FRANKRIJK DENKT ER NIET AAN MAROKKO LOS TE LATEN. Chr. Aannemersbond sluit zich aan bij de Middenstandsbond. Tweede Kamerleden willen naar Nieuw-Guinea* PRINSES OPENDE „MADURODAM" COGNAC Russen verantwoorde lijk voor Katyn. „We kunnen niet buiten Noord-Afrika." „Over 30 jaar zijn we hier nog." Jeugdige vandalen stalen dertig maal een auto. P. v* cL A» beschuldigt„Bestuur nog in de voormalige koloniale sfeer!" Beangstigeade vergelijking met Korea. Goudvondst in Brazilië. Vrijdag 4 Juli 1952 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 De Berbers vormen het meest Frans gezinde deel van de Marokkaanse bevolkingmaar ondanks de veertig jaar Westerse invloed hebben ze hun klederdracht en hun cultuur zuiver weten te bewaren. Photo Belin. reeks onderscheidingen als herinnering aan hun dienstjaren in het Franse leger. Ze spreken allen Frans. Zij zijn de vertegenwoordigers van een grote groep Marokkanen, die tevreden zijn met de huidige toestand. „Goede reis...." wenst de ambte naar. „Dank U. ,,En als u over dertig jaar weer hier komt zult u ons er nog aan treffenvoegt hij er aan toe. Het is een boude vorspelling. On mogelijk is het echter niet. Er zal dan echter wel het een en ander veranderd zijn. De meerderheid van de Fransen beseft, dat het zo niet kan blijven. De machteloze inheem se regering van veelal oude mannen zal plaats moeten maken voor een orgaan, waarin de Marokkanen meer zeggenschap hebben over het bestuur van hun land. De Fransen beseffen ook, dat men meer aan dacht zal moeten besteden aan de ontwikkeling en sociale vooruit- (Van onze correspondent Alfred van Sprang). Rabat (Frans-Marokko), 'Juni 1952. „We kunnen niet buiten Noord- Afrika „En waarom nietV" „In de eerste plaats vanwege de investeringen „En verder „Er leven meer dan een millioen Fransen „En......?" „De strategische betekenis." De Franse bestuursambtenaar spreekt met overtuiging en kennis van zaken. Hij is in Marokko gebo ren en kent het land door en door. Arabisch spreekt hij even vlot als Frans. In twintig jaar overheids dienst heeft hij alle problemen en de oplossing er van van dichtbij kun nen bestuderen. Frankrijk denkt er niet over, Marokko los te laten. Dat staat als een paal boven water. En alles wijst er op, dat men van plan is, dat voornemen met kracht door te zet ten. In dezelfde tijd, dat de nationa listen nadrukkelijk de vernietiging van de protectoraatsovereenkomst eisen, gaan de Fransen rustig ver der met het versterken van hun po sitie. Politiek. Een beetje achterover leunend in zijn stoel om de tocht door de tegenover elkaar openstaande vensters te kunnen voelen, kijkt de bestuursambtenaar me strak aan, als we over de toekomst van Marokko spreken. „Frankrijk heeft hier zulke enorme belangendenkt u maar eens aan de mijnbouw.... alle soorten indus trie aan de Fransen, die hier ge boren en getogen zijn en dit land als hun vaderland beschouwen". „Inderdaad. „Dat kunnen we niet opgever} De Franse politiek is er dan ook op gericht de banden met het moederland zoveel mogelijk te versterken. In de eerste plaats doet men dat door de Franse industrie aan te moedigen zich in Marokko te vestigen. De condities zijn er gunstig en er zijn nog grote mo gelijkheden op allerlei gebied, vooral voor de mijnbouw. Verder tracht de regering Franse burgers te bewegen In Marokko te gaan werken. De le vensstandaard is er hoog en de belas tingen zijn zeer laag. Dat maakt het ook voor gepensionneerden en rente niers aantrekkelijk. Vergroting van de Franse gemeenschap versterkt vanzelf de Franse positie en vooral als men in de toekomst tot een soort gemeen schappelijk bestuur komt. Bovendien overweegt men de instelling van een Marokkaans staatsburgerschap voor degenen, die een minimum aantal jaren in Marokko gevestigd zijn. De natio nalisten beseffen het gevaar van die politiek en protesteren er dan ook hef tig tegen. Vertrouwen. De Fransen maken zich niet erg on gerust over de nationalistische bewe ging. „Het is een kleine groep van intel lectuelen betoogt de bestuurs ambtenaar, „in een stad als Casa blanca met zijn havenarbeiders hebben ze een zekere aanhang, maar in andere steden moet men weer weinig van hen hebben. En ook op het platteland niet. Daar vreest men, dat onafhankelijk heid wel eens zou kunnen leiden tot het herstel van de machtspositie van de caids: de bezittende klasse. En ver geet u verder de Berbers niet: een be volkingsgroep van enkele millioenen mensen, die overwegend pro-Frans is" „De nationalistische beweging is ver boden, nietwaar „Officieel wel, maar in de praktijk wordt ze binnen zekere perken ge tolereerd „Er is weinig actie naar buiten. „De nationalisten behoren meestal tot de bourgeoisiedie komen niet op straat om te demonstrerenom relletjes te veroorzaken en dergelijke dingen. Dat is het werk voor de pro letariërs". Het is een feit. Het verbod speelt natuurlijk een rol in de beperking van de activiteit. Uiterlijk is er echter op vallend weinig van het nationalisme te merken. Geen slogans. Geen portretten van leiders. Geen anti-Franse uitbars tingen. Het officiële orgaan van de na tionalistische partij Al Istiqlal, wordt hier en daar verkocht. Dat is alles. De Fransen zijn heer en meester en ze geloven niet, dat zij gedwongen zullen worden hun positie op te geven. De Verenigde Naties, de Arabische Liga en Amerika ten spijt. Zwakke argumenten. De nationalisten hebben vele argu menten om de tekortkomingen van het Franse bestuur te illustreren. De Fran sen hebben meestal weinig moeite om die beschuldigingen te ontzenuwen. „De nationalisten beweren, dat er veel te weinig scholen zijn De ambtenaar knikt. „Er zijn te weinig scholen, maar het is nog niet zo lang geleden, dat we de ouders met opsluiting moesten be dreigen omdat ze hun kinderen niet naar school wilden sturen. De nationa listen eisen nu ineens voor elk kind scholen en die zijn er natuurlijk niet ineens". „En de bidonvilles Het zijn de woonwijken, waar tien duizenden Marokkanen in krotten en hutten samenhokken. „Die vormen inderdaad een uiterst onbevredigende toestand. Er worden overal moderne Arabische dorpen ge bouwd, maar dat kan niet ineens. En vergeet niet: de terreinen waarop de bidonvilles staan zijn meestal het eigen dom van Marokkanen en zfj eisen de huur van de bewoners". „En de wegen....?" De nationalisten betogen, dat de Fransen met overheidsgelden( waar de Marokkanen door indirecte belastingen een belangrijk deel aan bijdragen) we gen aanleggen waar de Franse minder - heid eigenlijk alleen profijt van heeft. „En zijn meer Fransen met luxe auto's dan Marokkanen, maar men ver geet, dat er over die wegen ook auto bussen rijden: het vervoermiddel van de Marokkanen. En vrachtwagens, die goederen voor de Marokkaanse ge meenschap tot in de verste hoeken van het land brengen". Indonesië. We spreken ook over Indonesië. In debatten over de toestand in Marokko verschijnen steeds weer vergelijkingen met de toestanden vroeger in Indone sië. In vele gevallen is er een spre kende overeenkomst. Maar er zijn ook enkele kardinale verschilpunten. De bestuursambtenaar somt ze één voor één op. „Indonesië was zoveel verder van het moederland „Dat is waar „Er waren verhoudingsgewijze veel minder Nederlanders daar „Ja...." „De nationalisten waren er door de Japanners bewapend...." „Ook een feit.." En dan voeg ik er nog een argument aan toe. „Nederland is een kleine, machteloze natie en Frankrijk behoort tot de grote mogendheden met een vetorecht in de UNO...." De man tegenover me glimlacht. „Het is natuurlijk maar niet simpel een kwestie van protectoraat of niet. Er spelen allerlei factoren van inter nationaal belang een rol in de politiek, welke wij voeren. En het zijn die in ternationale omstandigheden welke onze positie versterken". Het gesprek is uit. De ambtenaar staat op van achter zijn schrijftafel om me uitgeleide te doen. De deur van zijn kamer staat open. In de gang zitten een paar in heemse oppassers op een bank. Op htm uniformen hebben de meesten een Topvlucht van het fraitmotje. Volgens een waarschuwing van de kring Zeeland der N.F.O., de Tuinbouwvoorlichtingsdienst en de Plantenziektekundigedienst is er de laatste week een topvlucht van het jruitmotje loaargenomen. De fruitkwekers wordt thans aangeraden in de loop van deze week een bespuiting uit te voe ren met Parathion. Daarmede worden dan tevens de Bladrollers bestreden. Op bedrijven waar men geen schade heeft van bladrollers kan ook van loodarsenaat gebruik worden gemaakt. Ook D.D.T. is werkzaam tegen het fruitmotje zowel als tegen de bladroller. Dit middel wordt echter in het algemeen afgeraden omdat het een sterke spintvermeerdering tengevolge heeft. Plezierritjes en aanrijdingen Een clubje van acht jongens en twee meisjes uit Den Haag, leeftijden vari ërende van 15 tot 22 jaar, heeft in een paar maanden tijd ten minste dertig auto's van anderen gebruikt voor korte of lange plezierritjes. Geen van het tiental had een rijbewijs of kon behoor lijk rijden. Verschillende malen werden er brokken gemaakt. Zo werd in Zeven huizen een auto in het water gereden en veel moeite om hem er weer uit te krijgen werd door de schuldigen niet ge daan. Met een andere wagen werd in Rotterdam een aanrijding met een bus veroorzaakt. Daar bleef het niet bij, want er werden ook verscheidene malen goederen uit de auto's gestolen. In vijftien gevallen hebben de eige naars van de wagens aangifte gedaan en verder zijn er bij de politie vijftien gevallen bekend, waarin dit niet is ge beurd. Wegens de diefstallen zijn nu drie van de tien jongelui in verzekerde bewaring gesteld, namelijk de 21-jarige los werkman J. L. E. en de 17-jarige kapper F. D. E. P. uit Den Haag en de 22-jarige los werkman J. A. van P. uit Voorburg. Nu deze zaak „rond" is zit de Haag se politie nog met een raadseltje, name lijk, waarom er toch nog zo veel auto mobilisten zijn, die door het niet afslui ten van hun wagen en het laten zitten van hun contactsleuteltje dergelijke dingen mogelijk maken. Ingezonden Mededeling (adv.) jfmijPrfn ZPnnebruin SIIIUAAAAI Crème en 0,ie gang van het volk. En zij zijn ook bereid dat te doen. Maar Frankrijk denkt er niet over om Marokko los te laten. Dat staat vast. (Nadruk verboden.) Ingezonden Mededeling (adv,) Vraag uw winkelier niet gewoon om bananen, maar verlang uitdruk kelijk FYFFES, de beste. Herkenbaar aan het blau we etiket op iedere kam. echt mei blauw etikei op iedere kam Belangrijk voorlopig verslag. Minister Peters, de demissionaire minister van Uniezaken en Overzeese Rijks delen, zal er weinig spijt van hebben als hij de begrotingen van Nieuw Guinea over 1950, 1951 en 1952 alsmede het ontwerp tot credietverlening niet meer be hoeft te verdedigen, want de toon, die spreekt uit het voorlopig verslag dat de Tweede Kamer hierover heeft uitgebracht is op zijn zachtst gezegd weinig wel willend te noemen. Bijna alle leden zijn het er over eens, dat zij geen behoorlijk idee gekregen hebben, wat men nu eigenlijk in Nienw Guinea van plan Is en welke de noden en behoeften van dit land zijn. Zij achten het dan ook zeer gewenst, dat er op korte termijn een parlementaire commissie in de gelegen heid wordt gesteld een bezoek ter plaatse te brengen. De steun aan zending en missie. Zeer node zo zeggen vele leden hebben wij in de memorie van toelich ting een uiteenzetting van het gevoerde en voorgenomen beleid gemist. Derhalve hebben zij de minister een vragenlijstje voor gelegd, dat de minister nogal wat hoofdbreken zal kosten. Zij willen weten: 1. Op welke wijze denkt de regering te streven naar spoedige inschakeling van de bevolking in het zelfbestuur van dit gebied? 2. In welke banen denkt de regering het acculturatie-proces der autochthone bevolking te leiden? 3. In hoeverre denkt de regering mis sie en zending positief te steunen, niet bij wijze van gunst en uit erkenning van het beginsel van godsdienstvrijheid ln de ruimste zin, doch op grond van de er kenning van de absolute noodzakelijkheid van missie- en zendingsarbeid voor het belang van de bevolking? 4. Hoe is de opbouw van het onder wijs voor de autochthone bevolking ge dacht? 5. Soortgelijke vraag als op het gebied van het onderwijs moet ook gesteld wor den ten aanzien van de ziekenzorg. 6. In welk tempo meent de regering de economische ontwikkeling van Nieuw- Guinea te moeten bevorderen? MENING DER P. V. d. A. Interessant is ook de mening van „veie andere leden" te lezen, interessant om dat hier kennelijk de P. v. d. A. aan het woord is, die in de afwikkeling van de kwestie Nieuw Guinea ongetwijfeld een hoofdrol zal spelen. Zij zeggen dit: Hoewel zij voor en na de mening blij ven toegedaan, dat dé uiteindelijke status van Nieuw-Guinea door overleg met In donesië of eventueel door besprekingen op internationaal niveau moet worden be slist, erkenden zij, dat tot aan die beslis sing een behoorlijk Nederlands bestuur gevoerd zal dienen te worden. De toelichtingen geven echter geen ant woord op de herhaaldelijk geuite beschul diging dat het bestuur over Nieuw- Guinea in feite gevoerd zou worden door een groep ambtenaren uit de voormalige koloniale sfeer, niet ten bate van de oor spronkelijke bevolking, doch ten behoeve van een bestuursapparaat en van groepen Nederlanders en Indische Nederlanders. Hoewel deze leden van mening waren, dat de kolonisatiepogingen met Indische Nederlanders voortdurend op mislukkin gen zijn uitgelopen, meenden zij een stre ven naar dergelijke kolonisaties te blij ven bespeuren. Zij stelden de vraag wat nu eigenlijk de bedoeling is: een rijp maken van de Papoea's voor zelfbestuur of het vormen van een Nederlandse (In- disch-Nederlandse) bovenlaag, die de Pa poea's wil blijven dirigeren. Als men in derdaad de belangen der Papoea's voor opstelt, zal men, zo meenden deze leden, moeten afzien van import op grote schaal van andere bevolkingsgroepen. Deze leden konden zich niet vinden in de suggestie, door de eerst aan het woord zijnde leden, zij het in vragende vorm, geuit, dat de regering missie en zending positief te steunen heeft op grond van de erkenning van de absolute nood zakelijkheid van missie- en zendingsar beid voor het belang der bevolking. De verder naar voren gebrachte verlangens N. C. A. B.-vergadering te Leeuwarden. Voorzitter Blokt „Aan de invoering van de werkloos heidsverzekering had werkvermeerdering vooraf moeten gaan." In het gebouw van de Christelijke Mlddenstndsbond ontbraken tot Dinsdag nog twee stenen. Tijdens de algemene vergadering van de Ned. Chr. Aanne mers- en Bouwvakpatroonsbond te Leeuwarden, voegde deze organisatie zich in dit gebouw. Niet met algemene stemmen: 139 afdelingen verklaarden zich vöör aansluiting; 91 waren er tegen. Voornamelijk, omdat ze aansluiting bjj het Verbond van Prot. Chr. Werkgevers in Nederland reeds voldoende achtten. De meerderheid van het hoofdbestuur en van de afdelingen was echter van mening, dat de aansluiting bij de C.M.B. dienstig was, omdat een groot aan tal leden der N.C.A.B. behoort tot de z,g.n. „ambachtelijke" middenstand. Niet alleen over deze aansluiting een voorstel van de Drentse afdeling maar ook over andere punten werd levendig gediscussieerd. Dë afdeling Groningen kwam met een voorstel, dat er (in enigszins gewijzigde vorm) op aandrong bij het hoofdbestuur, een commissie te vormen om in samen werking met de zusterorganisaties te geraken tot een verplichte ouder domsvoorziening in de organisatie. Een aantal leden verklaarde zich pertinent tegen verzekeringen in wel ke vorm dan ook. Het aannemen van het Groninger voorstel betekende ech ter niet het doen van een principiële uitspraak in dit vraagstuk en nadat gestipuleerd was, dat de bedoelde commissie rekening zou hebben te' houden met principiële bezwaren tegen verplichting van verzekering, ver klaarden de afdelingen zich met het voorstel accoord. OPZET IN OPSPRAAK. Ook de befaamde opzet kwam ter sprake. De afdeling Den Haag wist de vergadering tot een resolutie te bren gen. Volgens deze resolutie wordt een N.C.A.B.-Ud geacht zich te melden (bij bestedingen) en zich te onthouden van elke vorm van verhoging der inschrjj- vingscijfers, waardoor zijn consciëntie als Christen geweld wordt aangedaan, Verschilende leden toonden leven dig aan, hoe moeilijk het is, in deze materie een gedragslijn vast te stel len. Er wordt dikwijls aanbesteed be neden de begrotingen en dan moet de opzet de winst wel brengen. Een aan tal leden was dan ook van oordeel, dat het hoofdbestuur niet krachtig ge noeg is opgetreden, toen de minister onlangs met maatregelen tegen de op zet dreigde. Het hoofdbestuur echter deelde mee, dat een telegram vol doende is geweest, om de maatregelen uit te stellen. DE NIEUWE B.S.B.-REGELING. Tenslotte was er nog het probleem van de B.S.B.-regeling, een regeling ter behartiging van de samenwerking i in het bouwbedrijf, gesloten tussen materialenhandel en bouwvakpatroons en ter bestrijding van beunhazerij. Sinds vorig jaar is er een nieuwe B.S.B.-regeling van kracht geworden. Naar de mening van de N.C.A.B. ver schaft deze nieuwe regeling niet vol doende waarborgen tegen beunhazerij. In een resolutie legde de vergadering vast, dat zij met deze nieuwe regeling niet accoord kan gaan, maar dat ze van mening is dat daardoor de vroegere regeling op het omstreden, punt nog van kracht is. Tenslotte dringt deze resolutie er op aan, dat er in samen werking met de betrokken instanties gewerkt wordt aan een nieuwe for mulering van art. 24, het door de N.C. A.B. gewraakte artikel over de bestrij ding der beunhazerij. De tweede dag. Het belangrijkste agendapunt op de tweede dag van het congres was de jaarrede van de voorzitter, de heer 3. Blok, die diverse urgente kwesties aan roerde. Een van de eerste dingen, waarover hij sprak, was het vraagstuk van de werkgelegenheid. Weliswaar liep de werkloosheid sedert begin Februari van dit jaar ln onze bedrijfstak tot de helft- terug, doch, vergeleken met verleden jaar, ls de toestand nog allerminst roos kleurig, aldus spr. Per 31 Mei was ln het bouwbedrijf nog bijna 15 pet. der arbeiders werkloos. De oorzaak hiervan moet voor een belangrijk deel toege schreven worden aan het gebrek aan werk in onderhoudsbedrijven en de we genbouw. Door het huurbeleid is er een schrik barende achterstand in het onderhoud van de woningen ontstaan, hetgeen voor een gedeelte van ons bedrijfsleven niet minder dan fnuikend is. Zonder herzie ning van dit beleid is verdere uitbouw van de sociale positie van de in het bouwbedrijf werkzame arbeiders kwa lijk mogelijk, aldns de heer Blok. Aan de invoering van de Wachtgeld- en Werkloosheidsverzekering had een ver meerdering van werk vooraf moeten gaan. HARDER EN LANGER WERKEN. Nadat de voorzitter als zijn mening te kennen had gegeven, dat de particu liere bouw krachtig dient te worden be vorderd, ging hjj ln op de organisatie van de bedrijven. Slechte organisatie, aldus de heer Blok, staat de productivi teit tegen. Om te behouden wat wij heb ben, .is harder en langer werken ho pelijk slechts tijdelijk noodzakelijk. Daarbij dienen de patroons een voor beeld voor hun personeel te zijn. Voorts moeten zij openstaan voor nieuwe Idee- en en begrijpen, dat er een goede sa menwerking moet bestaan tussen werk gevers en werknemers. De werknemers moeten betrokken worden in het-over leg en meeprofiteren van de resultaten van de onderneming. DE P.B.O. Een wettelijke regeling van de pu bliekrechtelijke bedrijfsorganisatie aan vaarden wij met vreze en beven, zo ver volgde spr. Om te komen tot een goede regeling van het bedrijfsleven ls nood zakelijk, dat de overheid ln dat bedrijfs leven vertrouwen stelt. We hebben ech ter gegronde reden om aan dat vertrou wen te twijfelen. Wanneer door justitie en wederopbouw zonder acht te slaan op de organen in het bedrijfsleven, huiszoekingen worden verricht en bedrjjfsgenoten voor de rechter geleid, dan schaadt dit het ver trouwen en wordt het zo nodige over leg onmogelijk gemaakt. Tot slot van het zakelijke gedeelte van zijn rede zei de heer Blok: „De ad ministratieve lasten en beslommeringen in ons bedrijfsleven worden hopeloos. De loonlijsten worden dagelijks langer en ingewikkelder; vereenvoudiging is zeer noodzakelijk. Onze leus zij: terug naar één loonlijst." ORGANISATIE-V ARIA. De voorzitter van de Bond kon aan het begin van de vergadering het wel komstwoord o.m. richten tot de heren J. de Ruiter van Balk en ds C. v. d. Zaal van Harlingen, resp. vertegen woordigers van de C.H.- en A.R.- kamerfracties. De vergadering stemde verder van harte in met het kundige jaarverslag van de secretaris, de heer G. J. Stapel kamp van Utrecht, waaruit onder an deren bleek, dat de Bond thans 102 afdelingen omvat en 2019 leden telt (vorig jaar 2037; voor het eerst sinds jaren een lichte teruggang). Ook finan cieel staat de Bond er goed voor. Bij de verkiezingen werd de heer Blok en het dagelijks bestuurslid de heer J. de Ruiter van Heemstede met grote meerderheid van stemmen herkozen. iaar indirecte steun aan missie en zen ding als zodanig deden hen vrezen, lat hier niet de beschavingsarbeid dier or ganisaties naar zijn maatschappelijk be lang, maar de eigenlijke Christianisatie uit de publieke kas zou worden bevor derd. tv*«^zonden Mededeling (adv In Amerika is men overtuigd De speciale commissie uit het Ameri kaanse Huis van Afgevaardigden, die een onderzoek heeft ingesteld naar de massamoord in de bossen van Katyn in 1940, is tot de slotsom gekomen, dat de Sowjet-Unie verantwoordelijk moet worden geacht voor de dood van 15.000 Poolse officieren. De afgevaardigde O' Konsk deelde mee, dat de commissie eenstemmig tot deze uitspraak is gekomen. Er werden meer dan 150 getuigen gehoord. Vol gens de commissie ls de massamoord ln het voorjaar van 1940 gepleegd. Maanden later deelden Russische func tionarissen de Poolse autoriteiten mee, dat de Poolse officieren uit de Russi sche krijgsgevangenenkampen waren vrijgelaten om toe te kunnen treden tot een Pools leger tegen de Duitsers. In 1943 ontdekten de Duitsers in de bos sen van Katyn massagraven, waarin zich de stoffelijke resten van duizenden Polen bevonden. Zij beschuldigden de Russen van deze massamoord, waarop de Russische regering verklaarde, dat de Duitsers de moord op hun geweten hadden. Volgens de commissie bevinden zich de stoffelijke resten van 5000 S. 6000 Polen nahij Charkof, terwijl de rest van de Poolse officieren hun einde in de Witte Zee zouden hebben gevonden. In het rapport wordt voorts gezegd, dat de communisten te Panmoendjon op dezelfde wjjze als indertijd tegenover de Poolse autoriteiten reageren, wan neer de Verenigde Naties bijzonderheden vragen over de verblijfplaats van de mi. litairen der V.N., die zich in handen van de Noordelijken bevinden. Volgens O' Konsk onderzoekt de com missie nog beschuldigingen, dat Ame rikaanse functionarissen indertijd offi ciële rapporten, waarin de Russen voor de massamoord verantwoordelijk wer den gesteld, hebben achtergehouden ten einde moeilijkheden met hun Russische bondgenoten te vermijden. Aan de loop van de Rio Jario, aan de grens tussen Brazilië en Frans-Guyana, heeft men de laatste dagen 15 kg. goud gevonden. Gehele gezinnen van land bouwers en mijnbonwers verlaten hun woonplaats en vertrekken op volgeladen boten naar Rio Jario. Aneta verneemt, dat de financieel-eco- nomische raad van het Indonesische ka binet in zijn laatste vergadering heeft besloten de regering te adviseren de B. P. M. in de gelegenheid te stellen haar oliebedrijven in Noord-Sumatra te reha biliteren op voorwaarden, die nader met de belanghebbenden zullen worden be sproken. Prinses Beatrix heeft Woens dagmiddag in Den Haag het mi niatuurstad] e „Madurodam" offi cieel geopend. Rechts: de loco-burgemeester der „stad", de 16-jarige Renny van Beuge, leerling van het Vrijzinnig Chr. Lyceum te Den Haag, hangt de Prinses als teken van haar waardigheid de ambtsketen om. Links: Prinses Beatrix wandelt als burgemeester door haar „stad", vergezeld door Prinses Irene en de leden van de ge meenteraad. Zij passeert haar „ambtswoning", welke haar bij zondere aandacht heeft.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1952 | | pagina 3