Komt
er een
H
I
1
Reeds 140.000 Papoea's belijden
de Protestantse Godsdienst
III
Christelijk
Staatkundig Congres
PUZZLE -
5
Het doordringen tot de binnen
landen kost noq te veel geld
Onenigheid over
de verdediging
van Formosa
nog
Hulp van Ned» Herv» Kerk aan
het Franse Protestantisme
Zendingswerk
Een
eeuw
I VANDAAG EENS
ma-puzzle
ma
HOUTMAN
In New York, Washington en Philadelphia
zouden atoombommen verborgen zijn
III
C. H.U.-voormannen
zien mogelijkheden, maar ook
veel bezwaren
III
T I
Rust
Het Weekend
Engelse Zondag
De betekenis van
Evanston
Deining in Duitse
vakbeweging
y
1
k ui
pagina J
ZEEUWSCH DAGBLAD
2
Schrik in de Ver. Staten
---
I
Fel debat in Amerikaanse
Senaat
PIANO'S
ORGELS
Een bonzend hoofd
1 van de pijn, die maar geen
I einde neemt. Een snel maar
I zeker werkend middel om
I er in tien minuten af te I
I zijn: neem één of twee
AKKERTJES
De andere sfeer
Conrector van het Theologisch
Seminarium der Ned. Herv.
Kerk.
Oplossing vorige puzzle:
p A
Het begon met de doop,
van 20 Papoea’s
Moeilijk begin
Daadwerkelijke
instemming
Onder de loupe
Aardolie in de randstad
Holland
C.H.U. en Reorganisatierapport A.R.P. (11)
Herdenking.
Er is een kans
’t Kan niet voorzichtig
genoeg
3
Ingezonden Mededeling (Adv.).
nik
WASHINGTON, 28 Januari. Een onbekend gebleven
S zouden ontploffen in New York, Washingt
s i* H Mot i
...die helpen direct! I
In Nederland
draven op L—-
uur of 1
gaan
om 1
arl
’s-GRAVENHAGE, 28 Jan. In de
zitting van de Generale Synode der
Nederlandse Herv. Kerk, bracht ds
Kwint verslag uit van zijn vertegen-
woordiging namens de Generale Sy
node ter synode van de Eglise Refor-
inee de France te Le Havre in Juni
1954. Het protestantisme in Frankrijk
omvat 2 van de bevolking. De in
vloed is gelukkig dank zij een aantal
voortreffelijke figuren, in ’t openbare
leven groter dan zijn getal zou doen
vermoeden.
Er is veel geloofsijver in de Franse
Hervormde Kerk, maar zij zucht on
der het gebrek aan predikanten.
Van Franse zijde werd de mogelijk
heid geopperd jonge Nederlandse pre
dikanten voor bijvoorbeeld vijf jaar
„uit te lenen”. De Synode besloot de
mogelijkheid van „uitlening” te onder
zoeken.
ma
MA
ma
M A
MA
MA
sluier, 2. erg lekker, 3.
1 de nodige manschappen
waarschuwend toespreken,
In de vergadering van gistermiddag
besloot de Synode aan dr S. v. d. Linde
die aan de Rijksuniversiteit te Utrecht
een leeropdracht in de geschiedenis
van het Gereformeerd Protestantisme
vervult namens de Herv. Kerk een
leeropdracht in de geschiedenis van de
de N. H. Kerk en haar symbolische en
liturgische geschriften te geven. Deze
opdracht zal in voortdurend contact
met prof dr A. A. van Ruler worden
uitgevoerd.
Ingezonden Mededeling (adv.)
Singel 114-116
SCHIEDAM
Sedert jaren vertrouwd adres
f persoon heeft gisteravond een stroom van geruchten ontketend
Toen we de voorzitter der C.H.
U. naar zijn mening vroegen, gaf
hij niet terstond antwoord. Eerst
ging de heer Tilanus nl. in op de
ontwikkeling van de laatste ja
ren, daarmee aantonend, dat hij
een Christelijk Staatkundig Con
gres voornamelijk een zaak tus
sen C.H.U. en A.R.P. achtte.
Tijdens de Duitse bezetting
hebben A.R. en C.H. veel met el
kaar gesproken. Oud-minlster
De Wilde was sterk voor één
Prot. Christelijke partij. De heer
Tilanus durfde dit echter zo niet
uitspreken. Hij kende zijn men
sen door en door en wist terdege,
dat de C.H.U. gekenmerkt werd
door een geheel andere sfeer, die
hoe men het ook keert of
wendt sterk bepaald is door
kerkelijke verschillen. Na de be-
vrijding moest het tot een beslis
sing komen en de Unievoorzitter
is er toen op uitgetrokken om al
le 18 Kamerkringen der C.H.U.
te bezoeken. Overal stelde hij de
zelfde vraag aan zijn mensen:
„Hoe denken we over fusie met
de A.R.P. en practisch overal
’s-GRAVENHAGE, 27 Jan. De
Generale Synode der Nederlands Her
vormde Kerk heeft ds J, M. de Jong,
predikant te Amsterdam, benoemd tot
conrector van het Theologisch Semina
rium vanwege de Nederlands Hervorm
de Kerk.
2
3
4
5
6
7
L Spaanse
een schip van
v°orzien, 4. t—
middagmaal, 6. plaats van herkomst,
Iraai vergezicht.
Patrijs, 2. tampon, 3. reppen, 4. son-
beschaving binnendringt aldus zei dr Locher.
Het Protestantisme werkt aan de
opbouw van een kerk in Nieuw Gui
nea. Maar, en daar hoedt men zich
voor, de verdeeldheid van de Kerk
in Nederland zal niet worden over
gebracht.
Veel geld is nodig voor de Zending
op Nieuw Guinea. Dat laat zich be
grijpen. Ongeveer 30 pet van de an
derhalf millioen gulden, die de Her
vormde Raad voor de Zending besteed,
is bestemd voor Nieuw Guinea. Op
het ogenblik werken in dit land 12
predikanten, 50 leerkrachten bij het
onderwijs, 10 artsen en 30 verpleeg
sters.
Bovendien verstrekt de Overheid
op grote schaal subsidie voor het Zen
dingswerk. In 1954 werd alleen al voor
het Zendingsonderwijs 2 millioen gul
den ontvangen. Gehoopt wordt nu, dat
ook een subsidie wordt verkregen voor
een aantal medische projecten voor
de zending.
Een groot probleem is om door te
dringen tot de binnenland. De kosten
zijn echter een onoverkoombaar be
zwaar. De Amerikaanse zendelingen
beschikken over een vliegtuig, dat on
misbaar is voor het werk in de bin
nenlanden. Maar dat kost ongeveer
125.000 gulden per jaar.
Een ander probleem is het bena
deren van de arbeiders en de intel
lectuelen. „Wij moeten”, zo zei dr
Locher, „niet dezelfde fout maken
die de Kerk in het begin van deze
eeuw en het einde van de vorige
eeuw in Nederland heeft gemaakt.”
De Zendingspredikant, ds H. J.
Teutscher, die met verlof in Neder
land is, vertelde, dat in de eerste 25
jaar van het zendingswerk in Nieuw-
Guinea dat op 5 Februari 1855
werd begonnen door de Duitsers
Geissler en Ottow 20 Papoea’s
werden gedoopt. „Uit deze periode
zijn er echter meer graven van om
gekomen zendelingen, hun vrouwen
en kinderen”. Na 1907 is het zen
dingswerk begonnen zich snel te ont
wikkelen met behulp van hulpkrach
ten uit Ambon.
Veel van het werk is tijdens de
tweede wereldoorlog verloren ge
gaan. Van de enige honderden Pa-
poease voorgangers werden er tien
tallen dopr de Japanners onthoofd.
Na de bevrijding door de Ameri
kanen bleek er een grote verande
ring in de mentaliteit van de Papoea’s
te zijn gekomen. Er was een volks-
en nationaal besef gekomen en een
grote drang naar vooruitgang en ont
wikkeling.
EVANSTON.
Het verslag van de Evanston-gedele-
geerden werd hierna voortgezet..
Mr Van Tuyll van Serooskerken
toonde aan, hoe moeilijk de werkzaam
heden waren. Elk woord kan politiek
worden uitgelegd. De sterke Aziatische
vertegenwoordiging drukte mede haar
stempel op het geheel. Er zijn een aan
tal waardevolle aanwijzingen gegeven.
De afwijzing van de oorlog, de be
duchtheid voor atoomwapens bleek
duidelijk. De oproep tot het scheppen
van een nieuw klimaat in deze ver
deelde wereld is volgens spreker
waardevol.
De Synode besprak vervolgens deze
verslagen. Zij besloot, dat de Evan-
ston-gedelegeerden samen met het mo-
deramen na zullen gaan aan welke
concrete consequenties Evanston voor
de Hervormde Kerk dient te hebben.
breed opgezet Christelijk Staatkundig Congres,
uiteraard in overleg en
Christelijke partijen in
Treffend Is,, dat niet gesproken
wordt van „dé andere Protes
tants Christelijke partijen”,
waarmee dan alle bedoeld zouden
zijn, Is deze formulering met op
zet zo gekozen? In ieder geval
blijft er nu ruimte voor de orga
nisatie van bedoeld congres, zon
der dat daaraan élle bestaande
Protestants-christelijke politieke
groeperingen aan meewerken.
Ook de C.H.-politici bleken trou
wens de mogelijkheid van deel
name van bijv. Staatkundig Ge
reformeerde Partij en Gerefor
meerd Politiek Verbond niet erg
groot te achten.
Hoe denkt men intussen in de
C.H.U. over de organisatie van
een Christelijk Staatkundig Con
gres?
Het was Dr J. J. R. Schmal,
lid der Tweede Kamer, die zich
het meest positief voor medewer
king daaraan uitsprak. „Dit
plan”, zo stelde hij het, „verdient
onze daadwerkelijke instemming”.
Dr Schmal zei het te betreu
ren, dat er na de oorlog nimmer
sprake is geweest van een ern
stig, vriendschappelijk gesprek
tussen Antl-Revolutionairen en
Christelijk-Hlstorlschen. Zelfs de
betrokken fracties in beide Ka
mers der Staten-Generaal hebben
het tot op de huidige dag nog
niet tot enig georganiseerd over
leg kunnen brengen. En het C.H.
Kamerlid vroeg zich in gemoede
af: „Zou dit nu heus niet anders
kunnen?”
„Souverein in eigen kring moe
ten de beide groepen In leder ge
val bereid zijn elkander op voet
van volkomen gelijkwaardigheid
broederlijk en in alle openheid te
ontmoeten. Dat is”, zo stelde Dr
Schmal met overtuiging, „onder
christenmensen toch wel het mi
nimum
WASHINGTON, 28 Jan. De voorzit
ter van de Senaatscommissie voor Bui
tenlandse Zaken, Walter George, heeft
gisteren in de Amerikaanse Senaat ge
pleit voor verwerping van drie amende
menten die zijn ingediend op de resolutie
waarin president Eisenhower gemachtigd
wordt Amerikaanse strijdkrachten te ge
bruiken voor de verdediging van For
mosa.
Deze resolutie is reeds door het Huis
van Afgevaardigden goedgekeurd.
George verklaarde, dat de resolutie een
krachtige psychologische uitwerking zal
hebben, als de Senaat haar spel goed
keurt en niet verminkt door onbeduiden
de amendementen.
(De drie amendementen, een van de
democratische senator Kefauver, een van
de Democraat Humhrey en een van de
Republikein Langer, hebben tot doel de
eilanden Quemoy en Matsoe buiten het
door de Verenigde Staten te beschermen
gebied te laten vallen, omdat zij te dicht
onder de kust van het Chinese vasteland
liggen. De Amerikaanse stafchefs echter
achten deze eilanden van vitaal belang
voor de verdediging van Formosa).
George meende, dat het aangeven van
een preciese defensielijn een uitnodi
ging aan de communisten zou zijn om
alles in bezit te nemen wat aan de
andere zijde van die scheidingslijn
ligt. Het congres heeft niet het recht
zo zei hij, om president Eisenhower
zijn morele steun te onthouden.
Men verwacht, dat het debat in de Se
naat verscheidene dagen zal duren.
door de F.B.I., de Federale Recherche, in Philadelphia op te
bellen met de mededeling, dat om middernacht atoombommen
ton en Philadelphia,
er aan te pas komen en met een offi-
einde maken aan de geruchten, volgens
burgerlijke verdediging in alarm
war en
ge-
van de burgerlijke
J verdediging het verzoek ontvingen een routine-onderzoek in
H te stellen.
I De man had verklaard een buitenlandse agent te zijn, die
1 de F.B.I. wilde waarschuwen voor hij het land verliet. De
I perschef van het Witte Huis verklaarde, dat de organisatie
voor burgerlijke verdediging niet was gealarmeerd en dat er
a ook geen atoombommen ontdekt waren.
Het Witte Huis moest
ciële tegenspraak een
welke de organisatie voor
toestand was gebracht, nadat verborgen atoombommen
gevonden in verscheidene grote Amerikaanse steden. Deze
ruchten waren ontstaan, toen de diensten
II'
DEN HAAG, 28 Januari. Volgende week Zaterdag 5 Februari,
wordt herdacht hoe 100 jaar geleden het Zendingswerk op Nieuw-
Guinea is begonnen. In deze eeuw is met grote vrucht gewerkt. Thans
zijn er 140.000 Papoea’s, die de Protestantse Godsdienst belijden, ter
wijl er ongeveer 37.000 Papoea’s tot het Rooms-Katholieke geloof
zijn overgegaan. Deze mededelingen heeft dr P. H. Locher, Zendings-
director van de Hervormde Raad voor de Zending, naar aanleiding
van deze herdenking gedaan.
„Als men spreekt van de Papoea’s, die nog in het stenen tijdperk
leven, moet men niet vergeten, dat er ook tienduizenden Papoea's zijn,
die een elementaire kennis hebben van lezen en schrijven. Er is in
Nieuw-Guinea al tientallen jaren een proces aan de gang, waardoor
de gesloten Papoeamaatschappij wordt opengebroken en de Westerse
’s-GRAVENHAGE, 28 Jan. Aan
de Nederlandse Aardolie Maatschappij
N.A.M. N.V. is bij koninklijk besluit
van 3 Januari concessie verleend tot
het winnen van aardolie in een gebied,
begrensd door de lijnen Zuidelijk van
Den Haag en Delft naar Rotterdam en
Noordelijk van Rotterdam-Berkel en
Den Haag, met inbegrip van Delft en
Rijswijk. Het gebied is 16.650 hectaren
groot.
In Utrecht zal op 5 Februari een
herdenkingsbijeenkomst plaats vinden
voor ongeveer 300 genodigden. In
deze vergadering zal gesproken wor
den door dr G, P. H. Locher, secre
taris van de Raad van de Zending,
ds H. J. Teutscher, zendingspredikant
op Nieuw-Guinea (op het ogenblik
met verlof in Holland), ds H. J.
Wesseldijk, praeses der Generale Sy
node van de N. H. Kerk en Zijne Ex
cellentie prof, dr W. ,T. A. Kernkamp,
minister van Overzeese Rijksdelen.
Ook de gouverneur van Nieuw-Gui
nea, J. van Baal, zal de bijeenkomst
bijwonen.
Zondag 6 Februari wordt er in de
Jacobi-kerk te Utrecht een speciale
dienst gehouden, die door middel van
de radio ook in de huiskamers mee
gemaakt zal kunnen worden.
l sluiten de meeste be
ep Zaterdagmiddag om twaalf
half één hun poorten. En ze
i weer open op Maandagochtend
half acht. Dat wil zeggen dat de
•beidende massa zo ongeveer 43 uur
tijd heeft om op adem te komen. Drie
en veertig uur tijd om uit te rusten
van de „steeds enerverender wordende
industriële arbeid”, zoals in een C.N.V.
vergadering is gezegd. Is dat genoeg?
In andere landen, met name in En
geland, is dat anders: daar zijn (in het
algemeen gesproken) alle bedrijven op
Zaterdag en Zondag gesloten. Een
rustperiode van zo omstreeks 60 uur
dus. Is dat luxe?
Vooropgesteld moet worden dat deze
twee vragen in hun algemeenheid
nooit te beantwoorden zijn. De een zal
na ’n dag werken nog fris zijn als een
hoentje en de ander die hetzelfde werk
heeft gedaan, zal hard aan zijn rust
toe zijn. Dat geldt ook na een week
werken. Maar feit is wel dat het
levenstempo en het arbeidstempo dus
danig hoog zijn, dat een behoorlijke
periode van rust wel dringend nodig
is. En feit is ook dat die 43 uur tijd
van de Nederlander maar nauwelijks
als „een behoorlijke rustperiode” kun
nen worden aangemerkt.
Want daar komt nog iets bij: in die
43 uur tjjd van ons weekend wordt zo
veel opeen gepropt, dat menigeen ’s
Maandagsochtends nog moeier is dan
toen hij Zaterdagsmiddags ophield!
Wie, zoals mensen van een krant, ge
noodzaakt is het openbare leven te
volgen, kan gemakkelijk constateren
dat die Zaterdagmiddag en -avonden
de drukste tijden van de week zijn, ’t
Organisatieleven heeft beslag gelegd
op deze middag en het organisatie
leven is dikwijls niet minder enerve
rend dan het dagelijks werk! Dan zijn
sport en ontspanning aangewezen op
die vrije Zaterdag en omdat ook dit
terrein des levens aangegrepen is door
het tempo-van-vandaag, komt de wer
ker daar ook maar nauwelijks tot rust.
Ook daar blijven de zenuwen gespan
nen. En dan nog komt het steeds meer
in zwang om „weekends” te organise
ren, die ook wel voor ontspanning zijn
belegd maar dikwijls toch ook een be
hoorlijke concentratie vragen. Men
kan dan ook rustig zeggen dat voor
iemand die meeleven wil met kerk,
staat en maatschappij en die boven
dien nog zijn liefhebberijen heeft, die
43 uur rust zware uren zijn!
En dat dusen dat moet de con
clusie wel zijn, ook in die 43 uren van
het weekend het gezinsleven niet aan
zijn trekken komt.
Door het invoeren van de „Engelse
Zondag” zou men hierin een grote ver
betering kunnen brengen. We praten
nu met opzet niet over het Engelse
weekend maar over de Engelse Zon
dag. Buitenlanders die Engeland be
zoeken vragen zich n.l. met verwonde
ring af hoe het mogelijk is dat een
volk op die dag zo saai kan zijn. Zou
het niet zo zijn, dat die Zondag de
Engelse „gezinsdag” is? Die Zondag
wordt niet verknoeid door sport, zoals
in ons land of door lawaaiige congres
sen. Men is aangewezen op elkaar!
De sport speelt zich af op Zaterdag
iedereen kan daaraan mee doen,
want de principiële kloof is daardoor
weggevallen. Trouwens, wat zou het
veel-vergaderende Nederland veel pro
fijt kunnen hebben van die vrije Za
terdag. Misschien zou er iets van die
„vergadermoeheid” wegvallen, waar
over aan alle kanten wordt geklaagd.
En misschien zou het kerkbezoek op
Zondag aanzienlijk stijgen, omdat men
niet moet uitrusten van die paar jach
tige^ uren op die korte Zaterdagmid-
Natuurlijk is met dit alles niets ge
zegd over de mogelijkheden van de
uije Zaterdag maar de wenselijk
heid is wel heel duidelijk. En daarom
15 het initiatief van het C.N.V. om deze
Materie te bestuderen, een heel goed
initiatief.
7aterd>g 29 Januari 1955
BONN, 28 Jan. Als gevolg van
de Zaterdag in de Duitse kolen- en
staalindustrie gehouden proteststaking
roeren zich de Katholieke en Protes
tantse arbeidersorganisaties opnieuw
tegen het Algemene Vakverbond. Zo
wel de organisatie der Protestantse ar
beiders als de Katholieke arbeidersbe
weging hebben de staking scherp afge
keurd. De voorzitter der Katholieke
groepering, het lid van de Bondsdag
Johannes Even, zei zelfs, dat de ka
tholieke arbeiders bereid moesten zijn
de laatste consequenties te trekken.
Even heeft ook vroeger herhaalde ma
len gedreigd met een mogelijke split
sing van het vakverbond, doch het
grootste deel der Christelijke vakbond-
leiders is toen reeds voor de conse
quenties van zulk een stap terugge
schrokken.
was het antwoord: „Dat kunnen
we niet doen!”
Op de hem eigen rustige,
maar boeiende wijze, weet de
heer Tilanus te vertellen over
die bewogen vergaderingen.
Wanneer hij spreekt over een
vergadering te Goes, weet hij
nog precies de tijd: Vrijdag!
„De zaal was geheel gevuld”,
zo vertelt de 70-jarige politicus.
„U moet de Zeeuwen kennen
om de sfeer te kunnen begrij
pen. Hun gelaat zal uiterlijk
onbewogen als zij zijn, geen
emotie verraden. Ik wist dus
niet zo vlug, wat ik aan hen
had en daarom stelde ik na-
durkkelijk de vraag: „Mannen
broeders, wat moeten we
doen?” Éven was het stil. Toen
stond er een oude boer op en
met zijn zwarte petje in de
hand gaf hij op eenvoudige wij
ze de mening der vergadering
weer: „Ach mijnheer, bij ons
is het zo: de Hervormden zijn
C.H. en de Gereformeerden A.
R. En U kunt net zo lang pra
ten over fusie als V wilt, maar
bij ons blijft dat zo”.
Nu houdt de organisatie van
een Christelijk Staatkundig Con
gres natuurlijk nog geen fusie
tussen A.R.P. en C.H.U. in. De
heer Tilanus is zich daar uiter
aard zeer wel van bewust. Maar
men zal toch wederzijds de be-
„Wij namen een afwachtende houding aan en bepaal
den ons tot het defensief. Is thans het ogenblik aange
broken om weer tot het offensief over te gaan? Wij
moeten weer een marsroute bepalen Een marsroute, die
met name ook bij de jeugdbezieling wekt. Wij moeten
een doel stellen en een perspectief openen.”
et is opvallend, dat in het Reorganisatie-rapport der
A.R.P. deze woorden vooraf gaan aan de concrete voor
stellen om te komen tot een nauwere samenwerking der
Protestants Christelijke partijen. Voorzover het de extern-
organisatorische kant van de zaak betreft, wordt het „herstel
van de eendracht en de eensgezindheid op het Protestants-
Christelijke politieke erf” dan ook als DOEL gesteld!
Gelukkig is de commissie niet blijven steken in deze schone,
maar niettemin algemeen gestelde formulering. In het rapport
geeft zij enkele mogelijkheden in overweging, waarvan als één
der belangrijkste beschouwd kan worden: de organisatie van
een breed opgezet Christelijk Staatkundig Congres. „Zulks
samenwerking met andere Protestants
ons land”, zo wordt nadrukkelijk gesteld.
hoefte moeten gevoelen om met
elkaar te spreken. Daaraan ont
breekt het echter nogal eens en
daarom meende de heer Tilanus
eerst dit stukje historische ach
tergrond te moeten schetsen.
Dit houdt echter niet in, dat
de heer Tilanus geen termen
aanwezig acht om een Christe
lijk Staatkundig Congres te or
ganiseren. Vooral bij sommige
jongeren, voor wie de oudste ver
schillen niet meer zo meetellen,
bestaat een verlangen om met
elkaar te spreken over de fun
damentele vraagstukken der
Christelijke staatkunde. De voor
zitter de C.H.U. meende in de A.
R.P. een kentering te kunnen be
speuren. Met name de jongeren
denken anders.
De ouderen, vooral onder de
Gereformeerden, hebben geleerd
streng formeel te denken.
„Maar”, aldus de heer Tilanus,
„het hele strenge formele wordt
niet meer geaccepteerd”. Al met
al meende de C.H.-politicus, dat
er langzamerhand een goede ge-
spreksbasis groeiende is. Wan
neer de A.R.P. het voorstel aan
vaardt om te komen tot een
Christelijk Staatkundig Congres,
zullen de Christelijk-Hlstorlschen
zeker wel mee willen werken.
Over de agenda zou, voorzover
het de heer Tilanus betreft, geen
verschil van mening behoeven te
ontstaan. De Unievoorzitter ver
klaarde zich nl. accoord met de
vier voorgestelde onderwerpen:
1. Wat verenigt ons in de strijd
tegen liberalisme, socialisme
en communisme
2. De verhouding tussen religie
en staatkunde.
3. Overheid en bedrijfsleven.
4. Onze roeping en taak In het
Europa van vandaag.
Temidden van deze reacties
valt het antwoord van Dr J. van
Bruggen, de voorzitter van de
Unieraad der C.H.U., sterk op.
Hij is nl. niet voor een Christelijk
Staatkundig Congres, althans
niet op zeer korte termijn,
ben dodelijk bang voor een con-
gres”, zo stelt hij het op zijn rus
tige manier. „Maar waarom?”,
vroegen wij, en het antwoord
kwam prompt: „Door zijn erva
ring met de Christelijk Sociale
Conferentie”.
Dr Van Bruggen is daarvan één
der vice-vóorzltters geweest en
daarom kan hij met recht zeg
gen: „Hoe we dit bij elkaar ge
houden hebben is mij een raad
sel
Als er een congres komt, dient
de vraag gesteld: „Wie kunnen
er komen?” Dr Van Bruggen
voorzag op dit terrein grote
moeilijkheden. Het probleem der
politieke eenheid onder de Protes
tantse Christenen zou hier, zo
meende hij, al een minder pret
tige kant vertonen, nog voor het
aangepakt werd.
Een congres heeft ook dit gro
te bezwaar, dat er in de publieke
discussie de zaken scherper ge
steld worden dan in een vertrou
welijk gesprek. De voorzitter van
de Unieraad vreesde dan ook van
een te vroeg bijeengeroepen
Christelijk Staatkundig Congres
meer verwijdering dan toenade
ring. En omdat hij dit tot elke
prijs wil vermijden, zag hij liever
thans nog geen congres georga
niseerd. Een Contactcentrum
dat leek hem beter. Als gespreks-
centrum draagt dat een ander
karakter; het grote verschil met
een congres ligt in het besloten
zjjn der bijeenkomsten. „Als we
beginnen met een gesprek, kun
nen we dat niet voorzichtig ge
noeg doen, want er mag niet
meer stuk gemaakt worden dan
reeds geschied is.” Dr Van Brug
gen gaf echter de moed niet op,
want hij besloot met deze woor
den: „Eerst als wij door voorbe
reidende samenspreking Con
tactcentrum) wat dichter bij el
kander zijn genaderd, kan het
avontuur van een Christelijk
Staatkundig Congres met ver
trouwen worden gewaagd
De juiste verstaander zal in
tussen bemerkt hebben, dat ook
Dr Van Bruggen voorstander Is
van een gesprek tussen Christe-
lijk-Hlstorischen en Anti-Revo-
lutlonairen. Maar dan op de juis
te tijd en op de juiste wijze. Hoe
hij dat ziet, hopen we onder meer
in het volgende en laatste artikel
te kunnen weegeven.
I