de loupe DEZE WERELD H ZEN DE SLUIKER Arbeid voor ieder, die werken kan en werken wil. BICMP11 Geen overeenstemming over het Saargebied* V&n ÖóiQ tOt ÖóiQ M Mossadeqs' spel is uit. "V MATR0ZENSHAG „De job"* De betaling* Achterdocht tegen productie-verhogende maat regelen bij arbeiders moet weggenomen worden. Saarparlement keurt conventies goed* Het parlement en het ei Russische concessie in ontwapeningskwestie* FEUILLETON Vrij bewerkt naar P. VISSER Jzn Donderdag 12 November 1953 ZEEUWSCH DAGBT AD Pagina 3 Onder Het is onze vaste overtuiging dat 't Kamerlidmaatschap een uiterst moei lijke en veeleisende betrekking is. Dag aan dag vallen in de brievenbussen van hen, die ons volk vertegenwoor digen, de „witte stukken", staatsstuk ken waarin alle mogelijke onderwer pen worden behandeld. Die stukken dienen bestudeerd te worden en alleen al daarmee kan men een hele week bezig zijn. Dat kan maar van een Kamerlid wordt ook verwacht dat hij de zittingen van de Kamer bijwoont en bovendien de talloze commissieverga deringen, fractievergaderingen, enz. enz., die onlosmakelijk met het lid maatschap zijn verbonden. Een Kamerlid die al deze plichten nauwgezet waarneemt, is er echter nog niet: hij is „volksvertegenwoordiger", is gekozen als vertegenwoordiger van een volksgroep. Eis is dus ook, dat hij het contact met die volksgroep onder houdt, de meningen peilt, die bevol kingsgroep voorlicht, kortom: hij dient één uit die volksgroep te blij ven. Zo ziet men ook dat de meeste Kamerleden bovendien nog andere functies in het openbare leven vervul len. Terwille van het contact kan men dat alleen maar toejuichen. Kamerlid-zijn is bovendien „een on zekere job", zoals de P. v. d. A.-frac- tieleider, mr Burger, het uitdrukte. Men wordt voor vier jaar gekozen: niemand kan het Kamerlid echter ga randeren dat hij na die zittingsperiode opnieuw gekozen zal worden. En de bewering van de heer Burger dat er mensen zijn die met het oog op hun gezin deze onzekere positie niet willen aanvaarden, zal zeker niet overdreven zijn. Hoewel er tegenover staat dat er velen zijn die er een lief ding voor over zouden hebben om in de Kamer a kunnen komen Deze moeilijke en onzekere „job" behoort redelijk betaald te worden. Iedereen zal het daarover eens zijn. Vóór de oorlog (dus ook in 1945) schommelden de vergoedingen zo rond de f 5000, een zeker niet hoge salarië ring. In de laatste acht jaren is daar telkens wat bij gekomen en nu ligt de vergoeding dan tussen de-f 10.000 en de f 11.200. Niet slecht betaald? Dat hangt af van de onkosten die men moet maken. Voor Kamerleden uit de randprovincies, die iedere week zo'n drie, vier dagen in Den Haag moeten logeren en dus wekelijks zo'n f70 of f 80 kwijt zijn, is het niet zo veel. De Haagse leden zijn op dit punt wel wat beter af. Toch heeft deze „loonsverhoging" een wat onprettige stemming gewekt, Omdat immers vele van die factoren die voor de parlementsleden gelden, ook voor anderen gelden! Minister Beel verdedigde de verhoging door te wijzen op de gestadige groei van werk zaamheden vraag eens aan een on dernemer en zijn bedrijfsleiders hoe hun werkzaamheden zijn toegenomen, Maar de fiscus is voor de ondernemer onverbiddelijk en de middengroepen, waartoe de bedrijfsleiders behoren, zijn wel veel onderwerp van discussie, maar er wordt vrijwel niets voor ge daan! Het tweede argument van de minister was, dat de Kamerleden noodzakelijk een administratieve hulp moeten hebben en dat zij zich veel litteratuur moeten aanschaffen. Vraag: hoeveel Kamerleden betalen uit eigen zak een administratieve hulp en de benodigde litteratuur? De minister vergeet wel enigszins dat de Kamerle den daar niet zitten als particulieren, maar gekozen door een partij, die over een eigen apparaat, een bibliotheek, enz. beschikt. En het laatste argument: bovendien zijn de kosten van levens onderhoud en de verblijfskosten de laatste jaren belangrijk gestegen: Merkwaardig argument alsof dit niet voor iedere Nederlander geldt! Wij zien geen enkele onbillijkheid in het verhogen der vergoedingen voor Kamerleden wel zouden wij graag minister Beel eens een poosje willen „lenen" om bij de regering op dezelfde wijze de belangen van talrijke andere bevolkingsgroepen te behartigen. Maar wij vrezen dat hij dan met heel an dere argumenten zal moeten komen, want wij geloven niet dat deze dan steekhoudend zullen blijken! Minister Suuchof bij werkgevers. (Van onze redacteur). ARNHEM, 11 Nov. „In de eerste troonrede, die na het optreden van het huidige Kabinet uitgesproken is, werd de zorg voor de werkgelegenheid het centrale punt genoemd In de sociale en economische politiek van de rege ring. Wat omvat die zorg nu? Naar mijn mening een streven om allereerst Ieder die werken kan en werken wil economisch rendabele arbeid te ver schaffen gedurende een volledige arbeidstijd en om daarnaast zo nodig te zorgen voor aanvullende werkgelegenheid in het verrichten van maatschap pelijk nuttige maar niet direct economisch rendabele arbeid." In deze woorden gaf de minister van Sociale Zaken, de heer J. G. Suurhoff, Dins dagmiddag zijn visie weer op de door de regering te voeren werkgelegen- heidspolitiek. Hij deed dit op de alg. vergadering van het Centraal Sociaal Werkgeversverbond te Arnhem, waar hij in een kring van topfiguren uit het Nederlandse bedrijfsleven een rede hield over: „De sociale aspecten van het werkgelegenheidsvraagstuk". De minister merkte op, dat volle dige werkgelegenheid in letterlijke zin alleen in een dictatuur te verwer kelijken zou zijn. We hebben altijd te melken met seizoenwerkloosheid, met een groep werknemers die juist over gaat van de ene „baan" naar de an dere en met moeilijk plaatsbare groe pen. Hij zou echter deze „normale" werkloosheid niet in een bepaald per centage van het totale aantal werk nemers - b.v. 3% - willen uitdrukken, zoals vaak gebeurt. Dit is een onge wenst automatisme. Hoewel in het ge hele land de situatie bevredigend is, zoals op het ogenblik, kunnen er toch bepaalde gebieden zijn,, waar de toestand veel slechter is. Men kan dus niet altijd wachten met het treffen van maatregelen tot de werkloosheid zo'n percentage overschrijdt. Spr. voelde er meer voor, dat rege ring en bedrijfsleven samen de vinger aan de pols van onze nationale be drijvigheid houden om in te kunnen grijpen, zodra dat nodig is, ook al geldt het slechts een bepaalde groep of streek. Zijn definitief van werkgelegenheids- politiek nader toelichtend merkte mi nister Suurhoff op, dat ook de aan vullende arbeid zinvol moet zijn. Zin loze bezighoiidei-y houdt de geestelijke en zedelijke gevaren van de werk loosheid niet buiten de deur. Spreiding van de economische nut tige arbeid, b.v. door het invoeren van een kortere werkweek, door verlenging van de leerplicht, door twee groepen arbeiders „om de week" te laten wer ken, kan alleen als noodmaatregel in een noodsituatie aanvaard worden. Het gemiddelde levenspeil wordt hier door verlaagd en een volwaardig mid del in de strijd tegen de werkloosheid is het dus niet. BEGRIP GEVRAAGD. Eerste taak bij de werkloosheidsbe strijding is natuurlijk het stimuleren van het particuliere bedrijfsleven. De ze maatregelen liggen meestal op fi nancieel, economisch en fiscaal gebied, De bevordering van de emigratie is een tweede taak op dit terrein. Eerstgenoemde taak heeft echter eni ge belangrijke, maar niet altijd opge merkte sociale facetten. Voor bevor dering van onze export en uitbreiding van onze industrie zijn allerlei maatre gelen op het gebied van productiever hoging en efficiëncy nodig, die op het eerste gezicht slechts mensen overbo dig schijnen te maken. Vandaar de weerstand van de eeste werknemers tegen zulke maatregelen, die zij on mogelijk in ruimer perspectief kun nen zien. Spr. vroeg begrip voor deze houding, die alleszins verklaarbaar ge acht moet worden, vooral bij hen die de crisis van de dertiger jaren hebben meegemaakt. Zelfs afgezien van de menselijke factor moeten de werkgevers meewer ken om deze angst weg te nemen, want zonder de volle medewerking van de arbeiders bereiken zij nooit een maximale productie en een opti male kwaliteit. LOONPOLITIEK. Tenslotte betrok de bewindsman de toekomstige loonpolitiek nog even in zijn beschouwingen. Zodra dit uiter- nam de interesse onder de aanwezigen nog toe. Onze expansie-mogelijkheden in de wereld zijn beperkt en daarom kan het welvaartspeil van ons volk slechts geleidelijk worden verhoogd, aldus spr. Door bruusk optreden kan het evenwicht gemakkelijk worden verbroken en dan bereikt men het om gekeerde van wat men beoogt. Anderzijds moet het welvaartspeil wel geleidelijk stijgen, want in de huidige constellatie wordt stilstand er varen als een achteruitgang. De loon politiek moet ontwrichtingen voor komen. Over twee punten is vrijwel ieder het eens, n.l. dat het huidige sy steem van loonvorming niet ideaal is en dat we desondanks ook niet terug moeten naar de volledige vrije loonvorming van vóór de oorlog. Niet eens is men het over de vraag, hoe sterk de samenhang is tussen de lonen in de verschillende bedrijfstak ken. Ook heb ik nog geen oplossing gehoord van de puzzle, wat er gebeu ren moet als bij een vrije loonvorming de partners het niet eens worden, al dus de bewindsman. Toch liggen de uitgangspunten niet zo ver uiteen, of er kan wel een op lossing worden gevonden, die dan uiteraard weer 'n compromis zal zijn. maar ik heb toch goede hoop, dat het lukt, zo besloot de minister zijn rede. SAARBRUCKEN, 11 Nov. De wet met betrekking tot de nieuwe conventies met Frankrijk is Dinsdag in eerste le zing door het parlement van het Saarge- bied goedgekeurd. De conventies zijn op 20 Mei in Parijs getekend en aan het eind van de afgelopen week door de Franse nationale vergadering geratificeerd. Alleen de drie communistische afge vaardigden hebben tegen de conventies gestemd, die voorzien in een monetaire, economische en douane-unie met Frank rijk en waardoor het Saargebied diplo matiek en consulaire vertegenwoordigin gen kan vestigen en internationale over eenkomsten kan aangaan. Frankrijk zal verantwoordelijk zijn voor de verdedi ging van het Saargebied in afwachting van internationale overeenkomsten op dat gebied, en kan, na de regering ge raadpleegd te hebben „een staat van cri sis" in het Saargebied proclameren. Naar de premier van het Saargebied, Johannes Hoffmann, Dinsdag verklaarde zullen de nieuwe overeenkomsten het scheppen van een Europees statuut voor de Saar bevorderen in plaats van belemmeren. De regering verheugde zich er over, dat de Franse nationale vergadering de conven ties heeft geratificeerd, die voor de Saar belangrijke economische en politieke voordelen inhouden, aldus Hoffman. De wet zal .'rijdag in tweede lezing worden behandeld. Ingezonden Mededeling (adv.) Al» U sukkelt met maag- - Dijn, slechte spijsvertering. oprispen, overtollig maag- zuur en misselijkheid, bent F+ U aardig op weg om een I maagpatiënt te worden Kom Uw maag te hulp mei he voortreiielijke maagmiddel BICARPAN, dat alles bevat om Uw klachten voor goed te laten verdwijnen. De cachet-(ouwel-)vorm heelt speciaal bij maagklach en dubbel voordeel. Vraag Uw geneesmiddelen-leverancier een uitvoerige beschniving. MAAG-CACHETS "AKKER smaakloos, I snelzeker I LONDEN, 11 Nov. Toen Dinsdag avond een conservatief lid van het Britse parlement, sir Herhert Willi ams, in het Britse Lagerhuis sprak over de invoer van Deense eieren in Groot-Brittannië, haalde zijn socialis tische collega Norman Dodds een ei te voorschijn en riep: „Hebt u die kleine eieren uit Denemarken wel eens ge zien?" Norman Dodds deed net of hij het ei naar de sprekende Williams wilde werpen. Daarna stond Dodds op en liep naar de banken van zijn poli tieke tegenstanders, waar hij het ei aan Gerald Nobarro gaf. Laatsgenoem- de glimlachte en rolde het ei over de vloer uit het gezicht. Toch was de rol van het kleine ei in het grote parlementsgebouw nog niet uitgespeeld. Op een gegeven ogenblik maakte sir Herbert Williams een be weging: het ei vloog door de zaal en spatte uit elkaar op het groene vloer kleed tussen de banken van de con servatieven en die van de socialisten. Williams zeide niet in de gaten te hebben gehad, dat het een echt ei was, hij had het willen teruggeven aan Dodds. Emeritaat dr B. J. Oosterhoff. s-GRAVENHAGE, 11 Nov. De classis Utrecht der Chr. Geref. Kerken heeft aan dr B. J. Oosterhof te Utrecht (C.) eervol emeritaat verleend in verband met zijn benoeming tot hoogleraar ingaande op de dag van zijn inauguratie. Dr Oosterhoff is voornemens Zondag 10 Jan. a.s. af scheid te nemen van zijn gemeente te Utrecht (C.). Een vliegboot van de Amerikaanse ma rine van het type „Mariner" is Dinsdag in de omgeving van het Zuid-Koreaanse- eiland Tsjejoe neergestort. De veertien mate actuele punt aangesneden werd,bemanningsleden kwamen om het leven. Een bende van 800 opstandige Karens heeft Maandagavond het dorp Thaton, 250 kilometer ten Oosten van de Birmese hoofdstad Rangoon, overvallen en hon derd inwoners als gijzelaars meegeno men. Bij de overval werden een Indische burger en een lid van de burgerwacht gedood. In Parijs is men pessimistisch. Europeanisering blijvend of tijdelijk? PARIJS, II Nov. Reuter Hoge Franse ambtenaren hebben zich Dinsdagavond pessimistisch uit gelaten over de kansen op Frans- Duitse overeenstemming over het Saargebied, na de besprekingen van Maandag tussen de Westduitse kanselier, dr Konrad Adenauer en de Franse Hoge Commissaris in Duitsland, André Frangois-Poncet. Het gesprek had ten doel een ontmoe ting tussen dr Adenauer en de Franse minister van Buitenlandse Zaken voor te bereiden. Tenzij er overeenstemming wordt bereikt over de Saarkwestie, is de Franse regering niet bereid, het parle ment te verzoeken het Europese Verde digingsverdrag te bekrachtigen. Frankrijk is bereid in te stemmen met de Europeanisering van het Saargebied indien een Verenigd Europa wordt ge schapen, maar de Duitsers, naar te Parijs wordt vernomen, zijn niet tot een blij vende regeling van die aard bereid. Zij houden vol dat een zodanige over eenkomst tijdelijk van aard moet zijn en vatbaar voor herziening. De Fransen ver klaren, dat, wanneer er geen uiteindelijke overeenstemming wordt bereikt, de te- Landelijk Congres van Jeugd en Evangelie. LAREN, 11 Nov. Gedurende het voor bije weekend hielden alle plaatselijke werkgroepen van Jeugd en Evangelie hun jaarlijks Landelijk Congres, ditmaal te Laren. Uit het overzicht, dat de werk groepen gaven v- hun activiteiten en bij de behandeling der verschillende versla gen, bleek, dat er veel werk verzet is en dat vele jongeren de weg naar Christus vonden. Ook bleek, dat het werk nog steeds voor uitbreiding vatbaar is, omdat nog lang niet overal groepen van J. en E. bestaan. Momenteel werken ongeveer 1400 J. en E.-ers actief mee. Om de pro paganda ei de instructie beter ter hand te kunnen nemen, is een propagandafonds gesticht. Het Congres nam een gewijzigde for mulering van iiet uitgangspunt van J. en E. aan, die in de nieuwe J. en E.-fol- der opgenomen zal worden. Het zomerkampwerk bleek beter vol daan te hebben dit jaar door de oprich ting van een Stichting J. en E. kampwerk. Afgezien van de tientallen weekend kam pen, waren er in de weekkampen 360 jongens, waaronder vele contaetleden. Voor het overige is de arbeid van J. en E. een werk dat in de stilte geschiedt op de kring en in het kamp, door middel van het Maandblad en in de persoon lijke gesprekken. genwoordige situatie: een politiek onaf hankelijk Saargebied, dat in economisch opzicht met Frankrijk verbonden is, zal worden gehandhaafd. Het Franse aanbod komt het voorstel van de Nederlandse afgevaardigde bij de Raad van Europa, jiir Van der Goes van Naters, nabij. Het rapport van Van der Goes van Na ters zou tamelijk krachtig ingaan tegen het Duitse argument, dat aan Duitse po litieke partijen moet worden toegestaan in de Saar werkzaam te zijn, en dat de algemene verkiezingen van November 1952, waarbij 75% van de stemmen zich uitsprak ten gunste van de tegenwoordige toestand, onrechtvaardig zijn geweest. Het rapport zou melding gemaakt heb ben van Duitse inmenging in het Saar gebied, o.a. van het organiseren van een politieke staking in de staalindustrie in het gebied. NEW YORK, 11 November - De Sowjet-Unie heeft Dinsdag haar vaak herhaalde eis inzake vermin dering van de strijdkrachten der grote mogendheden met een derde laten vallen, aldus blijkt uit een vier tal amendementen, dat zij heeft in gediend op de van veertien landen afkomstige ontwerp-resolutie inzake ontwapening, welke thans in de po litieke commissie der V.N. wordt behandeld. Het eerste amendement beoogt de ver antwoordelijkheid van de V.N. inzake het bestuderen van het vraagstuk betref fende het verbod van atoom-, waterstof- en andere wapens voor massavernietiging en het organiseren van internationale controle te „bevestigen". In het tweede amendement wordt de algemene vergadering verzocht te verklaren, dat voor het versterken van de vrede en het regelen van de internationale problemen „een eerste vereiste is, de onmiddellijke regeling van de kwestie van een vermin dering van bewapening en van het ver bod van atoom- en waterstofwapens en het vestigen van een strikte internatio nale contróle op de navolging van het verbod te verzekeren". Het derde amendement houdt een verzoek aan de assemblee in, te verklaren, dat voortgang op dit gebied zal bijdragen, tot de rege ling van andere vraagstukken. In het vierde amendement wordt tenslotte op de ontwapeningscommissie een beroep ge- dan, vóór 1 Maart a.s. ontwapeningsvoor stellen aan de Veiligheidsraad te doen toekomen. ossadeq, de oud-premier van Perzië staat voor zijn rech ters. Het geding dat tegen hem in Teheran gaande is, gaat met de dag meer op een drama, dan op een rechtszaak lijken, Wie de gang van zaken van het proces in de laatste dagen aandachtig heeft ge volgd, krijgt een gevoel van mede lijden met deze oude man, die eens op weg was een dictator van Per zië te worden. Doch anderzijds is het toch ook weer een lachwekkend schouwspel. Het geheel wekt echter de indruk, dat Mossadeq zijn spel, dat hij nu al jaren speelt, tot voor zijn rechters blijft volhouden. Hij stelde zich aan door op ieder mo ment, dat hem dit uitkwam, ziek te zijn, diplomaten aan zijn bed te ont vangen en zelfs als zieke naar de sluwe vos, wiens spel nu wel defini tief zal zijn uitgespeeld, heeft zijn poging het medelijden van de we reld te wekken door zijn uitzonder lijk optreden, zijn zielig gedoe, zien mislukken. Het leek er eerst op, dat in verschillende landen de regerin. gen er in tippelden, maar toen het spelletje, dat Mossadeq met hen trachtte te spelen, te lang ging du ren, had men hem spoedig door. De oud-premier, die zichzelf nog de Verenigde Staten te reizen. Hij, dewettige minister-president van Perzië Ingezonden Mededeling (adv.). VAN ROSSEM'S DEN HAAG KRIJGT CULTUREEL CENTRUM. 's-GRAVENHAGE, 10 Nov. B. en W. van 's-Gravenhage achten thans het moment aangebroken een begin te maken met de uitvoering van een cul- tureel-centrum, dat in het door archi tect Dudok is ontworpen wederop- bouwplan Sportlaan-Stadhoudersplein- Scheveningse Bosjes. Dit culturele cen trum zal bestaan uit een nieuw con gresgebouw, de uitbreiding van het gemeentemuseum, een nieuw museum voor het onderwijs, een nieuw Kon. Conservatorium voor muziek en een beeldengalarij, die van het gemeente museum via het Kon. Conservatorium naar het restaurant van het congres gebouw loopt. De totale kosten worden inclusief de mechanische installatie, de meubilering en de stoffering ge raamd op 40 millioen gulden. B. en W. «chatten de tijd, die ligt tussen het be gin van de uitvoering en de tot stand- koming van het laatste gebouw op tien tot vijftien jaren. „Ho, Jans", klinkt even buiten de stad, het bevel, als zij een „Uitspan ning" naderen. De merrie vindt het prachtig en gehoorzaamt voorbeeldig. „Hier drinken we een glas bier, Jaap. Kijk maar eens even, of Jans je nog kent". De gewezen koetsier streelt het paard: „Wel, mijn oudje, hoe maak je het?" Jans keert de kop een paar keer om, kijkt Zijier met goedige ogen aan en hinnikt een paar malen. „Ik mag een Fransman zijn, als ze je niet herkent", zegt dokter Stellaard. „Geen ogenblik aan te twijfelen, dokter", antwoordt Zijier, de kop van het dier strelend. „Maar wat de ma gerheid betreft, waarover u mij hebt geschreven, die valt mü toch wat mee „Zo", is het laconieke antwoord. Zij gebruiken een glas bier en gaan dan weer verder, waarbij Jaap de leidsels nemen moet. „Probeer, of je het nog kunt, jongen; maar rijd niet te hard; we hebben de tijd; of je nu een uur vroeger of later in het dorp komt, is krek hetzelfde". Nu is hij weer de oude. Van stukje tot beetje moet Heilman vertellen, hoe het met zijn ontvluchting is gegaan. De olijkerd! Hij houdt zich, of hij er niemendal van weet en toch heeft hij alles reeds, tot in de kleinste bizonder- heden, van Jan Hekman vernomen. „Kerel, kerel, wat heeft die Jan Hekman zich kranig gehouden", zegt hij herhaaldelijk en dan, zoals zijn ge woonte is, op de knie van zijn koetsier slaande: „Je mag hem bij gelegenheid wel eens gaan bedanken. Wat heeft hij die lui aardig om de tuin geleid. Wat kent die de zwakke kant van dat soort creaturen! Ha, ha, getracteerd op warm bier met rum of liever rum met bier! Je moet maar op het idee komen! Je was anders voor de haaien geweest, kameraad en zie, dat zou mij gespeten hebben, al was het alleen maar voor je vrouw en kinderen. Hier stokt de drukpratende man. Juist het moment, denkt Zijier, om nu eens ernstig de dokter te bedanken voor al hetgeen hij voor hem gedaan heeft. Maar als hij een enkel woord in die richting begint te zeggen, is het al mis, „Ho, man, niets te beduiden!" en wel zo hard, dat Jans niet beter weet of het geldt haar, waarop zij dan ook stokstijf stilstaat. tig zijn, tranen te storten voor iemand, die in de verste verte geen familie van je is". ,,'t Is enkel van blijdschap, dokter", beweert de goeie ziel. „En het gaat je tegenwoordig niet al te best, hé? Altijd nog koorts en veel quinine gebruiken? Toch moet ik zeggen, dat je mij meevalt. Slecht zie je er niet uit!" „Wat bazel je nou, Jacob? Ik ben Goddank, heel gezond. Nu ja, even in Aflevering 58 „Ben je gek, paard!" roept de dokter schaterlachend. „Hallo, vort!" En als de lachbui voorbij is: „Neen man, geen woord meer daarover. Jan Hekman, vriend! Ga hém bij gelegen heid maar eens opzoeken, da's je man". Maar als hij dan, op verzoek van Heilman, vertelt, hoe „die Franse hon den" zich afgesloofd hebben, om het ontvluchte wild te vangen; hoe zij heggen en wegen, hutten en hoeven hebben afgelopen en afgezocht en hun fijne neus overal hebben ingestoken, is het aan alles te bemerken, hoe hij in alles de hand heeft gehad.... Marina, de oude huishoudster, glun dert van genoegen, als zij Heilman de hand drukt. En de voormalige koetsier vindt het helemaal niet gek, dat er een traan vloeit. De dokter natuurlijk wel„Geen grillen, oudje, 't Zou al te kinderach- de war geweest, toen je gepakt werd. Maar toen de dokter vertelde, dat je ontvlucht was, was dat weer in orde. Hoe kom je er bij, dat ik ziek ben?" „Wel, de dokter schreef mij een en ander en. De eigenaardige wijze van hoesten en snuiten van de dokter „Och", zegt hij met het leukste ge zicht ter wereld, „wat ik daarvan schreef was zo maar bij manier van spreken. Zie je, ik dacht zo als hij verneemt, dat zijn zielsvriendin wat tobbende is, zal hij eerder geneigd zijn het prachtige Rotterdam te verwisse len met ons nederig dorpje. Ik wist niet, hoe vast je je daar al genesteld had. Maar 't valt je nu eer méé dan te gen, hé? Spring nu maar eens gauw uit je slof en maak een behoorlijk maal eten voor ons klaar, want we rammelen van de honger. En dan gaan we zien, Jaap, wat ze op de molen te vertellen hebben". Natuurlijk zijn ze daar van harte welkom. De gehele avond zijn zq aan het bo men over alle mogelijke onderwerpen. En de dokter doet er het hardst aan mee. Hij denkt aan geen tijd. Het kan hem ook niet schelen. Maar vanzelf is hij het ook weer, die een dwaze opmerking moet maken. „Hoe heb ik het eigenlijk, Jaap, ben je van plan, hier te blijven slapen of ben je daarginds aan het nachtbraken al zo gewend, dat je dat hier ook straffeloos meent te kunnen doen? Snap je niet, dat de mensen hier met ongeduld verlangen, dat je verdwijnt? En denk je niet aan de oude Marina? Als ze niet een zenuwtoeval heeft ge kregen, dan zit zij zeker al lang over haar warme stoof te dutten en mis schien te dromen van marechaussée's, die doodonschuldige mensen, sluikers genoemd, komen gevangen nemen. Als ze thuis komen, vinden zij ech ter de goede vrouw zo helder en op gewekt alsof zij pas vijf-en-twintig in- plaats van vijf-en-zestig jaar is. Zij heeft zelfs weer voor een warme scho tel gezorgd, iets wat bij uitnemendheid de goedkeuring van de dokter weg draagt, ofschoon hij niet nalaten kan, haar toe te voegen: „Je hoeft niet elke dag voor je vriend zo op te dissen, hoorik heb al genoeg schade ge had vanwege al de quinine, die zij heeft moeten slikken", vult Heilman aan. „Hoor es, ik beveel je daarover van nu af aan te zwijgen. Een brief is maar een brief. Laat mü je liever een stukje van die osserib geven; dat zet meer zoden aan de dijk dan alle brie ven te samen". (Wordt vervolgd) noemt, heeft zijn „carrière" te danken aan de oliekwestie. Hij voelde intuitief aan, dat wilde hij „de grote man" in zijn land worden en internationaal een woordje gaan meespreken, hij het volk op zijn hand moest zien te krijgen. De mogelijkheden lagen daarbij voor de hand: de Anglo-Iranian Oliemaat schappij verdiende jaarlijks grote ka pitalen, terwijl in het oliegebied de bevolking in grote armoede leefde. Nationaliseer de oliewinning, waar door de grote kapitalen, die nu het land uitgaan, „thuis" blijven en wendt ze aan voor de opvoering van de le vensstandaard. Zo kwam Mossadeq er in 1951 toe zijn nationalisatie-plannen openbaar te maken en de oliekwestie, waarvoor na ruim twee jaar nog al tijd geen oplossing is gevonden, bracht de wereld, maar vooral Engeland, dat zijn belangen bedreigd zag, in beroe ring. Mossadeq beging toen reeds zijn eerste misstap, die het land in nog grotere armoede zou storten, door een onmiddellijke liquidatie van de Anglo- Iranian te eisen en de overdracht van alle activa aan zijn regering. Dat de maatschappij en in feite de Britse re gering daartoe nooit toestemming zou den geven lag voor de hand. Groot- Brittannië zou zich zeker niet, laat staan door een man als Mossadeq, met één pennestreek van de kaart laten vegen. V Men kent de geschiedenis. De be sprekingen, die werden gevoerd om tot een oplossing van het oliegeschil te komen, mislukten stuk voor stuk. Met Engeland tot overeenstemming te ge raken bleek onmogelijk. De Amerika nen, die in gaten hielden, hoe de Rus sen op de rijke Perzische olievelden loeren, bemoeiden zich er mee. Per soonlijke afgezanten van oud-preSi- dent Truman ging naar Teheran om met Mossadeq te spreken. Het inter nationale hof van Justitie te Den Haag behandelde de zaak, de Veilig heidsraad kreeg de kwestie in handen. Mossadeq, „zieker" dan ooit te voren, hield zijn been stijf! Langzaam maar zeker groeide in zjjn land de onrust, omdat in plaats van de toegezegde verbetering in de levensstandaard, de armoede groter werd. Dat was koren op de molen der Toedehpartij, de com munistische organisatie, die munt sloeg uit de gebeurtenissen. Mossadeq hoop te, dat de Westelijken, uit angst voor hetgeen Rusland zou gaan doen, uit eindelijk tot toegeven bereid zouden zijn. Maar er gebeurde iets anders. De Sjah, wiens macht door Mossa deq steeds meer werd ingekrompen en op de duur genoodzaakt was het land te verlaten, maakte met steun van generaal Zahedi een eind aan de rol, die de premier meende te kunnen spelen. De terugkeer van de Sjah, het ingrijpen van generaal Zahedi op het juiste moment, maakten, dat Mossa- deq's rol ineens was uitgespeeld. Nu staat de oude vos terecht, maar erkennen, dat hij fout is geweest, doet hij nooit. Perzië is door zijn optreden dieper in het moeras weggezakt, dan toch al het geval was. Maaral wordt Mossadeq ter dood veroordeeld en ook al krijgt hij vanwege zijn hoge leeftijd gratie, de Perzische oliekwes tie is nog altijd niet opgelost.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1953 | | pagina 3