op andere de
len der krijgsmacht wordt bezuinigd.
Met name op maritiem gebied.
5. Niet genoeg aandacht kan worden
besteed aan de veiligheidsmaatrege
len van de luchtmacht. Van de
straaljagerpiloten wordt de uiterste
concentratie gevraagd.
6. Zeer vele Kamerleden vragen zich
af, of het geen aanbeveling zou ver-
diennen het zgn. giller-systeem" te
doen verdwijnen. (Volgens dit in
1953 ingevoerde Amerikaanse sy
steem worden om de twee maanden
nieuwe rekruten opgeroepen, zodat
een groot aantal lichtingen ontstaat,
hetgeen wel de paraatheid, maar niet
de geest van de troep bevordert.
Red.)
In de buurt van Elburg is nu reeds
duidelijk het resultaat te merken van
het machtige karwei, dat de gemalen
rondom oostelijk Flevoland hebben on
dernomen: het droogpompen van een
nieuw stuk Nederland. Op diverse
plaatsen zijn reeds grote oppervlakten
drooggevallen. De foto toont een
paar verbaasde leden van het dijkleger
die de modderige vlakte bekijken,
welke straks ruisend koren zal gaan
dragen.
In Stoop's bad te Overveen is donder
dagmiddag de 35-jarige C. A. Bisschop,
leraar Engels aan het triniteits lyceum
te Overveen, die daar met een aantal zij
ner leerlingen aan het zwemmen was,
verdronken, vermoedelijk als gevolg van
een hartverlamming.
In de praktijk is gebleken, dat dit
systeem grote bezwaren heeft. Het
vraagt een groot aantal kaderleden,
terwijl voorts de staven zeer uitge
breid zijn. Naar de mening van zeer
vele leden zal de opbouw van een
tweede parate divisie slechts dan
kunnen slagen, als het daarvoor no
dige aantal officieren en onderoffi
cieren aanwezig is.
„Erewoord officieren"
7. Wat is het standpunt van de minis
ter t.a.v. de door de enquêtecommis
sie regeringsbeleid 19401945 aan
gesneden „erewoord der beroepsof
ficieren"?
8. Zeer vele Kamerleden zijn van oor
deel, dat een aantal verhoudingen in
onze strijdmacht zijn verouderd.
Daarom vroegen zij, wanneer voort
gang wordt gemaakt met een nieu
we, aan moderne verhoudingen aan
gepaste wet op de krijgstucht.
9. Heeft het in stand houden, zo werd
gevraagd, van de stichting Steunt
Wettig Gezag nog wel enige zin?
in de eerste plaats richtten naar het
gebouw, waar het Hongaarse rege
ringsdagblad „Szabad Nep" wordt ge
drukt, met de bedoeling een verzoek
schrift aan te bieden.
Bestorming
Daarop werden onder de menigte
leuzen gehoord, waarin er bij de re
gering op aan werd gedrongen het
recht van staking te erkennen.
Toen de leiding van de „Szabad
Nep" weigerde het verzoekschrift in
ontvangst te nemen, bestormde en
bezette de menigte het gebouw. Tot
op VTijdag kon het officiële dagblad
niet meer verschijnen. De persen
werden evenwel niet vernield.
Daarop .rokken de betogers naar
het Stalin-plein en vernielden het
standbeeld van de overleden Russi
sche dictator.
Vervolgens trok men naar de ka
zernes. De betogers maakten zich van
wapens en ammunitie meester en vie
len de veiligheidspolitie aan.
Woede
„De uitgebroken gevechten deden de
woede van de betogers eerst goed op
laaien", aldus de correspondent van
„Borba", die nog meldt, dat de arbei
ders het bericht van het gedwongen
aftreden van Geroe geestdriftig be
groetten. „Zij dansten rondom de
tanks. In geheel Hongarije werd na
dit bericht gevlagd", schrijft hij.
Bondsraad aanvaardde rapport
(Van onze §-redacteur)
UTRECHT, 26 oktober. De Chr. Middenstandsbond ontplooit
in de laatste jaren een verheugende activiteit in allerlei richting en
zijn invloed en gezag in den lande nemen merkbaar toe. De bond
wordt echter in zijn ontplooiing belemmerd door een organisatie
vorm, die niet meer past op de huidige situatie. Het ledental en het
aantal aangesloten vakorganisaties is sedert de heroprichting verdub
beld. Het bondsbestuur is tengevolge hiervan een veel te groot en te
log lichaam geworden, dat onmögelijk meer een beleidsorgaan kan
worden genoemd. Bovendien zijn in de laatste tijd belangrijke pu
bliekrechtelijke organen ingesteld in de middenstandsector. Er be
hoort een goed verband gelegd te worden tussen deze organen en
daarmee coresponderende lichamen in de C.N.V. Tenslotte is het
voor de Chr. Middenstandsbond en voor de vakorganisaties een le
vensnoodzaak, dat de plaatselijke chr. middenstandsverenigingen tot
nieuw leven komen en ook mee gaan spelen op landelijk niveau.
Al deze oorzaken leidden er toe,
dat in de bondsraadsvergadering een
reorganisatierapport op tafel-lag. Het
werd opgesteld door een commissie,
waarin naast de bondsvoorzitter, de
heer H. de Mooij, zitting hadden de
heren W. H. Neefjes, H. van Eysden,
mr. M. G. van de Kaa en mr. G. van
Muiden. Uit de Bondsraad kwamen
wel enige bezwaren naar voren tegen
de details van het reorganisatieplan,
terwijl ook veel waardevolle wenken
werden gegeven. In grote lijnen stond
men echter unaniem achter dit rapport.
Zo kon dan besloten worden, dat
het bondsbestuur aan de voorjaars
vergadering een voorstel tot statuten
wijziging zal voorleggen, waardoor
het reorganisatieplan zal worden ge
realiseerd. Uiterlijk zal hierbij met
de thans gemaakte opmerkingen wor
den rekening gehouden. Op die ver
gadering zal dan de beslissing vallen
over de reorganisatie.
VIER RADEN.
In grote lijnen komt het plan hier
op neer: Er zullen vier raden wor
den ingesteld, n.l. een Detailhandels-
raad, een Ambachtsraad, een Ver-
voersraad en een Raad voor de Ge
westen. De vertegenwoordigers uit de
vakorganisaties in de detailhandel, die
thans in het bondsbestuur zitten, zul
len dan zitting krijgen in de Detail-
handelsraad. Hetzelfde geldt voor de
hoofdbestuurders van de ambachte
lijke vakorganisaties t.a.v. de Am
bachtsraad en voor de representan-
Ingezonden Mededeling (adv.)
Friese beschuit
ten van de vervoersbonden t.a.v. de
Vervoersraad. Problemen, die b.v. uit
sluitend het ambacht raken, komen
dan niet neer in het volle bestuur,
maar in de Ambachtsraad. Door ge
spreide behandeling van de vraag
stukken uit deze drie sectoren zal
enorm veel tijd worden bespaard,
terwijl de zaken nu bovendien te
recht komen bij geïnteresseerden en
terzake kundigen.
De plaatselijke chr. middenstands
verenigingen zullen volgens het
plan gewestelijk worden gebundeld
in rayons conform de indeling van
de Kamers van Koophandel. De
vertegenwoordigers van deze ge
westelijke standsorganisaties zul
len samen de Raad der Gewesten
vormen.
Het bondsbestuur nieuwe stijl zal
bestaan uit de vrij gekozen voorzitter
en uit twee vertegenwoordigers van
de Detailhandelsraad, twee uit de
Ambachtsraad, één uit de Vervoers
raad en één uit de Raad der Gewes
ten. In de toekomst zullen eventueel
nog een Horecaraad en een Dienst-
verleningsraad kunnen worden inge
steld.
VOORDELEN.
Het nieuwe bondsbestuur zal dus
voorlopig uit slechts acht leden be
staan en een dagelijks bestuur is
daardoor overbodig. Het contact met
de Hoofdbedrijfschappen Detailhan
del en Ambachten en met het Be
drijfschap Vervoer zal onderhouden
kunnen worden door de overeenkom
stige Raden, waaruit ook de repre
sentanten van de C.M.B. in deze pu
bliekrechtelijke lichamen zullen
voortkomen. De bondsraad blijft het
hoogste orgaan van de C.M.B. en het
bondsbestuur zal rechtstreeks aan de
bondsraad verantwoordelijk zijn voor
zijn beleid. Deze Raad blijft bestaan
uit vertegenwoordigers van de vak
organisaties en de middenstands
verenigingen.