ALS DOOR EEN WONDER.. Tholens bevrijding hef van DE BRUG i H verhaal aan I I Tweemaal ontsnapte Noord-Beveland de dreigende inundatie. Hei schoolverzet fiB DE TWEEDE MAAL: En hei verhaal van die brug is er een van bewonderenswaardige zelfbeheersing DE EERSTE MAAL: Wraak ZEEUWSCH DAGBLAD Donderdag pagina 11’ f De Pers in de bezettingstijd Duitse invasie uit bezet Schouwen-Duiveland. De „ondergrondse”. De Canadezen komen- Bevrijd, en toch nog in gevaar. De bunkeroverval. De brug gaat de lucht in. In versneld tempo. na dolle Dinsdag. 28 October 1954 ook Jj van prof. I In de behoefte aan nieuws werd in tussen voorzien door talloze onder- Ja, ook dankbaarheid. Een dankbaarheid die ook hieruit moge blijken, dat zij, die Jezus Chris tus als Here en Koning erkennen, de Christelijke pers piet woord en met de daad steunen. en spanning, maar er gebeur- de heer Acht en twintig October 1944. Een datum om nimmer te vergeten. In hun geheime schuilplaats zitten de dappere kerels van de O.D. Ook. hun gedachten gaan terug. Gaan terug naar de dagen waarin zij belangrijke papieren en wapens langs de Duit sers vervoerden, de nachten waarin gevaarlijke tochten werden gemaakt. Nu is de bevrijding voor de deur. <a#S> Driemaal ziet U op deze pagina de brug over de Eendracht bij Tholen. Op de foto boven het restant van de brug, die de Duit sers opblieze met daarnaast de- ijlings geslagen noodbrug. Hier onder de brug die U thans kunt zien in Tholen. grondse blaadjes die zich beijverden op grote schaal de Engelse berichten door te geven, terwijl de vooral in die tijd noodzakelijke voorlichting werd overgenomen door illegale bladen als „Vrij Nederland”, „Het Parool”, en niet te vergeten „Trouw”, dat in die tijd ontzaglijke invloed had en zelfs een oplage van meer dan 200.000 be reikte. Aan de dappere mannen en vrou wen, die aan het verzorgen en ver spreiden van deze bladen hun beste krachten gaven en waarvan velen hun arbeid met gevangenis, martelkampen en zelfs met de dood moesten beko pen, zij hier eerbiedig hulde gebracht. Het was een donkere tijd, toen ons volk op alle manieren werd geknecht en het zijn vrije pers moest missen. En hoe is er gebeden om en gesnakt naar de dag dat we weer in vrijheid konden leven en dat weer een vrije pers aan een vrij volk de nodige voor lichting zou kunnen geven. Welnu, God zij gedankt en gepre zen, de vrijheid is herkregen! Nu tien jaar geleden werd een groot deel van Zeeland bevrijd. En al had de pers aanvankelijk soms moeite met het Militair Gezag, dat van dictatoriale neigingen niet geheel vrij bleek te zijn, toch kreeg al spoedig de pers weer de gelegenheid om haar hoogst belangrijke taak in volle vrij heid te vervullen. Een reden tot blijdschap en dank baarheid. Straks zullen de Canadezen komen. Die brug moet behouden blijven! Als men maar wist waar de Cana dezen zaten, dan zou men maatregelen kunnen nemen. Als men maar wist of de gehate bezetter de tegenstand op gaf, want, ach, het zou een kleine moeite zijn de twee man van het Sprengcommando te overmannen eer zij aan het bevel de brug op te blazen gehoor zouden kunnen geven. Maar men heeft een plan gemaakt. Twee man trekken in de richting Hal steren. Zij zullen trachten contact te zoeken met de Canadezen en daarna rapport uitbrengen. Zij gaan, trekken langs de Duitsers die zich overal heb ben ingegraven. Maar hun zending mislukt door de gevechten die ont staan. En, wat erger is, één hunner wordt des avonds vermist. Een poging om per boot naar Bergen op Zoom te gaan en met de Canadezen contact te zoeken mislukt eveneens. sprekend werd dit alles na de bevrij ding weer gelijk gebreid. Dat de hooggeroemde beschermers van de „Kultur” de scholen in beslag namen, zodat consistorie, lege winkels allerlei ónmogelijke lokaliteiten de kinderen moesten herbergen en dan nog in te weinig uren, herinneren we ons nog al te goed. Wel moesten gym nastiek en Duits onderwezen worden! ven, netjes achter elkaar, 28 in ge tal, en van daar uit poogden ze de Brigade op een afstand te houdéfi. Luitenant I. J. Havelaar verloor daarbij het leven. Om niet meer slachtoffers te maken besloot de Brigade er een houwitser op te zet ten, die met enkele granaatkartesten hen tot reden bracht. Ze kwamen met de handen omhoog uit hun man gaten en werden gevangen genomen. Uit het verhoor bleek, dat hun op dracht was de sluis te laten springen, daardoor een groot gedeelte van het eiland onder water zou komen te staan en voorts zoveel mogelijk mensen in Colijnsplaat de kerk in te jagen en deze dan eveneens op te blazen. Welk militair object daarmee gediend zou kunnen zijn, zal wel een van de raad selen blijven waarmee het Nazi-regirhe ons volk tijdens de bezettingsjaren heeft opgeknapt. Dat ze er toe in staat waren is gebleken in de front-zöne in Brabant tussen Noord en Zuid waar zo iets inderdaad heeft plaats gehad. V en Weer in de vrijheid 10 jaar levend, vergeten we maar al te ras druk en nood; ook dat waarover we niet zon- dgr schaamte kunnen terugdenken. Stalend kan werken, als onze ge dachten terug gaan in piëteitvol her denken naar hen, die zichzelf totaal gaven in de strijd tegen de ontwaar ding van het leven, ook op het terrein van de school, waarbij de jeugd van ons volk zo nauw betrokken is. Stimulere ons het zwaarste offer, dat ook mannen van het schoolverzet als prof. Rutgers, dr J. Dam van Kampen, Henk Dienske van Amsterdam, S. van Popta van Velzen brachten, daar „ze hun leven niet liefgehad hebben, tot in den dood”. Ons, die iedere dag weer in de her wonnen vrijheid de opdracht mogen be stendigd zien „met volharding de wed loop te lopen, die vóór ons ligt, ook in de geestelijke strijd van onze dagen om het behoud van het opkomend ge slacht voor het Koninkrijk van onze Here Christus. Op den hoek van de straat staat een [Farizeeër ’t Is geen man, ’t is geen vrouw, ’t is [een N.S.B.-er. Met een krant in zijn hand staat hij [daar te venten Hij verkoopt zijn volk en zijn vaderland [voor zes losse centen. Dit is in korte trekken de droeve historie van de eens zo invloedrijke pers in ons vaderland gedurende de bezetting. zij heen, het pistool in de zak, nu zul len zij handelen Als het geluid der misthoorns weer klinkt weten zij: straks zal het gebeu ren. Dat weten ook de wakker ge schrokken inwoners van het stadjes. Ook zij weten wat ze doen moeten; da ramen gaan open. Dan komt de spanning. De verzets mensen, loerend naar de Duitsers» bidden om een sein. Een sein, dat van de overkant moet komen. Een lichtkogel van de Canadezen of wat dan ook. Als men maar wéét dat de geallieerden komen. Dan kan men aanpakken. Nu is er slechts de on zekerheid. Hun leider staat voor een vreselijke beslissing. Want heeft Radio Oranje niet ontelbare malen gewaarschuwd geen overijlde beslui ten te nemen? En heeft ook de ge westelijke O.D.-leiding niet tien tallen keren gewaarschuwd? Zo liggen de feiten. Dit ploegje dap pere mensen had de Duitsers kunnen overweldigen. Dat zij het niet gedaan hebben kan en mag niemand hen ver wijten. De leider van de O.D. heeft 't daar tegen zijn mensen gezegd: vier* duizend mensenlevens wegen zwaar der dan het materiaal van de brug. Dan ineens schiet de steekvlam om hoog en kreunend valt de brug ineen. Valt ook met de brug de illusie van de verzetsmensen in elkaar. Zij kon den niet handelen! Vervolg van Pagina 9 Het was dan ook met geen opge wekte gevoelens dat De Regt zijn deur ontsloot. In het donker van de nacht ontwaarde hij een officier, die Engels sprak en, omdat De Regt hem beter in het Frans kon volgen, in deze laatste taal overging. Hij bleek in de wagen schuur te willen zijn, waar nog enkele militairen aanwezig waren. Bij het gebrekkige licht van een zaklantaarn ontdekte De Regt tot zijn ontsteltenis dat hij niet met Engelse maar met Duitse militairen te doen had. Ze vor derden een wagen van hem. Er zat niets anders op dan hieraan te vol doen. De officier blies op een fluitje en meteen kwamen van de andere zij de van de dijm enkele tientallen Duit se soldaten het erf op, die met elkaar de wagen de oprit naar de kruin van de dijk duwden, waar zij iets opladen, wat in het donker niet te onderschei den was. De boerderij en De Regt lieten ze verder met rust. Een zeer dom ding, maar een domheid die de redding van een groot deel van Noord-Beveland en zeker van Colijnsplaat betekende. Want De Regt had een evacué van Schouwen bij zich in huis, een zekere M. Neerhout. Snel overlegden beiden wat hun in deze te doen stond, want ze begrepen natuurlijk uitstekend, dat deze Duitse bende niet veel goeds in de zin had. Neerhout slingerde een fiets op zijn rug en stapte het land door, nog steeds in dikke duisternis, naar een binnenweg en snelde van daar op het rijwiel naar Colijnsplaat waar hij de Irene-Brigade optrommel de. Mocht deze eerste al weinig geloof aan zijn woorden hechten, dat veran derde toen direct daarop een landar beider, M. L. Fortuin, op kousenvoe ten het dorp in stoof en alarm sloeg. Hij was door een troep Duitsers op de dijk tegengehouden, die op weg waren naar de sluis om deze met amu- nitie te laten springen, vertelde hij. En zo waren inderdaad de feiten en dat was zelfs nog niet alles. Een Duitse motorboot, geladen met 32 zwaar gewapende soldaten en 1200 kg. springstof, had die nacht koers ge zet van Schouwen de Oosterschelde over naar Colijnsplaat. Gelukkig zijn de Duitsers op het water geen grote meesters en zo kon het gebeuren, dat ze. door het duister misleid, uit de koers sloegen en inplaats van bij de sluis een veertig minuten meer Weste lijk tegen de buitendijk stootten, waar ze met hun gevaarlijke lading aan wal gingen. De afstand viel blijkbaar tegen en daarom hadden ze, bij de boerderij van De Regt gekomen, van deze een wagen gevorderd om de springstof verder te vervoeren. Ze waren toen nog ongeveer twintig minuten van hun doel verwijderd. Omdat de nacht al voor een heel eind verstreken was, raakten ze blijkbaar wat nerveus en vergaten een wachtpost bij De Regt uit te zetten, zodat deze gelegenheid kreeg iemand het dorp te laten waar schuwen en zo kwam het dat ze in de buurt van de sluis gekomen, onthaald werden door een salvo kogels waar ze uitermate veel respect voor hadden. Het werd een kort gevecht, waarbij vier van hun mannen in handen vielen van de Irene-Brigade, de rest trok te rug tot daar waar hun boot lag. Maar ze hadden blijkbaar geen verstand van het verloop van het getij, want ze vonden hun boot netjes op het droge liggen. Binnen enkele ogenblikken hadden ze te gen de dijkhelling mangaten gegra- n de nacht van 24 op 25 November 1944 werd er met veel rumoer geklopt op de deur van de boerderij van C. de Regt aan de Noord- langeweg gelegen vlak langs de buitendijk van de Oosterschelde op Noord-Beveland. Het was in een spannende tijd. De Duitse vijand was uit Noord-Beveland verdreven en had zich teruggetrokken op Schouwen en Duiveland. De frontlijn liep dwars door de Oosterschelde en de boerderij van De Regt lag dus practisch midden in de vuurlijn. Een prettig en rustig wonen was het daar in die tijd niet. Wel waren er in Colijnsplaat, het dorp, waaronder deze boer derij ressorteert, een afdeling van de Irene-Brigade en wat Canadezen ingekwartierd, maar van een stelselmatig bewaken van de kustlijn scheen geen sprake te zijn. De 30ste October. Onder Halsteren ontwikkelt zich een, vuurgevecht. Dé Duitsers zitten er dus nog. Het is half elf. Dan ineens richt zich een salvo op Tholen. De mensen, die naar de brug zijn gaan kijken, vluchten de keldert in. En dan wappert uit de stadhuis toren een witte vlag, die kort daarop wordt ingetrokken. Dan klinkt een ge juich: „Ze zijn er, ze zijn er. Daar aan de overkant. Met onze vlag Ze zijn er. Aan de overkant staan de geallieerde soldaten, Canadezen in hun battle-dres. En bij hen staat de man, die na de verkenning vermist werd. De mannen van de O.D. roeien naar de overkant. Ja, daar zijn ze. Wa ren zij er vannacht maar geweest. Zij voelen een haast schrijnende pijn Dan varen drie Canadezen naar de overkant. Zij worden op de schouders geheven. Het volkslied weerklinkt. Schorre stemmen jubelen het uit: „De tyrannic is verdreven!” 30 October 1944: Tholen is bevrijd! Tholen was bevrijd. Maar de O.D. had nog belangrijk werk. In Oud- Vossemeer zaten immers nog Duitsers en aan de overkant in Nieuw Vosmeer ook. De O.D. kreeg de opdracht de flank te dekken. We moeten kort zijn: in Oud-Vosse- meer worden de twee Duitsers gevan gen die de brug hebben laten springen. In Oud-Vossemeer wordt ook een Duits officier die van Nieuw-Vosmeer het veer komt controleren, door list gear resteerd. Een O.D.-er wordt bij een kort vuurgevecht gewond. Daar wor den ook de gevechten geleverd met de gehate vijand die nog aan de overkant van de Eendracht zit en met bootjes over tracht te varen. Daar in Oud-Vossemeer is ook C. Franken uit Bergen op Zoom ge sneuveld als hij een geallieerd offi cier vanuit een kijkpost inlicht over de vijand aan de overkant. De kogel van een scherpschutter velt hem. Hij is 24 jaar en is vrijwillig naar Tholen gekomen. Nu, in het uur der bevrijding is hij gesneuveld. In een schuttersput, links van de Veerdam te Oud-Vossemeer sneuvelt kort daarop de H.B.S.-er Bou Kooij- man uit Sint Annaland. Hij wordt getroffen in het hoofd door een ko gel van een scherpschutter. Het is de tweede November. Een zwarte dag voor de Thoolse O.D.-mensen. Op 4 November zijn de Duitsers uit Nieuw-Vosmeer getrokken. De stelling Oud-Vossemeer kan verlaten worden. Het was een gevaarlijke flank die de O.D.-mensen met bewonderenswaar- dige moed hebben gehouden. Dan neemt de O.D. samen met de Engelsen stelling in de bunkers op de zeedijk bij Stavenisse. Want vanuit Schouwen dreigt nog gevaar. In een van de bunkers zitten elf man van de O.D. Enkele honderden meters verder bezet een Engelse groep een andere bunker. Op een nacht als de V-I’s in massa’s overkomen, een donkere nacht, besluipt een Duitse commando-groep vanuit Schouwen-Duiveland hierheen gevaren, deze bunker. (Vervolg van pagina 9) ''inist: „Dezen zijn het beste deel van ons volk”. Maar twee weken later werd hij ont- iniFt1!’- “et bestuur vroeg onmiddellijk michtmgen bij het departement en a op sleeptouw gehouden. ]pPri™a^els werden de ouders der of lngtn ’n groepjes van 20 gevraagd, als er bestuur zouden staan, net ontslag zou negeren om des Vs en de kinderen zouden aan h°uden, als een gemachtigde zou epnh wezen worden. Een verrassende van emmi§beid bleek, zelfs toezegging blli Jtuele financiële steun van korinnStaaP^ers bleef niet uit. Na een werd dVerl??p.?r^°de> waarin getracht slar> t^e °®ciële redenen van dit ont- Woiiumvernemen, kwam de heer Van dreiain Weer in de school ondanks de Noord?jken Van Pr°f’ Van Dam en pitneefin ?--Sen-leefden bestuur de niets o.i‘1 C. Kni„‘ °ok de lnsPecteur, verborUnr’ neKeerde het feit van de Sene P„n aanwezigheid van de ontsla- Baasr Anrapp®rteerde niets naar Den dat de v.een bleek ruim een jaar later Rykswe£erSwpr‘an^ V<T salaris van Se werd ingehouden; vanzelf- Dan komt de nacht van Zondag op Maandag, een nacht, die stil was tot plotseling de misthoorns loeiden In de grootste spanning wacht de O.D. op de Canadese doorbraak. Op de brug staat een man van de hulp politie, tevens O.D.-man. Doorlopend blijft hij bij de twee mensen van het Duitse Sprengcommando, die rustig op een bank zittend, half dommelen. Dan ineens komt een andere O.D.-man, de leider, aangeslopen. Hij heeft een draadtang in de zak. Nu móét het maar gebeuren. De draden móéten doorge sneden worden. De politieman moet voor het raam pje van het wachthokje gaan staan en de Duitsers het zicht ontnemen. Het kan zo gebeurd zijn! Maar de Holland se wachtmeester raadt het af. Als de geallieerden niet doorstoten gaat het mis. De Duitsers zullen de draad herstellen en de gevolgen van deze sabotage zullen verschrikkelijk zijn. Men kan evengoed de twee Duit sers onschadelijk maken En wat zal er gebeuren als de Duitsers uit Halsteren komen kijken naar de brug en men de twee Duitsers niet meer vindt? De lopen van de Duitse kanon nen kunnen dan wel eens gedraaid worden naar Tholen toe, Tholen, het stadje waar nu vierduizend mensen zitten Maar de verzetsman weigert en de hulppolitie plaatst zich voor het hokje. Dan gaat de O.D.-man de brug op Voordat hij echter zijn daad ten uit voer kan brengen klinkt in de verte motorengeronk en even later knort een motor met zijspan de brug op. Twee gehelmde koppen. Dan een be vel: de brug moet de lucht in....! De verzetsman hoort het en rent naar zijn kameraden in de schuil plaats. Snel maakt hij een krijgsplan. Allen moeten zich verdekt opstellen in de buurt van de brug. Dan snellen verbieden en mij als hoofdredacteur Duitsland in verzekerde bewaring te stellen. Dit gebeuren kwam niet onverwacht. In „De Zeeuw” had ik voortdurend op I het verderfelijke en on-christelijke 1 van de Nationaal Socialistische begin selen de aandacht gevestigd. Dit was een doorn in het oog van de plaatse lijke leiding der N.S.B., die het aan bedekte bedreigingen niet liet ontbrè- ken. Daarbij kwam de weigering om de aanwijzingen van den Presse-deter- nent, de heer W. Janke, en van de nieuw gevormde „Raad van Voorlich ting” ’te volgen. Geen wonder dat ik op de zwarte lijst werd geplaatst en dat ik, naar ik van de secretaris van de Journalistenkring vernam, op de voordracht stond om eingesperrt te worden. Wat ook inderdaad juist bleek te zijn. Na een kort verblijf in het Huis van Bewaring te Middelburg werd ik naar het concentratiekamp Buchenwald overgebracht. Daarna ging het, ondanks de mooie woorden van Seys Inquart, met de knechten van de pers in versneld tem po. De journalisten werden gedwongen zich bij het Nederlandsch Verbond van Journalisten aan te sluiten, en jammer genoeg, zakte de overgrote meerderheid van hen die wel in de eerste plaats geroepen waren goede leiding te geven, door de knieën. Dit kon echter niet verhinderen dat in 1942 bij een zgn. persreorganisatie honderden bladen en periodieken wer den opgeheven. Voor de kerkelijke pers werd aan vankelijk een uitzondering gemaakt, maar omdat de grote meerderheid van deze bladen „het blijkbaar als een van haar voornaamste taken beschouwden tegenover het Nationaal Socialistisch Ei’ VERHAAL VAN THO- LEN’S BEVRIJDING is het verhaal van de brug. De Thoolse brug over de Eendracht, die de O.D. had kunnen behouden, maar die toch de lucht is inge gaan omdat de O.D.-mensen de levens van hun stadgenoten hóger stelden dan het staal van deze voor het eiland zo belangrijke verbinding met het vasteland. Het is de 28ste October van het jaar 1944. Tholen wacht reikhalzend op zijn bevrijding. Men wacht met de her innering aan Dolle Dinsdag, aan de gevechten om Antwerpen begin October. De vorige dag zijn de gevechten om Bergen op Zoom begonnen. De vorige dag is ook dat vreselijke bevel gekomen, dat het eiland Tholen moest evacueren. De eva cuatie is gelukkig niet doorgegaan, maar de brug dient nu als lugubere borgstelling. De Duitsers hebben aan het staal dynamietladingen be vestigd. Iedere dag kan het bevel komen dat het „Sprengcommando” de stroom door de draden moet sturen. een afwijzende of zelfs I vijandige houding aan te nemen” I (Duits Eresaluut!) bleven krasse maat regelen niet achterwege. Tenslotte bleven alleen nog over de kranten die zich uitermate koest hiel den en die bereid bleken netjes in het Duitse gareel te lopen. Dat ze nog zo veel abonné’s hadden kwam in hoofd zaak vanwege de bonnen. En dan niet te vergeten de N.S.B.- bladen, die zich beijverden ons volk voor de „nieuwe orde” te winnen. Zonder veel succes evenwel. Men kent het liedje uit die tijd: Colijnsplaat en Noord-Beveland hadden in de nacht van 25 November een, wat de Engelsen noemen, „narrow escape”, dank zij het moedig en door tastend optreden van twee mannen, die bijtijds alarm maakten. Hun daad is dan ook aan de ver getelheid ontrukt. Wie het dorpje Colijnsplaat bezoekt vindt daar in de frontgevel van de Ned. Herv. kerk een gedenksteen aan gebracht waarop te lezen staat: „Ter herinnering aan het afwen den van een Duitse aanslag op de sluis van het Waterschap Oud- en Nieuw Noord-Beveland en deze Kerk op 25 November 1944”. Terwijl op een steen er naast is in gebeiteld: „Uit dankbaarheid aan M. Neer hout en M. L. Fortuin en de Recce Unit van de Brigade Prinses Irene, No. 4 Commando B.L.A. Lt. I. J. Havelaar t”. tr lein Engeland....” Zó noem- K den de Duitsers het eiland IIIX. Noord-Beveland, vanwege zijn grimmig verzet en anti-duitse houding tijdens de bezettingsjaren. Or.gelijk hadden ze niet. Reeds in 1941 vonden daar de verzetslieden el kander in een goed aaneengesloten or ganisatie, toen er bonnen moesten ko- nien voor d - onderduikers, die er op dit eiland heel wat geweest zijn. Tot die onderduikers behoorde nie mand minder dan de heer C. A. van Woelderen, oud-burgemeester van Vlissingen, die daar zijn tijd heus niet in ledigheid heeft doorgebracht. In Colijnspiaat, in Wissekerke, Kamper land, Geersdijk, Kortgene, kortom overal waren verzetslieden actief. In 1943 werd er de O.D. gesticht, waar van de heer Van Woelderen m.a. de grondslagen legde. De L.O. was er eveneens actief met het verspreiden van „Trouw”, het spionneren en over brengen van militaire gegevens naar Engeland. Een gecyclostileerd blaadje werd dag aan dag verspreid onder de naam van „Nieuws van den Dag” en later „Radio Londen”. Wissekerke had zelfs op het eind van de oorlog een geheime zender. Joden vonden er een onderdak en bij de beruchte „Mei- staking” van 1943 liet ook Noord-Be veland zich zeker niet onbetuigd. Het werd een voor de Duiters in Middel burg opzienbarende proteststaking. De gevolgen bleven niet uit en enkelen oer verzetslieden gingen naar het be ruchte kamp te Vucht, terwijl boven- dien als „straf”, alle inwoners van ’t eiland hun radiotoestellen moesten in leveren. Deze toestellen werden te Kortgene opgeslagen, waar des nacht’s een ruit van het lokaal, waar ze ston den, werd ingeslagen, een fles benzine er over uit gegoten en de boel in brand gestoken. De Duitsers zouden geen plezier van deze toestellen be leven! ^r was op dit eiland een sterke so lidariteit in de actie tegen de vijand. Toen een landbouwer gevaar liep en moest onderduiken en zijn vrouw al leen voor het bedrijfje stond, hebben de Wissekerkers de zorg voor het be drijf op zich genomen en toen hij na de bevrijding weer te voorschijn kwam was alles tot in de puntjes verzorgd. Sabotage was er te land èn te water. Oek te water. Toen de Duitsers mate- liaal-convooien door de Zandkreek kadsten, schermde een wachtmeester rad een stuk carton het flikkerlicht asn de Annapolder af. Heel de boel liep omhoog, 19 schepen in totaal! En een paar avonden later herhaalde zich het zelfde. Een der markantste gevallen was de overval op het distributiebureau te Geersdijk, dat in de nacht van 31 'Augustus op 1 September 1944 werd beroofd. Dat is een interessant ver haal op zichzelf. Het verzet culmineerde wel op de beruchte „Dolle Dinsdag” toen, in de algemene opwinding en het geloof aan de bevrijding enkele Duitse soldaten werden gevangen genomen door enke le partisanen, en zelfs een vuurge vecht plaatsgreep met de Duitsers, die per snelboot van Veere naar Kamper land waren gekomen om er de Duit sers te hulp te schieten. De volgende dag reeds kwam de ge vreesde ,S.D.’ uit Middelburg om wraak te nemen. De meeste verzetslieden wis ten te ontkomen, alleen Andries Die- leman uit Wissekerke, een jongen van 23 jaar, werd meegenomen en gefusil leerd. Enkele boerderijen gingen in vlammen op. Naar hun wraakoefening scheen de Duitse heren niet voldoende. Het dui vels plan rees in hun hersens om ge heel Noord-Beveland onder water te zetten. De grootte van het eiland be draagt 7000 ha met een bevolking van ongeveer 9000 zielen, 3000 stuks vee, terwijl de oogst geschat werd op 110 duizend ton landbouwproducten. Ge lukkig kon dit plan door ingrijpen van dwerse instanties, die met ir Louwes ie Den Haag gingen spreken, op het matste ogenblik voorkomen worden.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 17