Ds. Scharp, vurig
dichter van
oranjeklant
gezangen
en
c.
IN DE NATUUR
UIT DE KERKEN
Baders in zee: neemt deze
wenken steeds in acht
Hij weigerde in 1795 de eed op de grondwet
Te Rotterdam was hij
in volle kracht
Zeeuwse W andelingen
Schuldige
aan „dodenmars"
vrijgesproken
Een schip wordt geëerd
Opnieuw jong
PUZZLE
Hieuw- fretgden nodig* 1
Nieuwe leden van
Wereldraad van Kerken
OtddMungzn enMwenis&en
Een heilige plani"
met een onheilige
levenswandel
JOSEPH A. BRUSSE
Dader Londense
diamantdiefstal
gegrepen
Maandag 6 augustus 1956.
ZEEUWSCH DAGBLAD
pagina 5
Nadat ds. Scharp acht jaar pre
dikant in Axel was geweest,
vertrok hij in 1788 naar
Noordwijk-Binnen, waar hij
slechts ruim een jaar heeft ge
staan. Het volgend jaar vertrok
hij naar Rotterdam, waar hij tot
zijn dood gebleven is. Dat ds.
Scharp erg Oranjegezind was,
bleek reeds in Axel. In 1787 hield
hij daar een biddagpredikatie,
waardoor hij zich de hevige haat
van de Patriotten, de vijanden van
Oranje, op de hals haalde. Ze
noemden hem „een gebefte Oran-
jeslaaf".
Het blijkt ook uit de vele verzen,
waarin hij Prins Willem V verheer
lijkt en verdedigt tegen zijn vijanden.
Op diens verjaardag in 1794 (8 maart)
'ingt hij:
„Lustig vieren wij, Bataven,
Vijfden Willems jaargetij,
Wij, wij allen waren slaven,
Neerlands glorie lag begraven,
Was er niet die stuurman bij,
Die het staatsroer kan regeren,
En het schip als 't stormt en raast,
Door het, naar de kunst, laveren
Veilig voor het onweer plaatst.
Roer der vorsten, kroon der groten!
Oog der wijzen in de Staat!
Schutsheer, 't zij ge vest of sloten,
Of het leger of de vloten
Op de rede gadeslaat
En een hekeldicht van een zekere
Batavus de Hekeldichter noemt hij
„Zwavelstok in satanshanden
Vuurtang in de hel gegloeid,
Schender van het recht der mensen,
In de afgrond uitgebroeid."
De Fransen zijn in 't land gekomen
en eisten, dat de predikanten een eed
op de nieuwe grondwet aflegden. Maar
ds. Scharp weigerde. Hij had vroeger
eens gezegd: „Ik behoor niet onder 't
getal van die mensen, die naar tijds
omstandigheden van gevoelens en taal
veranderen, gelijk men van klederen
verwisselt naar het seizoen."
Deze moedige woorden waren
geen ijdele taal, want in 1796 werd
hij afgezet. Hij vertrok naar Loga in
Oost-Friesland, waar hij de gemeen
te diende. Enkele jaren later promo
veerde hij aan de universiteit te
Duisburg tot doctor in de godge
leerdheid.
Reeds in 1800 mocht hij terugkeren
naar Rotterdam. Er was daar een va
kature ontstaan en een verzoekschrift,
niet slechts ondertekend door zijn col
lega's en gemeenteleden, maar ook
door Roomsen, Luthersen en Remon
stranten, had succes gehad. Zijn colle
ga kon spoedig zeggen: „De roem der
priesterenrij is aan ons weergegeven"
In Rotterdam
Hier in Rotterdam heeft hij zijn vol
le kracht kunnen ontplooien als her
der der gemeente en als welsprekend
kanselredenaar,.
Zijn manier van preken zou ons nu
vermoedelijk niet meer bekoren, zijn
stijl was bombastisch en vol opeen
stapelingen, zoals het in die dagen
de gewoonte was. Zoiets gold als voor
waarde voor goed redenaarstalent.
Men luisterde graag naar hem, temeer
daar hij zijn hoogdravende ellenlange
zinnen afwisselde met aardige zin
spelingen, geestige kwinkslagen en
koddige anecdoten.
Wilt u een anecdote die over hem
verteld wordt?
Op een keer ging hij naar kennis
sen, die hem ai eens een foto beloofd
hadden, maar nog nooit gegeven. Hij
moest even wachten en zag daar in de
kamer de beloofde foto. Hij nam ze
,an de wand en stak ze in zijn zak.
't Wachten duurde hem te lang, hij
had weinig tijd, bovendien kwam er
een onweer opzetten. Omdat hij voor
de bui thuis wilde zijn, belde hij de
meid en zei: „Zeg aan meneer en me
vrouw dat ik een hele tijd gewacht
heb, dat ik ze al lang in mijn zak heb
en nu om de donder en de bliksem
wegga".
De meid liet hem uit en met ver
schrikt gezicht vertelde ze, dat do
minee erg boos was en zelfs gevloekt
had! Wat zal Scharp gelachen hebben,
toen zijn vriend hem nog dezelfde
avond om een verklaring kwam vra
gen van deze wel wat dubbelzinnige
■voorden
^ycxening in de poëzie
Graag oefende ds. Scharp zich in
.e poëzie. Hij was dan ook een ver-
iienstelijk en ijverig lid van de let
terkundige vereniging „Verscheiden
denheid en Overeenstemming" te
Rotterdam, waar veel in dichtmaat
werd gesproken.
Natuurlijk deed ook Scharp het,
nen noemde hem „de vorst der Maas-
dichters, de hogepriester van het Rot
terdamse zangerenkoor".
Iedere gelegenheid benutte hij, ge
boorte en sterfgeval, afscheid en feest,
irbileum en huwelijk, om zich in
poëzie te uiten.
On 70 jarige leeftijd preekte hij in
i826 afscheid van zijn gemeente te
Rotterdam. Slechts twee jaar heeft hij
jan zijn emeritaat kunnen genieten.
Tijdens zijn ziekbed, dat zijn sterf
bed geworden is, heeft hij nog een ge-
-chrift uitgegeven, waarin hij getuigde
en wie zou het wagen in 't aange
zicht van de dood te huichelen?
,En nu belijd ik (met afstand van al
le roem, maar roemende de Here)
mijn vast geloof en onwrikbare hope,
lat ik, lie binnenkort ga sterven, niet
ïlleen sterf op dat Evangelie dat ik
'rijmoedig heb gepredikt, maar ook,
at ook ik, door en om Jezus Christus,
ijn enige Heiland en Zaligmaker, zo
zekerlijk uit vrije erbarming de eeuwi
ge zaligheid verkrijgen zal, als Gij
voor mij gestorven zijt. Rustig en vro
lijk ga ik sterven, Goddelijke, Godge-
offerde, door God verheerlijkte Red
der van mensen, Verzoener van de
zonden, Gever van het eeuwige leven,
Voleindiger van mijn geloof, mijn
Here en mijn God".
Dichter van gezangen
Tijdens Scharps verblijf in Rotter
dam werd een bundel gezangen sa
mengesteld ten behoeve der Ned. Her
vormde kerk, waaraan ook hij heeft
medegewerkt. Als scriba heeft hij het
voorwoord ervan ondertekend en en
kele gedichten van hem zijn in de
bundel opgenomen. De meeste ook in
de nieuwe bundel, die enige jaren ge
leden is uitgegeven (de nummers 43,
102, 107, 158, 168, 173 en 208).
Het oude gezang 78 „De ware Chris
ten is de beste burger" heeft men
gelukkig laten vervallen. De slappe
inhoud en het onbeduidend gerijmel
verdienden de weglating ten volle.
Wat zegt u van dergelijke „poëzie":
„Komt Christenen, toont met woord
en daad,
Dat, wie de ware godsvrucht smaad',
Altijd de beste burger zij.
Zich zijner roeping steeds bewust,
Werkt hij in zijn kring met lust;
Hij streeft naar grootheid, geld of
goed,
Nooit hoger dan hij streven moeV'.
De volgende negen coupletten spaar
ik u!
Maar daar staat tegenover, dat ds.
Scharp er een paar aan de gezangen
bundel heeft afgestaan, die tot op dit
ogenblik lievelingsverzen van vele
vrome zielen zijn.
Wie kent niet no. 168:
„Jezus neemt de zondaars aan!
Roept dit troostwoord toe aan allen,
Die van 's levens rechte baan
Op de dwaalweg zijn vervallen."
En dan het bekende no. 173:
„Alle roem is uitgesloten!
Onverdiende zaligheen,
Heb ik van mijn God genoten,
'k Roem in vrije gunst alleen."
Ook bekend is het passielied no. 43:
„Is dat, is dat mijn Koning?"
De twee laatstgenoemde zijn zelfs
(gedeeltelijk) overgenomen in de
kleine bundel, die de Geref. Kerken
hebben uitgegeven om te zingen naast
de psalmen.
Tenslotte zou ik nog kunnen ver
melden, dat ds. Scharp op Kerst
feest eens een preek heeft gehouden
in dichtvorm en een andere keer
een preek, waarin de letter r niet
voorkomt. Een mooi onderwerp om
tegen Kerstdag eens over te schrij
ven.
L. v. W.
PARRIS ISLAND, South Carolina,
4 aug. (Reuter). De sergeant der
Amerikaanse mariniers McKeonn is
door de krijgsraad vrijgesproken van
doodslag door schuld. Hij heeft des
tijds een strafmars door een moeras
geleid, waarbij zes rekruten verdron
ken. Hij werd schuldig bevonden aan
nalatigheid en het gebruik van sterke
drank in diensturen. Daarop staat ma
ximaal twee jaar gevangenisstraf en
oneervol ontslag uit de dienst.
Bouwverenigingen in
Zuid-Afrika floreren
PRETORIA, 3 augustus Het ka
pitaal van de gezamenlijke bouwver
enigingen in de Unie van Zuid-Afrika
steeg van 420 miljoen gulden in 1945
tot ruim 1,8 miljard gulden in 1955.
Gedurende 1955 stelden de bouwver
enigingen een miljard gulden beschik
baar, waarvan de helft werd gebruikt
voor de bouw van woningen en flats.
De andere helft werd verstrekt in de
vorm van hypotheken of leningen voor
de aankoop van reeds bestaande pan
den.
DEN HAAG, 3 augustus De Ko
ninklijke Nederlandsche Bond tot het
redden van drenkelingen adviseert om
de volgende wenken in acht te nemen
bij het baden in zee:
Begeeft u nimmer verder in zee dan
tot heupdiepte; vooral bij zeewind
kurmen de golven en het „trekken'
van de zee u anders van de been
werken.
Wanneer iemand in nood verkeert:
meldt u dan bij een zeebadinrich-
NEW YORK, 4 aug. AFP
Twee krasse Amerikaanse oud
jes, de 98-jarige Myer Krich en
de 95-jarige mevrouw Hinda Ju-
ba, hebben vrijdag kennis gege
ven van hun voornemen in het
huwelijk te treden. De gelukkige
verloofden hebben elkaar in het
begin, van dit jaar in een be
jaardentehuis leren kennen en
raakten „op het eerste gezicht
verliefd op elkaar". Samen zul
len ze straks 15 kinderen, 27
kleinkinderen en 40 achterklein
kinderen hebben.
VANDAAG EENS
KRUISWOORDRAADSEL
HORIZONTAAL: 1 Muziekinstrument,
4 hoeveelheid, 7 vissoort, 8 vreemd, 9
gevierde zangeres, 11 zonnescherm, 13
krijgsman, 17 voedsel, 18 aardig, 19 drank,
20 hard vet. 21 deel van het gelaat.
VERTICAAL: 1 Dier. 2 knol, 3 heerlijk,
oord, 5 vreemde munt, 6 dierenverblijf,
9 onmiddellijk, 10 dier, 12 bevel, 13 blaam,
14 rijzig. 15 rivier in Italië, 16 heiligen
beeld.
Oplossing vorige puzzle
Sigaar, roerdomp, prauw, winter, room
soes, sleep, polder, ruimte, enorm, mollig,
grappig, gesp, peper, rumoer, rein, nes,
som, merk, SPIN, RUPS, MIER, WORM.
Te Rotterdam slaagden voor akte K.
(nuttige handwerken) de dames A. Ton,
St Laurens; C. Bruijnooge, IJzendijke; M.
Boone, Arnemuiden; M. Blok, Krabben-
dijke en J. Noback te Middelburg. Zij
kregen hun opleiding op het atelier voor
Kunstnijverheid Dora Prins.
ting of indien zij bezet zijn bij de
strandposten van politie en reddings
brigades.
Volgt de aanwijzingen die badperso-
neel, politie of leden der reddingsbri
gade u geven prompt op; men geeft
die in uw eigen belang.
Wendt u in twijfelgevallen altijd tot
de eerder genoemde deskundige, de
leden der brigades kunt u herkennen
aan hun oranje kapjes.
Belangrijk: gaat altijd gezamenlijk
baden, nimmer alleen, zorgt er voor
een „ketting" te maken door eikaars
polsen te grijpen indien een uit de
groep in moeilijkheden komt.
Laat dan de langste persoon trachten
de hulpbehoevende te pakken, terwijl
de anderen zich opstellen in de rich
ting van het strand.
Voor baders en voor zwemmers
geldt: wuif nooit naar familie op het
strand, opdat geen misvatting kan ont
staan doordat men meent dat u om
hulp vraagt. Aandachtverdeling kan
een medemens het leven doen kosten.
De „lle de France", het Franse lijn
schip, dat een groot aandeel had in de
redding van de opvarenden van de
AndreaDoria", is onderscheiden met
het „Kruis van ridder van de scheep-
vaartverdienste"waarmee de gehele
bemanning van het schip door de
Franse regering geëerd werd. Op de
rechtse foto zien we de onderstaats
secretaris voor de koopvaardij, Roger
Duveau, die het kruis op het kussen
hecht, waarop reeds de militaire on
derscheiding prijkt, die de „lle de
France" tijdens Wereldoorlog II ver
wierf. Kapitein De Beaudan kijkt toe_
Op de linker foto vertelt de kapitein
van het schip tijdens de persconferen
tie hoe de redding van de opvarenden
van de „Andrea Doria" in zijn werk
ging.
Te Baam hebben onlangs Hervormden
en Gereformeerden een conferentie gehou
den, waarin de Geref. hoogleraar prof.
mr. W. F. de Gaay Fortman als een middel
om tot eenheid te komen de „bezinning
op een nieuw belijden" noemde. In De
Waarheidsvriend, het orgaan van de
Geref. Bond ln de Ned. Herv. Kerk, vraagt
prof. dr. Severljn zich af:
Ia dat nu niet een omgekeerde rede? Is
da weg der zaligheid in de twintigste
eeuw een andere dan in de zestiende
eeuw? Is het geloof, dat de heiligen over
geleverd is, heden een ander geloof dan
voorheen? Resoneert de geloofsstrijd van
de kerk der eeuwen in de beslissingen,
welke zij in het geloof en bij het licht der
Schrift won, niet ln onze belijdenis der
drie formulieren?
Het gaat er niet om, of de oude belijde
nisgeschriften passen op de nieuwe vra
gen, maar het gaat er om, of wij antwoord
kunnen vinden op de vragen, waarvoor
wij ons gesteld zien, ln het licht van het
zelfde geloof, dat in de belijdenis aan het
woord is.
Het gaat er om, vanuit dat geloof onze
positie in de huidige wereld bepaald te
zien, onze roeping, de roeping der kerk, te
betrachten en een klaar geluid te geven
op en naar aanleiding van die vragen des
tijds.
Het is bovendien zo betreurenswaardig,
dat de „nieuwe vragen" voor een belang
rijk deel zo geheel en al liggen in en opko
men uit een woestijn van vervreemding
van het geloof en indifferentisme ten aan
zien van de geloofsvragen.
Het geloof kan zich alleen ten koste van
het geloof solidair maken met de wereld.
De oude belijdenisgeschriften passen
waarlijk niet op de tegenwoordige lerin
gen van solidariteit met de wereld. Wie
deze leringen tot grondslag wil maken
van het kerkelijk leven, berooft tegelij
kertijd de kerk van haar geestelijk karak
ter en de wereld van de regeneratieve
kracht, welke van het waarachtig geeste
lijk leven der kerk op haar uitgaat.
Die prijs kan het geloof nooit brengen.
fCutee moeiigdheden
Ook onderling hebben de Gereformeer
den een conferentie gehouden, en wel op
Woudschoten. Een der organisatoren daar
van was weer prof. De Gaay Fortman.
Deze geeft in het Centraal Weekblad van
de Geref. Kerken een nabeschouwing,
waarin lij naar voren brengt:
De mensen van Woudschoten zitten met
twee moeilijkheden. De eerste is, dat zij
alle onrust in de kerk willen vermijden.
Na de beweging van 1944 Is voor onze
kerk eendracht nodig bij het vervullen
„Beschermd gebied" op
Cyprus
NICOSIA, 4 aug. (Reuter). Een
groot deel van het bergachtige gebied
Troodos in midden-Cyprus, waarin 72
dorpen zijn gelegen, is door het be
stuur van het eiland tot „beschermd
gebied" verklaard. Zonder speciale
vergunning mag het niet betreden
worden. Ook voor een gebied bij Fa-
magusta geldt een dergelijke bepa
ling.
GALYATETOE (Hongarije), 4 aug.
(Reuter). Het negentig leden tel
lende centrale comité van de Wereld
raad van Kerken, die op het ogenblik
in Hongarije een congres houdt, heeft
eenstemming drie nieuwe aanvragen
voor het lidmaatschap goedgekeurd.
De aanvragen zijn afkomstig van
de Baptistenkerk in Hongarije, de
Anglicaanse Kerk van de provincie
Centraal-Afrika (met ongeveer een
miljoen leden), en de Duitse Evange
lische synode te Rio de la Plata, die in
Argentinië en Uruguay ruim 30.000
leden telt en nauwe betrekkingen on
derhoudt met de Duitse Evangelische
Kerk.
Thans is nog bevestiging vereist
door twee-derde van de 162 leden van
de Wereldraad van Kerken zelf. Na
een tijdvak van een half jaar worden
de nieuwe leden toegelaten.
Qen grasgroene, niet zeer steile
berghellingoverdekt met een
veelkleurig bloementapijt.
Daaronder in het dal het zacht
murmelende beekje. Een paar kin
deren met smoezelige handjes' en
een verwarde haardos, die ver
legen naar ons opkijken. Zingende
wilde kanaries, een haastig weg-
flitsende appelvink. Ziedaar de
Ardennen, zoals ze zich aan ons
openbaren op het ogenblik, dat we
de glanzende luxe auto verlaten
om voor een wijle onze benen te
strekken. Hoe we zo ineens aan die
mooie wagen gekomen zijn? O,
maar die is niet van ons, hoor. We
zijn slechts meerijders. Kijk, daar
komt onze gastheer met zijn jonge
vrouw en zijn nog jongere char
mante dochter (in spijkerbroek)
ook juist naar buiten. Een hele
Piet, als je hem zo ziet, vindt u
niet?
Nou, maar vanmorgen was het an
ders maar droevig met hem gesteld.
Een kapotte motor en als logisch ge
volg daarvan twee kijvende vrouwen,
die hem op zijn onhandige vingers ston
den te kijken. En maar zwoegen jon
gens! En niets vinden natuurlijk! En
die vrouwen maar foeteren! Enfin, toen
de nood op het hoogste was, kwamen
wij aan gewandeld. Willem, direct één
en al hulpvaardigheid.
„Wat doet er op, meneer? Kan ik U we avonturen.
soms ergens mee helpen?
„Nou, als U wilt, graag!" zei meneer.
„Ik zie er geen gat meer in".
„Prachtig, vertelt U dan eerst maar
eens, hoe alles ln zijn werk ls gegaan".
„Nou, heel gewoon. We reden. Geen
wolkje aan de lucht. En toen opeens:
„Prut", zegt de motor en gelijk staan
we stil'
„Ja, ja, Ik begrijp het", knikte Wil
lem en meteen dook hij met zijn boven
lijf de motorkap in. Van daaruit hoor
den we hem heel wijsgerig mompelen:
„Erg belangrijk, wat U me daar ver
telde, meneer. Ja, ziet U, auto's heb
ben zo hun eigen taaltje. Ze kunnen
„Prut" zeggen of „Piep" of „Zzzz" en
ze kunnen ook helemaal niets zeggen.
Maar je moet een kenner wezen om te
weten, wat dat allemaal beduidt".
En heel bescheiden liet hg er op
volgen: „Zo'n kenner ben ik nu. U
zult het zien, meneer, binnen het half
uur rgdt U weer".
Hg had niets te veel gezegd. Drie
entwintig minuten na onze aankomst
kon de onderbroken reis van het
drietal worden voortgezet.
„Wat mag ik U aanbieden?" vroeg
meneer, een dikke portemonnaie te
voorschgn halend.
Een gratis reisje
„Een gratis reisje voor mg en mgn
maat", antwoordde Willem prompt.
Moeder en dochter vonden dit maar
verfomfaaide zwerversplunje (lk had
gisteren net een winkelhaak ln mgn
broek gehaald bg het nemen van een
prikkeldraadversperring), maar meneer
zei: „Oké!" en als om te tonen, dat hg
inweerwll van de druk, die er van twee
kanten op hem werd uitgeoefend, nog
steeds het laatste woord had, hield hg
het portier met een uitnodigend gebaar
voor ons open. En daar zaten we dan,
aan de vooravond van een reeks nleu-
En nu zgn we ln de Ardennen. Tien
minuten om ons te vertreden. Tien mi
nuten, om de omgeving eens goed in
ons op te nemen. En terwgi lk met de
ogen de appelvink volg (een veelkleu
rige vink van merelgrootte met een
opvallende witte vlek op zgn vleugels
en een grote, dikke snavel. In Neder
land komt de vogel slechts sporadisch
voor, maar in België is hg niet zeld
zaam), die nu al voor de tweede keer
overvliegt, hoor ik Willem roepen:
„Hé, geleerde bol, kom eens kgken.
door
Die boom daar, die eik, heeft twee
soorten bladeren. Verklaar me dat
eens
Leergierig
Die Willem! Hg begint werkeigk leer
gierig te worden.
„Kijk, ouwe jongen", leg ik uit, „die
bladeren daar, die gladgerande, die le-
pelvormige, zijn van een andere plant,
de maretak. Dat is een woekerplant, zo
gezegd. In Nederland zul je hem, be
halve op een enkel plekje in Limburg,
niet veel tegenkomen. Hier ln België
hg echter verre van zeldzaam. Ook
tn Engeland komt hg veel voor en daar
dient hg zelfs, omdat hij altgd groene
bladeren heeft, als kerstversiering
(mistletoe). Dat gebruik stamt nog uit
de tgd der Germanen, voor wie de ma
retak een heilige plant was, het zinne
beeld van het leven, dat de dood over
wint.
zgn levenswQze is overigens zo heilig
niet. Hg teert op de zak van anderen.
Het door de elk opgezogen water met
het daarin aanwezige voedsel wordt
van haar onmetelijke grote taak.
Zou wat de mensen van Woudschoten
willen scherpe tegenstellingen in de kerk
oproepen, dan zou voor de zoveelste maal
energie, die voor het eigenRjke werk van
de kerk nodig is als brood, opgeslorpt
worden door onderling meningsverschil.
Ik althans meen duidehjk te zien wat onze
kerk in de naaste toekomst te doen staat,
en ik meen, dat niet weinigen het daarin
met mij eens zijn, zoals ik het met hun
eens ben. Maar welke weg moet worden
bewandeld, opdat de kerk in brede lagen
het ook zo gaat zien en aan het werk gaat?
Dat is de eerste moeibjkheid.
De tweede kan ik duidelijk maken met
een verhaal, dat ik las in het pas versche
nen boek van dr. K. Groot over Kohlbrug-
ge en Kuyper.
Tijdens de Doleantie stond er in Am
sterdam een mede door Kohlbrugge opge
leide predikant, ds. Lütge. Kuyper heeft
zich erg veel moeite gegeven ds. Lütge t«
bewegen met de Doleantie mee te gaan
en hem daartoe meermalen opgezocht.
Lütge voelde deze herhaalde gesprekken
tenslotte als een kwelling. Eindelijk zei hg
Kuyper, dat zijn besluit vast stond. Hg
bleef in de Hervormde Kerk, omdat hg
Kuypers weg onjuist achtte.
Lütge had Kuyper uitgelaten en deze
had reeds enige stappen in de richting van
zijn huis gedaan, toen hij zich omdraaide
en Lütge toeriep: „Maar wat moet lk dan
doen, Lütge!" En Lütge antwoordde:
„Weet je wat jij moet doen, Kuyper? Je
moet eindelijk eens ophouden het zelf te
doen, en je moet het God laten doen."
Om dat laatste gaat het mg. Ieder die
meent zgn kerk op een bepaalde weg te
sturen loopt gevaar het zelf te gaan doen.
De mensen van Woudschoten willen eer
lijk naar God luisteren en Hem laten
doen. Vandaar hun strijdbare terughou
dendheid en onzekerheid.
£iedeAen man ut-atiltnaad
Elke protestant, die in het „Lof" in de
rooms-katholieke kerk de „gemeente"
hoort zingen (wat maar zelden gebeurt)
stoot zich aan de miserabele Inhoud, wat
de stgi betreft, van veel liederen. Dat deze
ergernis ook wel door rooms-katholieken
zelf gedeeld wordt, blUkt uit het r.k. or
gaan De Bazuin, waarin een kapelaan op
biecht:
Een doorn in mijn oog blijven de vele
Nederlandse liedjes in het Lof, die de
mensen de kerk uitjagen. „Die klank is als
een hemeldrank van reinen maagden
wijn. Ik heb mijn schone dagen ver-
roekloosd en verdaan; en kom o moeder
klagen bg U voortaan. Gg moet mg, lieve
moeder zoet, mij in uw armen dragen eto.
Ook hier wachten talloze parochies op 'n
goede aanpak van hogerhand, ik bedoel 'n
hervorming van het Lof in meer bijbelse
geest, met schriftlezing en korte medita
tie, want u kunt zich toch wel voorstellen,
dat het voor ons moeilijk is de mensen te
enthousiasmeren voor iets, waar wg zelf
de buik vol van hebben.
Bg dt padmindeAi
Er zgn enige predikanten een poosje ale
gast op het hoofdkwartier van de Ned.
Padvindersvereniging geweest. Ds. J. H.
Smit Duyzendkunst van Amsterdam ver
telt er in het Evang. Luthers Weekblad
het volgende van:
Een interkerkelijk gezelschap van ne
gen voorgangers was bgeen om enkele
dingen van deze methode te leren en zo
doende een algemeen inzicht te krijgen ln
het werk van de padvindera. Interkerke-
lijk, inderdaad, wij waren met twee Her
vormde, twee Gereformeerde en twee
Lutherse predikanten, een pastoor van de
Oud-Katholieke Kerk en twee officieren
van het Leger des Heils. En leren deden
we! En wel door de praktijk te beoefenen.
We werden behandeld als gewone pad
vinders merkwaardig voor een domi
nee om nu eens niet op eigen initiatief te
handelen, maar gecommandeerd te wor
den.
Zo hebben we veel praktgk geleerd en
daar tussen door enkele theorielessen ont
vangen. We sliepen op dè harde grond in
tenten, moesten zelf koken, kregen In
spectie (of we goed geschoren waren; da
hygiëne is een belangrijk ding in een
kamp!). We leerden de touwknopen: plat
te knoop, paalsteek, mastworp, schoot
steek. We ontvingen les ln kaartlezen
(landkaart) wel te verstaan, op kompas
lopen enz. 's Ochtends moesten we de vlag
hijsen en de padvinderswet lezen. En dan
de wedstrijden tussen de twee patrouilles!
LONDEN, 4 aug. (AFP). Aan
boord van de pakketboot „Bloemfon
tein Castle", onderweg naar Zuid-
Afrika, is een man gearresteerd, die
verdacht wordt medeplichtig te zijn
aan de diamant-diefstal van 16 juli ln
Londen, waarbij uit een auto voor ruim
een miljoen aan kostbare stenen werd
gestolen. Twee detectives van Scot
land Yard, die per vliegtuig uit Lon
den zijn overgekomen, wachten hem
op voor een verhoor. Het schip wordt
maandagnacht in Kaapstad verwacht.
voor een groot deel door de maretak
weer opgeslokt. De wortels van de ro
ver zgn daartoe in het hout van de eik
doorgedrongen.
In het voorjaar komen er aan de
plant kleine, maar heerigk riekende
geelgroene bloemen. Uit de vrouwelijke
bloempjes ontwikkelt zich dan de
vrucht: een witte bes, die een taai, kle
verig vocht bevat. Wordt deze bes door
de vogels gegeten (lijsters!), dan bigft
er door die kleverigheid allicht wel een
zaadje aan de snavel plakken, dat dan
naderhand wordt afgestreken aan een
boomtak. Op die plaats ontwikkelt zich
vervolgens een nieuwe plant. Gesno
pen?"
„Gesnopen!", antwoordt Willem.
Met dat hij het zegt, klinkt er achter
ons een luid getoeter: Meneer wil de
reis vervolgen.
En dus haasten we ons als gehoor
zame kinderen terug naar de auto.
Nog een laatste blik op het liefe-
ïgke dal en daar gaan we.
Op naar het zuiden!