CUE®
DE ZILVEREN BEKER
Rijkswerkplaats te Middelburg biedt
werkzoekenden goede kansen
en ov6R
zeeUnö
Radio fci&nqt U
Bijbelse roman van bijzondere allure
Wie zijn vak goed heeft geleerd
Wie er een opleiding ontving kreeg
steeds een goede baan
Braziliaanse familie oorzaak van
alastrim-epidemie
Geneeskundige dienst verzette bergen werk
H0UTMAH
Treffende symboliek
ZOMERZEGELS 1954.
Zaterdag 10 April 1954
ZEEUV'SCH DAGBLAD
Pagina 11
OP het open binnenterrein van
de Rijkswerkplaats voor
vakontwikkeling te Middel
burg staat een jonge man en werkt
ingespannen aan een trapezium-1
vormig muurtje. Het is een fraai
werkstuk. Als hij de laatste voegen
heeft bijgewerkt, doet hij voldaan
een stapje achteruit en bekijkt het
als een schilder, die de laatste hand
gelegd heeft aan een meesterdoek.
Straks zullen hij en nog vele ande
ren de cursus verlaten en in de
bouwnijverheid een goede boter
ham gaan verdienen. Want de
vraag naar geschoold personeel is
grot
ngevoer zes maanden geleden
.e hij het Arbeidsbureau binnen.
j.ider werk. Een vak kende hij niet
en daarom heeft hij de kans om op de
Rijkswerkplaats een vak te leren met
beide handen aangegrepen. Eerst moest
hij een kleine test ondergaan. Die uit
wees, dat hij aanleg bezit. En zo reisde
hij naar Middelburg. Iedere dag wéér,
om daar, onder leiding van werkmees
ter Emmaneel, zijn opleiding te ont
vangen. Eerst werkte hij een dag of
vijf in de timmerwinkel waar hij, al
knutselend, handvaardigheid ver.vveeg.
Daarna volgden twee weken, waar.j
hij leerde om buiten werkstukjes va1
.stellen, kozijnen en profielen. Toen hij j
dat onder de knie had kon hij voor het
eerst gaan metselen. Vier ca dertig
werkstukjes moest hij afwerken. Bo-
gen, hoeken, pilasters en schoorsteen
tjes. Het lukte niet altijd, maar hij
deed zijn best, begon opnieuw als het
niet; naar zijn zin was, net zo lang tot
hij het kon. Hij raakte ook vertrouwd
met het metselen van rioleringen en
putjes en leerde tot slot ook tegels zet
ten. Vooral dat laatste is een secuur
Werkje.
Zo werkte hij en de anderen. Tussen
door kregen zij ook theorie in een les
lokaal waar de heer Dronkers de scep
ter zwaait. Hier leerden zij tekenen,
kregen zij kijk op bouwtekeningen en
haalden zij de kennis van de lagere
school nog eens geducht op.
NAAR EEN BAAS.
Drie en twintig man zijn thans in
opleiding en zij zullen binnenkort de
werkplaats verlaten. Achttien: leerden
het metselaars vak en 5 zijn stucfdoor.
Het is een - plezierige werkgemeen
schap dat werd ons wel duidelijk. Zij
hebben belangstelling voor eikaars
prestaties én moedigen elkaar steeds
aan. Wat zij voordien waren? De een
.„was dijkwerker, de ander landarbeider,
een derde ióswerkman.
Iédere dag-reizen zij naar Middel
burg. Het reisgeld is vrij en bovendien
ontvangen zij een overbrugging krach
tens de W.W. wet. Zij werken van half
negen tot twaalf en van half een tot
kwart over vijf. Tijdens hun opleiding
kunnen zij voor goede werkstukken
Ingezonden Mededeling (adv.)
AUEEN ECHT MET HEI SAYERKRUlS
en werkt ingespannen aan een muurtje...
nog eén premie verdienen van f 1,50
tot f3,50 en het is daarom geen won
der, dat zij hun uiterste best doen.
In de practijk voldoen zij uitstekend.
Het is wel gebeurd, dat één baas negen
mensen tegelijk in zijn dienst narn, ne
gen mensen, "dié s'.uk voor stuk vol
deden. Het is ook gebeurd, dat een
metselaar, die zó uit de Rijkswerkin
richting kwam, van een baas meteen
de opdracht kreeg een slagerij geheel
te betegelen. „Kun je dat?" vroeg zijn
baas. „Natuurlijk" zei de nieuwe met
selaar en hij toog vol ambitie aan het
werk. Toen het klaar was kreeg hij
een pluim. Kijk, dat is hetZelf
vertrouwen krijgen de mensen hier
mee. Zelfvertrouwen en vakmanschap.
Ge moogt gerust de werkstukjes gaan
bekijken. We zagen ondermeer een ge-
stuct plafond, dat de meest veeleisende
werkgever een bewonderende uitroep
zou ontlokken, zo prachtig was het af
gewerkt.
De heer K. van Dijk, Hoofdinspec
teur-directeur van het Rijksarbeids
bureau te Middelburg, vertelde ons dat
men zal trachten aan de afdeling me-
taalbewerken enige uitbreiding te-ge
ven. Hier kunnen mensen van 18 tot
40 jaar een opleiding krijgen tot con
structiewerker, electrisch lasser of me
taaldraaier. Wie hiervoor interesse
heeft kan bij hem terecht. Laat nie
mand vergeten dat de spreuk die ook
de Goese Ambachtsschool siert: „Wie
zijn vak goed heeft geleerd, vindt de
kost waar hij verkeert!" nog altijd
geldt.
B. en W. van Den Haag delen mee:
's-GRAVENHAGE, 9 April. Nu mag worden aangenomen, dat de epidemie van
alastrim witte pokken in 's-Gravenhage is bedwongen, hebben B. en W. aan de
taad een en ander meegedeeld over het verloop van deze ziekte. Daarby is komen
vast te staan, dat een Braziliaanse familie, die op 27 October j.l. naar ons land
was gekomen en op 3 December d.a.v. zijn intrek heeft genomen in een Haags
hotel, de ziekte heeft „geïmporteerd". Het gezin bestond uit vader, moeder en een
baby. De ouders waren in het bezit van een geldig internationaal vaccinatiebewijs
tegen pokken, de baby was echter niet ingeënt. Gebleken is, dat de moeder in het
hotel alastrim heeft gehad, terwijl de baby in de periode van 27 October tot 3 De
cember aan de ziekte heeft geleden. Aangezien de eerste Haagse patiënten, bij wie
naderhand alastrim is geconstateerd, kamermeisjes uit dit hotel waren, moet, aldus
het Haagse college van B. en W., deze Braziliaanse familie als infectiebron zijn
opgetreden.
Nadat het duidelijk was, dat een zeer
besmettelijke, pokachtige ziekte zich had
voorgedaan, nam de gemeentelijke ge
neeskundige dienst de nodige maatrege
len tegen verdere verspreiding. Telkens
wanneer bij deze dienst bericht binnen
kwam, dat een zieke vermoedelijk aan
alastrim leed, werd hij door de hygiënis$
van de dienst onderzocht. Indien het
noodzakelijk werd geacht, ging de pa
tiënt, pez speciale ambulance-auto naar
het ziekenhuis.
MOEILIJK KARWEI.
Alvorens echter daartoe werd overge
gaan, werden in een gesprek met de
zieke en de aanwezige huisgenoten,
eerst de contactpersonen vastgelegd.
Dat betekende, dat werd nagegaan met
wie de patiënt in de periode, dat hij
reeds besmettelijk was, in aanraking
was gekomen. Al deze contacten, het
werden er in de loop der weken 426,
zijn door de hygiënist bezocht, onder
zocht en zo mogelijk gerevaccineerd.
Voorts ging men na met welke personen
deze directe contacten weer in aanraking
waren gekomen. Ook deze z.g. indirecte
Gontactper o .cii werden bezocht en zo
mogelijk gerevaccineer'd. Zodra zij zich
t voelden dienden zy zich te melden.
VELE MAATREGELEN.
Teneinde een verbreiding van de ziekte
zoveel als mogelijk tegen te gaan werden
vele maatregelen genomen. De eerste pa
tiënten werden in een geheel ontruimde
afdeling van het gemeentelijk ziekenhuis
aan de Zuidwal geïsoleerd. Intussen wer
den barakken in gereedheid gebracht,
waarheen op 29 December drie patiënten
werden overgebracht. Zij werden met het
personeel volkomen geïsoleerd. Toen de
ziekte zich bleef uitbreiden besloot men
tot de isolatie van het gehele ziekenhuis.
Later werd door de andere Haagse zie
kenhuizen tijdelijk een verbod ingesteld
voor het bezoek. Daarnaast werd aan de
bevolking gelegenheid geboden zich te la
ten revaccineren, doch daaraan is door
slechts 50.000 mensen gevolg gegeven,
hetgeen door B. en W. betreurd wordt.
Ingezonden Mededeling (adv.)
Sinsel 114-116
SCHIEDAM
Seoert jat en vertrouwd adres
PIANO'S
ORGELS
Ingezonden Mededeling (Adv.)
Voor
HERENCOSTUUMS
Kremerstraat 11, Bergen op Zoom
Ingez. Mededeling (advertentie)
it maal willen wij in deze rubriek
enkele publicaties behandelen, die
zich bezig houden met de geschie
denis van de waterstaat en de polders in
Zeeland, in Januari van dit jaar ver
scheen er als uitgave van het ministerie
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap
pen een „Inventaris van de Archieven
van de Rijkswaterstaat iii Zeeland (tot
1849)" van de hand van de heer M. P.
de Bruin. Aan de inventaris gaat een in
leiding vooraf, die in beknopte vorm de
oprichting van de Rijkswaterstaat uiteen
zet en aangeeft welke archieven men in
deze inventaris kan vinden. Wist u b.v.
dat de Rijkswaterstaat zich in de vorige
eeuw ook bezig hield met het bouwen
van kerken en torens? Men heeft daar
aan zelfs het woord „waterstaatsstijl" ont
leend - én dat niet in gunstige zin be
doeld! Voor hen, die zich van de geschie
denis van de waterstaat en het polder
wezen in Zeeland beter op de hoogte
willen stellen, is hier uitgebreid materiaal
te vinden. Jammer genoeg is bij de ramp
van Mei 1940 het vervolg van dit archief
tot 1911 bij de Rijkswaterstaat verloren
gegaan.
In de eerste helft van de vorige eeuw
zijn belangrijke werken in Zeeland uit
gevoerd, waarvan wij als voorbeeld het
kanaal van. Terneuzen zouden willen noe
men. Zelfs leest men over de verplaatsing
van het praalgraf der Gebroeders Evert-
sen uit de Sint Pieterskerk naar de Nieu
we Kerk te Middelburg (18161819). Zeer
zeker zou zoiets tegenwoordig niet meer
door de Rijkswaterstaat geschieden!
Van dezelfde schrijver verscheen in het
Januarinummer van 'het Tijdschrift van
het Aardrijkskundig Genootschap een ar
tikel over Bommenee. Thans bestaat er
nog een polder van deze naam aan de
Noorkant van Schouwen en een gehucht
bij Zonnemaire. Vroeger evenwel is daar
een min of meer belangrijke vissersplaats
geweest, wie met de vloed van 1682 ten
onder is gegaan. Het werd zelfs een stad
genoemd, maar dat was wei een wat
weidse naam voor een plaatsje, dat vooral
een strategisch belang had tijdens de oor
log met Spanje, doch dat sindsdien een
kwijnend bestaan leidde. Ook hier komt
weer duidelijk naar voren wat de bevol
king heeft moeten ondergaan door storm
vloeden. Inundaties van 1530, 1532, 1570 en
tenslotte de genadeslag in 1682. Het meest
merkwaardige is evenwel, dat dit gebied
vroeger tot Holland behoorde. Dit houdt
verband met de oude grenzen van Zee
land.
Wie zich ook maar oppervlakkig bezig
houdt met de Zeeuwse geschiedenis, stuit
telkens weer op de grote veranderingen,
die deze provincie heeft ondergaan, door
de heer H. Pieters in een artikel in het
vorig jaar verschenen watersnoodnummer
van het Zeeuws Tijdschrift „Metamorfo-
sen"genoemd. Gedaanteverwisselingen, in
derdaad, Neem slechts het gebied rond
Sint Philipsland, dat vorig jaar in het
zelfde Tijdschrift eveneens behandeld
werd. Hoe meer men zich verdiept in de
Zeeuwse historie, hoe meer men het uit-
houdings- en incasseringsvermogen gaat
bewonderen van de Zeeuwse bevolking.
ZONDAG 11 APRIL 1954.
HILVERSUM I. (402 m.) KRO: 7.45
Nws. 8.00 Palmwijding en plechtige hoog
mis. NCRV: 9.30 Nws en waterst. 9.45
Orgelconc. IKOR: 10.00 „10 Verkeersre
gels", caus. 10.30 Kerkdienst. NCRV: 12.00
Vocaal Dubbelkwartet. KRO: 12.15 Gram.
12.20 Apologie. 12.40 Hammondorgel en
piano. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws en
kath. nws. 13.10 „Een levend monument".
13.15 Symphonette ork. 13.40 Boekbespr.
13.55 Gram. 14.00 Voor de jeugd. 14.30
Cello en piano. 14.55 „Op de paden van
het nabije Oosten", caus. 15.15 Kamerork.
15.55 Gram. 16.10 Katholiek Thuisfront
Overal! 16.15 Sport. 16.30 Vespers. NCRV:
17.00 Geref. Kerkdienst. 18.30 Gewijde
muz. 18.50 Kerkelijk nws. 18.55 Vocaal
ens., ork. en sol. 19.30 „Weg en werk der
kerkhervormers", caus. KRO: 19.45 Nws.
20.00 „Laat de kinderen bij mij komen",
lijdensoratorium. 20.40 „Caesar's Vriend",
hoorsp. (In de pauze: 21.2521.32
Gram). 22.45 Avondgebed en lit. kalender.
23.00 Nws. 23.15 Kamerverkiezingen in
België. 23.2024.00 Gram.
HILVERSUM H. (298 m.) VARA: 8.00
Nws en weerber. en poétduivenber. 8.18
Gram. 8.55 Sportmed. en postduivenber.
9.00 „Langs ongebaande wegen", caus. 9.15
Gram. 9.25 „Geestelijk léven", caus. 9.40
„Met en zonder omslag".! 10.10 Kamerork.,
klein koor en sol. 10.50 „Die goeie Alfred
eenacter. 11.15 Promenade ork.,
klein koor en sol. AVRO: 12.00 „Matthaus-
Passion". 13.35 Nws. 13.40 Boekbespr. 14.00
„Mattbaus-Passion" (verv.). 16.05 Film-
praatje. 16.20 Gram. 16.30 Sportrevue. VA
RA: 17.00 Instr. sext. 17.30 Voor de jeugd.
17.50 Sportjourn. 18.15 Nws en sportuitsl.
VPRO: 18.30 Korte kerkdienst. IKOR:
WAAR is toch de beker gebleven, waarin Christus, toen Hij
in de nacht, dat Hij verraden werd, het Heilig Avondmaal
instelde, de wijn roriddiende, nadat Hij het brood gebroken
had? Met deze vraag heeft menigeen in het grijs verleden zich bezig
gehouden. De avondmaalsbeker van Christus; vele legenden zijn er
rond geweven, verscheiden schrijvers hebben hun gedachten en vooral
hun fantasie erover laten gaan.
Waar is deze heilige beker toch gebleven? Hij moet een fel begeerd
aandenken geweest zijn voor de jonge Christelijke Kerk in de Oude
"Wereld. Een aandenken voor deze verdrukte Kerk, die zo uitzag naar
de wederkomst, om de nabijheid van Christus beter te gevoelen, tast
baarder te beleven.
Over deze dingen heeft de Amerikaan Thomas B. Costain een
moderne roman geschreven, een moderne graalgeschiedenis in oude
trant. „The silver Chalace" heet dit boek, dat vertaald door ds A. G.
Barkey Wolf uit Antwerpen in het Nederlands onder de titel „De
zilveren beker", is verschenen*).
Het verhaal gaat niet over de beker
alleen. Het behandelt vooral de felle
strijd om het bestaan van de jonge
Christelijke Kerk ten tijde van Keizer
Nero. Op sobere, zakelijke,-maar daar
door juist op suggestieve Wijze vertelt
Costain over de aanvallen, die op de
Kerk worden gedaan door de geweten
loze Keizer Nero, door de orthodoxe
Joden in Jeruzalem èn niet te vergeten
door de felle Zeloten. Juist door deze
nauwkeurige beschrijving wordt men
tegen wil en dank getrokken in de
levenssfeer van de oude wereld. Dit
maakt het boek zo boeiend. En voegt
men hierbij, dat men wordt opgeno
men in het blijde geloofsleven van de
verdrukte Christenen, dan is het dui
delijk, dat „De zilveren beker" een Bij
belse roman is van bijzondere allure.
Tegen deze boeiende, nuchter ge
schilderde achtergrond speelt zich de
geschiedenis af van de kunstenaar Ba-
sillius, die van de schatrijke Joseph
van Arimithea de zilveren beker krijgt
om deze eenvoudige beker te ver
fraaien, te versieren met de koppen in
reliëf van de twaalf apostelen, die het
laatste avondmaal meemaakten. Om dit
kunstwerk te kunnen uitvoeren, trekt
Basillius naar Antiochië, Efeze en Ro
me om de apostelen te leren kennen,
(wat zijn de persoonlijkheden van de
apostelen in enkele lijnen raak gete
kend), dan raakt hij verzeild aan het
hof van Nero (hoe scherp heeft Cos
tain de behaagzieke, trotse en oneven
wichtige Nero in zijn beschrijving ge
vat) en raakte hij yerward in de strik
ken van de slechte Helena, de assisten
te van Simon de Tovenaar. Maar zijn
liefde voor de goede Debora, de klein
dochter van Joseph van Arimithea,
overwint en de beker komt gereed.
V
We kunnen ons voorstellen, dat men
bezwaren tegen dit boek zal aanvoe
ren. We ,zien al wenkbrauwen fronsen,
om maar een sterk voorbeeld te noe
men, als de Apostel Paulus, die nooit
aards contact met Christus heeft ge
had, in vervoering raakt, wanneer hij
de beker voor het eerst ziet en wan
neer de Christenen een bijzondere
glans aan de beker zien. Maar, is het
niet zo, dat het geloofsoog meer ziet
dan het gewone oog en wordt ons niet
de jonge Christelijke Kerk beschre
ven, waarvan de leiders en ouderlin
gen immers gezichten zagen? Met grote
voorzichtigheid en in alle soberheid
hanteert Costain deze materie.
En de beker dan? Is hij geen reli
kwie? Nee, we geloven niet dat de
jonge Christelijke Kerk als Rooms
wordt beschreven. De leden van deze
Kerk, welke Kerk in haar eerste ont
wikkeling is, zochten een sterke tast
bare herinnering aan Christus. En een
fijne trek in het boek is juist, dat kort
nadat de beker gereed is, hij verdwijnt.
Het gevaar wordt afgesneden.
Dan komt een ontroerende climax in
het boek. Als men verslagen bijeenzit
om dit verlies, zegt Lucas na een visi
oen gekregen te hebben, dat de beker
terug zal komen. „Als hij weer uit het
donker te voorschijn komt, zal hij in
een geheel andere wereld beland zijn.
Dan zullen er grote steden zijn en
machtige bruggen en torens, hoger dan
de Toren van Babel. Maar het kwaad
zal dan losgelaten zijn op de aarde en
de mensen zullen langere en bittere
oorlogen voeren, met vreselijke midde
len om elkander te verdervenIn
die wereld zal de beker weinig indruk
maken en een beetje verloren en een
zaam staan. Maar het zou ook wel eens
kunnen gebeuren, dat de mensen in
die tijd, als ze over de bliksem beschik
ken en door de lucht zullen vliegen als
Simon de Tovenaar, de beker nog meer
nodig hebben, dan ze hem nu nodig
hebben".
In deze treffende symboliek, heen-
wijzend naar het Sacrament van het
Heilig Avondmaal en naar de Kerk,
ligt een grote troost, de troost van
Christus, die ook voor die wereld,
waarover Lucas sprak, gestorven is.
de J.
De zilveren beker, Thomas B.
Costain. Uitgegeven bij Jan van Tuyl,
Zaltbommel, Antwerpen. Triomfreeks.
19.00 Voor de jeugd. 19.35 Bijbellezing.
AVRO; 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz. 20.25
Med. 20.30 Act. 20.45 Kamerork. 21.25
„Even afrekenen. Heren!" 21.35 Strijkork.
22.05 Med. 22.10 Pianoduo. 22.20 Gram.
23.00 Nws. 23.15—24.00 Gram.
MAANDAG 12 ARPRIL 1954.
HILVERSUM I. (402 m.) NCRV: 7.00
Nws. 7.13 Gram. 7.30 Gewijde muz. 7.45
Een woord voor de dag. 8.00 Nws ei
weerber. 8.15 Sportuitsl. 8.20 Gram. 8.3<
„Tot Uw dienst", caus. 8.35 Gram. 9.0L
Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35
Waterst. 9.40 Gram. 10.30 Morgendienst.
11.00 Gram. 11.15 Gevar. muz. 12.25 Voor
boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinb.
med. 12.33 Orgelconc. 12.59 Klokgelui.
13.00 Nws. 13.15 Gevar. muz. 13.35 Gr:
14.00 Schoolradio. 14.30 Gram. 14.45 Vo
de vrouw. 15.15 Gram. 15.25 Pianoreciti
16.00 Bijbellezing. 16.30 Radio Philh. ork.
17.00 Voor de kleuters. 17.15 Kinderkoor.
17.30 Voor de jeugd. 17.45 Regeringsuitz.:
Rijksdelen Overzee: W. Lionarons: „Su-
riname-mozaïek van volksgroepen". 18.00
Harmonie ork. 18.20 Sport. 18.30 Gram.
18.45 Engelse les. 19.00 Nws en weerber.
19.10 Koper-ens. 19.30 „Volk en Staaft,
caus. 19.45 Huismuziek. 20.00 Radiokrant.
20.20 Salonork. 20.50 „Het leven van Ed
ward Grieg", hoorsp. 21.40 Gram. 21.55
Ned. Bijbelgenootschap .22.00 Pianorecital.
22.30 Gram. 22.45 Avondoverdenking. 23.00
Nws en S.O.S.-ber. 23.15 Evangelische uitz.
23.3024.00 Gram.
HILVERSUM U. (298 m.) VARA: 7.00
Nws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram.
7.50 Quatre mains. 8.00 Nws. 8.18 Gram.
8.35 Lichte muz. 9.00 Gym. v. d. vrouw,
9.10 „Onder de pannen", hoorsp. 9.30
Gram. VPRO: 10.00 „Voor de oude dag",
caus. 10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20
Fluit en piano. 10.45 Voor de zieken. 11.40
Voordr .12.00 Gram. 12.07 Dansmuz. 12.30
Land- en tuinb. med. 12.33 Voor het plat
teland. 12.38 Dansmuz. 13.00 Nws. 13.15 V.
d. middenstand. 13.20 Roemeens ork. 13.45
Gram. 14.00 Voor de vrouw. 14.15 Piano
recital. 14.45 Gram. 15.15 „Hun beide jon
gens", hoorspel. 16.15 Ork. conc. 16.45
Vragenbeantw. 17.15 Gram. 17.30 Orgelsp.
17.50 Mil. comm. 18.00 Nws en comm. 18.29
Gram. 18.45 Pari. overz. 19.00 Voor de
kinderen. 19.10 Kanttekeningen. 19.25
Volkszang. 19.45 Regeringsuitz.: Ir L.
Hartman: „Het bouw- en weideboek voor
de landbouw". 20.00 Nws. 20.05 „In Hol
land staat een huis", hoorspel met muz.
20.35 Aetherforum. 21.15 Dansmuz. 21.45
„Een pleidooi voor een ander omroepbe
stel", caus. 22.00 Ork. conc. 22.55 Nat.
Schaakkamp. 23.00 Nws. 23.15 Gram. 23.40
24.00 Orgelspel.
BRUSSEL. Vlaams (324 m.) 11.45 Gram.
12.30 Weerber. 12.34 Voor de landb. 12.42
Gram. 13.00 Nws. 13.15, 13.30 en 14.00
Gram. 15.00 Voor de zieken. 16.00 Kamer-
muz. 16.40 Gram. 17.00 Nws. 17.10 Llohte
muz. 18.00 Franse les. 18.15 Grairr 18.25
Financiële kroniek. 18.30 Gram. 19.00 Nws.
19.40 Gram. 20.00 Symph. cono. 20.35
Gram. 21.00 Kunstkaleidoscoop. 21.15 Qr-
kestconc. 22.00 Nws. 22.15 Gram. 22.55—
23.00 Nws.
De zomerzegels Nederland, die de P.T.T. dit jaar zal uitgeven, zullen de
beeltenis dragen van vijf Nederlanders, die in de laatste 100 jaren op cultureel
gebied van grote betekenis voor ons volk zijn geweest.
De waarden, voorstellingen, kleuren en ontwerpers zijn:
2 3 cent, de dichter Martinus Nijhoff, blauw. Ontwerper: Christiaau N.
E. de Moor, 's-Gravenhage.
5+9 cent, de componist Will em Pijper, sepia. Ontwerper: André van der
Vossen, Overveen.
7 5 cent, de architect Berlage, bruin-rood. Ontwerper: Edgar Fernhóut,
Amsterdam.
10+5 cent, de historicus J. Huizinga, groen. Ontwerper: Sierk Schroder,
Wassenaar.
25+8 cent, de schilder Vincent van Gogh, paars. Ontwerper Rein J.
Draijer, 's-Gravenhage,
De zegels zijn voor het publiek verkrijgbaar van 1 Mei 1954 tot en met
30 Juni 1954.
Geldigheidsduur tot en met ultimo December 1955.
De zegelgrootte bedraagt 24.24 bij 31.55 mm.