en kunst Een Engelenwacht Roel was erg boos op de juffrouw 1 s .■:3 I ia S 1 j in F OKKE JAGER LUIT DE SCHRIFf Maar het schoolblijven hielp toch wel o Ontwikkeling Ontspanning Gezelligheid Uit mijn klas J A J Plicht? „Jag ar med Eder” Beeldententoonstelling te Oostburg Wat is dan kunst De zwaar beproefde zendeling dreigde zijn geloof te verliezen „Ikke ben kwaad op je!" I few B !-sl i ’t Zcemcli Weekend DE CHRISTEN Deze staat f Door ze haar kroost bij onze baas introdu Christelijke school Je kunt het de kinderen eigenlijk niet Niet uit het systeem, maar uit het hart Voor het vertrek naar de binnenlanden, waar God hen riep. door u geschetste omstandigheden. U krijgt dan een betere verzorging, een eigen huis en gezelligheid. Niet uw kinderen beslissen over uw leven. U staat niet onder hun con trole of voogdij. U moet uw eigen leven leiden. VADER EN ZOON Een vader heeft verdriet over zijn ge huwde zoon, die de huwelijkstrouw heeft verloochend. Hij, de zoon, schijnt ruchten waar en dat zijn ze vermoe delijk wel, te oordelen naar de levens stijl dan stamt het huishouden uit een grote-stads-achterbuurr. Psalm 91:11, 12. jljtjtjtjtjtjtjtjtjtjtjtjljljtjljtjtjtatjtjtji deze prijs kunt u toch niet zonder meer de handelswaarde van zilveren munten gaan berekenen. Want dat is de prijs van zilver in baren met een gehalte van 99.9 zilver. Is zilver van een lager gehalte, zoals bij die munten, dan kost het omwerken hier van nog al wat, waardoor de handels waarde natuurlijk lager uitkomt. HUWELIJK Wij kunnen eerlijk niet inzien, waarom u als weduwnaar van 54 jaar niet op nieuw trouwen zou. Die tegenstand van de kinderen schijnt meer op eigen belang te zijn gegrond. Wij zouden het u eerder juist aanraden onder de roep om kunst en kunstgevoel komt dan niet voort uit hun hart, maar uit hun systeem. Is er wel iets afgrijselijkers te bedenken dan een kunstgevoel, dat men zich verplicht gevoelt er op na te houden, ook al zou men die verplichting op bijbelteksten fun deren? Zoals de „beschaving” van velen stijf loopt van citaten, loopt de „christelijke beschaving” soms stijf van teksten. Wij moeten dus een andere kant dus voor de vertoning geen bioscoop met brandvrije cabine noodzakelijk is om aan de veiligheidsvoorschriften van de politie te voldoen. De C.F.A. telt op het ogenblik reeds veertig afdelingen en drie projectie- centrales, t.w. in Den Haag, Almelo en Leeuwarden. Natuurlijk kan een ver gelijking op technisch gebied met de honderden uitstekend geoutilleerde bi oscopen, die er in Nederland zijn, nog niet doorstaan worden, maar de toe komst ziet er in ieder geval rooskleuri ger uit dan een jaar geleden. Bij de première van „Ik hen met U”, deelde de heer G. H. Hoek, tweede voorzitter van de C.F.A. aan de geno digden mede, dat de houding van de Ned. Bioscoopbond ten opzichte van de C.F.A. na het conflict over deze film aanzienlijk verbeterd is. De heer Hoek was niet zonder hoop, dat er uit de be sprekingen die op het ogenblik met het Departement van Economische Zaken en de Ned. Bioscoopbond worden ge voerd over de vrije vertoning van films buiten de bioscopen om, iets goeds zal voortkomen. voornemens zijn vrouw en twee kin deren te willen verlaten. Nu heeft de vader ontdekt, wie de vrouw op de achtergrond is. Hij vraagt, of hij nu „mag” gaan praten met die vrouw en als ze niet voor reden vatbaar is, of er dan geen strafmaatregelen te ne men zijn. Natuurlijk mag hij gaan praten met die vrouw, al is er in de regel weinig succes te verwachten. Meer kan hij niet doen. Want waarom zouden dan alleen tegen die vrouw en niet ook tegen zijn zoon maatregelen genomen moeten worden, als die te nemen wa ren? Maar dat is niet zo. Meer dan praten kan deze vader niet doen. naars zeggen, wat kunst is. Niet in een definitie, maar in een flits. Zo mer Gods”: t Kunst is.... tot enkel schouwen en tot bijna hij is voorzien van Nederlandse onder- VERGUNNINGEN Wij zijn het eens met een lezer, die diep van haat vervuld is, vanwege de on vrijheid in dit land waar vrijheid heet te bestaan. Altijd was hij expediteur. Vanaf 1937. Acht jaar zelfstandig. Hij had een vrachtomzet van 25.000 per jaar. Nu moet hij stoppen en „maar knecht worden”. Want hij kan maar niet slagen voor die vereiste papieren. Oorzaak van dat stoppen? In 1939 en 1940 reed hij niet. Nee, want toen diende hij als militair het vaderland en had niemand, die zijn zaak kon waarnemen. Als dank dwingt het va derland hem nu, zijn bloeiend be drijfje op te heffen. Vanwege papie ren Hij is ten einde raad. Ook de minister schreef: niets aan te doen. De bepa lingen zijn nu eenmaal zo. Ik weet wel, schrijft hij, dat u er ook niets aan kunt doen.... Helaas niet. Want dan zouden wij kampvuurtjes stoken, met papieren. En toch geven wij deze raad: weer schrijven aan de minister. Blijven schrijven. En aan de Konin gin. Volhouden.... Het schijnt wel eens gelukt te zijn, want ambtelijke wegen zijn onna speurlijk. Wie weet waar een van de brieven heen waait. PRO DEO Nee, pro Deo wil niet zeggen dat u hele maal niets behoeft te betalen. Het kan best zo zijn, dat de rechter u achteraf toch veroordeelt om een deel van de kosten van het proces te betalen. NEEF EN NICHT Neef en nicht kunnen zeker huwen, de wet staat dit niet in de weg. Over de kerkelijke zijde kunnen wij niet oordelen. eens geneigd om dat te denken. Wij, .die Iemand bóven ons hebben, laten ons eerder iets opleggen. Zo kan men christenen ontmoeten die ijveren voor „de kunst” omdat Christus immers Koning is op alle terreinen van het leven” in de zelfde krampachtigheid, waarmee sommige intellectuelen zich inspan nen voor de culturele vorming „omdat het zo nuttig en nodig is”. De Het achtste Heinrich Schützfeest, dat in Amsterdam wordt gehouden, wordt Maandagavond 19 September in de Oude Kerk officieel geopend. Prof, dr Friedrich Blume, prof, dr W. J. Kooiman en Willem Mudde zullen het woord voeren. Bij het graf van Sweelinck zal een krans worden ge legd. Kunst is niet: kunnen! Maar: [zijn aangeraakt.” Als hét gaat om aangeraakt-zijn, gegrepen-zijn, kunnen woorden als „nut” en „noodzaak” alleen maar misverstanden wekken. Men kweekt dan één van de meest ergerlijke soorten van mensen: mensen die zich verplicht voelen om er kunstgevoel op na te houden. Wie over kunst wil spreken, moet spreken over vrijheid, spel, sponta neïteit en vervoering. Wie over plicht beschaving, opvoeding en vorming begint, komt nooit goed bij de kunst terecht. Een mens op weg helpen naar de kunst betekent: de kunst op weg helpen naar een mens. Onze culturele vorming is niet al lereerst een plicht, die ons wordt op gelegd. Als christenen zijn wij wel deze overeenkomst schriftelijk be vestigen. In dat geval is de werk geefster wel verplicht om die week door te betalen. HET ZILVER Hoe groot het zilvergehalte was van de guldens en rijksdaalders uit de vorige eeuw? Dat was 94.5 In 1919 werd dit gehalte verlaagd tot 72 Nu be draagt de Amerikaanse zilverprijs f 110.99 per kg. Maar aan de hand van „Ik ben met V” geeft het relaas van de zware strijd, die een Zweed se zendeling moet voeren in de bin- nenlanden van Afrika. De jonge Zweed wordt wel heel zwaar op de proef gesteld, als kort na elkaar zijn Des Heren Engel schaart Een onverwinb’re hemelwacht Rondom hem, die Gods wil betracht; Dan is hij wèl bewaard! Van 17 September tot 2 October wordt in Oostburg een tentoonstel ling gehouden van beeldhouwwerken van Brabantse beeldhouwers. Deze tentoonstelling, die ongeveer uit 60 werken bestaat, wordt opgesteld in en om de Ned. Herv. Kerk. De grote beelden komen buiten in het plant soen te staan, de kleine binnen. Evenals het vorige jaar wordt deze tentoonstelling georganiseerd door de Blaatselijke Gemeenschap Oostburg. Deze organisatie streeft er naar de kunst zo dicht mogelijk bij de bevol king te brengen. Noord-Brabant telt een groot aan tal beeldhouwers, die regelmatig een expositie houden. De expositie, die in Uostburg komt, werd dan ook reeds gehouden in Hilvarenbeek en is thans te zien in Oss. zou vergeten te spreken over de prestatie. Het is geen prestatie om verliefd te worden. Iemand zei: „Het is nonsens een dichter te prijzen voor zijn gedichten. Men kan evengoed een vrouw huldigen omdat zij zelfs in de biechtstoel bekoorlijk is. Men moet het haar ook niet kwalijk ne men”. Daarom, geachte redacteur, kan ik niet voldoen aan uw verzoek om de christenen op te wekken om toch vooral meer „aan kunst te gaan doen”. Maar wij kunnen wel elkaar op wekken om werkelijk échte chris tenen te zijn. Dan komt onze cul turele vorming en onze aandacht voor de schoonheid mèt onze goe de werken „vanzelf Want alle misverstanden en caricaturen ten spijt het christelijk leven is een natuurlijk leven. Het sluit zich als her-schepping geheel aan bij de schepping. Bij het koren. En bij de klap rozen. IK BEN MET IH uit. Ook christenen moeten zich voor de kunst interesseren, maar vlak bij Jezus Christus krijgt het woord „moeten” een geheel andere beteke nis. Ergens in de catechismus wordt ge vraagd: „Waarom moeten wij nog goede werken doen?” Het antwoord is verrassend: „Om dat Christus ons vernieuwt”. Het on derwerp is hier plotseling verspron gen. Wij, die in de vraag nog in de eer ste naamval staan, vallen in het ant woord terug tot in de vierde naam val. Wij „moeten” goede werken doen, omdat Christus ze doet. Wij „moeten” het, omdat wij het niet laten kunnen. Wij „moeten” het, in dezelfde zin waarin deze krant „moét” vallen, als U hem loslaat, ook al zou U bevélen dat hij moét blijven zweven. En dit is óók het „moeten” van de kunstenaar. Hier is alle kramp achtigheid verdwenen. Hier gaat het niet meer om een opgelegde, opgeplakte, opgelapte, opgedron gen, opgeschroefde beschaving. Hier is een inspiratie, waarbij men bijna WASECHT? Er is altijd maar één manier om voor te leurstellingen gespaard te blijven en dat is: eerst een stukje van de stof proberen. Dan alleen weet u zeker of de kleur wasecht is. MIEREN Tegen die vervelende zwarte mieren be staan er tegenwoordig allerlei midde len. U kunt ook met succes gebruik maken van een papje bruine suiker met borax. Dat helpt uitstekend. U legt het op de plaatsen, waar mieren regelmatig komen. DE TENT. Het is zeker mogelijk, lezeres, om de komende winter zelf een tent te maken. Misschien brengen we wel eens een tekening. Bij de ANWB kunt u ook een boekje kopen: Hoe maak ik mijn tent. De stof kunt u in iedere behoorlijke buitensport zaak kopen. U zult verstandig doen, om eerst even met een ervaren kampeerder te overleggen inzake het juiste type. VACANTIE WERKSTERS. Indien een werkster, die één of twee keer per week komt, een week vacantie neemt, behoeft de werk geefster haar niet door te betalen. Erger is, dat ze het ook niet DOET, in veel gevallen. Wij willen er graag nog eens op wijzen, dat wij dit fout vinden. Zelf krijgen velen vacantiegeld, maar hun werkster betalen ze niet door. Wij willen werksters deze tip doorgeven. In dien u ergens werk aanvaardt, spreek dan meteen AF: in de zomermaanden beding ik een week vacantie met doorbetaling. Laat K A 9 's 9evraa9^ om U op te wekken tot méér belangstel- L’ling voor de kunst. Dat is een gevaarlijke bezigheid. Wanneer wij elkaar opwekken (er zijn mensen die bijna nooit iets anders doen dan andere mensen opwekken), dan doen wij dat meestal op deze manier: wij gaan eerst aantonen, dat een bepaalde zaak toch wel te veel verwaar loosd wordt, en vervolgens, dat het toch zo nuttig en nodig is om voortaan méér aandacht aan die verwaarloosde zaak te schenken. Maar als een opwekking om niet koud te blijven voor kunst óók het uitgangspunt neemt in „nut” en „noodzaak”, dan wordt het voor de öpwekker zelf nuttig en noodzakelijk om eerst eens beter na te denken over wat kunst is. Als het gaat over kunst, dan gaat het er niet allereerst om, dat het toch zo „nuttig” en zo „nodig” is. En daar hebt U nu al meteen de oorzaak van het feit, dat er onder ons zo weinig interesse is voor de kunst. Want wij beginnen nu juist wél al tijd over „nut” en „noodzaak”. Dat zit er heel diep in bij ons, om bij alle dingen eerst te vragen: Waar dient het voor? Wat levert ’t op? Wat ver dien ik ermee? Wat is het nut ervan? Wat heb je eraan? En ja, dan kunnen wij met de kunst maar weinig beginnen. Wan neer wij de nuttigheid als maatstaf nemen, dan zijn alle bloemen eigen lijk „onkruid”. Wij vragen altijd naar de eetbaarheid, de bruikbaarheid, de opbrengst. Het koren, dat is nut tig. Maar de korenbloemen en dc klaprozen, dat is onkruid. Als christenen weten wij, dat deze houding verkeerd is. De Here Jezus heeft ons niet alleen gewezen op het koren: „Zie, de velden zijn wit om te oogsten!” maar ook op de bloemen: „Zie, de leliën, hoe groeien”. Dat laatste hooit er ook bij: „hoe ze groeien”. Wij moeten de bloemen niet alleen bekijken, als we ze thuis in een vaas hebben gezet; we moeten ze zo veel mo gelijk op ’t land laten staan, en zien, hoe ze groeien. Wij kunnen niet zeggen: wat is dat nuttig en nódig, dat de leliën groeien op het veld! Alleen de bloemenkoop- man kan er aan verdienen. Maar er zijn duizenden bloemen op de wereld, die nooit door een mens gezien wor den. Hoog in de bergen bloeien ze al leen voor God. De diepste oorzaak van ons gemis aan belangstelling voor de kunst is, dat wij God’s werken vaak alleen maar bewonderen, voor zover wij er profijt van trekken. Maar wij moeten leren om God’s werken te bewonde ren, alleen omdat het Zijn werken zijn. En daarom behoren die twee bij elkaar: de christen en de kunst. Wat is dan eigenlijk de kunst? Wij kunnen dat nooit precies definiëren. Vele deftige discussies over „het be grip kunst” zijn even dwaas als een twistgesprek van verloofde jonge mannen die de liefde proberen te de finiëren, terwijl hun dames dan maar zó lang op de uitslag moeten wach ten. Men heeft wel gezegd: kunst is ge kristalliseerde ontroering. Of: kunst is transponering van het alledaagse tot een beleving van schoonheid. Eigenlijk kunnen alleen de kunste- (Ik bén" met op 'uitgebreide schaal -zeggen, wat kunst is. ^Niet m zowel op normaai- - 0 gaan distribueren. Deze film, waarvoor systeem kregen, is de Engelse versie van het Het woord, dat hierboven is genoemd, staat in Psalm 91. Deze psalm is een lied van gelovig zien op God, een getuigenis van ver trouwen. Het eerste vers is als een opschrift, als een titel. „Wie in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, vernacht in de schaduw des Almachtigen.” Veiligheid en zekerheid glanzen U tegen in elke regel. Hoe hebben velen onzer zich na de bevrijding beschaamd ge weten, wanneer de Here zegt in vers 3 en 4: Hij is het, die U redt van de strik des vogelvangers, Zijn trouw is een schild en pantser. Maar tegelijk zijn deze verzen volkomen vervuld in de komst van Hem, Die de Vader zéér bemint, Die de Naam des Heren kent als geen ander, Die tot ere gebracht is in Zijn Kruis, opstanding en Hemelvaart. Dus zult U zeggen, de duivel is toch wel een goed theoloog en Schri/tkenner, wanneer hij vers 11 en 12 op de Here Jezus toepast. Ongetwijfeld, lezer, maar vergeet U nooit, hij is ook: de duivel. En hij doet, wat wij in zijn voetspoor, ook zo graag doen, wanneer we een wat scherpe tekst wat verzachten willen; we voegen wat toe, of we laten iets weg. O, heel onschuldig maar! Zo ook hier. Wat zouden die paar woorden nu, zegt Satan, die ik kortheidshalve wegliet: „in al Uw wegen.” Maar daar zat ’n juist de kneep! Hij wilde nl. aan de Here de ge dachte opdringen indien dat mogelijk ware! dat we buiten onze, van God voorgeschreven, weg gaande, evengoed op de bescherming van een engelenwacht mogen rekenen. Van een dergelijk misbruik van Gods Woord heeft de Here Jezus niets willen weten. Want bij de „bokkesprongen” van de duivel of bij ons tekstmisbruik zendt God Zijn engelenwacht niet. Niet op de zelfgekozen wegen van domheid of koppigheid, van hoogmoed en van zonde.... De wegen van de Here Jezus waren wegen van ge hoorzaamheid aan Zijn Vader. En dan brengt een engel lafenis zelfs in Gethsemané. Wanneer wij in de Here Jezus blijven, in de weg des Heren, dan is geen vlam zo heet, dat een engel ons als Daniël en zyn vrienden niet zal kunnen redden en beschermen. En daarom geldt voor Gods kinderen: niets vrezen, zelfs niet voor het vreselijkste dat de duivel kan bedenken, noch voor de verschrik king van de nacht, voor de pijl, die des daags vliegt, voor de P^st> die in het duister rondwaart, voor het verderf, dat op de middag DCTTlidt Wie liet eigendom is van Jezus Christus in leven en sterven, weet, dat voor hem geldt: CW CW OK> no CW O» CSKW <w no CV) CW CW <M> cw cw mev ao cw <X> <X C® (X cwp CtD C® C® c® «0 OD <K> X) CW C® C® C® <K> O) C® C® zoontje Lasse en zijn vrouw Karin tengevolge van een slangenbeet en door een ernstige malaria-aanval sterven. Hij zegt dat hij zijn geloof verloren heeft en hij wil vertrekken uit Afrika; zijn ogen worden echter weer geopend door een eenvoudige negervrouw, die met kinderlijk ge loof zegt: „In de Bijbel staat: „Ik ben met U tot de voleinding der wereld” De film, die in Afrika is opgenomen, geeft een goede indruk van de omstan digheden waaronder de bevolking daar leeft. Zij Iaat zien, dat de zendeling daar niet alleen te kampen heeft met het ongeloof, maar ook met het bijge loof, dat ingeworteld was in de harten van de eenvoudige negers, door de ver halen die hun tovenaars hun vertellen over boze geesten en vreemde góden. Ook de natuur neemt in „Ik ben met U” een belangrijke plaats in. Naast de prachtige opnamen van de Livingstone- watervallen zijn de opnamen van de in het wild levende olifanten, leeuwen en giraffen, zeker de moeite van het ver melden waard. grondig als b.v. Zwart, een i vermoedelijk opgewerkt, waardoor nu een beste baan heeft. Jammer ge noeg 1---M geen gelijke tred met de gestadige ver- meerdering van inkomsten. Zijn de ge- uitspraak kwam Is te begrijpen, want ou(is|e twee van ons schoolgaand viertal waren het onlangs onderling on eens en toen ze met „doorslaande” be wijzen gingen werken, deden ze dat in Toen mama Zwart hoogstderzelve hun woede ongemerkt binnen het hek van de baas zijn tuin. Wij waren een- ceerde, vertelde ze openhartig, dat zij voudig verstijfd, want dit staat gelijk het liefst haar kinderen naar de bes- met majesteitsschennis, te school zou sturen, ongeacht of de ze Christelijk was of niet; maar haar man, die nog steeds onder de plak van zijn moeder zat, wilde ze nu een maal naar een sturen DE WAARHEID. De baas en twee collega’s hebben zo een goed deel van het vorig jaar met kwalijk nemen, want opgegroeid in een de spruiten Zwart opgetrokken. U kent achterbuurt van een grote stad, vind je onze bedachtzame, beheerste baas na- daar niet veel wat je ontzien moet, om- tuurlijk al best. Nu, deze zei kort en dat in de grauw-gore omgeving niets bondig: „Het is canaille!” En de man de moeite van behouden waard is. sprak de waarheid. De vier jonge SCHOOLBLIJVEN. En uit dat geslacht stamt ons Koel tje. Vandaag maakte hjj het zó bont, dat hjj stevig tot de orde geroepen moest worden. Schoolblijven is het gebod. Dat stemt de meesten van mijn kroost al direct tot deemoedigheid. Niet alzo bij Roel, wat ik ook niet verwacht. Ik ken mijn pappenheimer wel, dus zet ik hem op de voorste bank, waarnaast ik rus tig ga zitten werken. Sommenblaadjes nakijken. Roel gaat dwars zitten en ik Itót hem dwarszitten. Kijk eenvoudig sommetjes na. Het duurt een poosje, dan zeg_t Roel, spinnijdig: „Ikke ben kwaad op je.” Ik knik hem begrijpend toe en zeg: „Ik ook”, en kijk een som metje na. Al kijk ik niet rechtstreeks naar hem, toch bemerkt ik een ver baasde blik. De jongeman is enkel maar luidruch tige reacties gewend, zoiets als een vol ledig oproer. Weer na een poosje zegt Roel, nog steeds spinnijdig: „Ikke mot naar huis.” Ik knik weer, zeg kalms „Ik ook”, en kjjk sommetjes na. Geen van beiden maken we echter aanstalten er vandoor te gaan. Weer een poosje stilte. Die wordt verbroken door Rod’s mededeling: „Ik ke mot naar achtere.” Nu zeg ik niet: „Ik ook”, maar strek mijn hand uit om hem derwaarts te begeleiden, wat niet volgens zijn berekening was. Dat zegt zgn verbaasde tronie me wel. Ik houd de wacht tot de jongeman ter plaatse zijn plicht heeft volbracht en samen wandelen we in volmaakt stilzwijgen naar ons oude plaatsje terug. HIJ SNIKT Nu wacht Roel niet zo lang met zjjn volgend bericht. HU zegt echt woe dend: „Ikke ga schreeuwe!” Ik kijk op van de sommenblaadjes en zeg: „Ik ook.” Ineens bonkt zjjn borstelige kopje (Vervolg op andere pagina) XX 7 9 hebben dus weer een begin gemaakt van een enkele week. \A/ Lang genoeg om de schade te kunnen opnemen. Schade?, vraagt u verwonderd. Ja, wat dacht u, dat vacantie enkel maar winst was? Je hebt in de vacantie altijd scha en wel op tweeërlei gebied. Eerst ga ik eens peilen hoeveel er door de kiertjes weer is weggeglipt van al wat ik in de periode April tot de vacantie moeizaam in de broze bolletjes heb ingewurmd. En dan moet ik ook zien, of ik de meer-of- minder lichte verwildering der vacantie weer binnen behoorlijke gren zen krijg. Dat laatste lukt ook altijd weer gauw genoeg, want onze dorpse jeugd, tenminste mijn grut, is nog niet zo door de wol geverfd. Alleen bij één viel het niet mee, maar laat ik er dadelijk bijvoegen, dat dit heus niet alleen aan de vacantie te wijten is. Het gezin, waaruit Roeltje Zwart Zwartjes leven permanent in ruzie met voortspruit, woont nog maar een klein iedereen en vooral ook met elkaar. Dat jaartje in onze gemeente. Pappa Zwart is al niet leuk, maar ze halen zich de heeft hier een baan, waarvoor hij en meeste gramschap van onze gemeen- zijn gezin natuurlijk wel enkele ja- schap op de hals, doordat ze niemands ren binnen onze beperkte dorpse gren- eigendom ontzien. Ze vechten hun ve zen gekluisterd zal zijn. Helaas. Dat ten uit, het liefst in een andermans wordt van twee kanten gezegd; want tuintje. Met hun voetballen hebben ze wij schoolmensen zeggen het even hart- al menige bloem aan een ontijdig einde mama Zwart. Pappa geholpen en met hun moorddadige ma- plentere baas, heeft zich nier van fietsen vloeren ze al de klein hij tjes, die zich in hun buurt wagen. En klaag er maar niet over, want je wordt houdt echter de levensontwikkeling er heel gezellig over uitgejouwd. Dat onze baas tot zijn kernachtige een bekend is, wil de C.F.A. een nieuw i van filmdistributie in het le ven roepen, waardoor de kunstzinnig en ethisch verantwoorde films betere oorspronkelijke „Jag ar med Eder” en kansen krijgen, ook in tal van plaatsen h" i? waar geen bioscoop is gevestigd. [zwijgen, schriften. Manuscript en regie zijn van De fiim „Ik ben met U” biedt hier- Gosta Stevens en Rune Lindstrom. voor een goede mogelijkheid, aange- Zoals zo langzamerhand al bij ieder- zien het materiaal onbrandbaar is en innenkort zal de Chr. Filmactie de Zweedse film „Jag ar med Eder” als op smalfilm zegt Martien Beversluis in „De Ha- “le c.F.A. de alleenrechten heeft ver- mor rinrlc”» - vs X- -X alleen te stijgen I I

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1955 | | pagina 7