UÓ-c fytMegJUjk eeiancl £),e iacui de, uweJh ONDERWIJS OPVOEDING CULTUUR Even lachen? UIT DE WERELD VAN HET BOEK Frans woordenboek OPVOEDKUNDIGE RUBRIEK ■iiiiiiiiniiaiiiiHiWiaiiiiiiiiiiBBai Bodembescherming si I die ons rechtsgevoel volkomen bevre digen. Hier ligt een zeer duidelijke, maar tot nu toe, ondanks herhaald en drin gend verzoek, consequent ontweken taak voor de Christelijke pers. Verant woordelijke persmensen die dit moch ten lezenhet is inderdaad de be doeling dat U zich dit aantrekt! Er moet hier recht gedaan worden! Deze Bond heeft nu in de loop van zijn bestaan veel gedaan en kwam uit ce aard der zaak veel in aanraking met de leesbehoefte op Jiet Platteland. Richtte hij zich bij zijn strijd voor de Chr. Leeszalen hoofdzakelijk tot de grotere plaatsen, meer en meer werd hij geconfronteerd met de behoefte die ook op het Platteland gevoeld werd aan een verantwoorde Lectuurvoor ziening. Hij heeft toen gemeend zich aan deze nieuwe taak van arbeid niet te mogen onttrekken. Naarmate het getal contacten op het Platteland groeide, werd ingezien dat hiervoor eigenlijk een afzonderlijke organisatie noodzakelijk is. Daaruit werd het initiatief geboren om deze organisatie ook inderdaad in het leven te roepen. Dit zou later worden: de P.C.L.R.! Zo heeft deze Bond reeds nu een pracht staat van dienst. Dat zijn strijd zo moeilijk was en op veel verzet stuitte is werkelijk niet zijn schuld. Maarwat meer har telijk meeleven en daadwerkelijke steun van ons zou deze Bond deugd doen! We voegen er geen commentaar bij. Laten onze mensen, die ten Platte-; lande leiding hebben te geven, we denken aan schoolhoofden, onderwij zers, jeugdleiders, predikanten, en ver der zij die van de grote behoefte van goed geestelijk voedsel voor ons Chris tenvolk overtuigd zijn, de handen in een slaan. Er is nu gelegenheid voor! door C. R. C. Herckenrath, met medewerking van Albert Dory, eerste deel, FranschNeder- landsch. 6e druk. Uitgave: J. B. Wolters te Groningen. Dit woordenboek geeft weer vele aanvullingen, met name van technische en wetenschappelijke uitdrukking in verband met de talrijke uitvindingen der laatste jaren. Het is dus bijge werkt, up to date. Een belangrijke ver betering is ook het opnemen van Fran se werkwoordvormen op hun alphafce- tische plaats, wanneer ame gelijkheid is, dat ze door beginners van het Frans niet worden herkend rf met die van andere werkwoorden verward kunnen worden. Overigens bleek ons bij het door bladeren van dit woordenboek en het nemen van verschillende steekproeven, dat het alleszins beantwoordt aan de praktijk, zowel voor schoolgebruik als bij persoonlijke studie en praktijk in het zakenleven. Een zeer correcte, nauwkeurige uitgave, die we graag aanbevelen. Van ccn vouw, een baard en een ossetong De baard is dan aan de vouw in de broek ge lijmd. Dat staat wel een beetje afgezakt. Maar een grimeur mag gek doen. Het publiek wil bedrogen zijn. Dat geeft moed om er zelfs nog een ossetong bij te plakken. We willen niet graag voor een os aangezien worden, maar een osse tong hebben we graag in de mond. Omdat die zo lekker is. En bij tij den zo gemakkelijk. Als Mozes zijn we gauw zwaar van tong. Niet als we voor eigen pa rochie moeter preken. Maar wel, als we voor iets of iemand anders moeten pleiten. Oor zaak: we lopen niet warm voor de zaak, waarvoor we gevraagd worden: collecteren, huisbezoek doen enz. En als God nu in Deuterontfmium (het eerste en belangrijkste opvoedkundeboek!) 6 na het grote gebod, de liefde tot God, ons op draagt: „gij zult het uw kinderen inprenten en daarover spreken, dan hebben we ook bezwa ren. Oorzaak: als boven. Gold bovenstaande opdracht alleen voor de Israëlieten? De op dracht van Jezus luidt niet anders: „Predikt het Evangelie aan alle schepselen". Moeten we dan niet in eigen gezin beginnen? Naast de godsdienstige sfeer, waarop gebed en lied zo gunstig kunnen in werken, moet het on derwijs uit de Bijbel, 1e evangelieverkondi ging komen. De Heilige Geest bracht het Evangelie in de eigen taal van de toehoorder. Dus wij moeten verkondigen in de kindertaal: vertellen, kinderbijbels. Derhalve is nodig: Bijbel- en kin derkennis. Schrikt nu niet! We behoeven geen theoloog of psy choloog van professie te zijn. Maar we moeten het vertelde of gelezene toch zelf begrijpen en in kinderlijke vorm en geest brengen. In elk gezin daarom een Bij- belhandlelding, Kinder bijbel, opvoedkundige lectuur. Gelukkig gaan we in dit opzicht hard vooruit. We geven dan geen verkeerde voor stelling van een Bijbel se gebeurtenis en laten dus een opgewonden Jood zijn mooi opper kleed niet in 1000 lap jes scheuren (hoewel er ergere, bijna noodlotti ge dingen uit de Bijbel gepeurd worden!) En dan vertellen wij óók over Doop, Avondmaal, wat niet moeilijk be hoeft te zijn. Vertellen dus. Getui gen. Kerk en school hebben ook hun schone taak. Maar niet om ons te ontlasten. Vertellen, getuigen is geen last, maar vreugde. Ook de verteluurtjes zijn met de gebeds- en zangtij den de beste ogenblik ken in huis. Alweer: alle begin is moeilijk. Het loon echter groot. Deze „last" van Jezus is eveneens licht Leer ons getuigen. Terwijl wij dit schrijven is het knap winter. De bloemen zijn haast niet van de ramen te stoken. De krachtige Noordooster doet mens en dier ineen krimpen en de natuur verstijven. De inwerking van de vorst op de grond is duidelijk zichtbaar. De jonge tarwescheuten schijnen dood in de grond terug te willen kruipen. De grond is grijs en drooggevroren. Lopen we over zo'n bevroren perceel, dan zien we dat de vrij lichte aanraking van onze voet, de scherpe randjes der kluiten doet verpoeieren, en dat ter wijl in de herfst deze kluiten met een zware eg haast niet te verkruimelen zijn. Wat is daarvan de reden? Tijdens het bevriezen van het, in de kluit aanwezige, water, zet dit uit, waardoor de kluit naar alle kanten scheurt. De aanhoudende vorst en de scherpe, droge wind zijn oorzaak dat het ijs verdwijnt, m.a.w. de kluit vriest droog. Dit droogvriezen wordt nog eens duidelijk geïllustreerd door het grote gevaar voor bosbranden, waar voor de radio ons de laatste dagen waarschuwt. Begrijpelijk is dan ook dat deze kluit in kleine partikeltjes uiteenvalt als wij erop trappen. Houdt de winter lang aan, dan kan de grond gaan stuiven van de droogte. Hier en daar is dit verschijnsel reeds in geringe mate aanwezig. Het zo juist geschetste wordt „ero sie" genoemd, in dit geval wind-erosie. Optreden van erosie betekent on dergang van de landbouw; daarom is het goed hier eens aandacht aan te besteden. Voor Zeeland is deze ruïneuze erosie gelukkig nog van weinig betekenis, af gezien van de duinzand gronden en enkele erg zanderige percelen. Erosie is echter een niet te onderschatten ge vaar voor onze cultuurgrond. Een landbouwstelsel b.v. dat tot het optreden van erosie in grote mate aanleiding heeft gegeven is de roof bouw, in vroeger jaren veel toege past. Maar niet alleen deze roofbouw, ook ander onjuist bodemgebruik kan tot uitputting der bodem leiden en zo doende de erosie bevorderen. De meeste cultuurgronden zijn uit natuurgronden, zoals bós en steppe, ontgonnen. Onder de oorspronkelijke begroeiing heeft de grond eigenschap pen verkregen, die de vruchtbaarheid bevorderen, zoals gunstige waterhuis houding, voldoende organische stof, enz. Tevens vormde de begroeiing een bescherming tegen zware regenval, hoge temperaturen, sterke afkoeling. Zodra de vegetatie is vernietigd, is de grond blootgesteld aan inwerking van zon, wind en regen en is gevoelig voor erosie geworden. Palestina, eens een land, bloeiende van melk en honing, veranderde in een woestijngebied, waar slechts cactussen zich in hun sober bestaan konden hand haven. De laatste jaren komt hierin weer verandering, dank zij de Joodse kolonisten. Grote gebieden in Noord- en Zuid Amerika, Afrika en Australië verke ren door ontsluiting en ontbossing op de rand van de ondergang. De schade door de erosie nam in de Verenigde Staten o.m. een dergelijke omvang aan, dat ter bestrijding hier van een speciale dienst in het leven werd geroepen! de Soil Conservatioi Service. Ook ons eigen contingent lijdt onder de knagende tand der erosie. Vooral Frankrijk met zijn uitgestrekte gebie den, geeft een troosteloze aanblik. De noodklok luidt echter ook reeds in ons eigen land, ondanks haar vlak ke ligging en het goedaardige klimaat Dikwijls zien we, na een zware re genbui, het water in de sloten geel grijs gekleurd. Weggespoelde bouw- voor; erosie! Op vele zandgronden heerst een ware zandstorm in een winderig en droog voorjaar: erosie M.a.w. De erosie bedreigt ook onze landbouw reeds! En zal nog steeds meer voedsel vinden voor zijn alles vernietigend werk. De kleiner wor dende veebezetting op onze akker- bouwbedrijven betekent minder orga nische mest en derhalve een meer en meer teruglopen van het humusgehal- te van de bouwvoor. Daardoor struc tuur verval en erosie. Dit laatste kan men duidelijk con stateren op Schouwen-Duiveland. De verzilte en drooggevallen grond ver toont uiteraard een sterk structuur- verval. Door de straffe wind en de hevige vorst is deze grond kurkdroog geworden met het gevolg dat deze gronden nu erg stuiven. Op de zandgronden verdwijnen steeds meer de houtwallen. Deze, voor genoemde gronden karakteristieke af scheidingen, hebben zeer zeker hun nadelen. Het grote voordeel echter, voor de losse zandgronden van emi nent belang is de windbreking, waar door erosiewerking wordt tegenge gaan. Overal waar de houtwallen zijn verdwenen striemen verblindende zandstormen. Structuurbehoud en structuurverbe tering kunnen nooit teveel aandacht krijgen. De op het oog grote uitgaven voor klaverzaden valt in het niet bij de kosten, welke gemaakt moeten worden om een kapotte structuur op te knappen. Groenbemesting is drin gende noodzaak, ook op de Zeeuwse gronden. De thans heersende welvaart moet behouden blijven en de ruïneuze erosie geweerd. Laat de stuivende gronden een waarschuwing zijn en be denk dat een gewaarschuwd man voor twee telt. W. J. L. HIJ HAD ERVARING. Moeder is met Jantje naar de foto graaf gegaan om een portret van hem te laten maken. Zo gauw de man met het toestel begint te werken zet het kereltje een keel op van je welste. „Kom, Jantje", probeert moeder te troosten, „mijnheer doet je toch geen pijn. Wees nou stil, het is gedaan, voor je het weet, als je maar eventjes stil wilt zijn". „Ja", snikt Jantje, „dat hebt U vo rige week bij de tandarts ook gezegd". 38 j.'.; s= BS J.V W: f. SS Si Geachte redactie, We kunnen aan de Oostsingel behalve het zonnetje in het water ook best het zonnetje op het ijs zien schijnen. Maar waarom al dat lawaai van die muziek er steeds bij? En dan welk 'n muziek. Schreeuwerige en schorre jazz en indianengekrijs. Moest dat in het zo kerkelijke en orthodoxe Goes ook al op Zondag? En dan voorafgaande aan de dag waarop we de ramp van een jaar geleden met elkaar herdachten? Wat is dat voor herdenken, wanneer we uit onze jool en pret plotseling één dag of avond uitbreken om onze doden te herdenken en dan de volgende dag maar weer volop lawaai over heel de stad? Bovendien: er wonen mensen aan de Singel die heus niet chicaneurig zijn en wel wat kunnen verdragen, maar die toch op de duur heus wel wat te veel van dat onophoudelijk lawaai en gekrijs door die luidsprekers krijgen. Denkt men er wel eens aan, dat er ernstige zieken, misschien stervenden op en nabij de Singel kunnen liggen? Dat er mensen kunnen wonen die voor zwaar en intens geestelijke arbeid zitten en absoluut niets kunnen doen. Gaat het niet 'n beetje op „huisvredebreuk" lijken? Dat ec eens een middagje wat muziek bijkomt, nu ja, maar waarom kunnen wij, nerveuze mensen van tegenwoordig, niet meer de edele ijssport be oefenen, zonder dat er dansmuziek en negergehuil aan te pas komt? Is dat cultureel, verhoogt dat het kunstgevoel? Ons is bekend dat de burgemeester verzocht is daar een eind aan te maken. Echter tot heden te vergeefs,. Is daar nu heus niets aan te doen? Veel zou al gewonnen zijn wanneer het geluidvolume van de luidsprekers althans tot de helft beperkt werd. Een bewoner van de Oostsingel. Dit onderschrift behoeft weinig commentaar. De burgemeester van Goes geniet algemene bekendheid wegens zijn warm-kloppend burger vaderlijk hart en warm medegevoel met alles wat lijdt of onrechtvaardig behandeld wordt. Laten de belanghebbenden, desnoods gezamenlijk nog eens een beroep doen op dat hart. We weten haast wel zeker, dat zij een willig, begrijpend en instemmend oor zullen treffen. REDACTIE. Sv:. Verleje weke schreef ik as dat ik nog een brief te beantwoorde 'a van een vrint uut Wolf erts dieke, die me in-z'n brief onder meer ook wat schreef wat de mensen van de krant anbelangt en waerdat ik verder buten staen. Ik bin daerom zo vrie gewest om dat gedeelte an de heren van de krante deur te stieren. Ik denke dat die der an- dacht daer wel an geven zalle. Mae daer staet ook nog wat in waerdat ie mien me ning over vraegt en daer wil ik dan ook wel wat over zeggen. Ie is naementlik bang asdat we teveul onder de roomse invloed kommen en dat dat somtieds ook wel is uutkomt in de krante. Noe ik bin met z'n seens asdat ons vorzichtig motte wezen met diengen over te nemen, meschien somtieds wel omdat ter wat an verdiend ken wor den, waervan we toch eigenlik in ons arte zeggen motte, dat 't nie deur de beugel ken. Mae, ik vo mien geloof toch nie dat daer de kneep zit. Der bin 'eel wat mense die goed weten waerdat ze teugen bin en die op alles en nog wat cretiek 'a, mae die daermee ook uutgepraet bin. Noe zal ik de laeste wezen om me vrint uut Wolfersdieke daervan te betichten. Ik 'a de indruk uut z'n schrieven dat ie eel goed weet waerdat ie vo' is. Mae in 't algemeen bin der toch een 'oop mensen, die wel anti en contra bin, mae die as ter opan komt niet te vertellen weten waerdat ze noe is perries vo' bin. Ik Dat humeurtje. Jantje heeft al heel wat door onze rubrieken gewandeld. Hier is hij weer. Een erg humeurig Jantje, volgen* zijn moeder. Wat ze ook probeert. Jantje blijft er lekker de pé in hebben als hij zin heeft Flink optreden, gaf oma als advies, maar Jantje wordt dan nog erger.# Jantje is al op de grote school en daar schijnt hij er toch niet zo veel last van te hebben. Wat te doen? Jantje is, nemen wij aan, een stevige boy. Een gezonde kerel, anders zou u de oorzaak daar moeten zoeken. Maar is dat niet zo, dan doodeenvoudig he lemaal niets van aantrekken. Als Jantje merkt dat niemand, maar dan ook niemand naar hem tuurt, wel dan is het niet leuk meer. Zo stiekum weg kunt U hem dan toch wel een handje helpen om uit zijn slakken-ho rentje te komen, hoor. Schep ongemerkt een voldoe ning schenkende bezigheid of een prettige afleiding. Pas als hij weer gewoon is, kunt u eens over die humeurige bui praten, op uw gemak. Niet te gewich tig, niet boos, maar onpartijdig, vergevensgezind en met begrip. Jantje krijgt wel eens door wat de oorzaak is en dan gaat het vanzelf over. Harden? Een Indische jongedame kan niet wennen aan de felle koude von de laatste dagen. Ze is ja loers op jongelui die zelfs nu met hun blote hoofd rondwande len. Of ze daar ooit aan wennen zal en hoe te harden. Allereerst: wij wennen er ook niet aan al zijn wij middenin zo'n felle kou geboren. En dat lopen met het blote hoofd in deze koude pe riode staat wel stoer, maar iede re dokter zal u vertellen dat het niet goed is. Het is mode. Nu kunt u wel gaan harden ook zonder baden te nemen in een bijt in het ijs. Maar overleg dat liever met uw huisarts, want van de lichamelijke gesteldheid hangt ook een hardings-methode af. Er is helemaal geen reden om u te schamen, kijk maar om u heen, niemand komt er uit die niet moet. Tenzij schaatsenlief- hebbers, doch tijdens schaatsen voelt men geen koude, indien goed gekleed. Wel uitkering? Ongeveer een half jaar na zijn huwelijk kwam een jonge man door een ongeval om het leven. Aangezien hij in loon dienst was, volgt hieruit dat hij recht op een uitkering had want het was een bedrijfsongeval. Nu krijgt de jonge weduwe geen weduwen-rente. Is dat, vraagt een broer, omdat ze nog geen jaar getrouwd waren? Nee, dat is het zeker niet, want al was hij een dag getrouwd, dan zou zij weduwenrente kunnen krijgen. U moet dus maar eens informe ren bij het uitvoeringsorgaan, de Raad van Arbeid. Indien ze werkelijk geen uitkering krijgt vragen wij ons af of het wel een bedrijfsongeval was. Al gebeurde het ongeval op het fabrieksterrein, dan behoeft het nog niet persé een bedrijfs ongeval te zijn. Huiswerk Daar is Jantje weer. Niet die Jantje van zo net, maar een an dere. Een die lak heeft aan huiswerk. Is dat wel zo, met dat huiswerk? Wij lezen zo na het avondeten wel eens een boek, of proberen dat. Maar onze sprui ten achten het de meest ge schikte tijd voor luidruchtighe den. (Wij ook toen wij nog pril begonnen). Leest u dan eens? Hoe zijn de omstandigheden waarbij en waaronder dit Jantje geacht wordt zich te kunnen concentreren? In de huidige pe riode van woningnood kan het niet altijd ideaal zijn. Maar wel bestaat de plicht, ook bij vader of moeder, om een zekere pe riode alle rust in acht te nemen, om Jantje de gelegenheid te ge ven zich bij zijn moeilijke bezig heid te kunnen bepalen. Als re gel snakt een jongen daar toch al niet naar, omdat hij de nood zaak daarvan nu niet direct ziet. Dat komt later wel. „Ik doe wat ik doe", zei Jo- han de Witt en Jantje wil toch ook een jongen van Jan de Witt worden? Ennehelp hem een handje met een goed woord, als u er zelf nog iets van weet help hem door de dingen aange naam voor te stellen. Heus, bij de jonge kindereri is het vaak mis door gebrek aan steun en belangstelling thuis. Opvoeding is primair een taak van An ouders: Huiswerk be hoort ar ook bij, hulp bij huis werk. Men leert zelf weer. Veldwachter-incasseerder Het feit dat die veldwachter zich bemoeide met een civiele kwestie over een onbetaalde rekening, zegt niets. De man doet dit vermoedelijk om een dienst te bewijzen in de hoop dat de invloed van de uniform de beurs opent. Maar, zodanige actie kan niets uitwerken als de schuldenaar zich daar niet ver schrokken van toont. Als regel worden politieman nen niet betaald om te trachten rekeningen te innen. Maar ze willen het wel eens doen, om vriendelijk te zijn. Uiteindelijk is de deurwaarder de man en die kan dan vonnis vragen aan de kantonrechter enz. Zulks, even- Wel, kost geld. Nogal veel geld. In dit antwoord bemoeien wij ons niet met de kwestie of er betaald moet worden. Want daar hebben wij zo geen weet van omdat lezer geen bijzonder heden opgeeft. Vraag het even j Onze abonné's kunnen iedere moeilijkheid aan onze medewerker voor- legggen. Zy krijgen des gewenst steeds antwoord in een persoonlijk schrij ven. Brieven moeten wor den gericht aan de redac tie en links in de hoek van de enveloppe moet worden geschreven: Raads man. Op uw briefpapier gaarne uw naam en adres in blokletters. Voor de antwoorden wordt niets in rekening gebracht. Over de volgende onder werpen kunt u (onder meer) vragen stellen: ju ridische aangelegenheden, sociale verzekeringen, as suranties, erfeniskwes ties, woning-aangelegen heden, alles wat ligt op het terrein van het maat schappelijk werk, per soonlijke moeilijkheden, huishoudelijke vraagstuk ken (recepten, bloemen- verzorging etc.), opvoe dingsmoeilijkheden en al wat aanleiding kan geven voor zorgen of moeilijk heden. Alle brieven wor den strikt vertrouwelijk behandeld. bedoel daermee, dat cms gemakkelik teuge de roomsen kennen waerschouwen en zeg gen: dat mot niet en dat is verkeerd en daer doen ons niet an mee. Mae dan krie- gen we 'n soort antipapisme, waerdat geen mens wat an eit en dat de roomsen geen schaei doet. Ik gelove asdat ons de wortel veul dieper motte zoeken. Wanneer onze vaders in de stried teugen de roomsen in de tachentjaerige oorlog nie aeres geweten 'adde asdat de roomsen verkeerd waeren, zou ons nooit van z'n leven een vrie volk geworden wezen en dan waren we nog rooms. Er mot nog wat aeres an te pas komme om onder de zegen des Heren de stried teugen de roomse dwaelleer te kennen teugen kommen. Daerom vind ik vo' mien dat woord protestants ook zo'n weinig zeggend woord. Protestant ken tenslotte ieder wezen die nie rooms is. Zelfs een Turk ken z'n eigen protestant noemen. Want protesteren dat betekent niks aeres asdat we iewers teugen bin. Ik a vroeger is een kaerel ontmoet, die uut de stad kwam, en die me vo' de een of aere zaek is kwam opzoeken. Mae ie vloekte nog al is 'n keer en toen ik 'm daer opmerkzaem op maekte, zee ie: pardon, ik wou jie nie beledigen, ik docht er nie an, dat ik vloekte, mae ik dink ter krek as jie over, ik bin naementlik ook protestant. Noe wordt daer mae is veul wiesder van. Ik wil der mae mee gezeid 'a asdat het ter op an komt, dat ons nie allenig weten waerdat ons teuge bin, mae dat 't ter vo alles op an komt dat ons weten waerdat ons vo' bin. En as je 't noe mien vraegt, dan geloof ik asdat ier ons grote mankement lelt. Ons beleven een oppervlakkige tied. Der is geen tied meer vo een 'oop diengen waerdat onze vaeders vo' deur vier gegaen bin. Ik zou willen, dat onze keinders weer is grondig lerende wat dat de stried teugen het roomse Spanje eigentlik inhield. Datte ze de catechismus weer is behoorlijk lerende en dat ter in de gezinnen over d'n Biebel gesproken wier en dat die ieleke dag minstens twee of drie- mael hardop deur vader wier vo' gelezen, zoas onze vaeders dat gewend wasse. Ik vo' mien oor onze doomnie nogal is klaege en de onderwiesders in de schole klaegen der ook wel is over, datter van thuus zo weinig medewerking is, juust as ter over gaet de keinders die dingen bie te bringen welke van 't hoagste belang bin. Veul ouwers bin der bezurgd over datter kein ders strakkies geen behoorlike plekke krie- gen in de maetschappie en de keinders wor den volgestampt met geleerdheid, mae veul gaet dat ten koste van wat vo' de zaligheid en vo' het welwezen van de kerke ken die mankement lelt. Laet ons onze keinders een nen. Kiek, ik geloaf asdat daer 't grote opvoeding geven, waerdat nummer één is, dat nummer één mot wezen. Laet ze de Bie bel leren, en de catechismus, en de belie- denis van ons geloof. Laet ze in der jeugd leren wat dat de kerke is, laet ze de kerk geschiedenis leren. Wat weten ze der van af as je ter is met ter over 'a? 't Is vaek bedroevend wat dat je dan te horen of ook nie te horen kriegt. Kiek, ik zou willen as dat daer noe is verandering in kwam. En dat mot van huus uut beginnen. Daar leit 't fondament van de hele saemenleving. As 't daer goed gaet dan komt 't in 't openbaere leven vanzelf ook terecht, mae as 't in de gezinnen mis gaet, dan gaet 't overal mis. 't Is nie de vraeg ofdat de roomsen an in vloed winnen. Dat is mae uuterlik. Waer dat 't op 'an komt is ofdat ons en onze kein ders nog weten wat dat de ouwe beproefde gereformeerde waerheid is en niet vortge- dreven worden deur allerlei wind van leer, omdat ze zeivers niks meer weten en geen kennis meer 'a an de Schriften. De Biebel zeit: Mien volk gaet verloren omdat 't geen kennis heeft. Dat woord geldt vo' vandaeg meschien meer as vo' welke aere tied ook. Ik dink dat me vrint uut Wolfersdieke 't daer toch wel met seens ken wezen. Waer of nie? Julder FLIP BRAMSB.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1954 | | pagina 8