STEEDS MEER ZEEUWEN TREKKEN WEG ONZE CONCLUSIES Inwonertal van onze provincie liep met 1072 terug I VERLIES IN 64 GEMEENTEN Platteland stoot bewoners af, stadsbevolking neemt toe DE POSITIE DER EILANDEN Cijfers en conclusies over het bevolkingsverloop in 1953 Industrievestiging is voor Zeeland onontbeerlijk Emigratie ligt de Zeeuwen niet zeeuwsch dagblad Ramp had grote invloed op de cijfers En niet alleen de werkgelegenheid is oorzaak Dezeeitvse ste den verdienen ze ker afzonderlijk de aandacht. (Om geen in gezonden stukken te krij gen: het gaat niet om alle Zeeuwse steden, maar om de grootste!) het is nog altijd zo, dat Vlissingen verreweg de meeste in woners telt. Dan volgt Middelburg. De derde stad is Terneuzen, „op de voet" gevolgd door Goes. Jongeren trekken weg s Saterdag 13 Februari 1954 pagina 5 SOMBER is voor de provincie Zeeland het jaar 1953 geweest De grote stormvloed van de le Februari eiste wreed het leven van honderden Zeeuwen en verdreef duizenden van de grond, die hun lief was. Nog zijn niet allen teruggekeerd naar him haardsteden. Velen van hen zullen de terugreis naar Zeeland niet meer ondernemen. Zij vonden aiders in het land werk. Sommigen konden niet meer de moed vinden om opnieuw te wonen op een eiland, dat zo onverwacht door de zee werd besprongen. Zij zijn voor Zeeland verloren. Nu de balans over het vorige jaar kan worden opgemaakt en de cijfers kunnen worden gegroepeerd, is er één ding duidelijker geworden dan ooit: Zeeland wordt steeds meer een provincie met een afnemende bevol' king. Een afname, die vorig jaar niet geheel haar oorzaak vond in de watersnoodramp. De langzaam maar zeker voortgaande teruggang, die in de jaren tot en met 1952 nog werd gecamoufleerd doordat het geboorte-overschot groter was dan het vertrek- overschot, is het vorige jaar een omvang gaan aan nemen, die voor de toekomst van dit gewest niet veel goeds belooft. En met de grootste nadruk zal opnieuw de vraag gesteld dienen te worden, wat er moet gebeuren om dit proces tot stilstand te brengen. Een afname der bevolking met 1072 zielen. Ziedaar het uiteindelijke resultaat der uitvoerige becijferingen, waartoe de bevolkingsover- cdchten der (nog altijd) 101 Zeeuwse gemeenten aanlei ding gaven. Een resultaat, dat onmiddellijk werd beïn vloed door de ramp. Volgens opgaven der gemeentebestu ren kwamen in die ver schrikkelijke dagen en nachten 794 mensen om: 384 mannen en 410 vrouwen. Trekt men dit getal af van de 1072, dan blijft er een te- ru-rjjng van 278 zielen. He lemaal juist is deze hande ling natuurlijk niet, want van die 794 rampslachtoffers zouden er zeker zijn gestor ven, indien er geen ramp was geweest. Hoe het ook zij: er was een reële achter uitgang, die erop wijst, dat «en al enkele jaren aan de gang zijnde ontwikkeling zich in 1953 versnelde. Zeer hoge vertrekcijfers. Wanneer men de horizon tale staat met de cijfers van heel Zeeland wat nader be kijkt, dan blijkt, dat het vo rige jaar op alle Zeeuwse eilanden zich minder men sen vestigden dan vertrok ken. Het verschil wordt aangeduid als het vertrek- overschot. De conclusie is dus, dat elk eiland in de achteruitgang zijn aandeel heeft geleverd. Op Schou wen en Duiveland was dit bijzonder hoog, maar b.v. ook West Zeeuwsch-Vlaan- deren, dat toch geen enkele Inwoner bij de ramp ver loor, moest een negatief sal do boeken. Dit alles wijst erop, dat de arbeidsmogelijkheden on voldoende zijn om ieder in de gelegenheid te stellen zijn brood te verdienen. Zou men eens nagaan, uit welke leeftijdsgroepen de mensen naar elders vertrekken, dan zou men ongetwijfeld ont dekken, dat dit juist de jon geren zijn. Zeeland blijkt velen hunner geen perspec tieven meer te kunnen bie den. En één der gevolgen van hun vertrek is, dat het Zeeuwse geboortecijfer daalt. Het somberste beeld, Zoals reeds gezegd toont 1953 het somberste beeld der na-oorlogse jaren. Nog tot en met 1952 nam de be volking enigszins toe. En kele cijfers mogen dit ver duidelijken. Het jaar 1948 bracht een toename van 3170 zielen. Het volgende jaar was zij iets minder, n.l. 2850 zielen, maar in 1950 was er weer een lichte voor uitgang tot 3060 zielen. Toen kwam de neergang: in 1951 vermeerderde de bevolking maar met 1923 zielen en in 1952 kon Zeeland het niet verder dan tot 1509 brengen. Wij zouden hieraan nog kunnen toevoegen de cijfers van de geboorte- en van de vertrekoverschotten, maar volstaan met de mededeling, dat bij een tot en met 1952 ongeveer gelijkblijvend ge boorteoverschot het vertrek- overschot jaarlijks met en kele honderden omhoog ging. De gemeenten afzonderlijk. Wanneer men de gemeen ten afzonderlijk bekijkt, dan zal blijken, dat er niet min der dan 64 in inwonertal te rugliepen. Daartegenover boekten 31 gemeenten een vooruitgang, terwijl 6 ge meenten gelijk bleven, n.l. Aagtekerke, Serooskerke (W.), Kapelle, Ovezande, 's-Heerenhoek en Retran- chement. Alleen in 's-Heer Abtskerke deed zich geen enkel sterfgeval voor, ter wijl in Overslag en Nieuw- vliet geen enkele vrouw overleed. In alle 101 plaat sen werden vorig jaar kin deren geboren. Er is maar één oplossing Daarin liggen meer arbeidsmogelijkheden S DE TERUGGANG der bevolking alleen maar een gevolg van het feit, dat er onvoldoende woningen zijn? Wij geloven er niets van'. Het huizentekort speelt zeker een rol, maar het is niet doorslaggevend voor de ontwikkeling. Kijk alleen maar naar Goes, waar het toch ook niet bepaald fraai is gesteld met de woning voorraad, maar waar een grote toename te constateren was. De huizenfactor is voor de steden van veel grotere importantie dan voor het platteland. Wij zeggen dat toch maar, al zullen sommige plattelandsburgemeesters ons lelijk aankijken! In de dorpen gaat het in de meeste gevallen maar om enkele woningen (niet mee gerekend gemeenten als het stadje! Sint Maar tensdijk en Arnemuiden met haar vele krotwoningen en ook niet meegeteld de plaatsen, waar nog altijd de herbouw niet is voltooid). In de steden gaat het echter om honderden huizen. Wij geloven, dat het min of meer naïef is te denken, dat men de mensen in Zee land (vooral op het platte land) wel zal houden, als er maar een behoorlijke wo ning is. Nogmaals: dat is ze ker van invloed en het is een gerechtvaardigde eis bo vendien, maar in het alge meen houdt men de mensen met huizen niet vast. Er moet werk en er moet toe komstmogelijkheid zijn. Zijn die er niet, dan worden plaatsen gezocht, waar die wel liggen. MEER INDUSTRIE. En dat brengt ons bijna automatisch op de industrie. Men kan daarvoor pleiten en het vestigen van indus trieën in Zeeland als onmis baar voor de toekomst zien, daarmee is men er niet. De excentrische ligging wordt dikwijls als de voornaamste reden voor het ontbreken van industriële bedrijvig heid aangegeven. Daar is wel wat van waar. Als u een Groninger in Utrecht spreekt, vraagt hij enigszins medelijdend, wanneer u ein delijk in Zeeland terug kunt zijn. Zegt u: na twee en half tot drie uur, dan snapt hij het niet. Want hij doet er even lang over naar het Noorden! Maar goed: laat die excentrische ligging dan meevallen en de psycholo gische kant belangrijker zijn dan de werkelijkheid, de ondernemers komen toch maar niet naar Zeeland. De oorzaken? Er zijn te weinig mensen om een flink bedrijf op te zetten. Het klinkt vreemd, maar het is zo. Het is een vicieuze cir kei. Als er meer arbeids krachten waren (let er ook op, dat Zeeland relatief de minste werklozen telt), dan zou er allicht meer animo bij ondernemers bestaan Maarals er meer indu triële bedrijven bestondc dan zouden de mensen n! wegtrekken! Wie daarvo een oplossing geeft en bc vendien kans ziet de men sen uit overig Nederland d overdreven ideeën over dc moeilijke ligging van Zee land uit het hoofd te prater: die verdient een grote foti in de krant! j~\ e conclusies, die loij na verwer- Icing van het uitvoerige cijfer materiaal uit de bevolkingsover zichten konden trekken en die wij op deze pagina uitvoeriger toelich ten, kunnen als volgt worden sa- rhengevat: Het vertrek van de Zeeuwen uit hun provincie heeft het vorige jaar onrustbarende vormen aangenomen en was groter dan in enig jaar daarvoor. Er toas geen enkel eiland, waar zich meer mensen vestigden dan er ■ertrokken. Het geboorte-overschot was voor het eerst geringer dan het vertrek- overschot, zodat in 1953 van een zichtbareachteruitgang sprake was. Zelfs wanneer men rekening houdt met het feit, dat 794 Zeeuwen bij de ramp omkwamen, dan is er nog een reëele teruggang te con stateren. In 1953 werd de tendens van ontvolking van het platteland nog duidelijker dan in de jaren daar voor. Ij iet allen, die de dorpen ver lieten, vestigden zich in de steden of in de centrumgemeenten, maar verlieten d provincie. Meer industriële bedrijven op het plaü land (of in de dichtstbij gelegen grote', plaatsen) zijn voor het vasthouden der bc volking onmisbaar. De steden liepen, behalve Middelbu; omhoog, maar- dit was in de meeste gevalle, niet een rechtstreeks gevolg van een ruimer werkgelegenheid. Meer bouwvolume en dus meer woningt kunnen maar gedeeltelijk het ontvolkinspi ces keren. Primair is een uitbreiding d arbeidsmogelijkheden. Het aantal emigranten was in 1953 op vallend gering. De cijfers t WALCHEREN: Middelburg Vlissingen Aagtekerke Arnemuiden Biggekerke Domburg Grijpskerke Koudekerke Meliskerke Nw. en St. Joosland O. en W. Souburg Oostkapelle Ritthem Serooskerke Sint Laurens Veere Vrouwenpolder Westkapelle Zoutelande Totaal ZUID-BEVELAND: Goes Baarland Borssele Driewegen Ellewoutsdijk Heinkenszand Hoedekenskerke Kapelle Kattendijke Kloetinge Krabbendijke Kruiningen Nisse Oudelande Ovezande Rilland-Bath 's-Gravenpolder 's-H. Abtskerke 's-H. Arendskerke 's-Heerenhoek Waarde Wemeldinge Wolphaartsdijk Yerseke Totaal O.Z.-VLAANDEREN Axel Clinge Graauw en L.dam Hoek Hontenisse Hulst Koewacht Overslag Philippine Sas van Gent Sint Jansteen Terneuzen Vogelwaarde Westdorpe Zaamslag Zuiddorpe Totaal W.Z.-VLA ANDEREN Aardenburg Biervliet Breskens Cadzand Groede Hoofdplaat IJzendijke Nieuwvliet Oostburg Retranchement Schoondijke Sluis Waterlandkerkje Zuidzande Totaal SCHOU WEN-DUIVEL AND Inwoners 31 Dec. '53 tl l O M. V. Totaal O-S g ra CO 10661 11141 21802" 15 12926 12814 25740 +338 3 385 357 742 1444 1411 2855 13 446 435 881 5 706 712 1418 4 461 418 879 3 1290 1315 2605 24 369 333 702 34 662 608 1270 17 3121 3132 6253 73 851 980 1831 33 282 252 534 27 835 885 1720 695 701 1396 46 529 523 1052 3 2 497 488 985 9 1162 1146 2308 6 500 470 970 15 37822 38121 75943 +279 5 6775 7249 14024 +371 396 409 805 13 800 758 1558 36 309 313 622 2 226 256 482 4 3 1021 1065 2086 27 807 785 1592 11 1 2074 2029 4103 x- 587 550 1137 8 948 1000 1948 14 1 1473 1447 2920 49 2 2319 2302 4621 —227 62 333 311 644 2 367 400 767 12 4 714 688 1402 1097 1065 2162 91 12 705 671 1376 23 227 231 458 5 2453 2399 4852 38 758 741 1499 536 553 1089 12 1 1311 1253 2564 38 1274 1243 2517 43 12 2519 2451 4970 29 30029 30169 60198 17 98 3987 3835 7822 18 1867 1778 3645 59 893 827 1720 30 1315 1261 2576 34 i- 2795 2716 5511 29 8 2368 2597 4965 63 1342 1238 2580 19 156 147 303 4 636 652 1288 3 1956 1990 3946 32 2202 2056 4258 11 7022 7080 14102 +312 2006 1807 3813 15 1 1145 1172 2317 70 1726 1680 3406 18 1 449 455 904 17 31865 31291 63156 +390 11 2087 1968 4055 4 1112 998 2110 13 1802 1700 3502 19 x* 482 471 953 15 1103 1051 21^ 44 717 656 1373 3 1482 1378 2860 7 254 220 474 10 1673 1840 3513 67 313 290 603 1004 1012 2016 19 1330 1256 2586 5 274 265 539 16 447 415 862 21 14080 13520 27600 57 Zierikzee 3432 3535 6967 —162 25 Brouwershaven 562 574 1136 60 3 Bruinisse 1079 1147 2226 91 1 Burgh 375 342 717 15 10 Dreischor 486 440 926 94 31 Duivendijke 242 216 458 62 Eikerzee 265 246 511 6 1 Ellemeet 241 225 466 38 Haamstede 890 838 1728 13 1 Kerkwerve 393 358 751 50 3 Nieuwerkerk 736 722 1458 —400 276 Noordgouwe 417 445 862 1 Noordwelle 215 179 394 61 Oosterland 866 831 1697 —122 58 Ouwerkerk 256 242 498 67 49 Renesse 439 410 849 19 Serooskerke 105 99 204 15 8 Zonnemaire 389 383 772 19 Totaal THOLEN EN ST. Oud-Vossemeer Poortvliet Scherpenisse Sint Annaland St. Maartensdijk Stavenisse Tholen St. Philipsland Totaal NOORD-BEVELAND: Kortgene Wissekerke Totaal 11388 11232 22620 —1231 466 PHILIPSLAND: 1121 1110 2231 2 862 802 1664 41 673 669 1342 10 1338 1338 2676 4 1378 1319 2697 11 2 787 715 1502 —235 153 1612 1675 3287 5 2 1064 1033 2097 39 9 8835 8661 17496 —333 166 1824 1778 3602 —146 47 1811 1701 3512 9 1 3635 3479 7114 —137 48 De verwachting, dat Vlis singen in 1953 de 26.000 zou halen, is niet bewaarheid. Het scheelde zelfs nog en kele honderden. Hoe dat kwam? Eenvoudig, doordat er meer inwoners -vertrok ken dan er zich vestigden. Het schijnt, dat aan de sprongsgewijze ontwikke ling der Scheldestad een einde is gekomen. Tot en met 1952 was er een toeloop naar Vlissingen. Het is wel typisch: een bedrijf als „De Schelde" kan nog altijd heel wat mensen gebruiken. In de buurt zijn zij niet te vin den, vooral niet de vakmen sen, die nodig zijn. Er is na tuurlijk gebrek aan wonin gen, maar de factor van de excentrische ligging spreekt een hartig woordje mee. Bij de beoordeling der cijfers moet ook worden bedacht, dat er in 1953 heel wat per soneelsleden van de Stoom vaartmaatschappij „Zee land" Vlissingen hebben verlaten en in Hoek van Holland zijn gaan wonen. Middelburg. Voor Middelburg is het jaar 1953 wel een heel grote teleurstelling geworden. Het is voor deze stad heel wat moeilijker de factoren, die de teruggang bepaalden, aan te geven. Zeer zeker is het zo, dat het grote woningte kort de ontwikkeling tegen hield, maar dit kan toch niet alleen de reden zijn. Zien wij het goed, dan is er spra ke geweest van een zeer groot vertrek naar meer in het centrum der provincie liggende plaatsen. Industrieën vestigden zich niet. Het karakter als ver zorgingscentrum voor de omgeving bleef uiteraard behouden, maar de situatie is nu wel zo, dat deze ver zorgende taak volledig kan worden vervuld. Wat bete kent, dat zich in Middelburg maar weinig zaken meer zullen vestigen en dat ook grossiersbedrijven etc. op hun maximum" staan. Terneuzen. De gemeente Terneuzen heeft ook het vorige jaar 'n aardige winst weten te boe ken. Er is hier wel duidelijk sprake van een toeloop der zuivere plattelandsbevolking naar de stad. Terneuzen be zit (Sluiskil!) een aantal florerende industrieën, die het vorige jaar heel wat mensen konden aantrekken. En meer inwoners brengen automatisch voor de verzor gende bedrijven meer werk, hetgeen weer resul teert in uitbreiding van per soneel. Goes. De vooruitgang in inwo nertal van Goes was bijzon der groot. De centrumposi tie van deze stad bracht vo rig jaar een zeer groot aan tal vestigingen mee. Merk waardig is, dat er geen in dustrieën bijkwamen, zodat de grote toeloop in geen ge val daardoor kan worden verklaard. De bijzonder gunstige ligging voor de verbindingen met de Zeeuwse eilanden is dé re den voor de toename. Er zijn enkele factoren, die een zeer belangrijke rol hebben gespeeld. Zoals er in Goes na de inundatie van Walcheren een behoorlijk aantal geëvacueerden van dit eiland bleef wonen, zo hebben zich vorig jaar heel wat mensen, die tengevolge van de ramp Kruiningen moesten verlaten, hier ge vestigd. Bovendien werd Goes nog meer het agrari sche centrum van Zeeland. De Rijkslandbouwvoorlich- tingsdienst werd hierheen overgeplaatst, mèt de nodi ge ambtenaren, terwijl ook mensen van de herverkave ling hun tenten in Goes kwamen opslaan. En verder werd deze stad ook in 1953 nog meer het centrum, van waaruit de handelsreizigers hun contacten met de klan ten in Zeeland onderhouden. De andere steden, Zierikzee moet vanzelf sprekend anders worden be keken dan voorheen. Er is hier niet uit te maken, welk deel van de achteruitgang een onmiddellijk gevolg was van de ramp en welk deel daarmede geen verband hield. Het lijkt bijna onmo gelijk tenzij de algemene economische situatie in Zee land en ook op Schouwen- Duiveland zich sterk wijzigt door de grootse plannen, waarvan sprake is dat 'n stad als Zierikzee de achter stand nog zal inhalen. Wij moeten in dit artikel nog melding maken van en kele opvallende stijgingen in Oost Zeeuwsch-Vlaande ren. Zij betreffen voorname lijk Hulst en Westdorpe. Voor een deel is deze stij ging te danken aan een gro tere vestiging. De conclusie ligt voor de hand: in deze plaatsen neemt de industrie een grotere plaats in, terwijl de verzorgende bedrijven ook van meer betekenis worden. Stad Tholen bleef practisch stationnair. Er was een vertrekoverschot. Oost burg tenslotte klom behoor lijk. Ook hier speelde de centrale ligging een voorna me rol. Dat blijkt uit het feit, dat er zich meer men sen vestigden dan er ver trokken. EMIGRATIE ligt de Zeeuwen niet. De landelijke cijfers over de na-oorlogse jaren bevestigden dat al en de conclusies, waartoe wij na kennisname der ge tallen over 1953 kwamen, onderstreepten dat nog eens. Niet alle gemeentebesturen bleken in staat te zijn uit te rekenen, hoeveel inwoners waren geëmi greerd. Wel wat vreemd, maar vooruit. Aan de hand van de cijfers, die wij wèl ontvingen en na een voor zichtige schatting van de andere gemeenten ontdek ten wij, dat er in 1953 tussen de 700 en 800 Zeeuwen geëmigreerd moeten zijn. Rekent u het percentage maar eens uit op de ruim 270.000 inwoners van onze provincie. Zuid-Beveland had relatief het grootste aantal emi granten en Tholen kwam het het laagste percentage uit de bus. Er zouden naar aanleiding van deze feiten heel wat beschouwingen gegeven kunnen worden over de mentaliteit nan de beuolking, maar dat zou ons te ver voeren. Evenals een beschouwing over de omstandigheid, dat volgens de ons verstrekte opgaven de zuiver rooms-katholieke gemeenten in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen maar vier emigranten lever den. Sommigen hebben verwacht, dat de belangstelling voor emigratie in de rampgebieden flink zou stijgen. Die verwachting is niet uitgekomen. Op Schouwen en Duiveland waren er nog geen 80 emigranten. HET ZEEUWSE PLAT TELAND staat steeds meer bewoners at. Dat kan zonder enige twij fel de conclusie zijn na de bestudering der cijfers van het bevolkingsverloop in 1953. Waar de mensen alle maal blijven? Voor een deel trekken zij naar de steden in onze provincie of naar de centrumgemeenten, die elk eiland bezit. Maar die van gen lang niet allen op. Want als dat wel zo was, dan zou den die plaatsen veel meer inwoners moeten hebben. De tweede conclusie moet dus zijn, dat een deel van de mensen de provincie ver laat om elders een bestaan te vinden. Het zou bijzonder interessant zijn na te gaan, naar welke provincies en plaatsen de Zeeuwen trek ken. Hoewel wij dat niet weten, kan er toch wel iets in het algemeen van worden gezegd. Het gaat bij dat vertrek om duizenden per jaar. Na tuurlijk staat daartegenover, dat er ook duizenden van el ders in Zeeland komen wo nen, maarde eerste ca tegorie was in 1953 toch al tijd nog enkele duizenden personen groter dan de tweede. En zoals gezegd: de meeste mensen verlaten juist het platteland. De (weinige) steden blijven iets beter op peil. LANDBOUW IS VERZADIGD. De oorzaak is niet ver te zoeken. De landbouw heeft geen mensen meer nodig. Behalve misschien in de tijd van oogst, maar dat is slechts een korte periode, waarin de arbeid met kunst en vliegwerk toch wel klaar komt. Voor de jonge boer en dat geldt ook voor de jonge landarbeider is er geen toekomst meer in het dorp. Velen, die niet weggaan, vinden (vooral in een jaar als 1953) nog werk bij al lerlei cultuurtechnische ob jecten, maar de anderen zoeken het elders. Hoeveel boeren zijn er niet, van wie de zoons een ander beroep kiezen? Waarvoor zij naar „Holland", het verzamel woord voor alles buiten Zeeland, moeten. Dat de mechanisatie van de landbouw een woord mee spreekt mag als algemeen bekend worden veronder steld. Waar vroeger een landbouwbedrijf een flinke kern van arbeiders nodig had, kan nu worden vol staan met één of twee vaste arbeiders, die bovendien verstand van motoren en machines moeten hebben. Men kan voor Zeeland de teruggang van het platte land betreuren, de aan de gang zijnde ontwikkeling is niet tegen te houden. GEMIDDELDE LEEF TIJD STIJGT. De gemiddelde leeftijd der plattelandsbevolking wordt steeds hoger. Dit verschijn sel is gemakkelijk te verkla ren. Vooral de jongeren trekken weg. De ouderen blijven achter. Voorzover wij konden be oordelen is alleen voor Wal cheren een duidelijke Teden voor de teruggang van de bevolking der zuiver agra rische gemeenten aan te ge ven. Een reden, die overi gens niet de volledige afna me verklaart. Wij doelen op het vertrek der boeren naar de Noord Oost Polder. Voor de andere eilanden geldt dit niet. Dat komt dit jaar wel. Nu is al bekend, dat er 34 boeren (met hun gezin nen) naar de Noord Oost Polder gaan en dus de her- verkavelingsgebieden zullen verlaten. Het zullen er nog heel wat meer worden. Een deel zal een bedrijf in Zee land zelf krijgen, in de Quarles- en in de Braak manpolder. O, O Overleden 1953 Eilanden Inwonertal 31 Dec. 1952 Geboren '53 Watersn. Norm. fact. Gevestigd '53 Vertrokk. '53 Inwonertal 31 M. V. Totaal M. V. M. V. M. V. M. V. M. V. M. V. Walcheren 37.703 37.961 75.664 780 736 4 1 332 295 2.042 1.966 2.367 2.246 37.822 38.121 Zuid-Beveland 29.975 30.206 60.181 643 604 48 50 245 244 1.135 1.243 1.431 1.590 30.029 30.169 Oost Zeeuwsch-Vlaanderen 31.649 31.117 62.766 646 616 6 5 244 283 1.169 1.381 1.349 1.535 31.865 31.291 West Zeeuwsch-Vlaanderen 14.095 13.562 27.657 283 259 131 129 556 634 723 806 14.080 13.520 Schouwen en Duiveland 11.948 11.903 23.851 234 195 228 238 114 95 345 368 797 901 11.388 11.232 Tholen en St. Philipsland 8.982 8.847 17.829 172 144 75 91 93 89 190 206 341 356 8.835 8.661 Noord-Beveland 3.700 3.551 7.251 66 71 23 25 33 42 86 80 161 156 3.635 3.479 Totaal 138.052 137.147 275.199 2.824 2.625 384 410 1.192 1.177 5.523 5.878 7.169 7.590 137.654 136.473 5.449 794 2.369 11. 401 14.759 Totaal 75.943 60.198 63.156 27.600 22.620 17.496 7.114 274.127 +- o-P o: CQ C O H <D a tiüO 3 3 u co V ■+- <y V C £2 x M. V. Geëmi greerd '53 a <D •M is X 279 102 81 594 17 700 109 98 457 390 51 43 440 57 32 24 190 —1.231 3.304 275 37 42 14S 333 185 11 6 147 137 11 7 4 63 —1.072 4.200 275 349 298 2.036 60 H >3 '3 0 H 37 20 8 3 2 2 1 73

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 5