de loupe LAVRENTI BERIA fcttthw verreweg de schranderste spionnageleider der communisten* ©e tyioie, iWiumcMüu^. Op het bovendek van de bussen kijkt men in de slaapkamers* Nog op rood Verheugend, maar*»* Medewerker of gevaarlijke concurrent van Malenkof (op het oog een goedmoedig en rustig man) Van Josep Broz - thans maarschalk Tito - leerde hij de kneepjes van het vak* Hond nam auto in beslag. ■aiiHiiiiiiiiiiniiiiniiiiiiiiiau £te Radia toengl <mi Dinsdag 14 April 1953 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 Onder „Iedere dag langer is te veel!" stond vorige week in ons blad, toen het ging over het verblijf der eva- cué's van Schouwen en Duiveland te VeenendaaL Niemand zal willen ont kennen, dat dat volkomen juist is. Geen moment langer dan strikt nood zakelijk is mag men de mensen van huis en hof afhouden. Dat de medaille echter ook een keerzijde heeft, hebben de gebeurte nissen van Zondag wel bewezen: eigenlijk zonder dat iemand er op bedacht was braken enkele binnen dijken door Mj liepen drooggevallen polders weer onder water. Ditmaal zonder dat er mensenlevens te be treuren waren maar het had ook an ders kunnen ttyn! Het is nu eenmaal zo, dat tal van dijken nog uiterst zwak zijn. De stormvloed in de rampnacht heeft ze dusdanig geteisterd, dat iedere afwij king van het normale tijdverloop, door welke oorzaak ook, een bedrei ging betekent. Op die andere zijde van de medaille hoort dan ook deze waarschuwing te staan: „Iedere dag dat men de mensen eerder laat terug komen dan verantwoord is, betekent spelen met mensenlevens!" Bij tal van dijken dient het signaal nog op onveilig te staan en kan er nog geen sprake zijn van algehele terugkeer. Het is erg voor wie het treft, maar een andere les is uit de gebeurtenis sen van Zondag niet te trekken. In de maand Maart is het werk loosheidscijfer aanzienlijk gedaald: de index liep terug van 39 tot 28 per duizend, in cijfers uitgedrukt een daling van omstreeks 35.000. Natuur lijk is dit een zeer verheugend ver schijnsel, want de werkloosheid is een kwaad welks demoraliserende invloed men nooit mag onderschatten. Er is echter een „maar" bij: waar aan is de daling van dit cijfer te danken? Allereerst, zo wordt in de officiële toelichting gezegd, aan de gevolgen van de ramp. De herstelwerkzaam heden in de noodgebieden geven aan vele handen werk, niet alleen aan grond- en dijkwerkers, maar ook aan tal van andere handwerkers: in de toelichting wordt gewezen op het her stel van landbouwmachines. Een andere oorzaak van de daling is het ter hand nemen van tal van openbare werken, vooral in de Noor delijke provincies. Daardoor werden de cijfers in Groningen en Friesland vrijwel gehalveerd. Dit in versneld tempo uitvoeren van openbare werken is een nood zaak. Men dient zich echter wel te realiseren, dat men daarmee het werkloosheidsprobleem niet oplost. Het is een kunstmatige remedie, die voor een bepaalde tijd soulaas geeft maar daarna haar nut verliest. Terwijl het bovendien zeer de vraag is of men aan de werklozen, die op deze wijze te werk gesteld worden, ook inderdaad arbeidsvreugde ver schaft. Het demoraliserende van het niets-doen is dan wel weggenomen, maar komt die vreugde er voor in de plaats, die men verwerft als men in zijn dagelijks werk opgaat? Ook zo bezien is het slechts een lapmiddel! Blijvende arkgelegenheid dat is het waarnaar gestreefd dient te worden. Déze op zichzelf verheugen de daling mag er niet de oorzaak van zijn, dat men met minder energie dat doel zou najagen. lljj ziet eruit als een goedmoedig en rustig man, deze Lavrenti Pavlovltseh Beria, tot Stalins dood hoofd van de Binnenlandse Veiligheid, thans tevens minister van Binnenlandse Zaken en eerste vice-voorzitter van de raad van ministers der Sowjet-Unle. Zijn naaste medewerkers roemen om het hardst zjjn buitengewone intelligentie, zjjn werklust en zijn rechtvaardigheid des ondanks is jnist deze rustige man verreweg de bekwaamste spionnageleider der communisten en dat wil iets zeggen! Dit bljjkt alleen al uit het feit, dat hij alle zuiveringen heeft overleefd en zelfs kans heeft gezien in de loop der jaren trede na trede de Sowjet-ladder te beklimmen tot de op één na hoogste post welke hij thans bekleedt. Zjjn vriendschap met Stalin zal daaraan niet vreemd geweest zjjn: beiden waren afkomstig uit Georgië en zjj kenden el kaar sedert de tjjd dat de communistische partjj nog ondergronds moest wer ken! De vraag, die de wereld thans bezighoudt, is deze: „Hoe is thans de verhouding tussen Beria, als chef van de geheime dienst een der machtigste mensen, en de nieuwe Sowjet-premier Malenkof?" Een vraag die voor de toekomst van Rusland van grote betekenis kan zijnen die thans, na de vrijlating der artsen, voor welker arre statie Beria's dienst immers verantwoordelijk was, wel bijzonder actu eel is. Algemeen neemt men aan, dat deze geruchtmakende in vrij heidsstelling een openlijke terechtw ijzing van Malenkof aan Beria is geweest. De eerste ronde van de strijd om de macht tussen deze twee is volkomen in het voordeel van de premier (en wellicht van de gehele wereld) geëindigd. MaarBeria is een niet te onderschatten tegenstander! Lavrenti Beria is thans een goede vijftiger. Zijn vader was een onbe middelde boer in Georgie, maar toen de jongen blijk gaf van buitengewone intelligentie en leergierigheid zag hij toch kans hem te laten studeren aan de polytechnische school te Bakoe. Met lof haalde hij zijn graad als werk tuigkundig tekenaar. Al tijdens zijn studie werd hij lid van de toen nog ondergronds werken de communistische partij en op 27- jarige leeftijd hij was toen tech nisch tekenaar te Bakoe, werd hij door een Tsaristische krijgsraad ter dood veroordeeld wegens het maken van revolutionnaire propaganda in het Kaukaische leger. Enkele uren echter, voordat het von nis aan hem voltrokken zou worden, wisten zijn vrienden hem te bevrijden. Hjj begaf zich naar het gebergte, waar hij door een der daar opererende par- tisanen-eenheden als een waardevol ka meraad werd verwelkomd. Daar leerde hij StaUn kennen en samen bestudeer den zij de werken van Karl Marx en Lenin. De grote en bloedige revolutie van 1917 kwam. Beria stelde zich aan het hoofd van een groep opstandige ar beiders en trok op naar de olievelden van Bakoe. Hij bleek te vroeg begon nen te zijn de Tsaristische troepen grepen hardhandig in en slechts een overhaaste vlucht kon de leider red den! De lessen van Tito, Vanuit Albanië ging Beria naar Rusland, waar hij onder de valse na men Vanno Tchehivilli en Garabet Abamalek het commando voerde over 500 Oostenrijkse deserteurs in de strijd tegen de Witrussische generaal Wrangel. In deze periode bleek, dat Beria de lessen van Tito niet had ver geten. Hij stuurde enkele zijner ge trouwen het waren zijn eerste ge heime agenten als zogenaamde „overlopers" naar het kamp van de vijand om daar te spionneren. Na de Russische revolutie vergat men Beria in Moskou niet. Lenin stuurde hem in 1920 als ambtenaar van het Oekraini- sche gezantschap in Tsjecho-Slowakije naar Praag. Maar in feite was hij spi on. Hij weefde een politiek spionnage- net over West- en Midden-Europa. Met de militaire spionnage hield hij zich niet bezig, omdat daarmede offi cieren van het Rode leger waren be last. Invloedrijke Russische politieke vluchtelingen werden door zijn hand langers geschaduwd en velen ver dwenen.... zonder meer Gepeoe-chef, Door zijn aanleg werd hij in 1929 benoemd tot hoofd van de afdeling West-Europa van de Gepeoe. Hij bevond zich toen in Parijs, waar hij boemelde in de bars en de mondaine amusementsgelegenheden, daarbij gekleed zijnde in een schitterend uniform om zijn rol van arrogant ex-Tsaristisch officier te kunnen spelen. Hij liet zich aanspreken als majoor Yenonlidze. Ieder, die naar hem luisterde vertelde hij, dat hij en zijn familie tijdens het optreden van de bolsjewiki alles hadden verloren. Ijverig zocht de „majoor" derhalve naar lieden, die in dezelfde omstan digheden waren als hij. Op deze wijze wist hij zich spoedig in te dringen in kringen van Oekraïn- se fascisten en handlangers van Ja panse, Italiaanse en Duitse geheime diensten en wat vooral zijn bedoe ling was in de vereniging van Wit- Russen, die. tegen de Sovjet-Unie col laboreerde. Op deze wijze kwam hij op de hoogte van de werkwijze der contra-revolutionnairen, wier kanalen naar Japan, China, Duitsland, Polen en de Baltische staten liepen. Het was dan ook aan Beria te danken en aan hem alleen, dat op het kritieke mo ment de contra-revolutie in de Sovjet- Unie dé kop kon worden ingedrukt. Door zijn werk konden alle contact punten der contra-revolutie zonder enige uitzondering worden opgerold. Reiziger in passen. Tussen 1930 en 1937 reisde Beria ter controle en reorganisatie van het poli tieke spionnagesysteem gans Europa af. Op zijn voorstel werden niet-com- munisten en intellectuelen in het systeem opgenomen. De Spaanse bur- A/fprterteHrirr A.dv geroorlog was een kolfje naar zijn hand. In nauwe samenwerking met zijn collega van de Sovjet-Russische militaire geheime dienst in West- Europa, Krivitsky in Den Haag, wist hij een campagne te ontketenen voor dienstneming in het Spaanse volksle ger. By duizenden meldden de idealis tische socialisten, revolutionnairen en avonturiers zich bij de aanmeldings- bureaux aan. Het ging Beria echter alleen om de voor de Gepeoe zo belangrijke paspoor ten, die de vrijwilligers mee naar Span je kregen. Op zijn order moesten deze hun passen onmiddellijk na aankomst in Spanje afgeven. Kort daarop bevon den de passen zich in Moskou en nog heden ten dage worden deze documen ten door Sovjet-spionnen gebruikt bij hun acties in de democratische staten. Want wat gebeurde op voorstel van Beria? Met grote nauwkeurigheid ging men in Moskou na, welke eige naren van passen sneuvelden. Van iedere gesneuvelde werden naam en woonplaats genoteerd en per koerier overgebracht naar de ambassade in het land, waaruit de gesneuvelde militair afkomstig was. Eén der ambtenaren van de ambassade kreeg dan opdracht zoveel mogelijk gegevens over de ge sneuvelde te verzamelen. Dit werd veelal gedaan door communisten uit de plaats, waar de gesneuvelde had gewoond. De gegevens werden naar Moskou gezonden, waar een Gepeoe- agent uit hetzelfde land als de gesneu velde zich geheel in de omstandighe den van de omgekomene begon in te leven. Wanneer de spion alle familie betrekkingen, leveranciers en de op het paspoort vermelde bijzonderheden uit zijn hoofd kon opnoemen, beschik te de Soujet-Unie wederom over een allergevaarlijkste penetratie-agent. Het is mede op deze door Beria uitgedach te wijze dat honderden Sovjet-spion nen in vrijwel alle landen der wereld konden worden gepenetreerd. Krim-evacuatie. Het is eveneens Beria geweest, die tijdens de jongste oorlog het giganti sche werk heeft voltooid, de gehele bevolking van het Krim-schiereiland binnen ongelofelijk korte tijd naar Aziatisch Rusland over te brengen. Daarbij propageerde hij de gedachten- gang, dat het een rustig gevoel was voor de hard vechtende, doch voorlo pig terugtrekkende Sovjet-soldaat dat zo weinig mogelijk burgers in handen vielen van de gehate Duitsers. Een ariër deel van zijn omvangrijke ar beid, bëstond uit het doen functionne- ren van de arbeidsdienst. Zijn kantoor is verlucht met foto's van arbeiders kampen. Hierop staan mannen, die „vreugdevol" aan het werk zijn, ter wijl een muziekkorps van Beria's ge heime politie, volkshymnes blaast. Momenteel bevinden zich nog duizen den Duitse en Japanse krijgsgevange nen in deze kampen. Lavrenti Pavlovitsch Beria is de in- lichtingendiensten van de democratische mogendheden op velerlei gebied voor, alleen al doordat de Sovjet-Unie in vele landen duizenden aanhangers en be taalde spionnen heeft. Het is voorna melijk het werk van Beria dat de de mocratische mogendheden op hun beurt niet over even zovele duizenden in de landen achter het IJzeren Gordijn kun nen beschikken en mochten zjj er ge weest zjjn, dan is het wederom door het optreden van Beria, dat zjj zich voor het overgrote deel in de concentratie kampen bevinden Het gebeurde in Maastricht. Een con troleur van de Raad van Arbeid bracht een controlebezoek aan een verzekerde, die in de ongevallenwet was beland. De controleur behoefde maar even binnen te wippen en liet het portier van z'n auto openstaan. Wie beschrijft 's mans verbazing toen hij bij terugkomst een grote en gevaarlijk grommende bouvier op de plaats van de bestuurder zag zitten. De hond was blijkbaar van mening, dat hij de auto nauwgezet diende te bewaken en liet van tijd tot tijd op schrikaanjagende wijze zijn tanden zien. Controleur noch omstanders ble ken bij machte het „plichtsgetrouwe" beest van gedachten te doen verande ren. Toen het dier een agent van po litie zag naderen leek z'n geprikkelde gemoedstoestand eerder toe dan af te nemen. De hond hield onverzettelijk de wacht bij het stuur en de situatie werd waarlijk pijnlijk, zo niet hope loos. Een inmiddels naderbij gekomen jongeman, ter plaatse geboren en ge togen, bracht de oplossing. Hij her kende het goed gedresseerde en opge voede dier en tuaarschutude ijlings de meesteres van de „autowachter", die nog steeds van geen wijken tuist. Me vrouw arriveerde met grote spoed ter plaatse en haar wagen stond nauwe lijks stil of de hond verliet kalm z'n ten onrechte ingenomen plaats achter het stuur. Het bleek dat hij de auto van de controleur had aangezien voor de wagen van het „vrouwtje". Zij hadden beiden een Opel. Neen, „AKKERTJE Een officiële Iraakse woordvoerder heeft te Bagdad berichten tegengespro ken volgens welke de jonge koning Feisal de Tweede van Irak in het hu welijk zou treden met een dochter van de heerser van Koeweit. FEUILLETON. mmmmmmÊÊHKÊÊÊm door J. BRANDENBURG. 35 In de Noordwest-hoek van de stad verrijst het machtige paleis van Herodes. Twee muren ervan dienen tevens als stadsmuur, waarvan de hoogte ruim vijftien meter bedraagt. Van deze muur af heeft men een onbelemmerd uitzicht over het gehele tempelcomplex. Drie ontzaglijke torens vergroten de sterkte. Het paleis is een exponent van oosterse weelde en comfort, met vele ruime zalen, binnenplaatsen en ruimten, die als parken en tuinen zijn ingericht, fonkelende fonteinen; vloeren van het kostbaarst marmer, ingelegd met de zeldzaamste steensoorten tot een schoon mozaiëk. Maar op het ogenblik, dat Jacob op weg is naar zijn zwager Ozias, wie hij bij diens toenemende drukte vaak gaat helpen, is dit alles nog slechts in wording, zo goed als de nieuwe woningen in het rijke deel der stad, hetwelk nog maar in aanbouw is. Echter, de duizenden werk lieden, die hier arbeiden brengen hun eigen vertier en behoeften mede. De markt is drukker dan ooit en de winkels hebben een rijke klandizie. Nog slechts enkele jaren en de rampen van de oorlog zullen, met de laatste lidtekens, weggevaagd zijn. En ook de werkplaats van Ozias heeft haar aandeel dezer bedrijvig heid.Hij werkt al met enkele werklieden en vaak moet hij op de markt losse arbeiders er bij halen om het bestelde werk op tijd gereed te kunnen hebben. Bovendien heeft de ondernemende Ozias zijn bedrijf uitgebreid; be halve het verven van de wol, laat hij ook spinnen en hij heeft een voller in zijn dienst, die het goed voor het gebruik gereed maakt, zodat 'iet Pr°duct rechtstreeks aan de markt kan brengen. Hij maakt purperen wol, met de verfstof, welke de purperslak levert een helderrode kleur aan het goed verleent. Deze kleur wordt uitsluitend door ue rijke mensen gedragen, die daar grote bedragen voor over heb ben. De scharlaken en karmozijn-kleuren verkrijgt hij uit de eieren van de schildluis, welke door dit insect gelegd worden op de eikenbladeren van de eiken bij Mamré. Hij maakt hemelsblauwe stoffen en hei-gele, wel ke de vrouwen zo gaarne dragen en zyn kleuren staan bekend, als niet snel verblekend. Na het weven gaat het goed een tijdlang in het water en wanneer het doorweekt is, gaat een arbeider het bewerken met een stevige knuppel en stampt er op met de blote voeten, waardoor de stof zo krimpt, dat het bijna tot de helft mindert. Wie een lap ongevolde stof op een oud kleed zou gaan naaien, zou bij het krimpen van de stof slechts een erger scheur maken, en dat moet voorkomen worden. Deze laatste bewerking laat Ozias in het veld des Vollers, waar hij een vaste plaats gehuurd heeft, aan zijn stoffen ondergaan. Judith helpt haar man dapper. Het kleine huishoudentje kost haar weinig tijd. Wanneer de baby, 's morgens in de lange doek van zes meter is ingewikkeld, de armpjes stijf tegen het lichaampje aan, dan heeft ze er verder niet veel omkijken naar. En daarom helpt ze met het weven. Ze zit plat op de grond, onder het weefgetouw en met een spoel haalt ze met snelle bewegingen de dwarsdraad door de lengtedraden, Zo handig is ze in dit werk geworden, dat ze per dag tien meter stof van een halve meter breedte gereed kan krijgen. Jacob loopt langs de werkplaats en wil, vóór hij aan het werk gaat, zijn opperkleed in het huiskamertje neerleggen. Hij stapt de deur binnen en maakt de gesp van zijn kleed los, en eerst wanneer zijn ogen aan het halfduister gewend zijn en hij zijn kleed reeds in de hand heeft, ontdekt hij, dat hij niet alleen in het vertrekje is. Een meisje staat in de hoek bij de baby. Zij heeft zich uit haar ge bukte houding opgericht en slaakt een kreet van schrik. Haar hoofddoek slaat zij als een sluier voor het aangezicht. Jacob kijkt met ogen, groot van verbazing naar het vreemde meisje. Hij heeft niet veel van het gelaat kunnen zien. Daarvoor zijn z'n ogen nog niet voldoende gewend aan de schemer van het vertrekje, maar toch heeft hij reeds in een paar ogen geblikt, die hij zijn leven lang niet meer vergeten zal. Hij voelt zich onhandig en stamelt een paar woorden van excuus. Hij krijgt echter geen woord terug en hij weet niet beter te doen, dan het huisje te verlaten. Wanneer hij bij het weefgetouw komt, waar zijn zuster werkt, vraagt hij: Heb je een gast, Judith? Ja, een nichtje van Ozias uit Jutta. Zij is enkele dagen bij ons. Hoe vind je ze? Jacob krijgt een kleur. Hij is niet gewend over meisjes te spreken. Hij denkt na over de vraag, hoe hij ze vindt. Wat moet hij zeggen? Ik heb ze niet gezien, ze hield haar sluier voor het gelaat, toen ik binnenkwam. Zoals het een goed meisje betaamt, zegt Judith. Hier in Jeruzalem vergeet men dat. De meisjes dragen hier geen sluier meer, maar het zijn er dan ook vaak meisjes naar. Ingezonden Mededeling (Adv.) WB K VERWONDINGEN DIE IN HET GEZIN KUNNEN VOORKOMEN MONUMENT VOOR STIJKELGROEP. De burgemeester van 's-Gravenhage, rar F. M. A. Schokking, zal op 4 Mei a.s. op de algemene begraafplaats Westduin te Loosduinen een op het eregraf van de Stijkelgroep opgericht monument, ver vaardigd door de beeldhouwster Marian Gobius, onthullen. Voor de onthulling zal het woord gevoerd worden door de presidente van de stichting „Eregraf- Stijkelgroep", mevrouw W. A. Renkema- Snoek Henkemans. De plechtigheid zal worden gesloten door ds J. A. Kwint, predikant van de Duinoordkerk. Indiening aangiftebiljetten inkomstenbelasting. Morgen sluit de termijn voor de In levering v»n de aangiftebiljetten voor de inkomstenbelasting over het jaar 1953 en voor de vermogensbelasting voor het be lastingjaar 1952. Voor deze datum moe ten de aangiftebiljetten dus bij de in specteur der belastingen zUn terugbe zorgd. Degeen echter, die tijdig een voorlo pig aangiftebiljet hebben ingeleverd, hebben nog tot 15 Juli 1953 tijd voor de inzending van 't volledige aangiftebiljet. Het voorlopige aangiftebiljet is nodig voor een tijdige vaststelling van de voor lopige aanslag. Daarin wordt dan ook alleen opgaaf gevraagd van het geschatte inkomen over 1953. Problemen in Londen Maar dc Engelsen hangen geen gordijnen op. De dubbeldekbussen in Bonden blijken voor de vreemdelingendie de stad bezoeken een zo grote attractie te zijn, dat de London Passenger Transport Board speciale avondritten heeft ingelegd langs de door de schijnwerpers verlichte gebouwen. Het moet een hele sensatie zijn om het gewriemel van- het Londense verkeer gade te slaan op het bovendek van zo'n Londense autobus. Dit is één attractie, maar we willen niet insinueren het is algemeen bekend, dat men op het bovendek van de bus zomaar in de slaap kamers van de huizen kan zien. Gordijnen houden de Engelsen er niet op na. Want het is in Engeland min of meer een ongeschreven wet, dat men niet bij andere mensen door de ramen naar binnen kijkt. Dit is een ongeschre ven wet, waar de Engelsen zich misschien wel aan houden. Maar juist 's avonds zitten er vreemdelingen op de bovendekken van de autobussen. We zeggen niets geen kwaads van deze vreemdelingen. Maar er doen zich wel eens moeilijkheden voor Zo moest de rechtbank in het Lon dense district Kensington in Mei 1949 de zaak behandelen van een heer, die pas getrouwd was met een aardig, om niet te zeggen, lieftallig vrouwtje. Het gelukkige paar had een woning toege wezen gekregen precies voor de bus halte van lijn 74. De bus stond soms wel vijf minuten stil bij de halte en de passagiers konden dan op hun gemak bekijken, hoe, vooral in de vroege ochtenduren, het bed van de jonge echtelieden niet was opgemaakt. Ja, het was een lastig probleem die bushalte, want er hingen geen gordij nen voor de ramen. En sommige pas sagiers maar kijken. Het begon het echtpaar werkelijk te vervelen en mr Jones en zijn vrouw besloten bescher ming bij de wet te gaan zoeken. Tijdens de rechtzitting stelde de rech ter voor, dat mr Jones gordijnen voor zijn raam zou hangen. Zoiets had mr Jo nes nog nooit eerder gehoord en ver wonderd vroeg hij. „Waarom zou ik dat eigenlijk doen?" Ja, dat wist de rechter ook niet. Het proces sleepte zich een tijdje voort en het slot van het liedje was, dat de rechter de busmaatschappij in casu de machtige Londen Passenger Transport Board veroordeelde de bushalte 50 meter verder te verplaatsen. Er bestond immers nog zoiets als „Peeping Tom Act". Die „Peeping Tom Act", is immers het fijne puntje waar het dikwijls in Enge land om draait. Het moet in de veertiende eeuw ge beurd zijn, dat een wonderschone dame, lady Godiva, van haar echtgenoot een bullebak van een kerel helemaal bloot per paard door de straten van het Engel se plaatsje Coventry moest rijden. Mis schien dat die juffrouw het er wel naar gemaakt had, maar de bewoners van het dorp vonden het geen werk. Tenminste dat zeiden ze. Men kwam overeen, dat iedereen binnen zou blijven, als de blote juffrouw in de straten zou verschijnen. Zo protesteerde het dorp gezamenlijk te gen de hondse houding van die vent, die zijn vrouw in weer en wind niet ontzag. Maar een zekere Tom kon het niet na laten zijn voordeur op een kier te zetten. Dat was heel slecht. Daar stond hij te gluren achter de kier van de deur. Toen hoorde hü de hoefslagen van het paard al. Hij kijken, maar hü zag niets. Tom was met blindheid geslagen. Maar zijn naam komt onsterfelijk voor in de zg. „Peeping Tom Act", welke wet soms nog erg actueel wordt hij de Engelse rechtspraak, wanneer het probleem aan de orde komt of getuigenverklaringen van mensen, die Iets door een venster hebben gezien, wel rechtsgeldig zijn. Het staat in Engeland als een paal boven water, dat het vanzelf spreekt, dat men niet bij anderen naar binnen kijkt en dat het niet vanzelf spreekt, dat men gordijnen voor de slaapkamerramen hangt. En hoe het dan met die vreemde lingen moet op het bovendek van de Londense autobussen weet men nog niet. Maar och, zo'n groot pro bleem is het nu ook weer niet. Dubbeldekbussen op een druk punt in Londen. Op het boven dek zitten vreemdelingen te genieten. V- -O WOENSDAG 15 APRIL 1953. HILVERSUM I. (402 m.) NCRV: 7.00 Nieuws. 7.13 Gewijde muziek. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weer- ber. 8.15 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00 „Dood spoor", hoorspel. 12.00 Sopraan en piano. 12.30 Land- en tuinbouwmed. 12.33 Gev. muz. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Pro testants Interkerkelijk Thuisfront. 13.20 Metropole ork. en solist. 14.05 „Carmen", opera (acte I, gr.) 14.45 Voor de meisjes. 15.00 Amus. muz. 15.30 Pianokwartet. 16.00 Voor de jeugd. 17.20 Orgelconcert. 17.50 Mil. caus. 18.00 Gram. 18.15 Geeste lijke liederen. 18.30 R.V.U.: Dr J. J. Smith: „Voorjaar in de natuur." 19.00 Nieuws en weerber. 19.10 Boekbespr. 19.25 Gram. 19.30 Buitenl. overz. 19.50 Gram. 20.00 Radiokrant. 20.20 Omroep- ork. 21.15 „Nederl. Staatslieden van de 19e eeuw.," caus. 21.35 Lichte muz. 22.00 Gram. 22.05 Twee piano's. 22.30 Intern. Evangelisch comment. 22.40 Gram. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nieuws en S.O.S.-berichten. 23.15—24.00 Gram. HILVERSUM II. (298 m.) VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram. 7.33 Operettemuz. 8.00 Nieuws en weer ber. 8.18 Gram. 8.50 Voor de huisvrouw. 9.00 Gram. 9.35 Idem. VPRO: 10.00 School radio. VARA: 10.20 Voor de vrouw. 11.00 Gram. 12.00 Orgelspel. 12.30 Land- en tuinb. med. 12.33 Voor 't platteland. 12.38 Gram. 13.00 Nieuws en comm. 13.20 Lich te muz. 13.50 Gram. 14.00 „De weg om hoog", caus. 14.15 Jeugdconcert. 15.00 Voor de jeugd. 15.30 Hoorspel voor de jeugd. 16.00 Pianorecital. 16.10 Voor de jeugd. 16.45 Voor de zieken. 17.15 Gram. 17.30 Instr. kwartet. 17.50 Reg.uitz.: R. Stephan: ,,Nieuw-Guinea's eilanden in de Geelvinkbaai". 18.00 Nieuws. 18.15 Vara- varia. 18.20 Act. 18.30 Lichte muz. 19.00 „Aan weerszijden van de Atlas", klankb. 19.20 Gram. VPRO; 19.30 Voor de jeugd. VARA: 20.00 Nieuws. 20.05 Pol. comm. 20.15 Metropole-Ork. en solist. 20.45 „De regen kwamhoorspel. 21.40 Omr. ork. en soliste. 22.20 „Gaan we 'n nieuwe ijstijd tegemoet?", caus. 22.35 Instr. sextet. 23.00 Nieuws. 23.15 Socialistisch nieuws in Esperanto. 23.20 Jazzmuz. met comm. 23.35—24.00 Gram. BRUSSEL. Vlaams (324 m.) 12.00 Om roeporkest. 12.30 Weerber. 12.34 Gram. (Om 12.50 Koersen.) 13.00 Nieuws. 13.15 Gram. 14.00, 14.35, 15.15 en 15.40 Idem. 15.45 Kamerorkest en solist. 17.00 Nieuws. 17.10 Gram. 17.30 Causerie. 17.40 Gram. 17.45 Boekbespr. 18.00 Litterair-muzikaal programma. 18.30 Voor de soldaten. 19.00 Nieuws en persoverzicht. 19.40 Cello en piano. 20.00 Hoorspel. 20.45 Gram. 21.15 Idem. 22.00 Nieuws. 22.15 Litterair-muzi kaal programma. 22.5523.00 Nieuws.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1953 | | pagina 3