Over en lekker gesproken onk tónqSite, gemeenschap van moedige mannen, worstelend met de elementen Verouderde Veerse reddingboot wordt wellicht spoedig vervangen Amerikaanse dollars voor noodsituatie Ontslagen Russisch architect bekent schuld Vrijdag 18 November 1955 ÏEEUWSCH DAGBLAD pagina Een proefvaart van de Maria Carolina Blankenheym" Immer paraat is het reddingwezen, VAN VER komt de wind. Van over de Noord zee, de Roompot en het Veergat komt hij, de zee voor zich uit jagend, over duinen en dijken, snelt door polders en over wegen, door ste den en dorpen. In de zomer, als hij verkoeling brengt, vriende lijk. Bars, streng en wreed soms in najaar en winter, als hij zijn registers opentrekt. Dan spant hij samen met de zee, die de lage landen tussen Holland en Vlaanderen bespringt, het water in de zèe-armen opstuwend. Dan worstelt men aan de randen der polders tegen de erfvijand. Ook op die zee, vol prachtig witte schuimkoppen, maar woest en verraderlijk, wordt gestreden. De zeeman, bekend met de nuk ken der elementen, vecht, verkleumd vaak, zonder voldoende nachtrust, op de oceanen en wereldzee ën, waarop hij een broodwinning vond, voor zijn schip, zijn leven, zijn terugkeer naar vrouw en kind. Als het technisch vernuft van de mens dan tekort schiet en het schip machteloos ligt in de klauwen der brekers, is alle hoop gericht op de uitwerking van de noodkreet, die de aether ingaat. Dan komt het reddingswezen, steeds waakzaam, in actie. Stoere, moedige mannen nemen hun plaatsen in aan dek, in de machinekamer, aan het roer. luiden de plannen via een radio actie „op stapel" wil zetten. Maar voorlopig is het nog de „Blanken heym", die met een zeskoppige be manning twee „beroeps" en vier vrijwilligers in de Veerse haven klaarligt om op ieder ge wenst ogenblik uit te varen en uit komst te brengen op die plaatsen waar de mens zich machteloos weet tegenover het geweld van de ele menten. Balans: Vijfhonderd geredden in 43 jaar Eén van die mannen, die aan het roer staat, is de heer J. A. Minneboo, de kapitein van de te Veere gestationneerde „Maria Carolina Blankenheym" Van de Kon. Zuid-Hollandse Maatschappij tot Redding van Schipbreuke lingen. De wind is er weer, ingetogen nu, als hij zijn boot met vaste hand tussen de havenhoofden doorloodst voor het maken van één der maandelijkse proefvaarten. Eenmaal uit de engte van het Veergat, haalt hij uit de 165 Generaal-Motors-paardekrachten wat er in zit: met een snelheid van rond dertien mijl ploegt de „Blankenheym" zich door de Roompot. Het silhouet van Veere, onmetelijk schoon belicht door de opkomende zon, is reeds opgelost in de rose ochtend sluiers; langzaam vervagen nu ook de contouren van de Walcherse duinenrij in de nevelen. Hoog spat het buiswater op, als de Blankenheym met de neus in de sol- Ven duikt; een kolkend en schuimend spoor, dat recht naar de zon wijst, ver raadt de koers van het schip: Noord. De snelle duik van een meeuw ver rast de mannen niet; men is het er- óver eens: een haring was haar buit. Maar over de volheid van het meeu- welijke menu ontstaat een discussie; het was een vette, zegt de één, onvol- troeid, meent de ander. De kleine ingen des levens, waaraan men op een dag als deze aandacht kan schen ken. De opmerking: „Ik dacht, dat het een rolmops was", plooit de ge zichten spoedig tot een glimlach; ieder vervolgt zijn bezigheden. De instrumenten moeten gecon troleerd worden; één der mannen gaat met geurig dampende koffie rond koffie, zoals de schipbreuke lingen ze krijgen, als de redding is geslaagd. De status van schipbreu keling is uiteraard minder aantrek kelijk; de koffie is echter best. Waarmee wij evenwel niet de sug gestie „Laat U eens redden!" wil len doen! Werkwijze Hoe gaat dat eigenlijk bij een red ding? De mannen zijn dan, met een riem om het lichaam, vastgebonden aan een in plastic gedompelde staal draad, een looplijn, waardoor zij het schip van boeg tot achtersteven kun nen bestrijken. Midscheeps is het vangnet bevestigd, waarin de in nood verkerenden moeten springen. Forse mannenhanden grijpen de schipbreu kelingen en geleiden hen naar een daartoe ingericht verblijf, beneden- deks. Gered. Maar eer het zover is, gaan er vaak uren, dagen overheen. Hoe moeilijk is het niet bij stormweer een in moeilijkheden verkerend schip te naderen. Averij is, nadat de redding boot keer op keer, hoog door de woes te baren opgenomen, tegen een scheepsromp is gebeukt, een term, die hi zijn klank niets ongewoons heeft. Zo gaat dat bij een redding en Hoog spat het buiswater op, als de „Maria Carolina Blakenheym" door de golven klieft. Op de achtergrond de Walcherse kust. zo gaat dat in een artikel, enkele kolomregels en de grote lijnen zijn aangegeven. Over de moed, de kundigheid en de taaie volharding van hen, die telkens weer hun leven inzetten voor dat van anderen, zou den pagina's te vullen zijn. Op de gezichten van deze helden staat het duidelijk te lezen: men taalt hier niet naar, zij gaan eenvoudig hun weg, waardering stimuleert, maar alsjeblieft geen pathetische verering. Met dit alles staan zij echter op éen voetstuk, waarop zij noch door RESPECT Als de taind buiten Uto veilige huis aanwakkert tot stormkracht en U begint Uw kachels nog net iets steviger te omarmen, dan moeten de mannen, van het red dingwezen vaak op de plaats zijn, waar men met spanning hun komst verbeidt, daar waar de mens de strijd tegen de zee aan het verliezen is. Onder deze moe digen zijn ook Zeeuwen. Zeeu- men, die tot de beste vertegen woordigers van onze provincie behoren, voor wie men een diep respect mag koesteren. zichzelf, noch door anderen geplaatst zijn. Zfj staan er op, zo zonder meer. Het is door het werk, waarvoor zij bereid zijn zich ieder uur van de dag en de nacht in te zetten. Zweedse bewondering Trots zijn zij wel op een eenvou dige zilveren plaquette, die, als be trof het een onderscheiding voor de boot, boven de deur van de machine kamer in hout gevat is aangebracht. Met strakke letters is er in gegra-: veerd: „De Zweedse Maatschappij tot Redding van Schipbreukelingen wil hiermede met dankbaarheid en be wondering in herinnering houden de heldhaftige pogingen van de reddingboot „M.C. Blankenheym" tot het redden van het Zweedse stoomschip „Aslög" op 18 Decem ber 1949." Trots zijn de mannen ook op hun boot, die men een staat van dienst van 43 jaar nog niet aanziet. Na elke tocht krijgt het schip een opfrisser- tje in de vorm van zoet water, waar door het zout geen kans krijgt zijn verwoestende werk te beginnen. Dit gebeurde ook na afloop van deze tocht. Zo'n vijfentwintig kilo meter buitengaats op de Midden- steenbank, waar de „Markab 2" van het Loodswezen rondkruist. wendde men, na het wisselen van enige vriendelijkheden, de steven, Voor de bemanning van de „Mar kab 2" had het verschijnen van de reddingboot niets vreemds, hoefde het in ieder geval niet te hebben; de Blankenheym had reeds in het Veer' gat zijn uitvaren via de aether aan de centraalpost gemeld. Spoedig kwam de Walcherse kustlijn weer in zicht en doemden ook de vier markante accenten van het Veere-uit- de-verte weer op de Campveerse Toren, als een vooruitgeschoven bol werk van het land, als een slanke mi naret de Stadhuistoren, de Grote Kerk, enigszins detonerend door haar grootte, uiterst rechts een vriendelijk malende witte molen. Dichter nu, mengden zich de oude geveltjes in het markante, de détails veroverden hun plaatsje in de sprook jesachtige aanblik. Met een flinke snelheid zwaaide de „Blankenheym" het hoofd om, de haven binnen. Enig gemanoeu vreer, het werpen van een tros, de boot lag weer gemeerd. De „Maria Carolina Blankenheym" had de zo veelste tocht erop zitten. Kapitein Minneboo trok nog eens aan zijn barnstenen pijp en begon met het schoonspuiten. Reserve-boot? Als de plannen, die er thans be staan, doorgang vinden, dan zal de „M.C. Blankenheym" binnen afzienbare tijd de functie van re serve-boot krijgen. Want eigenlijk zo vertrouwde kapitein Minneboo ons toe, is deze reddingboot, waar mee zo'n vier a vijfhonderd men senlevens gered werden, ver ouderd. Waarschijnlijk zal de boot plaats moeten maken voor één van de twee schepen, die men WASHINGTON, 17 Nov. De rege- ring-Eisenhower zal een bijzondere reserve vormen voor hulpverlening aan het buitenland in noodgevallen door 10 tot 12 procent van de gelden, die door het Congres zijn toegewezen voor econo mische en technische hulpverlening aan overzeese landen, achter te houden. Dit geld is bestemd om te worden gebruikt in onverwachte noodtoestanden, ont staan door overstromingen, orkanen en plotselinge economische crises, waarbij onmiddellijk reageren door de Ver. Sta ten nodig is. TOEKOMSTBEELD De heel erg jonge man, die zich per autoped over de trot toirs van een Middelburgse win kelstraat voortbewoog, was zijn tijd vèr vooruit. Gehuld in een langwerpig kartonnen doos, die slechts de armen en een restje van de benen vrijliet, leek hij meer op een ruimtevaarder dan op een gewoon Zeeuws, steppend jongetje. Er school iets wrangs in zijn verschijnen. Hij was niet langer het blij spelend kind, maar de verpersoonlijking van de ver- technisering en mechanisering, die ons die indruk krijgt men te dikwijls te wachten moet staan. Houterig waren zijn be wegingen; zijn blik was niet vrij, maar afgebakend door de engte van een klein, vierkant kijk gaatje. Waarmee we maar willen zeg gen: ouders geeft Uw kinderen rustig een autoped. Maar vermits deze in een kartonnen doos is verpakt, werpt die dan weg. De fantasie van sommige kinderen is te navrant. PARIJS, 16 Nov. Alexander Vlassof, de voorzitter van de Sow jet-academie van architecten, die is ontslagen als hoofdarchitect van Moskou, heeft te Pa rijs verklaard, dat de critiek op zijn werk „volkomen gerechtvaardigd" was. De dag tevoren was hij in de Franse hoofdstad aangekomen op doorreis van de V.S. naar de Sow jet-Unie. In het station St. Lazaire deed zich een incident voor, toen anti-communistische emigranten hem wilden bewegen in Frankrijk asyl te vragen. In een vraaggespek met „France Soir" zei Vlassof, dat in zijn land de architec tuur een sociale functie heeft. „Het is een staatskwestie en om deze réden heb ben architecten er belang bij, dat zij op het rechte pad blijven". Kindje in box gestikt ROOSENDAAL, 16 Nov. Ten huize van de familie R. is het zoontje van elf maanden, dat in de box zat te spelen, verward geraakt in een koord, waaraan een stuk speelgoed was bevestigd, en ge stikt. Ingezonden Mededeling (Adv.) Goed nieuws voor Ieder, die van een lange en extra lekkere sigaret houdt. WINGS, de beroemde Amerikaan, Is nu ook In verfijnd „King Size" formaat verkrijgbaar. Modern van lengte, vorste lijk van aroma, elegant In de hand. Rook de nieuwe WINGS „King Size"» zo geurig, zo zacht, dat het U direct opvalt. Vraag vandaag nog een pakje! De bekende WINGS regular size sigaretten blijven verkrijgbaar voor Ieder, die aan de standaard lengte de voorkeur geeft. WINGS

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1955 | | pagina 7