STALINVAROS: PARADEPAARD VAN HONGAARS COMMUNISME IN DE NATUUR Nieuwe industriestad aan de Donau Maatschappelijke hulp van Kerk vóór die van overheid ÜhtdckkUtfy&H en belevenls-s-tti v. „Hier zol ik willen sterven...." Geen kerk Mooi maar Ernstige bezwaren tegen structuur van sociale raden Gastenboek JOSEPH A. BRUSSE Brug over Haringvliet weer actueel Nieuwe luchtvaart' maatschappij in Oostenrijk Dinsdag 27 December 1955 ZEEUWSCH DAGBLAD pagina 3 STALINVAROS, najaar 1955. ZEVENTIG kilometer ten zuiden van Boedapest maakt de Donau een flauwe bocht. Op die plaats stond enkele jaren geleden de mais nog in de wind te wiegen. Nu steken de schoorstenen van de hoogovens er boven een moderne stad uit. „Stalinvaros..." wijst de gids niet zonder trots als we de eerste hui zen naderen. „Een flinke stad..." „Ja, er wonen al bijna vijf-en-twintigduizend mensen..." „Wanneer is men met de bouw ervan begonnen...?" „In 1950..." „En al die mensen werken in de ijzer- en staalindustrie...?" „Verreweg de meesten..." Stalinvaros is in veel opzichten de in vervulling gegane wensdroom van een stedebouwkundige. Het komt tenslotte niet dikwijls voor, dat men bij het ontwerpen en bouwen van een stad helemaal van de grond af kan beginnen. In Stalinvaros is dat gebeurd. Het resultaat is een moderne, royaal-opgezette en geheel naar de eisen va nhet bedrijfs leven en de daaraan verbonden arbeiders aangepaste stad in het hart van het boerenland. En als zodanig het paradepaard van de Hon gaarse communisten. Er is geen overgang. Buitenwijken met een ietwat landelijk karakter zijn er niet. Het platteland gaat abrupt over in de stad. En deze stad draagt alle uiterlijke kentekenen van nieuw te zijn. Alles is nog kaal en onvoltooid. De straten zijn nog niet helemaal ge plaveid. De gevels van de huizen nog niet afgewerkt. Er staan overal stei gers. De plantsoenen verkeren in een stadium van aanleg. De bomen zijn pas geplant. „We bouwen nog steeds zegt de gids. „Hoe groot moet de stad worden?" „Het voorlopige doel is een stad voor vijf-en-veertigduizend mensen, maar als het nodig is kunnen we verder uit breiden" „Wat voor nieuwe plannen zijn er? „De cokesfabriek komt einde van dit jaar klaar. In 1956 komen er twee wal serijen bij. Er zal ook een nieuw stad huis gebouwd worden, een school, een kraamkliniek, een chocolade- en bis cuitfabriek, een cellulosefabriek en natuurlijk de nodige woonhuizen. Het eerstegrote gebouw dat we passeren is het gebouw van de Communistische Partij. Dat is even typerend voor de geest van deze stad als het feit, dat er geen enkele kerk is en er ook geen plannen voor de bouw ervan zijn. De gids tracht mij ervan te overtuigen, dat er geen be hoefte aan kerken is omdat er twee in het naburige dorp Dunapentéle zijn. Teneinde de aandacht van dit iet wat pijnlijke onderwerp af te leiden, wijst ze naar een buitengewoon brede straat. „De Stalin avenue. „Hoe breed is die wel niet „Ongeveer vijf-en-veertig meter. Het spreekt bijna vanzelf, dat de hoofdstraat in Stalinvaros naar Stalin genoemd is. De stad is uiteindelijk op initiatief van de Russen gebouwd. En naar Russisch voorbeeld. „Het is de eerste socialistische stad in Hongarije...." legt de gids uit. „Wat wil dat zeggen „Dat de hele stad voor arbeiders ge bouwd is. „Waar blijkt dat uit. „Wei, er zijn bijvoorbeeld geen meestal minder gunstig gelegen arbei derswijken zoals in andere steden Het is inderdaad allemaal arbeiders wat de klok slaat. Er is geen plaats voor anderen. Er zijn ook geen parti culiere winkels. Alle vijf-en-zeventig winkels zijn van de staat. Dat geldt eigenlijk voor alles in Stalinvaros. Het woord PARTICULIER bestaat er niet meer. stad en waai' het krioelt van leuzen tot opvoering van de productie zoals „Produceer heden meer dan gisteren". Een kijkje in een crèche waar en kele tientallen kinderen verzorgd worden omdat zowel vader als moe der werken en er geen tijd voor hebben. Een bezoek aan de polikli niek natuurlijk en aan de moderne apotheek aan de Stalin avenue, wel ke er inderdaad smaakvol en smet teloos schoon uitziet. Dan even naar het Bela Bartók Cul tuurhuis waar ontwikkeling en ont spanning op allerlei gebied geboden wordt van les in balletdansen voor peuters van een paar jaar tot toneel voor volwassenen, naar de bioscoop waar ook nu en dan Franse, Engelse, Zo ziet de nieuwe industriestad Stalin varos er uit. De Russen hebben de stoot tot de bouw gegeven, maar de plaats blijkt achteraf verre van ideaal te zijn. Italiaanse en Japanse films vertoond worden. In vogelvlucht door enkele uniform-ingerichte winkels, welke meestal laat openen maar ook laat sluiten om de arbeiders in de gelegen heid te stellen na hun werk inkopen te doen. Even binnen gluren in een van de woningen (allemaal met cen trale verwarming, badkamer en straks ook gas van de cokesfabriek) waar de huisvrouwen terecht heel blij mee zijn omdat men in Hongarije op het gebied van behuizing niet veel gewend is. En dan tenslotte naar de trots van Stalinvaros: het Szallo Arany Csillag (Hotel De Gouden Ster) met zijn acht- en-negentig keurige kamers (waaron der zes ietwat kapitalistisch-aandoen- de suites van vijftig gulden per dag), receptiezalen, terras en bar. In de eetzaal van dat hotel wordt de traditionele lunch geserveerd met zoveel vlees dat men bijna vergeet dat er schaarste op dit gebied bestaat. Na de koffie komen dan de gastenboeken (één van het hotel en één van de ge meente) en men moet wel een zeer openhartig en lomp mens zijn om iets onaardigs te kunnen neerschrijven. Er staan uitspraken van vele buitenlan ders in. Een Nederlandse naam kan ik niet ontdekken, maar wel die van een Belg. Het is Paul E. J. A. de Ruyter uit Antwerpen, die vol enthousiasme neergeschreven heeft: Mijn bezoek aan Hongarije was voor mij een openbaring. Ik stond vol bewondering om deze nieuwe stad Stalinvaros. Hier zou ik willen ster ven en rusten. steeds geen erts uit Joegoslavië ont vangt wat al oorzaak van een radicale inkrimping van het veel te groots op gezette project is geweest waardoor de productiekosten zeer hoog zijn. In een normale (d.w.z. kapitalisti sche) maatschappij zou een uiterlijk indrukwekkend, maar in feite econo misch niet-verantwoord project als Stalinvaros niet kunnen blijven be staan omdat niemand bereid zou zijn er steeds maar geld bij te passen. Men zou niet eens tot de bouw ervan ge komen zijn. De communisten kunnen zich een dergelijke geld-verslindende luxe wel permitteren. Zij zijn aan nie mand verantwoording verschuldigd. En bovendien is Stalinvaros zijn geld alleen al waard om goedgelo vige bezoekers te imponeren. P.S. Ter bescherming van mijn hulp vaardige en consciëntieuze gids wil ik er de nadruk op leggen dat zij het niet geweest is die mij de minder gunstige aspecten van Stalivaros onder het oog gebracht heeft. (Nadruk verboden). Er valt ongetwijfeld veel te bewon deren in Stalinvaros. Het is een ruime frisse stad zonder sloppen en stegen. De woonhuizen zijn modern en gerie felijk. De straten zijn breed. Er is vol doende plaats uitgespaard voor plant soenen en parken. De fabrieken be vinden zich dicht bij de stad, maar de schadelijke dampen van die fabrieken zullen de stad niet kunnen bereiken als in de toekomst de bomen van het bos volwassen zijn. Er wordt verder alles-gedaan voor het welzijn (naar communistische maatstaven uiteraard) van lichaam en geest van de bevol king. Het is dan ook begrijpelijk dat die overwegend jonge bevolking ent housiast is. Maar Stalinvaros heeft ook zijn be zwaren. In de eerste plaats blijkt de bodem nogal slap te zijn, waardoor nu reeds verzakkingen optreden. Verder ligt de Donau een stuk lager dan de stad wat veel moeilijkheden veroor zaakt bij het lossen van de ertsen en het oppompen van het water voor de fabrieken. Het erts en de kolen moeten boven dien over enorme afstanden aange voerd worden, mede omdat men nog Ingezonden Mededeling (Adv.). IMPOR. HACO. MAASTRICHT In het Bela Bartok Cultuurhuis in Stalinvaros nemen danseressen van het Hongaars Staatsensemble het applaus van het enthousiaste bliek in ontvangst. pu- de voor de arbeid van deze raden, ga randeert niet, dat de verschillende stromingen in ons volksleven het dik wijls nog zwakke particuliere initiatief zonder meer zullen kunnen stimuleren. Op dit punt worden twee principiële wijzigingen voorgesteld. Alg. Diaconale Raad der Herv. Kerk 's-GRAVENHAGE, 23 Dec. De Algemene Diaconale Raad der Ned. Herv. Kerk wenst de hulp, die de overheid biedt, van gelijke waarde te achten als die der kerk. De overheid dient zich terug te trekken, wanneer de kerk haar bemoeienis op neemt om naar voren te moeten treden, indien iemand niet vanwege de kerk de nodige hulp kan of wil aanvaarden. Met andere woorden: de Raad bepleit een voorziening, welke de overheid in deze sub sidiair stelt, teneinde de vrijheid der kerk niet te beknotten waarbij de persoonlijke vrijheid der te helpen burgers niet mag worden beperkt. Deze opmerkingen staan in een rap port, dat de Algemene Diaconale Raad heeft gericht tot de Ned. Vereniging voor Maatschappelijk Werk. Zij zijn de conclusie van een diepgaande studie van het eindrapport der Staatscommis sie vervanging armenwet. De overheid, zo heet het in het rapport van de A. D. R., dient de maatschappelijke hulp te bevorderen, maar het zou fataal zijn wanneer zij hiertoe het alleenrecht voor zich opeist. Bovendien is het voor de kerk essentieel, dat zij volledige vrijheid heeft om te helpen en te die nen, omdat voor haar niet alleen het woord der naastenliefde geldt, maar ook de daad. Dit geldt materiële en niet-materiële noden beide. In dit ver band zou de overheid desgewenst voor rang kunnen geven aan de kerkelijke zorg boven de eigen zorg, ofschoon an derzijds de overheid de kerk niet tot deze zorg kan verplichten. Met voldoening is geconstateerd, dat de Staatscommissie deze vrijheid aan de kerk wil garanderen en dat zij ge tracht heeft dit in haar voorstellen neer te leggen, behoudens dat de Raad enkele gegronde bezwaren heeft tegen de formulering h'°rvan door de Staats commiss'". SOCIALE RADEN. Wat het ve.-ienen van z.g. bijsterm betreft is de Raad van oordeel, dat de kerk het recht moet hebben om in be paalde gevallen en op grond van so ciale indicatie een aanvullende steun te kunnen geven boven hetgeen door de sociale diensten der overheid reeds wordt verleend. Fundamental bezwaren heeft A.D R. tegen de structuur der sociale ra den, zoals deze in het eindrapport der Staatscommissie worden voorgesteld. Een algemene schematische opzet, me- We maken een toer, Het is dè toer. Er gaat tenslotte geen dag voorbij dat er één of meer buitenlanders Stalin varos komen bezoeken. Die bezoeken verlopen allemaal ongeveer gelijk. Eerst een inleidend gesprek en een glas Urmus (Hongaarse vermouth) op het weinig representatieve stadhuis. Dan naar de hoogovens welke door een Verrukkelijk is het hier in het land van Saaftinge. Wat een vogels! Fazanten patrijzen, kraanvogels, veldleeuwe riken, tureluurs, bonte strandlopers. wilde eenden, wulpen en mantel meeuwen. Vooral die laatsten trek ken sterk de aandacht met hun diepe basstem: „Ow-ow" en hun forse, zwart gevleugelde gestalten. Moeizaam voorstappend over het lastig begaanbare terrein, de schor ren, kom ik ogen en oren te kort om alles goed in me op te nemen. Wat een geluk, dat boer Born me zijn laarzen heeft willen lenen. Behulp zame en vriendelijke mensen hier! En ze kunnen ook goed koffie maken. Nou eerst maar eens over die geul zien te komen. Voorzichtig man, val niet, het is een glibberige beweging. Als je je me vastgrijpt aan die gras pol daarZo ja. Even schrap zet ten. Ik ben er. Een leeuwerik vliegt door mijn nadering op. Soortgenoten van hem jubelen aan het heldere blauwe azuur. Kijk, weer mantel meeuwen. Volwassen dieren. De jongere vertegenwoordigers van deze vogelsoort zijn belang rijk anders van kleur. Als de jonge baby's uit het ei kruipen (in Noord- Europa) zijn ze gekleed in een aller liefst donspakje. Niet lang echter blijven ze daarin rondlopen.) Weldra krijgen ze „grote-meeuwen- veren" aan. Niet in hun voordeel overigens. Ze moeten het nu doen met een grauw-grijs-bruin pak, tot over maat van ramp nog vol vlekken ook. Het volgende jaar zijn ze er al iets beter aan toe. De vleugels zijn wat bos-in-wording gescheiden zyn van de donkerder geworden, de buik daaren tegen is lichter gekleurd, evenals de kop. NA VIER JAAR VOLWASSEN, Ze moeten evenwel tot hun vierde jaar, soms tot het vijfde, wachten voor ze volwassen zijn en zich dien overeenkomstig mogen kleden. Maar dan zijn ze ook binnen! Indrukwekkende figuren. Gevreesde verschijningen. Ofschoon ze, dierkun dig gesproken, niet tot de roofvogels DOOR behoren, weten ze drommels goed wat roven is. In hun noordelijke broed gebieden moet menig pasgeboren jong van broedende collega's er aan gelo ven. Ook volwassen vogels, ja zelfs enkele zoogdieren, zoals konijnen zijn hun leven niet zeker met een mantelmeeuw in de buurt. Kleine dieren versmaden ze even min. Slakken en andere schelpdieren bijvoorbeeld. Grappig is het te zien, hoe ze daarmee omgaan. Wanneer ze zo'n goed gepantserd dier te pakken hebben gekregen geen grote kunst vliegen ze er mee hoog de lucht in, om het daarna te laten vallen, met het doel, op deze wijze de harde schaal te laten stuk breken. Mèt dat ze hun nietige prooi aan de zwaarte kracht hebben prijsgegeven, schieten ze er gelijk weer achter aan. Je kunt nooit weten, of een ander de buit van je wil af kapen! Het komische is nu, dat, door het feit, dat onze Hollandse bodem (en zeker het schor) tamelijk zacht is, de schelp meestal niet kapot breekt. In hun vaderland is dat an ders. Daar zijn bergen en rotsen. Het is echter te veel gevraagd van een meeuwenstand om dat verschil in bodemgesteldheid dóór te hebben. Op IJsland valt de schelp kapot, dus in Holland ook, schijnen ze te menen. Gevolg: teleurstelling. Het lekkere hapje ontgaat hun. Ja, maar dan moet je een meeuw kennen. Berustend en vol energie pakt hij het gevallen ei weer op en herhaalt wat hij zo pas heeft gedaan. Laten vallen er ach teraan duiken. Weer mis. Zo gaat hij door, net zo lang tot hij eindelijk zijn zin heeft. Dat is nog eens doorzettings vermogen. Zoveel moeite voor zo'n klein hapje. Ik heb welgeteld een mantelmeeuw eens zeventien maal deze handeling zien herhalen. Geef mij maar peultjes! EEN LUST VOOR HET OOG, Hoe het ook zij, op het ogenblik maken ze zich niet druk. Wiekend en zeilend glijden ze door het lucht ruim, gaan in een boog om mij heen, draaien nieuwsgierig hun kop in alle richtingen. Een lust voor het oog, deze statige zwart-witte roof- monsters. Zei U wat mijnheer? „Ow, ow". De gehele verdere dag, dat wil zeggen tot een uur of vier, blijf ik van hen en van alles hier genieten, maak tussen de bedrijven door een gezellig praatje met de Belgische schaapherder, de „schaoper" en be geef me tenslotte, klauterend en glij dend, dijkwaarts. Bij de boerderij van Born staat de heer Labeur me al op te wachten met zijn auto. Laarzen uit, schoenen aan, kort afscheid en daar rijden we. En nog in de Antwerpse Schelde- tunnel klinken, boven het geraas van het drukke verkeer uit, de vogelgeluiden uit het land van Saaftinge in mijn oren na. Boven alles uit hoor ik een diepe brom- toon: „Ow, ow". J. A. B. Concessie aan minister MIDDELHARNIS, 24 Dec. Zoals bekend wordt op Goeree-Overflakkea sinds tientallen jaren getracht de zeer slechte verbindingen met de vaste wal te verbeteren door de bouw van een brug over het Haringvliet. In 1952 bleek definitief, dat de regering voor lopig niet bereid was dit werk tot stand te brengen. Dit leidde er toe, dat men op het eiland de handen ineen sloeg en overging tot de oprichting van de N.V. Brugmaatschappij, om dit werk, zo mogelijk met hulp van ver schillende instanties, zelf tot uitvoe ring te brengen. Door de ramp van 1953 kwam dit plan op de achtergrond en ook door de verwachting van een spoedige uit voering van de Deltaplannen. Deze voorzien o.m. ook in een weg Den Haag via Tiengemeten over Flakkee naar Antwerpen de z.g. Zoomweg. Verwacht wordt nu echter, dat de uit voering daarvan nog lange tijd op zich zal laten wachten. Daar de verkeers moeilijkheden steeds groter worden, acht men het niet verantwoord op de uitvoering van bovengenoemde plan nen te wachten, reden waarom de N.V. Brugmaatschappij bij de minister van Verkeer en Waterstaat nu een conces sie heeft aangevraagd om zelf een brug te mogen maken. Daarbij is gevraagd om op deze brug een tolgeld te mogen heffen, gemiddeld niet hoger dan de bestaande veergelden, tot aan de tijd, dat bovengenoemde Zoomweg door het Rijk zal worden aangelegd. Hoewel dit tolgeld een bezwaar genoemd kan wor den, weegt dit niet op tegen de nade len van de bestaande toestand, daar da schade van de wacht- en vaartijden nu tenminste een veelvoud van de veer gelden bedraagt. In samenwerking met de 1 K.L.M. WENEN, 24 Dec. (AFP). De socia listische partij van Oostenrijk heeft bekend gemaakt, dat de stichting van een Oostenrijkse luchtvervoersmaat- schappij aanstaande is, die zou samen werken met een Scandinavische maat schappij. De kranten van de volkspar tij menen, dat nu binnenkort de stich ting van een andere luchtvaartmaat schappij bekend zal worden gemaakt. Deze maatschappij, die de naam „Air Austria" zou dragen, zou tot stand ko men na een overeenkomst met een Ne derlandse maatschappij en zou de be schikking krijgen over een kapitaal van dertig millioen shillingen (onge veer 4.3 millioen gulden). Evenals de eerder bedoelde lucht vaartmaatschappij zou de „Air Aus tria" midden 1956 met de exploitatie beginnen. Diensten zouden worden on derhouden in Oostenrijk, op de lijn Wenen-Moskou, Wenen-Cairo en We- nen-Dusseldorp. Bij informatie bij de K.L.M. vernam het ANP, dat in principe overeenstem ming is bereikt tussen de Oesterreichi- sche Studiengeselolschaft für Ver- kehrsluftfahrt en de K.L.M. om te ko men tot oprichting van een Oosten rijkse luchtvaartmaatschappij. Deze zal de naam „Air Austria" krijgen. Het is de bedoeling, dat hij diensten onder houdt in Europa o.a. op de lijn Wenen- Moskou.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1955 | | pagina 3