I o Vermindering der bestaande handelsbarrières blijft doelstelling der regering I Prinsjesdag in Den Haag 3 ■■F weer aan van Huuregalisatiefonds wordt de Tweede Kamer I Belastingverlagingen in het vooruitzicht overwogen Uitbreiding de orde Uitvoering van openbare werken wordt zo nodig beperkt jp van I Rijkdom (II) Onder Jg loUPG Rijkdom (III) Leden der Staten-Generaal Rijkdom (I) «Bi r. ■I imilHH OK DIT JAAR zult gij uw oordeel hebben te geven over vele en moeilijke vraagstukken, zowel van natio naal als van internationaal ka- "i* Regen en wind, maar ook zonneschijn - *||F. Zoensdag 22 September 1954 ZEEUWSCH DAGBLAD paqina 3 DE TROONREDE dier L_I ET BELEID VAN de regering 1 I hliift er on pericht het Neder- keling. trekking tot de Europese Defen- l!aiaB!lill!l!!in!IIMIIIBB8IBB ®ij het van de baast in deze in Mei I I (Vervolg van „Onder de Loupe”). nu het echter over de verdeling van die welvaart gaat, nu ontstaat de kloof. Over eigendom heeft Christus een an der woord gesproken dan Karl Marx. En daarom gaan nu meer dan in de afgelopen jaren de levensbeschouwin gen de politieke strijd bepalen. Ook dat is een aspect van de Troon rede dat wij vandaag graag onder Uw aandacht wilden brengen, liever dan dat wij ons wierpen op een beschou wing over een of meer der passages. Deze Koninklijke woorden hebben gewag gemaakt van rijkdom aan ons allen is het ons te bezinnen op de ver plichtingen die die rijkdom met zich brengt. Met de bede, dat Gods zegen °P uw werk moge rusten, ver- betrekkingC°hebbende Waar ik de gewone zitting der Het niet Europese door het Franse parlement maakt het noodzakelijk een andere op lossing van het vraagstuk van de medewerking van Duitsland dere aandacht hebben. De regering voeding van de jeugd ook buiten nen. Zij zal de opleiding van vol doende leerkrachten voor het lager en het voortgezet onderwijs, de aanpassing van het gehele onder wijs aan de maatschappelijke be hoeften n steun aan beoefenaren van wetenschappen en kunsten krachtig blijven bevorderen. Zij is er zich van bewust hoezeer naast de economische en sociale ontwikkeling het stimuleren van de culturele verheffing van ons volk van betekenis is voor zijn toekomst. Australië zal binnenkort door middel van een gordel van luchtbases in staat zijn het omliggende zeegebied tot een afstand van 3.000 mjjl te beschermen. Zo heeft de Australische minister van Luchtvaart, Townley, te Melbourne mee gedeeld. inleidende titel en de eerste vier boeken van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, is binnenkort te ver wachten. P)E VOORBEREIDING van wer- ken, die een blijvende beveili ging van het door de watersnood getroffen gebied beogen, heeft snel- T~) E WONINGNOOD IS het nij- ^pendste problemen, waarvoor wij binnenslands nog gesteld zijn. Ook in het komende jaar zal de rege ring door premies en bijdragen de woningvoorziening zo krachtig mo gelijk bevorderen. Zij streeft naar de verwezenlijking van een pro gramma, dat 65.000 woningen bevat. Beperking van de totstandkoming van andere bouwwerken zal voor de vlotte uitvoering van dit pro gramma noodzakelijk blijken. In overweging is een verdere huurverhoging. De regering denkt daarbij aan de mogelijkheid van een bestemmingsheffing teneinde een deel van de verhoging, wellicht via een egalisatiefonds, ten bate te doen komen van de financiering van nieuwe woningen. Tevens is in studie welke compensatiemaat regelen tegenover de huurverho ging nodig en mogelijk zouden zjjn. Tegen deze achtergrond verkrijgt de voortgang, die kon worden ge maakt bij de voorbereiding van de economische unie met België en Luxemburg een bijzondere beteke nis. De ondertekening van de pro tocollen inzake de handelspolitiek en betreffende de liberalisering van het kapitaalverkeer tussen Nederland en de Belgisch-Luxem- burgse economische unie, was een belangrijke stap op dit gebied. \lz IN AFWACHTING. Alle waterballetten ten spijt heeft weer niemand spijt gehad. In de loop van de morgen namen de militairen hun plaatsen langs de route in en de weinigen, die de schaarse ruimte op het Binnenhof mochten betreden kon den genieten van de aankomst van de ministers, kamerleden, leden van het corps diplomatique en de vele auto riteiten, die de plechtigheid in de Rid derzaal bijwoonden. Om één uur precies» zette de stoet op het Lange Voorhout zich in be weging. Een tiental minuten later ar riveerde men op het Binnenhof, waar de Mariniers met vaandel en de Ma- rinierskapel de eerbewijzen brachten. IN DE RIDDERZAAL. In de Ridderzaal, stemmig versierd met bloemen, wachtte men onder het helle licht, dat uit de kronen straalde. Voor de eerste maal waren in deze zaal ook de vlaggen der provincies aanwezig. Het was een experiment en er is dan ook nog niet beslist of dit ieder jaar- het geval zal zijn. Enkele ceremoniën werden voor de komst der Koningin vervuld. Er werd voorlezing gedaan van het besluit, dat mr. Jonkman door H.M. is herbenoemd als voorzitter der Eerste Kamer. De commissie van in- en uitgeleide werd aangewezen: mr. Kolff (die de Ko ningin begeleidde), mr Wendelaar en Ir Roebroek, allen lid der Eerste Ka mer, prof. mr. P. S. Gerbrandy (die naast Prins Bernhard liep), de heren Hooij, Peters, Willems, Kikkert, Stuf- kens en Ankersmit, leden van de Tweede Kamer. „LEVE DE KONINGIN”. Het was omstreeks kwart over één toen Koningin en Prins de Ridderzaal betraden. Een korte stilte viel in, men wachtte op de troonrede. Met duidelijke stem, enkele belang rijke passages met enige stemverhef fing lezend en zonder aarzeling las de Koningin dit belangrijke staatsstuk, waarmee zij het parlementaire jaar opende. De korte stilte, die inviel na dat haar laatste woorden waren ver klonken, werd verbroken door mr. Jonkman, wiens „Leve de Koningin" met een driewerf hoera door de aan wezigen werd beantwoord. De Koningin was gekleed in een robe van abrikooskleurige zijde met dito hoed en handschoenen. Een bont stola completeerde het geheel. Prins Bernhard droeg voor deze gelegenheid het nieuwe ceremoniële tenue van de luchtmacht, een uniform, dat veel ge lijkenis vertoont met het vooroorlogse zwarte uniform van Soesterberg. Een kleurrijk en altijd weer boeiend schouwspel had een einde genomen. is overgegaan, acht de regering ’n verdere vermindering van de be lastingdruk mogelijk. In de loop van het parlementaire jaar zullen u voorstellen bereiken tot verla ging van deze druk, in het bijzon der op het terrein van omzetbelas ting, loonbelasting en inkomsten belasting. De regering is voorts niet voornemens voorstellen te doen tot verlenging van de belasting verhogingen, die in verband met de zware defensielasten voor een vierjarige perk de werden aan vaard, met dien verstande, dat een deel van de destijds ingevoerde ver hoging van de vennootschapsbelas ting behoort te worden gehand haafd ten belfoeve van een verdere vermindering van de druk van de inkomstenbelasting. T-J ET VERHEUGT MIJ, dat het 1 1 in diZ jaar met Suriname en de Nede’ andse Antillen gevoerde overleg /er de nieuwe rechtsorde in het .-oninkrijk geleid heeft tot overeenstemming over een ont- werp-statuut voor het Koninkrijk, Rijk zijn we in geestelijk en ideëel opzicht wat doen we met die rijk dom? Koesteren we die voor onszelf of dragen we die uit en proberen we daardoor ook onze medemens in de wereld te verrijken? Wie zo de Troonrede bekijkt ziet aspecten. Daar is de passage over de nieuwe rechtsorde die misschien nog in dit jaar Nederland zal verbinden met Suriname en de Antillen. Deze ge bieden zijn vroegere „koloniën”, lan den die men in de terminologie van tegenwoordig als „achtergebleven ge bieden” zou aanduiden. Met historische banden zijn deze gebieden aan Neder land verbonden en met ere mag het werk genoemd worden dat Nederlan ders daar hebben verricht. Inderdaad hebben wij getracht daar iets te bren gen van onze geestelijke rijkdom. En wij hebben daarmee successen geboekt getuige de keuze die deze beide ge biedsdelen hebben gemaakt* de keuze om voortaan ook vrijwillig met Neder land samen te werken. Daar is ook de alinea over Nieuw- Guinea. Slechts één zin waarin echter heel veel besloten ligt: er wordt ge werkt aan de geestelijke, economische en sociale vooruitgang der bevolking, in het belang ook van de toekomstige ontwikkeling van de staatkunde. Wie regelmatig de verslagen gelezen heeft van onze correspondent Alfred van Sprang, die weet dat dit niet maar een holle frase is. Er wórdt gewerkt en er wordt steeds harder gewerkt! En dan is er de passage over Ne derlands medewerking aan program ma’s voor de technische en weten schappelijke hulpverlening van de ach tergebleven gebieden. Ook hier de vas te wil om iets van onze rijkdom uit te dragen naar hen die tot dusverre hiervan verstoken waren. vastere vorm sie Gemeenschap zijn te trekken. Zij blijft daarbij grote waarde hechten aan de versteviging van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Haast vanzelfsprekend zijn in deze Troonrede heel wat meer woorden ge wijd aan de materiële rijkdom dan aan de geestelijke; de bemoeiingen van de Staat strekken zich immers meer op dat terrein uit! Daarbij wordt één ding heel duide lijk: de worsteling om tot groter wel vaart te komen is moeilijk geweest misschien even moeilijk is de strijd om de verdeling van die welvaart. Daar immers getuigt haast dit hele stuk van: de passages over belastingen, over een rechtvaardige verdeling van de hoge houwlasten, over bedrijfsschappen, °ver loonvorming, over ouderdoms voorziening, over maatschappelijk werk en ga zo maar door. Het zijn stuk voor stuk vragen waarmee ons v°lk nog lang niet klaar is. Dat op dit tijdstip de politieke coali tie van de laatste jaren in haar voe- 8en kraakt, is niet zo verwonderlijk. -i streven naar vermeerdering welvaart heeft men elkaar vanzelfsprekend kunnen vinden (Zie vervolg laatste kolom.) De Raad van Europa, die thans vijf jaar bestaat, heeft bijgedragen tot het onderzoek van velerlei denkbeelden en voorstellen inzake nauwere Europese samenwerking. De regering blijft dit werk van harte steunen. In het afgelopen jaar heeft zij in deze kring het initiatief genomen tot hulpverle ning aan de Europese vluchtelin gen. Vurig hoop ik, dat dit in rui me mate gehoor moge vinden bij de overige Statenleden van deze organisatie. I_J ET MAATSCHAPPELIJK I 1 WERK in Nederland ontplooit zich gestadig. Aan particuliere or ganisaties, werkzaam op dit terrein, zal nodige hulp worden verleend. De regering heeft haar instem ming betuigd met het plan van de nationale contactcommissie voor gezinsbelangen betreffende de in stelling van een gezinsraad. Zij verwacht, dat deze raad spoedig tot stand zal komen. De staatscommissie vervanging Armenwet heeft haar rapport vaak gesteld, dat binnenkort zal worden gepubliceerd. De aandacht blijft bij voortdu ring gericht op de voorzieningen ten behoeve van Nederlanders in Indonesië, die in maatschappelijke moeilijkheden verkeren. nE REGERING BLIJFT het als een belangrijke zaak beschou wen, de totstandkoming van be- drijfslichamen, als bedoeld in de wet op de bedrijfsorganisatie, te bevorderen. Zij verheugt zich er over, dat in het afgelopen zittings jaar de eerste zes bedrijfschappen konden worden ingesteld. Zij ver trouwt er op, dat de bedrijfsgeno- ten ook in andere sectoren van het bedrijfsleven op korte termijn ini tiatieven zullen ontwikkelen om tot instelling van bedrijfslichamen te geraken. Naar aanleiding van het advies van de Stichting van de Arbeid ter zake van de toekomstige vorm van loonbeleid, dat de regering spoedig hoopt te ontvangen, zal even tueel na raadpleging van de So- ciaal-Economische Raad de re gering haar standpunt bepalen en zo nodig voorstellen bij de Staten- Generaal aanhangig maken. Ontwerpen van wet met betrek king tot de definitieve ouderdoms voorziening en de kinderbijslag voor zelfstandigen zijn in voor bereiding. dat reeds is u hoopt, dat dit standpunt nog voor vormt een veelzijdig en hoogst ern- het einde van het jaar in werking stig probleem, dat zich steeds meer zal kunnen treden. Zij zal alles in opdringt aan de vrije wereld. het werk stellen om de gedachten Internationale hulp bij hun ont- van verbondenheid, samenwerking wikkeling is noodzakelijk. Neder- en J 1--L statuut ten grondslag liggen, te helpen verwezenlijken. T-)E AANDACHT VAN de Ver 'Ll enigde Naties, voorzover niet in beslag genomen door de acute spanningen, die zich in de wereld voordoen, richt zich in toenemen de mate op het lage welvaartspeil, dat nog in een groot deel van de T_I ELAAS BLIJFT de internatio- nale toestand in velerlei op zicht reden tot zorg geven. Welis waar is na de wapenstilstand in Korea ook een regeling tot stand gekomen, die in Indo-China een einde heeft gemaakt aan het ge wapend conflict, niettemin blijven ernstige spanningen het wereld beeld beheersen. regering streven naar versterking tot Suriname van de Noord-Atlantische dragsorganisatie. Wat de verdere F Europese samenwerking op politiek het en economisch gebied-betreft, hand- van haaft de regering haar standpunt, enkele andere voorstellen’tot wijzi- dat deze samenwerking een ondeel- ging van de grondwet, waarvan bare doelstelling is, een doelstel- afdoening in eerste lezing nog in ling, welke zij niet zal opgeven, de lopende parlementaire periode rakter. ook al zal men bij het overwegen eveneens wenselijk is, zullen u van stappen naar het doel reke- mede in dit zittingsjaar bereiken, ning moeten houden met de lessen, Indiening van een zestal wets- die uit de gang van zaken met be- ontwerpen, op de door prof. Meijers ontworpen Staten-Generaal geopend. LJ ET AFGELOPEN JAAR heeft I T in economisch opzicht op nieuw een grote stap vooruit be tekend. Productie, uitvoer, natio naal inkomen, deviezenreserves zijn verder gestegen, terwijl de in vesteringen zich op een niet on bevredigend niveau bewegen. Dat dit alles mogelijk was, is niet en kel het gevolg van een gunstige internationale conjunctuur, doch tevens het resultaat van de activi teit van heel het bedrijfsleven. Voor het ogenblik is een zodanige uitbreiding van de werkgelegen heid bereikt, dat spanningen op treden wegens een tekort aan ar beidskrachten. In het belang van een doelmatige arbeidsvoorziening bevordert de regering binnenlandse migratie en scholing. Overigens zal beperking nodig zijn in het ter hand nemen van werken, waarvan de uitvoering thans niet volstrekt noodzakelijk is. Dit ligt ook in de lijn van een gezond conjunctureel beleid. Deze situatie onzer volkshuishou ding mag evenwel geen aanleiding geven het door de regering ge voerde op economische expansie gerichte beleid te doen verslappen. Zij gaat ook voort met de voor bereiding en registratie van plan nen voor aanvullende werken voor het geval werkloosheid van enige omvang zou optreden. Het snelle tempo, waarin onze beroepsbevolking toeneemt, blijft ons land stellen voor een werk gelegenheidsvraagstuk op lange termijn, voor welks oplossing in dustrialisatie en exportvergroting, aangevuld door emigratie, nodig zijn. Ook voor de landbouw zal de regering het beleid van de voor gaande jaren, gericht op een zo hoog mogelijke productie en een bevordering van de afzet, voort zetten. In dit verband is voor Neder land vrijere wereldhandel van bij zonder grote betekenis. De buiten landse economische politiek der regering is bij voortduring gericht op eenvermindering van de be staande barrières. Helaas heeft het overleg tot dusver slechts tot be perkte resultaten geleid. N DEZE DAGEN gaan ons aller gedachten terug naar de Septembermaand van tien jaar geleden, toen na meer dan vier jaren bezetting en onderdruk king een deel van het Neder landse grondgebied werd be vrijd en de bevrijding van heel ons land nabij scheen. Het mocht echter niet zo zijn. Nog kwamen de beproevingen van de honger winter voor het Noorden, de gevaren van een frontgebied voor een groot deel van het Zui den. Acht maanden verliepen voordat ons volk in overweldi gende vreugde zich weer in vrij heid verenigd vond. Het stond toen verarmd in ’n verwoest en leeggeplunderd land. Talrijk waren de naoorlogse problemen op vrijwel elk levens terrein, waarvoor ook ons land zich gesteld zag. Er is reden te over om dagen de gedeeltelijke en 1955 de volledige bevrijding in blijdschap en met grote dank baarheid te herdenken. Aller eerst om de vrijheid zelf, die de offers waard was, die er voor zijn gebracht, maar ook om het vermogen tot herstel, dat ons volk in al zijn geledingen aan den dag heeft gelegd en dat zich opnieuw zo duidelijk heeft afge tekend in de wijze, waarop de gevolgen van de watersnood ramp zijn opgevangen. DEN HAAG, 21 September. Prinsjesdag 1954 zal bij hen, die zich langs de route hadden ge schaard, die de koninklijke stoet ook ditmaal van het paleis aan het Lange Voorhout tot het Binnenhof, aflegde, in herinnering blijven als een dag met kletsnatte mensen, kletsnatte straten, kletsnatte bomen en kletsnatte vlaggen. Fr toch heeft deze Prinsjesdag naast de grote hoeveelheid regen, soms vermengd met hagel, dan weer gepaard gaand met een donderslag, ook een on misbaar oranjezonnetje laten zien. Regen, veel wind en een waterig zonnetje, kon het Hollandser op deze echte Hollandse dag, als Prinsjesdag toch eigenlijk is? En alles op het juiste moment. Regen in het voorspel, tijdens de nachtelijke en morgenuren, een zonnetje, dat zich baanbrak door de jagende wolken, precies op het ogenblik, dat H. M. de Koningin en Z. K. H. Prins Bernhard het paleis aan het Lange Voorhout verlieten en zich in de gouden koets naar de Ridderzaal begaven. Den Haag bood op deze Prinsjesdag 1954 het vertrouwde beeld van de derde Dinsdag in September. Ver trouwd en toch weer ieder jaar zo aantrekkelijk om de fleur, die dit al les meebrengt, de schittering van mi litaire uniformèn, maar bovenal om het sprookje van de gouden koets met daarin gezeten ons Koninklijk Paar. Tienduizenden omzoomden ook op deze Prinsjesdag de korte route. Om elf uur Maandagavond waren er al gekomen. Ze werden tenminste gesig naleerd, de enkelen, de moedigen. Of ze de gehele nacht in regen en wind hebben gewacht vermeldt de historie niet. Het weer was van die aard, dat men geen hond of kat de straat op liet gaan. Het is merkwaardig dat de mens, als hij over rijkdom hoort spreken, altijd het eerst denkt aan materiële rijkdom. De filosofie dat een rijk mens toch arm kan zijn en een arm mens toch rijk, vinden we wel aardig en we knik ken er ijverig ja bij, maar als we moesten kiezen dan zouden we toch maar het liefst rijk zijn in de mate riële betekenis van het woord. Of liever nog: allebei! Wie de Troonrede leest die H. M. de Koningin gisteren heeft uitgesproken, die moet wel tot de conclusie komen, dat het Nederlandse volk rijk is. En dan in beide betekenissen van het woord: rijk in aardse goederen en ook rijk in geestelijke goederen. Gisteren wezen we al op het voor recht dat we een Prinsjesdag mogen vieren in ons land het horen van de stem van onze Vorstin accentueert die dankbaarheid nog eens. Nederland is rijk met zo’n Koningin! Maar dat niet alleen: ga maar eens verder, al die paragrafen langs en denk er eens over na hoe anders, hoe veel slechter het zou kunnen zijn. In materieel opzicht slechter en in gees telijk opzicht slechter. En wie na het lezen nog niet overtuigd is, die late de aanhef nog eens op zich inwerken. Die zinnen die herinneren aan de be proevingen van de hongerwinter, de gevaren van een frontgebied, de ellen de van een verwoest en leeggeplunderd land. Dan moet men toch wel tot de overtuiging komen: alleen al het feit dat wij weer vrij mogen leven in een vrij land is een nooit genoeg te schat ten rijkdom! En hoe men nu ook over deze Troon rede moge denken en hoe eens of on eens men het ook mag zijn met som mige passages laat die critiek U niet verblinden zodat U het geheel, die veelheid van rijkdommen niet meer ziet. Juist het feit, dat U critiek mag oefenen is al een bewijs van de gees telijke rijkdom die ons volk geniet! FA E GUNSTIGE ONTWIKKE- L-' ling der bedrijvigheid komt ook tot uiting in de opbrengst der belastingen. Nu de uitgaven voor het herstel van de watersnood- schade grotendeels zijn afgewik keld en tot enige verlaging van de ramingen voor defensiedoeleinden Suriname en de Antillen wereld bestaat. De achterstand in aanvaard. De regering de ontwikkeling dier gebieden het einde van het jaar in werking stig probleem, dat zich steeds Internationale hulp bij hun ont- onderlinge bijstand, die aan het land zal bereid moeten zijn tot rui- j_>__ i mere medewerking aan program- le voortgang. Een wetsontwerp met ma’s voor de technische en v. bztzRür.g t;t hzt zfzl'zf schappelijke hulpverlening en aan ting van zeearmen is in voorberei- x.- - - j zal aandacht daarmede ver- vraagstukken en sociale ontwikkeling. De regering standigheden van het gebied, ge- beste tot uiting kan brengen. Op het gebied van onderwijs, en wetenschappen neemt de internationale samenwerking in weten- betrekking tot het plan tot afslui- -en aan i de financiering van de economische ding. De regering en sociale ontwikkeling. De regering schenken aan de bezint zich er op hoe zij dit het band houdende bezwaren. Op aanvaarden van de Defensie-gemeenschap XA7ANNEER HET STATUUT voor noo naricrnpnt maakt het Koninkrijk zal zijn aan vaard en bevestigd, zult gij spoedig een voorstel ontvangen tot aanpas- van Duitsland aan sing van de grondwet aan de daar- de verdediging der Westelijke we- in neergelegde nieuwe rechtsorde reld te zoeken. Daarbij blijft de van het Koninkrijk met betrekking x-x z. -en de Nederlandse Ver- Antillen. Een voorstel tot verhoging van ‘t ledental der Tweede Kamer de Staten-Generaal, alsmede de In Nederiands N.-Guinea wordt, overeenkomstig de bijzondere om- stadig gewerkt aan maatregelen ten bate van de geestelijke, economi- kunsten sche en sociale voötüitgang der be- volking, in het belang ook van de het kader van dé" bilaterale’ én blijft erop gericht "het Nedër- toekomstige staatkundige ontwik- multilaterale verdragen geleidelijk landse volk in zo groot mogelijke aan. mate te doen deelhebben aan de verschillende vormen van onder wijs, kunsten en wetenschappen. Overleg tussen de delegaties van De verdere vorming van de thans Nederland en Indonesië heeft ge- leerplicht-vrije jeugd zal de bijzon- leid tot de totstandkoming van een dere aandacht hebben. De regering accoord, dat beoogt de Unieverhou- zal voorstellen de lichamelijke op ding tussen beide landen te ver- voeding van de jeugd ook buiten vangen door een andere regeling onder wij sverband financieel te steu- hunner betrekkingen. Een wets- r7” ~’'1 1 ontwerp tot goedkeuring van deze overeenkomsten zal u spoedig be reiken.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 3