DE CHRISTELI|KE PERS EN Wl| SHOCK-LOOK" veroorzaakt een koude oorlog in de mode-wereld. DE SLUIKER Als ik hier iets ga zeggen over de betekenis van de christelijke pers en onze houding daartegenover, dan heb ik zo het gevoel op een verkeerde tribune te staan. Zoiets als een do minee, die 's avonds in een matig bezette dienst z'n hoorders op de ziel bindt om 's Zondags trouw, d.i. tweemaal naar de kerk te komen. Dit is een vrij nutteloos bedrijf, want die Zondagavond-gasten we ten dat wel. Die het horen moesten zijn juist afwezig! Nederlandse soldaten in Korea doen zwaar werk* Hogere vergoeding voor minis ers en Kamerleden. Strijd over de vraag of de rokken 10 cm korter moeten worden. FEUILLETON Aflevering 3 Vrij bewerkt naar P. VISSER Jzn Zaterdag 29 Augustus 1953 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina door Ds H. VELDKAMP Geref. predikant te Hattem Deze regels worden gelezen on derstel ik nu zo maar door de abonné's op het christelijk dagblad. Voor hén behoef ik geen betoog te houden over de hoge waarde van de christelijke krant. Dat lijkt een beetje op het intrappen van een open deur. Maar-nu die anderen Die grote schare van hen, die nog steeds verknocht zijn aan de krant ik noem maar geen namen die vader en grootvader ook al lazen, die gezellige huis- tuin- en keukenkrant, weet u wel, waar zo van alles in staat, wat je .n „onze" kranten toch maar mist, en waar je niet meer buiten kunt. Het is die krant, die je prettig op de hoogte houdt van alle geboor ten, trouwerijen en sterfgevallen, en van alle grote en kleine ongelukken in je nabije omgeving. Je zoudt je diep ongelukkig voelen als dit „kind in huis" niet meer over de vloer kwam. Ze mogen daar dan op smalen, als een „neutrale" krant, maar uw lijf blad is toch maar „bij", en „onze" bladen permanent een stuk achter. Bovendien kan je die krant vanwege de advertentie-rubriek voor je zaken niet meer missen. Dit is dan de grote groep van „onze mensen" die er nog steeds voor zorgt, dat de dusgenaamde „neutrale pers" stevig en fier in het zadel zit, en rustig en onbewogen toeziet, dat de „christelijke pers" een strijd op leven en dood te voeren Jieeft. Een strijd die soms lijkt op een gevecht tegen de bierkaai. Want deze lieden bereik ik nu juist weer niet met dit schrijven. Vlij staan hier, zoals gezegd, feitelijk op de verkeerde tribune. Ik zou voor één keer de microfoon van de „neu trale pers" willen lenen. Ik zou voor éénmaal Simson willen wezen. Het werde mij vergund, de Dagonstempel van de ik zeg niet onchristelijke maar de niet-chrigelijke dagblad pers binnen te treden, om de beide pi laren, die de christenmensen hebben gebouwd (de abonnementen en de ad vertenties) met daverend geweld te doen instorten. U begrijpt wel, daar krijg ik de kans niet voor. Er is maar één weg. Als u lezer of lezeres, dit nummer gelezen hebt, neemt u een rood of blauw potlood. Als u er geen hebt, koopt u er een.de zaak is het waard, U zet met dat potlood een paar ferme strepen bij dit artikel, en stopt dan de krant bij uw buurman in de bus die nog altijd verslaafd is aan dat blad, waar hij niet geestelijk gezond bij blijven kan. Wat één niet kan, moeten in dit geval velen samen doen. Die afgodstempeltjes moeten toch klein te krijgen zijn. We lezen nogal eens in de Bijbel, dat er in Israel een fikse reformatie tot stand kwam, doch dan volgt er een vervelend „maar" op maar het volk offerde en rookte nog op de hoogten. Dat is een erg actuele geschiedenis. Wy zijn het wel aardig eens geworden over de noodzakelijk heid van het christelijk onderwijs en van de christelijke radio-omroep en zo, maar er zyn nog verschillende „hoogten" die stand gehouden heb ben, en waar behoorlijk, of liever on behoorlijk op gerookt en geofferd wordt. Deze „hoogten" dienen alsnog genomen te worden. Een van die hoogten is de z.g.n. neutrale pers. ER ZIJN ENKELE DINGEN waar men zich beurtelings over verba zen en aan ergeren moet. Het eerste bedrijf-zonder-naam kan het best worden opgehelderd door een beeld. U hebt een jongen, en goeie kennis S! .1 van u hebber een meisje. Dét kind groeit als kool, maar met die jon gen van u wil het maar niet. Hij blijft in veel dingen maar wat achterlijk! Wat gaat u nu doen? Gaat u die knaap dat verwijten dat hij achterlijk blijft, en gaat u hem een pak slaag geven? Natuurlijk niet! U gaat proberen de oorzaak op te zoeken, en dan blijkt soms, o schrik, dat het uw eigen schuld is. De dokter heeft u gezegd: dat kind krijgt geen behoorlijke voeding en niet voldoende lichaamsbeweging. Wat nu fatsoenlijke ouders nooit doen, dat doen wij. Wij onthouden eerst aan de christelijke pers wat voor haar gezonde groei noodzakelijk is, en doen daarna felle verwijten dat ze zo „achterlijk" is. Ons eigen zorgenkind krijgt dagelijks een pak slaag en we brengen de lekkere hapjer bij de bu ren, en verwonderen ons bovendien dat het kind van de buren zo flink groeit, terwijl het met onze Jantje maar niet wil. Ik laat elke toepassing achterwege. Ik geef u alleen de verzekering dat als ons protestants-christelijk volksdeel getrouw was in z'n roeping, de situatie precies andersom was, en de „neu trale" pers niet in de schaduw kon staan van haar „christelijk" zusje. En verder valt het met die „achterlijk heid" nogal mee. Ondanks onze erger lijke verwaarlozing kan de knaap nog behoorlijk meedoen. Hoe men dit aan de christelijke pers nog klaarspeelt, is een wonder op zich zelf. HET TWEEDE FEIT dat verbazing wekt is onze hardnekkige Chris tel ke bijziendheid. U herinnert zich nog wel dat een van u6 eerste maatregelen van de vijande- lijke bezetter was: de pers aan de teu gels te leggen. En alle kranten die zich die teugels niet lieten aanleggen, werden eenvoudig verboden. Waarom gebeurde dit? Waarom werden de kranten verbo den en de rest gelijkgeschakeld? En waarom moesten wij onze radiotoe stellen inleveren? Om de eenvoudige reden, dat de vij and heel helder inzag dat het woord een geweldige macht is. Het gesproken woord door de radio. Het geschreven woord door de krant. Die macht van 't geschreven woord wordt nog verzesvoudigd omdat de krant dagelijks by u in huis komt. Zy is de dagelijkse gast in uw woning. En een geziene gast ook, naar wie met open oor geluisterd wordt. Hij zit bij u avond aan avond aan tafel, en heeft voor elk van d<" gezinsleden een woord. Hierdoor wordt u, of u nu wilt of niet, of u zich ertegen verzet of niet verzet, beïnvloed. Dat gaat ongemerkt. De gestadige druppel holt de steen uit. U gaat in de politieke, maatschap pelijke of kerkelijke vraagstukken langzamerhand precies zo denken als de krant u voorhoudt. Daar helpt geen lieve-moederen z an. Wat „naar myn bescheiden mening" al eens naar vo ren wordt gebracht wordt steeds be- De krant is dus een geweldig wapen in de strijd der geesten, omdat ze meehelpt do publieke opinie te vor men. Zij kan een goed volk in de ban van de leugen zetten, oox al heet zo'n krant: de Waarheid. Elke journalist, die over enige virtuositeit beschikt, kan z'n lezers-publiek heensleuren waarheen hy wil. Die dagelijkse gast van de krant kan dus heel gevaarlijk worden. Hij kan ook ontzaglijk veel goed doen. Dat hangt er maar van af, of die gast werelds" spreekt of „christelijk". U kunt van pausen en kardinalen zeggen of denken wat u wilt, maar kwajongens zijn het niet. Daarom geeft het te denken, dat een paus de krant eens genoemd heeft „une mission per- petuelle", een voortdurende zending, en dat een kardinaal eens gezegd heeft, dat hy eerder het bouwen van een kerk zou opgeven, dan het op richten van een katholieke krant. Het valt op dat ons protestants- christelyk volksdeel in dit opzicht nog zeer bijziend is, om niet te zeggen: stekeblind. Wij blijven maar modderen. We zitten gevangen in de leugen, dat „nieuws" tenslotte „nieuws" is, en het er niet toe doet, uit welke krant je het leest. Waar nog een tweede leugen by komt, namelijk dat velen menen, dat een krant best „neutraal" kan zijn. Wij willen daar in een slotartikel icu w vt vt1» gcuinui» yyuzui/ om-tuo ut. j -*J uuui ut svtt scheidener, en zwijgt tenslotte geheel. 1 nog wel graag wat van zeggen. Chinezen kwamen om hun doden. Bunkerbouwers aan de oever van een brede rivier. Tussen de tjotten in Korea, 14 Aug. Het is gisteren gebeurd. Sol daten van de A-compagnie van het Nederlands Detachement Verenigde Naties, die ongewapend werken in de gedemilitariseerde zóne in Korea, hebben een aantal Chinezen ontmoet, die om hun doden vroegen. De Nederlanders hebben hun de plaats gewezen waar zij na de aanval op de A-compagnie de Chinezen begraven hadden en de eerste luitenant J. Bor uit Rotterdam gaf hun toestemming hun dode vrienden uit te graven en mee te nemen achter hun stellingen. Bij de laatste aanval, toen vijf Nederlanders werden gedood en vijf gewond, hadden de Chinezen niet geschoten toen een aantal Nederlanders onder bereik van vijandelijk vuur het voorterrein ingingen om hun doden en gewonden op te halen. den bunkers. Uur na uur torsen de jon gens de zware balken tegen de heuvels omhoog. Dit zijn de Nederlandse soldaten in Korea op het ogenblik. Het vuren is gestaakt, maar ze hebben het zwaar der dan ooit. En aan de overzijde doen de Chinezen hetzelfde. Daar waaien, als de zon maar even heeft geschenen, zware stofwolken omhoog. Het is het zand, dat loskomt onder de auto banden van zware trucks, die mate riaal vervoeren en terwijl aan de ene zijde de bunkers langzaam ver rijzen aan de oever van de rivier, wtorden in de gedemilitariseerde z6- ne, op de plaats waar nog maar kort geleden hevige gevechten door de A-compagnie werden geleverd, de oude bunkers opgeruimd. Korea is nu het merkwaardigste land van de wereld, omdat men niet weet waar men aan toe is. Op de door regen spiegelglad geworden tjotten sjouwen soldaten zware balken om hoog en bouwen koortsachtig hun bun kers aan de oever van een brede ri vier. Men heeft bij de Amerikanen grote belangstelling voor dit werk. Generaal William G. Bradley, de plaatsvervan gend commandant van de tweede di visie en generaal W. L. Barringer, commandant van de tweede divisie brachten reeds een bezoek aan de „Nederlandse bunkerbouwers". De laatste vroeg ons uitdrukkelijk in de Nederlandse kranten te willen .mee delen, dat hij verheugd was dat over ste C. Knuist tot commandant van het Nederlandse bataljon was aangewezen en tevens te willen schrijven, dat hij trots is een bataljon als het Neder landse in zijn divisie te hebben. De Korea-vrijwilligers werken hier dan ook als paarden. Als men rond kijkt, ziet men een complete olym piade. Zij zijn van vechtsoldaten plot seling gewichtsheffers, athleten, zwem mers, hoog- en vèrspringers en vooral zwoegers geworden. DE GEWONE SOLDAAT. Wat in deze dagen door het Neder lands bataljon verzet wordt, grenst aan het ongelooflijke. Het is de gewone sol daat, die dit doet. De gewone jongen met de vuile klei van Korea aan zijn blote voeten. De werkman, die met balken van meer dan 100 kilo een wilde stroom overzwemt en ze daarna hoe begrijpt niemand tegen de 400 me ter hoge tjotten omhoog sleept. Want de nieuwe lyn moet een stevige lyn worden. Tjotten.glibberige, dichtbegroei de heuvels, waar de paden niet eens zijn gebaand. Waar men door een wit lint, dat men bij het bestijgen van de heuvels op klein-duimpjes-manier achter zich aan afrolt, de weg terug moet vinden. En deze weg bestaat uit glibberige, kletsnatte klei, die zich vastzuigt aan je schoenen en de wereld tot een ker mis van gladheid maakt. Een stromen de regen maakt dit alles onnoemelijk triest. Langzaam verrijzen de honder- 's-GRAVENHAGE, 27 Augustus. Volgens „De Telegraaf" kan nog dit jaar de indiening verwacht worden van een wetsontwerp, waarbij wordt voor gesteld aan de Tweede Kamerleden een hogere schadeloosstelling toe te ken nen. De bedragen, die de Kame.-edeii thans ontvangen, variëren van f 7200, tot f 400,per jaar, waarbij rekening wordt gehouden met de afstand tussen Den Haag en de woonplaats van het Kamerlid. Voorgesteld zal worden deze bedra gen te verhogen tot resp. f 10.000,en f 11.200,—. Ook de ministerssalarissen zullen worden herzien, waarbij een toelage voor recepties zal worden toegekend. Voor de Eerste Kamerleden zullen de reis- en verblijfskostenvergoeding worden verhoogd in verhouding van de afstand tussen hun woonplaats en Den PARIJS, 28 Augustus Misschien hebt U het schokkende nieuws al eerder gehoord? Het nieuws dat de wereld een grotere schok heeft ge geven dan de afzetting van de sultan van Marokko of de val van premier Mossadeq? De heer Christian Dior, keizer der Franse modekoningen, heeft gedecreteerd dat voortaan de rokken der dames 10 cm korter behoren te zijn, dus thans 40 cm van de grond af gemeten. Dit is een schok nietwaar, want tenslotte moet iedereen iedere dag tegen de kleding der dames aankijken, terwijl men niet iedere dag de sultan van Marokko of het droeve gezicht van Mossadeq ziet. Meneer Dior heeft zijn nieuwe lijn dan ook de „shock-look" genoemd. Weet U nog van de „new-look" 1 Het gevolg van deze shock? Een complete oorlog tussen mode-ontwer pers uit allerlei landen. De berichten dat „Didi" zo noemen zijn manne quins hem heeft verklaard dat de bezoeksters van zyn eerste show ouderwets gekleed waren, wijl nog te lang gerokt, hebben de collega's in andere landen van verontwaardiging doen beven. „Neen!" heeft Norman Hartnell, de Engelse hofkleermaker, uitgeroepen. „Nooit!" riepen de Italiaanse ontwer pers en ontwerpsters en zij vergaten zelfs hun onderlinge vetes om nauw vereend de strijd tegen Dior te kun nen aanbinden. Alleen de Paryzenaar Jacques Fath bleek het met Dior eens te zijn: hij vertoonde trouwens al 24 uur eerder dan zijn collega de shock- look. En nu vertoeft dan meneer Dior in zijn riante witte villa aan de Middel landse Zee en wacht af. Vandaag mo gen voor het eerst de foto's en teke ningen van deze nieuwe mode worden vrijgegeven en van vandaag af zal de strijd dus ook tussen de vrouwen on derling ontbranden. Dior wacht dat rustig af. Hij heeft al eens eerder iets schokkends de wereld in gebracht, de new-look, weet U nog? Weet U nog dat U toen zei: „Die rare lange rok kendat nooit!" De lange nacht valt over het Land van Cadzand. In de eenzaamheid, aan de voet van de Hille, de hoge duin top, ligt „Overduin", waar schijnbaar geen leven heerst. Als de morgen aanbreekt, donker en nog eens donker, springt Frits Zjjler uit zijn warme bed en vindt in de keuken Maartje reeds. Het vuur brandt. De dienstbode, al jaren op „Overduin", staat stevige plakken tarwebrood te snijden, om die te be leggen met spek. Een heerlijke koffie- geur doorzindert het vertrek. „Al wat wenselijk is, Frits". „Van 't zelfde, Maartje". Meer niet. Maar het is voldoende. Boeren gebruiken niet veel woorden. Zonder die menen ze het tóch wel. En van elkaar weten die twee, dat zy allebei denken aan haar, die Nieuw jaarsmorgen van het vorige jaar in deze keuken de scepter zwaaide. „Waar blijft vader toch?" vraagt de zoon. „Ik ga maar vast beginnen". Als hij gegeten heeft, staat hij op en loopt naar de stallen. Al is het min of meer Zondag, wat gebeuren moet, moet gebeuren. Hij kan een half uur bezig zyn ge weest zijn vader is er nog steeds niet als een deur van de stal open geduwd wordt en hij in het flauwe licht van de kaarslantaarn, die hij omhoog houdt, het ontzette gelaat van Maartje aanschouwt, die hem wenkt. „Wat is er?" vraagt hij ongerust. „Het is met je vader niet goed", ant woord zij met benepen stem. Frits holt haar vooruit, komt by het bed van zyn vader in de opkamer en weet met één oogopslag genoeg. Terwyl het jaar 1805 wegstierf en 1806 was komende, heeft Albert Zijler, de boer van „Overduin", het tydelijke met het eeuwige verwisseld....,. HOOFDSTUK II. ,,'t Vyordt erger", heeft Frits Zyler op die Oudejaarsavond 1805 zijn va der geantwoord, toen deze de wens uitte, dat de toestanden in het jaar 1806 beter mochten worden. Weinig zal hij hebben vermoed, hoe erg het worden zou en hoe hy, persoonlijk, met de vererging te maken zou krijgen, hoe hij, geschei den van vrouw en kinderen, als „een veldhoen op de bergen" zou worden opgejaagd. Een half jaar na de zo plotselinge dood van zijn vader, die tot in wijde was tussen beide hofsteden. Een jaar na het huwelijk werd er een dochtertje geboren en ongeveer twee jaar daarop een zoontje. Op „Overduin" huisde een gelukkig gezin: een jonge, hardwerkende boer; een stevige boerin, die ook niet tegen werken opzag, zij had het vanaf haar tiende jaar, in dienstbaarheid, ge daan; en twee gezonde kinderen, die voorspoedig opgroeiden. De boerin, die haar man „aanbad" had slechts één bekommering: Frits was niet vijandig tegenover de gods dienst; maar wel vrij onverschillig, evenals zijn vader geweest was. Zij omtrek deelneming wekte, is de jon ge boer getrouwd met haar, die hij tot vrouw begeerde, al was zij dan maar de dochter van Harm Verwolde, een arme dagloner uit Groede. Er is onder de boeren en boerinnen wel wat praat over gegaan, maar die duurde niet lang, toen bleek, hoe Han- na een pronte boerin was, die, be scheiden als zij was, zich niet op haar positie liet voorstaan, rustig haar weg ging en de huishouding op „Overduin" beheerde op een wyze, die niemand haar verbeteren kon. En de praat zweeg algeheel, toen vrouw Maris, de boerin van de „Dulve", haar vroegere dienstbode geheel als gelijke behan delde en er betrekkelijk veel verkeer wist niet, of er op „Overduin" ooit wel gebeden was en of de Bijbel er op tafel kwam, al was dan met veel plechtige ernst dominee Adriaanse op de begrafenis geweest. Dominee Adriaanse was haar pre dikant niet: van zonde en genade wil de hij niet al te veel weten; als je maar ordentelijk leefde, ieder het zijne gaf, dan kwam het wel met je in orde. Dat had de dominee in Groede haar anders geleerd en van huis uit had zy iets anders meegekregen: ze ker, een opgewekt christelijk leven, zy was geen kniesoor, maar toch je een zondares wetend, die van genade, alleen van genade, leven moest en die Jezus Christus als Heer en Heiland bezitten moest. Haar invloed deed opgeld op „Over duin": de Bijbel kwam er op tafel en Frits, haar man, las er op gezette ty- den uit voor, al had hij er, persoonlyk, vermoedelyk niet veel aan. En de op groeiende kinderen leidde Hanna Ver wolde aan de hand tot Jezus. Tot een diep ernstig gesprek met Frits kon het evenwel nooit komen Hy beweer de, het daarvoor te druk te hebben met zijn werk en met nog iets anders. ,,'t Wordt erger", had hij op Oude jaarsavond van het jaar 1805 tot zyn vader gezegd, zonder zich te realise ren dat kón ook niet wat hy daarmede nu precies bedoelde. Het jaar, waarin zyn huwelijk ge sloten werd, bracht inderdaad veran dering: de man, die zo goed als ge heel Europa ging beheersen, Napo leon, veegde met één pennestreek de Bataafse Republiek van de aardbodem en veranderde deze landen in een Ko- ninkryk, terwijl hij zijn broeder Lo- dewijk tot koning verhief. Ogenschynlyk gaf dat weinig ver andering, te meer, toen bleek, dat de kersverse koning niet een krachtige persoonlijkheid was aan de ene kant, maar aan de andere kant niet aan de leiband van zijn grote broer in Parys beliefde te lopen. Niet vaak, maar toch zo nu en dan ging Frits Zyler naar Sluis, waar hij dan ook steeds een bezoek bracht aan zyn oom, van Hanna's kant, de Maire Verwolde, die het Franse regime hart grondig haatte, maar als verreweg de meesten niet de moed kon opbrengen, om zich er tegen te verzetten, ja, de voorschriften trouw opvolgde. Bij die bezoeken stak de jonge boer van „Overduin" wel het een en ander op. (Wordt vervolgd). De zes afbeeldingen hiernaast tonen U de nieuwe mode; de bovenste rij toont ontwerpen van de „ouderwetse kledingontwerpers en de onderste rij laat de shock-look zien. Boven links: een ruime, geheel met de hand vervaardigde sportieve man tel van Pierre Balmain, die doorgaans zeer draagbare modellen brengt. Hij gebruikte voor deze jas gestreepts tweed in bruin en beige, die hy in af gepaste blokken aan elkaar liet naaien. Smalle astrakan banden geven eeij slankmakend effect. De rok is verrè van kort. Madeleine de Rauch noemde haap creatie (midden) „Jaffa". Blouse, rolt en shawl Kebben dezelfde kleur, nL zandkleurig-goud, doch zijn van ver schillende stoffen vervaardigd. Rok en shawl zijn geknipt uit een ruwe wollen stof. De blouse is van het fijne re cashmere. De rok is vooral in de taille zeer wijd. Hoed, handschoenen en schoenen (zgn. flats) zijn zwart. Ook Madeleine de Rauch prefereert de „lange" rok. De ontwerper Hubert de Givenchy kwam met een zeer geslaagde collec tie, geïnspireerd op het Verre Oosten. Deze couturier, die zelf ook zijn stof fen ontwerpt, koos voor deze avond japon (rechts) een zware zyde, waar op gouden boeddha's op een crème fond. Diepe niet ingestreken plooien zijn gerangschikt om een zeer slanke taille. Het lijfje is strak getailleerd en strapless. De mannequin draagt voor het Oosterse effect een klein Thibetaans mutsje als avondkapje. Een zwart satynen avondmantel en zwartsatynen lange handschoenen worden over dit galatoilet gedragen. Onder links: de mannequin-vedelE. van Dior, René, toont een mantel mei de nieuwe lijn. De mantel, van ruw» blauwe wol, heeft glad vallende voor panden. De rug is echter wyd, wordt onderbroken door een laagvallende ceintuur. De rok eindigt boven het dikste gedeelte van de kuit 40 cm. boven de grond een groot verschil met de mantel van Balmain. Dior, die voor het eerst dit jaar ook schoe nen ontwierp, laat zijn mannequins zwarte pumps met 3/4 hakjes dragen. Midden: korte avondjapon, zeer eenvoudig model, strak getailleerd, met een plotseling, boven de knie uitspringend klokrokje. Twee zwart fluwelen chrysanten aan beide zyden van het hoofd aangebracht, dienen als avondkapje. Dior noemde deze creatie „Paris la Nuit". Het rechtse model werd gebracht door de Amerikaanse filmster Jeanne Crain, op de modeshow te New York, gegeven door de Amerikaanse zaak van Dior. Het jurkje met de korte rok is van lichtblauwe taffeta. SOLDAAT DOOR GEWEERSCHOT GEDOOD HARDERWIJK, 28 Augustus. - Gisteravond is in het kamp „Kranen burg" by Harderwijk de soldaat J. L. N. Kroom uit Amsterdam op nood lottige wyze getroffen door een ge weerschot en gedood. Soldaat Kroom is op 3 Mei 1932 geboren. Hij maakte deel uit van de wacht en werd getroffen door een noodlot tig schot uit het geweer van een schildwacht. De marechaussee stelt een onder zoek in.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1953 | | pagina 5