de erflaatster van Het portret H Spijker ZWITSARli Grauw en s I Steeds meer Zeeuwen zacje I vuurbol dreigend woelt het opgezweepte water vlak onder de dijkkruinen. PHILIPS Hl H Sie ïlodia faengt ani A vanuit het Oosten. Een nieuwe aanval, nu FEUILLETON LAMPEN '11 1 Mieren verjagen dorpsbewoners (T1 Dit jaar weer een Nationaal Jongeren-Parlemei UTRECHT, 19 Jan. Ook dit zal er weer een Nationaal Jonge k' Parlement gehouden worden. N; geslaagde experiment van vorig I is de Politieke Jongeren Contact-: van mening, dat deze mogeliji tot discussie tussen de jongere A.R.P., C.H.U., K.V.P., P. v. d. V.V.D. gehandhaafd dient te bl: Ging het in 1954 over de F partijvorming, ditmaal zal me» bezig gaan houden met het oude „Europa en de wereld”. Verkouden kinderer Barendrechter voelde „warme gloed ZEEUWSCH DAGBLAD Vrijdag 21 Januari 1955 door K. Jonkheid een Zwitsal preparen Paraat Van Wissekerke over Goes naar Antwerpen De romantische geschiedenis de st he oi h; sc ze n< w de zi vi v< „Europa en de wereld V, Vlucht naar de zolders van een erfenis - caus. VARA: 20.00 Nieuws. 20.05 W progr. 22.00 Soc. comm. 22.15 Gram V Maar de dijkwacht is paraat. Geïsoleerd Ingezonden Mededeling (Adv.) 5 Méér LICHT voor WEINIG GELD 1 'I GROTE RIVIEREN BEDREIGEN DE LAGE LANDEN Moeders voorstel is beter. Dirk? Goed. Het begin is er daar ■a vernomen ,,Kan dat niet per brief?” 9ezl aar De huidige waterstanden hebben die van 1948 toen al angstwekkend Dit is de ijszak, waarmede de Heer M. zijn kloppende hoofdpijn tracht te ver lichten. zei or< ki ee S( m te w gl! tw te: vo be de 11e ge st: ov g: ge W! ge c En dit Is de les: Op keldertrappen, overlopen en zolders, in gangen, trappen huizen, schuren e.d. goed licht van Philips lampen. Om de kosten hoeft niemand het te laten. Op deze punten worden lappen Immers maar weinig gebruikt. Bovendien zjjn de Philips lampen uiterst zuinig en laag in prijs. h< m lo H is cte V€ ky vr so ze vi de Wi W. ci; se be tk QOTTERDAM, Zaterdag. De Heer M. trapte gisteravond in zijn schuur ongelukkigerwijze op een hark. De steel sloeg met kracht tegen zgn voorhoofd en veroorzaakte een ge scheurde wenkbrauw, die doordehuisartsmoestwor- den gekramd.Oorzaak was de slechte verlichting, een zgn. „gloeiende spijker”, waartegen niet genoeg ge waarschuwd kan worden. CAIRO, 19 Jan. Een dorp in Ne- der-Egypte zal worden afgebrand en herbouwd op vroeger grondgebied van ex-koning Earoek nabij Cairo, dat door de staat in beslag is geno men, omdat grote kolonies witte mie ren de inwoners het leven ondraag lijk hebben gemaakt. Het dorp, dat vlak bij Aboe Hommos is gelegen, werd ongeveer vier maanden geleden door grote kolonies witte mieren be zocht. Gedurende de laatste paar da gen was de toestand aanzienlijk ver ergerd. SM» W» 'MM MM «ÜWMMOt g m «MM» t «3SM» «s am Zal het vriezen of dooien? Met spanning vraagt men zich dat af bij de grote rivieren. Men hoopt op het eerste, men vreest het laatste. Want dan komt het smeltwater van bo ven af en dat betekent weer hoger water met alle gevolgen van dien. Nog zet de dooi niet door, zoals deze foto laat zien. Maar wat zal het worden? V.oedplankén (met mest er tussen!) in de coupures moeten het opdringen de water weren uit de benedenstad. In Arnhem, Deventer, Zutfen en el ders zit men met dezelfde narigheid. En intussen kolken en golven de grote rivieren, grauw en dreigend met witte schuimkoppen, tussen de hoge dijken, die het land er achter beschermen moeten. Machtig zijn de stromen nu in hun woeste kracht, grommend om óver en door die vader niet gewend, voor te schrijven. Tot 1 April kunnen de deelne de organisaties Anti-Revolutic Jongen Studieclubs, Christelijk- torische Jongeren-Groepen, Jon; Organisatie in de K.V.P., „Ni; Koers” van de P. v. d. A. en de geren-Organisatie „Vrijheid en D> cratie” het onderwerp besta, Als streefdatum voor het Parit: wordt 21 Mei aangehouden. d< 01 M s: VI ir t w Eu: D me: S. Z5 B d< Ingezonden Mededeling (Adv) Genezende warmte door wrijven mt hoog overschreden en naderen nu die van 1926, het rampjaar, toen de (laatste) dijkdoorbraken het Land van Maas en Waal teisterden. Maar nög is de toestand nergens alarmerend. Toch is Rijkswaterstaat paraat en zekerheidshalve is de zgn. „rivier- correspondentie” ingesteld. „Het dijk- leger heeft de wacht betrokken”, zo als de oude term luidt, d.w.z. op regel matige afstanden zijn langs alle grote rivieren, gemiddeld om de 5 a 6 ki lometer, vaste posten opgesteld, die telefonisch contact met elkaar hebben. Van hieruit patrouilleren de djjkwach-1 ters dag en nacht op de dijken en waterkeringen, om overal de zaak ter dege in de gaten te houden. Dreigt ergens gevaar, dan worden onmiddel lijk hulptroepen ingeschakeld. Al is de toestand dan nog niet direct beangstigend, het abnormaal hoge water geeft uiteraard in geheel Oost-Nederland veel last en onge mak. De meeste ponten moesten uit de vaart genomen worden of zijn ‘vervangen door kleinere veren met geringer capaciteit, wat voor het wegverkeer veel ongerief betekent. Ook de scheepvaart ondervindt gro te moeilijkheden. De vaart stroom-op ligt practisch stil, omdat zelfs de sterkste motoren het moeten afleg gen tegen de kracht van het water, dat met grote snelheid zeewaarts stroomt. De vluchthavens liggen dan ook vol schepen en de schippers zijn tijdelijk werkloos. Ook in de lage polders langs de rivieren wast het water in boezems en sloten tot ongekende hoogte. Ener zijds siepert het kwelwater door de dijken, anderzijds is er de enorme sneeuwval van de laatste dagen. (Op de stand van de rivieren is de neer slag practisch van geen betekenis.) De gemalen draaien overal op volle toe ren, maar kunnen het water nauwe lijks lozen, zodat al verschillende lan derijen blank staan. Van laaggelegen buitendijkse huizen zijn de kelders reeds ondergelopen en de bewoners hebben inderhaast een toevlucht op hoger gelegen verdiepingen moeten zoeken. In de steden en dorpen langs de rivieren zijn de kaden overstroomd; zo staat het water in Nijmegen op de Waalkade, tussen spoor- en ver- keersbrug, over een lengte van hon- 6) „Waar praten jullie over?” vraagt Dirk, die binnen komt. „Daar heb jij niets mee nodig”, snibt Annie. „Nee, Dirk, laat nu maar”, sust moe der. „Ik heb voor jou iets anders.” „Wat is dat?” „We moeten eens rustig praten over die erfenis. Ik heb er over gesproken met mijn broers, oom Henk en oom ----- --- - - - Christiaan. Ze zijn het met me eens, met^ begrijpende belangstelling door dat dit geval door jou moet worden aangepakt. Ga eens naar hen toe en praat met ze. Het zijn flinke zakenlui. «4 De politie te Amsterdam heeft echtpaar, de 30-jarige R. C 25-jarige C. S. S. K. geam* welks zoontje van la maanden ii- tober jl. is gestorven. Zij worde: van verdacht het kind door ve: ging om het leven te hebben get: VII. OOM CHRISTIAAN. Dirk komt bij de ooms. Ze ontvan gen hem joviaal, maar het ware ka rakter van hun belangstelling open baart zich in de manier waarop ze kijken. „Dat is geen kwaad zaakje, Dirk. We hebben er iets van gehoord.” Ze lachen met vlezige wangen. Hun ogen kijken smalle spleetjes van meelachende oog leden. Nu zwijgen ze en zien in verwach ting naar Dirk. Dirk voelt zich alsof hij van de voor zitter in een volle zaal het woord krijgt, zonder dit gevraagd te hebben. De vier ogen tegenover hem zijn gereed een steekproef in zijn ziel te nemen. Ze kennen hun neef van bui ten. Nu willen ze weten wat er in hem zit en horen wat hij weet. „Ja, u hebt er van gehoord. Wat denkt u er van?” Dirk voelt, dat ze willen binnendringen. Waarom zal hij zich dadelijk bloot geven? Voorlopig deur en vensters dicht. Dat bevalt de ooms wel. Wie het hart op de tong draagt, is een onzake lijk mens. Oom Christiaan trapt de muur om ver. „Jij bent naar het Departement geweest, zoals ik gehoord heb, niet waar, tLL? 7. .2. dus.” „U weet, wat ik heb?” „Ja, dat weet ik, althans ongeveer. Maar daar hebben we niets aan. We moeten de boel zwart en wit hebben. Dan hebben we houvast. Ga dus nog eens naar Den Haag en vraag schrif telijke uiteenzetting.” „Kan dat niet per brief?” „Neen”, schudt oom met beslist ge- ter. En dan kom je met de stukken hier.” Zo gaat Dirk naar huis. Het bevalt hem maar half. Die toon is hij van Hij neemt zich De volgende dag is hij al down. Hij zal toch maar gaan. Maar op het Departement geeft men geen briefjes. Daar moeten Afdeling- chef en Referendaris aan te pas ko- >n moeilijk boek”, caus. 19.55 „Deze men. „Wend u schriftelijk tot de Minis- proër. ter, dan komt uw schrijven op ons bu- Gevaarlijk ijs”, reau en wordt hier behandeld.” - „Krijg ik dan antwoord?” „Er komt hier geen enkele missive binnen, die niet beantwoord wordt.” Op straat, vlak bij huis, ontmoet Dirk zijn oom, die hij dadelijk aan klampt voor een kort verslag en voor de mededeling, dat hij schrijven zal. Dat bespaart hem een gang. Hij is geen loopjongen! Het ministeriële schrijven komt. In houd vrij uitvoerig, maar geen enkel nieuw punt. Oom Christiaan steekt het bij zich. „Ik ga binnenkort naar Den Haag, dan zal ik zien wat ik doen kan.” Thuis vertelt hij het zijn vrouw. „Zit daar wat voor ons aan?” vraagt ze. „Feitelijk staan wij er buiten. Maar het gaat om enorme bedragen. Als wij er ons een beetje voorspannen en het gelukt, dan valt er voor ons wel een kluitje af.” „Dat is niet zeker.” „Laat dat maar aan mij over, daar zorg ik wel voor. Ik ga morgen naar Den Haag.” „Alleen daar voor?” „Nee, ik moet toch in de buurt zijn.” Oom gaat niet naar het Departe ment, maar naar een advocatenkan toor. „Weet u zeker, dat uw zwager kan compareren in deze zaak?” vraagt de advocaat. „Hebt u oude familiepapie ren, processtukken of andere bewij zen, waarop ik de aanspraken van uw zwager gronden kan?” „Neen, niets. Alleen dit schrijven van het Ministerie.” „O, dus de zaak is nog in haar eer ste stadium. Wat wilt u, dat wij voor u zullen doen?” Oom Christiaan zuigt aan zijn sigaar. (Wordt vervolgd.) trouwe wachters te kunnen heen storten. En de mens doet wat hij kan, maar is tenslotte machteloos. Hij is afhankelijk van de natuur nee, afhankelijk wat van God be schikt. Dat moesten we opnieuw (Van onze speciale verslaggever.) X 7 éér heeft de oude erfvijand van ons volk HET WATER yy een aanval °P deze lage landen ingezet. Ditmaal echter niet vanuit zee, maar vanaf de verre bergen in het buitenland: de grote rivieren bedreigen de dijken in deze delta èn het land er achter. Reeds is er grond verdronken in het water; niet veel nog en het land werd vrijwillig prijsgegeven. Maar verder mag de vijand niet komen; het dijkleger is paraat en houdt de wacht op de kruinen, gereed om in te grijpen en hem terug te dringen als het onverhoopt nodig mocht zijn. Grijsgrauw, woest en wild jaagt de Rijn in brede, kolkende stromen Nederland binnen. Hoog wordt het water opgestuwd vanuit Zwitser land en Duitsland, waar veel neerslag was en de sneeuw is gaan smelten, zodat de rivieren daar onmetelijke hoeveelheden te verwerken kregen. Uiteindelijk moet „Vader Rijn” alles van zijn kinderen op nemen en zeewaarts voeren, maar daarvoor moet hij dwars door de delta, die Nederland heet. ZATERDAG 22 JANUARI 19S HILVERSUM I (402 m.). VARA Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 7.45 Even opkrikken. 7.50 Gram. 8.00 8.18 Gram. 8.35 Orgelspel. 8.55 Vt vrouw. 9.00 Gym. 9.10 Gram. i.9.r Waterst.). VPRO: 10.00 „Tijdelijk schakeld”, cans. 10.05 Morgenw. VARA: 10.20 Voor de arbeiders a continubedrijven. 11.40 Pianorecital S Orgelspel. 12.30 Land- en tuinbon’ 12.33 Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 V Varia. 13.20 Gram. 13.45 Voor de v 14.20 Sportpraatje. 14.45 Amus. mur w Limburgs progr. 15.25 Praatje ove: v sumentenbelangen. 15.40 Lichte 16.00 Boekbespreking. 16.15 Kafi tj) en sol. 17.00 Weekjourn. 17.30 Aec orkest. 18.00 Nieuws en comm. 18» 19.00 Artistieke staalkaart. VPRO a „Passepartout”, caus. 19.40 „De Bij: caus. 23.00 Nws.«J 24.00 Gram. HILVERSUM II (298 m.) KRO Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gewijde 7.45 Morgengebed en lit. kal. 8.00 !fc weerber. en Kath. nieuws. 8.20 f 9.00 Voor de huisvrouw. 10.00 Ve kleuters. 10.15 Gram. 10.30 Franse muz. 11.00 Voor de zieken. 11.45c 12.00 Angelus. 12.03 Gram. 12.30 Lat- tuinbouwmeded. 12.33 Gram. 12.50- van Monte Carlo. 13.00 Nieuws en nieuws. 13.20 Promenade orkest e: 14.00 Boekbespr. 14.10 Gram. 14; gelse les. 14.40 Gevar. muz. 15.15 K-’ letteren en kunsten. 15.15 Gram. „De Schoonheid van het Grego# 16.30 Voor; de jeugd. 17.00 Gr. 17.20 de jeugd. 18.00 Samenzang. 18.15 F listiek weekoverz. 18.25 Gram. 18.3*' overz. 18.40 Gram. 18.45 Regerln? „Atlantisch allerlei”, een en ande de veertien landen van het At>: Pact. 19.00 Nieuws. 19.10 „Lichte caus. 19.30 Avondgebed en lit. ka! Radio Philharm. ork. en solist. 201 20.55 De gewone man 2100 Gevar 23.00 Nieuws. 23.15 Nieuws in Esp<: 23.22-24.00 Gram. TELEVISIEPROGRAMMA’S AVRO; 20.15 Act. en weerb. 20.35 op Uw hoede!”, quiz, progr. BRUSSEL (324 m.) 11.45 Gram Weerber. 12.34 Gram. 13.00 Nietig Operettemuz. 13.30 Gram. 13.50 VI» muz. 14.10 Koorzang. 14.30 en 15.151 15.45 Accordeonrecital. 16.00 Gram Accordeonrecital. 16.30 Gram. I6 gelse les. 17.00 Nieuws. 17.10 Org^,, 17.30 Kamermuz. 17.50 Voordr. W1’ mermuz. 18.30 Voor de soldaten. Nieuws. 19.40 Volksdansen. 20.00 G", 21.00 Gram. 21.10 Verz. progr. 22.0 22.15 Dansmuz. 22.50 Gram. 23.00 23.05-24.00 Dansmuz. Zij kunnen je helpen en raad geven. Toon jij eens, wat je kunt. En houd verbinding met de ooms, dan ben ik -- x overtuigd, dat het zaakje flink op po eierden meters tegen de huizen aan. ^en en we binnenkort andere \T I nn L-£>r\ mnr rrvncr xi-»» rnccnn 1 mensen zijn. De twee meisjes luisteren. Annie met zwijgende belangstelling, maar Truus maakt bescheiden de opmer king: „Wat hebben de ooms er mee te maken?” „Mee te maken?” „Ja, het gaat over de Huidekopers, dus over vader. En moet het nu be disseld worden door Dirk en de ooms achter vaders rug?” Daar zijn de andere drie verbaasd om. „Vader is niet sterk. Hij kan al die dingen zo niet nalopen”, zegt moeder. „Daar zit heel wat aan vast”. Ze voelt de gegrondheid van Truus’ opmerking. En ze moet voorzichtig zijn. Truus is net als vader. Weinig zeggen, maar de spijker op de kop slaan. „Laat vader het doen en Dirk hem helpen, dan blijven de ooms er bui ten.” „Wat heb jij tegen die mensen?” valt Dirk uit. „Het zijn lui van zaken. Veel meer dan vader.” Truus staat op. „Vader is meer mens. baar.~„Ga er naar toe, dat is veel ,be- Dat is meer waard,” zegt ze strak en loopt de kamer uit. De anderen kijken haar na. Vreem de meid, die Truus. Dirk heeft geen lust, vader de lei ding te laten en zelf bijloper te zijn. „Vuurbol kwam op mij af, ik voelde warme gloed”, zo schreef een achtens- waardig fabrieksarbeider te Baren- drecht aan „liet Vrije Volk”. Ik had overgewerkt bij Boele’s scheepswerf te Bolnes en fietste Maandagavond om tien over acht tussen de Schaapskooi en Hordijk, op weg naar Barendrecht. Daar ben ik heel erg geschrokken. Er kwam een geweldige vuurbol op mij af. Toen die bol over mij heen trok, voelde ik een warme gloed. Ik was zo verbouwereerd en ge schrokken, dat ik van mijn fiets af stapte om dat ding na te turen”, zo schrijft de Barendrechter verder. Een Nederlands rivierloods, zo le zen we voorts in de „Prov. Zeeuwse Crt.”, met een Noors schip op weg naar Antwerpen, zag de bol neersui zen in de slikken bij Saeftinge. Hij schatte, dat het licht verdween toen het voorwerp nog 500 600 m. boven de'grond was. De directeur van de Utrechtse ster renwacht, die al deze waarnemingen voorgeschoteld krijgt achtte het on mogelijk, dat de Barendrechter de gloed van de bol heeft kunnen voe len. De meteoorsteen moet op hon derd kilometer hoogte gepasseerd zijn. Ook tegenover de waarneming van de loods en loodsen zijn toch steeds geroutineerde waarnemers stond hij sceptisch. De „Gazet van Antwerpen” meldt ook waarnemingen. Maar men spreekt niet over een vuurbol, nee, het was een vliegende schotel! Dat begint bij Lobith, het grens station, waar de helft van de rivier nog vele kilometers Duitse territoir is. Hier werd de eerste (door de mens verloren) slag geleverd, want er ligt tussen Lobith en de grens een lange, lage dam van 500 meter, de zgn. Spijk- se overlaat (één van de weinig grote overlaten, die we nog kennen in ons land). De kruin van dit dijkje staat gelijk met het water, als het een hoog te van 15 meter’ boven N.A.P. heeft bereikt en dat was Dinsdag in alle vroegte het geval. Nog enkele centi meters.... en het opgejaagde water vloeide over de dijk het land in en zette een groot gebied blank. Van de andere zijde van de kant van het gecorrigeerde Elten kwam het Duitse riviertje de Wildt opzetten; ook dit trad buiten zijn oevers en voegde zich bij het Rijnwater, zodat nog meer land geïnundeerd werd. In de driehoek Lobith-Pannerden- Elten staat nu een enorme plas wa ter. die nog gestadig stijgt en lang zamerhand palen, hekken, bomen en struiken verzwelgt het helaas zo vertrouwde beeld van verdron ken landAlleen bedreigt het water nog geen mensen en huizen, omdat dit gebied vanwege de periodiek weerkerende inundatie niet bewoond en bebouwd is. Maar het aorp Spijk, dat achter Lobith tegen de Duitse grens gedron gen ligt, is geïsoleerd. Men kan het alleen nog per boot bereiken en dat brengt de bewoners in een onaan gename en lastige situatie. Direct ge vaar lopen de Spijkenaars (die vanuit Lobith bevoorraad worden) nog niet, maar als het water hoger komt, zul len zjj toch naar de bovenverdiepin gen moeten verhuizen, zoals sommigen noodgedwongen al gedaan hebben. De weg Lobith-Elten is eveneens over speeld. Gaat het water zakken, dan wordt het via een oude Rijnarm, achter Lo bith en Pannerden om, door de Lij mers af gevoerd naar de Gelderse IJsel. Maar zo ver is het nog niet. In tegendeel, de Rijn stijgt nog steeds. Het ging hard: ruim vijf meter in vijf d-gen; nu gaat het wat langzamer, maar de was houdt aan. Berichten „van boven”, d.w.z. uit het boven- stroomse Alpengebied en uit Duits land, meldden weliswaar enige val, maar het duurt nog dagen voordat het hier merkbaar is. En zolang moe ten wij op was rekenen. De Dienst van Rijkswaterstaat verwacht nu Don derdagavond of Vrijdagmorgen de hoogste stand: rond 16 meter 4- N.A.P. bij Lobith. Dat is abnormaal hoog en nog maar een (papieren) berekening. Want hoe zal dan het weer „boven” zijn? Ko- ning Winter is een grillig en nukkig vorst, die naar willekeur regeert. Blijft de temperatuur bovenstrooms dalen, dan wordt de waterafvoer ge remd, zodat de rivieren gaan zakken. Maar bij stijging van temperatuur dooi dus is de ellende niet te over zien; dan komt er nog meer smelt water van boven en moeten we ook na Vrijdag nog op een verdere was rekenen, met alle noodlottige gevol gen van dien. Vandaar, dat met span ning wordt uitgezien naar de buiten landse weerberichten: zal het vriezen of dooien? Men hoopt het eerste, men vreest het laatste ervaren, toen we daar op de dijken keken naar het opgezweepte, wilde water, dat in zijn winterbedding soms kilometers breed is. Hier en daar wielde en woelde het water maar luttele decimeters onder de kruin van de dijk. Zo heel veel is er dus niet meer nodig om deze nög getemde vijand uit zijn boeien te doen breken. Men moet het afwach ten Alstublieft, daar hebben we het! Iedereen heeft de vuurbol c Meldden we gisteren zelf de waarneming van een melkhandela; Wissekerke, die de bol op honderd meter afstand achter zijn sc| bladen bevatten verhalen van ooggetuigen. Tenslotte nog een telefoontje v? heer C. W. van Zweeden uit Goes avond met zijn verloofde bevont op een verlaten polder bij Biezelinge zag de bol oversuizen. Hij bewoog Wissekerke, over Goes - L.:zJ_x gloed doofde toen de bol nog jt lucht was. Blijft dus de vraag of de steen: kelijk is neergekomen. In 1925 i Zeeland een meteor neergekomen men teruggevonden heeft tussen rooskerke en Ellemeet. Deze stee nog altijd in het bezit van de Utrs se sterrenwacht. I bu: eei heeft zien verdwijnen, ook de door nijvere collega’s volgeschre eig Bo dir rln me zich op die gedenkwaardige Maar, vó verlaten polder bij Biezelinge in West-Oostelijke richting veer van T Antwerpen.” Ook hij zag dat de

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1955 | | pagina 4