daarom
ZEPEN
school
Denderleeuw!
een
in
Prachtbijts^^r
Bijtsen
DE HEER VAN GREYLANDS
=4
Wat deed de
Home Secretary in
de gevaarlijke zóne?
i
Het leven
Engels verhaal
Sir Winston
Churchill (4)
Duitse troepen oefenden weer
Vóór de eerste wereldoorlog zorgde
Churchill voor een machtige vloot*
Vrije bewerking van een
van Mrs Henry Wood.
nd.
Parfumerie VAN BIEMEN
KLOKSTRAAT 4 - GOES
in
FEUILLETON
sa»
Mg
Vernieuwer van de vloot.
5
ÏS
RESA-HILVERSUM
Groeiende kerk.
Ér liggen voor het Protestantisme kansen in
Vlaanderen... en men zal zich daarbij voor
al tot de jeugd moeten richten.
De dominee
van Denderleeuw.
De nieuwsgierige minister
Met de koftergramofoon....
•w®
ZEEUWSCH DAGBLAD
Ingezonden Mededeling (Adv.)
van
van
50
95
75
IJne
90
25
75
95
95
Ingezonden Mededeling (Adv
lad
en
matrozen, die hier
Yardley
Dana
Bourjois
Maja
Vinolia
ikt
9e
24
32
i
eur
Ds H. J. HEGGER
..Priester ging aan de V.U. studeren..
(Giften op gironummer 2939 ten name
van de Rotterdamse Bank te Oss, met
toevoeging letters S.S.S.).
Intussen werd het Duitse ge
vaar steeds dreigender. De man
van de straat had daar zo geen
erg in, maar de ingewijden zo
veel te meer. Uit Berlijn was het
bericht gekomen, dat er een vloot
moest komen, die voor geen an
dere ter wereld zou onderdoen.
J. BHUirLrLillA.I
..evangelist en voorzitter.
:vrlj
»te
50
eit-
uw
dig.
>0
UTRECHT, 26 November Bij de
restauratie van de Geertekerk te
Utrecht is gisteren een ongeval met
bestuur
De
een
ons
verlof om tijdens het meditatie-uur in het
klooster, te mogen lezen in het Boek
der Boeken. Hierbij kon hij zijn aandacht
beter bepalen, dan bij de gebruikelijke
voorlezing uit vrome boeken van R. K.
schrijvers. De Heilige Schrift ging voor
hem leven. Elk van de woorden hierin
was waar; dit was het Woord Gods, dit
was een spreken tot hem persoonlijk
Soms mediteerde hij over één enkele
tekst. Zo kreeg hij meer voedsel voor
.zijn twijfel aan bepaalde leerstellingen
van de R. K. kerk; de beeldenverering,
de Maria-devotie, en de transsubstanti
atie. Maar met zijn twijfel nam ook zijn
innerlijke onrust toe. Want hem was van
kindsbeen af ingeprent: één seconde van
twijfel betekende doodzonde! En dat be
tekende weer; de hel met al zijn ver
schrikkingen.
Ingezonden Mededeling (adv.)
STA ATS EX AMEN (HBS Gymnasium)
De kortste en voordeligste opleiding:
(Bekende Schriftelijke Cursus)
antwoord. Ten slotte werd be
sloten het huis te bestormen en
aan het verzet een einde te ma
ken.
Maar vóór men daartoe kon
overgaan sloegen de vlammen uit
de belegerde vesting. Toen
kwam bovendien de brandweer
in actie, die zich in het branden
de pand wilde begeven om bij
de vuurhaard te komen. Er ont
stond een zeer geanimeerde de
bat tussen politie- en brandweer-
leiding en noch de een noch de
ander wilde toegeven.
Toen hakte Churchill (die zich
over zijn aanwezigheid aan deze
plaats toch niet helemaal op z’n
gemak voelde) de knoop door:
om ongelukken te voorkomen
moest het huis aan ’t vuur wor
den prijsgegeven.
Er bleef slechts een puinhoop
over. Daarin werden twee ver
koolde lijken gevonden, die wer
den geïdentificeerd als de stoffe
lijke resten van Piet de Schilder
en nog een lid van een anarchis-
tènbende.
De Londense kranten stonden
vol over het drama in de Sid-
neystraat. En de grootste sensatie
was dat minister Churchill het
„beleg” had meegemaakt. Velen
achtten dit beneden de waardig
heid van een lid van Zijner Ma-
jesteits regering.
De conservatieve leider Arthur
Balfour bracht deze zaak zelfs in
het Lagerhuis ter sprake. Op z’n
bekende droge wijze zei hij: „Met
bezorgdheid hebben wij kennis
genomen, van fotografieën in de
geïllustreerde bladen waarop de
Home Secretary in de gevaar
lijke zóne is te zien. Ik begrijp
wat de fotograaf daar deed, maar
wat de Home Secretary daar
deed begrijp ik niet.”
Dat was duidelijke taal, voor
geen tweeërlei uitleg vatvaar.
De Engelse vloot moest gereor
ganiseerd en uitgebreid worden
en wel zo spoedig mogelijk. Als
de Duitser zich sterk genoeg
voelde zou bij ’t geringste con
flict het noodweer boven Europa
losbarsten.
In October 1911 werd Winston
Churchill benoemd tot minister
van Marine. Hij kreeg nadrukke
lijk de taak (maar natuurlijk
werd dit niet aan de grote klok
gehangen): de vloot in een staat
van onmiddellijke en voortdu
rende oorlogsgereedheid te bren
gen in geval Engeland zou wor
den aangevallen door Duitsland.
Churchill wist: ’t is kort dag.
En hij werkte voor tien. Ver
schillende oude schepen werden
naar de afbraakwerven verwe
zen. Enkele oude admiraals
werden door jongere vervangen.
Er werd een oorlogsstaf voor de
vloot ingesteld. Waar mogelijk
moest als drijfkracht olie in
plaats van stoom worden ge
bruikt. Het luchtwapen werd ook
voor de vloot ingeschakeld. De
opleiding tot officier moest open
staan voor alle jongelingen met
aanleg en karakter.
Inderdaad, een Protestantse school hier,
in dit centrum van Vlaanderen, betekent
een belangrijk stuk evangelisatiewerk,
zendingswerk zo men wil. Want nog
heersen er in dit gebied vreemde op
vattingen over de Protestanten en hun
leer, en nog heerst er de angst dat het
zonder de kerk van Rome niet mag en
niet kan.Mag Nederland nu, in deze
periode, de Vlaamse broeders in de steek
laten? Moet het maar wachten tot Vlaan
deren geheel in de greep komt van gees
telijke onverschilligheid en atheïsme?
Eens was dit Vlaanderen een centrum
van strijdbaar Protestantisme. Dat kan
het weer worden. Als Protestants Ne
derland geestelijk en materieel de Vlaam
se broeders wil helpen; als Nederland
wil meehelpen aan de bouw van de
school in Denderleeuw, waarvoor nu nog
een bedrag van 50 duizend gulden nodig
is. Het gaat niet alleen maar om een
instelling van onderwijs, maar ook om
de zaak van het Protestantisme in Vlaan
deren dat in de opvoeding van de jeugd
een belangrijk aangrijpingspunt heeft.
Daaromer móét een school komen in
Denderleeuw!
In die jaren heeft Churchill
dag en nacht gewerkt. Maar in
1914 had hij dan ook de gerust-
stellende voldoening: De vloot is
Ds Hegger, geboren in 1916 in het
Limburgse plaatsje Lomm werd, als zoon
uit een groot R.K. gezin, opgeleid tot
priester-kioosterling bij de paters Re
demptoristen. Op 8 Augustus 1940 werd
hij tot priester gewijd, wat in zijn ge
boortedorp met uitgebreide feestelijk-
neden werd gevierd, want sinds mensen-
neugenis was Herman Hegger de eerste
priester die in dit dorp geboren was. Hij
deed het gewone werk der Redemptoris
ten, dat is de buitengewone zielszorg in
verschillende parochies en tehuizen,
voornamelijk op zogenaamde missies, dat
wil zeggen speciale acties tot intensive
ring van het kerkelijk leven in de pa
rochies. In 1947 werd hij door Rome be
noemd tot docent in de wijsbegeerte aan
het groot-seminarium in Tietê in Bra
zilië.
Intussen had patejr Hegger grote moei
lijkheden te doorworstelen. Bepaalde
punten van de R.K. leer kon hij niet
aanvaarden, vooral de heiligen- en beel
denverering.
Nu stelt de R.K. kerk de heiligenver
ering niet verplicht; deze wordt wel als
goed en nuttig aanbevolen. Maar voor
één heilige maakt zij een uitzondering,
namelijk voor Maria. Wie niet tot haar
zijn toevlucht neemt, loopt groot gevaar
voor eeuwig verloren te gaan. Een kind
van Maria gaat nooit verloren, dat is
de leuze die de Rooms Katholiek wordt
ingehamerd. Ook pater Hegger poogde
in Maria iets goddelijks te zien, maar
kon dit innerlijk toch niet religieus zo
beleven als de kerk het voorschreef.
Want tenslotte was zij uitsluitend mens;
en als zodanig kon zij nooit de plaats
in z(jn hart innemen als Jezus of God.
Ook andere priesters zaten met deze
kwestie; maar vragen of gesprekken
hierover werden niet openlijk behandeld,
want twijfel aan dit geloofsstuk was
zware zonde.
Omstreeks 1940 vroeg pater Hegger meente. Want vier jaar geleden was dit
De innerlijke strijd die pater Hegger
in de jaren vóór zijn overgang naar
het protestantisme meemaakte, is
enigszins te vergelijken met de wor
steling die ook Luther moest doorma
ken. Want ook pater Hegger beleef
de zijn gewetensconflict geheel binnen
de omsluiting der R.K. kerk, dus zon
der hulp, aandrang of voorlichting
van buitenaf. Het was een worsteling,
die in vele benauwende uren, alleen
werd uitgestreden.
Pater Hegger heeft zich tenslotte de
finitief van de R.K. kerk losgemaakt en
heeft bewust de keuze gedaan voor het
Protestantisme. Na zijn studie aan de
Vrije Universiteit te Amsterdam, is hij
benoemd tot predikant van de Geref.
kerk in Denderleeuw, welke in 1953 als
een zelfstandige kerk is geïnstitueerd,
Het is een kerk die gesteund wordt door
gelovige Protestanten van verschillende
schakeringen. Slechts 63 leden telt deze
gemeente, maar het is een groeiende ge
tal 29. Het is dus wel een heel klein
epje, dat hier ijvert voor de zaak
het Protestantisme, ’s Zomers trek-
Ds Hegger, de evangelist Bruggeman
enkele gemeenteleden de straat op
r straatprediking. Er komen geen
isen bij dit getuigende groepje staan,
n dat niet. Maar de geluidsinstallatie
terk genoeg om de Vlamingen ook in
i huizen te bereiken. Want achter de
len en aan de deuren wordt wel de-
BONN, 26 November’ De Duitsers
hebben niet op de formatie van hun
twaalf divisies behoeven te wachten
om weer het schouwspel van ma
noeuvres va: i Duitse troepen te genie
ten. De „Bundesgrenzschutz”, het tien
duizend man omvattend corps der ge
kazerneerde politie, hield dezer dagen
zijn grote naj aarsmanoeuvres in Do
nauwoerth in Beieren.
De oefening werd volkomen in mi-
t X Tinston Ghurchill begon steeds meer de aandacht te
\/V trekken. Niet alleen in Engeland, maar ook ver over
de grenzen. Meer dan eens werd de verwachting uit
gesproken, dat de man, die reeds op 34-jarige leeftijd werd
benoemd tot kabinetsminister, 't wel heel ver zou brengen. Deze
voorspelling is uitgekomen. Maar wel niemand zal vermoed
hebben, dat Churchill nog eens een grote en beslissende rol in
de wereldgeschiedenis zou spelen.
Uit z’n bekende boek „Grote tijdgenoten” blijkt wel, dat de
tegenwoordige Engelse Minister in zijn lange carrière de meest
bekende grote mannen in binnen- en buitenland van zeer nabij
heeft gekend. En zijn bekwame pen stelde hem in staat van
deze grote tijdgenoten een even scherpe als boeiende karakter-
en levensschets te geven. Op meer dan één foto, waarmee dit
boek werd geïllustreerd, ziet men de besproken figuur in ge
zelschap van de schrijver afgebeeld.
70
„Walter”, zeide zij vriendelijk, „je
moet je vergissen in de heer Castle-
maine. Die geeft zich niet af met der
gelijke bedriegerijen en zijn zoon even
min”.
„De hele zaak gaat hem aan en geen
mens anders. De overste bestuurt ze
alleen maar”, hield hij hardnekkig vol.
„Hij stond er wel eens bij te kijken”.
„Je moet je zeker vergist hebben.
Heb je hem er vannacht ook bij ge
zien?”
„Nee, juffer”.
„Nu, op een andere nacht evenmin.
Ik geloof er niets van.”
„Hij kan er daarom vannacht toch
wêï bij geweest zijn, al heb ik hem
niet gezien”.
„Hoe zou je uit het gewelf gekomen
zijn, als dit ongeluk niet gebeurd was?
vroeg zij nieuwsgierig.
Ik had de deur aan de zeekant ge
slofte en wilde door de gang naar de
hut gaan”, kermde hij, daar de pijn m
zijn heup steeds erger werd.
„Nog één vraag, Walter, dan zal ik
je niet meer lastig vallen”, fluisterde
Mary Ursule. Haar stem trilde. „Laat
je gedachten eens teruggaan tot die
nacht, verleden winter in Februari,
toen men zeide, dat de jonge mijnheer
Anthony in de Monnikstoren verdwe-
ne„Dat weet ik”, viel hij haar in de
re„Werd er die nacht ook een lading
binnengebracht?”
Neen dat geloof ik met. Ik was
toen ziek, maar ik geloof niet, dat va
der die nacht er op uitgegaan is.
Heb ie van je vader of van de over
ste of van de matrozen, die de lading
brengen, ooit iets gehoord over die
verdwijning?”
„Neen, nooit. Geen woord.
„Wat zijn dat voor matrozen, die hie
aankomen?”
In naam is de bevolking hier voor ne
gentig procent Katholiek, maar in le
ven en belijden is ze grotendeels on
verschillig; de R.K. kerk heeft dan
ook lang niet zo’n greep meer op de
bevolking, als vroeger”
v e kerk van Rome heeft ook
1 middelen om de uitbreiding
van het Protestantisme tegen
te gaan, in de geraffineerde manier
waarop zij het geweten van haai
gelovigen en haar priesters met cen
tenaarslasten weet te bezwaren. Dit
vernamen wij in een gesprek met
Ds H. J. Hegger, de predikant van
Denderleeuw.
Vlaanderen is rjjp om het zuivere
vangeiie te ontvangen; een groot deel
m de bevolking staat onverschillig te
genover de kerk waarin ztf gedoopt is,
maar die zy beschouwt als een instituut
dat voor elke kerkelijke handeling geld
vraagt. Er zijn dus mogelijkheden in
het „zendingsgebied” Vlaanderen, maar
die kansen moeten vooral aangegrepen
worden in de opvoeding van de jeugd.
Het is, zoals Ds Hegger opmerkte: „Het
Protestantisme kan zich met uitbreiden
en niet geconsolideerd worden zonder
een Protestantse school”.
vergeeft God, want Hij is goeder-
tieren.n
„Ik geloof, dat ik sterf”, mompelde
hij. Ik kan die pijn niet uithouden”.
Zij wiste de zweetdruppels van zijn
gelaat en gaf hem wat te drinken.
Als dokter Parker maar kwam”,
zei hij, rusteloos woelend op de sofa.
„Weet u zeker, dat zij hem zijn gaan
halen?”
Het antwoord kwam onmiddellijk,
want de dokter kwam binnen, gevolgd
door zuster Anna en.... John Bent.
Mary Ursule was daarover zeer onte
vreden: zij had gehoopt deze verdrie
tige zaak nog enkele uren lang ge
heim te kunnen houden, maar dat
was nu wel verkeken: John Bent zou
wel aan het praten slaan! Zij wierp
dan ook een verwijtende blik op de
zuster, die de blik begreep.
,,’t Is mijn schuld niet, juffrouw”,
fluisterde zij. „Bent is met ons mee
gelopen zonder permissie te vragen”.
„Sakkerloot, Walter Dance, dat ziet
er hier erg uit”, zei dokter Parker, die
onmiddellijk op de sofa toeliep. „Je
hebt je haast doodgeschoten, zei zus
ter Anna. „Hoe is dat nu in zijn werk
gegaan?”
,,’t Pistool ging bij ongeluk af
kermde Walter. „Ik geloof, dat ik
dood ga”.
„Nou, nou, zo gauw niet”, antwoord
de de dokter op luchtige toon. „We
zullen eens zien”.
Hij trok zijn jas uit en sloeg zijn
hemdsmouwen op, Mary Ursule ver
zoekend heen te gaan, terwijl zuster
Anna hem helpen zou. Die kende het
klappen van de zweep en scheen geen
zenuwen te hebben, evenmin als hij.
Mary Ursule was dankbaar, dat zij
heen kon gaan. Het gebeurde en het
gehoorde van die nacht hadden haar
diep geschokt. Tot John Bent, die
naar de keuken was gegaan, sprak zij
geen woord.
Het is spoedig verhaald, hoe de
De Duitse keizer Wilhelm II
toonde meer dan eens grote be
wondering voor de geniale En
gelsman.
„Ik was zo fortuinlijk zo
vertelt Churchill in zijn genoemd
werk tot de gasten van de
keizer te behoren bij de ma
noeuvres van het Duitse leger in
1906 en 1908. Hij stond toen op
het hoogtepunt van zijn glorie.
Zoals hij zat op zijn paard, ter
wijl zijn legerscharen voor hem
defileerden in, naar het leek,
eindeloze rijen, vertegenwoordig
de hij alles, wat de wereld in
stoffelijk opzicht kan bieden.”
Deze imponerende grootheid
verblindde Churchill echter niet.
Zie hier hoe hij het portret van
de opperste krijgsheer tekende:
„Wilhelm wist hoe hij moest
gebaren, spreken en zich een
houding geven overeenkomstig
keizerlijke stijl. Hij kon met de
voet stampen en van zijn ont
stemming blijk geven, of knikken
en glimlachen op de meest thea
trale wijze; maar achter dit alles
verborg zich de werkelijkheid
een gewone, ijdele, doch over het
geheel goedwillende man, die
hoopte eens als een tweede Fre-
derik de Grote te zullen worden
beschouwd. Hij blonk niet uit in
verstandelijke of geestelijke
grootheid. Zijn onderdanen be
zaten in hem geen vorst, die uit
muntte door voorzichtig staats
manschap, berekening of diep
gaand inzichtNiet zonder
schok bemerkt men, dat op het
woord of een gebaar van zo’n
geestelijk beperkt wezen dertig
laar lang, onmiddellijk en in
volle gehoorzaamheid, de krach
ten klaar stonden, die, wanneer
daarop losgelaten, de wereld
konden verwoesten. Het was niet
zijn fout; het was zijn noodlot.
Dit noodlottige ogenblik zou
spoedig aanbreken. Gelukkig, dat
Winston Churchill dit tijdig in
zag.
Na enige jaren verhuisde
Churchill van het departement
van Handel naar dat van Bin
nenlandse Zaken.
In de morgen van 3 Januari
1911 werd hem telefonisch mee
gedeeld, dat twee bandieten, die
kort te voren een aantal politie
agenten hadden vermoord, zich
ophielden in een huis aan de
Sidneystraat, gelegen in het be
ruchte East End, de Londense ar
menwijk. Deze moordenaars wa
ren voorzien van geweren en
zelfs van bommen.
Toen de politie hem sommeer
de zich over te geven, begonnen
de twee mannen te schieten. De
politie stond machteloos. Aan de
Home Secretary (zoals Churchills
officiële titel toen was) werd om
militaire hulp gevraagd, die di
rect werd toegezegd.
Later erkende de minister dat
hij, door „levendige nieuwsgie
righeid” gedreven, besloot per
soonlijk naar de Sidneystraat te
gaan, om zich met de gang van
zaken op de hoogte te stellen. En
zo zagen de verbaasde Londe-
naars op die wintermorgen een
met hoge hoed getooide minister,
vergezeld van een aantal politie
agenten en militairen, zich in
stormpas naar het gevaarlijke
huis spoeden.
Daar aangekomen leek ’t wel
of zij zich midden in een veld
slag bevonden. De politie had het
huis omsingeld en beschoot het
van verschillende zijden, maar
haar vuur werd even heftig be-
Bruggemans nieuwsgierigheid was bij
zonder door deze affiche geprikkeld.
Want hij zou wel eens een kijkje willen
nemen in die winkelruimte daarachter,
waar de Protestanten hun samenkomsten
hielden. Maar als Katholiek opgevoed
jongeman had hij ook gehoord van de
grote gevaren, die de aanraking met Pro
testanten met zich bracht. Immers, Pro
testanten, zo was hem voorgesteld, waren
duivelen in mensengedaanten. Want elke
Protestant had zijn ziel aan de duivel
verkochtl
Nog een paar maal kwam Bruggeman
met zijn wagen voorbij de winkel met
de affiche. En elke keer werd hij ge
drongen daar naar binnen te gaan, louter
uit nieuwsgierigheid. De stap waagde hij
echter pas na drie keer.... Hij kwam
er juist binnen tijdens een avondsamen-
komst. Hij hoorde er zingen, bidden, zag
er een grote Bijbel, het hoek dat je niet
lezen mocht en bleef luisteren naar de
toespraak van de dominee. Tot het einde
toe bleef Bruggeman de samenkomst mee
maken, ondertussen ten prooi aan een
folterende onrust. Want de forse boeren
zoon had zich voorgenomen, zodra men
hem zou dwingen zijn ziel aan de duivel
te verkopen, de eerste de beste stoel in
zijn sterke knuisten te nemen en daar
mee de boel kort en klein te slaan.
Tot deze uitbarsting is het niet ge
komen. De jonge boerenzoon ervoer, dat
de Protestanten en hun leer helemaal
niet duivels waren. Hij bleef sindsdien
de samenkomsten geregeld bezoeken en
Mj, die de Bijbel steenes kende zoals een
kind sprookjes en fabeltjes kent, leerde
w de ware boodschap van het Evangelie
kennen.
De bekeerde boerenzoon werd een
krachtig en strijdvaaruig Protestants ge
tuige in zijn omgeving. Na de eerste we-
relaoorlog zocht hij contact met de Siio-
veremging, die uitgaat van de Ned. Herv.
Kerk. Aanvankelijk wilde hy, om meer
te getuigen, een jaar de cursussen volgen
'an de opieidingschool te Geraardsbergen.
ar het werd niet één jaar, doch drie
JHr, en God leidde zijn weg zó, dat hij
evangelist werd, met als standplaats de
«igische stad Aalst.
Samen met zijn vrouw trok hij er op
mt, huis aan huis colporterend met „De
lijde Boodschap”, zingend op markten
in kroegen, sprekend op straat en in
e jeugdsamenkomsten. Het was een
arde tijd voor het evangelisten-echtpaar
vant vele deuren bleven gesloten, en de
tgenwerking van kerkelijKe en stedelijke
utoriteiten was fel en fnuikend, maar
e evangelist zette door, niet ziende op
e resulaten, maar vast gelovende in de
asdom die God op zijn zaaiwerk zou
««ven, op Zijn tijd.
„Het was heel, heel moeilijk werk”,
egt de nu rustende evangelist. „Veel
gen hebben we gehad van de bundel
a de Heer. Met deze eenvoudige
melodieuze liederen hebben we hier
.eeas ve*en kunnen bereiken. We gingen
estlJds dan ook met een koffergramo-
°on rond, waarop we platen van Joh.
e Heer lieten afdraaien op plaatsen waar
volk was....
’s de vijandschap tegenover
g l Protestantisme niet meer zo fel in
8le, als in de jaren toen wij be-
,,.nnen- De laatste oorlog heeft veel
(Van een speciale verslaggever).
t t Te zitten tegenover de heer
A/ J. Bruggeman uit Dender-
V leeuw, de voorzitter van het
- van de Protestantse school,
heer Bruggeman, van huisuit
Katholieke boerenzoon, vertelt
interessante bijzonderheden uit
tijd, toen hij in Aalst begon te
iverken als evangelist van de Silo-
vereniging« Het zijn bijzonderheden,
die een schrijnend licht werpen op
je positie der Protestanten, zoals
d:e nog een dertig tot veertig jaar
deden in België was.
Vóór de eerste wereldoorlog was de
jeer Bruggeman, die in 1889 in het dorp
je Buggenhout was geboren, voerman van
beroep, en zo kwam het dat hij wat meer
van de wereld zag, dan de vele thuis
blijvers in zijn geboortedorp. Eens werd
hij in Brussel getroffen door een grote
plaat voor een winkelruit, waarop enige
Bijbelse figuren stonden afgebeeld, en
waaronder met grote letters stond ver
meld: Wij zijn Protestanten, en geloven
d en Zijn Zoon 'is Chris.’s.
send gevraagd, of hij wachtte op de
zonsopgang, waarop Bent had gere
pliceerd, dat hij op mijnheer North
wachtte, die in de middag een heel
eind was weggegaan, om te tekenen
en die nog steeds niet teruggekeerd
was. ,,’t Is te hopen, dat hij terugkeert
en dat we niet weer ’n verdwijning be
leven net als met Anthony Castlemai-
ne”. Waarop de dokter had gezegd
dat hij wel verdwaald zou wezen. „Ik
hoop, dat u gelijk hebt”, zei Bent, om
dan te vragen: „Wat is er aan de hand
dokter, dat u nog zo laat gehaald
wordt?”
„Walter Dance heeft zich haast
doodgeschoten”, antwoordde toen zus
ter Anna, die beter had kunnen zwij
gen.
„Walter Dance zich haast doodge
schoten?” herhaalde de waard, on
willekeurig meelopend. „Hoe dat zo
waar is het gebeurd hoe heeft
hij dat gedaan?”
„Ik weet er niets van. Hij heeft het
ergens gedaan en is toen naar het
klooster komen sukkelen. Zuster Ma
ry Ursule was nog op die gaat vaak
laat naar bed gelukkig maar, want
nu kon hij dadelijk hulp krijgen".
John Bent was eenvoudig meege
lopen en nu was hij dan ook in het
klooster, waar hij in de keuken met
zuster Phoebe praatte, die hem ove
rigens nog minder kon meedelen.
Het duurde geruime tijd, eer dok
ter Parker zich bij de directrice liet
aandienen, om de uitslag van het on
derzoek mee te delen.
Zijn de wonden dodelijk? vroeg zij.
„Geen sprake van! Bloed maakt al
tijd aan het schrikken. Natuurlijk
heeft hij erge pijn in de heup, maar
overigens betekenen de wonden niet
veel. Hij is nu zelf ook helemaal ge
rust gesteld, nu ik hem verbonden
heb”.
„Was de kogel niet in de wond?”
„Zeker niet. De heup is alleen wat
A'
heel pijnlijk voor iemand, die wat
kleinzerig is, zoals hij. De gebroken
arm is wat erger, het zal lang duren
eer die genezen is”.
ge grondwerker kreeg tijdens de
werkzaamheden een balk op het
hoofd. In de loop van de avond is hij
in een ziekenhuis overleden.
men. Toen de zuster en de dokter
voorbij de herberg liepen, hoorden zij
Bent roepen, die in de deur van zijn
woning stond. De dokter had schert-
n de geslotenheid is doorbroken.
de radio heeft haar invloed doen
.den; wist u bijvoorbeeld, dat hier
Vlaanderen veel wordt g-—
’iaar de radiopreken uit Nederland?!
moesten in actie treden tegen driedui
zend man sterke „rode” aanvallers,
die een bruggenhoofd over de Donau
hadden gevestigd.
geloof ik. Is het een erge zonde, aar k
er aan meegeholpen heb, al moest ïk
van vader? Zou God me willen ver-
hebt, ja, dan
pagina 9
M?dag 27 November 1954