De Rotterdamse havenvakschool
Het goudland gevonden
Huwelijkssluiting onderwerp van
felle politieke strijd
laat het niet bij leuzen over onderwijsvernieuwing
maar brengt die ook in practijk
Ca-va-Seul
WRIGLEY
ZEEUWSCH DAGBLAD
Een moordschool!" zeggen de jongens
Van een „opstapper" en 'n
„armen en benenboot"
Havenarbeider
•4
Koninklijke opdracht
ReAicdt acut aS-antté/ó.
Bestelbon»
Regering wil eerst mening van de kerken
horen
„Willem Barendsz"
had minder goede
vangst
Job niet langer
'ISïr©
II
N.C.V.B. bestaat
35 jaar
Nog steeds geen
duidelijk beeld
KERK
&cJPioo~t
Wilson moet getuigen
Ned. Herv. Kerk keurt
oprichting goed
School en leger
Vrffdsj 12 Maart 1954
pagina
{(-redacteur.)
aan de eerste
jonge knaap
(Van onze
VRAAG eens
de beste jonge knaap van
een jaar of veertien: ..Wat
zou je denken van een school, waar
elke dag 2 uur sport en spel op de
rooster staat. Waar je rondloopt in
een zelfgekozen uniform en waar
je zelf ook iets te vertellen hebt
over de gang van zaken?" Het ant
woord zou ongetwijieiu luiden: „Dat
is een moordschool!" En dit is nu
precies de term, die de leerlingen
van de Havenvakschool in Rotter
dam gebruiken, als ze hun oordeel
geven over deze moderne onder
wijsinrichting. Ze hebben daar
trouwens alle reden voor.
Voor de moderne havenarbeider is
het niet meer voldoende te beschikken
over een paar stevige knuisten en een
brede rug om zakken te sjouwen. Dat
ondervond de oud-minister van On
derwijs, prof. dr. F. J. Th. Rutten, toen
hij in 1949 enkele dagen als arbeider
vermomd op de kaden en in de rui
men had rondgedwaald.
„Dit is een vak!" riep de professor
uit, toen hij zijn onderzoek had be
ëindigd. Ook in de haven stond de
ontwikkeling niet stil. De steeds
verder doorgevoerde mechanisatie
brengt ook hier de behoefte mee aan
geschoolde, technisch onderlegde en
verantwoordelijke arbeidskrachten.
Om een vak te kunnen beoefenen,
moet een vakopleiding worden ge
volgd en deze opleiding startte dan
ook in de Rotterdams- haven nog
datzelfde jaar.
Deze 3-maandelijkse cursussen voor
jonge arbeiders hebben echter één
groot bezwaar: het bleek wel mogelijk
deze mannen een vak-technische trai
ning te geven, maar de mentale beïn
vloeding, de „opvoeding tot de haven"
stuitte op onoverkomelijke moeilijk
heden. In de eerste plaats zijn de cur
sisten hiervoor eigenlijk reeds te oud
en bovendien melden zich maar al te
vaak typen van twaalf ambachten en
dertien ongelukken aan. Havenarbei
der kan je immers altijd nog worden!
Zo nam dan de Scheepvaartvereni
ging Zuid, de organisatie van werkge-
gers in de haven, het besluit om in sa
menwerking met de arbeidersorganisa
ties en met steun van de overheid de
Havenvakschool te stichten, bestemd
voor jongens van 15 of 16 jaar.
Met de bijna spreekwoordelijke, Rot
terdamse voortvarendheid werd dit plan
ln record-tempo uitgevoerd, in Juli 1958
viel het besluit, Thomson's havenbedrijf
stelde een bananenloods beschikbaar als
voorlopig gebouw, binnen twee maanden
w s de oude loods herschapen in een
goed geoutilleerd schoolgebouw en in
December j.l. ging de school draalen.
Voorwaar een lichtend voorbeeld voor
de veie plannenmakers van tegenwoor
dig, die het na jaren nog niet verder
dan een plan hebben gebracht!
Frisse ideeën.
De school werkt nu op volle toeren
en bij een bezoek blijkt al spoedig, dat
hier wat groots wordt verricht. Veel
leuzen, waarvan de voorstanders van
onderwijsvernieuwing al jarenlang de
mond vol hebben totale opvoeding,
zelfwerkzaamheid, opvoeding tot 'ver-
antwoordeijkheid, geen onnodige bal
last, geen intellectualistisch, maar op
de practijk gericht onderwijs zijn
hier zonder veel gepraat tot werke
lijkheid gemaakt.
Een enorm voordeel is het al, dat
de leeringen hier dagelijks op hun
jchool als het ware de harteklep van
de haven voelen. Vanuit de ramen der
leslokalen zien ze de zeeschepen bin
nen; omen en uitvaren, horen ze het
geluid van de winch en leven ze mee
met het werk, dat later ook het hunne
zal zijn. Een tijdens de les behandeld
theoretisch geval kan door even naar
bulten te gaan tot levende verkeliik-
heid worden gemaal-
Ook de tie is gehee
op de have> 1. Directeur en
leraren wo,^ aangesproken met
„baas", de leerlingen zijn ingedeeld in
„ploegen" met een door henzelf geko
zen „kras" aan het hoofd. Eens in de
week vergaderen de leraren met deze
„krassen", die dan als woordvoerders
van hun mede-leerlingen gelegenheid
hebben bepaalde wensen naar voren
te brengen en met wie allerlei school-
zaken worden besproken.
Zo was het de bedoeling dat de
uniforme dracht voor de leerlingen
de overall zou zijn. Maar de jongens
zelf voelden meer voor een spijker
broek met blauw shirt en 'n „vecht
pet" als hoofddeksel. De jongens
kregen hun zin en zijn wat trots op
hun kledij.
Leerplan.
De eerste drie - ïaanden werken de
jongens voor het „groene boekje", een
term ontleend aan de Havenreserve,
waar de beginneling ook in het bezit
is van een boekje in deze kleur. Een
belangrijk vak is de algemene haven
kennis. De leerlingen moeten uit het
hoofd een kaart kunnen tekenen van
het havengebied, waar ze later immers
zelfs in het donker de weg moeten
weten. Ze moeten de plaats en num
mering van de meerpalen kennen en
de voornaamste rederijen met hun
vlaggen. Ze moeten weten wat een
cargadoor is en wat de taak is van een
stuwadoor,^ wat een veem is en wat
een entrepót.
Als u een havenarbeider hoort zeg
gen: „Een opstapper, die denkt dat wij
een kat-iri-bakkie hebben, moet maar
eens een dagje op een armen-en-benen
-boot of bij het lossen van natte jassen
ken, dan is hjj ook blij als hij kan,
Door de directeur, de heer H. Loedeman, worden de a.s. havenarbeiders in
alle geheimen van het schip ingewijd.
is een vak dat ook
geleerd moet worden
gaan mopperen" zult u daarvan niet
veel begrijpen. De leerlingen-haven-
arbeider begrijpt het ook niet en krijgt
daarom les in de specifieke haven
terminologie. Al gauw kan hij deze
zin dan vlot als volgt vertalen: „Een
beginneling, die denkt dat wij een ge
makkelijk baantje hebben, moet maar
eens een dagje op een met balken be
laden boot of bi) het lossen van koeien-
huiden werken, dan is hij ook blij als
het tijd is om een stukje te gaan eten".
Hij weet dan ook, dat een jojo een
drijvende kraan is en een Amsterdam
mer een verkeerde hijs. In de hoofd
stad noemen ze zo iets natuurlijk een
Rotterdammer, want de rivaliteit tus
sen beide havensteden leeft niet alleen
in de hogere regionen!
Bij het vak aaidrijkskunde wordt
vooral aandacht besteed aan het ach
terland van de Rotterdamse haven en
aan de grote scheepvaartlijnen met de
havens, die ze aandoen. Bij geschiede
nis komt de historie van de haven na
1870 uitvoerig aan de orde, bij de na
tuurlijke historie is het o.a. de rar, die
devolle aandacht krijgt. E.H.B.O. is
een belangrijk vak, maar de jongens
leien ook knopen, splitsen en sjorrin
gen in touw te leggen en een telefoon
gesprek te voeren. Bij alle vakken
wordt onnutte ballast geweerd en ken
nis bijgebracht, die nutt'g is voor de
practijk van het werk in de haven.
In het Kabelgat, de grote werkplaats,
wordt door middel van eenvoudige
hout- en metaalarbeid de handvaar
digheid en het omgaan met gereed
schap geoefend. Daar in de afdeling
hout modellen van schepen worden
vervaardigd en in de metaalsector ook
aandacht wordt besteed aan het onder
houd van het onmisbare vervoermid
del van de havenarbeider, de fiets,
snijdt hier het mes van twee kanten.
Aan sport, spel en zwemmen wordt
meer tijd gewijd dan in welke Neder
landse onderwijsinstelling dan ook.
Ook andere factoren.
Als aan het eind van de voorbereiden
de cursus het boekje moet worden af
getekend, spelen niet alleen de intellec
tuele prestaties van de leerling een rol.
Ook de algemene beoordeling, waarbij
wordt gelet op de betoonde kameraad
schap, discipline, nauwkeurigheid, nei
ging om aan te pakken e.d. weegt zwaar
mee.
De rest van het eerste leerjaar kan
de jongen dan werken voor het bruine
boekje, terwijl het tweede leerjaar
aan het blauwe boekje is gewijd. De
zelfde leerstof wordt hierbij steeds uit
gebreider behandeld, terwijl tenslotte
■nige kennis van het Enges wordt toe
gevoegd.
Kan een leerling het niet verder
brengen dan het groene boekje, dan
zal hij wel altijd havenarbeider moe
ten blijven. Maar dat is niet erg. Ook
aan gewone arbeiders is grote behoef
te. Zij, die de hele school aflopen, heb
ben kans op een betere baan. Munten
ze uit in rekenen, dan worden ze mis
schien weger of controleur, jongens
met een technische knobbel vinden we
wellicht terug als winchdrijver en uit
de leerlingen met leidersgaven zullen
de toekomstige bazen voortkomen. Al
le leerlingen worden na volbrachte
studie opgevangen door het gewone
leerlingenstelsel, waarvoor de vak
school de opbouw vormt. Op 18-jarige
leeftijd kunnen ze dan als gezel hun
loopbaan in de haven beginnen.
Zo helpt deze nieuwe school Rotter
dam aan een goede kern van havenar
beiders, Iets waarmee de Internationale
reputatie van deze wereldhaven staat
of valt. Maar in haar Inrichting, leer
plan en organisatie is zjj tevens een
voorbeeld van een onderwijsinrichting,
waar het oude woord: „Niet voor de
school, maar voor het leven leren wjj"
in de practijk wordt gebracht.
Ingezonden Mededeling Cadv.)
SCHOENCRÈME - WRIJFWAS
KOPERPOETS
HILVERSUM, 11 Maart. In de
Kon. Handtapijtknoperij „Kinheim"
te Beverwijk wordt op het ogenblik
hard gewerkt aan een bijzondere en
eervolle opdracht. Op bestelling van
H.M. de Koningin wordt er nl. een
kostbaar tapijt vervaardigd dat be
stemd is voor de eetzaal van het pa
leis Soestdijk en dat half April ge
reed moet zijn, tijdig voor het statie-
bezoek van het Deense koningspaar.
Dit tapijt, dat ontworpen is door
mevrouw Hildegard Brom—Fischer,
wordt uitgevoerd in een blauw fond
met een randmotief van vogels en
bloemen. Er worden in totaal
I.620.000 knopen in verwerkt. Drie
vakkundige knoopsters, die elk da
gelijks tussen de 7000 en 8000 kno
pen maken, werken er aan.
Met deze koninklijke order voegt de
„Kinheim" een nieuwe bladzijde toe
aan haar gulden boek van represen
tatieve opdrachten, waarin reeds
vele andere staan vermeld.
Het is op veler verzoek, dat wij besloten om het feuilleton „Het
verleden keert weer" in boekvorm verkrijgbaar te stellen. Nu reeds
kan dit boek bij ons worden besteld. Het wordt alléén ingenaaid ge
leverd tegen de prijs van 2.50.
Abonné s kunnen dit boek bestellen bij de agent van „Zeeuwsch
Dagblad ter plaatse of door inzending van onderstaande bon aan de
administratie van „Zeeuwsch Dagblad", Lange Vorststraat 90, Goes.
Vermoedelijk kunnen wij half April met de aflevering b^mnnen. In
verband met de bepaling van de oplage is spoedige bestelling dringend
gewenst.
Uitknippen en zenden aan „Zeeuwsch Dagblad", Goes.
U gelieve mij bij verschijning te zenden:
exemplaren „Het verleden keert weer" tegen de prijs van
2.50 per exemplaar.
Naam:
Adres:
Woonplaats:
Golven van achterdocht in West-Duitsland
- - - 5in
AMSTERDAM, 10 Maart. De tot
dusver behaalde resultaten van de
„Willem Barendsz" zijn ten achter ge
bleven bij die van het vorige seizoen.
Uitzonderlijk slechte weersomstandig
heden hebben de activiteit van de
vloot aanzienlijk belemmerd. Op 28
Februari j.l. had de „Willem Barentsz"
totaal geproduceerd 10.802 ton traan
en 1.081 ton spermolie, (645,1 blauwe
walvisseneenheden) zjjnde 5,46 procent
van het per die datum door alle expe
dities tezamen gevangen aantal een
heden. In het vorige seizoen bedroeg
de productie over een nagenoeg gelijke
periode 14.082 ton traan en 320 ton
spermolie, zijnde 6,18
BONN, 11 Maart. De huwe
lijkssluiting is de laatste weken in
Bonn onderwerp geweest van een
felle politieke strijd, waarin de
vrees voor het veldwinnen van
katholieke invloeden in de federale
regering de toon heeft aangegeven.
De strijd ging om de vraag of
de regering een weg wilde inslaan,
die zou kunnen uitlopen op het niet
langer verplichtend stellen van het
burgerlijke huwelijk.
In de nieuwe huwelijkswetgeving
wenst de regering namelijk een ou
de, nog uit de dagen van de „kul-
tuurkampf" stammende bepaling te
schrappen, die geestelijken met straf
bedreigt, wanneer zij een kerkelijk
huwelijk zouden sluiten vooraleer
het burgerlijke huwelijk heeft paat"
gehad.
In de motivering van deze weige
ring heet het, dat het weliswaar in
weinige gevallen zou kunnen voor
komen, dat het burgerlijke huwelijk
geheel en al achterwege zou blijven,
maar dit moest op de koop toe wor
den genomen.
Het is voornamelijk deze formule
ring, die golven van achterdocht heeft
verwekt. Deze is voornamelijk gericht
tegen de katholieke minister voor
gezinszorg, dr Wuermeling, wiens ac
ties toch al door alle katholieken ui
terst critisch worden beoordeeld.
Liberalen, socialisten en ook de pro
testantse politici ir de christelijke partij
zijn heftig van leer getrokken tegen
wat zij wilden zien als een eerste stap
op de weg naar liet verval van het yer-
plichte burgerlijke huwelijk.
ONGEGROND
Alhoewel van regeringswege deze
vrees volkomen ongegrond wordt ge
vonden, daar het vanzelfsprekend
wordt geacht, dat gevallen waarin
Ingezonden Mededeling CAdvJ
verhoogt Uw werklust.
Verkwik, en verfr,,,.
bevordert Uw
«ellust
en
geen burgerlijk huwelijk zou worden
gesloten tot weinige uitzonderingen
beperkt zouden blijven, is de tegen het
vervallen van de strafbepaling gerich
te oppositie echter zo sterk geworden,
dat de regering tenslotte heeft moeten
besluiten een stap verder te gaan.
Zij heeft thans toegezegd, dat de
wetsvoorstellen eerst dan in behan
deling genomen zullen worden, wan
neer de kerken uitdrukkelijk heb
ben bevestigd, dat zij het burgerlijke
huwelijk als verplicht zullen blijven
beschouwen.
Wat de Katholieke kerk betreft,
overigens, naar dr Schroder, de
nister van Binnenlandse Zaken, op
merkte, zulk een erkenning practisch
reeds vervat in het concordaat van het
vroegere Duitse Rijk.
De Evangelische kerken hebben
reeds vroeger een formele erkenning
van het verplichte burgerlijke huwe
lijk uitgesproken.
is
mi-
Ingezonden Mededeling (Adv.)
ballpoints 2!"
's-GRAVENHAGE, 9 Maart. Op
de eerste dag van de algemene verga
dering van de Nederlandse Christen
Vrouwenbond, die dit jaar op 6 en 7
Mei in de Ahoyhal te Rotterdam wordt
gehouden zal het 35-jarige bestaan van
de bond worden herdacht.
Tijdens deze herdenking zal een
vaandelschouw worden gegeven. Na
afloop hiervan zullen de bezoekers ge
zamenlijk een boottocht door de Rot
terdamse havens maken. Op 7 Mei
volgt de algemene vergadering, die, in
tegenstelling tot de jubileumviering,
een besloten karakter zal dragen.
De nieuwste transfer
maatregel i
DJAKARTA, II Maart. Op de pas
sagekantoren der verschillende scheep
vaartmaatschappijen heerste deze
week een vrij onoverzichtelijke situ
atie, als gevolg van de laatste toelich
tingen op de nieuwe regeling inzake
de extra heffing op transfer voor
diensten.
De Stoomvaart Mij. „Nederland" en
de Kon. Rotterdamse Lloyd zijn van
mening, dat aangezien door de nieuwe
regeling de toestand voor hen niet is
veranderd zij transfereerden niet
er geen aanleiding bestaat een toeslag
op de passagetarieven in rekening te
brengen. De vertegenwoordiging van
de Hamburg—Amerikaljjn, en die var»
de Tokio Shipping Company overwe
gen geen toeslagheffing in rekening te
brengen. De andere scheepvaartmaat
schappijen konden hieromtrent nog
geen mededelingen doen. De beide Ita
liaanse maatschappijen, dè Lloyd
Ttriesting en de Loto Laura, brengeo
de toeslag van 66 2/3 pet. evenwel in
rekening.
De luchtvaartmaatschappijen K.L.M.,
B.O.A.C. en De Quantas berekenen
eveneens een toeslag van dit percen
tage op hun passagetarieven naar Imt
buitenland.
De Indonesia-Japan vrachtenconfe
rentie, die op 3 Maart besloot tot het
voorlopig heffen van de extra toeslag,
maakte Maandag bekend, dat de toe
slag niet meer zal worden geheven, in
verband met de vrijstelling van het
vrachtenvervoer volgens de nieuws
regeling.
en
WASHINGTON, 10 Maart. De
Amerikaanse minister van Defensie,
Wilson, en andere defensie-autoritei-
ten, zullen op 18 Maart getuigenis af
leggen voor de senaatscommissie voor
de strijdkrachten over het vraagstuk
van communisten ln de strijdkrachten,
verraden, j-m ïoop der dingen komt
hem te hulp. In huis en tuin moet hij
gereedschappen hanteren, waarvan hij
de namen niet weet en zijn ongeveins
de onkunde versterkt de overtuiging
der anderen, dat hun taal hem vreemd
is.
Ze bekijken Joris met meewarige
minachting en noemen hem Le Fla
mingant. Ze weten, dat Vlaanderen
ver weg ligt en Brabant nog verder.
Maar van Les Pays Bas, de Lage Lan
den, weten ze niets. Ze geloven, dat
het een streek van moeras en bos is,
waar de beren grimmen, waar de zee
het land binnen dringt en bij nacht
en ontij mens en dier te lijf gaat en
meesleurt in de diepte, om later hun
dode lichamen baldadig op het land
te smijten, waar hun dolende zielen
kermend blijven dwalen in de bange
duisternis van dikbewolkte nachten.
Hun taal is de taal van de twee knech
ten aan de rotsige haven. Onkel Free-
rik spreekt dezelfde taal, maar anders,
fijner.
Geleidelijk went Joris aan zijn om
geving. Doch één ding verwondert hem.
Is er op dit kasteel geen burgtheer?
En geen burgtvrouwe? Het enige ge
zinslid, dat hij te zien krijgt, is een
dochtertje van vier of vijf jaar. Een
allerliefst meisje. Haar hupse lipjes,
rood als rijpe kersjes, omsluiten een
mondje, dat een eindje open staat en
een rijtje helder witte tandjes toont,
keurig als soldaatjes in de rij. Het kind
spreekt de zuivere klankrijke taal van
Onkel Freerik, anders dan de knech
ten en de meiden. Van haar hoort hij
nieuwe woorden en fraaie zinnen en
fijne nuanceringen, die het dienstvolk
vreemd zijn. Het kind zoekt zijn ge
zelschap, om met hem te keuvelen en
vertelt hem, dat Mama dood is en
Papa op reis.
Het huispersoneel lacht om de taal
die Joris zich heeft aangeleerd, om zijn
fraaie wijze van spreken in toon en
klank, die ze plagend nabootsen.
„Dat heeft hij geleerd van de kleine
jonkvrouw", spotten ze. Van een an-
stevig genoeg zijn voor een luchtreisje,
al bengelend aan da ra.
De volgende dag informeert Joris bij
de kok, wat die woorden te beduiden
hebben. De kok antwoordt, dat het
alles gekkenpraat is en anders niet,
dat ze wel mogen oppassen, want de
burgtheer is van zulke grappen niet
gediend, en dat ze dubbel op hun hoe
de moeten zijn, wanneer hun woorden
geen grap, maar een kwaadaardige
toespeling bedoelen.
FEUILLETON
door K. JONKHEID
dere leermeester hebben ze geen ver
moeden. Ze volharden in hun spottend
geplaag, door te vragen of zulk een
fijn heerschap nog langer in tuin en
keuken moet verkeren en wanneer zijn
aanstelling tot kamerdienaar te ver
wachten is.
Als Joris antwoordt, dat de Major
beloofd heeft hem te bestemmen voor
de zee, wordt hun spot een bulderend
gejoel. Ze informeren of hij al eens
kruit heeft geroken en goed tegen de
hitte kan, ze grijpen hem vast, om zijn
spieren te keuren, nek en hals te be
tasten, om te onderzoeken, of deze
Dat is kloeke taal, waar Joris be
teuterd van staat te kijken. Kwaad
aardige toespeling. Wat betekent dat?
De tijd gaat voort, de zomer loopt
ten einde, de herfstvruchten worden
ingezameld, de rozen staan uitgebloeid.
De winter komt en gaat, het voorjaar
komt aangetreden met zachte dagen.
In tuin en park is veel te doen. Joris
werkt in de open lucht en vindt het
heerlijk. De dampende keuken mag
soms lekkere hapjes leveren, vooral in
de tijd van Kerst en Heilige Drie Ko
ningen, de frisse buitenlucht overtreft
alles. De heerlijke geuren van verse
koemest, pas gedolven aarde en jeug
dig groen maken zijn gemoed licht en
vrolijk en doen de dompige walmen
van snertketel en bonenpot vergeten,
hoewel overschotjes van speenvarken,
patrijzen en kalkoen zeker niet te ver
smaden zijn. Een kluifje wild zwijn
smaakt heel wat pittiger dan gezouten
spek, zoals hjj in Sceveling at bij een
hap rammelende paardebonen met
reuzel!
Hij werkt dus in de tuin en hanteert
vreemd gereedschap. Op een afstand
arbeidt nog een man en langzaam na
deren ze elkaar. Tot zijn verbazing
herkent hij een van de twee pakken
dragers aan de rotshaven. Zijn kleding
van solide stof is vervangen door een
flodderig buisje en hozen van een gro
ve vezel, een gedaanteverandering, die
volstrekt niet in zijn voordeel is. Hij
kijkt naar Joris met tekenen van her
kenning en lichte schrik en wendt zich
schielijk af, om niet ontdekt te worden.
Maar Joris vraagt meedogenloos
„Moet jij niet aan de haven wezen?"
,,'s Winters nooit", is het korte ant
woord. Hij heft zijn hoofd, luistert in
de verte en verdwijnt achter een bos-
sage.
Joris luistert ook. Hij hoort spreken
met zware doffe stem. En dan kijkt
hij eensklaps verwonderd. Zijn ver
wondering wordt schrik, want wat
hoort hij? De stem van Onkel Freerik!
Duidelijk en klaar! Hoe kan dat? Joris
kijkt met grote ogen in de richting,
waar het geluid der stemmen komt.
Maar het komt niet nader, het versterft
in de verte.
(Wordt vervolgd).
Commissariaat voor
Maatschappelijk en Cultureel
Werk
's-GRAVENHAGE, 10 Maart. De
Generale Synode der Ned. Hervormde
Kerk heeft besloten goedkeuring te
geven aan de oprichting van een Com
missariaat voor Maatschappelijk en
Cultureel Werk vanwege de Ned. Her
vormde Kerk.
In dit Commissariaat zijn vertegen
woordigd: de Algemene Diaconale
Raad, de Hervormde Raad voor Kerk
en Samenleving en de Raad voor het
Jeugdwerk. Vertegenwoordigers van
het Sociologisch Instituut der Ned.
Hervormde Kerk en van de Stichting
voor Psychologische en Paedagogische
Arbeid zullen als adviserende leden
deel uitmaken van het Commissariaat.
Voorzitter van het Commissariaat is
ds F. H. Landsman, secretaris voor Al
gemene Zaken der Ned. Hervormde
Kerk. De heer A. de Bruin is als se
cretaris aan het Commissariaat toege
voegd (adres: Carnegielaan 9, Den
Haag).
DEN HAAG, 10 Maart. Gezien de
verontrusting die er bestaat over de
voorlichting van militaire zijde aan de
schooljeugd, stellen enkele leden van
de Eerste Kamer aan de minister van
Onderwijs voor een kleine commissie
in te stellen, bestaande uit afgevaar
digden van de kerkgenootschappen,
het schoolwezen, de krijgsmacht en
wellicht ook leden van de volksverte
genwoordiging. Deze commissie zou da
thans gegeven voorlichting nader moe
ten onderzoeken en naar wegen moe
ten zoeken om de thans bestaande be
zwaren uit de weg te ruimen.
Het grote aantal onbevoegden
bij het Nijverheidsonderwijs.
DEN HAAG, 10 Maart. Enkele
leden der Eerste Kamer blijken zich
ongerust te maken over het grote aan
tal onbevoegde leerkrachten bij het
Nijverheidsonderwijs. Dit onderwijs
vertoont in de laatste jaren een zeer
sterke stijging en men acht dit verblij
dend. Nu bestaat er een Nederlands
Instituut voor opleiding van leerkrach
ten bij het Nijverheidsonderwijs
blijkens de gegevens zijn echter in 1953
van de 503 leerlingen van dit Instituut
er sechts 272 geslaagd terwijl 46
moest worden afgewezen. Men wil nu
graag weten wat hiervan de oorzaak
is en hoe hierin verbetering is te bren
gen!