„du Zeeuwen heit op Brabants bodem" Uoti HeAv en GRIEP - KOU Ujuiaqt li tnaWL.... EEN ROMEINS HEILIGDOM IN ZEELAND Ontwikkeling Ontspanning Gezelligheid Bertus gaf een compleet toeterconcert ten beste 't Zeeuwsch Weekend Een goede film van Vrederust Der Zeeuwen trots op Brabants bodem". Dat is de welgekozen titel van de film over .Vrederust", waarvan de première ruim j j veertien dagen geleden ging en die binnenkort in vele Zeeuwse plaatsen voor de afdelingen van „Vrederust" zal worden getoond. U moat die film beslist gaan zien, want zij is zeer geslaagd enu krijgt een uitstekende indruk van de samenleving daar even over de Brabantse grens, waar misschien een familielid of een vriend van u liefderijk wordt verpleegd en verzorgd. Een woord van grote lof aan bestuur en directie van „Vrederust", dat zij de middelen der moderne techniek wilden gebruiken om nog meer liefde voor en bekendheid met „Vrederust" te wekken, is zeker op zijn plaats! Het is wij zeiden het al een het hoofdgebouw, geven een duide lijke indruk van het heden, van de omvang ook. Dan volgen beelden van geslaagde film, waarmee de Bredase Cineast Coen Leman alle eer inlegt. Hij had bepaald geen gemakkelijke Opdracht. Maak een film, zo zei het bestuur, die alles laat zien wat op „Vrederust" de moeite waard is en gezien moet worden, ook het werk Van de patiënten, maar zorg ervoor, dat de patiënten niet herkend kunnen worden. Een volkomen begrijpelijke restrictie, omdat dit herkennen voor velen triest en pijnlijk zou kunnen zijn. Leman heep zich aan deze opdracht gehouden. Hij begon vorig jaar met tijn opnamen, in juli, en kwam en kele weken geleden met zijn werk ge reed. In samenwerking met de film commissie maakte hij een draaiboek en scenario, dat door Ds. J. v. d. Berg later werd aangevuld. Voor de muzi kale omlijsting van Piet van Egmont mag men ook alle waardering hebben. Ontroerende momenten De film ontroert vaak. Zij geeft eerst in vogelvlucht een beeld van Zeeland, met zijn dijken, zee en polders. Dan volgt een geschiedkundig overzicht van de plannen om voor de Zeeuwse ze nuw- en geesteszieken een inrichting tb scheppen, zoals die elders al eerder verrezen. Een aantal Zeeuwen sloeg de handen ineen. Er werden bespre kingen gevoerd en er moest een ter- jein met omgeving worden gezocht, waar het uitgebreide complex kon worden gebouwd. Het werd Brabant, niet ver van Zeeland. Als een draaiboek, dat wordt opengeslagen, ziet men op de film de foto's van de eerste bestuurs leden. Als bladzijden uit een ge - schiedenisboek aanschouwt men al hetgeen in de tijd van de oprich ting gebeurde. De eerste steen wordt gelegd en de groei van „Vrederust" begint, met zijn tegenslagen, zijn zorgen, maar ook zijn zegen en zijn vreugden. Fraaie opnamen Fraaie opnamen van de gehele in richting, gemaakt vanaf de toren van Bevrijdingspel voor schoolkinderen De minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen heeft aan de auteurs Mies Bouhuys, Michel van der Plas en Jan Wit elk een opdracht ver leend tot het schrijven van een kort, eenvoudig spel, handelende over de bevrijding van ons land van vreemde overheersing en over de betekenis van de vrijheid. Deze spalen dienen ge schikt te zijn om op of omstreeks de bevrijdingsdag door kinderen in schoolverband te worden opgevoerd. Het is de bedoeling, dat in de spelen liederen worden opgenomen, die door de kinderen gezamenlijk kunnen wor den gezongen. De drie auteurs hebben de hun verleende opdracht aanvaard en hopen in de loop van 1956 met hun werk gereed te komen. Landgoed voor jonge cellisten De Britse kunstrjjad is vertegen woordigd in de stichting ter bevorde ring van het cellospel, welke- is inge steld ingevolge de wens van wijlen Madame Suggia, de beroemde Portu gese celliste, die Engeland een bijzon der warm hart toedroeg. Het fonds van de stichting, ongeveer 10.000 pond, om vat het landgoed van Madame Suggia in Engeland, waar zij een deel van naar leven doorbracht. Het fonds zal worden beheerd ten bate van aanko mende cellisten uit de gehele wereld, in het bijzonder van jonge spelers, die solist willen worden. Madame Suggia was een vooraanstaande persoonlijk heid in de Britse concertzalen tussen beide wereldoorlogen en een beroemd n-tret van haar, gemaakt door Augus- us John, hangt in de Tatte Gallery. Ingezonden Mededeling (Sd\ Y en afli Nervositeit afle gevolgen daarvan overwint U alleen werkelijk doeltreffend met Niet verdovend, maar genezend. Begin daarom een kuur met NEUROTONIC en U wordt Uw zenuwen volledig de baas. Voorradig bii alle de oprijlaan, de dienstgebouwen, de paviljoens, het hoofdkantoor, de keu ken, de watertoren, de machinekamer, het hertenkamp, de vijver, de fraaie plantsoenen en parken, die werden opgenomen, toen zij in volle bloei stonden. Het is een zeldzame kleuren rijkdom! De boerderij met het vee en de oogstwerkzaamheden ontbreken niet. Cineast Coen Leman maakte geslaagde rolprent In de werkplaatsen voor de arbeids- therapie krijgt men een kijkje en is In staat te volgen welk veelsoortig werk de mannen verrichten om hen geleide lijk weer in te stellen op het werk in de maatschappij. Zp worden daar te werkgesteld waar zij straks weer kun nen arbeiden, in de moestuin, op de boerderij, in de bloemkwekerij enz. De vrouwen zijn aan het handwerken, aan het naaien of aan het stoppen. Ande ren zijn druk in de keuken, in de was serij of de linnenkamer. De stichting „Oud Poelgeest" houdt op 11 en 12 februari het zevende week end in de cyclus „In gesprek met tijd genoten". Het weekend zal ditmaal zijn gewijd aan Martin Buber, vanwege zijn grote invloed op het leven en den ken van onze tijd, waarin langzaam zichtbaar wordt wat hij „dialogisch" leven zou noemen. Inleider op zater dag is ds. F. J. C. Bredschneyder. De ontspanning is niet vergeten en de film besteedt er goed aandacht aan. Men ziet en hoort het zangkoor en de muziekvereniging, er zijn close ups van wandeltochten, van een voetbal wedstrijd, van ringsteken en van volksspelen. Met een beeld van het Goese fruitcorso besluit het eerste ge deelte. Het tweede deel geeft een overzicht van de verpleging der patiënten vfoe- ger en thans, waarbij ook aandacht wordt besteed aan de medische ver zorging. Er zijn aardige actie-opnamen van wat er alemaal in de keuken om gaat en wat er alzo aan „leeftocht" nodig is voor de patiënten. Dan komt de kerk in het filmbeeld als centrum van „Vrederust" met opnamen van de laatste jaarvergadering, waar men de honderden Zeeuwen ziet aankomen, ziet luisteren en de koffiemaaltijd ziet nuttigen. Het is een goede climax van deze film, die niet zal nalaten indruk te maken en die straks de belangstel ling en de liefde van het Zeeuwse volk voor deze dienst dér barmhar tigheid aan de naaste om Christus' wil zal aanwakkeren. Een kijkje op Vrederustt" Ingezonden Mededeling (Adv.) Thuis, op het werk, op reis i Witte Kruispoeders verdrijven direct hoofd- en kies pijn, zenuw- of rheumatische pijnen De Unions des arts de France heeft het koninklijk Heerlens mannenkoor Pancratiusuitgenodigd Nederland te vertegenwoordigen op het grote inter nationale festival voor muziek en zang, dat dit jaar in Straatsburg zal worden gehouden. Aan dit festival wordt deel genomen door vijftien Europese lan den. De uitnodiging is een uitvloeisel van het optreden van het mannenkoor te Parijs in 1952. Daarom zie, Ik zal ze lokken en zal ze voeren in de woestijn, en Ik zal naar haar hart spreken. Hosea 2 13. Het redengevend woordje „daarom", waarmede deze tekst begint, wijst terug naar het voorgaande. Daar was gezegd, dat Israël de HEERE had vergeten. En daarom zal Hij het volk „in de woestijn" brengen. Het zal Kanaan dus moeten verlaten. Het zal beroofd worden van alle zegeningen, die het daar had genoten. Het zal in ballingschap gaan. En we weten het: de wreedheden die Israël bij die gelegenheid zou ondervinden laten zich schier niet beschrijven. We kennen de angst en de ellende en de verschrikking van .deportaties uit de beschrijvin gen van onze tijd. Er is niet erger dan dat een volk van huis en haard wordt verdreven en in den vreemde moet zuchten. Zo moeten we ook dit woord allereerst verstaan als een aankondiging van het oordeel over Israëls zonde. God laat geen zonde ongestraft. Hij bezoekt die, zelfs tot in het derde en vierde geslacht. Hij is te heilig dan dat Hij het kwade zou aanschouwen. Israël heeft dat ondervonden. En toch is ook deze oordeelsprofetie te gelijk weer genade-aankondigingDe eigenaardige wijze van uitdrukking moet ons hier wel treffen. Lijkt het niet wonderlijk dat het wegvoeren in ballingschap wordt aange duid met het woord „lokken"? Dat herinnert aan een man die zijn ge liefde meetroont om haar zijn liefde te betuigen. En die andere uit drukking herinnert aan dezelfde gesteldheid: „naar haar hart spre ken". Dat past wel bij iemand die in liefde blaakt maar niet bij iemand die in toorn ontbrandt. Wij kunnen dit alles slechts verstaan wanneer wij er op letten dat Israël wel de HEERE vergeten heeft, d.w.z. dat dit volk in de praktijk van elke dag geen rekening meer houdt met Gods geboden, doch zich zelf de wet stelt. Daarom moet het oordeel Gods wel komen en de HEERE maakt een afgesneden zaak. Maar dat oordeel is nog niet het eindgericht. God slaat hard toe, maar het is kastijding, nog geen verdoen. God slaat niet uit lust tot plagen, maar om te behouden. En al gaan er velen verloren, een rest blijft in die kastijding en juist door die kastijding behouden. Een afgehouwen tronk blijft bewaard. Want uit Israël moet de Christus voortkomen, het Rijsje, dat beloofd was. En daarom is het oordeel niet definitief. Een rest blijft door ge nade behouden en die rest zal, na inkeer en berouw, woorden van ver geving en liefde horen. De HEERE zal die rest lokken en, schoon in de woestijn, zorgen voor het manna, het water uit de rotssteen, het schoeisel en de kleding, die niet verouderen. Go.d vergeet Zijn gemaakt bestek niet. Uit die rest komt de Christus voort. In het leven van Gods volk is het gericht nooit het laatste wat Hij zoekt. Mits er maar berouw en bekering zijn. Voor de duinenrij van Domburg Aan het einde van het jaar 1646 station op een handelsroete: daarop wij- hadden de stormen nogal huis gehouden aan de duinen van Domburg of zoals Smallegange zegt „door de golven van de onstuimige en hoog opgedreven zee geweldig afgegeten". De onbekende, die op 5 januari 1647 aan de voet van het „afgegeten" duin stenen met afbeel dingen en opschriften aan „verschei- de Goden des Heidendoms" ontdek te, zal niet vermoed hebben een nieuw hoofdstuk in de Zeeuwse ge schiedenis op het spoor te zijn ge komen. Het zand had iets prijsgege ven van de vroegere bewoners van Walcheren, van zo'n zeventien tot achttien eeuwen geleden. De reeds genoemde Smallegange is enkele dagen daarna zelf gaan kijken en zag iets van een vroegere kapel, waarin altaren hadden gestaan en stenen, waarop de godin Nehalennia was afgebeeld. Voor deze vondsten was direct veel be langstelling in het midden van de gouden eeuw. Het was een tijd, waarin om deze minder fraaie uitdrukking te ge bruiken een geweldige wetenschaps- dorst bestond. In de achttiende eeuw ver minderde deze belangstelling. Twee Fraai boekwerk gewijd aan de Nehalenniaiempel eeuwen lang hebben de monumenten goed bewaard in het koor van de kerk van Domburg gelegen. Maar aan deze goede bewaring kwam door brand een einde. Het restant van de stenen vond uiteindelijk een bestemming in het mu seum van het Zeeuwsch Genootschap. Hoevele Zeeuwen hebben de stenen daar bekeken, deze stille getuigen van een Zeeuws verleden? Hoevele Zeeu wen kénnen eigenlijk hun monumen ten van geschiedenis en kunst? Wij vrezen, dat niet velen op deze vraag een positief antwoord kunnen geven. OPSCHRIFTEN De gevonden altaarstenen dragen op schriften in het latijn en zijn bebalve aan Nehalennia aan Jupiter, Neptunus, Her cules of Victoria gewijd. Zij kunnen op grond van de stijl ongeveer tussen 190 en 240 na Christus worden gedateerd. Naast deze stenen zijn ook Romeinse munten gevonden, alsmede aardewerk. En dat alles is genoeg om te oonclu- deren, dat het toenmalige Walcheren deel bad aan het handelsverkeer in het Ro meinse rijk. Domburg was zoveel #1» een zen de munten en het ingevoerde aarde werk. Maar het was tevens - u godsdien stig centrum. Daarop wijzen de Nehalen- niatempel en het aantal altaarstenen. Op drie van deze stenen staat, dat zij zijn gegeven uit dankbaarheid voor de veilige overkomst van handelswaar en de mensen zelf. Al deze feiten wijzen er ook weer op, dat er een dorp moet zijn ge weest. De huizen echter moeten uit hout hebben bestaan, want anders had men daarvan ook sporen moeten vinden. NU IN ZEE Dit alles en nog veel meer wij den ken b.v. aan de symbolen op de stenen is te vinden in het werk van Ada Hondius Crone, getiteld „The Temple of Neha lennia at Domburg", prachtig uitgegeven bij Meulenhoff te Amsterdam. Het gere construeerde altaar van de godin op de omslag doet wel aan het beeld van Zad- kine denken. Wij willen nog wijzen op het diagram pp bladzijd» i2, waaruit blijkt hoe ver de kustlijn zich heeft teruggetrokken. De plaats van de Nehalenniatempel, die vroeger achter een beschermende duinenrij moet hebben gestaan, ligt nu een eind in zee. de B. Ingezonden Mededeling (Adv.) OOK VOOR U MEVROUW is het nu opletten en voorzichtig zijn met Uw huid, zeker wanneer U veel buiten komt. Natuurlijk heeft U het al gemerkt, o.a. aan gesprongen lip pen, zeer ruwe of gesprongen handen. Tegen deze abnormale weersinvloeden kunt U zich echter beschermen voor Uw lippen door Cacaoboter of een andere goede lippenpommade te ge bruiken. Deze zijn niet duur en hel pen goed. In prijzen van 35, 45 en 60 cent Voor Uw handen speciale Handcreams vanaf 75 cent en be scherm Uw gezicht met een speciale Lanoline Crème vanaf 75 cent. Liberty, Lange Vorststraat 9 - Goes. Het is de tijd van Van een i zo zorgzame hospita Donderdagavond zo uit school onder de dekens gekropen na met mijn hospita verschil van mening te hebben gehad over de diagnose van mijn kwaal. Zij wilde me persé met een griep, en nogal een zware, opknappen, terwijl ik het geval een zware kou noemde. Nu geef ik het u te doen mijn dikkerd van gedachten te doen veranderen; ik zag er geen kans voor. Dus ging ze me te lijf met een tafelhoge stapel dekens, bekers kokende melk plus asperine of iets wat erop lijkt. Vrijdagmorgen blijkt, dat wij allebei nog dezelfde mening zijn toegedaan en ik wil mezelf niet veroorloven om enkel met een kou op bed te blijven. Dus zeg ik dat ik er zal uitkomen en meteen is dat vrouwmens in volle wapen rusting. Ze zegt, dat ze dudelijk ken zien, asdat ik koorse as een paerd heb, en dat ik in bed mot bluve, want „juffrouw lieve d'r nog er-is-as-toe as dat longontsteking mot worreMaar ik bijt haar toe, dat een mens beslist koorts krijgt onder zo'n stapel dek en dan al die melk gister avond en wat ze me nog meer te slikken gaf. Ik zal naar schoolDe hospita verandert van tactiek, zegt dat ik gelijk heb, maar dat ze „eerst effe gaat vrage of de dokter wil komme, want dat zij toch verantwoord voor me isDat gevecht heb ik geleverd, rechtop zittend in bed, maar dan opeens capituleer ik en slaap. UITGESLAPEN! Als ik het gevoel heb, dat ik uitgesla pen raak, is het zondagmiddag'. Dat ik uitgeslapen ben, bewijs ik door te ver klaren, dat ik maandagmorgen naar school zal gaan, welk besluit ik ook ten uitvoer breng, want ik heb tenslotte een vijftig „bloeie van kinders", die ik aan een ander moet toevertrouwen en de collega's zwoegen allemaal voor een boordevolle klas. Mijn hospita zet zich weer in gevechtshouding, maar nu sta ik mijn mannetje weer. Tweede „Tresoor der zee- en landreizen" Waf is en doet de 99 M n Nederland bestaat er een vereni- Engelse „Hakluyt society", genoemd ging, die ervoor zorgt, dat de gedenkwaardige reizen van onze voorouders meer onder de aandacht en binnen het bereik van het thans levende geslacht komen. Zij heet de „Linschoten-vereeniging" en werd in 1908 opgericht in navolging van de KLACHTEN. Er gaat haast geen dag voorbij of wij krijgen klachten over aan de deur gekochte korsetten. Ze zijn de ene keer niet volgens afspraak, de an dere keer passen ze niet, de leve ring geschiedt te laat, of er wordt niet volgens afspraak gepast. Op brieven met klachten wordt hele maal niet gereageerd. Meestal is een bedrag' vooruitbetaald, of soms con tant. Er wordt dan geleverd onder rembours. In alle gevallen laat men de koopster een orderbriefje teke nen, dat niet wordt nagelezen. Ons advies is: lees het orderbriefje. Zorg, dat daarop staat: betaling (of be taling van het restant) pas nadat er gepast is en de levering in orde bevonden. Zorg ook, dat de leve ringsdatum er goed op voor komt. Doch voor allesbeslis niet in eens en informeert u eerst eens naai de firma en naar de aangeboden prijs. Het is een redelijke eis voor een dergelijke bestelling, die mén aan een onbekende uit een andere stad bij een onbekende firma wil doen. BEN IK VERZEKERD? U heeft een eigen bedrijf, waarin u een behoorlijk bedrag per jaar ver dient. Daarnaast neemt u voor een relatie een artikel mee naar uw klanten, waaraan u ook behoorlijk verdient. Nu wilt u weten of u des wege als handelsreiziger wordt be schouwd en zodoende onder de so ciale wetten valt. Volgens ons niet. U werkt niet uit sluitend voor één firma, maar ook voor uw eigen zaak. Verder ont breekt het essentiële punt: de ge zagsverhouding. Die is er niet. U is nadrukkelijk niet in zijn dienst. Wij zien dan ook geen grond voor op name in de sociale wetten. CONCURRENTIEBEDING. Volgens ons mag Uw zoon gerust van betrekking veranderen (behoudens dan toestemming van het arbeidsbu reau, wanneer de werkgever wei gert), ondanks dat concurrentiebe ding. Want men kan met minderja rigen geen concurrentiebeding aan gaan. Hij zal, naar wij aannemen, die f 350 niet verspelen. TOE NOU. Jongeman, men kan alle dingen, zelfs vriendschap, overdrijven. Je bent 15 jaar. Nu zit je er heel erg over in of die vriend „je wel mag", omdat hij daar nooit over praat. Mannen praten nooit over vriendschap. Je bewijst vriendschap en daarmee uit. Vriendschap Is niet iets om over te praten. Liefdesverklaringen leg je Isteï tegenover t§a meisje af. naar de man, die een onvermoeide verzamelaar en beschouwer was van al die reizen tegen het eind van de zestiende eeuw. Jan Huygen van Linschoten, de vermaarde schrij'ver van het „Itinerario, voyage ofte schipvaert naer oost ofte portugaels indien", was zijn Nederlandse tegen hanger, wiens moeizaam en nauwlet tend bij'eengegaarde kennis omtrent de zeeroutes van die tijd zijn land genoten in staat heeft gesteld om zo snel en met zoveel succes in die nieuwe werelden hun weg te vinden. Deze „Linschoten-vereeniging" heeft nu van de Nederlandse organisatie voor zuiver wetenschappelijk onder zoek een subsidie ontvangen voor de uitgave van de „Tresoor der zee- en landreizen", register op de werken der Denk echter niet, dat ik maandagmor gen met groot gejuich begroet word. De jongste collega en mijn „buurman" in de school had bereidwillig, als immer, ver klaard, dat hij tot maandag „de boel" wel zou zoet houden, want dan zou ik wel weer present zijn en zo niet, dan kon men de horde altijd nog gaan verstrooien. Hij heeft inderdaad mijn spruiten zoet ge houden, meer kon hij ook niet doen met een kleine honderd kinderen, maar mijn jeugd vond het wat fijn, zo te spelevaren door de dagen heen. En geen straf. WEER ERNST Nu wordt het leven weer ernst. Dat ervaar ik dadelijk, als ik, dicht naast de kachel gezeten, Bertus ontvang, die me een mededeling komt doen. Hij heeft er in de tijd van mijn afwezig heid een broertje bij gekregen. Een be richt om bij te juichenDat zou je verwachten, maar Bert is helemaal in geen hoerastemming. Integendeel: hij heeft een nijdige bui, maar ik moet er direct aan toevoegen, dat deze niet zijn oorzaak vindt in de jonggeborene. Bertus zegt me, dat hij zó „verkouwerd" is, iets, waaraan ik niet behoef te twijfelen, gezien zijn snuitje en het ijverig gebruik, dat hij maakt van een zakdoek ter grootte van een flink servet. Als Bertus zijn boodschap heeft gedaan blijft hij kouwelijk en kleumerig bij de kachel staan, wat ik zo best kan vatten, want ik zou die zwarte vriend haast willen omhelzen. Ik laat dus Bert maar rustig, waar hij is. Dankbaarheid oogst ik niet, want nog steeds verbolgen (Zie vervolg andere Weekendpagina) Reisbeschrijvingen van eeuwen geleden uitermate boeiend J vereniging. Daaruit blijkt dus, dat er in de loop der jaren al heel wat is ver schenen op het punt van de „uitgave in het oorspronkelijke, van zeldzame of onuitgegeven Nederlandse zee- en landreizen en landbeschrijvingen", zo als de doelstelling der vereniging om schreven wordt. Dat wil vooral zeggen, dat tal van schatten aan nationale lec tuur, die voorheen niet of nauwelijks binnen het bereik van de gemiddelde lezer lagen, thans in begrijpelijke en tevens beter leesbare gedaante toe gankelijk zijn voor de lezer. Grote bekoring Er gaat van do oude Nederlandse scheepsjournalen een grote bekoring en bezieling uit. Dat is niet minder het geval met andere relazen over gedenk waardige reizen te land of ter zee, als mede van de merkwaardige land- en volkbeschrijvingen uit het tjjdperk, toen onze voorouders het Nederlandse wereldrijk aan het opbouwen waren. Door een wetenschappelijk grondig gefundeerde en ook overigens onberis pelijk uitgevoerde arbeid werkt de „Linschoten-vereeniging" krachtig mea tot het verlevendigen onzer gevoelens van nationale saamhorigheid en van het vertrouwen in de levenskracht van het Nederlandse volk. Al heel wat Sinds 1909 zijn doorgaans één of twee delen per jaar gereed gekomen, die uitgegeven worden in groot-oktavo formaat in donkerblauw met goud ge stempelde band. Van de verschenen werken is een aantal aan de meest be kende zeereizen gewijd uit het tijd perk, toen het overzeese rijk nog moest worden gevestigd. Toen er 25 van deze werken verschenen waren, gaf de ver eniging een „Tresoor der zee- en land reizen" uit, d.w.z., een beredeneerd re gister op deze publikaties. In dit tre soor, bewerkt door D. Sepp, zijn opge nomen alle namen van landen, steden en volkeren, van bergen, kapen en rif fen, van zeeën, baaien en rivieren, van reders, staats-, krijgs- en kooplieden, van schepen en schepelingen, kortom van alle zaken en personen, die in één der uitgaven worden genoemd. Een tweede tresoor Nu er weer 25 delen zijn uitgegeven, uierd besloten over te gaan tot samen stelling van een tweede tresoor. Daar aan is in totaal zeven jaar gewerkt. De grootste arbeid werd verricht door de oud zeeofficier wijlen de heer C. G. M. Romburgh. Toen hij het register bijna voltooid had, stierf hij, hetgeen voor de vereniging een grote slag be tekende. Mevrouw C. E. Warnsinck- Delprat nam het werk over. Men hoopt dat het register dit jaar zal verschij nen in een omvang van 700 bladzijden.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1956 | | pagina 7