Sultan Mohammed V, bekwaam
maar „absoluut" regeerder
A
Democratische gebaren
doen het wel
Het verwisselde testament
Een bezoek aan hei nieuwe Marokko (IV)
Rooseveli sprak.
Tweede coup
gelukte....
Gesalarieerde
ambtenaren
Moderne
stromingen
Argentijnse politie
contra studenten
OUD ENGELS
VERHAAL
Jaarlijkse leesweek
van 28 september
tot 6 october
Koninklijke gilt voor
Marcinelle
Duitse vliegtuig
industrie komt op
gang
Prawda" verwelkomt
Soekarno
Woensdag 29 augustus 1956
ZEEIIWSCH DAGRT AD
pagina 4
RABAT, augustus.
(Van onze reiscorrespondent Link van Bruggen)
DE Sultan is ons parlement! Verbazing steeg in me op, toen
deze woorden door een van de hoogste regeringsfunctionarissen
van het nieuwe Marokko werden toegevoegd, ten antwoord op
mijn vraag, wanneer de inauguratie van een parlementair stelsel kon
worden verwacht. Maar al spoedig werd me duidelijk, dat ik niet met
een holle kreet had te doen, met een verblindende frase, waarmee het
onmondige Marokkaanse volk gehypnotiseerd moest worden. Sidi
Mohammed Ben Yoessef is meer dan het parlement. Hij is de auto
riteit, die boven de vele autoriteiten en autoriteitjes in dit land uit
troont, ds man, die het op elk gebied voor 't zeggen heeft. Hij is de
opperwetgever, de opperrechter, de opperbevelhebber van de strijd
krachten en de opperpriester van de Islam in zijn rijk. Hij kiest zijn
ministers, zijn adviseurs en zijn goeverneurs en het bestaan van elke
bestuursambtenaar, hoe gering in functie ook, is van zijn gunst af
hankelijk.
LS Europeaan, die bij de democratie is opgevoed, is men licht
geneigd elke vorm van absolutisme onmiddellijk van de hand
te wijzen. Men heeft de willekeur van de potentaten uit de Mid
deleeuwen voor ogen, de onmondigheid van de volkeren in die tijd
en de gruwelijke uitbuiting door de leenheren. Bij dit alles zal men
echter nooit mogen vergeten, dat de meeste, zogenaamde ontwikkelde
volkeren van thans, eeuwen hebben nodig gehad om van een absoluut
naar een democratisch staatsbestel om te schakelen. En dat dit veelal
riet heftige schokken gepaard is gegaan.
IN Marokko -- en dit geldt voor vrij- tijd werd, dat Marokko onder het pro-
'mei de. aehele Arahisehe mereld tenf.nmai nHlrwam <xn »/mi
'wel de gehele Arabische wereld
heeft het tot nog toe aan elke poli
tieke vorming ontbroken. Mentaal is
het Marokkaanse volk nog op het fe-
dale systeem ingesteld, waarin de
pasja's en caïds de leenheren uit onze
Middeleeuwen zijn en de Sultan de
absolute vorst. Een plotselinge over
gang naar de democratie zouden de
meeste Marokkanen niet kunnen ver
werken. Ze zijn slechts gewend in af
gezonderde gemeenschappen te leven,
in een stam bijvoorbeeld of in dorps-
verband, bezitten dikwijls een eigen,
op traditie gegronde rechtsspraak en
hebben er vooral behoefte aan sterke
figuren te adoreren en te volgen.
De tragiek van het Westen is dan
ook vaak, dat het bij contact met oos
terlingen, met volkeren dus, die, wat
hun ontwikkeling betreft, eeuwen heb
ben stil gestaan, door zijn eigen demo
cratische leefregels wordt bedreigd.
Als de recente uitdaging van president
Nasser van Egypte onmiddellijk met
een bombardement op Cairo had kun
nen worden .beantwoord iets wat
honderd jaar geleden zeker zou zijn
geschied had dit de volken van
Noord-Afrika en het Midden-Oosten
eer ontzag ingeboezemd dan het
thans gedane voorstel een conferentie
te beleggen. In de Arabische wereld
wordt onderhandelen dikwijls als een
teken van zwakte uitgelegd. Korte,
desnoods wrede metten spreken aan en
spectaculaire persoonlijkheden hebben
gezag. Men onderwerpt zich aan hun
auotriteit, omdat het denken nog mas
saal is gericht en de leidersfiguur on
ontbeerlijk is.
DE Sultan van Marokko is zo'n
spectaculaire persoonlijkheid
Hij wordt geïdentificeerd met
het nationalisme in zijn land, hij
wordt als dè man beschouwd, die
da Fransen er heeft uitgewerkt en
die als balling zware beproevingen
heeft moeten doorstaan.
In werkelijkheid is dit beeld sterk
vertekend. De thans 48-jarige Sidi Mo
hammed Ben Yoessef is, wat men zou
kunnen noemen, een nationalist par
accidence. Hij is eerder door het optre
den van de Fransen op het nationalis
tische voetstuk geplaatst dan door zijn
eigen denkbeelden. Slechts geleidelijk
wenste hij meer zeggenschap in Ma
rokkaanse zaken te krijgen en hij is
altijd een groot tegenstander van een
opstand tegen het Franse gezag ge
weest.
Dit laatste wordt duidelijk geïllus
treerd door de reis, die de Sultan in
1950 naar Parijs ondernam om de
"ranse regering te bewegen Marokko
binnen twintig jaar zelfregering te ge
en. Zijn tocht liep overigens op een
volslagen mislukking uit Parijs
keurde hem nog geen antwoord waar
dig ondanks het feit, dat hij enkele
miljoenen francs had meegenomen om
als douceurtje onder welwillende de-
putaten te verdelen
IN 1927 als jongen van zeventien
jaar op de troon gebracht, danste
de SuHan aanavnkelijk geheel naar
de pijpen der Fransen. De laatsten,
die in 1912 Marokko hadden bezet
vanwege de onrust onder de Ber
bers op verzoek van dé vorige Sul
tan! hadden het sultanaat gehand
haafd om geen twijfel over hun rol
van beschermer te laten bestaan. De
wending, die Parijs echter aan de
bestuursvorm van Marokko gaf, liet
aan duidelijkheid niets te wensen
over. Achter elk besluit, dat in naam
van de Sultan werd uitgevaardigd,
stonder. de Fransen, en ook de Oele-
ma's, een soort Raad van Wijzen, die
de Sultan verkiest en die grote poli
tieke en religieuze invloed heeft, wa
ren aan handen en voeten aan het
Franse goevernement gebonden.
De conferentie, die de geallieerden
in 1943 in Casablanca hielden, bete
kende een mijlpaal in het leven van
Mohammed V. Het was daar namelijk
dat hij wijlen president Roosevelt van
Amerika ontmoette voor 't eerst
werd de Sultan in de gelegenheid ge
steld zonder Franse begeleiders met
een buitenlands staatshoofd te confe
reren! die in sterke bewoordingen
tot uitdrukking bracht, dat het hoog
nen toestand uit om Mohammed V
eisen af te dwingen, welke de positie
van de Istiqlal moesten verzwakken.
De Fransen bleken hun hand echter
verre te hebben overspeeld. Want ach
ter hun rug had El Glaoui een petitie
opgesteld, waarin het aftreden van de
Sultan werd geëist en die in een gela
den atmosfeer door tweeduizend oud
sten op een hoogvlakte bij Marrakesj
was ondertekend.
De coup gelukte deze keer. Parijs,
dat zich El Glaoui en zijn volgelingen
niet tot vijanden wilde maken, kon
niet anders dan Mohammed V in bal
lingschap sturen. De Berbers, die zich
dreigend om de steden hadden verza
meld, trokken, beloond voor hun dien
sten, naar hun woonoorden terug en
de Oelema's verkozen de door El Gla
oui gewenste en door de Fransen
waardig bevonden Mohammed Ben
Moulay Arafa tot Sultan, een man, die
slechts als stropop heeft gefungeerd en
thans zijn levensavond in Frankrijk
slijt.
tectoraat uitkwam en zelfstandig zou
worden.
Van die tijd af dateren eigenlijk de
strubbelingen met de Fransen. Mo>
hammed V drong steeds weer op meer
rechten voor Marokko aan, sprak zijn
verbondenheid uit met de andere Ara
bische landen en hield een troonrede
welke kritische punten ten aanzien
van het Franse bestuur behelsde.
E Fransen, die de Sultan op de
troon hadden gebracht omdat ze
hem kneedbaar en vatbaar voor hun
ideeën hielden, begonnen hem, vooral
na de oorlog, behoorlijk lastig te vin
den. Hierbij kwam nog, dat de Istiqlal,
de in 1943 opgerichte, clandestiene on
afhankelijkheidspartij, zich ook meer
en meer begon te roeren en de onrust
in het land met de dag toenam.
Het was toen, dat de pro-Franse pas
ja van Marrakesj, El Glaoui, ten tonele
verscheen, met medeweten en waar
schijnlijk op initiatief van het in Rabat
zetelende goevernement. De invloed
rijke en wars van elk nationalisme
zijnde bestuurder hervormingen
bezetten, buitte opnieuw de gespan- achter sluiers en haremmuren verstopt
-- - -«■-« - wor<jt.
Met een werklust, die men nooit ach
ter hem had gezocht hjj hield van
de jacht, van het verzamelen van au
to's en wilde dieren en van het gezel
schap van vrouwen begon de Sul
tan aan de opbouw van de jonge staat
Marokko. Hij benoemde een regering,
waarbij hij er oplettend op toezag, dat
hij niet de gevangene van de machtige
Istaqlal kon worden en opende onder
handelingen met de Fransen over de
toekomstige betrekkingen.
CAIDS en pasja's (de eersten
zijn plattelands-, de tweeden
stadsbestuurders) werden en
worden ook nog steeds aan de lo
pende band benoemd. Opmerkelijk
hierbij was zijn besluit, dat deze
nieuwe, tevens rechtsprekende be
stuursambtenaren, voortaan gesa
larieerd zouden worden. Dit was
een democratisch gebaar van de
eerste orde, want in feite beteken
de een en ander, dat hij zichzelf
van miljoenen aan inkomsten per
jaar beroofde
Voor zijn verbanning was het name
lijk zo, dat de bestuursambtenaren, die
in dienst van het „Empire Chérifien"
stonden, hem voor hun benoeming met
klinkende munt betaalden en hem
daarenboven regelmatig aanzienlijke
geschenken deden toekomen. Zelf leef
den ze dan „van het land", zoals dat
officieel heette, hetgeen betekende, dat
ze de inheemse bevolking schattingen
op legden en diensten lieten verlenen.
Inmiddels is echter al komen vast te
staan, dat de Sultan nog wel eens de
hand licht met de persoonlijk door hem
ingevoerde, nieuwe bepaling. Er zijn
namelijk bestuursambtenaren, die wor
den betaald, of beter, betaald zullen
worden, want de regering van het
nieuwe Marokko heeft (nog?) niet de
beschikking over voldoende geld. Maar
aan de andere kant zijn er ook velen,
die geen andere verdienste hebben dan
gunsteling van Mohammed V te zijn.
Ze weten dit te waarderen als in vroe
gere dagen, evenals trouwens de Sul
tan zelf.
DE Istiqlal bleef zich echter
roeren en haar ondernemin
gen werden met de dag dries
ter. Overal in de steden en op het
platteland opereerden haar ben
den en in het noorden, op de grens
van de (vroegere) Spaanse zone,
zagen haar Rif-rebellen zelfs kans
een vast front tegen de Fransen te
vormen. In een royale bui de
Franse „colons" hebben er nu nog
of nu al spijt van besloot Parijs
toen Marokko zijn zelfstandigheid
te geven en de verbannen Sultan
terug te halen.
De laatste, die met acht van zijn
veertig vrouwen een luxueus leventje
op Madagascar had geleid, werd eind
1955 als een martelaar door zijn volk
binnengehaald, Vele pro-El Glaoui-
mannen vluchtten het land uit, of
haastten zich, evenals trouwens de
pasja zelf, hulde aan de teruggekeerde
vorst te brengen en hem typisch
voor het feodale stelsel in dit land
met rijke giften te overladen.
Mohammed V verklaarde alles als
vergeten en vergeven, maar hij liet
toch niet na alle ambtenaren, die hem
ontrouw waren geweest, of zich op hun
Franse gezindheid hadden laten voor
staan, door anderen te vervangen. Ook
de vrouwen, die hem niet in balling
schap hadden willen volgen, kregen
het zwaar te verduren. Sommigen zijn
spoorloos verdwenen, hetgeen nogal
gemakkelijk is in dit land, daar de
vrouw niet de minste rechten heeft en
in haar gewone doen al voorMi,r-»nd
riet vrij onaanzienlijke paleis
van de Sultan in Rabat.
CVEN opmerkelijk is voorts, dat de
■-vorst zijn vrouwen angstvallig
voor het oog van het publiek verbergt
als ze ergens komen, moeten eerst
alle mannen worden verwijderd
maar dat zijn beide dochters zich on
aangekondigd en Europees gekleed op
straat begeven. Ze kennen de jitterbug
zoals een Amerikaanse die behoort te
kennen, spreken voor de radio iets
ongehoords in de Marokkaanse man
nenwereld en zelfs de werking van
kauwgom is haar niet vreemd
De Sultan heeft kennelijk concessies
gedaan aan de moderne stromingen,
die zich ontegenzeggelijk in zijn land
bevinden. Een aantal jonge, bijna ge
heel geeuropeaniseerde intellectuelen
wenst langzaam tot de democratie over
te gaan en staat afschaffing van alle
anachronismen voor. Ook de positie
van de vrouw moet volgens hem wor
den verbeterd, waarbij ze zich tegen
het polygame huwelijk en het dragen
van de sluier keren.
De laatste „democratische" maatre
gel, welke Mohammed V heeft geno
men, is de aankondiging van de instel
ling van een Assemblee, alhoewel
Raad van Adviseurs een betere naam
zou zijn geweest. De bijna zeventig le
den, waaruit dit lichaam zal bestaan,
zullen namelijk niet representatief zijn
voor het electoraat, maar voor de
SULTAN MOHAMMED V VAN MAROKKO
machten, die in Marokko bestaan. De
partijen zullen er in vertegenwoordigd
worden in welke verhouding is nog
niemand bekend de industrieën, de
Kamers van Koophandel, de agrari
sche bedrijven etc. Het aantal represen
tanten van elke groep ligt geheel ter
beoordeling van de vorst, doch vast
staat reeds, dat hij zelf vijftien depu-
taten in deze slechts twee keer per
jaar vergaderende Assemblee zal heb
ben.
ZO leeft Sidi Mohammed Ben
Yoessef thans in Rabat als een
absolute heerser met democra
tische gebaartjes. Hij is machtig
door de verering, die men hem
geeft, en door de plaats, die hij
in de Mohammedaanse religie in
neemt. Twee jaar ballingschap
hebben hem meer populair ge
maakt dan vijfentwintig jaar rege
ren. Hij is de samenbindende
kracht, waaromheen zich het Ma
rokkaanse volk heeft verenigd en
die de balans der meningen in
evenwicht houdt.
BUENOS AIRES, 28 aug. (AFP).
Maandagmiddag heeft zich te Mendoza,
1.200 kilometer ten westen van Buenos
Aires, een botsing voorgedaan tussen Ar
gentijnse politie en brandweerlieden
ener- en studenten anderzijds, waarbij
zeven politiemannen, een lid van de
brandweer en drie studenten werden ge
wond. De toestand van drie gewonden is
ernstig.
De studenten hadden het huis van de
waarnemende rector van de universiteit
van Mendoza, Germinal Basso, wiens af
treden zij eisen, belegerd. Politie en
brandweer hadden ingegrepen om de be
togers te beletten het huis van de rector
binnen te dringen. Hierbij waren scho
ten gewisseld.
zouden hem, de feodale grootvorst,
schatten geld gaan kosten! vroeg
een audiëntie bij de Sultan aan en be
schuldigde hem er van mede verant
woordelijk te zijn voor de acties der
nationalisten.
„Ga, hond", moet Mohammed V
aan het eind van dit onderhoud heb
ben gezegd en de oude, gekrenkt in
zijn eer, bereidde in 1951 met de
hulp van de Fransen de eerste coup
tegen de Sultan voor. Terwijl zijn
volgelingen, het krijgshaftige Ber
bervolk, met paarden en al in Franse
legerauto's werden geladen om naar
de vlakten rondom de grote steden
te worden gereden, eiste maarschalk
Juin, de toenmalige resident-gene
raal van Marokko, dat de Sultan zich
openlijk van de Istiqlal zou distan-
ciëren of anders af zou treden.
De zaak was tamelijk gecompliceerd,
want alle partijen, die aan de coup
deelnamen, streefden andere doelein
den na. De Fransen wilden de Istiqlal
een morele klap toebrengen, El Glaoui
wilde zich wreken door de Sultan te
vernederen en zijn Berberruiters wa
ren alleen maar op roof uit.
De situatie kon worden gered door
tussenkomst van de toenmalige presi
dent van Frankrijk, Vincent Auriol, en
de Amerikaanse ambassadeurs in Ma
rokko. De Sultan tekende een compro
mis-formule, de Berber-benden keer
den vermoeid en hongerig naar hun
dorpen terug en El Glaoui zelf, die nu
tot doodsvijand van Mohammed V was
gestempeld, bleef knarsetandend in
zijn paleis in Marrakesj achter, zin
nend op een nieuwe gelegenheid om de
Sultan te treffen.
Ruim twee jaar later, in augustus
1953 kreeg de pasja een tweede kans.
Al weer met de hulp van de Fransen
gingen zijn Berbers dezelfde weg als
m 1951. En generaal Guillaume, die
maarschalk Juin inmiddels als resi
dent-generaal was opgevolgd en die
„ter bescherming van de Sultan" diens
paleis door Franse troepen had laten
39)
Haar ogen brandden, maar ze bleef in
de verte staren. De lengte en de
krachtige, ferme houding waren van
jonker Justin, maar haar scherpe
ogen bemerkten toch een haast on
merkbaar verschil. Hij kwam niet na
der met de vurige en zekere tred van
een meester, die zijn eigen deur na
dert. De wandelaar aarzelde en wei
felde, als een man, voor wie geen wo
ning openstaat dan de herberg. Lea
zuchtte diep van ontsteltenis en blijd
schap beide, en ze hief haar bleek ge
laat op naar mevrouw Herford en
Jenny, die met verbazing naar haar
keken.
,,'t Is jonker Dick", zei ze nog eens
op onvaste toon; „hij is er eindelijk
weer."
Zonder verder iets te zeggen, snelde
ze weg naar het doel, langs de laan
die Justin daar door het kreupelhout
had laten aanleggen, toen hij het be
stuur had gekregen. Ze liep zo vlug
als ze ooit had gedaan in de dagen
van haar jeugd. Er was immèrs nie
mand om hem te begroeten, zelfs zijn
eigen moeder niet, zuchtte ze in bit
terheid. Daar kwam hij nu terug van
zijn lange tocht, en er was geen
plaats voor hem in zijn eigen huis en
onder zijn eigen dak.
Lea bereikte de rechte weg vóór de
man het hek van de nieuwe laan
voorbij was, en nu stond ze bij de
haagdoornheg op hem te wachten,
met hijgende adem, en met de han
den weer gedrukt tegen haar hevig
kloppend hart. Ze kon hem nu dui
delijk zien, een forse, krachtige man
met een gebruind gelaat en met gro
te bruine handen, die slingerden bij
elke stap. Haar keel was droog en
haar lippen brandden. Toen hij haar
voorbij zou gaan, maakte ze een
ouderwetse buiging, zoals ze nooit
voor iemand anders had willen ma
ken sedert haar kindsheid. Met een
vragende blik bleef hij staan.
„Jonker Dick!" stamelde ze hijgend.
„Ken je me dan?" vroeg h(j met een
glimlach. „Ja, ik ben Richard Her.
ford. Maar ik kan men niet herinne
ren, dat ik je ken."
„Ik ben Lea Dart", hakkelde zij, nog
te opgewonden om rustig te spreken.
„Ik hoedde vroeger de ganzen op de
rotsen."
„O ja, dat weet ik nog", zei hij.
Hij ging verder de weg af, waar de
avondzon haar lange schaduw ach
ter hem wierp. Zij kwam een paar
passen achter hem aan, nog te ge
jaagd om weer iets te zeggen. In
haar gemoed was een gevoel van gro
te teleurstelling. Het was, of een be
ker een dorstige aan de lippen werd
gezet, maar 't was een ledige beker.
Haar lange jaren van getrouw wach
ten en verlangen naar hem waren
voorbij, en dit was nu het einde. Ze
had maar één gedachte gehad: naar
hem toesnellen om hem hartelijk wel
kom te heten en nu niets dan een
bittere teleurstelling. Ze had zelfs
niet zijn hand aangeraakt. Een ogen
blik had hij blij gekeken, toen zij hem
herkende, maar nu stapte hij weer
voort, zonder naar haar om te kijken.
Zijn kleding was oud en kaal, en de
zware schoenen aan zijn voeten wa
ren versleten, en wit van het stof.
Maar toch had hij volstrekt niet het
voorkomen van een landloper. Zijn
stap en houding waren die van een
heer, en dat stemde Lea weer zachter.
„Jonker Dick", zei ze zacht, „zo
moet u niet door het dorp gaan. U
moet er heel niet heen."
„Waar moet ik dan heen?" vroeg
hij, terwijl hij zich opeens omkeerde.
„Is er dan niemand in Herford, die
mij voor één nacht wil herbergen?"
„O", riep Lea met een snik, „uw
moeder ziet met verlangen naar u
uit. Wij zagen u aankomen, en toen
ben ik vooruitgerend om u te begroe
ten. Kom naar het huis, jonker, hier
deze nieuwe laan langs; dan ziet nie
mand u in het dorp. Zo moe-ten de
mensen u niet zien."
Hij wendde zich om en ging de laan
in, terwijl Lea nederig en bescheiden
achter hem aanging, als een hond, die
van zijn baas een bestraffing heeft
gehad, maar wie het volgen toch niet
verboden is. Ze wist, dat het beter
voor haar was, haar eerste plan te
volgen en een bezoek brengen aan
haar oude moeder, maar ze kon er
niet toe komen, hem alleen te laten
gaan. Ze moest weten, hoe hij thuis
ontvangen werd. 't Was pijnlijk voor
haar, maar 't zou haar nog pijnlijker
wezen, er niet bij te zijn, dat hij thuis
kwam.
„Lea, is mijn broer thuis?" vroeg hij,
toen ze het huis in het oog kregen.
„Neen, hij is in Londen", antwoord
de zij haastig, „hij en freule Pansy.
Alleen uw moeder is thuis. O jonker
Dick, ik wou, dat u terugkwam als de
meester".
„Ik kom terug als bedelaar", mom
pelde hij, meer tot zichzelf dan tot
haar. Ze voelde al de hardheid van
zijn lot. Daar voor hqm stond het
ouderwetse huis met zijn hoog dak,
met zijn diep gelegen vensters en met
de mooie tuinen er om heen. Daar
achter lagen schuin omhoog de wei
landen, met kudden schapen, dwa
lend in het licht van de ondergaande
zon. Lea zag het zoals ze het nog
nooit had gezien. En daar kwam nu
de jonge meester van dat alles, en hij
had er geen deel in. Hij kwam thuis
als een bedelaar.
(Wordt vervolgd).
's-GRAVENHAGE, 28 aug. De algo-
mene Nederlandse bond van leesbiblio
theekhouders houdt van 28 september tot
6 oktober zijn jaarlijkse leesweek. Aan
deze leesweek zal wegens het 25-jarig be
staan van de bond een bijzonder cachet
gegeven worden. De officiële opening van
de leesweek zal geschieden op vrijdag 28
september in de grote zaal van Hotel
Krasnapolsky te Amsterdam.
's-GRAVENHAGE, 28 aug. HM.
de Koningin en Prins Bernhard heb
ben aan het Ned. Rode Kruis een be
langrijke gift gezonden voor de na
gelaten betrekkingen van de slacht
offers van de mijnramp in Marcinelle^
Het bedrag, dat op de girorekening
777 van het Ned. Rode Kruis voor dtt
doel werd gestort, is intussen geste
gen tot f 164.048,63. Dit geld zal in
overleg met het Rode Kruis van Bel
gië gestort worden in een fonds,
waaruit de vakopleiding van de 450
vaderloos geworden kinderen wordt
bekostigd.
De Hoge Autoriteit van de E.G.K.S,
heeft besloten voor de tweede maal
een bedrag van twee miljoen Belgi
sche francs voor hulpverlening aan
de families van de slachtoffers van
de ramp van Marcinelle uit t*
trekken.
DÜSSELDORF, 28 aug. (D.P.A.)
De Duitse vliegtuigindustrie verwacht
binnenkort 1000 militaire vliegtuigen
uit het buitenland, welke zij voor de
nieuwe Duitse luchtmacht zal mon
teren en invliegen. Er zijn 558 Ame
rikaanse straaljagers van het type
F-84 F en verkenningstoestellen
FR-84 F bij.
Samen met de onlangs door het
Westduitse ministerie voor lands
verdediging gegeven opdracht voor
licentie- en eigen bouw van ongeveer
1140 militaire vliegtuigen zal deze
montage van buitenlandse vliegtuigen
de Duitse vliegtuigindustrie kunnen
helpen om de eigen vredesproduktie
op gang te brengen. Zo heeft b.v. da
Focke-Wulffabriek met de licentie
overeenkomst ook exportvergunning
verkregen voor het Italiaanse les-
vliegtuig Piaggio 149 voor Scandina
vië en Zuid-Amerika.
«I
MOSKOU, 28 aug. (Tass). Het Rus
sische partijblad „Prawda" heeft In een
hoofdartikel president Soekarno van In
donesië, die een bezoek aan de Sowjet-
Unie brengt verwelkomd.
Het blad schrijft: „Het Sowjet-volk
heet de voortreffelijke Indonesische
staatsman en politicus welkom en in hem
het moedige, 80 miljoen zielen tellende
Indonesische volk, dat roemrijke blad
zijden in de annalen van de beweging tot
bevrijding van de oosterse volkeren heeft
geschreven.
Meer dan veertig jaar geleden heeft
de grote Lenin, de stichter van de eerste
socialistische staat in de wereld, met
warme sympathie de revolutionaire, de
mocratische beweging in Indonesië toe
gejuicht.
De economische samenwerking tussen
de Sowjet-Unie en de andere socialisti
sche landen is van bijzonder belang voor
de Indonesische republiek, indien zij
vastbesloten is zich in de kortst mogelij
ke tijd te ontdoen van de drukkende ko
loniale erfenis en door industrialisatie de
basis voor haar economische onafhanke
lijkheid te leggen."