Spoorwegelektrifikatie in Zeeland vordert met anderhalve kilometer per dag Zeeland - een ideaal gebied voor sportieve hengelaars Perrons van Kapelle, Krabbendijke, Rilland- Bath en Arnemuiden worden verhoogd Karing- en ansjovisvisserij zullen nagenoeg verloren gaan „Sjaals" Jurgens kent de Zeeuwse plakjes als z'n broekzak Met de werktrein langs de Zeeuwse lijn Kruiningen is reeds door de eerste ploeg bereikt UIT MIJN KLAS Hengelkoningen als Kik Geudeker erkennen volmondig: Wijze lessen van een „ouwe visrot" Axel bevrijder zal toegangsweg openen Zeeuwse wateren bieden dan gunstige levensvoorwaarden voor zoetwatervissen NAREDAGEN? AMBULIN! Zaterdag 14 april 1956 ZEEUWSCH DAGBLAD pagina 14 Ingezonden Mededeling (adv.) Iop een prettige en tevens efficiënte manier. vyf en twintig betonblokken "en even zovele palen plaatsen betekent een dagtaak. Maar een blok en een blok is twee. Zo zijn er zes verschillende typen voetblokken en twee soorten an- kerblokken, alle enorme kolossen van 25 ton. KRUININGEN, 13 april.„Hallo post T, hallo post Thier werktrein, hier werk treinwij vertrekken naar Kruiningenoverrrr en sluiten maarrr Opzichter Oosterhof, die tegenover ons in de mobilofoonwagon van de werktrein zit, hangt de hoorn op en geeft een teken aan de machinist. Een rilling trekt plotseling door het lange lijf van de stalen python en dan begint de loc te trekken. Eerst met trage schokbewegingen, maar geleidelijk in een snellere en regelmatige cadans. De spitspatrouille van spoorweggeneraal Den Hollander trekt in een vast tempo het Zeeuwse land binnen en is reeds Kruiningen gepasseerd. Nog slechts een kwestie van maanden en dan zullen de spoorwegtroepen de Vlissingse veste stormenderhand hebben genomen. Pas dan is het grote krijgsplan verwezenlijkt: de elektrifikatie van de Zeeuwse spoorlijn. De elektrifikatie begint nu vastere vormen aan te nemen. Tot voorbij Kruiningen zijn de voet- en ankerblokken reeds geplaatst en over enkele weken verrijzen daar de palen met de elektrische draden, zoals die nu al tot Rilland het landschapsbeeld beheersen. Met een snelheid van anderhalf tot twee kilometer per dag vor dert het pionierwerk van de Spoorwegen. De strenge vorstperiode heeft de opmars natuurlijk gestuit en de werkzaamheden Vier weken lang volledig lamgelegd. „Het is onmogelijk die achterstand helemaal in te lopen", vertelde de heer W. Janse, die de leiding heeft bij het plaatsen van de draagcon structies, c.a., toen wij hem dezer da gen in zijn werktrein langs de ver schillende werkzaamheden vergezel den. Dat aan het tijdschema bijna niet te tornen valt, pleit voor de nauwkeurige en doeltreffende wijze, waarop de plan nen worden uitgestippeld. Temeer daar reeds weken, ja maanden van tevoren door de heer Janse moest worden op gegeven, hoeveel materiaal hij op elke datum nodig heeft, welke onderdelen, wanneer hij zijn werktrein kan laten rijden, hoeveel man-uren elk werk ver gen, enz. enz. Ben nauwgezet werk, waarbij veel van het organiserlngs- en planningsvermogen wordt geëist. Teamwerk Een tweede onmisbare factor is: teamwerk. Alle deelnemers aan het grote elektrifikatiespel, de technische leider, de opzichters, maar ook elke arbeider, moeten uolkomen op elkaar zijn afgestemd. En wie een kijkje neemt langs de Zeeuwse lijn, is getuige van een har monieuze samenwerking. Het lijkt als of er met een grote blokkendoos wordt gespeeld; elk onderdeel wordt op het juiste tijdstip door de aangewezen man in het grote geheel gepast. En het sluit als een bus. Veranderingen De electrische lijn zal natuurlijk een geheel ander landschapsbeeld vormen door de grote masten. Maar ook de sta tions ondergaan veranderingen. Het reizigerspubliek zal hier echter weinig van merken. Wel, wanneer de perrons van Rilland-Bath, Arnemuiden, Krab bendijke en Kapelle-Biezelinge zullen worden verhoogd, om aan te passen bij de nieuwe situatie. Met de verhoging van de perrons op station Kapelle-Biezelinge ls men reeds begonnen. Het is een hele ver bouwing, want de perrons moeten feilloos worden rechtgetrokken en dan enkele decimeters worden ver hoogd. De overige stations ln Zeeland ontspringen aan deze verbouwerij, daar zij reeds de vereiste hoogte hebben. Passen en meten Op zes verschillende plaatsen wordt door afzonderlijke groepen, in totaal een man of vijftig, van het N.V. Spoor wegbouwbedrijf, gewerkt. De heer Jan se en zijn assistenten, allen ambtena ren van de N.S., afd. Weg- en Werk- bouw, hebben hierbij de leiding. Wanneer de ploegen ongestoord kon den doorwerken, zou er geen vuiltje aan de lucht zijn. Het feit echter, dat de materialen met een speciale werk trein moeten worden aangevoerd, houdt in, dat men alleen op een bepaald blok kan zijn, wanneer geen andere trein in aantocht is. Dit betekent, dat de werk trein nooit langer dan vijftig minuten achtereen, soms nog geen half uur, by de werkobjecten kan staan. Is die tijd verstreken, dan vlucht de werktrein haast-je-rep-je naar het dichtsby gele gen station. En steeds zijn het de elektrifikatie' mensen die een veer moeten laten, Rydt er een extra trein, of komt een diesel over tyd, het ls altijd de werk trein, die ln eerste instantie het veld moet ruimen. v Het ophangen van de draden vergt 21/2 uur per blok, zodat dit 's nachts moet gebeuren. Zo biyft het een zaak van passen en meten, die door zy'n spanning en ver rassingen een verre van saaie job be tekent. Dat is ook goed te merken. De samenwerkende arbeiders coördineren Zeeuwse leiding Voor de heer Janse, die momenteel domicilie houdt ln Roosendaal, heeft de Zeeuwse spoorweg een bijzondere bete kenis. Niet alleen dat hy een geboren Domburger is, maar ook direct na de ramp heeft hy aan de Zeeuwse lijn zijn beste krachten gegeven. Zij het in een andere functie, verrichtte de heer Jan se toen herstelwerkzaamheden aan de Zutó-Bevelandse spoordyk, waarin gro te gaten waren geslagen. „Maar er zit meer Zeeuwse historie aan de elektrificatie", weet de heer Janse te vertellen. Was het niet de uit Souburg afkomstige heer Mulder, des tijds bedryfsleider van het Spoorweg- bouwbedryf, die een belangrijk aandeel heeft gehad ln de ontwikkeling van de elektrificatie Gestadig worstelt de elektrische lijn zich naar het eindpunt: Vlis- singen. Nog een week of vijf (om streeks Pinksteren), dan wordt Goes bereikt. Betonblok na beton blok wordt geplaatst, paal na paal richt zich op naar de Zeeuwse he mel. Tot in de voorzomer van 1957 de eerste elektrische trein door de landouwen van onze provincie zal snellen. ZEELAND PROVINCIALE KV.V/s BRABANT en ZEELAND jongedame giert en slaat me de dikke babbelaar uit de iiand. DE BAROMETERS ZAKKEN Inmiddels zijn er aan de deur nieuwe aanmeldingen en binnen zakken de baro meters, zodat we in een regengebied drei gen te geraken, ondanks alle babbelaars. Kon ik nu maar twee dingen te gelijk doen. Jaantje kalmeren en bij de deur de andere „biggen" in ontvangst nemen. Helaas ben ik tot zulke acrobatische toe ren niet in staat. Even laat ik Jaantje plus moeder aan hun lot over en accep teer de rest van de lichting '56. Het zullen er dit jaar vijfenveertig zijn. In de klas wordt de toestand angst wekkend, want Dineke pinkt al een traan weg en vertoont een krampachtig ver trokken mondje. Jaantje giert en gilt. Langs moeders wangen glijden dikke tranen. Als ik haar aanraad weg te gaan, omdat ik wel kans zal zien het met Jaan tje klaar te spelen, krijg ik me toege beten: „Me eige kind in zo'n toestand achter late Ik kijk eens ten einde raad rond en zie, dat Krijn zijn hoofd op de bank bonkt en schokschouderend zijn leed gaat uit schreien. DRASTISCHE MAATREGEL Dan neem ik opeens een wonderlijke maatregel, die ik misschien niet eens ne men mag. Jaantjes moeder krijgt een be hulpzaam duwtje van me in de richting van de gang en ik geef de raad te ver trekken om het morgen nog eens te pro beren, dan zijn de anderen tenminste een dag schoolervaring rijker. Jaantjes moeder kijkt me verbijsterd aan en vraagt „of ze dan maar gaan mot". Ze schijnt er eigenlijk toch niet veel zin in te hebben, maar ik krijg haar weg met het gillend en gierend aanhangsel. De rust is weldadig in de klas, die ik eerst ga tracteren op een tweede babbe laar, zodat ze nu allemaal twee bolle wangetjes hebben. Krijn's verdriet is hiermee op slag verdwenen. Ze mogen een poosje sabbelen en knauwen en dan zie ik, dat het ogenblik gunstig is om te beginnen. Vader bi(Jt thuis ook en ik bid .net hen. Dat geeft een vertrouwde sfeer. Daarna geeft Co me als zijn mening te kennen, dat „die meides altijd motte jan- ke", wat ik me ook weer persoonlek aan trek, want je trekt toch party voor je eigen sekse. En zo is nu het begin geweest. Ik heb medelijden met mezelf. THOLEN, 11 april. „Zeeland niets voor de hengelsport? Maar meneerhoe heb ik het nou! De Zeeuwse stromen hebben een smak vis en bovendien is het er prachtig vissen". Het is de heer J. Jurgens („Sjaak"), de alom bekende sportvisser uit Bergen op Zoom, kind aan huis bij de zeebaars-, paling- en bot- families in de Zeeuwse stromen, die dit met enthousiasme tegen ons zegt. Hij is ook de initiatiefnemer van de eerste internationale zee- hengelwedstrijd, die op Tweede Pinksterdag op het eiland Tholen (Strijenham) zal worden gehouden. „Sjaak" Jurgens kent de visterreinen in onze provincie op zijn duimpje, zodat zelfs hengelcracks als Kik Geudeker (schrijver van „Beet!" en talrijke andere visboeken) en Jan Schreiner (ook een be kend hengelpublicist), zich maar wat graag door de heer Jurgens wegwijs laten maken omtrent de Zeeuwse visplekjes. En hij kent ze als zijn broekzak. Deze zelfde Bergen op Zoomse (maar in zijn vissershart Zeeuwse) heer Jur gens heeft ons nu eens precies verteld wat er allemaal in Zeeland te vangen is enhoe je dat nu moet doen. „De laatste jaren hebben er grote veranderingen in de hengelsport plaats gehad", vertelt de heer Jurgens. „Mo menteel is vooral de zeevisserij sterk in opkomst. Voornamelijk door de nieuwe mogeiyitheden die de werphengel biedt, waarmee men de viswateren zgn. kan „afzoeken". Over de viswateren by Tholen schreven wy reeds uitvoerig (Z. D. van woensdag 10 april), Thoolse Gat, Stryenham (12), Gorishoek (13), St. Maartensdijkse Gat, Stavenisse (14), St Annaland (15) en Nieuw Vosmeer, waar op alle plaatsen volop bot en paling te vangen is. By 12, 13 en 14 bovendien veel geep, makreel, fint en zeebaars; in mindere mate rog en pyistaartrog. „Op Zuid-Beveland noem Ik in de eerste plaats Wemeldlnge" (13), aldus de heer Jurgens. De koppen der buiten haven zijn goede plaatsen voor bot en paling. Links van de haven, richting Kattendyke, tussen de strekdammen, vangt men zeer veel (het zo bij uitstek geschikte aas voor de zeehengelsport) zagers. Onze deskundige zegsman ls van oordeel, dat men vanaf deze strek dammen ongeveer 2 uur vóör tot 2 uur na laag water uitstekend de zee baars, de bot en de paling kan be vissen. Dezelfde vis wordt by het Goese Sas gevangen. Tenslotte noemt hy het alom bekende kanaal Hansweert'Wemeldlnge, waar uitsluitend bot en paling zit. Op Noord-Beveland is Onrustpolder de belangrykste hoek (8) met paling, bot, geep, makreel en als specialiteit zeebaars. WALCHEREN. Paling, platvis, herder en makreel zgn te vinden ter hoogte van Vlissin- gen-stad, maar ook hy de haven. Het Fort Rammekens is een lustoord voor de geep. Aan de andere kant van het eiland trekken Westkapelle (4), Domburg (5), Oostkapelle en Vrouwenpolder (7) sterk de aandacht. Op deze plaatsen wordt eveneens paling, platvis, herder en ma kreel gevangen. Westkapelle en Dom burg herbergen echter als specialiteit zeebaars en tong, waarvan de laatste vooral het resultaat van nachtvisserij SCHOUWEN- DUIVELAND. „Een prachtplaats voor de doorge winterde hengelaar", glundert „Sjaak" als we het over Ztjpe (16) hebben. Er zit zeer veel vis: hot, paling, geep, ma kreel, fint en zeebaars. Links van de vluehthaven, een 300 meter vanaf de aanlegsteiger, daar waar het diep vlak onder de djjk loopt, ls een Ideale plek voor zeebaars en gro te paling. Werd hier vorig seizoen niet een exemplaar gevangen van byna acht pond? Het ls een hele kunst om hier, ten gevolge van de gestorte basaltblok ken, het tuig onbeschadigd te hou den. Maar dat ls juist de grote sport en een extra attractie voor de ware hengelaar. AXEL, 12 april. Axel's bevrijder Christopher Szydlowski zal binnen kort voordat hij van Engeland naar Canada vertrekt van 16 tot en met 18 april a.s. de gemeente Axel met een bezoek vereren. Het echtpaar Szydlowski, dat te gast zal zijn bij de vereniging AxelPolen, zal dan verschillende plechtigheden bijwonen en o.m. de officiële opening van de toegangsweg MarktSzydlowskiplein, verrichten. WEMELDINGE Ongeluk. De landbouwersknecht C. W. werd door een binnenhollend paard van de landbouwer D. zodanig op de voet ge trapt dat geneeskundige hulp noodzake lijk bleek. Na verbonden te zyn werd W. in een auto naar zijn woning gebracht. Gevolgen van deltawerken UTRECHT, 18 april. In een rede over de betekenis van het deltaplan voor de hinnenvlssery op de jaarvergadering der hoofdafdeling zoetwatervis- serü van de Ned. Heideroaatschappy heeft Dr. B. Havinga, directeur van het rijksinstituut voor vlsseryonderzoek, een overzicht gegeven van de werken, die volgens het deltaplan uitgevoerd zullen worden en van de invloed, die deze op de gesteldheid van het water zullen hebben. Hy meende, dat de jonge haring (z.g. zeebliek), waarvan men de laatste vyf jaar een jaarlykse op brengst van f 30.000 heeft, na de afsluiting der zeearmen geheel verloren zal gaan. Dit zal ook het geval zijn met de opbrengst van de ansjovis uit de Oos- terschelde, waarvan de opbrenst thans f 53.000 per jaar bedraagt. Het vissen van ansjovis buiten de dammen leek Dr. Havinga niet waarschijnlijk toe. De opbrengst van bot uit de Zuidhol- landse stromen bedraagt jaariy'ks 5000 gulden en uit de Zeeuwse stromen f13.000. De kans om dergelijke op brengsten in de toekomst te hereiken achtte de spreker, gezien de construc tie en de werking van de sluizen, zeer gering. De vangst van zalm en zeeforel zal in de toekomst zeer zeldzaam wor den, terwijl de vangst van spiering in de Zuidhollandse stromen (per jaar f42.000) waarschijnlijk zal verdwenen, evenals de vangst van fint (f 6000)De vangst van aal is volgens Dr. Havinga afhankelijk van de mogelijkheden, die de spuisluizen zullen bieden om glasaal door te laten. De Zeeuwse stromen heb ben geen aalvangst van betekenis, maar als dit gebied zoet wordt, kan hier een aalvissery worden verwacht. Verderop, vanaf de sluis tot de hoek by Vianen, zy'n strekdammen, waar veel paling, bot, geep en makreel gevangen kan worden. Zeebaars en fint slecnts zeer onregelmatig. De overige goede visplaatsen op Schouwen-Duiveland zyn: Zierikzee (paling, bot), Renesse (paling, bot, tong, schar en makreel) (11) en Schelphoek (veel paling, bot en sporadisch geep) (9). Wanneer we Ztjpe noemen, dan mo gen we zeker Anna Jacobapolder (16) niet vergeten. By de strekdammen, links en rechts van de Tramhaven, Kun je prachtige zootjes bot, paling en zee baars ophalen. WAARMEE VISSEN WE? „De ervaren visser behoeven we dat niet te vertellen", vindt de heer Jur gens. Maar terwille van ons, „zondags vissers", is hij bereid een advies te ge ven: „Neem een werphengel met mo len en gebruik daarbij een onderlijn met 2 tot 5 haken. De dikte van het nylon moet 30 tot 50 mm zijn, al naar gelang van de bodemgesteldheid". „Brood of wurmen?" vragen we, met een vage herinnering aan onze jongensjaren. De hengelkoning schuldt lachend zy'n hoofd: „Geen van beide. Het beste aas is: zagers (een firma In Goes heeft ze te koop en tussen de strekdammen van Katten- dijke kan men ze in groten getale vangen), zeepieren, zeebllek, mosse len en andere schelpaas-soorten'. HOE VISSEN WE? Tja, al heb je nu een prima uitrus ting en een broodtrommel vol zagers, toch blijft de vraag: hoe vissen we eigeniyk .Het advies van de door de viswol ge verfde hengelkampioen is kort en bon dig. Voor bot en paling is de beste tyd: de Thatste twee uren van afgaand ty en de eerste drie uren van opkomend tij. Liefst aan de vlakke gedeelten, daar de vis uit het diepe op komt zwemmen, op zoek naar aas. Voor de zeebaars zoeke men felle stroom en diepe plaatsen, liefst steen achtige bodem. Voor de rashengelaar juist aantrekkeiyk door de grote moei lijkheden, welke hier gepaard gaan met het verschalken van deze vis. Kustwerken zyn de aangewezen plaatsen. Aassoorten? Zagers, zeepie ren, kleine vis en ook wel schelpdieren. Geep en makreel vangt men met zee- bliek en steurkrab, op een diepte van circa 1 meter. De betekenis, die de aalvissery in het deltagebied zou kunnen krijgen, hangt af van de mogelijkheden, die het spui en door de deltadammen biedt en de manier, waarop men van deze moge- lykheid gebruik kan maken. Hier staat een ontwikkeling van de vlssf-rij op het spel, die grote bedragen per jaar ka* opleveren, aldus Dr. Havinga. Voor de bouw zullen waterstaatdes kundigen de nauwkeurige wensen val» visserijbiologen ter beschikking moeten hebben. Dr. Havinga meende voorts, dat, wanneer het water in het Haringvliet zoet wordt en by dichtstaande spuislui zen in de afsluitdam tot rust komt, aangenomen mag worden, dat zich hier zoetwatervissen zullen vestigen en voortplanten. Het gevaar blijft evenwel, zo meen de hy, dat by hoge rivierwaterstan den de spuisluizen enorme watermas sa's in zee zullen storten, die de vis meesleuren. Ook Is het binnenlaten van zout water tydens strenge win ters funest voor de zoetwatervisserij, OOK BAARS EN SNOEKBAARS» De Zeeuwse wateren zullen volgens Dr. Havinga gunstige levensvoorwaar den bieden aan al onze vissoorten uit het zoete water. Voor het gedyen van vissen als baars, snoekbaars en aal is, volgens hem, van grote betekenis ai9 ln het Zeeuwse water meer spiering tot massale ontwikkeling zou kunnen komen. Deze spiering zal niet groot genoeg' zijn voor menselyke consump tie, maar dienen als voedsel voor da roofvissen. De ontwikkeling van zoet watervis zal de eerste jaren langzaam zyn. De aanvangsnelheid kan worden ver groot door pootvis uit te zetten van de meest gewenste soorten. Het gebied zal niet eerder voor de visserij moeten worden opengesteld dan voordat ziel» een behoorlijke visstand heeft ontwik keld. De huidige opbrengst van de visserjj in het deltagebied bedraagt ruim 7 mil joen gulden, waarbij een hoeveelheid garnalen ls gerekend. Nadat de afdamming in het gebied zal zyn voltooid, zal naar senatting een opbrengst worden verkregen gelyk aan het IJsselmeer van 25 tot 30 gulden per hectare. Inplaats van 1300 vissers zal in d« toekomst een in verhouding te ver waarlozen aantal binnenvissers zyn broodwinning in het deltagebied kun nen vinden. meezonden Mededeling (Adv.) OESTERVERZENDING GOES, 12 april. In de afgelopen maand bedroeg de oesterverzending naar België 1.500.757 stuks (tegen 1.605.610 st. in maart 1955); naar Engeland 107.400 st. (170.650); naar Frankryk (voor de eerste maal officieel genoteerd) 82.000; naar Duitsland 61.530 st. (75.130); naar andere landen 18.730 (40.988) en in eigen land 179.455 (100.945). In totaal werden ver zonden 1.949.872 stuks tegen 1.993.323 in maart 1955. Ingezonden Mededeling (Adv

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1956 | | pagina 11