De Rotterdamse havenvakschool Het goudland gevonden Huwelijkssluiting onderwerp van felle politieke strijd laat het niet bij leuzen over onderwijsvernieuwing maar brengt die ook in practijk Ca-va-Seul WRIGLEY ZEEUWSCH DAGBLAD Een moordschool!" zeggen de jongens Van een „opstapper" en 'n „armen en benenboot" Havenarbeider •4 Koninklijke opdracht ReAicdt acut aS-antté/ó. Bestelbon» Regering wil eerst mening van de kerken horen „Willem Barendsz" had minder goede vangst Job niet langer 'ISïr© II N.C.V.B. bestaat 35 jaar Nog steeds geen duidelijk beeld KERK &cJPioo~t Wilson moet getuigen Ned. Herv. Kerk keurt oprichting goed School en leger Vrffdsj 12 Maart 1954 pagina {(-redacteur.) aan de eerste jonge knaap (Van onze VRAAG eens de beste jonge knaap van een jaar of veertien: ..Wat zou je denken van een school, waar elke dag 2 uur sport en spel op de rooster staat. Waar je rondloopt in een zelfgekozen uniform en waar je zelf ook iets te vertellen hebt over de gang van zaken?" Het ant woord zou ongetwijieiu luiden: „Dat is een moordschool!" En dit is nu precies de term, die de leerlingen van de Havenvakschool in Rotter dam gebruiken, als ze hun oordeel geven over deze moderne onder wijsinrichting. Ze hebben daar trouwens alle reden voor. Voor de moderne havenarbeider is het niet meer voldoende te beschikken over een paar stevige knuisten en een brede rug om zakken te sjouwen. Dat ondervond de oud-minister van On derwijs, prof. dr. F. J. Th. Rutten, toen hij in 1949 enkele dagen als arbeider vermomd op de kaden en in de rui men had rondgedwaald. „Dit is een vak!" riep de professor uit, toen hij zijn onderzoek had be ëindigd. Ook in de haven stond de ontwikkeling niet stil. De steeds verder doorgevoerde mechanisatie brengt ook hier de behoefte mee aan geschoolde, technisch onderlegde en verantwoordelijke arbeidskrachten. Om een vak te kunnen beoefenen, moet een vakopleiding worden ge volgd en deze opleiding startte dan ook in de Rotterdams- haven nog datzelfde jaar. Deze 3-maandelijkse cursussen voor jonge arbeiders hebben echter één groot bezwaar: het bleek wel mogelijk deze mannen een vak-technische trai ning te geven, maar de mentale beïn vloeding, de „opvoeding tot de haven" stuitte op onoverkomelijke moeilijk heden. In de eerste plaats zijn de cur sisten hiervoor eigenlijk reeds te oud en bovendien melden zich maar al te vaak typen van twaalf ambachten en dertien ongelukken aan. Havenarbei der kan je immers altijd nog worden! Zo nam dan de Scheepvaartvereni ging Zuid, de organisatie van werkge- gers in de haven, het besluit om in sa menwerking met de arbeidersorganisa ties en met steun van de overheid de Havenvakschool te stichten, bestemd voor jongens van 15 of 16 jaar. Met de bijna spreekwoordelijke, Rot terdamse voortvarendheid werd dit plan ln record-tempo uitgevoerd, in Juli 1958 viel het besluit, Thomson's havenbedrijf stelde een bananenloods beschikbaar als voorlopig gebouw, binnen twee maanden w s de oude loods herschapen in een goed geoutilleerd schoolgebouw en in December j.l. ging de school draalen. Voorwaar een lichtend voorbeeld voor de veie plannenmakers van tegenwoor dig, die het na jaren nog niet verder dan een plan hebben gebracht! Frisse ideeën. De school werkt nu op volle toeren en bij een bezoek blijkt al spoedig, dat hier wat groots wordt verricht. Veel leuzen, waarvan de voorstanders van onderwijsvernieuwing al jarenlang de mond vol hebben totale opvoeding, zelfwerkzaamheid, opvoeding tot 'ver- antwoordeijkheid, geen onnodige bal last, geen intellectualistisch, maar op de practijk gericht onderwijs zijn hier zonder veel gepraat tot werke lijkheid gemaakt. Een enorm voordeel is het al, dat de leeringen hier dagelijks op hun jchool als het ware de harteklep van de haven voelen. Vanuit de ramen der leslokalen zien ze de zeeschepen bin nen; omen en uitvaren, horen ze het geluid van de winch en leven ze mee met het werk, dat later ook het hunne zal zijn. Een tijdens de les behandeld theoretisch geval kan door even naar bulten te gaan tot levende verkeliik- heid worden gemaal- Ook de tie is gehee op de have> 1. Directeur en leraren wo,^ aangesproken met „baas", de leerlingen zijn ingedeeld in „ploegen" met een door henzelf geko zen „kras" aan het hoofd. Eens in de week vergaderen de leraren met deze „krassen", die dan als woordvoerders van hun mede-leerlingen gelegenheid hebben bepaalde wensen naar voren te brengen en met wie allerlei school- zaken worden besproken. Zo was het de bedoeling dat de uniforme dracht voor de leerlingen de overall zou zijn. Maar de jongens zelf voelden meer voor een spijker broek met blauw shirt en 'n „vecht pet" als hoofddeksel. De jongens kregen hun zin en zijn wat trots op hun kledij. Leerplan. De eerste drie - ïaanden werken de jongens voor het „groene boekje", een term ontleend aan de Havenreserve, waar de beginneling ook in het bezit is van een boekje in deze kleur. Een belangrijk vak is de algemene haven kennis. De leerlingen moeten uit het hoofd een kaart kunnen tekenen van het havengebied, waar ze later immers zelfs in het donker de weg moeten weten. Ze moeten de plaats en num mering van de meerpalen kennen en de voornaamste rederijen met hun vlaggen. Ze moeten weten wat een cargadoor is en wat de taak is van een stuwadoor,^ wat een veem is en wat een entrepót. Als u een havenarbeider hoort zeg gen: „Een opstapper, die denkt dat wij een kat-iri-bakkie hebben, moet maar eens een dagje op een armen-en-benen -boot of bij het lossen van natte jassen ken, dan is hjj ook blij als hij kan, Door de directeur, de heer H. Loedeman, worden de a.s. havenarbeiders in alle geheimen van het schip ingewijd. is een vak dat ook geleerd moet worden gaan mopperen" zult u daarvan niet veel begrijpen. De leerlingen-haven- arbeider begrijpt het ook niet en krijgt daarom les in de specifieke haven terminologie. Al gauw kan hij deze zin dan vlot als volgt vertalen: „Een beginneling, die denkt dat wij een ge makkelijk baantje hebben, moet maar eens een dagje op een met balken be laden boot of bi) het lossen van koeien- huiden werken, dan is hij ook blij als het tijd is om een stukje te gaan eten". Hij weet dan ook, dat een jojo een drijvende kraan is en een Amsterdam mer een verkeerde hijs. In de hoofd stad noemen ze zo iets natuurlijk een Rotterdammer, want de rivaliteit tus sen beide havensteden leeft niet alleen in de hogere regionen! Bij het vak aaidrijkskunde wordt vooral aandacht besteed aan het ach terland van de Rotterdamse haven en aan de grote scheepvaartlijnen met de havens, die ze aandoen. Bij geschiede nis komt de historie van de haven na 1870 uitvoerig aan de orde, bij de na tuurlijke historie is het o.a. de rar, die devolle aandacht krijgt. E.H.B.O. is een belangrijk vak, maar de jongens leien ook knopen, splitsen en sjorrin gen in touw te leggen en een telefoon gesprek te voeren. Bij alle vakken wordt onnutte ballast geweerd en ken nis bijgebracht, die nutt'g is voor de practijk van het werk in de haven. In het Kabelgat, de grote werkplaats, wordt door middel van eenvoudige hout- en metaalarbeid de handvaar digheid en het omgaan met gereed schap geoefend. Daar in de afdeling hout modellen van schepen worden vervaardigd en in de metaalsector ook aandacht wordt besteed aan het onder houd van het onmisbare vervoermid del van de havenarbeider, de fiets, snijdt hier het mes van twee kanten. Aan sport, spel en zwemmen wordt meer tijd gewijd dan in welke Neder landse onderwijsinstelling dan ook. Ook andere factoren. Als aan het eind van de voorbereiden de cursus het boekje moet worden af getekend, spelen niet alleen de intellec tuele prestaties van de leerling een rol. Ook de algemene beoordeling, waarbij wordt gelet op de betoonde kameraad schap, discipline, nauwkeurigheid, nei ging om aan te pakken e.d. weegt zwaar mee. De rest van het eerste leerjaar kan de jongen dan werken voor het bruine boekje, terwijl het tweede leerjaar aan het blauwe boekje is gewijd. De zelfde leerstof wordt hierbij steeds uit gebreider behandeld, terwijl tenslotte ■nige kennis van het Enges wordt toe gevoegd. Kan een leerling het niet verder brengen dan het groene boekje, dan zal hij wel altijd havenarbeider moe ten blijven. Maar dat is niet erg. Ook aan gewone arbeiders is grote behoef te. Zij, die de hele school aflopen, heb ben kans op een betere baan. Munten ze uit in rekenen, dan worden ze mis schien weger of controleur, jongens met een technische knobbel vinden we wellicht terug als winchdrijver en uit de leerlingen met leidersgaven zullen de toekomstige bazen voortkomen. Al le leerlingen worden na volbrachte studie opgevangen door het gewone leerlingenstelsel, waarvoor de vak school de opbouw vormt. Op 18-jarige leeftijd kunnen ze dan als gezel hun loopbaan in de haven beginnen. Zo helpt deze nieuwe school Rotter dam aan een goede kern van havenar beiders, Iets waarmee de Internationale reputatie van deze wereldhaven staat of valt. Maar in haar Inrichting, leer plan en organisatie is zjj tevens een voorbeeld van een onderwijsinrichting, waar het oude woord: „Niet voor de school, maar voor het leven leren wjj" in de practijk wordt gebracht. Ingezonden Mededeling Cadv.) SCHOENCRÈME - WRIJFWAS KOPERPOETS HILVERSUM, 11 Maart. In de Kon. Handtapijtknoperij „Kinheim" te Beverwijk wordt op het ogenblik hard gewerkt aan een bijzondere en eervolle opdracht. Op bestelling van H.M. de Koningin wordt er nl. een kostbaar tapijt vervaardigd dat be stemd is voor de eetzaal van het pa leis Soestdijk en dat half April ge reed moet zijn, tijdig voor het statie- bezoek van het Deense koningspaar. Dit tapijt, dat ontworpen is door mevrouw Hildegard Brom—Fischer, wordt uitgevoerd in een blauw fond met een randmotief van vogels en bloemen. Er worden in totaal I.620.000 knopen in verwerkt. Drie vakkundige knoopsters, die elk da gelijks tussen de 7000 en 8000 kno pen maken, werken er aan. Met deze koninklijke order voegt de „Kinheim" een nieuwe bladzijde toe aan haar gulden boek van represen tatieve opdrachten, waarin reeds vele andere staan vermeld. Het is op veler verzoek, dat wij besloten om het feuilleton „Het verleden keert weer" in boekvorm verkrijgbaar te stellen. Nu reeds kan dit boek bij ons worden besteld. Het wordt alléén ingenaaid ge leverd tegen de prijs van 2.50. Abonné s kunnen dit boek bestellen bij de agent van „Zeeuwsch Dagblad ter plaatse of door inzending van onderstaande bon aan de administratie van „Zeeuwsch Dagblad", Lange Vorststraat 90, Goes. Vermoedelijk kunnen wij half April met de aflevering b^mnnen. In verband met de bepaling van de oplage is spoedige bestelling dringend gewenst. Uitknippen en zenden aan „Zeeuwsch Dagblad", Goes. U gelieve mij bij verschijning te zenden: exemplaren „Het verleden keert weer" tegen de prijs van 2.50 per exemplaar. Naam: Adres: Woonplaats: Golven van achterdocht in West-Duitsland - - - 5in AMSTERDAM, 10 Maart. De tot dusver behaalde resultaten van de „Willem Barendsz" zijn ten achter ge bleven bij die van het vorige seizoen. Uitzonderlijk slechte weersomstandig heden hebben de activiteit van de vloot aanzienlijk belemmerd. Op 28 Februari j.l. had de „Willem Barentsz" totaal geproduceerd 10.802 ton traan en 1.081 ton spermolie, (645,1 blauwe walvisseneenheden) zjjnde 5,46 procent van het per die datum door alle expe dities tezamen gevangen aantal een heden. In het vorige seizoen bedroeg de productie over een nagenoeg gelijke periode 14.082 ton traan en 320 ton spermolie, zijnde 6,18 BONN, 11 Maart. De huwe lijkssluiting is de laatste weken in Bonn onderwerp geweest van een felle politieke strijd, waarin de vrees voor het veldwinnen van katholieke invloeden in de federale regering de toon heeft aangegeven. De strijd ging om de vraag of de regering een weg wilde inslaan, die zou kunnen uitlopen op het niet langer verplichtend stellen van het burgerlijke huwelijk. In de nieuwe huwelijkswetgeving wenst de regering namelijk een ou de, nog uit de dagen van de „kul- tuurkampf" stammende bepaling te schrappen, die geestelijken met straf bedreigt, wanneer zij een kerkelijk huwelijk zouden sluiten vooraleer het burgerlijke huwelijk heeft paat" gehad. In de motivering van deze weige ring heet het, dat het weliswaar in weinige gevallen zou kunnen voor komen, dat het burgerlijke huwelijk geheel en al achterwege zou blijven, maar dit moest op de koop toe wor den genomen. Het is voornamelijk deze formule ring, die golven van achterdocht heeft verwekt. Deze is voornamelijk gericht tegen de katholieke minister voor gezinszorg, dr Wuermeling, wiens ac ties toch al door alle katholieken ui terst critisch worden beoordeeld. Liberalen, socialisten en ook de pro testantse politici ir de christelijke partij zijn heftig van leer getrokken tegen wat zij wilden zien als een eerste stap op de weg naar liet verval van het yer- plichte burgerlijke huwelijk. ONGEGROND Alhoewel van regeringswege deze vrees volkomen ongegrond wordt ge vonden, daar het vanzelfsprekend wordt geacht, dat gevallen waarin Ingezonden Mededeling CAdvJ verhoogt Uw werklust. Verkwik, en verfr,,,. bevordert Uw «ellust en geen burgerlijk huwelijk zou worden gesloten tot weinige uitzonderingen beperkt zouden blijven, is de tegen het vervallen van de strafbepaling gerich te oppositie echter zo sterk geworden, dat de regering tenslotte heeft moeten besluiten een stap verder te gaan. Zij heeft thans toegezegd, dat de wetsvoorstellen eerst dan in behan deling genomen zullen worden, wan neer de kerken uitdrukkelijk heb ben bevestigd, dat zij het burgerlijke huwelijk als verplicht zullen blijven beschouwen. Wat de Katholieke kerk betreft, overigens, naar dr Schroder, de nister van Binnenlandse Zaken, op merkte, zulk een erkenning practisch reeds vervat in het concordaat van het vroegere Duitse Rijk. De Evangelische kerken hebben reeds vroeger een formele erkenning van het verplichte burgerlijke huwe lijk uitgesproken. is mi- Ingezonden Mededeling (Adv.) ballpoints 2!" 's-GRAVENHAGE, 9 Maart. Op de eerste dag van de algemene verga dering van de Nederlandse Christen Vrouwenbond, die dit jaar op 6 en 7 Mei in de Ahoyhal te Rotterdam wordt gehouden zal het 35-jarige bestaan van de bond worden herdacht. Tijdens deze herdenking zal een vaandelschouw worden gegeven. Na afloop hiervan zullen de bezoekers ge zamenlijk een boottocht door de Rot terdamse havens maken. Op 7 Mei volgt de algemene vergadering, die, in tegenstelling tot de jubileumviering, een besloten karakter zal dragen. De nieuwste transfer maatregel i DJAKARTA, II Maart. Op de pas sagekantoren der verschillende scheep vaartmaatschappijen heerste deze week een vrij onoverzichtelijke situ atie, als gevolg van de laatste toelich tingen op de nieuwe regeling inzake de extra heffing op transfer voor diensten. De Stoomvaart Mij. „Nederland" en de Kon. Rotterdamse Lloyd zijn van mening, dat aangezien door de nieuwe regeling de toestand voor hen niet is veranderd zij transfereerden niet er geen aanleiding bestaat een toeslag op de passagetarieven in rekening te brengen. De vertegenwoordiging van de Hamburg—Amerikaljjn, en die var» de Tokio Shipping Company overwe gen geen toeslagheffing in rekening te brengen. De andere scheepvaartmaat schappijen konden hieromtrent nog geen mededelingen doen. De beide Ita liaanse maatschappijen, dè Lloyd Ttriesting en de Loto Laura, brengeo de toeslag van 66 2/3 pet. evenwel in rekening. De luchtvaartmaatschappijen K.L.M., B.O.A.C. en De Quantas berekenen eveneens een toeslag van dit percen tage op hun passagetarieven naar Imt buitenland. De Indonesia-Japan vrachtenconfe rentie, die op 3 Maart besloot tot het voorlopig heffen van de extra toeslag, maakte Maandag bekend, dat de toe slag niet meer zal worden geheven, in verband met de vrijstelling van het vrachtenvervoer volgens de nieuws regeling. en WASHINGTON, 10 Maart. De Amerikaanse minister van Defensie, Wilson, en andere defensie-autoritei- ten, zullen op 18 Maart getuigenis af leggen voor de senaatscommissie voor de strijdkrachten over het vraagstuk van communisten ln de strijdkrachten, verraden, j-m ïoop der dingen komt hem te hulp. In huis en tuin moet hij gereedschappen hanteren, waarvan hij de namen niet weet en zijn ongeveins de onkunde versterkt de overtuiging der anderen, dat hun taal hem vreemd is. Ze bekijken Joris met meewarige minachting en noemen hem Le Fla mingant. Ze weten, dat Vlaanderen ver weg ligt en Brabant nog verder. Maar van Les Pays Bas, de Lage Lan den, weten ze niets. Ze geloven, dat het een streek van moeras en bos is, waar de beren grimmen, waar de zee het land binnen dringt en bij nacht en ontij mens en dier te lijf gaat en meesleurt in de diepte, om later hun dode lichamen baldadig op het land te smijten, waar hun dolende zielen kermend blijven dwalen in de bange duisternis van dikbewolkte nachten. Hun taal is de taal van de twee knech ten aan de rotsige haven. Onkel Free- rik spreekt dezelfde taal, maar anders, fijner. Geleidelijk went Joris aan zijn om geving. Doch één ding verwondert hem. Is er op dit kasteel geen burgtheer? En geen burgtvrouwe? Het enige ge zinslid, dat hij te zien krijgt, is een dochtertje van vier of vijf jaar. Een allerliefst meisje. Haar hupse lipjes, rood als rijpe kersjes, omsluiten een mondje, dat een eindje open staat en een rijtje helder witte tandjes toont, keurig als soldaatjes in de rij. Het kind spreekt de zuivere klankrijke taal van Onkel Freerik, anders dan de knech ten en de meiden. Van haar hoort hij nieuwe woorden en fraaie zinnen en fijne nuanceringen, die het dienstvolk vreemd zijn. Het kind zoekt zijn ge zelschap, om met hem te keuvelen en vertelt hem, dat Mama dood is en Papa op reis. Het huispersoneel lacht om de taal die Joris zich heeft aangeleerd, om zijn fraaie wijze van spreken in toon en klank, die ze plagend nabootsen. „Dat heeft hij geleerd van de kleine jonkvrouw", spotten ze. Van een an- stevig genoeg zijn voor een luchtreisje, al bengelend aan da ra. De volgende dag informeert Joris bij de kok, wat die woorden te beduiden hebben. De kok antwoordt, dat het alles gekkenpraat is en anders niet, dat ze wel mogen oppassen, want de burgtheer is van zulke grappen niet gediend, en dat ze dubbel op hun hoe de moeten zijn, wanneer hun woorden geen grap, maar een kwaadaardige toespeling bedoelen. FEUILLETON door K. JONKHEID dere leermeester hebben ze geen ver moeden. Ze volharden in hun spottend geplaag, door te vragen of zulk een fijn heerschap nog langer in tuin en keuken moet verkeren en wanneer zijn aanstelling tot kamerdienaar te ver wachten is. Als Joris antwoordt, dat de Major beloofd heeft hem te bestemmen voor de zee, wordt hun spot een bulderend gejoel. Ze informeren of hij al eens kruit heeft geroken en goed tegen de hitte kan, ze grijpen hem vast, om zijn spieren te keuren, nek en hals te be tasten, om te onderzoeken, of deze Dat is kloeke taal, waar Joris be teuterd van staat te kijken. Kwaad aardige toespeling. Wat betekent dat? De tijd gaat voort, de zomer loopt ten einde, de herfstvruchten worden ingezameld, de rozen staan uitgebloeid. De winter komt en gaat, het voorjaar komt aangetreden met zachte dagen. In tuin en park is veel te doen. Joris werkt in de open lucht en vindt het heerlijk. De dampende keuken mag soms lekkere hapjes leveren, vooral in de tijd van Kerst en Heilige Drie Ko ningen, de frisse buitenlucht overtreft alles. De heerlijke geuren van verse koemest, pas gedolven aarde en jeug dig groen maken zijn gemoed licht en vrolijk en doen de dompige walmen van snertketel en bonenpot vergeten, hoewel overschotjes van speenvarken, patrijzen en kalkoen zeker niet te ver smaden zijn. Een kluifje wild zwijn smaakt heel wat pittiger dan gezouten spek, zoals hjj in Sceveling at bij een hap rammelende paardebonen met reuzel! Hij werkt dus in de tuin en hanteert vreemd gereedschap. Op een afstand arbeidt nog een man en langzaam na deren ze elkaar. Tot zijn verbazing herkent hij een van de twee pakken dragers aan de rotshaven. Zijn kleding van solide stof is vervangen door een flodderig buisje en hozen van een gro ve vezel, een gedaanteverandering, die volstrekt niet in zijn voordeel is. Hij kijkt naar Joris met tekenen van her kenning en lichte schrik en wendt zich schielijk af, om niet ontdekt te worden. Maar Joris vraagt meedogenloos „Moet jij niet aan de haven wezen?" ,,'s Winters nooit", is het korte ant woord. Hij heft zijn hoofd, luistert in de verte en verdwijnt achter een bos- sage. Joris luistert ook. Hij hoort spreken met zware doffe stem. En dan kijkt hij eensklaps verwonderd. Zijn ver wondering wordt schrik, want wat hoort hij? De stem van Onkel Freerik! Duidelijk en klaar! Hoe kan dat? Joris kijkt met grote ogen in de richting, waar het geluid der stemmen komt. Maar het komt niet nader, het versterft in de verte. (Wordt vervolgd). Commissariaat voor Maatschappelijk en Cultureel Werk 's-GRAVENHAGE, 10 Maart. De Generale Synode der Ned. Hervormde Kerk heeft besloten goedkeuring te geven aan de oprichting van een Com missariaat voor Maatschappelijk en Cultureel Werk vanwege de Ned. Her vormde Kerk. In dit Commissariaat zijn vertegen woordigd: de Algemene Diaconale Raad, de Hervormde Raad voor Kerk en Samenleving en de Raad voor het Jeugdwerk. Vertegenwoordigers van het Sociologisch Instituut der Ned. Hervormde Kerk en van de Stichting voor Psychologische en Paedagogische Arbeid zullen als adviserende leden deel uitmaken van het Commissariaat. Voorzitter van het Commissariaat is ds F. H. Landsman, secretaris voor Al gemene Zaken der Ned. Hervormde Kerk. De heer A. de Bruin is als se cretaris aan het Commissariaat toege voegd (adres: Carnegielaan 9, Den Haag). DEN HAAG, 10 Maart. Gezien de verontrusting die er bestaat over de voorlichting van militaire zijde aan de schooljeugd, stellen enkele leden van de Eerste Kamer aan de minister van Onderwijs voor een kleine commissie in te stellen, bestaande uit afgevaar digden van de kerkgenootschappen, het schoolwezen, de krijgsmacht en wellicht ook leden van de volksverte genwoordiging. Deze commissie zou da thans gegeven voorlichting nader moe ten onderzoeken en naar wegen moe ten zoeken om de thans bestaande be zwaren uit de weg te ruimen. Het grote aantal onbevoegden bij het Nijverheidsonderwijs. DEN HAAG, 10 Maart. Enkele leden der Eerste Kamer blijken zich ongerust te maken over het grote aan tal onbevoegde leerkrachten bij het Nijverheidsonderwijs. Dit onderwijs vertoont in de laatste jaren een zeer sterke stijging en men acht dit verblij dend. Nu bestaat er een Nederlands Instituut voor opleiding van leerkrach ten bij het Nijverheidsonderwijs blijkens de gegevens zijn echter in 1953 van de 503 leerlingen van dit Instituut er sechts 272 geslaagd terwijl 46 moest worden afgewezen. Men wil nu graag weten wat hiervan de oorzaak is en hoe hierin verbetering is te bren gen!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 5