Sultan Mohammed V, bekwaam maar „absoluut" regeerder A Democratische gebaren doen het wel Het verwisselde testament Een bezoek aan hei nieuwe Marokko (IV) Rooseveli sprak. Tweede coup gelukte.... Gesalarieerde ambtenaren Moderne stromingen Argentijnse politie contra studenten OUD ENGELS VERHAAL Jaarlijkse leesweek van 28 september tot 6 october Koninklijke gilt voor Marcinelle Duitse vliegtuig industrie komt op gang Prawda" verwelkomt Soekarno Woensdag 29 augustus 1956 ZEEIIWSCH DAGRT AD pagina 4 RABAT, augustus. (Van onze reiscorrespondent Link van Bruggen) DE Sultan is ons parlement! Verbazing steeg in me op, toen deze woorden door een van de hoogste regeringsfunctionarissen van het nieuwe Marokko werden toegevoegd, ten antwoord op mijn vraag, wanneer de inauguratie van een parlementair stelsel kon worden verwacht. Maar al spoedig werd me duidelijk, dat ik niet met een holle kreet had te doen, met een verblindende frase, waarmee het onmondige Marokkaanse volk gehypnotiseerd moest worden. Sidi Mohammed Ben Yoessef is meer dan het parlement. Hij is de auto riteit, die boven de vele autoriteiten en autoriteitjes in dit land uit troont, ds man, die het op elk gebied voor 't zeggen heeft. Hij is de opperwetgever, de opperrechter, de opperbevelhebber van de strijd krachten en de opperpriester van de Islam in zijn rijk. Hij kiest zijn ministers, zijn adviseurs en zijn goeverneurs en het bestaan van elke bestuursambtenaar, hoe gering in functie ook, is van zijn gunst af hankelijk. LS Europeaan, die bij de democratie is opgevoed, is men licht geneigd elke vorm van absolutisme onmiddellijk van de hand te wijzen. Men heeft de willekeur van de potentaten uit de Mid deleeuwen voor ogen, de onmondigheid van de volkeren in die tijd en de gruwelijke uitbuiting door de leenheren. Bij dit alles zal men echter nooit mogen vergeten, dat de meeste, zogenaamde ontwikkelde volkeren van thans, eeuwen hebben nodig gehad om van een absoluut naar een democratisch staatsbestel om te schakelen. En dat dit veelal riet heftige schokken gepaard is gegaan. IN Marokko -- en dit geldt voor vrij- tijd werd, dat Marokko onder het pro- 'mei de. aehele Arahisehe mereld tenf.nmai nHlrwam <xn »/mi 'wel de gehele Arabische wereld heeft het tot nog toe aan elke poli tieke vorming ontbroken. Mentaal is het Marokkaanse volk nog op het fe- dale systeem ingesteld, waarin de pasja's en caïds de leenheren uit onze Middeleeuwen zijn en de Sultan de absolute vorst. Een plotselinge over gang naar de democratie zouden de meeste Marokkanen niet kunnen ver werken. Ze zijn slechts gewend in af gezonderde gemeenschappen te leven, in een stam bijvoorbeeld of in dorps- verband, bezitten dikwijls een eigen, op traditie gegronde rechtsspraak en hebben er vooral behoefte aan sterke figuren te adoreren en te volgen. De tragiek van het Westen is dan ook vaak, dat het bij contact met oos terlingen, met volkeren dus, die, wat hun ontwikkeling betreft, eeuwen heb ben stil gestaan, door zijn eigen demo cratische leefregels wordt bedreigd. Als de recente uitdaging van president Nasser van Egypte onmiddellijk met een bombardement op Cairo had kun nen worden .beantwoord iets wat honderd jaar geleden zeker zou zijn geschied had dit de volken van Noord-Afrika en het Midden-Oosten eer ontzag ingeboezemd dan het thans gedane voorstel een conferentie te beleggen. In de Arabische wereld wordt onderhandelen dikwijls als een teken van zwakte uitgelegd. Korte, desnoods wrede metten spreken aan en spectaculaire persoonlijkheden hebben gezag. Men onderwerpt zich aan hun auotriteit, omdat het denken nog mas saal is gericht en de leidersfiguur on ontbeerlijk is. DE Sultan van Marokko is zo'n spectaculaire persoonlijkheid Hij wordt geïdentificeerd met het nationalisme in zijn land, hij wordt als dè man beschouwd, die da Fransen er heeft uitgewerkt en die als balling zware beproevingen heeft moeten doorstaan. In werkelijkheid is dit beeld sterk vertekend. De thans 48-jarige Sidi Mo hammed Ben Yoessef is, wat men zou kunnen noemen, een nationalist par accidence. Hij is eerder door het optre den van de Fransen op het nationalis tische voetstuk geplaatst dan door zijn eigen denkbeelden. Slechts geleidelijk wenste hij meer zeggenschap in Ma rokkaanse zaken te krijgen en hij is altijd een groot tegenstander van een opstand tegen het Franse gezag ge weest. Dit laatste wordt duidelijk geïllus treerd door de reis, die de Sultan in 1950 naar Parijs ondernam om de "ranse regering te bewegen Marokko binnen twintig jaar zelfregering te ge en. Zijn tocht liep overigens op een volslagen mislukking uit Parijs keurde hem nog geen antwoord waar dig ondanks het feit, dat hij enkele miljoenen francs had meegenomen om als douceurtje onder welwillende de- putaten te verdelen IN 1927 als jongen van zeventien jaar op de troon gebracht, danste de SuHan aanavnkelijk geheel naar de pijpen der Fransen. De laatsten, die in 1912 Marokko hadden bezet vanwege de onrust onder de Ber bers op verzoek van dé vorige Sul tan! hadden het sultanaat gehand haafd om geen twijfel over hun rol van beschermer te laten bestaan. De wending, die Parijs echter aan de bestuursvorm van Marokko gaf, liet aan duidelijkheid niets te wensen over. Achter elk besluit, dat in naam van de Sultan werd uitgevaardigd, stonder. de Fransen, en ook de Oele- ma's, een soort Raad van Wijzen, die de Sultan verkiest en die grote poli tieke en religieuze invloed heeft, wa ren aan handen en voeten aan het Franse goevernement gebonden. De conferentie, die de geallieerden in 1943 in Casablanca hielden, bete kende een mijlpaal in het leven van Mohammed V. Het was daar namelijk dat hij wijlen president Roosevelt van Amerika ontmoette voor 't eerst werd de Sultan in de gelegenheid ge steld zonder Franse begeleiders met een buitenlands staatshoofd te confe reren! die in sterke bewoordingen tot uitdrukking bracht, dat het hoog nen toestand uit om Mohammed V eisen af te dwingen, welke de positie van de Istiqlal moesten verzwakken. De Fransen bleken hun hand echter verre te hebben overspeeld. Want ach ter hun rug had El Glaoui een petitie opgesteld, waarin het aftreden van de Sultan werd geëist en die in een gela den atmosfeer door tweeduizend oud sten op een hoogvlakte bij Marrakesj was ondertekend. De coup gelukte deze keer. Parijs, dat zich El Glaoui en zijn volgelingen niet tot vijanden wilde maken, kon niet anders dan Mohammed V in bal lingschap sturen. De Berbers, die zich dreigend om de steden hadden verza meld, trokken, beloond voor hun dien sten, naar hun woonoorden terug en de Oelema's verkozen de door El Gla oui gewenste en door de Fransen waardig bevonden Mohammed Ben Moulay Arafa tot Sultan, een man, die slechts als stropop heeft gefungeerd en thans zijn levensavond in Frankrijk slijt. tectoraat uitkwam en zelfstandig zou worden. Van die tijd af dateren eigenlijk de strubbelingen met de Fransen. Mo> hammed V drong steeds weer op meer rechten voor Marokko aan, sprak zijn verbondenheid uit met de andere Ara bische landen en hield een troonrede welke kritische punten ten aanzien van het Franse bestuur behelsde. E Fransen, die de Sultan op de troon hadden gebracht omdat ze hem kneedbaar en vatbaar voor hun ideeën hielden, begonnen hem, vooral na de oorlog, behoorlijk lastig te vin den. Hierbij kwam nog, dat de Istiqlal, de in 1943 opgerichte, clandestiene on afhankelijkheidspartij, zich ook meer en meer begon te roeren en de onrust in het land met de dag toenam. Het was toen, dat de pro-Franse pas ja van Marrakesj, El Glaoui, ten tonele verscheen, met medeweten en waar schijnlijk op initiatief van het in Rabat zetelende goevernement. De invloed rijke en wars van elk nationalisme zijnde bestuurder hervormingen bezetten, buitte opnieuw de gespan- achter sluiers en haremmuren verstopt -- - -«■-« - wor<jt. Met een werklust, die men nooit ach ter hem had gezocht hjj hield van de jacht, van het verzamelen van au to's en wilde dieren en van het gezel schap van vrouwen begon de Sul tan aan de opbouw van de jonge staat Marokko. Hij benoemde een regering, waarbij hij er oplettend op toezag, dat hij niet de gevangene van de machtige Istaqlal kon worden en opende onder handelingen met de Fransen over de toekomstige betrekkingen. CAIDS en pasja's (de eersten zijn plattelands-, de tweeden stadsbestuurders) werden en worden ook nog steeds aan de lo pende band benoemd. Opmerkelijk hierbij was zijn besluit, dat deze nieuwe, tevens rechtsprekende be stuursambtenaren, voortaan gesa larieerd zouden worden. Dit was een democratisch gebaar van de eerste orde, want in feite beteken de een en ander, dat hij zichzelf van miljoenen aan inkomsten per jaar beroofde Voor zijn verbanning was het name lijk zo, dat de bestuursambtenaren, die in dienst van het „Empire Chérifien" stonden, hem voor hun benoeming met klinkende munt betaalden en hem daarenboven regelmatig aanzienlijke geschenken deden toekomen. Zelf leef den ze dan „van het land", zoals dat officieel heette, hetgeen betekende, dat ze de inheemse bevolking schattingen op legden en diensten lieten verlenen. Inmiddels is echter al komen vast te staan, dat de Sultan nog wel eens de hand licht met de persoonlijk door hem ingevoerde, nieuwe bepaling. Er zijn namelijk bestuursambtenaren, die wor den betaald, of beter, betaald zullen worden, want de regering van het nieuwe Marokko heeft (nog?) niet de beschikking over voldoende geld. Maar aan de andere kant zijn er ook velen, die geen andere verdienste hebben dan gunsteling van Mohammed V te zijn. Ze weten dit te waarderen als in vroe gere dagen, evenals trouwens de Sul tan zelf. DE Istiqlal bleef zich echter roeren en haar ondernemin gen werden met de dag dries ter. Overal in de steden en op het platteland opereerden haar ben den en in het noorden, op de grens van de (vroegere) Spaanse zone, zagen haar Rif-rebellen zelfs kans een vast front tegen de Fransen te vormen. In een royale bui de Franse „colons" hebben er nu nog of nu al spijt van besloot Parijs toen Marokko zijn zelfstandigheid te geven en de verbannen Sultan terug te halen. De laatste, die met acht van zijn veertig vrouwen een luxueus leventje op Madagascar had geleid, werd eind 1955 als een martelaar door zijn volk binnengehaald, Vele pro-El Glaoui- mannen vluchtten het land uit, of haastten zich, evenals trouwens de pasja zelf, hulde aan de teruggekeerde vorst te brengen en hem typisch voor het feodale stelsel in dit land met rijke giften te overladen. Mohammed V verklaarde alles als vergeten en vergeven, maar hij liet toch niet na alle ambtenaren, die hem ontrouw waren geweest, of zich op hun Franse gezindheid hadden laten voor staan, door anderen te vervangen. Ook de vrouwen, die hem niet in balling schap hadden willen volgen, kregen het zwaar te verduren. Sommigen zijn spoorloos verdwenen, hetgeen nogal gemakkelijk is in dit land, daar de vrouw niet de minste rechten heeft en in haar gewone doen al voorMi,r-»nd riet vrij onaanzienlijke paleis van de Sultan in Rabat. CVEN opmerkelijk is voorts, dat de ■-vorst zijn vrouwen angstvallig voor het oog van het publiek verbergt als ze ergens komen, moeten eerst alle mannen worden verwijderd maar dat zijn beide dochters zich on aangekondigd en Europees gekleed op straat begeven. Ze kennen de jitterbug zoals een Amerikaanse die behoort te kennen, spreken voor de radio iets ongehoords in de Marokkaanse man nenwereld en zelfs de werking van kauwgom is haar niet vreemd De Sultan heeft kennelijk concessies gedaan aan de moderne stromingen, die zich ontegenzeggelijk in zijn land bevinden. Een aantal jonge, bijna ge heel geeuropeaniseerde intellectuelen wenst langzaam tot de democratie over te gaan en staat afschaffing van alle anachronismen voor. Ook de positie van de vrouw moet volgens hem wor den verbeterd, waarbij ze zich tegen het polygame huwelijk en het dragen van de sluier keren. De laatste „democratische" maatre gel, welke Mohammed V heeft geno men, is de aankondiging van de instel ling van een Assemblee, alhoewel Raad van Adviseurs een betere naam zou zijn geweest. De bijna zeventig le den, waaruit dit lichaam zal bestaan, zullen namelijk niet representatief zijn voor het electoraat, maar voor de SULTAN MOHAMMED V VAN MAROKKO machten, die in Marokko bestaan. De partijen zullen er in vertegenwoordigd worden in welke verhouding is nog niemand bekend de industrieën, de Kamers van Koophandel, de agrari sche bedrijven etc. Het aantal represen tanten van elke groep ligt geheel ter beoordeling van de vorst, doch vast staat reeds, dat hij zelf vijftien depu- taten in deze slechts twee keer per jaar vergaderende Assemblee zal heb ben. ZO leeft Sidi Mohammed Ben Yoessef thans in Rabat als een absolute heerser met democra tische gebaartjes. Hij is machtig door de verering, die men hem geeft, en door de plaats, die hij in de Mohammedaanse religie in neemt. Twee jaar ballingschap hebben hem meer populair ge maakt dan vijfentwintig jaar rege ren. Hij is de samenbindende kracht, waaromheen zich het Ma rokkaanse volk heeft verenigd en die de balans der meningen in evenwicht houdt. BUENOS AIRES, 28 aug. (AFP). Maandagmiddag heeft zich te Mendoza, 1.200 kilometer ten westen van Buenos Aires, een botsing voorgedaan tussen Ar gentijnse politie en brandweerlieden ener- en studenten anderzijds, waarbij zeven politiemannen, een lid van de brandweer en drie studenten werden ge wond. De toestand van drie gewonden is ernstig. De studenten hadden het huis van de waarnemende rector van de universiteit van Mendoza, Germinal Basso, wiens af treden zij eisen, belegerd. Politie en brandweer hadden ingegrepen om de be togers te beletten het huis van de rector binnen te dringen. Hierbij waren scho ten gewisseld. zouden hem, de feodale grootvorst, schatten geld gaan kosten! vroeg een audiëntie bij de Sultan aan en be schuldigde hem er van mede verant woordelijk te zijn voor de acties der nationalisten. „Ga, hond", moet Mohammed V aan het eind van dit onderhoud heb ben gezegd en de oude, gekrenkt in zijn eer, bereidde in 1951 met de hulp van de Fransen de eerste coup tegen de Sultan voor. Terwijl zijn volgelingen, het krijgshaftige Ber bervolk, met paarden en al in Franse legerauto's werden geladen om naar de vlakten rondom de grote steden te worden gereden, eiste maarschalk Juin, de toenmalige resident-gene raal van Marokko, dat de Sultan zich openlijk van de Istiqlal zou distan- ciëren of anders af zou treden. De zaak was tamelijk gecompliceerd, want alle partijen, die aan de coup deelnamen, streefden andere doelein den na. De Fransen wilden de Istiqlal een morele klap toebrengen, El Glaoui wilde zich wreken door de Sultan te vernederen en zijn Berberruiters wa ren alleen maar op roof uit. De situatie kon worden gered door tussenkomst van de toenmalige presi dent van Frankrijk, Vincent Auriol, en de Amerikaanse ambassadeurs in Ma rokko. De Sultan tekende een compro mis-formule, de Berber-benden keer den vermoeid en hongerig naar hun dorpen terug en El Glaoui zelf, die nu tot doodsvijand van Mohammed V was gestempeld, bleef knarsetandend in zijn paleis in Marrakesj achter, zin nend op een nieuwe gelegenheid om de Sultan te treffen. Ruim twee jaar later, in augustus 1953 kreeg de pasja een tweede kans. Al weer met de hulp van de Fransen gingen zijn Berbers dezelfde weg als m 1951. En generaal Guillaume, die maarschalk Juin inmiddels als resi dent-generaal was opgevolgd en die „ter bescherming van de Sultan" diens paleis door Franse troepen had laten 39) Haar ogen brandden, maar ze bleef in de verte staren. De lengte en de krachtige, ferme houding waren van jonker Justin, maar haar scherpe ogen bemerkten toch een haast on merkbaar verschil. Hij kwam niet na der met de vurige en zekere tred van een meester, die zijn eigen deur na dert. De wandelaar aarzelde en wei felde, als een man, voor wie geen wo ning openstaat dan de herberg. Lea zuchtte diep van ontsteltenis en blijd schap beide, en ze hief haar bleek ge laat op naar mevrouw Herford en Jenny, die met verbazing naar haar keken. ,,'t Is jonker Dick", zei ze nog eens op onvaste toon; „hij is er eindelijk weer." Zonder verder iets te zeggen, snelde ze weg naar het doel, langs de laan die Justin daar door het kreupelhout had laten aanleggen, toen hij het be stuur had gekregen. Ze liep zo vlug als ze ooit had gedaan in de dagen van haar jeugd. Er was immèrs nie mand om hem te begroeten, zelfs zijn eigen moeder niet, zuchtte ze in bit terheid. Daar kwam hij nu terug van zijn lange tocht, en er was geen plaats voor hem in zijn eigen huis en onder zijn eigen dak. Lea bereikte de rechte weg vóór de man het hek van de nieuwe laan voorbij was, en nu stond ze bij de haagdoornheg op hem te wachten, met hijgende adem, en met de han den weer gedrukt tegen haar hevig kloppend hart. Ze kon hem nu dui delijk zien, een forse, krachtige man met een gebruind gelaat en met gro te bruine handen, die slingerden bij elke stap. Haar keel was droog en haar lippen brandden. Toen hij haar voorbij zou gaan, maakte ze een ouderwetse buiging, zoals ze nooit voor iemand anders had willen ma ken sedert haar kindsheid. Met een vragende blik bleef hij staan. „Jonker Dick!" stamelde ze hijgend. „Ken je me dan?" vroeg h(j met een glimlach. „Ja, ik ben Richard Her. ford. Maar ik kan men niet herinne ren, dat ik je ken." „Ik ben Lea Dart", hakkelde zij, nog te opgewonden om rustig te spreken. „Ik hoedde vroeger de ganzen op de rotsen." „O ja, dat weet ik nog", zei hij. Hij ging verder de weg af, waar de avondzon haar lange schaduw ach ter hem wierp. Zij kwam een paar passen achter hem aan, nog te ge jaagd om weer iets te zeggen. In haar gemoed was een gevoel van gro te teleurstelling. Het was, of een be ker een dorstige aan de lippen werd gezet, maar 't was een ledige beker. Haar lange jaren van getrouw wach ten en verlangen naar hem waren voorbij, en dit was nu het einde. Ze had maar één gedachte gehad: naar hem toesnellen om hem hartelijk wel kom te heten en nu niets dan een bittere teleurstelling. Ze had zelfs niet zijn hand aangeraakt. Een ogen blik had hij blij gekeken, toen zij hem herkende, maar nu stapte hij weer voort, zonder naar haar om te kijken. Zijn kleding was oud en kaal, en de zware schoenen aan zijn voeten wa ren versleten, en wit van het stof. Maar toch had hij volstrekt niet het voorkomen van een landloper. Zijn stap en houding waren die van een heer, en dat stemde Lea weer zachter. „Jonker Dick", zei ze zacht, „zo moet u niet door het dorp gaan. U moet er heel niet heen." „Waar moet ik dan heen?" vroeg hij, terwijl hij zich opeens omkeerde. „Is er dan niemand in Herford, die mij voor één nacht wil herbergen?" „O", riep Lea met een snik, „uw moeder ziet met verlangen naar u uit. Wij zagen u aankomen, en toen ben ik vooruitgerend om u te begroe ten. Kom naar het huis, jonker, hier deze nieuwe laan langs; dan ziet nie mand u in het dorp. Zo moe-ten de mensen u niet zien." Hij wendde zich om en ging de laan in, terwijl Lea nederig en bescheiden achter hem aanging, als een hond, die van zijn baas een bestraffing heeft gehad, maar wie het volgen toch niet verboden is. Ze wist, dat het beter voor haar was, haar eerste plan te volgen en een bezoek brengen aan haar oude moeder, maar ze kon er niet toe komen, hem alleen te laten gaan. Ze moest weten, hoe hij thuis ontvangen werd. 't Was pijnlijk voor haar, maar 't zou haar nog pijnlijker wezen, er niet bij te zijn, dat hij thuis kwam. „Lea, is mijn broer thuis?" vroeg hij, toen ze het huis in het oog kregen. „Neen, hij is in Londen", antwoord de zij haastig, „hij en freule Pansy. Alleen uw moeder is thuis. O jonker Dick, ik wou, dat u terugkwam als de meester". „Ik kom terug als bedelaar", mom pelde hij, meer tot zichzelf dan tot haar. Ze voelde al de hardheid van zijn lot. Daar voor hqm stond het ouderwetse huis met zijn hoog dak, met zijn diep gelegen vensters en met de mooie tuinen er om heen. Daar achter lagen schuin omhoog de wei landen, met kudden schapen, dwa lend in het licht van de ondergaande zon. Lea zag het zoals ze het nog nooit had gezien. En daar kwam nu de jonge meester van dat alles, en hij had er geen deel in. Hij kwam thuis als een bedelaar. (Wordt vervolgd). 's-GRAVENHAGE, 28 aug. De algo- mene Nederlandse bond van leesbiblio theekhouders houdt van 28 september tot 6 oktober zijn jaarlijkse leesweek. Aan deze leesweek zal wegens het 25-jarig be staan van de bond een bijzonder cachet gegeven worden. De officiële opening van de leesweek zal geschieden op vrijdag 28 september in de grote zaal van Hotel Krasnapolsky te Amsterdam. 's-GRAVENHAGE, 28 aug. HM. de Koningin en Prins Bernhard heb ben aan het Ned. Rode Kruis een be langrijke gift gezonden voor de na gelaten betrekkingen van de slacht offers van de mijnramp in Marcinelle^ Het bedrag, dat op de girorekening 777 van het Ned. Rode Kruis voor dtt doel werd gestort, is intussen geste gen tot f 164.048,63. Dit geld zal in overleg met het Rode Kruis van Bel gië gestort worden in een fonds, waaruit de vakopleiding van de 450 vaderloos geworden kinderen wordt bekostigd. De Hoge Autoriteit van de E.G.K.S, heeft besloten voor de tweede maal een bedrag van twee miljoen Belgi sche francs voor hulpverlening aan de families van de slachtoffers van de ramp van Marcinelle uit t* trekken. DÜSSELDORF, 28 aug. (D.P.A.) De Duitse vliegtuigindustrie verwacht binnenkort 1000 militaire vliegtuigen uit het buitenland, welke zij voor de nieuwe Duitse luchtmacht zal mon teren en invliegen. Er zijn 558 Ame rikaanse straaljagers van het type F-84 F en verkenningstoestellen FR-84 F bij. Samen met de onlangs door het Westduitse ministerie voor lands verdediging gegeven opdracht voor licentie- en eigen bouw van ongeveer 1140 militaire vliegtuigen zal deze montage van buitenlandse vliegtuigen de Duitse vliegtuigindustrie kunnen helpen om de eigen vredesproduktie op gang te brengen. Zo heeft b.v. da Focke-Wulffabriek met de licentie overeenkomst ook exportvergunning verkregen voor het Italiaanse les- vliegtuig Piaggio 149 voor Scandina vië en Zuid-Amerika. «I MOSKOU, 28 aug. (Tass). Het Rus sische partijblad „Prawda" heeft In een hoofdartikel president Soekarno van In donesië, die een bezoek aan de Sowjet- Unie brengt verwelkomd. Het blad schrijft: „Het Sowjet-volk heet de voortreffelijke Indonesische staatsman en politicus welkom en in hem het moedige, 80 miljoen zielen tellende Indonesische volk, dat roemrijke blad zijden in de annalen van de beweging tot bevrijding van de oosterse volkeren heeft geschreven. Meer dan veertig jaar geleden heeft de grote Lenin, de stichter van de eerste socialistische staat in de wereld, met warme sympathie de revolutionaire, de mocratische beweging in Indonesië toe gejuicht. De economische samenwerking tussen de Sowjet-Unie en de andere socialisti sche landen is van bijzonder belang voor de Indonesische republiek, indien zij vastbesloten is zich in de kortst mogelij ke tijd te ontdoen van de drukkende ko loniale erfenis en door industrialisatie de basis voor haar economische onafhanke lijkheid te leggen."

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1956 | | pagina 4