WAT WIL RUSLAND? staopsrmm.' JDe qAote, u-eMtuicPiluig,. SCHAKEL Om De vraag van vandaag» D A: Herstel der Roomse hiërarchie riep verzet op in ons land* Kon, Bond van Chr, Zang- en Oratoriumvereni gingen hield bondsdagen te Amsterdam. Donderdag 9 April 1953 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina J Vietminh-offensicf tegen Laos op komst? FEUILLETON. >31 DE WERELD houdt welhaast de adem in van verbazing over de zo plotseling veranderde hou ding van Rusland. Stalin, de man die tientallen jaren de Sowjet-politiek be paald heeft, is nog maar enkele weken dood er er schijnt zich een verande ring te voltrekken, die men een maand geleden nog voor volslagen onmogelijk had gehouden. Veranderingen in politieke gedrags lijn en veranderingen ook in de Russen zelf. Dat laatste is misschien nog merk waardiger dan het eerste. Velen van hen die in de oorlogsjaren in Duitsland hebben moeten werken, hebben daar de Russen leren kennen ik zelf heb ze toen leren zien als prettige, zacht moedige, soms wat melancholieke men sen. Ze sloten zich meestal af van de andere dwangarbeiders en gingen him eigen gang, maar tot helpen waren ze altijd bereid. En voor die allen is de houding der Russische diplomaten na de oorlog een ontgoocheling geweest: keiharde dwarsdrijvers, wier „njet" de hoogste wijsheid leek en die wel het lachen verleerd leken te zijn. En nu, plotseling, lijkt het alsof die Russen uit de oorlog weer teruggekomen zijn, als of die marionetten van het Kremlin weer mensen geworden zijn: ze gaan naar recepties, toasten met mensen die ze een maand geleden nog geen hand wilden geven en ze schijnen zelfs van plan te zijn de kroningsfeesten in En geland te gaan bijwonen. Ze doen alsof er plotseling een druk van hen is af gevallen. Met die veranderde persoonlijke houding is hun politieke gedragslijn in overeenstemming. Een maand geleden had niemand meer een sou gegeven voor het leven van die negen artsen, die beschuldigd waren van moord op Zjdanof en van poging tot moord op andere hooggeplaatsten. De wereld ver wachtte in de komende maanden een van die grote „zuiveringsprocessen zo berucht uit de dagen van Stalin en aan welke de naam van Wyshinsky als openbaar aanklager onlosmakelijk ver bonden is. En zie, in plaats daarvan worden deze negen niet alleen vrijge laten, maar zelfs volkomen gerehabili teerd. De mensen die hun arrestatie hebben bewerkstelligd, de beruchte staatspolitie, worden nu openlijk in gebreke gesteld en het afpersen van bekentenissen, zo berucht door de jongste processen, wordt in flagrante strijd genoemd met de Sowjet-wetten, En het ongelooflijkste van al: aan het volk wordt openlijk toegegeven, dat in het verleden, in het Stalinistische tijd perk, fouten zijn gemaakt. Eigenlijk wordt de politiek van Stalin, tot dus verre als een godheid vereerd, openlijk gedesavoueerd. E VOLGENDE VRAAG is dan WAT BETEKENT DIT ALLES? Die vraag houdt de wereld be zig. Begrijpelijk, want de wereldvrede de toekomst van ons en onze kinderen is er mee gemoeid. Als Malenkof, Sta- lins opvolger, inderdaad een koers van toenadering tot het Westen gaat varen, dan heeft het er naar de mens ge sproken nog nooit zo goed voor de geplaagde na-oorlogse wereld uitgezien als nu. De wereld heeft op die vraag nog geen antwoord gevonden, kan ook nog geen antwoord gevonden hebben, want de meest verwonderlijke gebeurtenissen volgen elkaar zo snel op, dat men nau welijks tijd heeft om zich te realiseren, wat er eigenlijk gebeurt. Nu moet men één ding voorop stel len: dat het communisme een levens- en wereldbeschouwing is, met een be paald einddoel voor ogen. Dat einddoel is het stichten van de communistische heilsstaat over de gehele wereld. Men kan dit zonder oneerbiedig te wil len zijn vergelijken met de christe lijke wereldbeschouwing, het streven naar een christelijke wereld, waarin God de eer wordt gegeven en Zijn Naam wordt verheerlijkt. Laat nu nie mand geloven, dat de Russische leiders ontrouw geworden zijn aan dit „ge loof"; dat zij hun einddoel, de commu nistische heilstaat in geheel de wereld, niet meer voor ogen hebben. Er is niets dat daarop wijst. Er is zelfs niets dat er op wijst, dat men de dictatuur wil afschaffen hoogstens is er een kleine zwenking in democratische geest. ER IS EEN ANDERE MOGELIJK HEIDdat men heeft ingezien, dat het einddoel in de komende tijd toch niet te verwezenlijken zal zijn en dat men daarom van koers gaat veran deren. Het is mogelijk, dat men het op dit ogenblik nuttiger oordeelt vrede met het Westen te sluiten. Ja zelfs dat men een hartelijke samenwerking op prijs stelt, omdat men van oordeel is, dat men op de Stalinistische manier toch niet tot het einddoel komt. Een volkomen breken met Stalin dus en opbouw van een geheel nieuwe strate gie en tactiek. Stalins politiek was er een van geweld, van machtsuitbreiding hetzij door een „koude oorlog", hetzij door ondergronds gewroet en onbloe dige staatsgrepen. Wordt Malenkof's politiek er een van vriendelijkheid, van op recepties toastende Russische diplomaten en van conferenties waar op men tot constructief overleg bereid blijkt? Ingezonden Mededeling (Adv.) vraag die niemand, ook Malenkof zelf waarschijnlijk niet, kan beantwoorden. Streeft het Kremlin bepaalde doelen- van-het-ogenblik na of is het een structurele verandering? Sommigen zijn van oordeel, dat de snelheid, waarmee de wijziging wordt doorgezet, er op wijst, dat men iets zeer bepaalds op het oog heeft en dat zeer bepaalde zou dan zijn het waardeloos maken van het Atlantisch Pact en het doen mis lukken van de Europese Defensie Ge meenschap. Deze twee doelen kan men in één keer bereikendoor Duitsland te neutraliseren. Malenkof zal niet zo naïef zijn om te menen dat een glimlach van zijn diplomaten voldoende is om de defen sie-inspanningen, die de vrije wereld zich op het ogenblik getroost, plotse ling te doen verslappen. Rusland wordt te zeer gewantrouwd, dan dat men in het Westen ook maar één ogenblik zijn waakzaamheid zou durven verliezen. Maar met Duitsland is het een ander geval: de Duitsers, ook de meest ver stokte aanhangers van het Westen, dromen nog altijd van een herenigi- ning en zij zullen zeker bereid zijn wat water in de wijn te doen als zij dit ideaal kunnen verwezenlijken. Zij zul len waarschijnlijk niet zover durven gaan, dat zij een „neutraal Duitsland" willen propageren, maar een Duits land met een sterke communistische invloed zullen zij waarschijnlijk toch wel willen riskeren. En de vraag is of bepaalde Westelijke staatslieden, met name Franse, ook niet een eindje in die richting willen meedoen. Dat is een perspectief, dat door de verandering van tactiek binnen het Russische be reik lijkt te komen liggen. En dat Rus land hierdoor aanzienlijk aan macht zou winnen, is buiten kijf! NDERE WAARNEMERS, met name Joegoslavische, zijn van mening, dat de koersverandering ver oorzaakt wordt door krachten van binnen uit. Dat binnenlandse moeilijk heden dus Malenkof tot zijn opzien barende stappen zouden drijven. Men mag aannemen dat de Joegoslaven, die langer dan het Westen vriendschappe lijke betrekkingen met Moskou hebben onderhouden en die ook het systeem beter kennen, op deze dingen geen slechte kijk hebben. De vrijlating van de artsen en de daarop gevolgde uit eenzetting plus de beschuldiging van de staatspolitie, wijzen trouwens in die richting. Want weliswaar was dit ten opzichte van het buitenland een op zienbarende stap voor de Russen zelf moet dit alles wel als een donder slag bij heldere hemel geklonken heb ben! Al eerder, bij het overlijden van Stalin, hebben we er op gewezen, dat een dictatoriale positie niet geërfd kan worden een dergelijke leidersplaats dient te worden veroverd. Kennelijk is Malenkof daarop uit: hij gaat een eigen politiek voeren, die hem naar hij hoopt een naam zal verschaffen naast die van Stalin en Lenin. Niet minder dan Stalin zal hij een „wel doener van het Russische volk" willen zijn. Slaafs de Stalinistische politiek navolgend zou hij nooit die faam ver overen nu heeft hij die kans wel. Want en nu grijpen we weer terug naar het begin het Russische volk is een goedmoedig volk en als Malen kof erin zou slagen die volksaard in zijn politiek tot uiting te brengen zon der de communistische wereldbeschou- op STERLING SHAG! U merkt het meteen: wat een verschil met gewone shag. Dank zij het speciale Niemeijer's Positief-Mild procédé komen geur en smaak van de beste Virginia tabakken ten volle tot hun recht. STERLING: de ideale shag Dus: Prof. Scholten sprak op Unie-vergadering. „Wij wensen geen staatsdwang, maar vrijheid." (Van een speciale verslaggever). Op de 74e jaarvergadering van de Unie „Een school met de Bijbel" Dinsdag te IJtreeht gehouden, heeft prof. dr E. W. G. Scholten te Utrecht een boeiende rede gehouden over de betekenis van het herstel van de hiërarchie in de R.K.-kerk. Hij trad op in de plaats van ds B. Nederlof, Chr. Geref. predikant te Dokkum, die door ziekte verhinderd was. Daarvoor werden de huishoude lijke zaken afgedaan zoals wijziging statuten, verkiezing van drie nieuwe bestuursleden en behandeling van het rapport over de geslaagde propaganda- actie door de propagandist der Unie, de heer N. Heukels te Ouderkerk aan de Amstel. De Uniecollecte 1952 is zeer goed ge slaagd, aldus de heer Heukels. Bedroeg de opbrengst in het jaar daarvoor f 227.691,10, in 1952 werd f271.736,24 voor het Chr. onderwijs bijeen gebracht, waarvan f 27.401,26 aan de Unie werd afgedragen. Friesland spande de kroon, daar organiseerde 91 pCt van de eo- mité's de collecte. In Groningen be droeg dit percentage 80, in Drenthe 70 en in Zeeland 50 pCt. De opbrengst bedroeg in deze provincies resp. f 45.227.40, f 31.297.83, f 14.712,97 en f8.032.09. De heer Heukels bracht een speciaal woord van dank aan het Friesch Dagblad, dat veel aan het sla gen van de collecte in Friesland heeft bijgedragen. NIEUWE BESTUURSLEDEN. Aan de beurt van aftreden waren de heren D. A. v. d. Schans te Eethen (N.B.) en dr J. Bax te Veenendaal, ter wijl verder voorzien moest worden in de vacature And. Jonkhof f te Gro ningen. Gekozen werden de heren P. W, J. A. H. v. d. Schans te Andel (N.B.), prof dr L. W. G. Scholten te Utrecht en dr P. A. Jongsma te Gro ningen. Daar het statuut van de Unie, vast gesteld bij de oprichting in 1879, in verschillende opzichten verouderd ,is Mogelijke Franse terugtocht uit de Tonkindelta. Naar een Franse militaire woord voerder te Hanoi heeft meegedeeld, hebben de Vietminh-opstandelingen rondom Moe Tsjau, 120 kilometer ten Westen van Hanoi, een strijd macht van 40.000 man samenge trokken, die, naar men vermoedt, gebruikt zal worden voor een offen sief tegen Laos, de Noordwestelijke staat van Indo-China. Gezien het feit, dat over ongeveer zes weken de natte moeson begint, neemt men aan dat de opstandelingen binnen een week hun aanval moeten begin nen, willen zij hun doelen bereiken. Een groot offensief tegen Laos, waar de communisten tot dusverre een ge ringe activiteit hebben ontplooid, zou vrijwel automatisch een grootscheepse terugtocht der Franse-Uniestrijdkrach ten uit de Tonkinese delta met zich mede brengen. In Laos wordt veel opium gewonnen, die een rijke bron van inkomsten voor de communisten zou betekenen. Een grote aanval zou echter voor de opstandelingen ook grote moeilijkhe den opleveren wegens de lange af standen tot hun bevoorradingsbases en het slechte wegennet. Moe Tsjau ligt 50 kilometer ten noorden van de grens van Laos. Tengevolge van slechte weersom standigheden hebben de Fransen de afgelopen twee dagen de bewegingen van de communisten van de lucht uit niet kunnen volgen. wing te verloochenen, dan zal het volk hem daar ongetwijfeld dankbaar voor zijn. Daarom ligt er nu een kans voor het Westen, die men niet mag nalaten te grijpen zij het dat men altijd in het oog zal moeten houden, dat men met mensen te doen heeft, die van een andere wereldbeschouwing uitgaan dan wij! 915 verenigingen aangesloten. Christen moet niet alleen kruisdrager zijn, maar ook cultuurdrager, (Van onz? speciale verslaggever). „De stelling, dat de Christen in deze wereld alleen kruisdrager behoort te zijn en geen cultuurdrager wordt door ons niet aanvaard. Wij weten, dat ook de cultuur door de zonde werd aangetast en dat soms zelfs van cultuur- ontaarding gesproken moet worden. We weten echter ook, dat het allesom vattends verlossingswerk van Christus zich uitstrekt over het terrein der cultuur en dat wij ook daar een roeping hebben". Aldus sprak ds B. Timmer van Den Haag in de rede, waarmee hij als voorzitter van de Kon. Bond van Chr. Zang- en Oratoriumverenigingen de jaarvergadering van deze organisatie opende. Bondsdag en jaarvergadering werden Maandag en Dinsdag te Am sterdam gehouden in verband met het 35-jarig bestaan van de Bing Amster dam. Ds Timmer herdacht de bij de ramp omgekomen bondsleden, daarbij de bede uitsprekende dat zij de hier zo plotse ling afgebroken koorzang in volmaakt heid en heerlijkheid mogen voortzetten. Ook memoreerde -hij het overlijden van de heer H. Wolzak te Goes, die een grote plaats innam in het Zeeuwse zangersleven en die 20 jaar voor de Ring Zeeland zitting had in het hoofd bestuur. Naar de mening van de voorzitter maken te weinig jonge mensen thans deel uit van de aangesloten koren. De reden hiervoor en de remedie hiertegen zullen onder het oog gezien moeten worden. De Federatie van Ned. Zan gersbonden wist een Rijkssubsidie te verwerven. Dank zij het feit, dat de Chr. organisatie de grootste is in deze Federatie komt een aanzienlijk deel hiervan ten goede aan de aangesloten koren, die steun behoeven. Met dankbaarheid sprak ds Timmer over de medewerking, die van de N.C. R.V. werd en wordt ondervonden. Thans is overeengekomen, dat In het komende najaar de beste koren gelegenheid zul len krijgen om zich voor de microfoon te laten horen. 915 KOREN. Uit het jaarverslag van de secretaris, de heer H. J. van der Munnlk, bleek dat thans 915 zang- en oratorlumver- enigingen hij de Bond zijn aangesloten, verdeeld over 3 gewestelijke afdelingen en 16 ringen. Ook enkele verenigingen in Canada, Indonesië en Zuid-Afrika behoren tot de organisatie. Het koorleidersexamen bestaat thans een kwart eeuw. In het afgelopen jaar werden 31 candidaten geëxamineerd, waarvan er 19 het diploma behaalden. De van de Bond uitgaande directeuren cursussen in Dordrecht, Heerlen en Amsterdam verheugen zich in een toe nemende belangstelling. Blijkens de financiële stukken vol doen vele koren niet aan hun verplich tingen tegenover de Bond, zodat deze thans niet minder dan f 12.000 van de aangesloten verenigingen te vorde ren heeft. BONDSDAG. Op de tweede Paasdag werd een be groetingssamenkomst gehouden, ge volgd door een rondvaart door de ha vens. In de Westerkerk was daarna het Bondsappèl. De koorzang o.l.v. Meindert Boekei met Frits Mehrtens aan het orgel werd door de N.C.R.V. uitgezonden. Een bonte avond in „Bel- levue" besloot deze prettige toogdag. door J. BRANDENBURG. Het „Divide et impera", verdeel en heers. Er ligt brandstof vol doende in de Joodse natie om de partijen tegen elkander op te zetten. Breng de Sadduceërs in het harnas tegen de Farizeërs, de Herodianen tegen beide partijen, sticht als 't mogelijk is er nog een paar groepen bij en wacht dan maar eens af. Wanneer gij ze niet vermoordt, zullen ze best beginnen met elkander te vermoorden. Nicolaüs heeft zacht en zonder nadruk gesproken. Maar er ligt in zijn metalen stem een cynische klank, waarin de diepste verachting voor het Joodse volk zich manifesteert. Herodes is weer gaan zitten en verzinkt in gepeins. Zijn gelaat heeft opnieuw de sombere, broeiende uitdrukking aangenomen. Eindelijk, als kwam hij tot een besluit, wenkt hij met de rechterhand. In ieder geval moet die jonge dwaas, Aristobulus, geliquideerd worden, want in dat kind zou het Joodse volk tenslotte zijn eenheid weer terug vinden en hem tegen mij gaan uitspelen. Nicolaüs knikt. Die mening deel ik, o koning, alleen neem deze liquidatie niet voor uw persoonlijke rekening. Dat kunt ge aan mij overlaten, zegt Herodes grimmig. Hij staat op en wenkt naar de deur. Nicolaüs kan gaan. Er volgen onbarmhartig hete dagen en in Jeruzalem brandt de zon. In de dalen aan de voet van de bergen is het niet te houden. De stad lijkt een oververhitte oven. De lucht trilt en doodse dorheid hangt er over de plantsoenen en par ken. Alles wat kan, ontvlucht de heilige stad en gaat naar koelere streken. De gespannen verhouding tussen Alexandra en Herodes is, door de fijn gesponnen intriges van deze vrouw, geweken en zij biedt de koning een verzoeningsfeest aan in haar paleis te Jericho. Haar zoon, de jeug dige Hogepriester Aristobulus, is bij het feest tegenwoordig. Herodes heeft enkele, ook nog jeugdige hofdignitarissen bij zich. Na de weelderige maaltijd, begeeft het gezelschap zich naar de speel tuinen, waar de jongelui zich vermaken met de Griekse spelen. Aristo bulus is een geoefend worstelaar en zijn speelgenoten willen zich gaarne met hem meten. Wanneer de hitte, welke speciaal in het Jordaandal ondragelijk kan zijn, haar hoogtepunt bereikt heeft, begeeft het gezelschap zich naar de badplaats, die overschaduwd is door de brede kruinen van hoge cypres- sen. Het bad is ingelegd met marmer-mozaiëk, dat het water koel houdt. Herodes houdt zich op in de schaduw van een boom én beschouwt op enige afstand het worstelspel, dat in het water door de jongelui wordt voortgezet. Twee dienaren van Herodes houden daarbij de Hogepriester zolang onder water, tot de wanhopige weerstand, van de voor zijn leven vechtende Aristobulus, verslapt en hij op de marmeren bodem van het bad blijft liggen. Wanneer hij uit het water wordt opgehaald blijkt het leven reeds te zijn geweken. Ontsteld komt Herodes toesnellen en wanhopig plukt hij aan zijn baard. Hij geeft bevel onmiddellijk een geneesheer te halen, maar deze kan niets meer doen. Het ontzielde lichaam van de zoon van Alexandra ligt slap op het gras aan de oever van het bad. Wanneer Alexandra, op het geroep der mannen, uit haar apartement, waarin zij zich, na de maal tijd had teruggetrokken, te voorschijn komt, werpt zij zich vol wanhoop op het lijk en kermt van smart. Herodes slaat de handen voor het gelaat en tranen glijden langs zijn wangen in zijn baard. Hij speelt, als geboren dramaturg weer meesterlijk het spel. Maar Alexandra is niet te misleiden. Ze doorziet de situatie en ze maakt zich tot levensdoel een geduchte wraak te oefenen. Ze stelt zich opnieuw in verbinding met Cleopatra en deze weet de Romeinse keizer te bewegen Herodes voor zich te dagen wegens „broe dermoord". Deze gang van zaken heeft Herodes niet voorzien. Hij beseft goed de ernst van de toestand. Zijn koningschap, ja zijn leven hangt aan een draad en daarom maakt hij zijn testament. Hij wil een hartstochelijk afscheid nemen van Mariamne. Maar, door haar moeder ingelicht, walgt ze van zijn nabijheid. Ze ontvangt hem uiterst koel en verwijt hem zijn laffe moord recht in het gelaat. Hij be zweert haar, dat hij onschuldig is aan het „ongeluk", maar tevergeefs. Zonder afscheid Iaat ze hem gaan. Wanneer hij haar vertrek verlaat en een laatste blik op haar trotse gestalte werpt, komt plots de mogelijkheid hem voor de geest, dat hij van zijn reis naar de keizer niet weer terug keert en zijn vrouw, na zijn dood een ander kan toe behoren. Dat wordt hem tot een obsessie. Hij kan de gedachte niet verdragen, zijn vrouw in de armen van een ander te weten. Zijn oom Jozef, aan wie hij het beheer over zijn goederen toevertrouwt tijdens zijn afwezigheid, draagt hij. op, in het geval de keizer hem niet laat terugkeren, Mariamne te doen doden en Jozef geeft de belofte. stelde het bestuur voor de statuten te wijzigen om ze aan te passen bij de in loop der jaren gewijzigde omstandig heden. Na enige bespreking werd daar toe besloten. REDE PROF. SCHOLTEN. Meer dan 4 millioen Nederlanders, zo zei prof. Scholten maken zich op om dit feit te herdenken onder het motto 100 jaar kromstaf". Het herstel van de R.K. hiërarchie in 1853 ging vergezeld met verzet van het Protestantse deel van Nederland. L\i grote volksbeweging ontstond, de zgn. April-beweging. Hierbij kwam ooit het karakter van de school ter sprake. Spreker wilde aantonen, dat de vraag stukken van een eeuw geleden nog niets aan belangrijkheid hebben ingeboet. Het gebeuren in 1853 is niet los te maken van de grondwetswijziging in 1848, toen de vrijheid op het gebied van de geest grondwettelijk vastgelegd werd en principieel van dwang afgezien werd. De eerste consequentie was: vrijheid voor de kerkelijke organisaties, dus ook voor de Rooms Katholieke. Tot 1853 was Nederland missiegebied onder di rect gezag van Rome. Gedurende 1848—1853 kwam een gro te verandering in de R.K.-zienswijze: voetje voor voetje ging men op de lijn van de vrijheid voor de kerk, lös van de staat, over. Onmiddellijk daaraan verbonden lag het streven naar een vrije school. Het herstel van de R.K.-hiërarchie veroorzaakte een enorme deining in Nederland. Men zag het gevaar, dat door het herstel van de kerkelijke hiër archie het Protestantse karakter van het volk zou worden aangetast. INTUÏTIEF AANGEVOELD. Toch heeft het volle, aldus prof. Schol ten, één ding intuïtief goed aangevoeld. Het woord godsdienst heeft nameljjk twee betekenissen: in de eerste plaats als de inwendige zaak des harten en in de tweede plaats als de beleving en doorwerking naar buiten. Dit laatste wordt op velerlei manier openbaar: in kerkbouw, zeden en gewoonten, zieken verpleging enz. Het zet een stempel op het grote leven en uit zich ook sterlt op het gebied van het onderwijs. En nu kreeg de R.K.-kerk in 1853 het appa raat om zich naar buiten te tonen. Dit voelde het volk intuïtief aan. De Aprilbeweging wilde naar de toe stand van vroeger terug, toen het ge laat van het Nederlandse volk protes tants was. Eén der middelen daartoe was: een staatsschool met de Bijbel. Met dwang moest dit middel worden toegepast om zo ook de Rooms Katho lieken te kunnen bestrijken met als doel weer te komen tot eenheid van het volk in geestelijk opzicht. In de Aprilbeweging leek de houding van Groen van Prinsterer aarzelend. Dat kwam emdat hij wel met de school het Nederlandse volk wilde aangrijpen, maar omdat hem tegelijk ook de gees* telijke vrijheid hoog lag. Met de verkrijging van vrijheid heeft de R.K.-kerk vat gekregen op het Ne. derlandse volk. Grote landstreken zijn R.K. geworden: hun godsdienst werd geobjectiveerd In het leven. Vervolgens behandelde prof. Schol ten de betekenis van dit alles voor de Chr. scholen. Voorop sta, dat wij geen staotsdiwanp wensen, maar vrij heid. Maar nu komt het moeilijke, wij mogen niet vergeten, dat de gods dienst ook objectief is. De leuze „de school aan de ouders" mag niet een zijdig toegepast worden. Niet met een boekje in een hoekje kruipen, maar de beginselen uitdragen onder het Nederlandse volk. In alles wat de school betreft moe ten we contact houden met het brede Nederlandse leven. Alle groepen, ook de Rooms Katholieken en de commu nisten, moeten onder de beademing daarvan komen. Ook moet het contact blijven bewaard met de grote goederen van het Nederlandse volk zoals mo narchie, staatsinrichting, organisatie van onderen op enz. Verder dient on ze principiële instelling gehandhaafd te worden, b.v. bij de onderwijsver nieuwing. En zelfs moeten we er niet tegen op zien, aldus prof. Scholten, on ze protestantse instelling waar dat nodig is te demonstreren. Naar haar negatieve zijde heeft de Aprilbeweging niets opgeleverd: geen dwang was het resultaat, maar naar haar positieve zijde heeft de beweging van 1853 grote betekenis gehad. Er ging een schok ten goede door het Nederlandse volk. Elke dag moeten we ons er van overtui gen, dat het niet gaat om onze in nerlijke overtuiging alleen, maar ook om het uitdragen daarvan. Zo kunnen we dankbaar zijn voor het gebeuren van 1853. DEINING IN CENTRAAL AMERIKAANS BLOK. Guatemala trekt zich terug. De minister van Buitenlandse Zaken van Guatemala, dr Paul Osegueda, heeft gisteren bekendgemaakt dat zijn land zich uit de organisatie van centraal- Amerikaanse staten heeft teruggetrok ken wegens „inmenging in zijn binnen landse aangelegenheden" door een of meer der andere leden der organisatie, Salvador, Costa Rica, Nicaragua en Hon duras. De regeringen van deze staten zijn in nota's, welke in krachtige bewoordin gen waren gesteld, van het besluit op de hoogte gebracht. De klacht betreffende inmenging in binnenlandse aangelegenheden had be trekking op de gebeurtenissen in het af gelopen weekeinde, toen de regering van Guatemala bekendmaakte, dat zij een complot van de oppositie om in het Noorden van het land een gewapende re volutie te beginnen had ontdekt. Meer dar oppositieleiders werden in hech te lomen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1953 | | pagina 3