CUE® DE ZILVEREN BEKER Rijkswerkplaats te Middelburg biedt werkzoekenden goede kansen en ov6R zeeUnö Radio fci&nqt U Bijbelse roman van bijzondere allure Wie zijn vak goed heeft geleerd Wie er een opleiding ontving kreeg steeds een goede baan Braziliaanse familie oorzaak van alastrim-epidemie Geneeskundige dienst verzette bergen werk H0UTMAH Treffende symboliek ZOMERZEGELS 1954. Zaterdag 10 April 1954 ZEEUV'SCH DAGBLAD Pagina 11 OP het open binnenterrein van de Rijkswerkplaats voor vakontwikkeling te Middel burg staat een jonge man en werkt ingespannen aan een trapezium-1 vormig muurtje. Het is een fraai werkstuk. Als hij de laatste voegen heeft bijgewerkt, doet hij voldaan een stapje achteruit en bekijkt het als een schilder, die de laatste hand gelegd heeft aan een meesterdoek. Straks zullen hij en nog vele ande ren de cursus verlaten en in de bouwnijverheid een goede boter ham gaan verdienen. Want de vraag naar geschoold personeel is grot ngevoer zes maanden geleden .e hij het Arbeidsbureau binnen. j.ider werk. Een vak kende hij niet en daarom heeft hij de kans om op de Rijkswerkplaats een vak te leren met beide handen aangegrepen. Eerst moest hij een kleine test ondergaan. Die uit wees, dat hij aanleg bezit. En zo reisde hij naar Middelburg. Iedere dag wéér, om daar, onder leiding van werkmees ter Emmaneel, zijn opleiding te ont vangen. Eerst werkte hij een dag of vijf in de timmerwinkel waar hij, al knutselend, handvaardigheid ver.vveeg. Daarna volgden twee weken, waar.j hij leerde om buiten werkstukjes va1 .stellen, kozijnen en profielen. Toen hij j dat onder de knie had kon hij voor het eerst gaan metselen. Vier ca dertig werkstukjes moest hij afwerken. Bo- gen, hoeken, pilasters en schoorsteen tjes. Het lukte niet altijd, maar hij deed zijn best, begon opnieuw als het niet; naar zijn zin was, net zo lang tot hij het kon. Hij raakte ook vertrouwd met het metselen van rioleringen en putjes en leerde tot slot ook tegels zet ten. Vooral dat laatste is een secuur Werkje. Zo werkte hij en de anderen. Tussen door kregen zij ook theorie in een les lokaal waar de heer Dronkers de scep ter zwaait. Hier leerden zij tekenen, kregen zij kijk op bouwtekeningen en haalden zij de kennis van de lagere school nog eens geducht op. NAAR EEN BAAS. Drie en twintig man zijn thans in opleiding en zij zullen binnenkort de werkplaats verlaten. Achttien: leerden het metselaars vak en 5 zijn stucfdoor. Het is een - plezierige werkgemeen schap dat werd ons wel duidelijk. Zij hebben belangstelling voor eikaars prestaties én moedigen elkaar steeds aan. Wat zij voordien waren? De een .„was dijkwerker, de ander landarbeider, een derde ióswerkman. Iédere dag-reizen zij naar Middel burg. Het reisgeld is vrij en bovendien ontvangen zij een overbrugging krach tens de W.W. wet. Zij werken van half negen tot twaalf en van half een tot kwart over vijf. Tijdens hun opleiding kunnen zij voor goede werkstukken Ingezonden Mededeling (adv.) AUEEN ECHT MET HEI SAYERKRUlS en werkt ingespannen aan een muurtje... nog eén premie verdienen van f 1,50 tot f3,50 en het is daarom geen won der, dat zij hun uiterste best doen. In de practijk voldoen zij uitstekend. Het is wel gebeurd, dat één baas negen mensen tegelijk in zijn dienst narn, ne gen mensen, "dié s'.uk voor stuk vol deden. Het is ook gebeurd, dat een metselaar, die zó uit de Rijkswerkin richting kwam, van een baas meteen de opdracht kreeg een slagerij geheel te betegelen. „Kun je dat?" vroeg zijn baas. „Natuurlijk" zei de nieuwe met selaar en hij toog vol ambitie aan het werk. Toen het klaar was kreeg hij een pluim. Kijk, dat is hetZelf vertrouwen krijgen de mensen hier mee. Zelfvertrouwen en vakmanschap. Ge moogt gerust de werkstukjes gaan bekijken. We zagen ondermeer een ge- stuct plafond, dat de meest veeleisende werkgever een bewonderende uitroep zou ontlokken, zo prachtig was het af gewerkt. De heer K. van Dijk, Hoofdinspec teur-directeur van het Rijksarbeids bureau te Middelburg, vertelde ons dat men zal trachten aan de afdeling me- taalbewerken enige uitbreiding te-ge ven. Hier kunnen mensen van 18 tot 40 jaar een opleiding krijgen tot con structiewerker, electrisch lasser of me taaldraaier. Wie hiervoor interesse heeft kan bij hem terecht. Laat nie mand vergeten dat de spreuk die ook de Goese Ambachtsschool siert: „Wie zijn vak goed heeft geleerd, vindt de kost waar hij verkeert!" nog altijd geldt. B. en W. van Den Haag delen mee: 's-GRAVENHAGE, 9 April. Nu mag worden aangenomen, dat de epidemie van alastrim witte pokken in 's-Gravenhage is bedwongen, hebben B. en W. aan de taad een en ander meegedeeld over het verloop van deze ziekte. Daarby is komen vast te staan, dat een Braziliaanse familie, die op 27 October j.l. naar ons land was gekomen en op 3 December d.a.v. zijn intrek heeft genomen in een Haags hotel, de ziekte heeft „geïmporteerd". Het gezin bestond uit vader, moeder en een baby. De ouders waren in het bezit van een geldig internationaal vaccinatiebewijs tegen pokken, de baby was echter niet ingeënt. Gebleken is, dat de moeder in het hotel alastrim heeft gehad, terwijl de baby in de periode van 27 October tot 3 De cember aan de ziekte heeft geleden. Aangezien de eerste Haagse patiënten, bij wie naderhand alastrim is geconstateerd, kamermeisjes uit dit hotel waren, moet, aldus het Haagse college van B. en W., deze Braziliaanse familie als infectiebron zijn opgetreden. Nadat het duidelijk was, dat een zeer besmettelijke, pokachtige ziekte zich had voorgedaan, nam de gemeentelijke ge neeskundige dienst de nodige maatrege len tegen verdere verspreiding. Telkens wanneer bij deze dienst bericht binnen kwam, dat een zieke vermoedelijk aan alastrim leed, werd hij door de hygiënis$ van de dienst onderzocht. Indien het noodzakelijk werd geacht, ging de pa tiënt, pez speciale ambulance-auto naar het ziekenhuis. MOEILIJK KARWEI. Alvorens echter daartoe werd overge gaan, werden in een gesprek met de zieke en de aanwezige huisgenoten, eerst de contactpersonen vastgelegd. Dat betekende, dat werd nagegaan met wie de patiënt in de periode, dat hij reeds besmettelijk was, in aanraking was gekomen. Al deze contacten, het werden er in de loop der weken 426, zijn door de hygiënist bezocht, onder zocht en zo mogelijk gerevaccineerd. Voorts ging men na met welke personen deze directe contacten weer in aanraking waren gekomen. Ook deze z.g. indirecte Gontactper o .cii werden bezocht en zo mogelijk gerevaccineer'd. Zodra zij zich t voelden dienden zy zich te melden. VELE MAATREGELEN. Teneinde een verbreiding van de ziekte zoveel als mogelijk tegen te gaan werden vele maatregelen genomen. De eerste pa tiënten werden in een geheel ontruimde afdeling van het gemeentelijk ziekenhuis aan de Zuidwal geïsoleerd. Intussen wer den barakken in gereedheid gebracht, waarheen op 29 December drie patiënten werden overgebracht. Zij werden met het personeel volkomen geïsoleerd. Toen de ziekte zich bleef uitbreiden besloot men tot de isolatie van het gehele ziekenhuis. Later werd door de andere Haagse zie kenhuizen tijdelijk een verbod ingesteld voor het bezoek. Daarnaast werd aan de bevolking gelegenheid geboden zich te la ten revaccineren, doch daaraan is door slechts 50.000 mensen gevolg gegeven, hetgeen door B. en W. betreurd wordt. Ingezonden Mededeling (adv.) Sinsel 114-116 SCHIEDAM Seoert jat en vertrouwd adres PIANO'S ORGELS Ingezonden Mededeling (Adv.) Voor HERENCOSTUUMS Kremerstraat 11, Bergen op Zoom Ingez. Mededeling (advertentie) it maal willen wij in deze rubriek enkele publicaties behandelen, die zich bezig houden met de geschie denis van de waterstaat en de polders in Zeeland, in Januari van dit jaar ver scheen er als uitgave van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen een „Inventaris van de Archieven van de Rijkswaterstaat iii Zeeland (tot 1849)" van de hand van de heer M. P. de Bruin. Aan de inventaris gaat een in leiding vooraf, die in beknopte vorm de oprichting van de Rijkswaterstaat uiteen zet en aangeeft welke archieven men in deze inventaris kan vinden. Wist u b.v. dat de Rijkswaterstaat zich in de vorige eeuw ook bezig hield met het bouwen van kerken en torens? Men heeft daar aan zelfs het woord „waterstaatsstijl" ont leend - én dat niet in gunstige zin be doeld! Voor hen, die zich van de geschie denis van de waterstaat en het polder wezen in Zeeland beter op de hoogte willen stellen, is hier uitgebreid materiaal te vinden. Jammer genoeg is bij de ramp van Mei 1940 het vervolg van dit archief tot 1911 bij de Rijkswaterstaat verloren gegaan. In de eerste helft van de vorige eeuw zijn belangrijke werken in Zeeland uit gevoerd, waarvan wij als voorbeeld het kanaal van. Terneuzen zouden willen noe men. Zelfs leest men over de verplaatsing van het praalgraf der Gebroeders Evert- sen uit de Sint Pieterskerk naar de Nieu we Kerk te Middelburg (18161819). Zeer zeker zou zoiets tegenwoordig niet meer door de Rijkswaterstaat geschieden! Van dezelfde schrijver verscheen in het Januarinummer van 'het Tijdschrift van het Aardrijkskundig Genootschap een ar tikel over Bommenee. Thans bestaat er nog een polder van deze naam aan de Noorkant van Schouwen en een gehucht bij Zonnemaire. Vroeger evenwel is daar een min of meer belangrijke vissersplaats geweest, wie met de vloed van 1682 ten onder is gegaan. Het werd zelfs een stad genoemd, maar dat was wei een wat weidse naam voor een plaatsje, dat vooral een strategisch belang had tijdens de oor log met Spanje, doch dat sindsdien een kwijnend bestaan leidde. Ook hier komt weer duidelijk naar voren wat de bevol king heeft moeten ondergaan door storm vloeden. Inundaties van 1530, 1532, 1570 en tenslotte de genadeslag in 1682. Het meest merkwaardige is evenwel, dat dit gebied vroeger tot Holland behoorde. Dit houdt verband met de oude grenzen van Zee land. Wie zich ook maar oppervlakkig bezig houdt met de Zeeuwse geschiedenis, stuit telkens weer op de grote veranderingen, die deze provincie heeft ondergaan, door de heer H. Pieters in een artikel in het vorig jaar verschenen watersnoodnummer van het Zeeuws Tijdschrift „Metamorfo- sen"genoemd. Gedaanteverwisselingen, in derdaad, Neem slechts het gebied rond Sint Philipsland, dat vorig jaar in het zelfde Tijdschrift eveneens behandeld werd. Hoe meer men zich verdiept in de Zeeuwse historie, hoe meer men het uit- houdings- en incasseringsvermogen gaat bewonderen van de Zeeuwse bevolking. ZONDAG 11 APRIL 1954. HILVERSUM I. (402 m.) KRO: 7.45 Nws. 8.00 Palmwijding en plechtige hoog mis. NCRV: 9.30 Nws en waterst. 9.45 Orgelconc. IKOR: 10.00 „10 Verkeersre gels", caus. 10.30 Kerkdienst. NCRV: 12.00 Vocaal Dubbelkwartet. KRO: 12.15 Gram. 12.20 Apologie. 12.40 Hammondorgel en piano. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws en kath. nws. 13.10 „Een levend monument". 13.15 Symphonette ork. 13.40 Boekbespr. 13.55 Gram. 14.00 Voor de jeugd. 14.30 Cello en piano. 14.55 „Op de paden van het nabije Oosten", caus. 15.15 Kamerork. 15.55 Gram. 16.10 Katholiek Thuisfront Overal! 16.15 Sport. 16.30 Vespers. NCRV: 17.00 Geref. Kerkdienst. 18.30 Gewijde muz. 18.50 Kerkelijk nws. 18.55 Vocaal ens., ork. en sol. 19.30 „Weg en werk der kerkhervormers", caus. KRO: 19.45 Nws. 20.00 „Laat de kinderen bij mij komen", lijdensoratorium. 20.40 „Caesar's Vriend", hoorsp. (In de pauze: 21.2521.32 Gram). 22.45 Avondgebed en lit. kalender. 23.00 Nws. 23.15 Kamerverkiezingen in België. 23.2024.00 Gram. HILVERSUM H. (298 m.) VARA: 8.00 Nws en weerber. en poétduivenber. 8.18 Gram. 8.55 Sportmed. en postduivenber. 9.00 „Langs ongebaande wegen", caus. 9.15 Gram. 9.25 „Geestelijk léven", caus. 9.40 „Met en zonder omslag".! 10.10 Kamerork., klein koor en sol. 10.50 „Die goeie Alfred eenacter. 11.15 Promenade ork., klein koor en sol. AVRO: 12.00 „Matthaus- Passion". 13.35 Nws. 13.40 Boekbespr. 14.00 „Mattbaus-Passion" (verv.). 16.05 Film- praatje. 16.20 Gram. 16.30 Sportrevue. VA RA: 17.00 Instr. sext. 17.30 Voor de jeugd. 17.50 Sportjourn. 18.15 Nws en sportuitsl. VPRO: 18.30 Korte kerkdienst. IKOR: WAAR is toch de beker gebleven, waarin Christus, toen Hij in de nacht, dat Hij verraden werd, het Heilig Avondmaal instelde, de wijn roriddiende, nadat Hij het brood gebroken had? Met deze vraag heeft menigeen in het grijs verleden zich bezig gehouden. De avondmaalsbeker van Christus; vele legenden zijn er rond geweven, verscheiden schrijvers hebben hun gedachten en vooral hun fantasie erover laten gaan. Waar is deze heilige beker toch gebleven? Hij moet een fel begeerd aandenken geweest zijn voor de jonge Christelijke Kerk in de Oude "Wereld. Een aandenken voor deze verdrukte Kerk, die zo uitzag naar de wederkomst, om de nabijheid van Christus beter te gevoelen, tast baarder te beleven. Over deze dingen heeft de Amerikaan Thomas B. Costain een moderne roman geschreven, een moderne graalgeschiedenis in oude trant. „The silver Chalace" heet dit boek, dat vertaald door ds A. G. Barkey Wolf uit Antwerpen in het Nederlands onder de titel „De zilveren beker", is verschenen*). Het verhaal gaat niet over de beker alleen. Het behandelt vooral de felle strijd om het bestaan van de jonge Christelijke Kerk ten tijde van Keizer Nero. Op sobere, zakelijke,-maar daar door juist op suggestieve Wijze vertelt Costain over de aanvallen, die op de Kerk worden gedaan door de geweten loze Keizer Nero, door de orthodoxe Joden in Jeruzalem èn niet te vergeten door de felle Zeloten. Juist door deze nauwkeurige beschrijving wordt men tegen wil en dank getrokken in de levenssfeer van de oude wereld. Dit maakt het boek zo boeiend. En voegt men hierbij, dat men wordt opgeno men in het blijde geloofsleven van de verdrukte Christenen, dan is het dui delijk, dat „De zilveren beker" een Bij belse roman is van bijzondere allure. Tegen deze boeiende, nuchter ge schilderde achtergrond speelt zich de geschiedenis af van de kunstenaar Ba- sillius, die van de schatrijke Joseph van Arimithea de zilveren beker krijgt om deze eenvoudige beker te ver fraaien, te versieren met de koppen in reliëf van de twaalf apostelen, die het laatste avondmaal meemaakten. Om dit kunstwerk te kunnen uitvoeren, trekt Basillius naar Antiochië, Efeze en Ro me om de apostelen te leren kennen, (wat zijn de persoonlijkheden van de apostelen in enkele lijnen raak gete kend), dan raakt hij verzeild aan het hof van Nero (hoe scherp heeft Cos tain de behaagzieke, trotse en oneven wichtige Nero in zijn beschrijving ge vat) en raakte hij yerward in de strik ken van de slechte Helena, de assisten te van Simon de Tovenaar. Maar zijn liefde voor de goede Debora, de klein dochter van Joseph van Arimithea, overwint en de beker komt gereed. V We kunnen ons voorstellen, dat men bezwaren tegen dit boek zal aanvoe ren. We ,zien al wenkbrauwen fronsen, om maar een sterk voorbeeld te noe men, als de Apostel Paulus, die nooit aards contact met Christus heeft ge had, in vervoering raakt, wanneer hij de beker voor het eerst ziet en wan neer de Christenen een bijzondere glans aan de beker zien. Maar, is het niet zo, dat het geloofsoog meer ziet dan het gewone oog en wordt ons niet de jonge Christelijke Kerk beschre ven, waarvan de leiders en ouderlin gen immers gezichten zagen? Met grote voorzichtigheid en in alle soberheid hanteert Costain deze materie. En de beker dan? Is hij geen reli kwie? Nee, we geloven niet dat de jonge Christelijke Kerk als Rooms wordt beschreven. De leden van deze Kerk, welke Kerk in haar eerste ont wikkeling is, zochten een sterke tast bare herinnering aan Christus. En een fijne trek in het boek is juist, dat kort nadat de beker gereed is, hij verdwijnt. Het gevaar wordt afgesneden. Dan komt een ontroerende climax in het boek. Als men verslagen bijeenzit om dit verlies, zegt Lucas na een visi oen gekregen te hebben, dat de beker terug zal komen. „Als hij weer uit het donker te voorschijn komt, zal hij in een geheel andere wereld beland zijn. Dan zullen er grote steden zijn en machtige bruggen en torens, hoger dan de Toren van Babel. Maar het kwaad zal dan losgelaten zijn op de aarde en de mensen zullen langere en bittere oorlogen voeren, met vreselijke midde len om elkander te verdervenIn die wereld zal de beker weinig indruk maken en een beetje verloren en een zaam staan. Maar het zou ook wel eens kunnen gebeuren, dat de mensen in die tijd, als ze over de bliksem beschik ken en door de lucht zullen vliegen als Simon de Tovenaar, de beker nog meer nodig hebben, dan ze hem nu nodig hebben". In deze treffende symboliek, heen- wijzend naar het Sacrament van het Heilig Avondmaal en naar de Kerk, ligt een grote troost, de troost van Christus, die ook voor die wereld, waarover Lucas sprak, gestorven is. de J. De zilveren beker, Thomas B. Costain. Uitgegeven bij Jan van Tuyl, Zaltbommel, Antwerpen. Triomfreeks. 19.00 Voor de jeugd. 19.35 Bijbellezing. AVRO; 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz. 20.25 Med. 20.30 Act. 20.45 Kamerork. 21.25 „Even afrekenen. Heren!" 21.35 Strijkork. 22.05 Med. 22.10 Pianoduo. 22.20 Gram. 23.00 Nws. 23.15—24.00 Gram. MAANDAG 12 ARPRIL 1954. HILVERSUM I. (402 m.) NCRV: 7.00 Nws. 7.13 Gram. 7.30 Gewijde muz. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nws ei weerber. 8.15 Sportuitsl. 8.20 Gram. 8.3< „Tot Uw dienst", caus. 8.35 Gram. 9.0L Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00 Gram. 11.15 Gevar. muz. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinb. med. 12.33 Orgelconc. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nws. 13.15 Gevar. muz. 13.35 Gr: 14.00 Schoolradio. 14.30 Gram. 14.45 Vo de vrouw. 15.15 Gram. 15.25 Pianoreciti 16.00 Bijbellezing. 16.30 Radio Philh. ork. 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Kinderkoor. 17.30 Voor de jeugd. 17.45 Regeringsuitz.: Rijksdelen Overzee: W. Lionarons: „Su- riname-mozaïek van volksgroepen". 18.00 Harmonie ork. 18.20 Sport. 18.30 Gram. 18.45 Engelse les. 19.00 Nws en weerber. 19.10 Koper-ens. 19.30 „Volk en Staaft, caus. 19.45 Huismuziek. 20.00 Radiokrant. 20.20 Salonork. 20.50 „Het leven van Ed ward Grieg", hoorsp. 21.40 Gram. 21.55 Ned. Bijbelgenootschap .22.00 Pianorecital. 22.30 Gram. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nws en S.O.S.-ber. 23.15 Evangelische uitz. 23.3024.00 Gram. HILVERSUM U. (298 m.) VARA: 7.00 Nws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram. 7.50 Quatre mains. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 8.35 Lichte muz. 9.00 Gym. v. d. vrouw, 9.10 „Onder de pannen", hoorsp. 9.30 Gram. VPRO: 10.00 „Voor de oude dag", caus. 10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20 Fluit en piano. 10.45 Voor de zieken. 11.40 Voordr .12.00 Gram. 12.07 Dansmuz. 12.30 Land- en tuinb. med. 12.33 Voor het plat teland. 12.38 Dansmuz. 13.00 Nws. 13.15 V. d. middenstand. 13.20 Roemeens ork. 13.45 Gram. 14.00 Voor de vrouw. 14.15 Piano recital. 14.45 Gram. 15.15 „Hun beide jon gens", hoorspel. 16.15 Ork. conc. 16.45 Vragenbeantw. 17.15 Gram. 17.30 Orgelsp. 17.50 Mil. comm. 18.00 Nws en comm. 18.29 Gram. 18.45 Pari. overz. 19.00 Voor de kinderen. 19.10 Kanttekeningen. 19.25 Volkszang. 19.45 Regeringsuitz.: Ir L. Hartman: „Het bouw- en weideboek voor de landbouw". 20.00 Nws. 20.05 „In Hol land staat een huis", hoorspel met muz. 20.35 Aetherforum. 21.15 Dansmuz. 21.45 „Een pleidooi voor een ander omroepbe stel", caus. 22.00 Ork. conc. 22.55 Nat. Schaakkamp. 23.00 Nws. 23.15 Gram. 23.40 24.00 Orgelspel. BRUSSEL. Vlaams (324 m.) 11.45 Gram. 12.30 Weerber. 12.34 Voor de landb. 12.42 Gram. 13.00 Nws. 13.15, 13.30 en 14.00 Gram. 15.00 Voor de zieken. 16.00 Kamer- muz. 16.40 Gram. 17.00 Nws. 17.10 Llohte muz. 18.00 Franse les. 18.15 Grairr 18.25 Financiële kroniek. 18.30 Gram. 19.00 Nws. 19.40 Gram. 20.00 Symph. cono. 20.35 Gram. 21.00 Kunstkaleidoscoop. 21.15 Qr- kestconc. 22.00 Nws. 22.15 Gram. 22.55— 23.00 Nws. De zomerzegels Nederland, die de P.T.T. dit jaar zal uitgeven, zullen de beeltenis dragen van vijf Nederlanders, die in de laatste 100 jaren op cultureel gebied van grote betekenis voor ons volk zijn geweest. De waarden, voorstellingen, kleuren en ontwerpers zijn: 2 3 cent, de dichter Martinus Nijhoff, blauw. Ontwerper: Christiaau N. E. de Moor, 's-Gravenhage. 5+9 cent, de componist Will em Pijper, sepia. Ontwerper: André van der Vossen, Overveen. 7 5 cent, de architect Berlage, bruin-rood. Ontwerper: Edgar Fernhóut, Amsterdam. 10+5 cent, de historicus J. Huizinga, groen. Ontwerper: Sierk Schroder, Wassenaar. 25+8 cent, de schilder Vincent van Gogh, paars. Ontwerper Rein J. Draijer, 's-Gravenhage, De zegels zijn voor het publiek verkrijgbaar van 1 Mei 1954 tot en met 30 Juni 1954. Geldigheidsduur tot en met ultimo December 1955. De zegelgrootte bedraagt 24.24 bij 31.55 mm.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 11